Si H.M. de Koningin-Moeder heeft gistermorgen een bezoek gebracht aan het vliegkamp van de Militaire Luchtvaartaf deeling te Soesterberg. Het is voor het eerst, dat een lid van het Kon. Huis 't vliegkamp Soesterberg bezoekt. Kapt. van Heyst laat H.M. de verschillende types vliegtuigen zien. een levendiger inzicht in de wereld, waarin men leeft en werkt. De schriftelijke voorlichting had plaats in het Zendingstijdschrift „De Gpwekker". Daar die ook in veel rui meren kring de aandacht trok, wijdde Spr. erover uit welke beginselen hem Li.; die menigmaal weersproken artike len geleid hebben, n.l. dat het een een voudige Christelijke plicht is om er naar te streven het lnlandsche leven onbaatzuchtig; te beschouwen uit het oogpunt van het geestelijke en moree- le belang dier bevolking zelf, niet uit uat van één belang. Behalve een plicht is het dringende nood, daar de ln landsche wereld weinig geniet van onbaatzuchtige belangstelling om liaarszelfs wil. De eisch van blikverwijding en ver dieping heeft Spr. ook geleid tot het streven naar een Javaanschen Zen dingsraad, die als adviseerend en voorlichtend lichaam de Zendingen op Java leert werken aan een gemeen schappelijke oplossing van de vragen en aan loyale en vreugdevolle samen werking tot opbouw van één Javaan- sche Kerk. Die Raad zal dit jaar een werkelijkheid worden. Eveneens staat, naar het schijnt, een even noodzake lijke Indische Zendingsraad werkelijk heid te worden. Het inzicht dat de honderduizen den Christenen .van geheel Indië wei nig samenhang, doelbewustzijn en taakbewustzijn vertoonden door de verbrokkeldheid der Zending heeft spreker's oriënteeringswerk ook bui ten Java's grenzen gevoerd. Dat in spireerde zijn streven tot oprichting van het Maleische weekblad „Zaman Baroe", leidüe hem bij z.ijn reizen in de Buitenbezittingen en de daaruit ge volgde actie voor een resoluut streven de bestaande volkskerken in de Mo- lukken en de Minahassa autonome kerken te maken. Met uiteenzettingen over zijn erva ringen met Bijbelvertaling en Bijbel revisie, over een grondiger opleiding van Zendelingen en lnlandsche Voor gangers, waaraan hij in Malang zijn laatste woonplaats, veel tijd heeft moeten besteden, besloot Spr. zijn met groote aandacht gevolgde rede. Op deze rede volgde eenige gedach- tenwisseling. De voorzitter bracht Dr. Kraemer dank voor zijn interessante rede en niet minder voor den prachtigen ar beid, die Dr. Kraemer in Ned.-Indië heeft verricht. Spr. herinnerde er aan, dat het aan den oud-Gouverneur-Ge neraal Idenburg te danken is, dat Dr. Kraemer uitgezonden is met de op dracht, die hij heeft gehad en waar door hij zooals nu gebleken is zulk gezegend werk heeft kunnen doen. Spr. is verheugd, dat het hoofd bestuur van het Bijbelgenootschap zich toen heeft laten overtuigen en uitte den wensch, dat Dr. Kraemer, die in zijn arbeid zulk een groote trouw getoond heeft (tijdens zijn ver blijf in Indië heeft hij twee zeer aan trekkelijke aanbiedingen afgeslagen) nog lang dien arbeid zal voortzetten. Mr. De Jong Schouwenburg stelde Di. Kraemer een enkele vraag over de houding, die inzake de zending onder 't. Mohammedanisme moet worden in genomen. Dr. Kraemer antwoordde hierop, dat inderdaad de opvatting uit vroeger dagen, dat zending drijven onder de Mohammedanen wel plicht is, maar dat er toch eigenlijk weinig of geen re sultaat te verwachten is, niet juist is. Spr. is zelfs van meenin°\ dat juist omdat die opvatting bestaat,er onder de zendelingen, die onder de. Moham medanen werken, zijn, die missen de oiepe overtuiging van het wereldover- winnende van het Christendom. En juist die sfeer van de zekerheid der triomf is voor den arbeid onder de Mohammedanen.zoo noodig. Trouwens naar Spr.'s overtuiging zullen het Mo hammedanisme en het Christendom steeds scherper tegenover elkaar ko men te staan. En Spr. meent, dat wan neer de zending onder de Mohamme danen krachtig wordt aangepakt, men RECLAME MIJNHARDTs Hoofdpijn-Tabletten 60 ct Laxeer-Tabletten 60 ct. Zenuw-Tabletten 75 ct. Staal-Tabletten 90 ct. Maag-Tabletten.75 Bij Apoth. en Drogisten. resultaten zal zien, die men nooit verwacht heeft. De vergadering is hierna gesloten. BINNENLAND. HET HULDEBLIJK AAN DE KONINGIN-MOEDER. Ten einde de in België wonende Ne- derlandache vrouwen in staat te stel lij haar bijdrage te leveren voor het in Januari 1929 aan de Koningin-Moeder te geven huldeblijk, heeft zich daar op verzoek van het comité in Nederland een commissie gevormd om deze bij dragen in ontvangst te nemen. Eere voorzitster voor de commissie in Bel gië is mevr. Van Nispen tot Sevenaer, echtgenoote van onzen gezant; voor zitster mevr. Huyssen van Kattendij- ke; penningmeesteresse mevr. Van der Maesen. NACHTTARIEF VOOP BUI7ENL. TELEFOONGESPREKKEN. Ten einde in het internationaal tele foonverkeer meer eenheid te verkrij gen heeft men met ingang van 1 Juli de uren van zwak verkeer, waarin de nachttarieven van toepassing zijn, voor alle landen, waarmee telefoon verkeer wordt onderhouden, bepaald op 198 uur. Een uitzondering wordt hierbij gemaakt voor Italië en Spanje; voor deze landen blijft het bedoelde tijdvak gehandhaafd op 218 uur. NED. CENTRAAL SPOORWEG MIJ. In de gisteren gehouden gewone al- gemeene vergadering van aandeel houders der Nederlandsche Centraal Spoorweg Mij. is de balans en de winst- en verliesrekening over 1927 goedgekeurd, het dividend bepaald op f 2.25 per uitgegeven aandeel en de heer mr. H. van Manen als directeur herkozen. OPLEIDING ADJUNCT-IJKERS. De Minister van Arbeid, Handel en Nijverheid brengt ter kennis van be langhebbenden, dat het in zijne bedoe ling ligt te bevorderen, dat aan ten hoogste 4 personen, die den cursus in den ijk aan de Technische Hooge- s< hooi te Delft volgen, tot wederopzeg ging een toelage van f 350 per kwar taal kan worden toegekend. Hiervoor komen alleen zij in aan merking, die de noodige waarborgen geven, dat zij zullén slagen voor het examen van adjunct-ijker der maten en gewichten, zooals dat is geregeld bij K. B. van 11 Juli 1871 en gewijzigd bij K. B. van 27 November 1875 en voor het bekleeden van die betrekking geschikt worden geacht. Het ligt in de bedoeling dat examen zoowel in 1929 als in 1930 en zoo noo dig ook in de volgende jaren te doen afnemen en alsdan voor zooveel het aantal vacaturen dat toelaat, de ge slaagden voor te dragen voor een be noeming. Aan de betrekking van adjunct ijker is volgens de bestaande salaris- regeling verbonden een jaarwedde van f 16002200, met dien verstande, dat de minimum-jaarwedde eerst Wordt toegekend bij het bereiken van den 21-jarigen leeftijd. Voor het beko men van inlichtingen kunnen belang hebbenden zich wenden tot den In specteur van het IJkwezen, te 's-Gra- vtnhage, Varkensmarkt la, of tot den lector van de Technische Hoogeschool te Delft, J. G. Berck, ijker, chef van dienst te Rotterdam. kerken of door de redeneering, dat tus- schen ons on de Schrift niets in mag staan. Het vraagteeken dreigt overal en we hebben bij ons spreken het voorwerpelij- ke en het onderwerpelijke, woord en geest, in harmonisch evenwicht te hou den, anders is daar het gevaar van het vraagteeken. Spr. toonde dit nader aan en wekte allen op om biddend in onze dagen naar bovenbedoelde harmonie te zoeken. Dan zal de gemeente wandelen in het spoor, dat de Heiland haar wees toen Hij sprak van de hoofdsom der wet en den tijdgeest wederstaan met het oude maar nog niet verouderde: „Daar staat geschreven". Spr. besloot zijn toespraak met een ci taat uit de rede van Prof. Fabius bij de herdenking van de Doleantie te Amster dam en wekte zijn gehoor op mede te werken om rond onze kerkelijke erve een dam op te werpen tegen het gevaar van het vraagteeken. Na het zingen van Psalm 897 wordt de plaats van Ds. Schouten ingenomen door Ds. P. Deddens van Rijswijk met het onderwerp: „De Schriftlezing in het huigezin", van welke rede wij gisteren reeds verslag gaven. Sluiting. Prof. Bouwman dankte ten slotte alle •prekers, alsook degenen die in zoo groo- ten getale zijn opgekomen. Gedenk de School, als ge thuisgekomen zijt, in uw gebeden, ook wij zullen ze gedenken. Ook de T' erkeraad ontvangt den dank voor de bereidwilligheid, betoond in het afstaan van het kerkgebouw. Prof. Lindeboom spreekt ook nog een enkel woord. Het verblijdt hem, dat er zooveel opgekomen zijn. Zeven jaar gele den heeft spr. daar ook gestaan met een toespraak over: „Onze Studenten". Er dreigde toen een groot tekort aan predi kanten. Als het zoo was doorgegaan, dan zou in 1934 (honderd jaar na Ulrum) de helft van onze Kerken herderloos zijn. Spr. heeft toen allen opgeroepen tot ern stig gebed. En nu er zoovelen zijn opgekomen en er bovenal zooveel studenten zijn, is Prof. Lindeboom met groote dankbaarheid ver vuld. Als nu 1934 zal aanbreken, dan zal men kunnen zeggen: Der boodschappers van goede tijding is een groote heirschare. Zijn we wel dankbaar daarvoor? Laten we er niet aan gewend worden. Als prof. heeft spr. vaak gezegd tegen studenten: „Ik hoop, dat u het eerste jaar geen be roep krijgt." Dat klinkt wonderlijk, maar dan toch zouden deze overal, door heel het land kunnen gezonden worden, om- Gods Woord tot in de achterbuurten toe te prediken. Waar dient deze Schooldag toe? Opdat er goede herders zullen zijn. Maar dan moeten er ook schapen zijn die zich laten leiden. Dan moet de gemeente ook trouw naar de samenkomsten opkomen, niet met één keer volstaan. Laten we God er dan voor danken, God Die Zijn Kerk moge bouwen tot in ge slachten. Die gunst heeft God Zijn volk bewezen, Ps. 105 24, werd toen staande door heel de schare gezongen. Het ernstig dankgebed van Prof. Linde boom besloot dezen prachtigen Schooldag. DE THEOLOGISCHE SCHOOL TE KAMPEN. Bij de sluiting van den cursus der Theol. School te Kampen, heeft Prof. Dr. H. Bouwman Woensdagmorgen 'n rede uitgesproken, waarin hij o.m. zei- de, dat een dankbare stemming ons hart behoort te vervullen. Een jaar van ingespannen studie ligt weer achter den rug. Wij mogen zeggen, dat er over het algemeen met groote toewijding is gewerkt. Al heeft de feestweek van 7 Maart ook een aangename verademing gegeven, het program, dat moest worden afgewerkt eischte veel van onze krachten, en des drijvers jagen hield ons voortdu rend in spanning. En daarom lacht u, vooral nu de zomertijd zijn lieflijke genieting aanbiedt, de vacantie tegen. En nu moogt gij aan het begin van de vacantie terugzien op al de zege ningen door God u geschonken. Ook op de gebeds ver hooringen en de uit Leidsche Penkrassen. Amice, Als burger van onze stad heeft het natuurlijk je opmerkzaamheid getrok ken, dat deze week in den gemeente raad een paar punten werden aange roerd, die niet, of slechts vluchtig ter sprake kwamen, maar waarover wel behoefte bestaat voor een verder de bat. Ik bedoel de kwestie van de politie, die wel in de commissaris-benoeming als het ware is samen getrokken, maar die toch een weinig dieper zit. En in de tweede plaats de verzor ging van de Zondagsrust door de over heid, door Dr. Van Es bij de rondvraag even aangeroerd. Wat nu het eerste aangaat, er gaan geruchten ja, ik kan het heusch niet helpen, wanneer ik verklap, wat men binnenskamers wil houden, want het wordt als 't ware van de daken gepredikt dat onze Burgemeester het standpunt zal innemen: de Raad heeft daar niets mee te maken, het is ongewenscht oin den Raad er in te moeien. Je weet, Amice, daarmede ben ik het eens. De wetgever heeft niet toe vallig, maar naar mijn overtuiging opzettelijk en op goede gronden de po litie onder eenhoofdige leiding ge plaatst. Als uiterste gezagsa^paraat moet dat m.i. Er kunnen zich gevallen voordoen en dat komt veel vaker voor dan men denkt dat de een hoofdige leiding noodzakelijk is, om dat voorafgaand overleg reeds om des tijds wille onmogelijk is. Daarenboven, reddingen, die u wel niet geheel on bekend zullen zijn, God gaf kracht tot den arbeid. Hij spaarde bij het leven en de gezond heid. Hij gaf lust tot het werk. Hij gaf ook gunst en blijdschap. Ongetwijfeld moeten we aan het einde van eiken levenskring, ook aan het einde van dit cursusjaar, Gods vergevende genade over ons inroepen vanwege onze zonden en zwakheden. En daarom is het betamelijk, dat wij onszelf onderzoeken wie wij waren voor God, hoe wij stonden in het ver vullen van onze roeping, of wij dicht bij den Heere hebben geleefd, of wij in afhankelijkheid van hem hebben ge werkt, of wij onzen tijd en onze ga ven recht hebben gebruikt. Gelukkig ons, als wij beide kennen, het klagen tot God, vanwege onze zonden, en het lied des lofs, ter eere Gods, vanwege hulp en heil ons aan gebracht. Dan is God het voorwerp on zer liefde, de bron onzer kracht, de roem onzer hope. REÜNISTEN VERGADERIN G. Donderdag "werd te Kampen onder leiding van Prof. Dr. T. Hoekstra in de kleine aula van de Theol. School de jaarlijksche vergadering van de reunistenorganisatie van het studen tencorps „Fides Quaerit Intellectum" gehouden. Ds. W. v. Gelder van Tiel en Drs. W. Steunenberg van Katendrecht hiel den een theologisch dispuut over de „dagen" in Genesis 1. De „Monitor" werd gelezen door de predikanten Ds. P. Deddens van Rijs wijk (Z.-H.); Ds. D. v. Dijk van Gronin gen en Ds. H. A. v. Minnen van 's Gra- venzande, en verschafte de aanwezi gen soms niet weinig vreugde. Tot redactielid van „Monitor" werd in de plaats van Ds. K. Schilder geko zen Ds. L. Kuiper van Kampen. Na enkele mededeelingen van ver- trouwelijken aard werd de vergade ring om half zes gesloten. HET HOSPITIUM TE KAMPEN. Onder presidium van Prof. Dr. H. Bouwman werd Donderdag te Kam pen de algemeene vergadering gehou den van de vereeniging tot stichting en instandhouding van het hospitium der Theol. School aldaar. Na opening op de gebruikelijke wij ze werden de jaarverslagen van den secretaris, Prof. Dr. T. Hoekstra en den penningmeester, Dr. I. Nawijn, beiden te Kampen, goedgekeurd en de pennningmeester voor zijn beheer gedecharch eer d. De aftredende bestuursleden, de heeren Ds. K. Oussoren te Broek on der Akkerwoude en J. H. Kok te Kam pen werden herkozen. Na rondvraag werd de vergadering met dankzegging gesloten. hoofdzaak is, dat er dan gehandeld wordt. Of juist gehandeld wordt is dan een zaak van tweede orde, hoewel natuurlijk belangrijk. Toch vrees ik, Amice, dat met alle respect voor dit principieele stand- I punt van Mr. Van de Sande Bakhuij- zen, met alle waardeering voorts voor zijn inzicht en voor de leiding, die hij doet uitgaan, het hier een weinig den verkeerden kant uitgaat. De structuur van ons maatschappe lijk en staatkundig leven is anders dan eenige tientallen jaren geleden. De bevoegdheden zijn niet meer zoo streng afgebakend en gescheiden, maar vloeien hier en daar ineen. Zoo ook hier. Politie-leiding is niet meer mogelijk zonder medewerking en zedelijk dra gen van het geheele gemeentebestuur. Zou de Raad voortdurend .critisch staan, dan zal de beste leiding falen. Daarom behoort deze leiding m.i. wel degelijk rekening te houden met men- schen en stroomingen die er zijn. Dat kan natuurlijk niet door een contact met den Raad als College. Dat College heeft er niets mede te maken en moet als College er buiten blijven. Maar dat College bestaat uit verte genwoordigers van dé burgerij, die ieder voor zich een meening hebben en wier meeningen tenslotte tot groe pen zijn te vereenigen. Daarmede voe ling houden (het behoeft nog geen overleg te zijn) is verstandige politiek. Daarmede voorkomt men openlijke critiek, voorkomt men ook de uiting van een openbare meening van den Raad. Trouwens, die kan hier naar mijn meening noch gevraagd, noch ge lipL'j tót HET NED. BIJBELGENOOTSCHAP. Ten vervolge op het reeds gisteren opgenomen verslag van de vergade ring van het Nederl. Bijbelgenoot schap volge hier nog het verslag van de middagvergadering. In de middagvergadering werd al lereerst meegedeeld, dat bij de verkie zing voor leden van het Hoofdbestuur herkozen zijn Dr. W. G. Harrenstein, Ds. J. P. van Bruggen en Ds. G. Mans- velt en gekozen in de vacature-mej. Frida Katz mevr. A. C. Diepenhorst De Gaay Fortman en in de vacature- Hunningher Ds. D. Crommelin, Zen- dingsdirector te Oegstgeest. „Zes jaar padvinden". Hierna sprak Dr. H. Kraemer, taal kundig afgevaardigde op Java, over het onderwerp: „Zes jaar padvinden". Spr. heeft zijn rede zoo betiteld, om dat hij toen hij naar Indië ging voor een geheel nieuw werk kwam te staan. Het Bijbelgenootschap stuurt afge vaardigden uit om ten behoeve van het Zendingswerk taal, land en volk te bestudeeren en zoo oriënteerend, dienend en fundamenteel voor de Christianisatie der volken van Indië te werken. En vooral ook om langs dien weg een Bijbelvertaling voor te bereiden en tot stand tè brengen. Daar Java al een Bijbel heeft, was deze laatste reden voor Spr.'s werk niet maatgevend. De algemeene op dracht waarmee hij uitgezonden werd, was het nieuwe, ontwakende Indië te bestudeeren en te zien wat de con sequenties daarvan waren voor het Zendingswerk. Zijn eigen gedachte was dat de Zending door de groote veranderingen een nieuwe oriëntatie noodig had en een levend, intelligent contact met de nieuwe stroomingen en een steeds opnieuw stellen van de problemen, die daaruit volgen en te vens met het verdiepte inzicht dat er gekomen is in den geestelijken bodem van het Javaansche volk zelf. Aan het laatste vooral heeft de Zending tot haar eigen schade al te zeer voorbij geleefd. Spr. memoreerde vervolgens hoe hij voor zijn aankomst op Java een studie bezoek van'ongAreer vier maanden in Egypte heeft gebrachj, dat van groot rut bleek. Het voornaamste inzicht dat hij daarvan meebracht was, dat de Mohammedaansche wereld wel zeer in beweging is, maar nog verre is van een echte geestelijke crisis. Op Java gekomen vestigde hij zich in Djokja, omdat Mid den-Java van centrale beteekenis is voor de bestu deering van het oude en nieuwe Java. Zijn positie moest een centrale en dienende zijn voor alle Zendingen. Door voorlichting en oriëntatie heeft hij dat trachten te doen, door voor drachten en schriftelijke informatie. De Zending op Java en in geheel In dië heeft blikverwijding en blikverdie- ping noodig. Dat moest komen door geven worden. Wordt zij gegeven, dan dient zij zonder direct gevolg te blij ven. Vandaar ook, dat m.i. door de drie raadsleden Van Es, Wilmer en Wil brink, de juiste vorm, n.l. een motie is gekozen. Een motie toch kan zon der uitwerking blijven; een besluit niet. Maar zelfs het aannemen van een motie gaat m.i. al te ver. Immers dan spreekt de Raad zich uit over een zaak, di© als college niet op zijn terrein ligt. Dit dient voorkomen te worden. Daarentegen overleg met de kop stukken van den Raad zouden wij ver standig gevonden hebben. In de tweede plaats, Amice, het cir cus Strassburger, dat gistermorgen hier aankwam en gisteravond voor het eerst zijn tent voor het publiek open de. Dr. Van Es vroeg heel voorzichtig of toestemming gegeven was en of speelvergunning op Zondag gegeven was. Toen hij het antwoord vernam, druk te hij zijn spijt uit over deze Zondag- speelvergunning. Zie, Amice, ik kan mij de moeilijk heid voor B. en W. voorstellen, wan neer het betreft Leidsche instellingen. Hier toch zou een weigering beteeke- nen het stelling nemen tegenover een lid van de burgerij. Niet. dat dit op zichzelf zoo ernstig zou zijn, maar dan heeft het toch een kant, waarbij het sociaal medegevoel een woordje mee spreekt. Gansch anders echter met inrich tingen, die van buiten komen. Daar kan ons bestuur zich op zuiver zake lijk standpunt plaatsen. Zooveel te meer een circus, waar noch eenig zedelijk, noch eenig mate rieel nut voor de burgerij uit voort vloeit. Integendeel, als dat circus straks zijn tent weer oprolt, gaan eenige dui zenden guldens met de tent onze stad uit, waar wij niets voor in de plaats krijgen. Mag men de uitspraak van deskundigen op dat gebied gelooven, dan berust bet spel*van deze dieren voor een groot deel op vrees voor mis handeling. Daarmede wordt dan toch inderdaad een groot moreel nadeel be rokkend. In alle geval is wat daar ge zien wordt slechts spel, dat moeilijk een zedelijke verheffing kan genoemd worden. Ik zeg daarom met Dr. van Es, A- mice: liefst geen circus; wij kunnen daar bujten. Nog een ander punt baart mij zorg, Amice, Dat is n.l. onze onderwijs-poli- tiek. Vergis ik mij niet al te zeer, dan is ons college van B. en W. nu zoowat door de erfenis van het vorig College heen. De wethouders Goslinga en Splinter kwamen reeds met een onderwerp, dat kennelijk ondèr hun initiatief viel. De eerste met een gewijzigde steun regeling werkloosheid, de laatste met een reorganisatie van den dienst van gemeentewerken. Maar van het On- clerwijsdepartement vernamen we nog niets nieuws, 't Is daar nog spuien (uitverkoop) van overjarig goed. Zoo meen ik zeker te weten, dat de Chr. H. B. S. met groot verlangen uit ziet naar een beslissing op de> motie Wilbrink. Vergis ik mij niet, dan is het dezer dagen zoo ongeveer twee jaar geleden, dat de laatste aanvraag in behandeling was. Nu is dit ongetwijfeld een niet zoo gemakkelijk onderwerp. Maar toch ook weer niet zoo moeilijk als men zich een oogenblik realiseert de be teekenis van zulke middelbare scholen voor onze stad. Wij hebben in dat opzicht voorbeel den van elders, die genoegzaam spre ken. Zoo geeft b.v. Alpben aan den Rijn een vaste subsidie aan de Chr. H. B. S. aldaar van 4000, dat een steun is veel grooter, dan hier ooit gevraagd werd. Ook Alkmaar zegde indertijd voor de stichting eener RJC. HJJ.S. 6000 subsidie jaarlijks toe. Als B. en W. die beide voorbeelden tot uitgangspunt nemen, dan zal het voorstel wel geen ontevredenheid ver wekken, zooals vroeger het voorstel van B. en W. meermalen gaf. Maar wij zien zelfs nog niets. Een lid van de Onderwijs-Commissie, je weet wel, die verleden jaar werd in gesteld, vertelde mij, dat dit punt no,^ steeds niet op de agenda der Commis sie 9tond. 't Wil soms wel eens helpen om achter den rug van den baas moi diens kalf te ploegen, me dunkt, wi moesten maar eens bij den heer Vrien- aankloppen en hem vragen, hoe h< komt, dat dit zoo lang duurt. Mog lijk weet hij raad. Ik had nog een onderwijsappeltje m je te schillen, maar die zullen w maar bewaren tot den volgenden keer. KER1TAS.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1928 | | pagina 6