NIEUWE LEIDSCHE COURANT
van
DINSDAG 19 JUNI 1928
TWEEDE BLAD.
BINNENLAND.
DE VACANTIEREIS VAN H. M. DE
KONINGIN EN PRINSES JULIANA.
Het Zweedsche Telegraaf Agent
schap seint uit Stockholm d.d. gister:
H. M. Koningin Wilhelmina, bege
leid door H. K. H. Prinses Juliana is
om 8 uur te Stockholm aangekomen.
Na een bezoek aan het Neder-
landsch gezantschap zullen de Vor
stelijke personen de lunch gebruiken
met den 'koning en de koningin van
Zweden om 13 uur.
De Koningin en de Prinses, die
streng incognito reizen, zul1 n na de
lunch zich weer weer naar den trein
begeven om vanavond de reis naar
Abisho voort te zetten.
Z. K. H. DE PRINS.
Z. K. H. de Prins is gisterochtend
vroeg uit Den Haag naar Duitschland
vertrokken om, gelijk dezer dagen
reeds gemeld is, na een kort ver
blijf daar te lande, zich naar Noor
wegen te begeven, waar hij de Konin-
ging en de Prinses zal ontmoeten.
DE EX-KROONPRINS.
Uit Doorn meldt men, dat de ex-
kroonprins van Duitschland aldaar
voor enkele dagen is aangekomen en
dat de Minister van Binnenlandsche
Zaken. Mr. Kan, gisteren met dezen
en met den ex-keizer een bespreking
bad.
GENERAAL SNIJDERS NAAR INDIë
Naar Aneta verneemt, heeft het be
stuur der Nederlandsch-Indische Ver-
et niging voor Luc'.tvaart te Welte
vreden den generaal b.d. C. J. Snijders
uitgenoodigd, als haar gast de ope
ning van de Indische luchtverkeers-
lijnen op Java te komen bijwonen.
De gen -aal heeft deze, van zoo
gioote waardeering getuigende uit-
noodiging gaarne aangenomen. Het
tijdstip, waarop bedoelde opening zal
plaats hebben, staat nog niet geheel
vast.
GEEN VERPLAATSING VA!I
RIJKSLANDBOUWr-'F'" \TIC"TS
Ten vervolge op de beantwoording
van vragen van den heer Braat betref
fende verplaatsting van de Rijksland
bouwproefstations voor veevreder en
zaadcontrole van Wageningen naar
Delft, heeft Minister Kan .lsnog doen
weten dat het in het, door den Minis
ter gegeven, voorloopig antwoord be
deelde onderzoek, aangaande de vraag
of hefc om bezuinigingsredenen wen-
schelijk is de landbouwproefstations
vcor zaadcontrole en voer veevoeder-
onderzoek te verplaatsen, heeft plaats
gehad.
Gebleken is, dat tot een verplaat
sing van eerstgenoemd station niet
kan worden overgegaan, aangezien
het station speciaal voor zijn doel is
ingericht inbouw en inmetseling
van eengedeelte van den inventaris
en slechts door omvangrijke af-
biaak en verbouwing en kostbare de
monteering vooi een ander speciaal
deel is bruikbaar te maken. L* zijn te-
genwoordigen toestand is het dan ook
voor onderbrenging van een der afdee-
lingen van de Landbouwhoogeschool
niet bruikbaar. Bovenaien profiteert
de Landbouwhoogeschool in belangrij
ke mate van de aanwezigheid te Wa
geningen van dat station, zoodat ver
plaatsing .Is een ernstig nadeel zou
worden gevoeld.
Wat aangaat het proefstation voor
veevoederonderzoek, daarin is thans
wel een deel van de bibliotheek der
Landbou.vhoogeschool oi. n^ebracht
slechts als tijdelijke maatregel
doch met 't oog op het brandgevaar is
het gebouw voor bibliotheek niet ee-
schikt en ook niet brui' baar te ma
ken, terwijl het bezwaarlijk voor een
andere afdeeling van de Landbouw
hoogeschool in gebruik kan -dejj
FEUILLETON.
EINDELIJK VREDE.
1; o
HOOFDSTUK I.
Dokter Van Ende was zeer zwaar
moedig gestemd. Een sombere wolk
hing over zijn fijnbesneden gezicht,
toen hij uit de tram stapte, niet letten
de op het bonte gewoel om hem heen,
de krachtige polss.. van het drukke
leven in een groote stad. Dokter
Van Ende lette er niet op, en beant
woordde ternauwernood de groeten
zijner kennissen. Zijn stap was niet
zoo veerkrachtig als anders, terwijl
hij den weg insloeg naar het militair
hospitaal, waar zijn dagelijksch werk
hem wachtte. Het scheen, dat een ge
weldige last hem neerdrukte.
En het was een zware last. De hel
dere zon, die pas kor' geleden voor
hem was opgegaan, was door zwarte
wolken bedekt, ja dreigde in een don
keren nacht voor altijd onder te gaan
Een zacht gekerm ontsnapte onwil
lekeurig zijne lippen: „Mijn God! hoe
zal ik haar redden?" God? Daar
btstond immers geen God! Gek, dat
men zoo'n woord op de lippen neemt,
terwijl het slechts een holle klank is.
iets dat niet bestaat, dat niets betee-
kent. Dokter Van Ende had de ge
woonte niet, om dat woord gedachte
loos uit te spreken, zooals zoovelen de
gewoonte hebben, zoovelen, die niet
genomen. Het is dan ock raadzaam,
den bestaanden toestand voor het
oogenblik te handhaven.
KERK EN SCHOOL.
NED. HERV. KERK.
Bedankt: Voor Ochten (Gld.) J. van
Amstel, te Piitfen o. d. Veluwe. Voor
Lemmer, D. M. Vermet, te Balk.
GEREF. KERKEN.
Beroepen: Te Hoofddorp, K. Siets-
ma, te Schoondijke. Te Woudsend, D. de
Groot, cand. te Amsterdam. Te Helmond,
J. Wristers, cand. te Utrecht.
Bedankt: Voor St. Annaparochie, W.
K. Gerritsma te Oudega.
CHR. GEREF. KERK.
Bedankt: Voor Bussum, J. Jonge-
leen, te Hilversum. Voor Hillegom, J. A.
Riekel te Sliedrecht.
GEREF. GEMEENTEN.
Beroepen: Te Aagtekerke, J. Fraanje
te Barneveld.
Bedankt: Voor Kampen en voor
Scherpenisse, D. Vreugdenhil, te Brui-
nisse.
DOOPSGEZINDE GEMEENTEN.
Zestal: Te Joure, A. L. Broer, te Hin-
deloopen en Koudum; T. O. M. H. Hijlke-
ma, te Giethoorn; J. F. Knipscheer, te
Oude-Biltzijl;J. Koekebakker, te Middel
burg en Goes; B. P. de Vries, te Balk en
Woudsend en N. v. d. Zijpe, te Zijldijk.
BEVESTIGING, INTREDE, AFSCHEID.
Cand. H. C. Touw, van Utrecht, is voor
nemens om Zondag 22 Juli a.s. zijn in
trede te doen bij de Ned. Herv. Gem. van
De Kaag, na 's morgens bevestigd te zijn
door Ds. D. Tromp, van Heerlen.
Ds. J. Jansen, te Texel, die bet be
roep heeft aangenomen naar Tubbergen,
(bij Almelo), is voornemens 8 Juli afscheid
te nemen van de Ned. Herv. Kerk te
Texel om op 15 Juli zijn intrede te doen
te Tubbergen, na bevestiging door zijn
voorganger Ds. Th. C. Vriezen, thans te
Sittard.
Ds. J. H. Th. Rappard hoopt 24 Juni
afscheid te nemen van de Ned. Herv. Kerk
te Barneveld om 1 Juli intrede te doen te
Dinteloord. Bevestiger is Ds. K. J. v. d.
Berg te Amersfoort.
Ds. D. P. Kalkman hoopt 5 Augus
tus afscheid te nemen van de Geref. Kerk
te Krimpen a. d. Lek, om 19 Aug. cLa.v.
intrede te doen te Moordrecht. Bevestiger
is Ds. J. v. d. Sluis te Ouderkerk a. d.
IJsel.
Na bevestigd te zijn door zijn zwager
Ds. J. Hettinga, van Wyckel en Balk, met
een predikatie over Efeze 1 4a, deed jJ.
Zondagavond Ds. J. de Koning, van Vries,
intrede in de Geref. Kerk te Schipluiden,
met een predikatie over 2 Cor. 217.
Ouderling A. van Dorp sprak namens
den Kerkeraad Ds. de Koning toe. Ds. W.
Moene van De Lier sprak namens de clas
sis Den Haag, Ds. T. J. Hagen van Delft
als consulent, terwijl ten slotte gesproken
werd door den heer J. Pouwer, hoofd der
Geref. School. Toegezongen werd Psalm
134 3.
Dr. H. Schokking van Den Haag be
vestigde Zondag cand. G. J. Streeder in
de Ned. Herv. Kerk te Heinenoord met 'n
predikatie over Ef. 411b en 12.
Gebruikelijke toespraken werden ge
houden. Ds. Streeder werd toegesproken
door zijn vader, den heer G. J. Streeder
Sr., Godsdienstonderwijzer te Den Haag;
door Ds. J. Weener, te Geervliet, studie
vriend; door den heer H. Tonnon, theoL
cand. te Den Haag, namens enkele stu
denten-disputen en door Ds. J. ten Bok-
kel Huinink, consulent.
Toegezongen werd Psalm 134C. Aan
wezig waren o.m. verschillende predikan
ten en de burgemeester.
DE KERK EN HET SOCIALE LEVEN.
De algemeene vergadering van den Cbr.
Zeeliedenbond op 10 en 17 Jan. j.l. te
Scbeveningen gehouden, benoemde een
commissie, die haar oordeel nader had
uit te spreken over het uitvaren op Zon
dag in het visscherijbedrijf.
In deze commissie namen zitting de
heeren Ds. W. M. A. Kalkman, Ned. Herv.
predikant te Katwijk aan Zee; Ds. J. G.
Feenstra, Ger. predikant te Scheveningen
en Ds. L. H. v. d. Meiden, Chr. Geref. pre-
in het bestaan van een God zeggen te
gelooven, en onophoudelijk Zijn Naam
misbruiken.
Slechts een enkel oogenblik hield
de jonge dokter zich met deze gedach
te bezig, om dadelijk weer tot het
punt van uitgang terug te keeren:
„O kon ik haar maar redden! Ja, zij
moet, zij zal gered worden! Zij mag
niet sterven. Zij kan niet sterven!"
En hij verhaastte zijn stap, die een
oogenblik tevoren zoo zwaar was. Hij
zou zich haasten om zijne dagtaak te
volbrengen, dan eenige collega's raad
plegen over dat geval, dat al zijne ge
dachten bezighield; en dan terugkee-
ren, terugijlen. De kunst zou wonde
ren doen. Zijne Helena zou gered
worden
Nog maar een paar weken geleden
had zijne gelukszon zoo helder ge
schenen. Als officier van gezondheid
was hij uit Nederland teruggekeerd.
Dij had zijne studiën prachtig geëin
digd, en in het land zijner geboorte
zcuden ze rijke winst vfwerpen, en
zóó zou hij in staat worden gesteld, de
zelfopoffering van zijne goede, trouwe
eenige zuster te beloonen, die het '*or-
tuin, hun beiden door hun vader na
gelaten. voor 't grootste gedeelte aan
den oudsten broer had afgestaan, om
hém in staat te stellen, eene geschikte
plaats in de maatschappij te verove
ren.
Aan froord had de jonee dokter ken
nis gemaakt met het innemendste,
keftalligste schepseltje, dat hij ooit
dikant te 's-Gravenhage, de reeders J. J.
de Niet en P. J. de Mos en de visschers
en schippers J. Groen Dzn., G. Guyt en K.
H. de Graaf.
De commissie heeft met algemeene
stemmen als haar gevoelen uitgesproken:
le. Dat alleen noodzakelijke arbeid op
Zondag mag worden verricht;
2e. dat ieder naar zijn consciëntie, in
gebondenheid aan Gods Woord, dient te
weten wat hij onder „noodzakelijken ar
beid" heeft te verstaan;
3e. dat het uitvaren op Zondag, anders
dan in noodgevallen, moet gerekend wor
den als te zijn in strijd met de Wet des
Heeren;
4e. Dat de commissie hoopt en ver
trouwt dat allen, zoowel reeders als schip
pers, als alle matrozen zullen medewer
ken, dat in het visscherijbedrijf de Zon
dag als dag des Heeren en rustdag ge
heiligd wordt.
ZENDINGSFILM VOOR MIDDEN-JAVA
EN SOEMBA.
Ds. D. Pol te Rijsoord schrijft ons na
mens het Comité-Zendingsfilnl voor Mid-
den-Java en Soemba:
Het comité voor bovengenoemde film
meldt met dankbaarheid, dat uit greote-
re en kleinere plaatsen talrijke aanvra
gen om een vertooning reeds ontvangen
werden. Alle antwoorden' op de gezonden
vragenlijsten zijn nog niet binnen; spoedi
ge beantwoording is noodig, om nog in
het herfst- of winterseizoen een voorstel
ling te kunnen verkrijgen.
Ter toelichting van sommige punten
moge medegedeeld worden:
Voor de aparte voorstelling voor kin
deren, tot den leeftijd van 16 jaar (te ge
ven van plm. 5 tot 7 uur) stelde het Co
mité de entrée op ƒ0.10.. dat moge een
schadepost geven, de poging om alle kin
deren, knapen en meisjes, de zendings
film te laten zien en vcor de zending te
winnen, mocht daarom niet nagelaten
worden. Zouden de schoolhoofden een
handje mee willen helpen?
De entréeprijzen voor de tweede, op die
voor de kinderen volgende vertooning,
uitsluitend voor volwassenen bestemd,
werden gesteld op ƒ0.60 en voor wie het
betalen kunnen op ƒ1, 1.25 en 1.50.
Doch dat mag geen verschil in de plaat
sen maken. Geen rangen!
Zouden onze meisjesvereenïgingen met
den verkoop der spoedig te verzenden
kaarten zich zoo spoedig mogelijk willen
belasten?
Met zoo'n vóórverkoop zouden zij een
uitnemend werk doen. Immers al wat in
komt boven de waarborgsom van 150
(óók voor een kleine plaats toch niet te
hoog: b.v. 150 kinderkaarten a 10 ets.;
150 kaarten a 60 ets.; 40 kaarten a ƒ1 en
10 a 1.50 geeft al een bedrag van 160)
is geheel ten bate van de zending.
Met dat laatste is niet bedoeld de plaat
selijke zendingskas, doch een bijdrage
voor de zending in haar geheel, welke
zoo billijk mogelijk zal verdeeld worden,
ter beslissing aan de onderscheidene zen-
dingsdeputaten. Aan -commissies op klei
ne plaatsen, niet bij machte voor de ge
vraagde waarborgsom in te staan, wordt
geraden met omliggende gemeenten over
leg te plegen en samenwerking te zoeken;
tot een 200 a 300 kaarten kunnen zij het
immers allicht brengen.
De kerkeraden willen allicht voor de
filmvertooning het kerkgebouw wel gra
tis beschikbaar stellen.
De zendingsfilm belooft een prachtstuk
te worden. Laat er dan een ernstige be
spreking over dit voor de zending uitne
mende propagandamiddel alom gevoerd
worden, met het vaste voornemen om wat
te doen.
MIDDELB. AKTES FRANSCH, DUITSCH
EN ENGELSCH.
Bij K. B. van 30 Mei 1928, Staatsbl. No.
194 zijn in het programma ^an de exa
mens middelb. onderwijs Fransch, Duitsch
en Engelsch de volgende wijzigingen aan
gebracht: bij de examens A. en B. vervalt
de bepaling, dat vreemdelingen, die ver
klaren de Nederlandscbe taal niet mach
tig te zijn, de vertaling kunnen vervan
gen door een opstel en een paraphrase
van een gedicht in de taal, waarover het
examen loopt.
Voor de akte A wordt de volgende be
paling ingevoegd:
„Het maken van een opstel in de taal,
waarover het examen loopt, en/of van
een schriftelijke vertaling van een niet
te gemakkelijk stuk proza uit de vreemde
gezien had, eene arme wees, die naar
Indië kwam om met het geven van
muzieklessen haar brood te verdienen.
Spoedig had hij haar hart veroverd,
en hare teedere liefde en aanhanke
lijkheid had hem overgebracht in een
wonderland, een paradijs, waarvan hij
tot nu toe het bestaan niet had ver
moed.
Terwille van zijn werk in het hos
pitaal te Weltevreden, had hij het aan
bod van een bejaarden dokter, den
boezemvriend zijns vaders, aangeno
men, om bij hem in te wonen, daar hij
dan in de nabijheid van zijn dage
lijksch werk was. Maar eiken namid
dag, wanneer zijne dagtaak afgeloo-
pen was, had men hem in de tram
kunnen zien stappen met een geluk
kigen glimlach op zijn mannelijk ge
laat; en nooit reed de tram hem snel
genoeg om den korten afstand tot
Meester Cornells af te leggen. Heer
lijke uren werden daar in het kleine
gezellige huisje gesleten, waar zijne
zuster met hartelijke liefde de arme
wees had welkom geheeten. Het wa
ren de kostelijkste uren van den. dag
wanneer Frank in haar midden was,
en de innigste liefde omsnoerde deze
c'rie warme, liefhebbende harten. Al
te spoedig waren ze voorbij, wanneer
Frank laat in den avond afscheid nam
om zijn oksthuis weer op te zoeken.
En nu was ze sedert eenige dagen
zwaar ziek, zij. zijne aangebedene, zijn
Helena; en een oogenblik scheen het
bloed in zijne aderen als gestold te
taal in het Nederlandsch. De examencom
missie beslist, of een opstel, dan wel een
vertaling zal worden opgegeven, of wel
beide; van vreemdelingen wordt in elk
geval een vertaling geëischt.
In het tweede lid van het programma
voor#de akte B vervallen de woorden
„mondeling of", terwijl wordt ingevoerd
de bepaling: „Het maken van een schrif
telijke vertaling van een niet te gemak
kelijk stuk proza uit de vreemde taal in
het Nederlandsch. Deze wijzigingen tre
den in werking met 1 Januari 1929.
Gemeenteraad Leiden.
(Vervolg van gisteren).
14. Voorstel inzake de beschikbaar
stelling van gelden ten behoeve van
de uitbreiding van de Electriciteits-
fabriek met een turbo-generator, t "ee
stoomketels en een schakelhuis met
bijbehoorende hulpmachines en ver
dere toebehooren.
De heer G r o e n e v e 1 d (S. D.)
merkt op, dat de teekening bij de
stukken ontbrak. Voorts vraagt hij\
hoe het gaat met de aldaar ontworpen
weg.
Spr. vraagt ook, of het geen over
weging verdient, de fabriek te ver
plaatsen. De roetplaag is hinderlijk en
maakt de omgeving haast onbewoon
baar. Spiv vernam, dat nu 2 millioen
verbouwd zal worden, terwijl een cen
trale huiten 4 millioen zal kosten.
De heer M a n d e r s (R. K.) is ook
verwonderd, dat geen volledige finan
cieel© inlichtingen worden verstrekt.
Ook spr. vestigt de aandacht op de
roetplaag, vooral uit hygiënisch oog
punt moet daarop de aandacht geves
tigd. De uitbreiding der fabriek is
naar spr.'s meening eerst in aller
hoogste instantie en slechts tijdelijk
verleend. Bestaat er zekerheid, dat
deze uitbreiding verkregen wordt?
Spr. vestigt de aandacht op de ver
hoogde productie der fabriek die den
overlast verhoogt.
De heer Spendel (R. K.) komt er
tegen op, dat men zoo gemakkelijk
met de cijfers omspringt. Procentsge-
wijze is de roetplaag niet met de uit
breiding meegegaan. Commissarissen
accepteeren niet alles.
De heer Rosmalen (C. H.) maakt
een opmerking die onverstaanbaar is.
De heer S c h u 11 e r (S. D.) zou het
niet kwalijk nemen, als een van zijn
partijgenooten een afwijkend stand
punt zou innemen.
Voorts heeft spr. zich verwonderd,
dat de partij, die tijdens de verkiezin
gen bouquetjes uitdeelde, nu nog
niets heeft gezegd.
De heer Bosman (V. B.) heeft de
aangelegenheid eens besproken met
den Directeur, maar werd daardoor
niet geheel bevredigd, Technisch wil
spr. het liefst aan de Directie overla
ten. Verplaatsing is om de ruimte niet
noodig. Wanneer dus verplaatsing
noodig zou zijn, is het om de roet
plaag. Maar spr. vraagt dan toch voor
af bestrijding met mechanische of
eventueel chemische middelen. Spr.
vraagt ook overweging van het gedeel
telijk gebruik van de voorhanden gel
den.
De heer W i 1 m e r (R. K.) hoewel
niet behoorende tot de leden, die a
priori de roetplaag onoverkomenlijk
achten, heeft spreker toch veel inte
resse voor de zaak.
Spr. vraagt, welke middelen denkt
de heer Bosman tot bestrijding van
de roetplaag te nemen.
Weth. Go sl in ga verblijdt er zich
over, dat deze zaak niet zonder dis
cussie passeert.
Spr. spijt het, dat de overzichtelijke
teekening niet heeft ter inzage gelegen
Dat is een onopzettelijk verzuim. De
verbinding Volmolengracht-Maresin-
gel is steeds onmogelijk geacht en is
ook thans nog onmogelijk, omdat de
ze verbinding dwars door de fabriek
zou moeten gaan. Straks, als de be
graafplaats mag worden afgegraven
kan deze verbinding komen. Als we
tachtig jaar geleden geweten hadden,
dat Leiden zich zou zou uitbreiden,
zouden wij een ander terrein gekozen
hebben. Maar dat is nu eenmaal niet
anders.
Het stichten van een nieuwe fabriek
zijn, toen hij constateerde, dat het ty
phus was, die als een wreed monster
zijne klauw had gelegd op dat teedere,
liefelijke wezen. Den ganschen nacht
hadden ze te zamen bij de lieve zieke
gewaakt. Eene betere ziekenverpleeg
ster dan zijne trouwe zuster had hij
Dergens kunnen vinden; en ook nu
wist hij, dat ze volmaakt veilig was
onder Ruth's teedere zorgen.
Toch was hij gejaagd hij het vol
brengen van zijne dagtaak, terwijl
hij de zalen doorliep, en de lijders, die
aan zijne zorgen waren toevertrouwd,
te woord stond. Er moest juist dezen
morgen eene. operatie worden verricht,
en in de operatiekamer stonden een
paar dokters op hun colle°a te wach
ten.
Terwijl hij zich daarheen spoedde,
ontmoette hij zijn ouden vriend, bij
wien hij inwoonde.
„Wel, mn jongen!" zeide dokter
Steenbergen, hem vriendelijk op den
schouder kloppende, „hoe gaat het
ermee?"
„O dokter! het was een vreeselijke
nacht", was het sombere antwoord,
terwijl de jonge man zijn gelaat een
oogenblik met de hand bedékte. „Ik
moet u zoo meteen spreken, als de
operatie daarginds afgeloopen is. De
kunst moet toch een middel hebben om
doze vreeselijke ziekte te stuiten 1"
„Moet jij bij die operatie assistee-
ren? Op mijn woord* je ziet nu al zoo
wit als de muur. Wacht even! ik zal
vragen, of een ander ja plaats voor de-
RECLAME.
Zomersproefen ver
dwijnen spoedig door een pot
Sprutol. Bij alle Drogisten.
zal niet eerder mogen plaats hebben,
dan wanneer deze onvoldoende blijkt.
Dan moet de nieuwe geleidelijk de
productie overnemen. Een kapitaal
van 4 millioen is slechts het begin. Dat
kost geruimen tijd van voorbereiding
Bovendien moet niet vergeten wor
den, de mogelijkheid van samenvoe
ging met de andere Zuid-Hollandsche
electriciteits-voorzieningen.
Men heeft de toename der belasting
met gemengde gevoelens gade gesla
gen. Voor den winter 1929 moet de
uitbreiding hebben plaats gehad om
voldoende zekerheid te hebben bij sto
ring. De maximale belasting is nu
reeds 42.500 K.W.U. Gelukkig is de
afname niet op eenig moment tot dat
aantal opgevoerd, maar in elk geval
moet voor eind 1929 de uitbreiding
komen.
De roetplaag is ernstig. Maar de hee
ren vergissen zich, als zij meenen, dat
de roetplaag door deze uitbreiding zal
toenemen. Integendeel, de nieuwe ke
tels verbeteren den toestand en wer
ken ook economischer. Overwogen
wordt, nog een beter soort kolen te
gebruiken, maar ook nu reeds worden
betere kolen gebruikt dan elders. Ge
heel wegnemen van de roetplaag is
nog onmogelijk, gelijk pas nog in den
Amsterdamschen Raad bleek.
De heer Manders vroeg, of de ver
gunning wel verkregen zal worden.
Dat is een zaak van Ged. Staten,
maar spr. betwijfelt niet, dat de ver
gunning verkregen zal worden. Spr.
wijst er op, dat de gemeente vooruit
moet. In 1924 werd tot uitbreiding be
sloten, die in 1926 tot stand kwam.
Deze uitbreiding komt eerst in 1929
tot stand. Het kapitaal moet door de
gemeente worden verstrekt in een ka
pitaal, dat tegen een bepaalde rente
wordt verstrekt. De beschikbare mid
delen moeten zoodanig worden be
heerd, dat rentabiliteit verzekerd
blijft. Een afschrijvingsfonds moet
aanwezig blijven.
De heer Bosman (V. B.) meent,
dat het afschrijvingsfonds inderdaad
blijven moet, maar de reserve is veel
grooter, daarom kan men voor nieuw
bouw daarvan nemen, ook al met het
oog op renteverlies.
Spr. vraagt, of niet met een kleine
re machine kan volstaan worden,
maar spr. dringt daarop niet aan.
De heer Manders (R. K.) bespreekt
ook nog de verplaatsing-uitbreiding.
Verplaatsing moet geleidelijk plaats
hebben, maar dan kan dat punt ook
nu overwogen worden. Spr. vraagt, of
we niet nog een belangrijke reserve
aan K. W. U. hebben, en vraagt daar
om, kunnen we niet nog eens de kat
uit den boom kijken.
De heer G r o e n e v e 1 d (S. D.) wijst
er op, dat inderdaad een stuk terrein
dat indertijd voor weg bestemd was,
voor uitbreiding benut wordt.
In 1924 bleef dit in het midden, nu
wordt de weg eenvoudig weggenomen
In de stad zijn verschillende fabrie
ken door wegen gescheiden. Dat kan
ook hier. Spr. bedoelde niet een ver
binding Volmolengracht-Mar esingel,
maar een doorgaande verbinding tus-
schen Zuid Noord van de stad.
Spr. heeft respect voor de kennis
van den heer Spendel, maar weet toch
niet, of deze kennis hier boven verden
king staat.
De roetplaag moge procentsgewijze
dalen, absoluut stijgt ze toch. Wat
de wethouder hier zeide is vroeger
door wethouder Sanders ook gezegd,
spr. kan daar geen vertrouwen in stel
len.
Wat de verplaatsing aangaat. Deze
zou kosten 4 millioen, maar dan toch
minus deze uitbreiding. Spr. geeft in
overweging dat te overwegen.
De heer De R e e d e (C. H.) wijst er
op. dat de lichtfabrieken over een
enorm kapitaal aan liquide middelen
beschikken, n.l. 1.400.000 aan depots
bij den ontvanger. Deze gedeeltelijk te
zen morgen kan innemen".
De vriendelijke oude dokter was
spoedig terug. „Nu 't is in orde, hoor!
Ga jij nu maar zoo spoedig mogelijk
terug. En vooral, maak je zelf niet
van streek. Je weet bet zelf zoo goed
als ik, dat medicijnen bij zoo'n geval
bitter weinig uitwerken. Het is de
zorgvuldige verpleging, die de patiënt
kan behouden; en ik ben er zeker van,
dat het haar in dat opzicht aan niets
zal ontbreken. Onze goede Ruth is een
uitstekende ziekenverpleegster. Maar
jullie moet je zeiven sparen. Ga nu om
beurten wat rusten; anders zal geen
van beiden het kunnen volhouden. Ik
zal de zaak wel voor je in orde maken,
dat je eenige dagen verlof krijgt; want
onder zulke omstandigheden heeft
men zijne gedachten onmogelijk goed
bij elkaar.
Geen dank, geen dank, beste jon
gen! Houd je maar goed! Zoodra mijn
werk hier afgeloopen is, kom ik.eens
even kijken. Adieu, tot straks!"
En de goedhartige oude man riep
hem nog na, terwijl de jonge dokter
de trappen haastig afliep: „Moed hou
den, hoor je! Ze is jong, en de jeugd
heeft eene verbazende veerkracht!"
Maar zich omkeerend, mompelde hij:
„Arme jongen! dat juist zoo'n teer
gestelletje door zulk eene kwaadaar
dige ziekte moest worden aangetast!
En de verschijnselen, die hij beschreef,
bevallen me heelemaal niet, heele
maal niet!"
CWordt Ttffolgü)