van de zijde van afnemers de veror dening wordt gewenscht. De verordening wordt vastgesteld. Het voorstel van Eek wordt aange nomen met 17 tegen 12 stemmen. 13 .Voorstel om de Commissie van Beheer over de gestichten „Endegeest, Voorgeest en Rhijngeest" te machtigen tot den bouw van een theehuisje op het terrein van het gesticht „Ende geest". Aangenomen. 14. Voorstel om de Commissie van Beheer over het Openbaar Slachthuis te machtigen tot uitbreiding van het keuringslokaal en tot den bouw van een garage en van een vleeschver- kooplokaal op het terrein van het Slachthuis. Aangenomen. 15. Voorstel tot het verleenen van eene bijdrage in de restauratiekosten van de Pieterskerk, groot 3000, 's jaars, gedurende 10 achtereenvol gende jaren, aan de Gemeente-Com missie van het Ned. Herv. Kerkgenoot- schap.\ De heer S ij t s m a (V. D.) vindt, het bedrag groot. Terwijl de gemeente het bedrag verdubbelt, wordt het be drag der gemeente-commissie slechts in geringe mate verhoogd. Spr. is er voor, hierin meer gelijkheid te bren gen. Weth. G o s 1 i n g a merkt op, dat wen vooral den heer S. niet moeten volgen, want dan krijgt men een be spreking over allerlei kerkelijke kwes ties. Het gaat hier om een monumen taal gebouw spoedig al te werken. In den kring der Ned. Herv. Kerk is de offervaardigheid ook al belang rijk geprikkeld. Bovendien het gaat niet om verhooging" van het bedrag, maar om eerder betaling, er is dus hoogstens rente-verschil. Aangenomen. 16. Voorstel inzake verlaging van de rente en opschorting van de aflos sing van het bij Raadsbesluit van 29 Maart 1920 aan de vereeniging ,,'s Zo mers Buiten" verstrekte voorschot voor den bouw van een dubbele va- vantiewoning te Katwijk. Aangenomen. 17. Praeadvies op het voorstel van den heer Sijtsma, inzake de bevorde ring in rang van den wetènschappe- lijken ambtenaar aan het Gemeente- Archief Mr. J. W. Verburgt en van den Adjunct-Directeur van het Stedelijk Museum „De Lakenhal" A .Coert. De heer S ij t s m t (V. D.) dankt voor het meegaan met een deel van spr.'s voorstel. Spr. is echter teleur gesteld ten aanzien van den heer Ver burgt. Vooral om den toon van het prae-advies. die zeer teleurstellend is De heer Verburgt moet den directeur vervangen. De directeur, de heer Over- voorde geniet een zwakke gezondheid Daardoor wordt de taak van den ad junct-directeur verzwaard. Spr. geeft alsnog in overweging een verhooging te geven. De Voorzitter heeft er bezwaar tegen, dat men hier het gemeentebe lang verbindt aan het persoonlijk be lang. Dat achten B. en W. verkeerd, hoewel het ook hun College voor be langhehbende spijt. De heer S ij t s m a meent, dat hier een wetenschappelijk man noodig is op de overweging door spr. genoemd. De heer Wilmer (R. K.) merkt op, dat de salarieering hier beneden den nbrm is, gerekend naar de eischen aan 'den ambtenaar te stellen. De heer V e r w e ij (S. D.) wil de al- gemeene zijde belichten. Spr. keurt het af, dat een raadslid van zijn recht van initiatief gebruik maakt, om indi vidueel voor een ambtenaar op te ko men. De tijd is voorbij om zoo op te treden. Er zijn vakorganisaties /en georganiseerd overleg; daarvan moet gebruik gemaakt worden. De heer S ij t s m a (V. D.) heeft hoop dat, wat de zaak aangaat, ter gelege ner tijd wel aan spr.'s verlangen zal worden tegemoet gekomen. Spreker komt op tegen de stelling van den heer Verwey, alsof spr. voor loopjon gen gebruikt werd. Dat zou het geval zijn als de Raad boog voor de vakor ganisatie. Aangenomen. 18. Verordening, regelende de sa menstelling en den werkkring van de Commissie van Fabricage. De heer S ij t s m a (V. D.) deelt me de, dat de meerderheid der Comm. voor de huishoudelijke verordening met het voorstel in het algemeen ac- coord gaat. Maar de meerderheid gaat niet accoord met de delegatie van be noemingen. De heer Van Eek (S. D.) heeft met gemengde gevoelens van dit voorstel kennis genomen. Met genoegen werd vernomen de geneigdheid om ook de S. D. A. P. op te nemen. Eveneens de samenvoeging van de beide commis sies. Maar ontstemming heeft gewekt, dat het karakter der Comm. wordt veranderd. De Comm. wordt nu ont hoofd. Dat is nooit de bedoeling van de S. D. A. P. geweest. Het is niet zoozeer het feit, dat B. en W. partij kiezen in het conflict, dan wel, dat B. en W. nu ingaan tegen de democratische strooming om de raadsleden zooveel mogelijk invloed te geven. Het is opmerkelijk, dat er een stroo ming komt, die rechtstreeks ingaat tegen den wensch van de regeering, zooals ze in een voorontwerp tot wij ziging van de gemeentewet wordt ont worpen. Spr. verklaart zich nog niet voor dat ontwerp, maar constateert het feit Spr. wijst er op, dat de Commissie voortaan zal kunnen adviseeren, maar de Commissie is onbekend met de toestanden. Ook kunnen B. en W. advies vragen, maar er staat niet, dat ze het moeten doen. Verder is de Com missie op alle mogelijke wijzen be perkt. Ze heet een beheerscommissie maar is slechts een adviescommissie. De heer Par m entier (A. R.) in*, terrumpcert met dc opmerking, dat de Commissie ook meende dat de te genwoordige regeling niet voldoet. De heer Van Eek (S. D.) meent, dat in elk geval de tijd ongunstig is gekozen om nu verandering aan tc brengen. Spr. stelt, mede namens den heer Schuil er een motie van orde voor om de beraadslagingen te staken en B. en W. uit te noodigen een nieuw ont werp in te dienen. De heer Wilmer (R. K.) acht het juist, dat B. en W. nu voorstellen dc taak der commissie trachten te ver eenvoudigen. Nu werden enkele on derwerpen genoemd, terwijl in de toe komst alleen naar het oordeel van B. en W. advies gevraagd wordt. Wat zal regel zijn? Dit, dat B. en W. als regel advies blijven vragen, want an ders stuurt de Raad het voorstel terug Ook in andere Commissies bestaat dezelfde regel. De heer Baart (S. D.) vraagt, of de wijziging ook gekomen was, als de S. D. A, P. er niet op aangedrongen had. ml De heeren Huurman en Par- men t i e r: Ja! Verschillende stemmen links: Neen! De heer Wi lmer vervolgt en meent dat het nu de tijd is om dit punt af te' doen. De heer Huurman (A. R.) vraagt vooraf stemming over de motie van orde. De heer S c h u 11 e r (S. D.) wil dan toch aan de hand van de motie over de kwestie zelf spreken. Dit ontmoet van vele zijden be zwaar. De Voorzitter kan zich voor stellen, dat men wenscht, nu breeder daarop in te gaan, toch vraagt spr. beperking. De heer S c h u 11 e r vervolgt en zegt, dat de voorstelling van onbelang rijke werkzaamheden verklaarbaar is, als men zich zooveel mogelijk van de verantwoordelijkheid onttrekt. Spre ker acht dat niet juist, want tot de taak van de commissie behoort ook het nagaan op het werk. Er zijn voor beelden van minder toezicht van de Commissie. Spr. vraagt, als er dan feitelijk niets veranderd wordt, waarom worden dan sommige onderwerpen niet meer ge noemd? Er komen belangrijke onderwerpen aan de orde, maar B. en W. kunnen bij aanneming van deze verordening er de Commissie netjes buiten hou den. De heer Wilbrink (C. H.) grijpt ook terug op de geschiedenis en her innert er aan, dat hij bij het conflict reeds, opmerkte, dat de uitbreiding der Commissie zou leiden tot moeilij ker gaan van de werkzaamheden. Nu is een uitweg gezocht voor oplossing van het conflict, maar nü wordt weer wantrouwen uitgesproken. De heer K o o i s t r a (S. D.) meent, dat toegeven aan den drang der S. D. A. P. gepaard gaat met een terugtre den op den demöcratischen weg. Het is opmerkelijk, dat indertijd de veror dening werd gewijzigd op grond van de practijk van 20 jaar. Maar nu moet men wijzigen, omdat één of twee dwarskijkers er bij komen. De heer Bosman (V. B.) hoewel gevoelende voor de practische verbe tering, had het beter gevonden, dat daarmede gewacht werd tot de Com missie was uitgebreid. De heer Heemskerk (R. K.) schaart zich aan de zijde van degenen, die meenen, dat wijziging had moeten wachten. Ook de heer Mande (»s verklaart zich aldus. Weth. Splinter wijst er op, dat juist aan aandrang tot uitbreiding ge bracht heeft overweging en vereen voudiging. Het werk is enorm uitgebreid en het groote aantal dossiers betreft bouwaanvragen e.d. Alle stukken van gewicht, die in den Raad komen, zul len voortaan steeds bij de Commissie komen. Het ontwerpen van voorstellen is niet de taak der commissie, dat moe ten de ambtenaren doen! Spr. noemt voorbeelden van elders, o.a. Amsterdam, alwaar dezelfde be- palingen gelden. Waarom dan zooveel verzet? Er is geen reden voor. Op voorstel van den heer Huurman wordt de vergadering geschorst tot hedenavond kwart over acht Avondvergadering. Te 8.15 heropent de voorzitter de vergadering. De heer van Eek (S.D.) verdedigt zich tegen de beschuldiging van wantrouwen, door den wethouder geuit. Het wantrou wen is aan de overzijde. Spr. zou prijs stellen op een nauwkeurige omschrijving van de taak dezer commissie. De heer S c h 11 e r (S.D.) vindt het de fout van B. en W., dat zij partij gekozen hebben in het conflict dat betreffende deze commissie is gerezen tusschen de S.D.A.P. en de burgerlijke partijen. Wordt er wat veranderd in de taak dezer commissie of niet? vraagt spr. aan den wethouder. De heer Groeneveld (S.D) is van oordeel, dat de wethouder de zaak thans moet laten zooals zij is, en dan afwachten hoe de nieuwe leden werken. De heer Parmentier (A.R.) zegt, dat het niet gaat om de bescherming van de leden van de commissie van fabricage; de vraag; is alleen of het werk, dat vlug af gedaan moet worden, niet tegengehouden wordt. Wat is er nu eigenlijk gebeurd? Waar om komt de wethouder thans met een wij ziging dezer verordening? Uit het voor stel om de commissie uit te breiden van 3 tot 5 leden is het huidige voorstel gebo ren. De stukken moeten bij 5 leden in plaats van bij 3 circuleeren: dat vordert meer tijd. Dit bezwaar gevoeld zijnde, is er gesproken over de wijziging der ver ordening. Dit is de aanleiding geworden. Spr. ziet niet in. wat er nu niet meer zou kunnen besproken worden In de com missie van fabricage. Er komen thans stukken bij de commissie, waarvan bet eigenlijk bespottelijk is, dat ze er ko men, en nu worden deze" uitgeschakeld. Er is bij do heeren aan de overzijde wan trouwen, echter ten 'onrechte Lant de heer van Eek nu eens anntoonen, waarin de commissie in haar taak verkort wordt.. De heei' Wilbrink (C.I-I.) merkt op, dat reeds vroeger door H. bil W. de nood zakelijkheid is bepleit eener wijziging van de verordening inzake de commissie van fabricage. Dat is de grond van het hui dige compromis. De heer Verwey (S.D.): Ja, een com- pro-m i s. De heer Wilbrink heeft geen be zwaar daartegen. De heer Spend el (R.K.): 't Kan wel i' a a k zijn ook. De heer Wilbrink zegt dat de klei ne dingen door B". en W. zullen afgedaan worden, doch gewaarborgd is dat de groo te zaken in de commissie zullen komen. De heer van Eek ontkent dit laatste. De heer Splinter, Weth., beantwoordt de sprekers. Spr. handhaaft hetgeen hij van middag gezegd heeft, dat hier van wantrouwen bij den heer van Eek en zijn partijgenooten sprake is. De wijziging van artikel 6 is alleen voorgesteld, opdat alle zaken die in de commissie moeten komen, door deze commissie behandeld kunnen worden. Van ontijdig ingrijpen is geen sprake. De practijk heeft geleerd, dat eeni- ge artikelen verouderd zijn. De motie van de orde van de heeren van Eek en Schüller wordt verworpen met 15 tegen 12 stemmen. De voorzitter gelooft dat we de plaats gehad hebbende discussies als &1- gemeene beschouwingen kunnen beschou wen. De verordening wordt artikelsgewijze en in haar geheel z.h.st. aangenomen. 19. Verordening, houdende wijziging van de verordening van 13 Juni 1918 (Gem.-Blad No. 21) op het Grondbe drijf. Aangenomen. 20. Verordening, houdende wijziging van de verordening van 14 November 1918 (Gem.-Blad No. 43), regelende de samenstelling van de bureaux van Ge meentewerken, van den Gemeentelij ken Reinigings- en Ontsmettingsdienst en van het Bouw- en Woningtoezicht. Goedgekeurd. 21. Voorstel om te hesluiten tot het instellen van beroep tegen een beslis sing van Gedeputeerde Staten, inzake een aanslag in de Forensenbelasting. Goedgekeurd. De voorzitter geeft daarna het woord- aan den heer Schüller tot het hou den zijner interpellatie over de brand weer. De heer Schüller (S.D.) merkt aller eerst op, dat de raad de door hem aan de orde gestelde kwestie niet moet be schouwen uit het oogpunt, welke fractie ze aan de orde gesteld heeft, doch wat het gemeentebelang eisebt. Spr. leest de reeds door ons gepubliceerde vragen voor. De heer Splinter beantwoordt de eerste vraag bevestigend. Wat de tweede vraag betreft, acht spr. een dergelijke uit breiding van de brandweer als door den heer Schüller voorgesteld, niet gemoti veerd. Op de 3e vraag antwoordt spr., dat bij de blussching niet geheel juist is gehan deld. Maatregelen ter voorziening in de zen zijn echter reeds overwogen. De heer Schüller (S.D.) houdt staan de, dat de commandant van de brandweer te weinig vast personeel tot zijn beschik king heeft, Spr. zet nogmaals de geschie denis van den plaats gehad hebbenden brand uiteen en besluit met een voorstel, dat de raad aan B. en W. opdraagt te on derzoeken Jn hoever een reorganisatie der brandweer noodzakelijk is, waarbij het de vraag is, of de bestaande vorm gehand haafd moet blijven of de brandweer bij de politie moet ondergebracht worden. De heer Huurman (A.R.) zegt, dat de brandweer inderdaad in baar taak schro melijk tekort zou geschoten zijn, indien zij 's middags om 3 uur had geweten, dat 's avonds om 11 uur aan de Oegstgeester- laan een brand zou plaats hebben. Criti- seeren is bijzonder gemakkelijk; dat heeft de heer Schüller vanavond gedaan. Spr. heeft den geheelen brand meegemaakt cn is tot de overtuiging gekomen, dat de brandweer allerminst een blaam treft als baar door den heer S. is opgelegd. Spr. zou wel willen dat de heer Schüller be noemd werd in de commissie van fabri cage De beer Splinter: Daar komt de brandweer niet! De heer Huurman: Gelukkig niet, anders ging bet nog beroerder. Spr. wijst op den sterken wind, die dien avond woei, waardoor het eigenlijk een wonder is, dat er niet nog meer verbrand is. De heer Splinter, weth., acht dat bet voorstel van den heer Schüller geen zin heeft; er wordt bij brand altijd critiek ge oefend. B. en W. houden zich boVendien juist met deze zaak bezig. De beer Schüller betreurt bet, dat de wethouder zoo kort antwoordt op zijn voorstel, dat door hem breedvoerig werd toegelicht. De heer Wilbrink (C.H.): Hij zal er geen blocnoot voor over hebben! (gelach). De beer Schüller vindt dat een insi nuatie. Spr. bad liever gezien, dat de wethouder in de volgende vergadering hem uitvoeriger had beantwoord, na de zaak grondig onderzocht te hebben. De heer Verwey (S.D.) komt op tegen de z.i. arrogante wijze waarop de heer Huurman tegen zijn fractie is opgetreden. Het is niet vol te houden,, dat spr.'s frac tie alleen maar critiek oefent. Vanmiddag, aldus spr., hebben we juist als leeuwen zitten te vechten om meer verantwoorde lijkheid. Het komt niet te pas, dat de in- tellectueelen als de heer Huurman, een arbeider als den heer Schüller bejegenen op de wijze als door hem steeds gedaan wordt en ook vanavond weer. Den beer Huurman (A.R.) is de ar rogante manier van ontreden van de hee ren Groeneveld, Baart en Schüller steeds zeer onsympathiek, terwijl b.v. de wijze van optreden van den heer Verwey spr. meer sympathik is. Het is ook niet juist, dat de heeren vanmiddag vochten om meer verantwoordelijkheid; ze willen juist B. en W.-tje spelen achter de coulissen, zonder verantwoordelijkheid te dragen. (Protesten van de zijde der S.D.A.P.'ers De heer Baart (S.D.) vraagt den heer Huurman om bewijzen voor zijn beschul diging. De heer Groeneveld (S.D.) verdedigt zich tegen de beschuldiging van den heer Huurman. Spr. meent altijd het belang der gemeente te behartigen, maar zooals hij liet ziet. niet zooals de beer Huurman het zou wenschen. De heer Schüller (S.D.) merkt op, dat de wethouder niet op zijn betoog is ingegaan cn verzoekt antwoord op zijn, viogen, zoo noodig in dc volgende verga dering. Spr. constateert, dat hij de instem ming heeft van een groot, aantal burgers van Leiden en als B. en W. hem niet, ant woorden, volgt daaruit, dat zij tegen liet door spr. opgenoemde feitenmateriaal niet opgewassen zijn. Ook spr. sommeert den heer Huurman zijn beschuldiging tegenover hem waar te maken. De heer Splinter meent de vragen voldoende beantwoord te hebben en be handelt nog eenige finesses. Spr. heeft er kend, dat de commandant in enkele op zichten verkeerd gehandeld heeft, doch men moet niet vergeten, dat bij brand altijd 'n zenuwachtige stemming heerscht. De voorzitter apprecieert de cons ciëntieuze wijze, waarop de heer Schüller cleze zaak voorbereid heeft, doch kan toch niet verwachten, dat hij op zulk een lang. betoog van den wethouder een uitvoerig antwoord krijgt in alle bijzonderheden. Deze zaak zal nog wel in den breede in het college van B. en W. besproken wor den, waarna de heer Schüller zijn voorstel intrekt. Bij de rondvraag wijst de heer v. Ros malen (C.H.) op den wantoestand aan den Rijndijk bij den Roomburgerweg. om dat de straat daar opengebroken ligt. De heer Baart (S.D.) had nog antwoord willen hebben van den heer Huurman. De voorzitter zegt. dat we aan de rondvraag bezig zijn, die betreft de be langen der gemeente. De heer Groeneveld (S.D.) sluit zich aan bij wat de heer Baart gezegd heeft. De heer Baart brengt de verhoudin gen onder de politie ter sprake. Is het niet gewenscht, in verband met de mede- deelingen in de pers over deze zaak, dat de burgemeester een onderhoud toestaat aan den vakbond der politie, om deze toe standen te bespreken? De heer S ij t s m a, (V.D.) leest de vrageil inzake de politie voor, die door ons reeds zijn gepubliceerd. Spr. betreurt, dat zijn interpellatie niet is toegestaan, en nog wel door het tegenstemmen der rechter zijde, terwijl juist de R.K. „Leidsche Cou rant" en de Chr. „Nieuwe Leidsche Cou rant" op deze misstanden gewezen heb ben. Hoe is het te verklaren, dat de voor zitter indertijd .ontkend heeft, dat er van de verbal en jagerij iets waar is, terwijl het thans blijkt dat dit juist is geweest? Was de voorzitter niet juist ingelicht? Daarbij komt thans het terugstellen van een in specteur der recherche tot den straatdienst en dit betreft dan een zeer accuraat, be trouwbaar jongmensch, die al 8 jaar bij de recherche is. Daarentegen de inspec teur, die aandrong op de verbalen jagerij, heeft promotie gemaakt. De politie moet opvoedend werkzaam zijn, dit is meer waard dan verbalenjagerij. De voorzitter ontkent, dat er onge rustheid bestaat omtrent de politie; de mededeelingen in de pers daaromtrent, acht spr. niet juist. Wat de verbalenjagerij betreft, ontkent spr., evenals b" vroeger reeds tegenover den heer Baart gedaan heeft, dat dit juist zou zijn. Wel was er bij de politie een zekere slapte ingetreden en werden er tal van overtredingen begaan, die door processen-verbaal moesten worden ge volgd. Nadat door de inspecteurs hierop gewezen was, steeg het aantal processen verbaal in 1 week plotseling van 10 of 12 tot 90 per week. Dit betreft dan het rij den door verboden stegen, rijden zonder licht, rijden op kleine stéentjes, rijden van 3 personen naast elkaar, niet betaald heb ben van de wegenbelasting, het niet in orde hebben van de melkkarren, onjuiste aanspanning van trekhonden, e d. Het tweede punt door den heer Sijtsma aangevoerd, betreft de mutatie in bet in specteurscorps; het doet spr. leed. dat dit hier ter sprake is gebracht, want daardoor wordt de politie veel kwaad gedaan. Spr. ontkent dat de straatdienst lager zou staan dan de recherche; de mutatie is in het belang van den dienst, en van de beide inspecteurs, en spr. is voornemens, in den vervolge de heeren mee" te ver wisselen, opdat zij beide diensten goed leeren kennen. Dat de benoeming van een nieuwen commissaris zoo lang uitblijft, houdt ver band met het gewichtige dezer functie, doch dezer dagen is de benoeming te ver wachten. Spr. zal over deze mededeelingen geen debat to' staan. f Aan den heer Baart antwoordt'spr. geen bezwaar te hebben tegen een besnreking met de organisatie als deze met een des betreffend verzoek bij hem komt. De heer S ij t s m a (V.D.) wijst er op, dat de leiding toch wel in gebreke is geble ven bij de politie, als het aantal proces sen-verbaal in 1 week van 10 tot 90 is gestegen. Spr. is het, wat de mutatie in het in specteurscorps betreft, niet met den voor zitter eens; de eene lieeft voor dezen en de andere voor dien dienst bijzondere eigenschappen, en wie 8 jaar bij de re cherche is geweest en ziin taak aldaar op de juiste wijze heeft vervuld, heeft daar mee getoond voor dien dienst de geschik te persoon te zijn. Te 10 min. voor 11 sluit de voorzitter de vergadering. GEMENGD NIEUWS. De veenbranden in Drente. Omtrent de veenbranden kan nog nader vermeld worden, dat de toestand gisteren ongeveer gelijk was aan dien van Vrijdag. De branden duurden onverminderd voort, zonder voor het oogenblik gevaar op te leveren voor de woningen. Vrijdagavond vreesde men dat het woningcomplex aan den Groenendijk te Emmen-Erfscheider- veen een prooi der vlammen zou worden, doch met behulp - an de stoomspuit uit Nieuw Amsterdam kon het gevaar voor- loopig worden afgewend. De bestrijding van het vuur ondervindt moeilijkheden te Roswinkelerveen, wear onvoldoende blus- schingsmiddelen aanwezig zijn en de vuur haarden moeilijk bereikt kunnen worden. Naar schatting was gisterenmorgen een oppervlakte van 40 a 50 H.A. veen verbrand, terwijl belangrijke hoevec"-.e- den turf verloren gingen. Zaterdagavond meldde men nog. dat de veenbranden te Roswinkel en Emmererf- scheiderveen zijn bedwongen. De brand weer rukte voor een deel in. Overigens was de toestand ongewijzigd. Om het ge vaar van doorbranden te voorkomen, wordt het veen nat gehouden. Een sterke man, die verdween. S. D. en 1. D.. uit de Helmerstraat te Rotter dam, hadden kennis gemaakt met een Pool, die zeide Isabello Szljm Kiewiez te lieeten en „krachtmensch" te zijn liet sterkste staal kon liij mei zijn vingers buigen, liet hardste ijzer wist hij met <n hap van zijn kolossale' kaken floor i< hij ten, maar het hoogtepunt van zijn optre den zou eerst komen, als personen uit het publiek bij hom ten tooneelc kwamen, om hcusche steunen op zijn harden kop stuk Ie kloppen. En het was alles ..olnié Schwindel". De beide D.'s, die iinpressario zijn, be sloten, dzen man te engageeren. Zij zou den een tournee organiseeren over de Zuidhollendsclie eilanden, en Middelhar- nis zou de eer genieten, de primeur van flit wel zeer bijzondere nummer te .aan schouwen. De zaalhuur moest vooruit worden voldaan en een van de D.'s ging met den sterken man op weg naar Miti- üelharnis om de huurpenningen een bedrag van 20 te voldoen. Zij zijn ou deze reis niet verder gekomen dan tot de Kruiskade. Daar moest de sterke man in een café nog even een kennis spreken Hij stapte het café door de eene deur bin nen en door de andere uit, zonder dat de buiten wachtende D. dit merkte. Toen het wachten hem te lang begon te vallen, ging D. op onderzoek uit. En spoedig bleek dat de „man met het ijzeren hoofd" was verdwenen. En met hem waren ook de 20 uit den gezichtskring van D. geraakt. Verdionken. Zaterdagmiddag zag een jongmensch te Amersfoort een vrouw in het water aan het Monnikendam liggen. Zonder aarzelen sprong hij te water en bracht de vrouw op het droge. Door Dr. Jorisseri werd kunstmatige ademhaling toegepast, echter zonder resultaat. Het slachtoffer bleek te zijn de 60-jarige vrouw den E. Te Groningen is de 4-jarige Jan Borg man, spelende in het Boterdiep geraakt en verdronken. Het 2-jarig zoontje van S. Dijkstra, te Luinjebert, is in een sloot verdronken. Overreden en gedood. Zaterdagavond te ongeveer 6 uur reed de ongeveer 25-ja- rige kruidenier Oosterbout, wonende te Klingelbeek bij Arnhem, per rijwiel, be laden met kruidenierswaren, te Ooster beek ter hoogte van café Concordia. Hij slipte tusschen de tramrails en kwam te vallen met het ongelukkige gevolg, dat bij juist onder een sproeiauto terecht kwam. Hij was onmiddellijk dood. Het slachtoffer was ongehuwd. Branden. Zaterdagmiddag te circa 3 uur ontstond brand vermoedelijk ten gevolge van het stoken van een vuurtje door enkele kinderen in de opslag plaats van glas van de firma Lammers en Bruggink aan de Adelaarslaar te Apeldoorn. De groote opslagplaats, waar in een aanzienlijke voorrai d glaa aanwe zig was er was nog pas de inhoud van een wagon en een scheepslading in on dergebracht brandde tot den grond af. Te Hoog-Blokland is Zondagmiddag :n de schuur van de boerderij van den heer H. Boote brand uitgebroken. De schuur is een prooi der vlammen geworden. Een partij hooi en eenige landbouwmachines gingen eveneens verloren. Het buis heeft men weten te behouden, hoewel het dak ernstig werd beschadigd. De oorzaak is onbekend. Verzekering dekt de schade. Verleidelijke ilesschen. Sedert enke le maanden werden herhaaldelijk uit de kamers van doktoren en het verplegend personeel in het ziekenhuis aan den Cool- singel te Rotterdam flesschen vermist, welke champagne, wijn, likeur, limonade, spuitwater e.d. bevatten. De diefstallen werden altijd des nachts gepleegd. Men heeft toen de lijsten van het diensdoende verplegende personeel nauwkeurig onder zocht. Toen bleek, dat de diefstallen al tijd werden gepleegd, als de 43-jarige ver pleger A. M. H. dienst bad. Bij een huis zoeking in zijn woning is een groot aantal flesschen gevonden en in beslag genomen. Deze flesschen zijn alle van de diefstallen afkomstig. H. is aangehouden en opgeslo ten. Doodelijk ongevaL Zondagmorgen te ongeveer half twaalf reed de heer Berre- voets, chéf van het stoomgemaal te Wiel- drecht, met zijn motor door Dordrecht, toen hij plotseling onwel werd. De motor raakte aan het slingeren en sloeg toen zijdelings tegen den grond. Met een zeer zware hersenschudding werd de heer B. opgenomen en naar het ziekenhuis over gebracht, waar hij aan de bekomen ver wondingen is bezweken. De heer J. Berrevoets was 58 jaar oud en laat een gezin achter. Brutale inbraak. Vermoedelijk in den nacht van Zaterdag op Zondag is een bru tale inbraak gepleegd in het pand van J. Kielburger en Zonen, kleermakers, aan den Goudsche Singel 55 te Rotterdam. De dieven hebben zich toegang verschaft van de zijde der Oosterstraat, Via een steenhouwerij, waarna ze op een plaatsje over een schutting zijn geklommen, in eer- tuin kwamen en toen door een keuken raam in het pand wisten binnen te drin gen. De heeren moeten verstand van stof fen hebben gehad; er werden n.l. 50 cou pons kostbare stoffen gestolen, tot een ge zamenlijke waarde van 1500 a 2000 gld. Het merkwaardige is, dat in den nacht van 19 April uit een kleermakerszaak die eveneens aan den Goudsche Singel is ge vestigd, 60 coupons stof werden gestolen. Men vermoedt, dat de daders dezelfde zijn.- Een bijeenkomst met een incident. In het gebouw avn de Vrije Gemeente te Am sterdam vergaderden gisteravond tot in zet van den 1 Mei-dag de religieus-socia listen. De rede, die Ds. Banning daar zou uitspreken zou per radio worden uitge zonden. Toen de voorzitter, de heer Van Veen, den spreker van den avond bet woord had gegeven, sprong een der aan wezigen op, onder het geroep van Oranje boven, en snelde naar de plaats van den spreker. Daar greep hij naar de micro foon en riep luide: „Lang leve Prinses Juliana!" Vervolgens gooide hij de micro foon tegen den grond. De zaal was het volgende oogenblik in vollen opstand. Men wierp zich op den man, den heer E. Wichman, voor-'ainlyr van de fascistische gedachte. De voorzit ter wist de orde eenigszins te herstellen, ïntusschen had men de politie van lie» I.eidscheplein gewaarschuwd. De voorzit ter en de ordeverstoorder benevens eenige andere aanwezigen begaven zich naar het politiebureau. De zaak werd daar onder zocht. Tegen den heer Wichman werd proces-verbaal opgemaakt, waarna hij kon vertrekken. Hij klaagde over pijn in den arm, die vermoedelijk ontwricht was. De vergadering werd daarna voortge zet. De rede van den heer Banning kon nog per radio worden uitgezonden. De bij eenkomst had verder een rustig verloop.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1928 | | pagina 6