DE OLYMPISCHE SPELEN. ii. In het oude Athene kende men twee soorten van scholen voor lichaams- oefeningen: de „palaestrae" én de „Gymnasia". De Atheensche jongen ging omstreeks z'n 10e jaar gymnastiek leeren. Zijn vader zond hem daartoe naar een „Palaestrae". Dit was een par ticuliere gymnastiekschool, welke als zoodanig niet voor het publiek toe gankelijk was. De gymnastiekmeester (Paedotribes) was eigenaar van zulk een school. Deze kon in zijn inrichting toelaten en weigeren wie hij wilde. De „Gymnasia" daarentegen waren groote publieke gebouwen met een niet al te beperkt terrein. In den Hellenistischen tijd, na pl.m. 300 v. Chr. zijn het ware sportpaleizen met leeszalen, badplaatsen enz. Doch ook reeds ten tijde van Pericles, d.i. pl.m. 500 voor onze jaartelling, zijn het groote inrichtingen, met door zuilen gangen ombouwde worstelperken, waar het vooraanstaande publiek, on der het gezicht op de zich oefenende knapen en athleten, de dingen van den dag behandelde. Bij zoo'n gelegenheid vinden wij daar, zoo beschrijft ons Lucianus, in een der koele zuilengangen de zomer hitte van den dag ontvlucht zijnde, de Atheensche wetgever Solon, die met zijn Scythische gastvriend Ana- charsis staat te kijken naar het oefe nen der jongens in het worstelen. „Hoe nu Solon, ik begrijp niet", zoo roept de Scyth, „waarom iemand, als hij een olijfkrans wil hebben, niet een voudig een twijg van een boom snijdt en die zich om het hobfd bindt, zonder zich eerst in de modder te laten gooi en, in de maag te laten schoppen, ja, haast te laten worgen". Solon heeft natuurlijk pogingen in het werk gesteld om zijn „Barbaar- schen" vriend op de hoogte te stel len van de beteekenis van dezen prijs. Hij heeft getracht hem eerbied in te boezemen voor den eere-prijs, die soms bij zulk een worsteling het doel kan zijn; b.v. zooals in Olympia het geval is. Ook bij ons komt de vraag op: waar- em een krans; een olijftwijg, want dit was het. Laat ons dat eens nagaan. Hoe gaarne spreekt men van de onbaatzuchtigheid van de Olympische kampvechters. Alleen de eer van over winnaar te zijn en als teeken slechts een. kransje om het hoofd. Zooals gezegd, was dit te Olympia een van de olijfboom; te Corinthe, bij de Isthmische spelen en te Neméa, in Argojis, bij de Neméische spelen was dit een krans van klimop. Slechts een loofkrans! Maar was die loofkrans niet met een gouden mes, op den eersten dag van het feest, met groote plechtig heid gesneden uit „den olijfboom der schoon© kransen", staande onder de schaduw van den Zeustempel binnen het heilig gebied? Zooals gezegd geschiedde dit met een gouden mes, door een knaap, .wiens beid? ouders nog in leven wa ren, opdai niets onvolkomens waar mede deze prijs in aanraking zou ko men, de goddelijke volkomenheid zou kunnen geweld aandoen. Want een goddelijke prijs bedoelde het te zijn .Dit blijkt ook uit het feit, dat de ge reedgemaakte kransen, gewoonlijk ze ventien, want zooveel wedstrijden plachten er op het Olympisch pro gramma te worden aangekondigd, ge durende wedstrijden, op een tafel in den tempel van Hera neergelegd wer den. En mogen wij in dien „olijfboom der schoona kransen", niet zien een over blijfsel uit het heilig woud der Pelas- gen, waar wij in het vorige artikel over handelden? Van dit woud lezen we, dat door zijn bladeren ruischte de goddelijke geest, terwijl hoogere we zens zweefden over de kruinen der omliggende bergen. Op de Grieken, die van Indo-Euro- peeschen oorsprong zijn, heeft de Ha- mieto-Semietische cultuur een groote invloed gehad. Sporen van dezen invloed werden o.a. door de Duitscöe „Ausgrabungen", onder leiding van den Berlijnschen hoogleeraar Ernest Curtius, te Olym pia gevonden. Daar werd opgegraven Q.a. een klein beeld van een vrouwe lijke godheid, geheel naar Egyptische trant bewerkt; de armen worden recht langs het lijf gehouden en in iedere hand houdt zij een slang. Het is naar men meent een dei* zeer oude schikgodinnen. Ook voor den Sermietischen invloed, die op de Grieksche beschaving en godsdienst gewerkt moet hebben, zijn te Olympia nieuwe bewijzen gevonden Het zijn in het bijzonder de Phoeni- ciërs, de koopvaarders der oudheid, van wie in deze groote invloed uitging. Deze bewoners van Tyrus en Sydon, zijn ons uit de „Heflige Historie" wel bekend en niet in gunstigen zin. In het bijzonder uit de geschiedenis van Ko ning Achabs gemalin Izébel, blijkt ons de ontzaglijke strijd, welke het erf deel des Heer^n heeft moeten voeren tegen den invloed van dit volk, drager en verbreider der Kanaanietische cul tuur. De orakels, als die van Delphi en Olympia, vinden wij, lang voor deze in Hellas hun intrede hadden gedaan, reeds onder de, Israël vijandige, vol ken. Zoo meldt oais Dr. A. Noordtzij, in zijn „Gods Woord en der eeuwen ge tuigenis", hoe zij door orakels tracht ten den sluier der toekomst op te lich ten. Die zocht men dan op plaatsen, waar men meende, dat bovennatuur lijke krachten woonden; in beroemde heiligdommen ofv onder heilige hoo rnen, wier ruischen men dan een stem weende te mogen beluisteren. Plaatsen als bedoeld in Gen. 12 8 en Deut. 1130. Uit een en ander blijkt ons voldoen de welk een gewichtige plaats de bos- sclien(haag bij Gideon), bij den gods dienst der heidensche volken innamen In dit licht bezien wordt het ons duidelijk waarom „de Olympische loofkrans" een zoo zeer begeerde prijs was. Een prijs der goden dus. Tevens werpt dit een helder licht op het karakter dezer spelen als in oor sprong en uitwerking zijnde van hei densche strekking C. A. DE ^RUYN. STATEN-GENERAAL. EERSTE KAMER. Vergadering van gisteren. Begrooting van Binnenlandsche Zaken en Landbouw. Bij de voortzetting van de behande ling van de begrooting van Binnen landsche Zaken en Landbouw dringt de heer POLAK (S.D.) aan op een ver bod tot verdelging van musschen door kinderen en opschorting van het uit loven van premies voor het dooden van zeehonden, totdat hun schadelijk heid is bewezen. Spr. waarschuwt te gen ontginning van te veel woeste gronden, waardoor natuurschoon ver nield wordt. Hij dringt aan op .den aankoop van bosschen en de instelling van nationale parken." De heer WESTERÜIJK (V.D.) ves tigt de aandacht op de overproductie van den landbouw in Europa, waar door de prijzen verlaagd en de koop kracht van de landbouwende bevol king verminderd is. Intensifeering van den grond kan de productiekosten verminderen. De heer DIEPENHORST (A.-R.) pleit voor een onderhandelingstarief, wij zende op de voordeelen, die andere landen daarmede bereiken, en voor de uitbreiding van landbouwonderwijs, vooral met instelling van lagere land bouwscholen op prot.-christelijken grondslag. In dit verband dringt hij aan op wettelijke regeling van het landbouwonderwijs. De heer HERMANS (S.D.) vraagt nadere inlichtingen omtrent de hou ding van den burgemeester van Cu- lemborg ter zake van de actie, daar gevoerd in verband met de. bekende moordzaak. De Minister van Binnenlandsche Za ken en Landbouw, de heer KAN, ver dedigt de subsidie aan de burgerwach ten en het ten goede komen van an derhalve ton van de vroegere subsidie aan den landbouw. Wat er in 1929 zal gebeuren met deze subsidies kan Spr. nog niet zeggen. Het perspectief der begrooting is thans buitengewoon on gunstig. Wanneer de Staat de subsidie aan de burgerwachten geheel zou in trekken, zouden de particulieren nog meer gaan geven en dan zou juist de toestand ontstaan, dien mevr. Pothuis Smit niet wensoht, n.l. dat het den schijn zou wekken alsof de burger wacht een instituut is in handen van particulieren in plaats van de over heid. Het is juist, dat te Amsterdam Duitschers lid zijn van de burger wacht. Deze zijn echter alleen bestemd in geval van revolutie hun eigen kan toren te verdedigen. Wat betreft de uitvoering der Bios coopwet en de geldigheid van gemeen telijke verordeningen zal de rechter een uitsnraak hebben te doen. Volgens spr. lijkt het ondenkbaar, dat de wet gever ge\Venscht heeft, dat alle moge lijke gemeentelijke bepalingen met be trekking tot muziek, sluitingsuur, enz. door de Bioscoopwet buiten werking zouden worden gesteld. Trekt de rech ter inderdaad die conclusie, dan zal de minister niet aarzelen, met een aan vulling «te komen. Den heer Hermans antwoordt Spr., dat de gemeenteraad een burgemees ter steeds ter verantwoording kan roe pen. De burgemeester is geen ambte naar van binnenlandsche zaken en zal er prijs op stellen zichzelf te verdedi gen. Een burgemeester kan ter zake van' zijn beleid niet zoo spoedig door den minister ter verantwoording wor den geroepen. Men moet ook bedenken, dat Culemborg als gemeente een ze nuwpatiënt is geworden tengevolge van de moordzaak. Het optreden van den burgemeester moet dan ook in plaatselijk verband worden gezien. Voor den economischen toestand van Zeeuwsch-Vlaanderen verwijst Spr. naar de komende interpellatie in de Tweede Kamer. Wat het trekhond en vraagstuk be treft, is Spr. zoo ver gegaan als hij kon. De veeartsenijkundige faculteit heeft uitgemaakt, dat de hond geschikt is als trekdier als zekere eischen gesteld worden. Na dit advies is Spr. ten volle gerust om den hond als trekdier te handhaven. Het ondierhandelingstarief is op 't oogenblik commissoriaal. Daarover kan de minister dus niet spreken. Het toewijzen van lagere lan ibouwscholen aan de organisaties is onaangenaam werk omdat men er niemand mede bevredigt. Een wettelijke regeling zal thans te veel geld kosten. Met onoor deelkundige stichting van landbouw scholen zou men zijn eigen graf delven De b'egrooting wordt z. h. s. aange nomen. Hoofdstuk Va. (Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen). Aan de orde is de begrooting van Onderwijs, Kunsten en Wettenschap pen. De heer DE VEER (A.-R.) waar schuwt tegen het plan om de 3-jarige ambachtsschool om te zetten in een 2- jarige en vraagt meer ruimte voor het huis houd onderwijs. De heer OSSENDORP (S.D.) be spreekt het bewaarschoolonderwijs, dat van groote beteekenis is, en nog steeds ongeregeld. Vele inrichtingen zijn niet meer dan bewaarplaatsen voor de kinderen. Voorbereidend on derwijs wordt er niet gegeven. Veertig procent der onderwijzeressen bezit geen enkele bevoegdheid. Spr. acht voorts het aantal leerlin gen per klas nog steeds veel te groot en bepleit verbetering der salarissen. De lieer DE JONG (R.-K.) zegt, dat het heel gemakkelijk is een aantal wenschen te formuleeren, doch min der eenvoudig die wenschen tot wer kelijkheid te brengen met de middelen waarover men beschikt. Hij bespreekt uitvoerig de toepassing van art. 84 der L. O.-wet betreffende de aanschaffing van schoolmeubelen en acht onbillijk heden geschapen ten opzichte der in gebouwde scholen, die slechts de ren te vergoed krijgen van het bedrag uit gegeven voor schoolmeubelen. Het wil Spr. voorkomen, dat het antwoord, door den minister-president gegeven op het betoog van den heer Smeenge, die een pleidooi hield voor beter onderwiis aan schi-^ers- en kra merskinderen, niet kan bevredigen. Dit onderwijs koant in de allereerste plaats in aanmerking om geregeld te worden. Voorts steunt Spr. het betoog van den heer Croles, die het Friesch als fa cultatief leervak op de lagere school wenschte c dringt hij aan op bevor dering van het esperanto-onderwijs, mede in het belang van de internatio nale vredesbeweging. De vergadering wordt verdaagd tot heden 11 uur. UIT ONZE INDIEN. INDISCHE VOEDINGSMIDDELEN NAAR DE HERLIJNSCHE TENTOONSTELLING. Voor de te Berlijn te houden ten toonstelling van voedingemiddelen hebben de Duitsche consulaten mede werking gezocht ter verkrijging van allerlei gegevens over de verschillen ende nationale voedings- en genot middelen, de methoden van bereiding en conserveering der eetwaren, enz. Er zijn pogingen gedaan, volgens de „Nieuwe Soer. Crt.", Indische vruch ten naar Berlijn te zenden, terwijl ook de meest eigenaardige der Indische voedingsmiddelen of wel lekkernijen er een plaatsje kunnen vinden. Het is natuurlijk niet uitgjsloten, dat door den wetenschappelijken opzet der ten toonstelling ontdekkingen gedaan worden of smajsen ontwikkeld, die het vreemde voedingsmiddel een aftrek in Europa geven, waarvan men zich te voren geen denkbeeld zou hebben kun nen maken. Het vreemde trekt ge woonlijk en zeer terecht merkt het tentoons'tellingsbestuur op, dat vroe ger toch ook de aardappel, tomaat en zooveel andere voedingsmiddelen ook niet in Europa bekend waren en zelfs suiker niet. Uit een wetenschappelijk oogpunt is het natuurlijk ook van be lang door bestudeering der verschil lende voedingsmiddelen van alle lan den der wereld, welke men daar bij elkaar wil brengen, tot vergelijkende beschouwingen te komen. Een dergelijke tentoonstelling vroe ger in Engeland gehouden heeft heel veel mooie resultaten opgeleverd op wetenschappelijk en commercieel ge bied. Naar het blad verneemt, heeft dr. Köhler te Soerabaja de ndodige gege vens verzameld om, hetzij het gevraag de in verschen dan wel geprepareer- den toestand te verzenden, althans er beschrijvingen, foto's of boekwerken over aan het tentoonstellingsbestuur te doen toekomen. INLANDSCH PANDHUISPERSONEEL De Locomotief verneemt uit Djokja: De P. P. P. H., de Bond van In- landsch pandhuispersoneel, heeft O. S. Tjokroaminoto tot beschermheer ge kozen en tot tweede secretaris Rekso- dipoetro. Het nieuw bij referendum ge kozen hoofdbestuur heeft besloten, zich als voorloopig hoofdbestuur te constitueeren, omdat de wijze, waar op de candidaatstelling en de verkie zing geschied zijn, niet gedacht wor den te voldoen aan de eischen, welke daaraan moeten worden gesteld. Op het eerstvolgend congres, dat vermoedelijk over zes maanden gehou den zal worden, zal het thans gekozen hoofdbestuur en bloc aftreden. ONTSLAG. Omtrent het ontslag uit zijn betrek king van den heer Raden Demang Wi- ra di Atmadja, waarnemend regent van Bandoeng, waaromtrent ons een en ander geseind werd, lezen wij in het per laatste mail ontvangen A.I.D De teleurstelling van den dienst- doenden Bandoengschen regent houdt o.m. verband met een conduite-kwes- tie. Bedoelde d.d. regent bracht een hoogst ongunstige conduite uit over een algemeen goed beoordeeld onder geschikte. Bedoeld wordt hier Rd. Soe- riakartalegawa. Rd. Soeriakartalega- wa, thans wedana ter beschikking van Bandoeng, en bovendien tijdelijk waar nemend patih en regent, is de zoon van den regent van Garoet, die onlangs per 1 Mei pensioen aanvroeg, opdat zijn zoon hem zou kunnen opvolgen. De vorige patih van Bandoeng, thans regent van Pandeglang, had de zen, toen wedana van Soreang, in elk opzicht geschikt verklaard voor de bekleeding der functie van rengent. De nieuwe patih echter deed deze conduite geheel teniet, in verband waarmede de regent van Garoet voor loopig zijn pensioens-aanvrage introk totdat de kwestie in het reine zou zijn gebracht Toen de thans ontslagen patih de conduite reeds had ingediend, vroeg hij haar weer terug, teneinde er eenige wijzigingen in te brengen, hetgeen door den resident van Midden-Prian- gan geweigerd werd. Deze aangelegenheid kwam o.m. ter sprake tijdens het jongste bezoek van den gouverneur aan Bandoeng. De gouverneur heeft den d.d. regent ern stig over zijn handelingen onderhou den. Hierbij moeten, volgens een door den wd. regent bij de regeering inge diende klacht, zeer harde woorden ge vallen zijn, die wij hier niet zullen weergeven. De afgetreden regent is hoofdzake lijk gegriefd, dat deze woorden gebe zigd werden in tegenwoordigheid van een derde. Daarover beklaagt hij zich ofschoon in bedoelde aanklacht deze ambtenaar tevens erkent, onjuist te hebben gehandeld. GEMENGD NIEUWS. Kindje door een woesten hond aange vallen. Men meldt uit Schiedam: Gistermiddag te drie uur heeft een her dershond van den heer H. aan de Sta tionsstraat alhier, in het Sterrebosch een tweejarig kindje aangevallen, dat in een kinderwagen lag. Het dier wierp zich op het kind en liet, welke pogingen het kin dermeisje ook aanwendde, niet los. De heer L. Sehilperoord, Oostsingel al daar, die op het geschreeuw van het kind en het hulpgeroep van het kindermeisje toesnelde, kneep met beide handen de strot van den hond dicht, zoodat 't woes te dier gedwongen werd los te laten. Bij de worsteling was het kind uit den wa gen gesleurd terwijl de heer S. hoewel niet ernstig, in arm en hand was gebeten. De hond rende daarop een dame na, bij wie bet dier bleek te behooren. Het kindje werd door den chauffeur van de werf „de Nieuwe Waterweg" per auto naar het ziekenhuis gebracht. Het had bloedende bijtwonden opgeloopen aan het rechterdijbeentje en bet linkerarmpje. Nadat een dokter de wonden verbonden had, kon het met den vader, den slager Koppelaar aan den Beukelsdijk te Rot terdam, naar huis terugkeeren. Het kindermeisje had geen letsel be komen. Proces-verbaal is opgemaakt. Branden. Gistermorgen is in het ge hucht Langenbex bij Boxtel de boederij van N. tot den grond toe afgebrand. Al het vee en een deel van den inboedel kon den worden gered. Verzekering dekt de schade. De oorzaak is onbekend. -r- Het koffiehuis van den beer O. Bak ker te Warffum is gedeeltelijk een prooi der vlammen geworden. Een paard, een koe, 2 zeugen en 14 biggen kwamen in de vlammen om. Alles was verzekerd. De groote schuur van het buiten „Kleine Huis" te Deur onder Wychen is door een feilen brand verwoest. Veel land bouwgereedschap en een broedmachine gingen verloren. Het woonhuis kon ech ter behouden worden. De schade wordt door verzekering gedekt. Overreden. Te Limbricht vond men Vrijdagnacht een mijnwerker H. uit Ob- bicht ernstig gewond en in bewusteloozen toestand op den weg liggen. Vermoedelijk is de man door een auto aangereden. In zorgwekkenden toestand is hij naar het ziekenhuis te Sittard overgebracht. Mishandeling van een opzichter door werkloozen. Eenige der in den polder Wilnis-Veldzijde werkzaam zijnde Am- sterdamsche werkloozen kregen twist met een der opzichters bij dat werk over een verschil in de opmeting van door hen ver richt werk. Deze ruzie liep zoo hoog, dat den opzichter al spoedig eenige klappen werden toegediend, terwijl hem ook ver der nog lichamelijk letsel werd toege bracht Door de politie is tegen de daders pro ces-verbaal opgemaakt. De ontevredenheid onder de werkloozen is thans van dien aard, dat voortdurend politietoezicht noo- dig is, teneinde erger te voorkomen. Ernstig ongevaL Aan de goederen loods op het stationsemplacement te Roo sendaal wilde gisteren de 15-jarige C. v. d. Z., staande op een kruiwagen, een kist uit de loods op den wagen tillen. De kruiwa gen sloeg om, zoodat de jongen met het hoofd op de steenen terecht kwam, met het gevolg, dat hij een schedelbreuk be kwam. Hij werd overgebracht naar het ziekenhuis, waar hem op medisch advies de H.H. Sacramenten der stervenden wer den toegediend. Zijn toestand is nog zorg wekkend. Uit den ouden tijd. Bij graafwerk te Escharen bij Grave zijn op anderhalven M. diepte Romeinsche urnen voor den dag gekomen. Tusschen boomen bekneld. Te Zun- dert werd de voerman C. J. V. tusschen twee boomen bekneld. Zwaar gewond is hij naar het Gasthuis te Breda overge bracht. Misdaad? Door de politie te Eindho ven is zekere J. de D. aangehouden, die Zondag 15 April met zijn jeugdigen mak ker, den 21-jarigen A. v. d. M., nadat deze ƒ3000 van zijn moeders versterf had op gevraagd, per fiets naar België getrokken. Beiden stonden moreel niet gunstig be kend. Maandag is J. de D. te Eindhoven teruggekeerd. De twee personen waren samen dronken aan Ie erens gezien. Hier waren zij verdwaald, vertelt J. de D. en is ook v. d. M.'s fiets gevonden. Van den jongeman zelf echter is geen spoor te be kennen, ofschoon de Antwerps^he en Aren- doncksche recherche alle bosschen aan de grens hebben afgezocht. J. de D. is gearresteerd, ofschoon men verder geen enkele aanwijzing heeft, die op misdaad wijst. Wat zal er dan van over zijn? Het kasteel Nemerlaar te Haaren (N.-B.) be gint leelijk in verval te geraken, 't Is al heel oud; in de 13e eeuw al meent men den oorsprong te vinden, toen de hertogen in deze streken kwamen jagen en bun honden hier achterlieten, vandaar dat bet toen bekend was als „het hondenhok van Brabant". Het Kasteel is onbewoond en zal ook niet betrokken worden; immers de laat ste bewoner heeft bepaald, in 189U, dat t 80 jaar lane na zijn dood niet mocht be woond worden. Toch is het een mooi plekje en menig een, die de bijbehoorende bosschen door kruist, komt het kasteel bezichtigen. Te water gereden. Gisteren is tenge volge van een stuurdefect een motorrij der even voorbij Schiphol in de Ringvaart van den Haarlemmermeerpolder gereden. Men wist den drenkeling, die onder het RECLAME motorrijwiel was geraakt, met groote moeite weer op het droge te brengen. Hij bleek echter dusdanig letsel te hebben bekomen, dat overbrenging naar een der Amsterdamsche ziekenhuizen noodzake lijk werd geacht. Aanrijding. In het Tesselschade Zie kenhuis is met een wervelfractuur opge nomen een 32-jarige man, die als bestuur der van een auto rijdende op de Stadhou derskade te Amsterdam ter hoogte van het Vondelpark stopte voor een door een verkeersagent gegeven stopteeken en op dat moment van achter was aangereden door een anderen auto, welke aan het stopteeken geen gevolg gaf. Beide auto's bleken bij onderzoek in orde. Tegen den aanrijdenden bestuurder is proces-verbaal opgemaakt. Motorongeluk. Men meldt uit Olde- broek d.d. 23 April: Hedenavond bad alhier een zeer ernstig ongeluk plaats. De 41-jarige gehuwde ge meente-opzichter de heer H. J. Lans, be vond zich met zijn motorrijwiel op den straatweg langs den Eekelenburg en reed daarmede in de richting van het z.g." Bo- venpad. Bij het nemen van een bocht na bij de woning van den beer J. Knikker, geraakte hij het stuur kwijt en reed in volle vaart tegen een boom op. Geheel bewusteloos werd bij, ernstig aan bet hoofd gekwetst, opgenomen en naar een ziekenhuis te Zwolle vervoerd, waar hij gisteren is overleden. Doodelijke val. De oud-tolgaarder v. d. Laan te Heiligerlee is van een zolder gevallen en aan de gevolgen overleden. Oplichter aangehouden. Door de po litie te Nijmegen is zekere J. uit Haarlem aangehouden, verdacht van oplichting op verschillende plaatsen gepleegd. Diamanten huwelijksfeest, Te Hoorn, vierde het echtpaar Caris—Timmermans zijn diamanten huwelijksfeest, omgeven door een tachtigtal kinderen en kleinkin deren. In de versierde parochiekerk werd een plechtige hoogmis tot dankzegging opgedragen. Alle plaatselijke corporaties namen met bun attributen aan het zeld zame feest deel. „Leeiijke aapï" Een 28-jarig los werk man te IJsselstein had den veldwachter aldaar voor „leeiijke aap" uitgescholden. De dienaar van den Heiligen Hermandad meende, dat hij niet op een aap geleek en heelemaal niet op een leelijken aap. Daarom maakte hij proces-verbaal op we gens beleediging. Ook de Utrecbtsche po litierechter meende, dat bet niet te pas kwam, om een veldwachter aldus te kwa- lificeeren. De arbeider zal ƒ50 moeten betalen of 25 dagen in het gevang 1 EEN ZIN RIJKE LEGENDE. Toen ide siaando engel in Egypteland Idoortrok, om uitvoering te geven aaa de laatste der tien piagen, die Godi zond over den weerbaxstigen Farao om kern te tuchtigen, lag er in een Israëlitisch gezin, een knaapje ernstig ziek te bed, tot stervens toe. In hoofdstuk 12 van Exodus, waar de „wet van het Pascha" beschreven wordt, lezen we, dat de Israëlieten het volgende bevel gekregen hadden van den Heere: „Leest uit, en neemt u lam meren voor uwe huisgezinnen, en slacht het Pascha. Neemt dan een bundalken hysop, iem doopt het in het bloed, dat in een bekken zal wezen; en strijkt aan (dien bovendrempel, en aan de beide zijposteo van dat bloed, hetwelk in hot bekken zijn zal; doch u aangaande, (niemand zal uitgaan uit de deur van zijn huis; tot aan den morgen. Want de Heere zal doorgaan, om de Egyptenaren te slaan; doch wanneer Hij net bloed zien zal aan dien bovendrempel en aan die twee zjjposten, zoo zal de Hoerende deur voorbijgaan, en dien verderven* niet toelaten in uwe huizen te komen om te Blaam". Nu in dien banger* nacht, waarin in niet één Egyptisch gezin de eerstgebore ne weid gespaand', lag dat stervende knaapje op zijn ziekbed. Vader eo moeder stonden rondom de stervens sponde. Opeens verbrak het knaapje bet stilzwijgen. „Vader, is het bloed1 wel aan ld10 deur", klonk het va* bleéke lipjes. „Ja; veWtje, daar zou uw Oom voor zorgen, Idat heb ik hem gevraagd. Dat heb ik hem opgedragen. Wees maar ge rust". Even stilte. Eenige oogenblikken later herhaalt het knaapje zrjn vraag, en met des te meer klem en nadruk klinkt biet: „Vader, is het bloeJd wel aan die Idjeur? Ik kan niet sterven als ik dat niet zeker weet". Vader tracht het kran ke knaapje weer gerust te stellen, door hem te verzekeren, dat ,,oom dlaarvoor zorgen zou". „Vader", klinkt het opnieuw, „heeft u giezien, dat het bloed1 aan de deur is, dat oom het niet vergeten heeft. Ga kij ken, vader, want ik Kan zoo niet ster- j. En om het knaap]e te bevredigen. Verwijdert vader zich even va» net krankbed om zelf met zekerheid te constate eren, dat hij zijn zoontje ten volle kan geruststellen. Maar, tot zijn schrik ontdekt de va der, dat oom verzuimd heeft, wat hii hoeft beloofd. De ontstelde vader n:eiit in allerijl het bundel'ken hysop en be strijkt met bloed uit een gereeastaana bekken den bovendropuel, en dc bei de ziiposten der deur. Hij komt terug; nog Wit het knaapje; „het bloed .3 aan de deur, vader heeft het zelf gauw go daan. oom schijnt het door de druk- tvergeten te hebben". „Nu kan ik gerust sterven", zegt he. knaapj „nu het bloed er is". En kort daarop blaast hij den laatsten adem uit

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1928 | | pagina 6