Zilveren jubileum van de afdeeling Leiden van
den Chr. Metaalbewerkersbond.
Op Zaterdag 24 Maart a.s. herdenkt
de Afdeeling Leiden van den Christe-
1 ijken Metaalbewerkersbond in Ne
derland, haar 25-jarig bestaan. Het is
daarom, dat we de geschiedenis van
deze afdeeling in 't kort willen rele-
veeren.
De oprichting.
Zooals dit in meerdere plaatsen het
geval was, ook in Leiden heeft „Pa
trimonium" den stoot tot de oprich
ting van deze vakvereeniging van me
taalbewerkers gegeven.
Reeds op de ledenvergadering van
„Patrimonium", gehouden den 23en
April 1900, werd door onzen vriend C.
Roos, die ook nu nog lid van onze af
deeling is, een inleiding gehouden over
het onderwerp: „Christelijke vakor
ganisatie". Men ziet hieruit, reeds toen
leefde de gedachte, het moest tot
Christelijke vakbeweging komen.
Maar het zou nog wel eenigen tijd du
ren. 't Zou zoo heel gemakkelijk niet
gaan.
Op 16 Juli 1900 kwam bij het be
stuur van „Patrimonium" in een
schrijven van de Chr. Metaalbewer-
kersvereeniging te 's-Gravenhage,
waarin verzocht werd te trachten in
Leiden een vereeniging van metaalbe
werkers te stichten op Christelijken
grondslag. Dit schrijven werd nog
voor kennisgeving aangenomen.
't Spreekt vanzelf, de mannen bij
wie eenmaal vaststond, dat een
Christelijke vakbeweging er komen
moest, hielden aan. Er zal ongetwij
feld op menige vergadering van „Pa
trimonium" na dien nog over deze
zaak gesproken zijn.
Inmiddels was, in het jaar 1902, te
Utrecht een vereeniging van metaal
bewerkers op Chr. grondslag opge
richt. De vrienden C. Roos en H. Boeh-
mer zijn bij deze Utrechtsche vrienden
op bezoek geweest en kwamen terug
met het vaste voornemen, om, het
kostte wat het wilde, ook in Leiden
zulk een vereeniging op te richten.
„Patrimonium" schreef op 18 Maart
1903 een vergadering ui- om te komen
tot de oprichting van een vereeniging
van metaalbewerkers. Deze vergade
ring was niet slecht bezocht, want
blijkens dé presentielijst waren 21
personen aanwezig.
Een vereeniging werd opgericht on
der den naam van „Prot. Chr. IJzer
en Metaalbewerkersvereeniging en
aanverwante vaklieden te Leiden".
Grondslag dezer vereeniging was,
blijkens art. 2 der statuten:
„De Vereeniging aanvaart de rege
lingen in Gods Woord vervat omtrent
arbeids-aangelegenheden als een blij
vende grondslag voor lotsverbeterin
gen der vakgenooten terwijl zij zich ten
doel stelt om op dien grondslag de ze
delijke en stoffelijke belangen der
ijzer- en metaalbewerkers en met hen
gelijkgestelden in het algemeen en
die harer leden in het bijzonder, langs
wettigen weg te bevorderen".
De contributie werd vastgesteld op
5 cent per week. Uit dit luttele bedrag
zien wij, dat de juiste taak nog niet
helder voor oogen heeft gestaan. Zelfs
was dit veel te lage bedrag later nog
een bezwaar zich bij den Bond aan te
sluiten.
Het eerste bestuur bestond uit de
volgende personen: C. Roos, voorzit
ter; W. den Hertog, 2e voorzitter; J. J.
van Oosterhout, le secretaris; J. W.
van Hees, 2e secretaris en F. Eiker
bout, penningmeester.
Op de vergadering, gehouden 12
Mei 1903, werd o.m. vastgesteld een
huishoudelijk reglement en op 30
September 1903 werd de Kon. goed
keuring op de Statuten verkregen.
De vereeniging was gevormd, de ar
beid kon een aanvang nemen.
Aansluiting bij den Bond.
Aansluiting bij den Chr. Metaalbe
werkersbond werd voorloopig nog
niet gezocht. Zooals reeds terloops
gezegd, daartoe stond het vastgestel
de contributiebedrag in den weg. Im
mers de Bond vroeg een contributie
van 10 cent per week, zoodat men
daarom meende zich niet bij den
Bond te kunnen aansluiten. Wel werd
aansluiting gezocht en verkregen bij
het Chr. Arbeidssecretariaat.
Het Hoofdbestuur van den Bond liet
het er nie bij zitten. Steeds weer werd
cp aansluiting aangedrongen, met
het gevolg, dat ten slotte, na voor dien
tijd zeer ingrijpende verandering te
hebben aangebracht in de contributie-
regeling, de aansluiting bij den Bond
volgde.
Het jaar 1908 was voor deze afdee
ling een jaar van groote beteekenis.
't Was een jaar van werken, een jaar
van actie. De invoering van de wet
op het Arbeidscontract gaf handenvol
werk. Bij die wet toch werd de moge
lijkheid opengesteld, dat de werkge
vers van de gunstigste bepalingen in
de wet opgenomen, bij individueele
overeenkomst konden afwijken. De
propaganda werd dan ook met kracht
aangevat. De afdeeling telde toen
spoedig 100 leden. Deze leden waren
in hoofdzaak werkzaam ~p de Kon.
Ned. Grofsmederij. Om te verkrijgen,
dat de actie het grootst mogelijke re
sultaat opleverde, werd met de ande
re ter plaatse bestaande metaalbewer
kersorganisaties samengewerkt.
Nog 3 leden.
Hoe men echter ook werkte de actie
was vrijwel nutteloos en had tot ge
volg, dat een verslapping intrad en
nog slechts 3 leden de afdeeling
trouw bleven.
Zoo moet een drietal jaren worden
doorgesukkeld. In 1912 was het le
dental weder gestegen met 4, zoodat
de afdeeling toen uit 7 leden bestond.
In 1912 werd de propaganda weder
krachtig ter hand genomen. Deze pro
paganda werd gesteund door ingezet
te acties bij de fa. Boot, Kon. Ned.
Grofsmederij en Conservenfabrieken.
Er was nu een gestadige groei in
het ledental waar te nemen. Doch,
niet alleen groeide de afdeeling in le
dental, neen, van nog meer beteekenis
was, dat de gedachten zich verhelder
den omtrent de juiste taak der Chr.
vakbewegig. Hierdoor verminderde
bet gevaar voor al te groote inzinking.
De kern van werkers werd grooter.
De organisatie op Christelijken grond
slag had onder de metaalbewerkers
vasten voet gekregen.
Op 1 April 1914 trad de voorzitter
der afdeeling, de heer Elkerböut, als
gesalarieerd bestuurder in functie.
Hij moest toen als voorzitter bedan
ken. In zijn plaats werd benoemd de
heer Wetselaar, die deze functie ver
vulde tot 11 November 1917. Toen
werd ook bij geroepen den Bond als
gesalarieerd bestuurder te dienen. In
zijn plaats werd aangewezen de heer
Schoneveld, die deze functie tot nu
toe vervult.
„De gouden eeuw".
De periode 1918 tot begin 1921 wordt
in de afdeeling genoemd de „gouden
eeuw". Door gestadige propaganda
was invloed verkregen in schier alle
bedrijven. De landelijke actie voor
invoering van een Coll. Contract, de
groote staking voor het persoonlijk
minimum-loon, was ook hier van in
vloed. Er heerschte een opgewekt or
ganisatieleven. Ook de plaatselijke
acties werden met succes gevoerd.
Zoo brachten de acties in 1918 loons-
verhoogingen van 3 en 4 cent per uur,
terwijl in dit jaar ook een Coll. Con
tract werd afgesloten met de firma
Boot. Van nóg meer beteekenis waren
de successen op de acties in 1919 en
daarna gevoerd. De uurloonen gingen
met 10 tot 11 ct. omhoog. Ook voor
het kleinbedrijf als Burgersmeden,
Wagenmakers en Loodgieters, werd
actie gevoerd.
In 1920 bereikte de afdeeling bet
hoogtepunt. Op 1 Januari 1920 had de
afdeeling 389 leden. Op 1 Mei 1920 had
een samensmelting plaats met de af
deeling Voorschoten. Hierdoor steeg
het ledental tot 416. De vreugde over
zóó groot ledental was echter van
korten duur. Een misverstand ten op
zichte der arbeidersorganisaties bij de
firma v. Kempen te Voorschoten had
tot gevolg, dat drie vooraanstaande
organisatieleden werden ontslagen.
Deze daad bracht er bij het personeel
de schrik zóó in, dat spoedig alle le
den op die fabriek werkzaam de orga
nisatie verlieten. De verklaring van
den Voorzitter van den Werkgevers-
bond, waarbij de firma v. Kempen was
aangesloten, noch de verklaring van
den bedrijfsleider, dat men zich vrij
organiseeren mocht, vermochten de
menschen tot andere gedachten te
brengen. De broodvrees zat er zóó
diep in, dat allen deserteerden. Door
deze uittreding was het ledental op
31 December 1920 gedaald tot 395.
Donke.re wolken dreigden. Loons
verlaging werd aangekondigd met als
gevolg strijd in vele plaasen van ons
land. Dit alles was ook van invloed
op den gang van zaken in deze afdee
ling. Op 21 December 1921 waren nog
'73 leden ingeschreven.
De „gouden eeuw" was ten einde.
De crisis.
Inderdaad, de crisis was begonnen.
De metaalbewerkers ontvingen de eer
ste slagen. Loonsverlaging op loons
verlaging volgde en bij dit alles
moest ook toegestemd in de verlen
ging van den werktijd.
In dezen tijd is komen vast te staan,
van boe groote waarde het is, wan
neer de leden zich helder bewust zijn
van het juiste doel en de juiste taak
van onze Chr. vakbeweging. Zij die
begrepen, dat het niet in de eerste
plaats gaat om materieel voordeel,
maar dat het in den grond der zaak
gaat om do doorwerking van de Chr.
beginselen op sociaal-economisch ter
rein, bleven de organisatie trouw. Van
hoe groote beteekenis dit is geweest,
is in latere jaren duidelijk gebleken.
Bij de beoordeeling van den terug
gang van het ledental moet rekening
gehouden met het feit, dat in den tijd
van hooig-conjunctuur heel wat werk
lieden in de metaalindustrie zijn ge
haald uit andere bedrijven, menschen,
die zoo spoedig de crisis intrad, wer
den bedankt en daardoor ook voor den
Bond verloren waren, daar zij als on
geschoolden, niet spoedig meer zou
den worden aangenomen. Maar toch,
geconstateerd moet ook worden, dat
velen de vakorganisatie slechts had
den leeren kennen als een automaat
voor loonsverboogingen. Toen wel de
contributie moest worden ingeworpen,
maar geen loonsverhoogingen er uit
kwamen, staakten zij het inwerpen der
contributie, m.a.w. zij bedankten voor
een organisatie, die geen direct voor
deel afwierp.
De organisatie slaagde er meerma
len in een voorgenomen loonsverla
ging af te wentelen of een voorgeno
men ontslag ongedaan te maken.
Einde 1921 waren er nog slechts 158
loden.
Maar ook aan deze moeilijke jaren
kwam een einde.
Langzamerhand kwam er verbete
ring in het economisch leven en weer
werd met kracht de actie voortgezet,
dikwijls zonder succes, maar toch ook.
kon van rijke zegeningen worden ge
sproken.
Thans ook is de afdeeling steeds
paraat. Kon dit ook maar gezegd
worden van alle arbeiders in de me
taalindustrie.
De herdenking.
De afdeeling hoopt dit jubileum
waardig te herdenken. Zaterdagmid
dag a.s. zal het bestuur in het café-
rest. „Zomerzorg" recipieeren en Za
terdagavond zal daar een groote feest-
vergaderihg worden gehouden, waar
als sprekers zullen optreden de hee-
ren F. Eikerbout en H. Wetselaar,
beide hoofdbestuursleden.
Verder ontbreekt het niet aan talrij
ke mooie attracties. Het belooft een
mooie avond te worden.
Wij willen niet nalaten de afdeeling
hartelijk te feliciteeren en hopen, dat
deze herdenking een spoorslag zal
zijn om met moed verder te gaan in
den strijd voor Gods eer op sociaal
terrein.
STATEN-GENERAAL.
TWEEDE KAMER.
Vergadering van gisteren.
De doodstraf ln Indië.
Voortgegaan wordt met de behandeling
van de motie-Kleerekoper tot afschaffing
van den doodstraf in Indië.
De heer LINGBEEK (HG.S.) acht de af
schaffing van de doodstraf in strijd met
Gods bestel en vooral in Indië gevaarlijk
voor de handhaving der orde.
De heer DROOGLEEVER FORTUYN (V.
B.) hoewel geen principieel tegenstander
van de afschaffing, ziet in de motie cri-
tiek op de Indische regeering, die de af
schaffing niet wil.
De heer CRAMER (S.D.) pleit voor de
motie, die niet in strijd is met het rechts
bewustzijn van den Inlander.
De heer VISSCHER (A.R.) wil, afge
scheiden van de principieele kwestie, de
vraag, of de afschaffing op wetenschap
pelijke gronden mogelijk is, zien onder
zocht.
Mej. KATZ (C.H.) meent, dat de beoor
deeling van de vraag of de doodstraf toe
gepast moet worden, behoort te blijven bij
de Indische regeering met het oog op de
Indische toestanden, waarbij dwang uit
Nederland moet zijn uitgesloten.
De heer VAN RIJCKEVORSSEL (R.K.)
vindt de kwestie van de doodstraf niet
principieel, doch erkent, dat er thans wel
aanleiding zal zijn tot afschaffing over
te gaan.
De heer BEUMER (A.R.) is principieel
voor handhaving van de doodstraf en
acht het tijdstip voor de motie, gezien de
crimineele statistiek en de communisti
sche onlusten onjuist.
De heer ZANDT (S.G.P.) betoogt, dat de
overheid niet alleen het recht, maar ook
den plicht heeft de doodstraf toe te pas
sen: dit is een door en door christelijke
stelling. Spr. zal dan ook tegen de motie
stemmen.
De heer v. d. HEIDE (S.D.A.P.) vindt 't
standpunt van den heer Zandt het meest
principieel, omdat deze afgevaardigde
zich stelde op den grondslag van Gods
Woord, zonder rekening te houden met
de leerstukken der neo-gereformeerden
over organische inspiratie e.d. Inderdaad
eischt Gods Woord, letterlijk opgevat, de
doodstraf. Maar dit neemt niet weg, dat
spr. het daarmede niet eens is.
De heer LANGMAN (C.H.) bestrijdt den
heer v. d. Heide. Hij zag over het hoofd,
dat de gereformeerde theologen steeds
onderscheid hebben gemaakt tusschen het
gedeelte van. den Bijbel vóór en dat na
Genesis XI, n.l. tusschen de Noachitische
geboden, die'voor alle naties, en de Moza
ïsche geboden, die alleen voor Israël gol
den. De zaak, waarom het hier gaat, kan
niet simplistisch worden opgelost, maar
moet bezien worden in het licht der we
tenschap, waarbij voor spr. het Chr. His
torische beginsel geldt, dat de overheid
de roeping heeft te straffen, daar straf
vergelding moet zijn.
De heer JOEKES (V.D.) betoogt, dat de
motie niet vraagt afschaffing van de dood
straf, maar alleen overleg met den gou
verneur-generaal over de wenschelijk-
heid van de afschaffing.
De heer KLEEREKOPER (S.D.) wenscht
niet deel te nemen aan een wijsgeerig de
bat over de vraag of de overheid het recht
heeft het leven van een misdadiger te ne
men, omdat het wel gebleken is, dat ieder
daar het zijne van denkt en omdat spr.
niet gerekend heeft op de stemmen van
hen, wiens stem reeds van te voren vast
stond. Spr. wenscht zich niet te begeven
in de theologische beschouwingen der te
genstanders, maar merkt op, dat het wel
eenigszins komiek aandoet wanneer men
van protestantsche zijde schriftuurlijk en
gereformeerd door elkaar haalt, zonder
bijv. te denken aan Thomas van Aquino,
die van het Oude Testament meer wist,
dan verscheidene leden, die daarover ge
sproken hebben.
Het eenige stukje theologie dat spr. wil
laten meespreken is dit, dat het Noachi
tische gebod: wie eens menschen bloed
vergiet, diens bloed zal vergoten worden,
geldt voor een iegelijk, dus ook voor hen,
die vrijwillig naar Indië gaan om men
schen dood te slaan, die hun vaderland
verdedigen, doch die met eeresabels en
ridderorden behangen worden.
De heer HEEMSKERK (A.R.) Is dat niet
een oproerige krabbel? (vroolijkheid).
De heer KLEEREKOPER (S.D.) hand
haaft zijn meening, dat het gratieverbod
aan politieke invloeden onderhevig is,
omdat er druk wordt uitgeoefend op den
gouverneur-generaal bij de uitoefening
van dat recht.
De Minister vreest daarvan dat we ver
warring zullen stichten, hetgeen zoo be
grepen moet worden, dat het inlandsche
volk dit zou kunnen opvatten als een tee-
ken van angst onzerzijds. Dit echter is 'n
uiting van wantrouwen, terwijl aanne
ming van de motie is een blijk van ver
trouwen in het volk van Indië. Waarom
zullen die menschen dat niet verstaan?
Hardheid kweekt verzet, grootmoedigheid
kweekt vertrouwen!
De minister van Koloniën, de heer KO
NINGSBERGER dupliceert. Hij is ervan
overtuigd, dat aanneming van deze motie
voor het initiatief van de Inlandsche be
volking en van hare vertegenwoordigers
van ondergeschikte beteekenis zal zijn.
Spr. kent het Oostersche gemoed voldoen
de om te kunnen beweren, dat door de
aanneming verwarring zou ontstaan, om
dat daarin een gemis aan lijn bij de Re
geering zou worden gezien. Voor dit
oogenblik en onder deze omstandigheden
moet spr. aanneming der motie beslist
ontraden.
Besloten wordt over deze motie te stem
men heden (Donderdag) bij den aanvang
der vergadering.
De vergadering wordt te 4.55 verdaagd
tot hedenmiddag 1 uur.
GEMENGD NIEUWS.
Een drie-jarig kind verbrand. Dins
dagmiddag omstreeks half vijf is, ver
moedelijk door het spelen met vuur door
kinderen, de schuur staande naast de
boerderij van Fleerkotte te Tubbergen af
gebrand. Door den hevigen wind sloegen
de vlammen onmiddellijk door het groote
gebouw. Van de twee kinderen, die in de
schuur aan het spelen waren, wist een
den uitgang te bereiken. Het andere, het
drie-jarig jongentje, is in de vlammen
omgekomen. Later werd het lijkje vlak bij
een deur uit de puinhoopen gehaald.
Op het bericht van den brand was de
burgemeester met de gemeentepolitie on
middellijk ter plaatse aanwezig. Daar de
wind in de richting van de groote boer
derij stond, gelastte de burgemeester dat
de brandweer van Almelo gewaarschuwd
moest worden. Binnen een uur was deze
ter plaatse aanwezig en begon met twee
slangen op de motorspuit het blusschen.
Ook de substituut officier van justitie,
mr. Blok, was spoedig ter -plaatse. In den
avond was de brand zoo goed als geheel
gebluscht. Twee varkens kwamen in de
vlammen om, terwijl een aantal land
bouwgereedschappen verloren ging.
Verzekering dekt de schade. De vader
van het slachtoffer was denzelfden mid
dag uit het ziekenhuis teruggekomen.
Schip aan den grond geraakt. Tenge
volge van den krachtigen Oostenwind der
laatste dagen, is het zeewater te Lemmer
buitengewoon laag. Gistermorgen was de
stand 90 c.M. beneden A. P. De Stoom
boot „Zuiderzee" van de HollandFries
landGroningen lijn, komende van Am
sterdam, geraakte dientengevolge op kor
ten afstand van de haven aan den grond.
Post en passagiers zijn door de „Flevo"
afgehaald.
Het doodgevonden meisje. Het justi
tieel onderzoek heeft uitgewezen, dat het
meisje, dat Maandagmiddag j.L in het
Zeeburgerdorp te Amsterdam op de stoep
van haar huis levenloos werd aangetrof
fen tengevolge van ondergane mishande
lingen is gestorven.
Nader zal nog worden onderzocht van
welken aard deze mishandelingen zijn
geweest.
Nader wordt nog gemeld, dat de justi
tie toestemming heeft verleend om het
lijkje te begraven.
Branden. Te Lutjeloo bij Winschoten
is gisteren de behuizing van D. Streun-
ding geheel afgebrand, 2 varkens en een
geit kwamen in de vlammen om. Alles
was echter verzekerd.
Te Roermond zijn gisternacht de 2
bovenverdiepingen en het trappenhuis
van de manufactuurzaak van Laer-Nies-
sen aan de Markt afgebrand. Een groote
voorraad goederen ging in vlammen op.
Verzekering dekt de schade.
Te Ilarkema-Opeinde is de woning
van P. S. afgebrand. Een koe kwam in
de vlammen om. Verzekering dekt de vrij
aanzienlijke schade.
Dinsdag is te Vlierden door onbe
kende oorzaak de boerderij van den land
bouwer P. J. v. Hoof tot den grond toe
afgebrand. Een veulen kwam in de vlam
men om.
In den nacht van Dinsdag op Woens
dag is een felle uitslaande brand ontstaan
in de Cornelissteeg te Haarlem in het
perceel, waarin de rijwielhandel is geves
tigd van den heer v. d. Spek. Het per
ceel brandde geheel uit en 2200 buiten
banden voor rijwielen, eenige autobanden
een aantal rijwielen en motorrijwielen
gingen verloren.
De huizen in de nabijheid liepen ern
stige brand- en waterschade op. Verzeke
ring dekt de schade.
De „straatroof" te Rotterdam. Toen
Zaterdagmorgen de kantoorbediende W.
de J. op het politiebureau aan de Groote
Pauwensteeg aangifte kwam doen van
den straatroof in de Schrijnwerkerssteeg
te Rotterdam, waarbij bem een porte
feuille met 25.000 zou zijn ontroofd, heeft
de politie al dadelijk argwaan gekregen
tegen dezen de J. Het bleek, dat hij den
laatsten tijd nogal omgang had gehad met
zekeren A. K., die bij de politie minder
gunstig bekend staat, en men vermoed
de, dat deze K. de hand in de zaak heeft
gehad. Na een langdurig verhoor, waarbij
de J. evenwel bij zijn verklaringen bleef
volharden, besloot men hem voor alle ze
kerheid op te sluiten, omdat men reden
had aan te nemen, dat deze straatroof
met zijn medeweten van te voren op
touw was gezet. In verband met het be
lang van het onderzoek, is tot nu toe nog
niets gepubliceerd.
Maandag is een huiszoeking gedaan in
de woning van genoemden A. K. Hoewel
daar geen geld is gevonden, heeft de po
litie toch zooveel aanwijzingen in han
den gekregen, dat ook tot K.'s arrestatie
kon' worden overgegaan. Voorts is een
huiszoeking gedaan in de woning van de
zuster van dezen K., vrouw M. K„ ver
laten vrouw van H., die in een zijstraat
van de Kruiskade woont. Ook daar is
geen geld gevonden, maar ook zij is aan
gehouden en opgesloten. Uit verschillende
getuigenverklaringen is gebleken, dat
toen de J. Zaterdagmorgen naar de bank
aan den Coolsingel is gegaan om het geld
te halen, K. daarna met hem een eind-
weegs is meegeloopen, dat zich kort daar
op een derde man bij hen heeft gevoegd,
waarna K. is verdwenen. Even later heeft
deze derde man de J. in een slopje, dat
uitkomt in de Schrijnwerkerssteeg, ge
trokken, hem daar een klap op het hoofd
gegeven en hem de portefeuille afgeno
men, waarna hij op de vlucht is geslagen.
Een ongeveer 18-jarige jongen, gekleed
in een blauwe werkkiel vermoedelijk 'n
slagersjongen is getuige van dezen
„straatroof" geweest. De commissaris van
politie in de eerste afdeeling, bureau Groo
te Pauwensteeg, verzoekt dezen jongen
dringend, zich spoedig op zijn bureau te
melden, ten einde nog enkele inlichtin
gen te geven.
De derde man die nu nog wordt ge
zocht, is ongeveer 30 jaar oud en vrij
lang. Hij is flink gebouwd en heeft een
smal bleek gezicht.
Vergiftigings-verschijnselen. Maan
dag is bij de politie van het bureau aan
de Bergsingel te Rotterdam aangifte ge
daan, dat zich in een gezin, wonende aan
de Ackerdijkstraat aldaar bij de 3 kinde
ren vergiftigingsverschijnselen voorgedaan
hadden. De omstandigheid, dat er den
dag tevoren ruzie in het gezin was ge
weest en dat de vader des nachts alleen
met de kinderen in de woning was ge
weest, deed ernstige vermoedens omtrent
de oorzaak van deze verschijnselen ont
staan, uit het onderzoek is evenwel ge
bleken, dat hier geen misdrijf in het spel
is geweest. Men had in de woning wasch
in de bleekpoeder gezet en per ongeluk
is bleekpoeder in de melkkan gevallen.
Alle 3 de kinderen hebben Zondagavond
melk uit deze kan gedronken en daarna
hebben de verschijnselen van vergiftiging
zich geopenbaard. Een van de kinderen,
een jongen van 3 jai r s in het zieken
huis aan den Bergweg ter observatie op
genomen, maar giste ^en al weer als ge
heel hersteld ontslagen. Ook de beide an
dere kinderen zijn weer beter.
Ontsnapt. GisJeren is te Amsterdam
een zekere D., medeplichtige aan da bru
tale inbraak te Oisterwijk van Zaterdag
j.l. gearresteerd. Bij zijn arrestatie wer
den eenige inbrekerswerktuigen op hem
gevonden. Op zijn transport naar Oister
wijk, door de Amsterdamsche recherche
begeleid, wist hij op het perron te Boxtel
te ontsnappen. De rijks- en gemeente-po-
litie in de omliggende plaatsen zoeken
hem.
Heidebranden. Te Zuidlaren brak
brand uit in een perceel heide die zich
aanvankelijk niet ernstig deed aanzien,
doch door den Zuid-Oosten wind groeide
het vuur weldra aan tot een niet te stui
ten vlammenzee. De vlammen verbreid
den zich met een front van ongeveer 1
K.M. snel. Aan blusschen viel niet te den
ken. Door tegenbranden te maken tracht
te men het vuur te stuiten. Het vuur liep
ten slotte dood op bouwland.
Meer dan 100 H.A. heide en kreupelge-
.was tusschen Schipborg en Annen zijn ge
heel verbrand.
In het Buinerboerveen onder Buinen
zijn verschillende dagwerken turf een
prooi der vlammen geworden. Het vuur
woedt daar nog voort.
Ook in de omstreken van Emmen
kwamen veel branden voor onder de turf-
massa's, n.l. te Emmererfscheidenveen,
Emmercompascuum en Klazienaveen-Nrd.
Vooral in het gebied van Klazienaveen
was de brand buitengewoon omvangrijk;
de voorraden van de verveners van Po
len, Van der Duin en de firma Scholten
werden aangetast.
Scheepstij dingen.
HOLLAND—AMERIKA-LIJN.
EDAM, 21 v. Rott. n. N. Orleans.
VOLENDAM, Rott. n. N. York, p. 21 K.
Race.
ROTTERDAM, Midd. Zee n. Rott. 20 van
Venetië.
LEERDAM, 20 v. Rott. te N. Orleans.
CARDIGANSHIRE, Vancr. n. Rott. 18 van
Los Angeles.
NEBRASKA, Vancr. n. Rott. 17 te Port
land (O.).
EEMDIJK, Vancr. n. Rott. 20 te Seattle.
LOCHKATRINE, Rott. n. Vancr. 17 van
Cristobal.
RIJNDAM, 21 v. N. York te Rott.
HOLLAND—AFRIKA-LIJN.
SUMATRA, uitr., 20 v. Kaapstad.
HOLLAND, 19 v. Delagoabaai n. Inham-
bane.
RANDFONTEIN, thuisr., 21 te Antw.
HEEMSKERK, thuisr., 20 v. Zanzibar.
MELISKERK, 21 v. Hamburg te Amst.
HOLLANDWEST-AFRIKA-LIJN,
ALCHIBA, uitr., 20 v. Suellaba n. Fer
nando Po.
TEXEL, thuisr., 22 te Amst. verw.
IJSTROOM, 20 v. Hamburg n. Amst.
VLIELAND, 21 v. W. Afrika te Amst.
KON. HOLLANDSCEE LLOYD.
ZEELANDIA, uitr., p. 21 Fern. Nor.
ORANIA, thuisr., 20 v. Lissabon.
SALLAND, uitr., p. 20 Las Palmas.
ROTTERDAMSCHE LLOYD.
PATRIA, uitr., 21 (7 v.m.) te Belawan.
JACATRA, thuisr., 20 (8 n.m.) v. Port
Said.
TJERIMAI, thuisr., 23 (2 n.m.) te Mars.
verwacht.
TABANAN, uitr., 21 (12 mid.) v. Pt. Said.
STOOMVAART MIJ. „NEDERLAND".
SOEMBA, thuisr., 21 v. Marseille.
F.NGGANO, thuisr., p. 21 Gibraltar.
NIAS, uitr., 21 te Port Said.
SEMBILAN, uitr., 21 v. Suez.
JOHAN DE WITT, uitr., 20 v. Algier#.
TRITONIA, gech.) 2 v. Penang te Soer»-
baja.
KARIMATA, uitr., 21 te Macassar.
J. P. COEN, thuisr., 21 v. Batavia.
SIMALOER, uitr., 21 te Batavia.
GROTIUS, uitr., 21 te Sabang.
P. C. HOOFT, thuisr., p. 19 Gibraltar.
SALEIER, thuisr., 20 v. Singapore.
ROTTI, uitr., 19 v. Belawan.
KON. PAKETVAART MIJ.
LE MAIRE, 19 v. Sydney n. Portland.
TASMAN, 19 v. Sydney n. Singapore.