NIEUWE LEIDSCHE COURANT Hel dagboek van een Leerares Afscheid Dr. D. J. v. KATWIJK te Oegstgeest van MAANDAG 19 MAART' 28 TWEEDE BLAD. BINNENLAND. HOFBERICHTEN. De Koningin is voornemens mor genochtend per Staatsspoortrein naar Het Loo te gaan, vanwaar zij Woensdag p^r auto te 's-Gravenhage terug wordt verwacht. De Prins zal morgen op Huize Voorlinden te Wassenaar tegenwoor dig zijn hij de Cross Country vanwege de Koninklijke Militaire Sportvereen. te geven. Dr. A. A. L. RUTGERS. Met den trein van 4 uur 42 is Zater dagmiddag aan het Holl. Spoorstation in Den Haag, voor een kort verblijf in ons land aangekomen de afgetreden directeur van het Departement van Landbouw, Nijverheid en Handel in Ned.-lndië, dr. A. A. L. Rutgers, die mr. A. J. A. A. bar. Van Heemstra als gouverneur van Suriname zal opvol gen. Dr. Rutgers, die met de „Prinses Julianade reis tot Genua heeft ge maakt, zal gedurende zijn verblijf lo- geeren bij zijn schoonvader staats raad A. F. W. Idenburg. GEVOLG VAN SENSATIE-LECTUUR Vrijdagavond kwam zich bij de po litie te Antwerpen aanmelden de bak ker J. V. uit Woensdrecht (Nederland) die beweerde de dader te zijn van den gruwelijken moord te Wilryck, waar gelijk men weet twee jeugdige echt- genooten door een man, die een valsch bankbiljet van 1000 frank kwam wis selen, werden doodgeschoten. Bij het verhoor bleek aldra dat J. V., door het 'ezen van de sensatie-ver halen over den moord de idee-fixe had gekregen, dat hij den moord be dreven/ Op last van den gerechtelijken ge neesheer is V. naar het ziekenhuis overgebracht. CQMMISCir VOLKENBONDS- VEREENIGINGEN. ..Uit Brussel seint Be>a, dat de com missie der minderheden uit de Vol- kenbondsve. .enigingcn haar eerstvol gende zitting op 1 Juli in Den Haag zal houden. DEPARTEMENT VAN BINNENL. ZAKEN EN LANDBOUW. Naar wij vernemen heeft de heer W. Groenemeyer, chef van de afdeeling Binnenlandsch Bestuur bij het Depar- teihent van Binnenlandsche Zaken en Landbouw teg enl Mei wegens het be reiken van den pensioengerechtigden leeftijd, ontheffing uit zijn functie ver zocht. Met ingang van dien zelfden datum zal de leidii.g van de afdeeling Bin nenlandsch Bestuur worden toever trouwd aan mr. dr. K. J. Frederiks, thans referendaris met den persoon lijden titel van Administrateur, bij de Directie van Landbouw. DE RETOURCOMMISSIES IN HET GASBEDRIJF. Vrijdag is te Arnhem de instructie geopend inzake de bekende Doetin- chemsche gaskwestie. Als verdachte was voor den rech- ter-commissaris gedagvaard de heer R. Velsink, wethouder der bedrijven, terzake „aangelegenheden, die ver der bekend zullen worden gemaakt". Als getuigen werden gehoord de in specteur var. politie, kassier en klerk van het gasbedrijf benevens drie fit ters. De instructie duurde den geheelen dag. KERK EN SCHOOL. NED. HERV. KERK. Zestal: Te Borne, E. H. Blaauwen- draad, te Oudwoude; J. P. van Bruggen, te Amsterdam; C. Koenekoop, te Meppel; R. ten Iiate, te Koudekerke (Z.); Dr. K. Sonies, te Stadskanaal; en M. v. d. Voet, te Kuinre. Beroepen: Te Boxum (toez.), L. de Baan, te Garmerwolde. Bedankt: Voor Hooge Zwaluwe, F. G. H. Nicolai, te Voorhout. Voor Loon op Zand, A. v. d. Kooy, te Kampen. Voor Hillegersberg, J. G. L. Brouwer, te De Meern (U.). GEREF. KERKEN. Beroepen: Te Harkstede c.a. (Gr.) de heer E. Nawijn, cand. te Kampen. Te Zet ten c.a. U. Ubbens, te Roodeschool. Bedankt: Voor Paesens, M. H. Ploe ger, te Appelscha. Voor Andijk, J. J. Bouw man te Urk. Voor Leiderdorp, G. B. Wurth te O. en W. Souburg. CHR. GEREF. KERK. Beroepen: Te Dordrecht, J. Jansen, te Leiden. BEVESTIGING, AFSCHEID, INTREDE. Ds. S. Kamper, hoopt 20 Mei afscheid te nemen van de Geref. Kerk te Olde- broek, om 3 Juni intred te doen te Meer kerk. Bevestiger is Ds. J. Dekker, te Lex- mond. Ds. D. Bax hoopt o Mei afscheid te nemen van de Nedè Herv. Kerk te Oude Tonge om 13 Mei d.a.v. intrede te doen te Puttershoek. Bevestiger is Ds. Kool haas te Oud-Beijerland. Ds. C. BEETS. Aan Ds. C. Beets is op zijn verzoek bij Ministerieele beschikking met ingang van 1 April a.s. eervol ontslag verleend als Prot. Godsdienstleeraar aan de cellulaire strafgevangenis te Arnhem. In zijn plaats is Ds. A. Drost Azn. met ingang van 1 April a.s. als zoodanig benoemd. EMERITAAT. Ds. J. J. van Meurs, Ned. Herv. predi kant te Zuid-Scharwoude, ontving van 't Provinciaal Kerkbestuur van Noord-Hol land eervol ontslag met ingang van "1 April 1928. Hem is de bevoegdheid toe gekend, die art. 20 van het Algemeen Re glement aan emeriti-predikanten verleent. EIGEN PREDIKANT VOOR „EUDOKIA". Bij den raad der Geref. Kérk van Rot terdam zoo meldt De Standaard is een schrijven van het Bestuur van „Eudo- kia" ingekomen met de mededeeling, dat het oogenblik aangebroken Is om een eigen Dienaar des Woords aan te wijzen. Een commissie uit den kerkeraad is be noemd. die met „Eudokia" daarover zal correspondeeren. DE GEREF. KERKEN IN H. V. Te Andijk houden de Geref. in Hersteld Verband geregeld dienst des Woords in een schuur aan den Middenweg. Een plan tot kerkbouw is nu opgemaakt. In een Vrijdagavond te Leeuwarden gehouden vergadering van leden der Ge ref. Kerk in H. V. werd. besloten tot kerk- institueering en tot instelling der amb ten over te gaan. Tot ouderlingen werden gekozen de heeren R. de Haan en P. Sijts- ma en tot diakenen de heeren C. Bijlin- ga en C. Langendij^. Nóg werd besloten in de diensten de „proeve van uitbreiding" te gebruiken en op geregelde tijden ge meentevergaderingen te houden. SPREKEN VAN EEN STICHTELIJK WOORD. Te Amsterdam-Zuid heeft de Kerke raad der Geref. Kerk in Hersteld Verband aan den heer M. van der Starre de be voegdheid verleend in de Gemeentesa menkomsten een stichtelijk woord te spreken. Te Den Haag hee't de Kerkeraad der Geref. Kerk in Hersteld Verband dezelfde bevoegdheid verleend aan Dr. J. H. van Haeringen, leeraar Oude Talen aan het 2e Stedelijk Gymnasium in Den Haag. UITBREIDEND AMSTERDAM. Ook in Amsterdam-Noord (het Buik sloot-kwartier) heeft de Kerkeraad der Geref. Kerk een Commissie benoemd om de mogelijkheid te onderzoeken van de beroeping van een tweeden predikant. GIFTEN EN LEGATEN. De Diaconie der Ned. Herv. Gem. te 's- Gravenhage heeft ten bate der Diaconie een totaal aan legaten ontvangen van 3300 en een totaal aan legaten voor hare Diaconie-gestichten van 1200. KERKELIJKE LEENING. In de 5 pet. oblige tieleejiing van ƒ80.000 welke de Geref. Kerk te Vlissingen uit schreef ten behoeve van haar nieuw kerk gebouw enz., is ruim volteekend. In eigen kring werd 30.000 geplaatst. De Jeugd organisaties zullen 2000 bijdragen. BARTIMëUS. Verleden week werd te Utrecht in het Gebouw voor K. en W. een buitengewone Vergadering gehouden van de Vereen, tot bevordering van Chr. opvoeding en onder wijs voor blinde kinderen, Bartimëus. De vergadering stond onder leiding van den heer P. L. de Gaay Fortman, burge meester van Dordrecht. In zijn openingswoord deelde de voor zitter mee, dat Ds. Vonk meende deze vergadering minder goed Je zullen kun nen leiden, waarom dit aan spr. is toe vertrouwd. Spr. zette uiteen, dat deze vergadering is uitgeschreven ter behan deling van het rapport van Prof. Dr. H. Bouwman, Prof. Dr. A. Noordtzij en Ds. R. Bartlema, van Zeist, dat verband houdt met het bedanken als bestuurslid van Prof. Visscher en de heer A. J. Bor. De bedoeling was een onderzoek naar de oorzaak van hun bedanken en de moge lijkheid van terugkomen daarop te on derzoeken. Allereerst bracht bovengenoemde com missie, waarvan Prof. Bouwman als voor zitter en Ds. Bartlema als secretaris op traden bij monde van laatstgenoemde rap port uit. De commissie vond, na bespreking met de heeren Prof. Visscher en Bor, hen be reid, weer in het bestuur zitting te ne men, mits het bestuur uitgebreid werd met een drietal leden in of in de omge ving van Zeist wonend, als hoedanig ge noemde heeren gekozen wenschten te zien de heeren Prof. Dr. a. Noordtzij, Ds. R. Bartlema, te Zeist en J. H. van Lonkhuyzen te Zeist. Het bestuur ging oorspronkelijk met deze voorwaarde accoord, doch verklaarde later wel het eerste deel er van te kunnen aanvaarden en een verkiezing op de e.v. jaarvergadering aan de orde te willen stellen, doch niet alleen op voorstel van de beide uitgetreden bestuursleden een drietal leden van het bestuur te kunnen aanvaarden, zij het met goedkeuring van de algemeene vergadering. Over dit punt werd uitvoerig van ge dachten gewisseld. Tenslotte belichaamde Ds. Heida, van Vlaardingen, de gedachte ven het bestuur in de volgende motie: De algemeene vergadering der vereeni- ging „Bartemëus", met waardeering ken nis genomen hebbende van het rapport der commissie van onderzoek ter vorige vergadering benoemd, besluit het bestuur uit te noodigen op de volgende gewone ledenvergadering te komen met een voorstel tot uitbreiding van het bestuur, met drie leden, woonach- +ig in of in de omgeving van Zeist, en tot benoeming van een commissie, die meer bijzonder belast is met de behartiging der dagelijks voorkomende zaken in de stich ting. Deze motie werd met 62 stemmen voor, 2 tegen en 12 blanco aanvaard Na dankgebed werd hierop te ongeveer 5 uur de vergadering gesloten. NAAR HET HEILIGE LAND. A.s. Dinsdag vertrekken prof. dr. M. v. Rhijn, Herv. kerkelijk hoogleraar te U- trecht, dr. P. Stegenga Azn., evang. Luth. pred. te Amsterdam, en mr. H Josselin de Jongh te Rotterdam naar Egypte, om daarna Palestina te bezoeken. De heeren zullen terug reizen over Constantinopel. Athene, Napels en Rome, en ongeveer 2 maanden uitblijven. NEDERLANDSCH LEGER DES HEILS. Zaterdagavond heeft het Ned. Heilsle ger zijn vierdaagsch congres ingewijd met een openbare samenkomst in zijn gebouw Prinsegracht 24, den Haag. Er was veel bezoek en de stemming was zeer opgewekt, waartoe muziekkapel en zangkoor niet weinig bijbrachten. Na een gezongen gebed hield comman dant Masten een redevoering, waarin hij de afgevaardigden van elders (uit En schedé zijn deputaties gekomen) welkom beette en een schets van het werk in het afgeloopen jaar gaf. Er is overal voor uitgang vast te stellen, vooral in het barmhartigheids en reclasseeringswerk. Enschedé en Deventer maakten in dit opzicht bijzonder goede vorderingen. Bin nen een dag of veertien hoopt het Leger Gisteravond nam Dr. D. J. van Kat wijk, predikant bij de Geref. Kerk al hier, afscheid van zijn gemeente na haar slechts enkele maanden als die naar des Woords gediend te hebben. Zooals bekend is, is het Dr. v. Kat wijk door het neerleggen van zijne functie van leeraar aan de Chr. H. B. S. te Leiden mogelijk geworden de roeping naar de gemeente van Velsen te volgen. Aan het begin van de godsdienst oefening werd gezongen Ps. löö vs. 1, Gelezen werd Ps. 72. Daarna ging Z. Eerw. voor in gebed, waarna hij in een kleine voorafspraak er op wees, dat omstandigheden, waarover hij hier niet kon uitwijden, voortzetting van zijn taak onmogelijk maken. Daarom heeft spr. gemeend, de roeping naar de gemeente van Velsen te moeten volgen en bij het afscheid nemen wil hij daarom, zooals een dienaar Gods betaamt, zegenend weggaan en de ge meente wijzen op den Christus Gods. Spr. heeft daarom als tekst gekozen: Joh. 19 vs. 19, waar des Heeren Woord aldus luidt: En Pilatus schreef ook een opschrift en zette dat op het kruis en daar stond geschreven: Jezus, de Nazarener, de Koning der Joden. Spr. behandelt dit opschrift als een openbaring Gods, ten eerste aangaan de Jezus, ten tweede omtrent Zijn Ko ninkrijk, en ten derde omtrent de on derdanen van dat Koninkrijk. Nadat vervolgens gezongen was Ps. 72 vs. 3 en 6, begon Z. Eerw. met te zeggen, dat door de Romeinen door het bevestigen van een wit plankje boven aan den kruispaal het vonnis bekend gemaakt werd, dat met roode letters daarop geschreven werd. Dit gebeurde ook met Jezus. Pilatus plaatste dat bordje. Zijn eigen woor den waren het, die daarop te lezen stonden en die woorden waren ge schreven om de Joden te ergeren en te kwetsen. Want dat: Jezus de Koning der Joden, kon tweeledig worden op gevat. Het kon beteekenen: Hij heeft Zich opgeworpen als de Koning der Joden, maar ook: Hij is de Koning der Joden. Pilatus had het geschreven met boos opzet, maar intusschen voer de hij Gods wil uit. Het opschrift was een Evangelie Gods. Jezus de Nazare ner stond er. Jezus, dat is Zaligmaker. Hij is zaligheid voor Zijn volk, omdat Hij eeuwig God is, eeuwig God van liefde. De Godsstem heeft Hem Zelf, tijdens Zijn omwandeling op aarde, zoo genoemd. Vooral aan het kruis is Jezus Jezus geweest, toen Hij leed en stierf voor de zonden. Daarom is het opschrift op het kruis Evangelie. Im mers nu is er verzoening voor onze zonden. Laat Hij daarom ook voor ons Jezus zijn. Koning der Joden stond er op het kruis. Waarom dat: Koning? Waarom wordt hier het Koningschap van Jezus naar voren gebracht en niet het Pries terschap? Het is waar: dat Priester schap kwam het meest uit aan het kruis, maar toch was Jezus ook Ko ning, Koning, terwijl Hij leed en stierf. Hij bezat een koninkrijk, gegrondvest op gerechtigheid. Daar wil de mensch niet aan, men wil er niet aan, dat in het kruis de gerechtigheid Gods uit komt. Toch geldt hier het woord van het Avondmaalsformulier, dat God de zonden, eer Hij ze ongestraft zou laten, met den bitteren dood des krui- ses aan Zijn lieven Zoon gestraft heeft Gods recht is ongeschonden gehand haafd. Door Jezus' kruis is mogelijk geworden een rijk van gerechtigheid en liefde. Dit Evangelie moeten wij gelooven. God is liefde, ook wanneer de weg donker is. Welgelukzalig zijn in den Haag ook een eigen kindertehuis te openen. De commandant hoopt want het is zoo noodig dat binnenkort ook met middernaebtzending kan worden be gonnen, maar voor alle .geestelijk en maat schappelijk werk is er maar één afdoende hulp: het kruis van Christus. Het is zoo'n heerlijk werk het kruis van Christus voor anderen te dragen, zooals hij het deed voor de zondige wereld. Natuurlijk is voor het werk geld, veel geld noodig, maar toch nog meer jonge mannen en vrouwen, die zich zelf willen verloochenen, alles prijs geven, alles dra zij, die op Hem betrouwen. In het opschrift op het kruis werden ook de onderdanen van het Koninkrijk genopmd: de Koning der Joden. Dat woord Jood is afgeleid van Juda en dat beteekent: God wordt geloofd en geprezen. Zoo krijgt het woord Jood een diepen zin. Die God loven betee kent het. Jezus is Koning over dat volk. Jezus heeft de wereld verzoend met God en regeert thans over Zijn volk, dat God eeuwiglijk zal loven. Zij, die Hij kocht door Zijn bloed zullen op hoogen toon den Heiland prijzen. Het opschrift hoven het kruis be vat een heerlijk schoone Evangelie prediking. Jezus is onze Koning. Laten wij Hem dan als zoodanig erkennen. Laten wij Hem loven, omdat Hij een God van liefde is. Hem, die op den troon zit en het Lam zij de lof en de aanbidding en de dankzegging tot in eeuwigheid. Nadat vervolgens gezongen is Psalm 89 vs. 7 en 8, spreekt spr. nog een en kel persoonlijk woord. Mede namens zijn vrouw dankt spr. voor de harte lijkheid en liefde van de gemeente van Oegstgeest ontvangen, ondanks den korten tijd. dat spr. hier dienaar des woords is geweest. Er blijft echter na dit scheiden de Christelijke hope en spr. wijst de gemeente op haar roeping namelijk om Gods deugden te predi ken, wat met steeds meer klem moet gebeuren. Laat de Christelijke broeder liefde blijven. Dat is het hechte ce ment van Gods huis. Speciaal richt spr. zich tot de jon gens en meisjes,, die hij catechetisch onderwijs heeft gegeven en wenscht hun toe, dat ze op mogen groeien tot mannen en vrouwen, die God van har te willen dienen. Den broeders van den kerkeraad brengt spr. dank voor hun broederlij ke liefde en wenscht hun toe, dat ze nog lang in Gods dienst werkzaam mogen zijn, evenals zijn collega Schil der, dien spr. speciaal dankt voor den collegialen omgang, waarmede hij hem steeds is tegemoet getreden. Met de woorden, dat aan God, uit Wien en tot Wien alle dingen zijn, bo venal toekomt de eer en de dankzeg ging, besloot spr. Vervolgens voerde namens den ker keraad en namens de gemeente het woord Ds. K. Schilder, die aanhaalde het onderwerp van de predikatie, die hedenavond door de radio vanuit de kerk van Zaandam wordt uitgezonden Dat onderwerp is: Leiden is lijden. Dat is een waarheid, die iedereen ondervindt. De menschen, die wij ge roepen zijn te leiden, begrijpen ons vaak niet. en wij begrijpen hen vaak niet. Het is een wet voor allen, dat leiden lijden is en ook U, aldus spr., hebt dat moeten ondergaan. Wij lei den en worden geieid en willen niet eindigen hij de ervaring, dat dat lij den met zich brengt. Waneer ons lei den geleid worden is van Gods wege, kan het einde ervan niet anders zijn dan vreugde. In die vreugde gaat gij van ons, aldus spr., en ik hoop, dat de vrede, dien gij gevonden hebt, toen gij Gods weg weer zaagt, U steeds hij- blijven mag. Spr. dankte ten slotte Dr. van Kat wijk voor alles, wat hij voor de ge meente van Oegstgeest gedaan heeft en voor den prettigen en vriendelijken collegialen omgang en verzocht de ge meente den scheidenden leeraar toe te zingen Psalm 121 vs. 4. Na met een enkel woord bedankt te hebben, ging Dr. v. Katwijk voor in dankgebed. Als nazang werd gezongen Psalm 84 vers 3. gen voor den ongelukkige. Het loon van Christus' dienst is onveranderlijk vrede. Gisteren om halftien werd het congres voortgezet. Vervolgens had een middag samenkomst plaats en gisteravond om half acht een groote meeting in Musica aan de Delftschelaan. Op de rede van den commandant volg den eenige getuigenissen van afgevaar digden uit andere plaatsen, koorzang van de Barmhartigheidszusters en het heele officierskorps, waarbij de commandant van de muziekkapel, kapitein Smith, be zielende leiding gaf. FEUILLETON. 18). o— 11 Juli. Heden heb ik Bertha bericht gezon den, dat ik 24 Juli haar hoop te bezoe ken en of zij zoo goed wilde zijn, de japon, die ik zenden zou, zoolang voor me te bewaren. Het nadere zou ik haar mondeling mededeelen. Ik neem het kostuum aanstaanden Maandag mee naar Keulen en verzend het van daar. 12 Juli. Wat vang ik nu met mijn dagboek adn gedurende de vacantie? Neem ik 't mee naar Koblenz, dan zal tante het willen lezen; en dat gaat onder geen omstandigheden. Zend ik 't naar Wiesbaden, dan zal Bertha me zoo lang plagen, tot ik 't haar te lezen geef. Dus, wat te doen? Goede raad is duur. Geleerde DirecteurI Toen u ons zoo dringend hebt aanbevolen, een dagboek te houden, hadt u ons ook moeten zeggen, hoe we dat kostbaar meubel gedurende de vacantie behoe den moesten. Intusschen, ik geloof, dat 't beste is, 't boek met het kos tuum naar Bertha te zenden, er een omslag om te doen en dien dicht te plakken. Dan houdt zij er haar vin gers af tot ik kom. Wil zij 't lezen, mijnentwege; voor haar heb ik ten slotte geen geheimen; zij is een trou we ziel. 13 Juli. Zie zoo, nu is 't afgeloopen. Heden- namiddag heb ik mijn afscheidsbe zoeken gemaakt; 't was gauw gedaan. De Directeur was niet thuis; ik heb mijn kaartje afgegeven en was zeer blij dit te kunnen doen. Mijn mede onderwijzeres juffrouw Roszkind deed zeer geroerd en beval me dringend aan, in het belang van het vrouwen vraagstuk, ongehuwd te blijven en ijverig aan deszelfs oplossing mede te werken. Zij had deswege ook aan den ongehuwden staat de voorkeur gege ven, hoewel zij reeds zoo ongeveer tienmaal goed had kunnen trouwen. Zij was ook op zich zelf beschouwd volstrekt nie^t ongenegen geweest, hoewel 't meestal weduwnaren be trof, die zich door haar flink, gezet voorkomen hadden aangetrokken ge voeld. Maar zij had hare zending in het vrouwenvraagstuk hooger gesteld. Ik moest 't ook zoo doen. Het zou me wel zwaar vallen, want ik was een zeer hupsch jong meisje, en om dezul ke vlogen de aanbidders rond als muggen om het licht. Op dien toon ging 't nog een heelen tijd door. Ik had moeite, me ernstig te houden, vooral toe ze van die tien vrijers sprak, die ze een blauwtje had laten 'oopen. Want, ove:l zij, 't er bij el ke oude jongejuffrouw, nu en dan ook wel eens twaalf Mijnheer Distel was zeer vriende lijk, .betreurde mijn heengaan terwil- le van Marie en sprak ook van mijn heer Herbold, die hem oom noemde, ofschoon hij slechts een zeer verre verwant van hem was. Elsje was van daag wederom in Keulen, wijl haar verloofde daar op stond. Morgen vroeg vertrekken we gezamenlijk. En nu vaarwel, gij stille woning; hoe ik van je wegga, óf bedroefd of verheugd, weet ik zelf niet goed. In elk geval heb ik in de 10 weken, welke ik hier geweest ben, veel beleefd, innerlijk en uiterlijk. Ik ben wel nieuwsgierig, hoe de roman mijns levens zich ver der zal ontwikkelen. Wiesbaden, 26 Juli. Ik wil hier in 't kort even meedee- len, wat de laaste 12 dagen, sedert mijn vertrek uit Wiesenau, gebeurde. Bertha was tot mijn genoegen dis creet genoeg, het pakje, waarin het dagboek zat ik had er nog eenig linnengoed omheen gepakt onaan geroerd te laten; zij vermoedt, er dus niets van en nu kan ik 't wegsluiten. Maandag voor 8 dagen dus reisde ik met Elsje tot Bonn; het afscheid was zeer aandoenlijk. Elsje schreide. „Waar, wanneer, hoe zullen we el kaar wederzien, Roosje?" Mij was 't bij die woorden, welke 7ij onder tranen uitbracht, heelzon derling te modee, alsof ons harde lot gevallen te wachten stonden. Een half uur na haar trein vertrok de mijne. Kweekschool-herinneringen. Onderweg naar Koblenz werd mij het hart beklemd bij de gedachte, hoe ik mijn godsdienstigen ommekeer te genover tante verborgen zou houden. Het zou haar diep bedroefd maken, als ze et ook slechts een vaag vermoe den van had. Zij weet wel is waar, dat ik van vroeger reeds in godsdienstig opzicht niet tot de hijzonder vromen behoord heb; dat heb ik van de kweekschool meegebracht, en eigen lijk als ik 't eerlijk bekennen moet, ben ik door mijn lafheid daarto.e ge komen. Dat ging me op de reis naar Ko blenz door 't hoofd; hoe zou ik tante tevreden stellen? Daar schoot me een reddende gedachte te binnen. Onze directeur zeide dikwijls, men moest de overtuiging van elk mensch eer biedigen. Tante is van het Christelijk geloof overtuigd; ik moet dus haar gesprekken daarover en de beoefening ervan eerbiedigen en, vooral omdat ik haar zooveel te danken 1 eb, alles vermijden, wat haar zou kunnen kren ken, en doen, wat haar genoegen ver schaft. Dit laatste gaat ongetwijfeld de eerste stelling te huiten; maar als ik een beetje meedoe, verricht ik toch" niets kwaads in zich. Ik ga dus met haar naar de kerk, gedraag me daar netjes, spreek met eerbied over gods dienstige zaken met haar en dan zal 't wel gaan. En het ging ook werkelijk. Zij ont ving me aan het station en begeleidde me omzichtig naar huis. De oude Margaretha had mijne kamer weder om mooi opgeknapt en noemde mij telkens en herhaaldelijk haar lief Roosje. Eén keer werd intusschen die comedie bedenkelijk. Dat was gepas- seerden Zondagnamiddag bij de kof fie, waarop mevrouw Dr. Bergen uit- genoodigd was. Toen zat ik werke lijk op heete kolen. Telkens weer bracht zij het gesprek op godsdienstig terrein en inderdaad met zulke be kwaamheid, dat ik al mijn vijf zin tuigen bijeenrapen moest, om hare sluwe opmerkingen en strikvragen te ontgaan. Die goede tante bemerkte heelemaal niets van dit schaaktour- nooi. Ik was echter vast besloten, me niet te laten vangen. Ten laatste gaf mevrouw Bergen dan ook haar spel op. Zoo scheidde ik zonder droefheid van mijn goede tante. Geheel tevreden ben ik ongetwij feld niet daarmee. Want eigenlijk is 't toch eene hoe zou ik 't noemen een soort veinzerij, welke niet mooi is. Maar wat moet ik dan anders doen? Nood breekt we. Ik kan er niet9 aan veranderen. Het verstand is, zooals onze directeur in de paedagogiek zei- de, een noodzakelijke bekwaamheid; wat het inziet, ziet het in, en wat het niet inziet, dwingen laat het zich niet.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1928 | | pagina 5