CHRISTELIJK DACBLAD voor LEIDEN en OMSTREKEN
JAARGANG MAANDAG 19 MAART 1928 NUMMER 238 9
NIEDWE LEIDSCHE COURANT
Bureau: Hooigracht 35 - Leiden Teleioonnummer 2778
Postbox 20 Postgiro 58936 Aangesloten op het Streeknet Lisse
ABONNEMENTSPRIJS
ln Leiden en buiten Leiden
waar agenten gevestigd zijn
Per kwartaal2.50
Per weekf 0.19
Franco per post per kwartaal i 2.90
Dit nummer bestaat uit TWEE Bladen.
EERSTE BLAD.
Zij, die zich tegen 1 April 1928
op de Nieuwe Leidsche Courant
abonneeren, ontvangen de tot dien
datum verschijnende nummeis gratis
Adm. N. L. Ct.
V Raden Mas Noto Soeroto.
Deze Prins uit het Djocja'sche Pakoe
Alamsche Vorstenhuis houdt tegen
woordig hier en daar lezingen over
zijn lievelingsdenkbeeld, een hechtere
toenadering tusschen Nederland en
Indië. Zaterdag sprak hij in Den
Haag, hedenavond in Groningen.
Deze sympathieke Javaan heeft in
derdaad wat te zeggen al is ook zijn
betoog niet vrij van hoog gestemd
misschien wel te hoog gestemd-idealis-
me, dat zich nu en dan losmaakt van
de werkelijkheid. Maar daarvoor is
hij dan ook dichter. Verschillende
werken in proza en poëzie hebben wij
reeds van hem. Van zijn hand ver
schenen achtereenvolgens: „Melati
Knoppen" (1915), „De geur van Moe
ders Haarwrong" (1916), „Bloemeke-
tenen" (1918), „Lotos en Morgendauw"
„Nieuwe Fluisteringen" (1925).
Aan zijn vereering voor den Ooster-
schen grooten wijze, den Bengaal-
schen zanger Rabindranath Tagoro
danken wij: „Rabindranath Tag-re",
een biographische studie (1916), „Ta-
gore's Opvoedingsidealen" (1921), „De
leerschool van den Papagaai" (1922).
Maar Noto Soeroto beteekent veel
meer als intejlectueele leider van
een beweging opder de hoogere Ja-
vaansche bevolking.
Noto Soeroto genoot een goede op
leiding. Na het doorloopen van de H.
B. S. te Semarang, kwam hij aan de
Academie alhier zijn studiën voort
zetten. In de mobilisatiejaren nam hij
echter dienst in het Nederlandsehe
leger. Evenals zijn vader indertijd
werd ook Noto Soeroto Luitenant bij
de Cavalerie.
Na het verlaten van den dienst ging
hij niet naar de Academie terug, maar
begon zich toe te leggen op het propa-
geeren van zijn idealen.
Hij stichtte de Uitgeverij en Alge-
meene Boekhandel „Adi Poestaka"
(scl^oone letteren), eerst te Amster
dam, later te 's-Gravenhage gevestigd,
waardoor hij gelegenheid kreeg zijn
eigen gedachten en die van vanwante
geesten in boek en geschrifte onder
de menschen te brengen.
Noto Soeroto streeft naar een alge-
ineene rassentoenadering, in het hij
zonder naar de broederlijke samen
werking tusschen Nederland en Indo
nesië.
Om zijn levensdoel, de verzoenings
gedachte te verbreiden, nog beter te
dienen, besloot hij tot de uitgave van
het tijdschrift „Oedaya" (opgang), een
geïllustreerd maandblad, waarvan
hij de hoofdredacteur is. In de Maart
aflevering van dit jaar, schreef hij
een belangwekkend artikel, getiteld
„Rassensamenwerking of tegen
stelling in den Volksraad". Verder is
hij eere-voorzitter van het Ned.-Indo-
nesisch Verhond van Jongeren-Orga
nisaties.
Het opmerkelijke in het streven
van Noto Soeroto is, dat hij voorstaat
de geleidelijke ontwikkeling van In
dië met een sterk verschil van aan
passing voor de verschillende deelen
van Indië. Hier staat hij volkomen
op de lijn, die de beste elementen van
den Nederlandschen stam bezet hou
den.
Natuurlijk staat hij volkomen te
genover de nieuwere beweging, die
een direct zelfstandig, geheel gelijkvor
mig, Indië wil.
In Noto Soeroto hebben wij voor
ons een Indiër, die, diep bezorgd om
liet lot van Indië èn met veel waar
deering van het goede, dat Nederland
daar gedaan heeft en nog doet, eer
lijk gepoogd heeft, een vorm te vin
den, waarin hij voorgoed een
samenwerking mogelijk acht, die an
ders, naar z ij n inzicht, binnen kor
ten tijd zal worden verbroken.
Van verschillende kanten meent
men, dat Noto Soeroto zich de natio
nale strocming in Indië te idealistisch
in te algemeen voorstelt. Ook neemt
men hem kwalijk, dat hij van Indië
aen te willekeurige verdeeling maakt,
door b.v. Sumatra als een geheel te
neschouwen, niettegenstaande Atjeh-
ü's. Batakkers, Menangkabauers en
Maleiers toch teveel verschillen om
ninnen afzienbaren tijd tot een volk
Ie worden. Anderen meenen, dat No
rn Soeroto reeds te lang uit Indië weg
is om voldoende den toestand te ken-
nen.
Hoe dit zij, dit staat vast, dat in de
an Javaanschen edelman een geest
v'akker is geworden die zich, nauw
tansluitend bij het historisch ge-
wordene, dit waardeert en aangrijpt
om tot ware ontwikkeling van zijn
volk te komen. Een streven, dat ook
onze hartelijke sympathie moet heb
ben.
Een streven daarom zoo van ge
wicht omdat deze edelman straks ge
roepen kan worden tot groote daden
van regeering en opvoeding van zijn
volk.
STADSNIEUWS.
ZILVEREN JUBILEUM
DR. J. A. SCEREUDER.
Het zilveren jubileum van dr. J. A.
Schreuder als arts hier ter stede is
voor velen hier ter stede een welkome
gelegenheid geweest om den sympa
thieken dokter van hunne belangstel
ling te doen blijken. Het regende den
geheelen Zaterdag als 't ware geluk
wenschen. En nadat velen zoowel bin
nen als buiten de stad.. den geheelen
dag als stroom van gelukwenschen
deden binnenkomen op Plantsoen 73,
in den vorm van schriftelijke en tele
grafische gelukwenschen, kwam de
eigenlijke stroom eerst Zaterdagmid
dag hij de receptie.
Toen was het huis van den dokter
als 't ware in een bloemenhof her
schapen. Niet minder toch dan 56
bloemstukken sierden de woning van
den jubilaris, wel een bewijs van de
sympathie, die dr. Schreuder bij zijn
patiënten, vrienden en bekenden ge
niet.
Vóór de receptie had de huldiging
van den jubilaris door het comité uit
de patiënten plaats. Men wist maar
al te goed, dat daarvoor op de recep
tie geen tijd en gelegenheid zou zijn.
Namens het comité uit fonds- en
particuliere patiënten werd dr. Schreu
der toegesproken, cloor den heer v. d.
Ploeg, die gewaagde ven de hartelijke
wijze, waarmede de jubilaris steeds
met zijn patiënten omgaat, zorgvol
wakend over hunne gezondheid, hun
raadgevend en hen bijstaande waar
en wanneer zij om hulp vroegen.
Na den wensch uitgesproken te heb-
hen, dat het dr. Schreuder gegeven
moge zijn nog vele jaren zijn practijk
te mogen uitoefenen, bood spr. hem,
namens de patiënten een fraai radio
toestel, twee jlubfauteuils, een tafel
tje en een prachtig bloemstuk aan,
benevens een tweetal albums met de
namen der schenkers.
Getroffen door deze welgemeende
hulde dankte dr. Schreuder voor de
hem betoonde sympathie, zich uitend
in geluk venschen en geschenken en
zegde toe, de hem door patiënten
toevertrouwde zorgen steeds naar best
vermogen te zullen blr'ven behar
tigen.
Nadat ook de heer Vodegel nog zijn
dank had uitgesproken voor het feit,
dat dr. Schreuder steeds zoo goed
voor de patiënten is geweest en nadat
de heer van Egmond een korte toe
spraak had gehouden, wat de officiee-
le huldiging afgeloopen.
Daarna begon de receptie., 't Was
gelukkig prachtig weer, want in rijen
stond men in den tuin en op het Plant
soen te wachten, om binnen te komen,
't Was een groote stroom van bezoe
kers.. we zagen ze: moeders, die de
volle zorgen van het leven reeds door
gemaakt hebben met een talrijk kroost,
daarnaast vaders van gezinnen, die
hun dank kwamen uitspreken voor
de zorgen, door den jubilaris aan hun
gezin besteed, daarnaast weer jonge
menschen, vrouwen en mannen, die
de doktershulp reeds noodig hadden,
we zagen daar, we mogen het wel
zeggen, deftiie burgers naast de een
voudige uit den arbeidersstand, allen
dooreen hun beurt afwachtend, om
een woord te spreken van geluk-
wensch, maar vooral ook van dank,
allen getuigend van het uitgestrekt
arbeidsveld, dat dr. Schreuder zich in
den loop der jaren heeft verworven,
't Was een sympathieke hulde en de
jubilaris was zichtbaar getroffen
meer dan 150 personen kwamen hem
gelukwenschen.
Daaronder waren ook afgevaardig
den van het Groene Kruis, van den
Geneeskundigen Dienst, Ziekenfond
sen, enz., de meesten nog met een of
ander stoffelijk blijk van belangstel
ling.
't Werd in allen eenvoud een inder
daad gTOotsche hulde, waarvan de
herinnering dr. Schreuder en zijn fa
milie nog lang zal bijblijven.
DE OVERDRACHT VAN HET
NIEUWE ACADEMISCH
ZIEKENHUIS.
(Slot).
Na de rede van Prof. Dr. J. van der
Hoeve nam de Minister van Onder
wijs, Kunsten en Wetenschappen,
Z.Exc. Mr. A. M. Waszink, het woord,
die er op wees, dat de dag van ope
ning en overdracht afin bet College
van Curatoren van de gebouwengroep,
waaraan zoo lange jaren is gewerkt,
teneinde een inrichting in- 't leven te
roejpen van internationaal karakter,
van eminent belang is, zoowel voor de
Leidsche universiteit als voor het ge-
heele land.
Het doel van den wetenschappelij-
ken arbeid, die hier verricht zal wor
den is drieledig: de medische verzor
ging, het onderwijs, de wetenschap.
Wanneer over enkele jaren de thans
nog in gebruik zijnde gebouwen zullen
worden verlaten en de geheele medi
sche faculteit op dit terrein zal zijn
gecentraliseerd, dan zal de Leidsche
Alma Mater onze oudste universiteit
met haar wereldreputatie, in 't bezit
zijn van een „eité médicale" of om met
prof. v. d. Hoeve in rond Nederlandsch
te spreken, een Boerhaavekwartier,
dat haar, wat de huisvesting betreft,
op vele andere universiteiten, ook in
het buitenland een belangrijken voor
sprong geeft.
Spr. herinnerde voorts aan de groo
te offers, die de tot standkoming van
dit werk vorderden. en spr. hoopte,
dat dit alles een aansporing zal zijn
om ook naar het hoogste te streven
en mede te werken aan den bloei
eener instelling, die in Nederland wel
een eerste plaats inneemt.
Mijnheer de Voorzitter van het Col
lege van Curatoren. Uwe zorg en die
Uwer medeleden zal zich, gelijk ik
reeds zeide, ook in de toekomst moe
ten gaan uitstrekken over dit gebou
wen-complex. Zorgvolle jaren lig
gen achter ons, zorg z a m e jaren mo
gen het zijn, die Uw taak U doet wij
den aan dit belangrijk deel der Leid
sche Universiteit. Ik geef het Boerhaa-
ve-kwartier aan Uwe zorgen over, in
de vaste overtuiging, dat Regeering
noch Universiteit beschaamd zullen
worden in het vertrouwen, dat beide
in U stellen.
Vervolgens dankte spr. den heer
van Lynden voor diens welgeslaagden
arbeid en den heer Hoekstra, die hem
zoo trouw terzijde stond. Spr. deelde
namens zijn ambtgenoot van Finan
ciën mede, dat het de Koningin be
haagd lieeft, den heer Hoekstra, bij
besluit van ±2 dezer, te benoemen tot
officier in de orde van Oranje Nassau.
Tenslotte uitte spr. den wensch, dat
onder Gods zegen het nieuwe com
plex moge strekken tot heil van de
wetenschap en de Leidsche universi
teit. Ik verklaar de nieu- j stichting
geopend.
Na de rede van minister Waszink,
waarop een daverend applaus volgde,
nam de president-curator, Jhr. Mr.
Dr. N. C. de Gijselaar, het woord,
waarbij hij de regeering dank bracht
voor de overdracht van het beheer
aan curatoren.
Spr. dankte daarna allen, die aan
de totstandkoming van het zieken
huiscomplex een belangrijk aandeel
hebben gehad en sprak tenslotte de
hoop uit, dat deze dag nog tal van ja
ren als een vreugdevolle zou kunnen
worden aangemerkt.
Daarna werden de aanwezigen in
de gelegenheid gesteld de gebouwen
te bezichtigen.
PROF. DR. J. VAN DER VALK.
Bij Kon. Besluit is aan de Rijks
universiteit alhier benoemd in de fa
culteit der geneeskunde, om onder
wijs te geven in huid- en geslachts
ziekten, tot gewoon hoogleeraar dr.
J. W. v. d. Valk, met toekenning van
eervol ontslag als hoogleeraar aan de
Rijksuniversiteit te Groningen.
Prof. dr. J. W. van der Valk werd 2
September 1877 te Amsterdam gebo
ren, bezocht het gymnasium te Amers
foort en werd in 1897 als student in
de medicijnen aan de Leidsche uni
versiteit ingeschreven. In 1905 werd
hij aan deze universiteit tot arts be
vorderd waarna hij een reis naar Oost
en West-Indië maakte ter speciale
bestudeering van de huid- en ge
slachtsziekten. Bij zijn terugkeer in
ons land in 1906 werd hij assistent bij
prof. S. Mendes da Costa aan het Bin
nengasthuis te Amsterdam, wat hij
bleef tot 1909, toen hij belast werd met
de leiding van de afdeeling huid- en
geslachtsziekten van het Wilhelmina-
gasthuis te Amsterdam. Tevens ves
tigde hij zich toen als arts te Amster
dam. In 1910 werd hij aan de gemeen
telijke universiteit te Amsterdam be
vorderd tot doctor in de geneeskunde.
Na 15 jaar aan het Wilhelminagast
huis verbonden te zijn geweest, werd
hij benoemd tot hoogleeraar in de
huid- en geslachtsziekten aan de
Rijksuniversiteit te Groningen. Hij
aanvaardde dit ambt den llden Octo
ber 1924 met een rede over: Huid
ziekten en inwendige geneeskunde.
In den loop der jaren zijn verschil
lende werken van zijn hand versche
nen.
FEDERATIE VAN VEREEN. VOOR
ZIEKENHUISVERPLEGING EN
ZIEKENZORG IN NEDERLAND.
Zaterdag werd in het café-restau
rant „Zomerzorg" aan den Stations
weg alhier de 2e jaarvergadering ge
houden van bovengenoemde Federatie.
De voorzitter, de heer C. Stolk, van
Wassenaar, opende de vergadering
met een hartelijk welkomstwoord
aan alle aanwezigen en wees in een
kort openingswoord op den gestadigen
groei van de Federatie. Reeds een 52-
tal vereenigingen zijn lid geworden.
Toch blijven er nog tal van vereeni
gingen over, die zich niet willen aan
sluiten. Dat betreurt spr. zeer, vooral
ook omdat deze vereenigingen wel do
vruchten zullen plukken maar de las
ten niet helpen dragen. Spr. wekt al
len op mede te werken om de Federa
tie groot te maken opdat seeds inten
siever kan worden gewerkt.
De notulen van de vorige jaarverga
dering worden door den secretaris,
den heer P. P. de Koning, van Leiden,
gelezen en goedgekeurd.
Daarna komen in behandeling de
jaarverslagen van den secretaris en
van het Adviesbureau.
De heer J. W. Buijze, van Papen-
drecht, vraagt of de oprichting van
bet streekverband Dordrecht niet van
een dergelijk belang is dat dit in het
jaarverslag kon opgenomen worden.
Het blijkt dat hier een misverstand
bestaat en dat gemeend werd dat dit
streekverband nog niet definitief was
opgericht.
De jaarverslagen werden daarna
goedgekeurd.
De commissie tot nazien van de boe
ken en de kas van den penningmees
ter brengt verslag uit van baar bevin
dingen. Alles in de beste orde bevon
den en besloten wordt den penning
meester te dechargeeren.
De begrooting 1928 wordt vastge
steld op een bedrag van ongeveer 440.
De contributies woeden vastgesteld
op dezelfde bedragen als het vorige
jaar, n.l. voor vereenigingen beneden
3000 verzekerden op 5, tot 6000 op
7,50 en boven 6000 op 10.
Daarna heeft de bestuursverkiezing
plaats. Aftredend zijn de heeren H.
Nieuwenhuizen, van Zegwaard; P. P.
de Koning, van Leiden; en Dr. G.
Bots, van Voorhout; die allen worden
herkozen. Verder stelt het Bestuur
voor het bestuur in verband met de
vele werkzaamheden met twee leden
uit te breiden. Daarvoor worden aan
bevolen de heeren J. W. Buyze, van
Papendrecht; en W. Zanen, van
Nieuw-Lekkerland. De eerste zou be
reid gevonden worden om het secre
tariaat op zich te nemen, wat door de
groei van de Federatie veel werk met
zich brengt. Dit punt brengt nog al
eenige bespreking mede. Daarna
wordt het voorstel van het bestuur in
stemming gebracht en aangenomen
met 41 tegen 10 stemmen.
Nadat vervolgens eenige oogenblik-
ken pauze is gehouden, worden als
nieuwe bestuursleden gekozen de door
het bestuur aanbevolen heeren.
De plaats waar de volgende jaarver
gadering zal worden gehouden wordt
aan de competentie van het bestuur
overgelaten.
Daarna wordt overgegaan tot de
instelling van een studie-commissie,
o.a. voor het onderzoek van de moge
lijkheid tot uitgifte van een eigen or
gaan en inzake de ziekenverzorgings
wetgeving.
De mogelijkheid van uitgifte van
een eigen orgaan is reeds eerder door
het bestuur overwogen en de wen-
schelijkheid ervan blijkt steeds meer
Besloten wordt dat het bestuur een
commissie zal benoemen die deze zaak
in studie zal nemen.
Vervolgens komen in behandeling 'n
voorstel van de afdeeling Zwijndreeht
waarin deze afdeeling voorstelt om
een statutenwijziging aan te brengen,
waarbij zou komen vast te staan, dat
een bestuurswijziging tot stand zou
komen, waarbij als bestuursleden zou
den worden gekozen vertegenwoordi
gers van streek verbanden behoudens
het modcramen, dat direc.t door de
algenieene vergadering moet worden
ADVERTENTIE-PRIJS
Gewone Advertentiën per regel 22\a cent
Ingezonden Mededeelingen dubbel tarief
Bij contract belangrijke reductie
Kleine Advertentiën bij vooruitbetaling -
van ten hoogste 30 woorden, worden da
gelijks geplaatst ad. 40 cents
Belangrijkste nieuws in dit Nummer.
Binnenland.
Afscheid van Dr. D. J. van Katwijk
te GegstgeesL
Jubileum van Dr. J. A. Schreuder
te Leiden.
Prof. Dr. Van der Valk benoemd tot
hoogleeraar te Leiden.
Dr. A. A. L. Rutgers te s'Graven-
hage aangekomen.
Buitenland.
Plannen voor een vliegtocht New-
YorkOstende.
Polen wil geen vertegenwoordiger
.van den Volkenbond bij de onderhan
delingen met Lütauen.
Oneenigheid in de Belgische Comm.
Partij.
Twee der gearresteerde Dnitsche
ingenieurs door de Sovjet-autoriteiten
weer op vrije voeten gesteld.
Zcebkof te Antwerpen.
gekozen. Dit voorstel wordt na eenige
discussie gerenvoyeerd naar het Be
stuur, die het eerst in studie zal ne
men.
Bij de verkiezing van een Voorzit
ter werd de heer C. Stolk, van Wasse
naar, met bijna algemeene stemmen
herkozen.
Bij de rondvraag, die daarna gehou
den werd, brachten verschillende af
gevaardigden interne moeilijkheden
naar voren, die bevredigend door den
Voorzitter werden opgelost.
Een referaat van den heer H. Nieu-
wenhuyzen, te Zegwaard, 2e voorzitter
der federatie, over „Onze reservefond
sen", kon vanwege het vergevorderde
uur niet gehouden worden.
Daarna sluiting.
GEREF. KERKEN IN H. V.
De- godsdienstoefeningen der Geref.
Kerken in H. V., welke a.s. Zondag al
hier zullen aanvangen, zullen naar
wij vernemen worden gehouden in het
gebouw „Prediker" (Janvossensteeg)
en wel des morgens te 10 uur en des
avonds te 6 uur.
Als voorganger hoopt a.s. Zondag
op te treden Ds. J. C. Aalders te Am
sterdam.
Het correspondentieadres voor deze
Kerkdiensten is R. P. Offringa, De
Kempenaerstraat 81, Oegstgeest.
HET AUTO-ONGELUK AAN DEN
LAGEN RIJNDIJK.
Te Delft had Zaterdagmorgen de
plechtige uitvaart plaats van de op
noodlottige wijze om het leven gekomen
R.-K. priester deken J. B. J. M. Höp-
pener en kapelaan P. Th. van Diest.
Tegen half tien, toen de lauden aan
vingen, was er geen plaats onbezet in
de kerk. Ongeveer 150 priesters hadden
plaats genomen in het priesterkoor. In
de kerk werden o.a. opgemerkt Prof.
Aengenent, rector Gröner en enkele
dekens uit Gouda, Beverwijk, Roermond
enz. De Schoolraad was vertegenwoor
digd door dr. Van Gil, rector De Jong
en dr. Verhoeven; de min. van Binnenl.
Zaken door den heer D. van Staveren,
voorz, der Bioscoop-commissie.
De plechtige mis van requiem werd
gecelebreerd door deken A. J. C. Schraag
van Schiedam. Deze hield een korte
lijkrede, waarin hij wees op het tragi
sche van het geval. Twee priesters
werden in de volle kracht van hun
leven weggerukt, hetgeen in het geheele
bisdom groote ontsteltenis heeft ge
bracht. Het woord werd bewaarheid:
de mensch kent zijn einde niet. Verder
herdacht hij met enkele woorden kapel.
Van Diest en diens werk. Na deze rede,
welke diepen indruk maakte, werd het
stoffelijk overschot van deken Höppener
het kerkgebouw uitgedragen en in de
lijkkoets geplaatst.
Kort na twaalf uur, arriveerde de
lijkstoet op den doodenakker, opgewacht
door vele honderden belangstellenden.
Ter weerszijden van de Kerkhoflaan
stonden de vertegenwoordigers der pl.
R.-K. stand- en vakorganisaties en
deputaties van andere R.-K. vereeni
gingen der stad met hun omfloerste
vaandels. Op den doodenakker werden
o.a. opgemerkt de burgemeester van
Delft, mr. G. van Baren, de gem.-secr.
mr. G. Engberts. De bijzetting van den
overledene in het priestergraf geschiedde
met het gebruikelijke liturgisch cere
monieel.
Het stoffelijk overschot van kapelaan
Van Diest werd naar Muiden vervoerd,
waar het in het familiegraf zou worden
bijgezet.