ÏIIEUWE LEIDSCHE COURANT
Gods wondere leidingen.
van
VRIJ ""'AG 30 DEC. 1927
TWEEDE BEAD.
WEEK DER 61 BEDEN.
„Unum corpus sumus in Christo".
Van Maandag 2 tot en met Zaterdag
7 Januari.
Weer is de lverwarmde) Oosterkerk
der Hervormde gemeente aan de Hee
rengracht beschikbaar gesteld voor al
len, die het geloof aan de heilige, alge-
meene Christelijke Kerk niet alleen
betuigen, maar, zoo veel het kan, be
leven willen.
Zoo veel het kan.
Het kan Zondags niet. Dat wil zeg
gen: in den dienst des Woords en der
Sacramenten. In het institutair-kerke-
lijke leven. En daarover treurt elk
recht besnaard hart.
Maar er zijn ook terreinen, waar het
wel kan. En er zal wel niemand zijn,
die het afkeurt als strijdig met Gods
wil, dat Herv., Luth Chr. Geref., Oud-
Geref-, en Geref. samenwerken op
grond van de eenigheid des geloofs in
een bepaalde zaak onder de aanroe
ping van den Naam des Heeren.
Integendeel. Maar dan kunnen ook
niet betwist worden het recht en de
plicht tot het houden van een Week
der gebeden. Om den Heere met el
kander te danken voor gemeenschap
pelijke weldaden om ons met elkander
te verootmoedigen voor gemeenschap
pelijke schuld, om met elkander te
bidden voor gemeenschappelijke Chris
telijke belangen, om over deze dingen
't licht van Gods Woord te laten schij
nen, om den gemeenschappelijken God
te loven met ons lied in den naam, en
de kracht van den gemeenschappelij
ken Herder der schapen.
Degenen die den naam van dien
Herder belijden maar aan de Week
der gebeden niet meedoen, moeten dit
zelf weten. Hun overtuiging zal wel
zijn, dat deze zaak niet uit God is, te
gen den wil van Christus is, strijdig
met Gods Woord is. Want andere be
weegredenen gelden natuurlijk niet
vcor het aangezicht van Hem, Die ons
in Zijn vierschaar ook vragen zal, of
wij met alle macht gezocht hebben de
gemeenschap met allen, die de ver
schijning van onzen Heere Jezus Chris
tus liefhebben in onverderfelijkheid, al
is het, dat zij naar ons oordeel in ker-
kelük opzicht dwalen.
Maar er zijn gelukkig honderden in
onze goede stad van allerlei gezindten
die de Week der gebeden niet zouden
willen missen. Wij voelen ons ten diep
ste overtuigd van haar overeenkomen
met wat Jezus in Zijn Hoogepriester-
lijk gebed verklaard en gebeden heeft
Wii voelen ons gelukkig, wanneer wij
onder de naklanken van de Kerstklok
ken en met het Kruis in zicht, elkan'1
daar de volle broeder- en zusterhand
reiken. Gelooft maar, dat de Heiland
Zich daar in verheugt.
De onderwerpen zijn: Maandag: Al-
gem. dankzegging en verootmoediging.
Dinsdag: De Algem. Kerk. Woensdag:
\olken en Overheden. Donderdag-
Zendzng. Vrijdag: Huisgezin, Opvoe
ding, Onderwijs. Zaterdag: Inwendige
Zending, Zending onder Israël.
Ale bezoekenden ontvangen een pro
gramma. De samenkomsten vangen aan
om 8 uur.
En dan, wij doen 't ditmaal anders
dan vroeger. Toen maakten wij de na
men van de voorgangers niet openbaar.
Maar dan ging men ,,visschen", of wilt
ge peuren Men wilde één spreker
hooren. Dit lijkt ons, zacht gesproken,
zeer onjuist. Wij komen niet, om een
bepaald iemand te hooren, maar om
gemeenschap des geloofs, en der hoop,
en der liefde te oefenen met anderen.
L»at van zoo even is dus in brandenden
strijd met de hooge gedachte en bedoe
FEUILLETON.
7) o—
„Jullie stand niet., jullie slag niet
onzin", bromde IJsje, „of Vader
nou een beetje meer geld heeft
wat kan dat schelen't zijn toch
zeker allemaal door en door fatsoen
lijke lui, anders hadden ze Hendrik
niet tot kameraaddat 's vast".
Hannah's hart popelde bij deze laat
ste woorden en ze besloot, haar zusje
den volgenden dag te verrassen met
een aanlig zangstukje, dat zij in een
muziekwinkel had zien liggen
IJsje zelf had er geen flauw vermoe
den van, hoeveel genoegen zij haar
zuster deed, en praatte argeloos vér
der:
„Want de Klosters zijn heel bijzon
der secuur op hun kennissen en op
allen, die bij hen over huis komen,
dat kan ik u in waarheid vertellen".
Moeder deed er verder het zwijgen
toezij zou haar man overreden,
dat hij zijn toestemming weigerde of
althans een berg van bezwaren maak
tedan gaven de kinderen als
naar gewoonte, van zelf toe. Doch dit
Ifeer had Moeder buiten den waard,
i. c. buiten de vasthoudendheid van
haar klaverblad gerekendVaders
tegenwerpingen werden een voor een
ontzenuwd en het einde der geschie
denis was, dat Harry zou zorgen,
ling van de W^ek der g?beden. Wij
besloten, om de namen der voorgangers
in de pers te vermelden En dan komt
't zoo D.V., dat elke avond twee broe
ders optreden.
Maandag: Ds de Meijere en Ds.
Schilder.
Dinsdag: Ds, Boissevain en Ds. Tho
mas.
Woensdag: Ds. Brass (Rotterdam)
en Dr. Riemens.
Donderdag: Ds. Bouwman en Dr.
Rauws (Zendingsdire :;or).
Vrijdag: Js. Punselie en Ds. van
Herksen (Hillegom).
Zaterdag: Ds. Gispen (Ha^erswou-
de) en (mogelijk) Ds. Henncmann
(Oegstgeest).
Allen, die van harte erkennen as
fundamenteele waarheden, in de Ar
tikelen Jes geloofs verval, en diA.o.v
eenkomstig gelooven en leven (die in
de borggerechtigheia van Christus al
leen hun vrede met God vinden, die de
grenzen der Algemeene, Christelijke
Kerk niet laten saamvaLen met de
grenzen van het instituut, waartoe zij
•shooren, die de gemeen -chap der hei
ligen niet beperken tot hen, met wie
zij kerkelijk saamleven, die re open
baring van het lichaam van Christus
ook zien buiten hun naaste omgeving,
en daarom hartelijk begroeten iedere
gelegenheid, om zonder eenige afgifte
van eigen overtuiging ae eenigheid des
Geestes door den band des vredes te
vertoonen, en te genieten voor het oog
van den hemel en van de aarde, roe
pen wij op m den naam des Kceren,
om de volgende week met machtige
drommen te laten zien de glorie van
den Herder, Die é'm is met heel Zijn
kudde. En laten wij allen de knieën
buigen, en smeeken om den Heiligen
Geest, opdat Die make, dat we aan het
eind der week, waar wij de spiesen tot
sikkels slaan, waarbij wij net niet la
ten kunnen, om het vrool" rv
al vast te repeteeren, dat wij aan het
eind der week van elkander gaan, ik
zeg niet, wanhopig, want de liefde is
sterker dan de dood, en wat wij bui
ten het gewone genieten, is aan het ge
wone niet vreemd, maar toch met wee
moed in het hart, cmdat weer dat ver
rukkelijk schcone voorbij is.
Laten ook onze jonge menschen
meedoen! Het zal ons, ouderen, ver
kwikken, daar ook de mannen en vrou
wen van de toekomst .o zien. Wie weet
hoe vreeselijk die toekomst wezen zal.
Als de vijande- Gods volk bespringen
en het lied der martelaren weer klin
ken zal boven alles uit, dan zullen
door den nood gedreven, de Christe
nen en Christinnen elkander zoeken, tot
zij elkander gevonden hebben, en, ik
zeg nog eens: met behoud van eigen
overtuiging, ook :n het kerkelijk leven
zij zullen de groote vlag van de Alge
meene, Christelijke Kerk, op de torens
dragen, en die zal daar wapperen tot
den jongsten dag. „Door den nood ge
dreven." En dat zal goed zijn. Maar
God wil niet, dat wij ons alleen laten
dwingen. Hij wil, dat niet de nood der
tijden allermeest, en niet.de nood van
eigen leven, maar de nood van Zijn
Woerd on lieflijk nopen za1, om
te doen wat Zijn welbehagelijke wil is.
En wat is Zijn wil?
Hoort, en gij allen, die dit leest,
buigt diep uw hoofd en uw hart, Jezus
Christus bad in den nacht van het ver
raad ook dit:
„Opdat zij allen één zijn, gelijker-
wijs Gij, Vader, in Mij, en Ik in U, dat
ook zij in ons één zijn, opdat de we
reld geloove, dat Gij Mij gezonden
hebt.
Ik in hen, en Gi; in Mij; opdat zij
voimaakt zijn in eén, en opdat ae we
reld bekenne, dat Gij Mij gezonden
Hebt, en hen lief gehad heut, gelijk Gij
Mij liet gehad heot."
\Vat zal in de volgende week de we-
teld aan U bekennen?
„Unum corpus sumus in Christo."
Dat is: In Christus zijn wij één li-
-haam.
t-eiden. THOMAS.
voor alle vier een uitnoodiging te ont
vangenwant Flip wou dol graag
van de partij wezen,
,,'t Is heel goed", zei Hendrik Klos-
ter, „ik zal je vier kaarten bezorgen,
en als IJsje een stukje wil spelen
't zal zeer welkom zijn!"
„Hannah, Flip en ik zullen een
paar aardige liedjes zingen, dan dra
gen wij ook iets bij tot verhooging
der feestvreugde".
„Mooi zoo! 't zal een aangename
verrassing zijnwat zullen ze alle
maal opkijken!"
Maar Moeder blikte hen aan, half
ongeloovig en half ongerust; die kin
deren konden zoo raar doen tegen
woordigzij waren tot alles in
staat en letten er volstrekt niet op,
wat in hun stand paste en wat niet.
Om dat woordje „stand" en het begrip
ervan was al heel wat te doen ge
weest! Moeder hechtte er aan, Vader
eveneensde jeugd lachte er om
en spotte er mee. Hannah vooral kon
van die theorieën verkondigen, waar
over Moeder nooit heelemaal op haar
gemak was, het meisje verklaarde,
dat er maar drie standen bestonden.,
de geestelijke stand, de adelstand en
de burgerstand en dat alle men
schen, die tot den laatsten behoorden,
eigenlijk gelijk waren. Dan had je
nog den vierden stand, de eigenlijke
volksklasse, maar daar ging het nooit
om in den huize Vermeeren, evenmin
als om den geestelijken- of adelstand.
De steen des aanstoots was het legio
KERK EN SCHOOL.
NED. HERV. KERK.
Bedankt: voor Dorkwerd (Gr.), A.
Kardolus te Suameer (Fr.). Voor Lage
Vuursche, J. E. Klomp te Oldebroek.
Aangenomen naar Broek op Lan-
gendijk, A. E. van Baaien te Kage.
CHR. GEREF. KERK.
Bedankt: Voor Zierikzee, A. M.
Berkhoff te Amsterdam.
DS. B. LüTGE.
Te Elberfeld is Maandag in den ouder
dom van bijna 70 jaren overleden de
emeritus-predikant van de Ned. Herv.
Kerk Ds. Lütge.
Ds. L., in '58 geboren, werd in '79
c-andidaat in Gelderland. 6 Nov. '81
deed hij zijn intrede te Ter Aa. Daar
na stond hij te Raamsdonk (1884) en
Groningen (1888). Op 1 Oct. 1901 heeft
de thans overledene zijn bediening
neergelegd, om predikant te worden
bij de Ned. Geref. Gemeente te Eber-
feld.
DS. J. G. KUNST.
Naar de Standaard verneemt, is de
toestand van Ds. J. G. Kunst, Geref.
pred. te Arnhem, achteruitgaande. De
patiënt hééft weinig pijn, en is veelal
bewusteloos. Gisteren is hij nog even
bij bewustzijn geweest. De nacht was
vrij rustig.
Ds. C. L. F. VAN SCHELVEN.
Ds. C. L. F. van Schelven, Geref.
predikant te Wageningen. hoopt Zon
dag 1 Januari den dag te herdenken,
dat hij voor 35 jaar aldaar zijn intre
de deed. Gelijk bekend is, wordt Ds.
van Schelven in het Diaconessenhuis
te Utrecht verpleegd, zoodat a.s. Za
terdag door den Kerkeraad een depu
tatie naar Utrecht wordt gezonden om
den leeraar te complimenteeren.
TOEGELATEN TOT DEN DIENST
DES WOORDS.
Door de Classis Utrecht der Geref.
Gemeenten is den heer M. Heikoop. Z.
W. Buitensingel 114 te Den Haag, vrij
heid gegeven in al de Gemeenten des
Zondags te Proponeeren.
DE NED. HERV. GEMEENTE TE
HOORN EN MINISTER DONNER.
Minister Donner heeft het volgende
geantwoord op het adres van de Ned.
Herv. Gemeente te Hoorn in verband
met de benoeming van Ds. S. Wes-
bonk, Geref. predikant, als godsdienst
leeraar aan de Rijkswerkinrichting:
„Ik ontving uw schrijven d.d. 2 Dec.
j.l. Het zal u duidelijk zijn, dat het
slot van uw schrijven het mij niet mo
gelijk maakt op dat schrijven in te
gaan".
KERSTFEEST TE DAVOS.
Het Comité ter behartiging van de
geestelijke belangen der Nederlanders
te Davos, onder voorzitterschap van
den Nederlandsehen predikant. Ds. O.
S. Jéllema, heeft Dinsdag alle Neder-
landsche kinderen een Kerstfeest aan
geboden in de Alexanderkirche te Da-
vos-Platz.
Een dameszangkoor, onder leiding
van Mej. M. Lohr, verleende zijn me
dewerking.
Ds. Jellema las het Kerstverhaal
voor en Mevr Becker-van Leeuwen
onthaalde de kinderen op een op ge
voelige wijze voorgedragen Kerst
sproke.
Den kinderen werd een blijvende
herinnering aan het Kerstfeest mee
gegeven.
SCHORSING.
Het Classicaal bestuur van Bommel
heeft de kwestie van de schorsing van
de vier kerkeraadsleden der Nederl.
Herv. Gemeente te Nederhemert voor
het Provinciaal Kerkbestuur van Gel
derland gebracht. Naar men weet, lie
ten bedoelde Kerkeraadsleden in een
reglementair onwettige samenkomst
den godsdienstonderwijzer J. Schoon-
derbeek, van Ermelo, optreden.-
DR. VAN DEN BERGH-ARCHIEF.
We deelden laatst mede, zoo lezen
wij in De Rotterd., dat de historicus,
G. van Zeggelaar, te Ransdorp, zijn
uitgebreid Dr. W. van den Berg-ar-
standen in den burgerstand. Moeder
beweerde, dat lang niet alli burger
standen gelijk in stand waren en
Hannah, bijgestaan door het andere
drietal, hield vol, dat er tusschen
burgermenschen niet méér verschil
was dan tusschen een dubbeltje en
twaalf en een halven cent.
„En tusschen ons en zulke burgers
als de Klosters is heelemaal geen
standsverschil', verkondigde zij
driestweg, „die kwadraatsleden zijn
even welopgevoed en ontwikkeld als
wij; ze hebben dezelfde scholen ge
had en ze zien er net zoo keurig uit,
als wij niet durven denkenen d&t
wij vaker iets nieuws hebbennou
ja!wat zegt dat., immers niets!"
„Vader en ik begrijpen jullie voor
liefde voor die Klostertjes nooit heel
goedZij sGhijnen nog niet eens
zoo heel erg op jullie gesteld te zijn..
Ze komen nooit anders hier, dan dat
ze gevraagd worden of bij gelegen
heid van Nieuwjaar of verjaardagen
terwijl de Kingma's, de State's,
de van der Ilsen en massa's anderen
wat graag heel intiem met jullie zou
den omgaan".
Ongeduldig haalde Hannah de
schouders op.
„Het toont juist het karakter van
de Klosterskinderen, dat zij zelden
hier komen.u zegt ook nooit: kom
je nog eens aanloopen? en meent u,
dat ze daar geen erg in hebben? nou
hoorl ze voelen best, dat ze door u en
Vader eigenlijk maar geduld worden
chief heeft afgestaan aan den Kerke
raad der Geref. Kerk te Voorthuizen,
ter bewaring in de brandvrije kluis in
het kerkgebouw, „opdat het tot in
verre geslachten moge spreken van
wat God deed met Zijn Kerk te Voort
huizen".
Van Dr. van den Bergh werd eens
geschreven: „Deze man is een promo
tie waard".
De heer Van Zeggelaar vernam
reeds van een plan om te promovee-
ren op een dissertatie over Dr. van
den Bergh. Waar echter de dagen dei-
Doleantie nog betrekkelijk kort achter
den rug liggen, werd gemeld plan
door den betrokken hoogleeraar ont
raden. Maar in de toekomst wordt,
met gebruikmaking van genoemd ar
chief, een promotie op een proefschrift
over Dr. van den Bergh stellig ver
wacht.
VOORBEREIDEND ONDERWIJS.
Te Delft werd de jaarvergadering
gehouden van den Bond van Onder
wijzeressen bij het voorbereidend on
derwijs, onder voorzitterschap van
mejuffrouw S. B. M. Crombet,
In het jaarverslag betoogde de se
cretaresse, mej. Perné, dat de school
strijd thans verplaatst is van het
lager naar het voorbereidend onder
wijs. Dit is thans de twistappel tus
schen links en rechts, zeker niet ten
voordeele van dit onderwijs.
De vergadering besloot tot de poli
tieke partijen de volgende vragen te
richten
le. Is uwe partij voorstandster van
voorbereidend onderwijs aan de jeugd
beneden den leerplichtigen leeftijd?
2e. Zoo ja, is zij dan van oordeel,
dat eene wettelijke regeling van dat
onderwijs urgent geacht moet worden
3e. Is zij in dat geval bereid, het
totstandkomen van een zoodanige re
geling te bevorderen, en wel zoo, dat
aan openbaar zoowel als aan bijzon
der onderwijs naast dezelfde te stel
len eischen, gelijke kansen en rechten
gewaarborgd zullen worden?
4e. Is uwe partij van meening, dat
over het algemeen kinderen van 5K
jaar beter op de voorbereidende dan
op de lagere school op hun plaats zijn?
Indien vraag 5 bevestigend beant
woord wordt, wil uwe partij er dan
toe medewerken, dat het K. B., rege
lende den toelatingsleeftijd tot de la
gere school, ingetrokken wordt en
die leefijd verhoogd wordt?
BINNENLAND.
ANTI-REV. PROP. CLUBS.
Do jaarvergadering.
Onder presidium van het Tweede
Kamerlid, den heer J. Schouten van
Rotterdam, werd Woensdag in het
Jaarbeursgebouw te Utrecht de jaar
vergadering gehouden van het Ver
band van Anti-Revolutionaire Propa-
gandaclubs, die evenals verleden jaar
weer het karakter droeg van een al
gemeene cursusvergadering.
De morgenvergadering was gewijJ
aan de behandeling van onderschei
den huishoudelijke zaken.
Na afdoening daarvan kwam aan
de orde het onderwerp: „Het Stand
punt van de Anti-Rev. partij inzake
ile verhouding tusschen Overheid en
Godsdienst; overheid en kerk". Inlei
der was de heer J. Schouten, die aan
de afgevaardigden een uitvoerig
schema voor de behandeling had uit
gereikt, waaraan we hier een en an
der ontleenen.
Inleider ving aan met de opmerking
dat het noodig is het principieel
standpunt van de A.-R, partij in be
trekking tot het bovengenoemde on
derwerp nogmaals te overwegen:
a. omdat de vele vraagstukken van
dezen tijd, den gang van zaken in het
nationale^ en internationale leven, dit
onderwerp wellicht te veel op den
achtergrond hebben gebracht en de
telkens noodige opscherping van het
oordeel daaronder geleden heeft:
b. omdat de critiek van de Herv.
Geref. Staatspartij, meer in het bij
zender die van de Staatkundig Gere
formeerde Partij, op ons standpunt
uitgebracht, dit vordert, zoowel the-
tisch als aniithetiscb.
De Anti-Rev. partij heeft het van
meet af opgenomen voor een vrije
Kerk in een vrijen Staat.
Dit blijkt o.m. duidelijk uit de artt.
20, 3 en 4 van het Program van be-
en dat u hen achterstelt bij onze
zoogenaamd deftiger kennissen."
„Och kom kindik ben altoos
heel vriendelijk".
„Zeker Moeder, maar daarmee is
ook alles gezegdnee, als ik ergens
altijd zoo werd ontvangen als Mieke
en Truus hier, dan kreeg je er mij
met geen stok heen.
„Dat 's nou wel een beetje veel over
dreven, edele zuster", lachte Harry,
die erg gek met z'n Moeder was en
gaarne den vrede bewaarde, deels uit
gemakzucht en deels uit min strijd-
lustigen aanleg.
Op dit oogenblik werd er geklopt en
het keurig gekleede binnenmeisje
diende juffrouw Henriette Lens aan.
„Nicht Jetje" riep Harry entot
verbazing zijner Moeder vloog hij
geen zijdeur uit, doch bleef bedaard
de komst der door hem niet goed ge
leden nicht afwachten.
Juffrouw Lens was een dame van
om en bij de veertig, altijd keurig ver
zorgd en gekleed, vriendelijk en min
zaam, buigende en knikkende, Waar
het maar pas gafZij had ook wel
iets voor een ander over, maar haar
hoofdgebrek was haar nieuwsgierig
heid en als gevolg daarvan een nooit
verslappende bemoeizucht. Bij neef
en nicht Vermeeren kwam zij gaarne,
zij was er op haar gemak en kon
goed met allemaal omgaan. Zij hield
heel verstandig de kinderen te vriend
en deelde slechts hoogst zelden góe
den raad uit, omdat die waarschijn-
AAN HET ZOEKLICHT.
Leiden, 30 Dec. 1927.
Woorden en daden zijn twee. En .de
menschen, die 't hardst op 't kapita
lisme schelden, maken zich 'soms in
eigen kring schuldig aan dezelfde
kapitalistische practijken.
Zoo werd op de alg. vergadering van
den Bond van Ned. Onderwijzers de
opmerking gemaakt, dat de salarissen
i'an het kantoorpersoneel van dezen
hond niet voldoen aan de eischen,
gesteld door den Alg. Bond van Han
dels- en Kantoorbedienden. Met dien
Lond is een overeenkomst getroffen,
volgens welke de lagere loonen wel
zullen voldoen aan de eischen.
Wanneer het personeel in de termen
komt te vallen voor hooger salaris,
wordt het in overweging gegeven,
naar een andere betrekking uit te zien
Terecht kwam een der leden hier
tegen op en zeide, dat dit standpunt
zuiver kapitalistisch is. Wanneer be
paalde krachten te duur worden, ver
vangt men die eenvoudig door goed-
koopere. Veronderstel, dat men dit
met de onderwijzers ook Jeed!
Zeer juist m.i. Het probleem der
oudere arbeiders, speciaal der oudere
kantoorbedienden is in onzen tijd zeer
ernstig. Wie den toestand in dit be
drijf kent weet dat „uitzien naar een
andere betrekking" voor bedienden
boven de 25 jaar, bijkans onmogelijk
is en voor hen werkloosheid van on-
bepaalden duur beteekent en/of het
aannemen van een betrekking, die
geen behoorlijk bestaan geeft. Daarom
is het zoozeer te betreuren, dat zelfs
vakorganisaties meehelpen de oudere
bedienden broodeloos te maken en
jongere er voor in de plaats te nemen.
OBSERVATOR.
gir.selen en de daarop gegeven toelich
ting.
Staat en Kerk hebben beide een
eigen gebied.
De Overheid vindt hare roeping op
het terrein van den Staat, niet op dat
van de Kerk.
Geen Staatskerk.
Geen kerkelijke Staat.
Wij komen hier in aanraking met
Art. 36 van de Nederlandsche Geref.
Geloofsbelijdenis.
In dit artikel, zooals het vastgesteld
is door de Synode van Dordt 1618
1619, komt o.m. voor:
„Ende haer ambt is, niot alleen acht
te nemen ende te waken over de poli
tie, maar oock de bant te houden
aan den lieyligen Kerkckendienst: om
te weerén ende uyt te roeyen alle af-
goderye ende vatschen Godsdienst
om het Rijcke des Antichristt te gron
de te werpen, ende het Koninckrijke
Jesu Christi te bevorderen, 't woort
des Evangeliums overal te doen pre
diken, op dat Godt van een yegelick
ge-eert ende gedient werde, gelijck hij
in zijn woort gebied".
Tegen dit deel van Art. 36 is de A.-
R. richting en de Anti-Rev. partij van
den aanvang af ingegaan.
Goede behandeling van de zaak vor
dert na te gaan om welke redenen en
in welken tijd Art. 36 ontstond.
a. Onze Geref. vaderen hadden den
strijd te strijden èn tegen de Room-
sche Kerk èn tegen de Wederdoopers.
Deze strijd droeg niet alleen een re
ligieus, maar ook een politiek karak
ter.
b. Onze vaderen formuleerden te
dezer zake niet het Gereformeerd ge
voelen, maar het in dien tijd alge
meen aanvaard gevoelen.
Inleider citeerde in dit verband
breed uit het het advies inzake het
gravamen tegen art. 36 der Belijdenis,
van de Deputaten, benoemd door de
Gen. Synode^ der Geref. Kerken van
Arnhem (1902) om de Synode te die
nen van advies inzake het gravamen
tegen art. 36 der Ned. Geloofsbelijde
nis, pag. 31 en 32
Het onder a. en b. aangewezene
verklaart veel.
Het standpunt onzer vaderen te
dezer zake is in strijd met de Heilige
Schrift.
Onze vaderen beriepen zich voor
dit dogma op: Lev. 24 15 en 16 (Gods
lastering), Deut. 13 1—6 en 18 20
(valsche profeten) en Deut. 17 2—7
(verleiding of afval tot afgoderij): in
deze Schriftuurplaatsen wordt echter
niet gehandeld over een valschen
lijk toch niet zou opgevolgd worden.,
en zoo ontstond er door haar aanwe
zigheid nimmer ernstig geschil en
vielen er nooit bitse woorden.
Maar alleen bij de bloedverwanten
Vermeeren gedroeg nicht Jetje zich
zoo lieftallig en bescheidenHarry
had haar een venijnige lastertong ge
noemd en een ruziestooksterhe
laas, met veel recht. Overal, whar
Jetje Lens geruimen tijd over den
vloer kwam, ontstond twist en twee
dracht en daarvan wa de onbetoom
de babbelzucht van Jetje voor drie
kwart schuld. In den huize Vermee
ren durfde zij nooit rechtHannah
nam geen blad voor den mond en
durfde alles zeggenIJsje was ook
een bijdehandje en wilde bij elk ver
haal man en paard genoemd hebben
Harry, voor den enkelen keer,
dat nicht hem trof, wilde overal tekst
en uitleg van weten en Flip kon zóó
ono-eloovig kijken, dat de vertelster er
verlegen onder werd. Dat alles had
nicht Jetje meermalen ervaren, nu de
kinderen volwassen werden gerekend
en daarom bleef zij liefst veilig buiten
hun vaarwater, bij de andere kennis
sen de schade wel weer inhalende.
Moeder mocht haar notr wel en hield
dan ook de vriendschan cetrouw aan
Vader ging op het punt nicht
Jetje meer met de kinderen mee.
doch was a-ltoos hoffelijk in de vor-
nion. wanneer Jetje hun gast was.
(Wordt vervolgd).