PUROL mWl LEiOSCHE C0JMHÏ van WOENSDAG 14 DEC. 1927 TWEEDE BLAD. Gewijde en Ongewijde Historie. HET LAND GOSEN. Het den Israëlieten toegewezen ge bied. dat wij gewoonlijk het land Go sen noemen, heet in den Hebreeuw- schen tekst Goosjen, in de Grieksehe en de Koptische vertaling Gesem. Volgens de gegevens die wij daar omtrent in het Oude Testament vin den moet het gezocht worden in het meest Oostelijk gedeelte van de Nijl- delta. Ook de Christelijk en Arabische traditie verlegt het daarheen. Immers nergens in het verhaal van den uit tocht der kinderen Israëls uit Egyp te- lezen we dat zij den Nijl moesten oversteken en het is merkwaardig dat de vertalers der Septuagint steeds spreken van „Gesem in Arabia", d.w.z. Gosen dat in de gouw Arabia ligt. Egypte was namelijk oudtijds in gou wen verdeeld en de 20ste gouw, welke gelegen was tusschen den zesden en zevenden Nijlarm droeg den naam ..Arabia". In dit district lag de stad „Pi Sopt" huis van Sopt), aldus genoemd naar den god van dien naam, die als „Heer van het Oosten" in deze gouw hijzonder werd vereerd. Deze oud-Egyptische naam „Pi Sopt" leeft nog voort in het eerste gedeelte van den naam van het tegenwoordige dorp Saft-el-Henne. In de nabijheid Van dit dorpje deed de beroemde Ge- neefsche Egyptoloog Ed. Naville in 1883 belangrijke ontdekkingen, die van groote beteekenis zijn geworden voor de plaatsbepaling van het land Gosen. Hij vond daar, niet ver van den Wes telijken toegang tot de Wadi Toemilat (het ondiepe dal, dat het Nijldal ver bindt met de streek van het huidige Suezkanaal) de puinhoopen van een overoude stad, die in de Egyptische inscripties Kes of Kesem genoemd wordt. Dit Kesem is de Egyptische vorm van het Hebreeuwsche Goosjen. In dit gebied vestigden zich oorspron kelijk de kinderen Israëls; later toen het volk zich uitbreidde werd ook de naam Gosen aan een steeds uitge strekter gebied gegeven. Nog andere ontdekkingen zijn door de onderzoekers in de reeds genoem de Wadi Toemilat gedaan; men heeft er n.l. ook de beide voorraadsteden gevonden, waaraan volgens Ex. 1 11 'de Israëlieten gearbeid hebben: „En men stelde opzieners der heerendien sten over het volk aan, om het te onderdrukken door dwangarbeid; en zij bouwden voorraadsteden voor den farao: Pithom en Raamses". En in vs. 14 heet het: „En zij (de Egyptenaren) verbitterden hun (den Israëlieten) het leven met harden dienst, in leem en tichelsteenen'. De eerste dezer steden, Pithom, vond Naville terug in het tegenwoor dige Tell-el-Maskhoeta. Blijkens de inschriften heette deze stad in de pro fane taal Toekoe, doch in de heilige taal der Egyptenaren Pi-Toem (huis van den god Toem). In den Hellenis- tischen tijd noemden de Grieken deze stad Heroópolis. welke naam in Gen. j 46 28 in de Grieksehe vertaling Go sen aanduidt. Merkwaardig is dat de versterkingen die Naville hier opgroef opgetrokken zijn uit baksteenen zonder stroo; in tegenstelling met de gewoonte der Egyptenaren om bij metselwerk stroo te gebruiken om den samenhang te bevorderen, zijn hier de tichels met leem verwerkt, hetgeen in overeen stemming is met Ex. 1 14. Van dit Pithom of Toekoe wordt melding gemaakt in een papyrus, die vit 1230 v. Chr. dateert. „Wij heb ben zoo noteert een grensbeambte de stammen der Sj^soe uit Atoema (d.i. Edom) toegestaan Merneptah's vesting in Toekoe, om voor zich zelf en voor hun kudden levensonderhoud te vinden in het domein van den Fa rao,. de lieflijke zon van alle landen". FEUILLETON. EBBA EN HELENE. 69. —o— Hoe het met Helene gaat, kan ik u niet zeggen, sprak Ebba, als ha-I ze slechts deze vraag gehoord wil len hooren de dokter weet het zelf nog niet. Ze ligt zoo stil, een doode gelijk. Maar toch is ze bij kennis. Verschrikkelijk! En hij? Was hij dadelijk dood? En waar is hij? Dokter Lubbers is van oordeel, dat hij niet geleden heeft. Hij ligt hier naast. Wij hebben hem voor de schil derij gelegd. Zij was zijn leven en zijn dood. Het was mij, als was ik het hem verschuldigd, hem daar neer te leg gen, zeide Ebba. Ebba, mompelde Andree weer, en drukte haar hand weer. Ze scheen het niet te bemerken, Haar lippen bleven gesloten. En met een langen, veelzeggenden blik keek ze naar de deur, waarachter de doode man voor de beeltenis van zijn verderf ster lag. Hiernaast? fluisterde tante Louise hiernaast? Hé, hoe vreeselijk! De ge dachte alleen, zoo dicht bij een lijk te zijn, is me al verschrikkelijk! En toen schoten haar plotseling dui zend dingen te binnen. Zij zag bij el ke gebeurtenis altijd slechts de klei nigheden, nooit het belangrijkste. Iedere omstandigheid was voor Dit aan den farao in eigendom toe- hchoorend weiland zal ook de plaats geweest zijn w.zar in vroeger tijd Ja kob en zijn zonen hun kudden hebben h ogen laten grazen, blijkens Gen. 47. De andere stad, Raamses, is in 190U door Prof. Fli ers Petrie blootge legd eenige K.M. ten Westen van Pi thom nabij het tegenwoordige Tell- Rota-b. Haar naam staat in verband met dien van Koning Ramses II, dien velen voor den farao van de laatste periode der verdrukking houden. De heer S. F. van Oss, die een be zoek gebracht heeft aan Egypte en Palestina, beschrijft in het Kerstnum mer 1924 van- de „Haagsche Post" zijn reis door het land Gosen op de volgende wijze: „Wij rijden door de Delta van den Nijl. Dit is Beneden-Egypte; dit is het oude Land Gosen van den Bijbel. Het is het vruchtbaarste gewest van de wereld, het oudste boerenland op aar de, zonder eenigen twijfel. En het is geheel en al Oostersch; het' is door en door Morgenland. Overal steken plui- mige palmen met slanken stam af te gen den effen hemel; allerwege ziet gij grauwe dorpen met lage huizen van slechts één vierdieping, vierkant en eenvoudig, gebouwd van gedroogde klei, met platte daken waarop vaak gras welig groeit. Die huizen, feitelijk slechts holen boven den grond, zijn de woningen der fell ah in. de oudste boeren op dit ondermaansche. Deze volgen nog de primitieve methoden en gebruiken van voor vijftig eeuwen; zij scheppen het water nog omhoog naar hun land precies als hun voorzaten van hon derd geslachten terug. Zij gebruiken nog dezelfde hefboomen en hetzelfde waterwiel; hun ploeg is nog van het zelfde model als in den tijd toen de pyramiden werden gebouwd, en zij dorschen hun graan nog op dezelfde wijze als toen Jozef het opkocht voor den Pharao; met een soort schommel slede, wiegelend rondgesold door buffels. Zij dragen nog precies dezelf de kleederdracht, rijden nog op de oude wijze met kemel of ezel, hoeden hun vee nog op dezelfde manier. En het drukke leven óp de dijken, die te vens dienen als wegen, is het leven van het Oosten zooals gij dat van jongsaf kent uit illustraties en platen. Aldus zijn land en menschen overal in deze Delta, die ongeveer even groot is als ons vaderland; aldus vindt gij hen ook in Boven-Egypte, dat duizend kilometers ver reikt, tot aan den grooten dam van Aswan". KERK EN SCHOOL. NCD. HERV. KERK. Viertal: TeMiddelburg, G. van Dijk Azn. te Lisse; F. G. Hospers te Noordvvijk aan Zee; Dr. W. Lodder, te Doorn; en J. C. H. Romijn.te Workum. Beroepen: Te Curasao (Prot. Ge- meentè) J. v. d. Pol, te Heeg. Bedankt: Voor Beesd F. M. Muller te Gorinchem. Voor Werverskerke (Z.) M. J. C. Visser, hulppredikant te Wemeldinge. GEREP. KERKEN. Beroepen: Te Medan (Ned. O.-I.) C. Mak «te Brielle. Te Bussum, J. L. v. d. Wolf te Kralingen. Te Paesens, B. Rama ker te Ten Post. Te Brussel, dr. W. G. I Harrenstein te Amsterdam. Te Kielwinde- weer, en te Boornbergum, A. Adema, cand. I te Boerakker. Aangenomen: Naar Djocja (Holl. gem.) Th. Kuipers, te Beilen. BEVESTIGING, AFSCHEID, INTREDE. Ds. D. Scheele nam Zondagavond af scheid van de Geref. Kerk te Oudewater met een predikatie over Hebr. 13 20 en 21. Na de predikatie werden nog toegespro ken: kerkeraad, gemeente, catechisanten, vereenigingen, schoolpersoneel en allen die onder de jeugd arbeiden, Ds. L. E. Smilde van Haastrecht, als afgevaardig de van de classis, en de vertegenwoordi gers van andere Kerken in de classis. Ouderling S. Roeleveld sprak daarna den scheidenden leeraar toe namens ker keraad en gemeente en liet zingen Ps. 134 3. Ds. L. E. Smilde sprak namens de classis, de Kerk van Benschop en zichzelf als vriend en liet toezingen Ps. 20 1. haar zoo gewichtig, dat ze voor de hoofdzaken geen blik over had. Ach, zeide ze huiverend, er be hoorde voor mij veel moed toe, me over het plein te wagen. Daarom heb ik ook gewacht, tot het donker was. De menschen zouden mij anders ze ker gekend hebben. En men weet, dat ik eigenlijk familie was van Kunows- ky, en ook weet men. dat ik wat geld heb. Zeker, ze zouden me vastgegre pen hebben en van me geëischt heb ben, dat ik hun verliezen zóu dekken. Maar ik vraag u, zeide Andree, dat zou toch in niemands hoofd op komen. Zeg u dat niet, zeg u dat niet! De menschen hebben dikwijls zulke na- ieve gedachten. Als nien de eenige in de familie is, die geld heeft, dan moet men altijd voor alles opdraaien. Ebba stond voor de deur, die naar de ziekenkamer leidde, met de linker hand op de knop. Ze scheen binnen te willen gaan, maar hield het gelaat naar de spreekster toegekeerd. Wees gerust, niemand zal u aan spreken of aanspraak op u doen gel den. En dit ongeluk zal voor u geen lasten met zich voeren. Hoezoo geen aanspraken? Hoezoo geen lasten? Ik ben geen onchristelij ke vrouw, ik zal mijn hand niet dicht knijpen. Iets aioet er toch voor Hele ne gedaan worden, als ze blijft leven. Hier zullen de schuleischers haar spoedig genoeg uitzetten. En wie weet of er wel zooveel geld is, om den man Daarna spraken nog Je afgevaardigden van de Kerk van Schoonhoven-Willige I angerak en die van Gouda, waarna Ds. Scheele met een kort woord eindigde. Ds. B. Tuinstra nam Zondag af scheid van de Ned. Ilerv. Kerk te Beesd rnet een predikatie over Openb. 22:21. Aan het einde werd hij toegesproken door den consulent, die namens kerkeraad en gemeente en als consulent hem en de zij nen de genade des Heeren toewenschte. Voorts spraken burgemeester Baron van Verschuer, tevens in zijn kwaliteit van president-kerkvoogd, den leeraar vooral ook dankerd voor zijn jeugdwerk in de gemeente en voor zijn optreden in diaco nale zaken. Toegezongen werd Ps. 121 4. - Zondagmorger werd candidaat E. Smilde in de Geref, Kerk te Edam be vestigd door Ds. A. de Geus, emeritus-pre dikant të Zaandam, Deze had tot tekst Hand. 9 15: „Maar de Heere zeide tot hem: Ga henen, want deze is mij een uit verkoren vat, om mijnen naam te dragen voor de heidenen, en de koningen en de kinderen Israëls." 's Middags deed Ds. E. Smilde intrede met een predikatie over Hebr. 3:1 en 2. Aan het eind der predikatie richtte Ds. Smilde zich in een toespraak tot den be vestiger, tot Ds. Schweitzer van Buiksloot als consulent en als afgevaardigde der classis; tot de afgevaardigden van de Kerken van Monnikendam en Purmerend; tot de ouders, tot gemeente en Kerke raad en ten slotte tot de afgevaardigden der Ev. Luthersche Gemeente en tot den voorganger der Hervormde Evangelisatie. Ds. Smilde werd toegesproken door den heer Beumer, voorzitter van den Kerke raad, die den nieuwen leeraar deed toe zingen de zegenbede uit Ps. 134 3; en door Ds. Schweitzer namen9 de classis. Ten slotte werd toegezongen Ps. 121:3. Ds. R. Brouwer, van Herwijnen over gekomen, werd Zondag door Ds. C. Goote van Oud-Beijerland in de Geref. Kerk te Heinenoord bevestigd met een predikatie over Jes. 28 16. Door de gemeente werd toegezongen Ps. 20 1. Dps namiddags verbond de nieuwe lee raar zich aan de gemeente met een pre dikatie over Efeze 4 11—12. Ds. Brouwer sprak o.a. toe Ds. C. Goote, de afgevaar digden der classis, den burgemeester der gemeente en het hoofd der Chr. school. Op verzoek van ouderling A. Onderdelin- den werd toegezongen de Morgenzang 3 en 6. Zondagmiddag nam Ds. Jukema af scheid van de Ned. Herv. Kerk te Broek op Langendijk wegens vertrek naar Vrie- zenveen. De tekst, waaraan hij de gedach ten voor zijn afscheidspredikatie ontleen de. was Hand. 20 :32.' Den scheidenden leeraar werd toegezon gen Ps. 121 WEER BEROEPBAAR. Ds. C. J. Leenmans, emeritus predikant te Zeist, Prins Hendrrklaan 26, stelt zich op advies van zijn geneesheer weer be roepbaar in de Ned. Herv. Kerk. Gaarne zou hij nog een kleine gemeente dienen. Ook zou hij vacante gemeenten willen helpen in den dienst des goddelijken Woords. Ds. C. DEKKER. Te Bergen (N.H.) is overleden Ds. C. Dekker, in leven emeritus-predikant der Geref. Kerk van Waardhuizen (N.B.). Ds. Dekker werd 20 Mei 1868 geboren en werd candidaat in 1901. Den 31sten Au gustus 1902 verbond hij zich aan de ge meente te Ooltgensplaat. om in Juni 1918 naar Waardhuizen te vertrekken. Deze ge meente heeft hij tot 1 Januari 1924 ge diend. Met ingang van dezen datum ont ving hij eervol emeritaat en vestigde zich te Bergen (N.H.). N.C.S.V. EN V. C. S.B. Wij lezen in de „Mededeelingen" van de Ned. Chr. Sludenten-Vereeniging o.m. het volgende: „Zooals men weet, wordt er ieder jaar een gecombineerde vergadering gehouden van de hoofdbesturen van N.C.S.V. en Y.C. S B. orn elkaar persoonlijk te leeren ken nen en beter de verschillen en overeen komsten der beide vereenigingen en hun geestelijken achtergrond te begrijpen. Van verschillende kanten werd nu de wensch geuit, die besprekingen uit te breiden en toegankelijk te stellen voor een groo- ter aantal bezoekers. „Zoo wordt nu een gemeenschappelijke te begraven! Natuurlijk zal ik helpen 1 Wat zouden de menschen anders van me denken? En ze begon weer te huilen over al het ongeluk, dat haar levensavond ver duisterde. Toen sprak Ebba, en ze zeide het zoo maar bij zichzelf, stil en eenvou dig, terwijl tranen haar over de wan gen rolden en met een bitteren zou ten smaak haar lippen bevochtigden: Helene heeft het brood met mij gedeeld in inijn jeugd. Er zal ook voort aan voor haar genoeg zijn. Al zal het soms wat droog zijn En voor de be grafenis van den armen iRchard zal ik zorgen daarvoor heb ik genoeg voor de laatste rustplaats van den armen, armen man En zachtjes ging ze de kamer bin nen, waar de jonge vrouw zweefde tusschen leven en dood. De beide achtergeblevenen spraken langen tijd geen woord. De vrouw weende stil voor zich heen. Dé man hield de hand voor de oogen. Hij was geschokt. En toch was het hem, als vervulde een groote, heilige vreugde zijn hart. Eindelijk stond tante Louise op. Och toe, zeide ze, breng me even naar den overkant men kan hier toch niets doen maar men moet Ebba vandaag maar niets kwalijk ne men Ach, ik durf niet alleen door die woedende menigte! Ik zal met u meegaan! zeide hij kort. Ze gingen zwijgend de trap af. conferentie voorbereid, die van 1112 Fe bruari a s. op Hardenbroek gehouden zal worden, en open staat voor alle leden. „De bedoeling is ook nu, dat na de in leidingen der sprekers, de aanwezigen zelf gelegenheid hebben meer op de hoogte te komen van wat in de andere vereeniging leeft. Algemeen erkend wordt immers hoe veel misverstand en hoe weinig begrip van elkaar er wederzijds is. Door zulk persoonlijk contact nu hopen we samen verheldering te verkrijgen in verschillen de vragen, die velen onzer, bezig houden, als: waar nu toch de verschillen liggen tusschen beide vereenigingen? of de te genstellingen dezelfde zijn als jaren ge leden, dan wel of iets zich aan 't wijzi gen is? of het noodiger is, de verschil len en tegenstellingen dan wel de eenheid te zoeken? We willen dus niet de ver schillen verflauwen, ook niet ze verscher pen, maar alleen klaarder leeren zien, waar ze liggen. „Van het programma kan voorloópig het volgende worden medegedeeld: Za terdagsmiddags: „Openbaring" door prof. dr. VV. J. Aalders; Zaterdagsavonds: „Te genover elkaar of naast elkaar" door prof. dr. H. T. de Graaf. Zondagsavonds: „Schuldbesef', 'door ds. J. J. Buskes. Van iedere vereeniging kunnen dertig leden worden toegelaten. Naar aanleiding van dit bericht schrijft de (Geref.) „Amsterdamsche Kerkbode": „tiet woord Christel ij k schijnt in die kringen al op zeer zonderlinge wijze te worden verstaan: ongeveer op de ma nier van ds. II. VV. Creutzberg van de Duinoordkerk te s Gravenhage, voor wien naar bekend is, tusschen „orthodox" cn „modern' geene tegenstelling bestaat. Het is geen wonder, dat uit christelij- ken mond maar dan het woord chris- t e 1 ij k verstaan in zijn historische betee- kenis steeds gewaarschuwd wordt te gen eene vereeniging. voor welke het Woord ontzield is geworden. Zoo ziet men in dit voorbeeld, waarloe men komt, wanneer eenmaal de voet ge zet wordt op een hellend vlak. Dat onze jonge mannen zich toch laten waarschuwen!" ONDERWIJS IN SMELTLASSCHEN OP DE NIJVERHEIDSSCHOLEN. De vakgroepen Electrotechniek en Werk tuigkunde van de vereeniging tot bevorde ring van vakopleiding en den Ned. Bond van Leeraren en leeraressen bij het ND. belegden onder voorzitterschap van den heer L. K. A. van Duuren te Amsterdam, in het scheepvaartkundig museum te Rot terdam, een vergadering over de vraag of onderwijs in smeltlasschen op de Nijver heidsscholen gewenscht en mogelijk is. Als eerste inleider trad op de heer D. N. Heuff te Amsterdam, die pleitte, om ook in dit opzicht het onderwijs te doen aanpassen aan de eischen van de prak tijk. De spreker, die een ernstige vooraf gaande opleiding yan de met het onder wijs in het autogeen lasschen belaste leer krachten noodig vond, gaf vervolgens en kele eischen aan,, waaraan de laschinstal- laties op de Nijverheidsscholen naar zijn meening behooren te voldoen. De tweede inleider, die aan het. woord kwam, de heer van Wagenvoorde, te Mid delburg, wees op de totaal veranderde .wij ze, waarop bij de huidige technische ont wikkeling de metaalverbindingen lot stand worden gebracht. Hij leverde een krachtig pleidooi ten gunste van de in voering van het smeltlasschen als leervak voor alle leerlingen uit de metaal vakken. Het vaak aangevoerde bezwaar, dat het leerplan van de lagere Nijverheidsscholen toch al reeds' is overladen, wees spr. te rug met de opmerking, dat men te veel vasthoudt, aan verouderde werkwijzen, die voor de praktijk van geen of weinig praktisch belang meer zijn. De heer R. C. van Ree te Maastricht, de derde inleider, gaf een overzicht van de maatregelen, die tegen de gevaren van autogeen lasschen op de Nijverheidsscho len behooren te worden genomen. Spr. stelde voorop, dat het leven,' de gezond heid en de validiteit van den leerling be hooren te zijn gewaarborgd. II ij wees op het onmaatschappelijke van het vaak in genomen standpunt, dat verzekering de schade zou dekken. Invaliditeit beteekei^t een belangrijke schade voor de gemeen schap. Ook voor fabrieken en werkplaat sen zou spreker het buitengewoon logisch vinden, als ernstig gevaar opleverende werkzaamheden werden verboden, wan neer die werkzaamheden ook op andere Op het plein scheen de menschen- massa uiteen te zijn gegaan. De wei nige gaslantaarns, die er stonden, ver spreidden een oiizeker licht; ieder oogenblik scheen de storm er het le ven te willen uitwaaien en dan flik kerden ze toch weer hoog op. Ook de stemming onder de menschen scheen veranderd. Hij heeft de depots niet aange roerd, hoorde Andree iemand zeggen. Och, dat is maar een los gerucht! Neen, neen, toen Nevermann bui ten kwam, heeft hij het gezegdl Als het toch eens waar was! Zoo gingen de praatjes. Gaarne had mevrouw Herlingen Andree nog: mee naar boven genomen. Er viel nog zoo veel te bespreken! En het kalmeerde haar zenuwen wat, als men eens rustig alles besprak! Maar Andree sloeg het af, om bij haar te blij ven. Hij nam bij de voordeur afscheid en zelfs zeer haastig. Door den bruisenden, suizenden len testorm keerde hij huiswaarts. Hij vond zijn moeder in de grootste op winding op hem wachten. Zij zat in zijn werkkamer met een kleine lamp voor zich, als verzonken in gedachten, te opgewonden om zich ergens gezel lig neer te zetten. Moeder, ik heb haar gezien. Zij was er. Ze heeft dat uur vol schrik meegemaakt. Zij waakte alleen bij den dooden man en de stervende vrouw. U had haar eens moeten zien! Moedig en gedecideerd als een man. En toch RECLAME. winterhanden-wintervoeten schrale lippen-ruwe huid verzacht en geneest minder gevaarlijke, wijze kunnen worden verricht. Na de te nemen maatregelen te hebben getoetst aan de gevaren, werd tenslotte verdedigd, het gebruik van ace tyleenontwikkelaars op de scholen te ver mijden en alleen de dissous toe te passen. Als laatste inleider voerde de heer M. J. de Bruin te Arnhem het woord. Naast het autogeen lasschen neemt tegenwoor dig het electrisch lasschen een belangrij ke plaats in. De béide systemen vullen elkander aan. Het is dus logisch, ook in het electrisch lasschen opleiding te ge ven. Dit systeem heeft bovendien het aan trekkelijke, dat het voor den le. rling g^en noemenswaard gevaar oplevert. De spie ker ontwikkelde tenslotte een leerpro gramma voor het electrische srnehJas- schen. Na een opgewekte discussie, waar aan verlegenwoordigers van liet 'onder wijs van de indusirie en uit ile prakrijk deelnamen, werden tenslotte de door de inleiders verdedigde siellingtn aangeno men. STATEN-GENERAAL. EEHSTL K A ME it. Vergadering van Dinsdag 13 Drc. Regeling v n warkzaamhauza. De VOORZITER stelt voor, mor"en te behandelen een aantal wetsontwer pen, o.a. dat betreffende instelling van een Postraad en het z.g. haring- wetje. Aldus besloten. Aangezien de Minister van Justitie wegens een sterfgeval niet tegenwoor dig kan zijn, wordt het ontwerp be treffende de collectieve arbeidsover eenkomst niet behandeld. Donderdag 11 uur zullen in de af deel ingen worden onderzocht eeni?e wetsontwerpen, o.a. de hoofdstukken I, VIIA en XII. Verschillende ontwerpen. Aan de orde zijn een zevental klei ne ontwerpen. Bij het ontwerp totafsluiting van den crisisdienst betoog de heer- DE GIJSELAAR (C.-H.) dat dit ontwerp onrecht inhoudt. Spr. zou de 72 mil- lio.en niet willen overbrengen naar het leeningfonds. maar hij zou er mee willen verlagen de belastingen, die het leeningfonds voeden, zooals de opren ten op de personeele belasting en op de suikeraccijiis. De Minister van Financiën ,de heer DE GEER zet uiteen, dat die 72 mil- lioen in 1919 minder hadden kunnen worden geboekt op de inkomsten van den crisisdienst. Spr. herinnert aan zijn belastingvoorstellen van verleden jaar, halveering van de verdediginss- belasting II, schrapping van de op centen op den suikeraccijns en op de personeele belasting. Deze voorstellen vonden echter geen goede ontvangst en toen hebben beide Kamers zich vereenigd met een schrapping van de 25 opcenten op de inkomstenbelasting. Spr. verheugt er zich nu juist over, dat hij kan komen met verlaging van de belasting op den gewonen dienst, n.l. de inkomstenbelasting. Het onderscheid, dat da heer De Gij- selaar maakt tusschen groepen van contribuahelen, is meer formeel dan practisch. De heer DE GIJSELAAR .repliceert. I)e MINISTER dupliceert. Het ontwerp wordt aangenomen met 31 0egen 3 stemmen. Tegen de heeren Rink, De Gijselaar en Koster. De overige wetsontwerpen worden aangenomen z. h. st. De vergadering wordt verdaagd tot Woensdag 11 uur. geheel en al vrouw, één eri al mede lijden. Dat was het eerste, het gewichtig ste, wat hij te zeggen had. Zijn moeder liet hem toen alles ver tellen wat hij wist en wat hij ver moedde. Hij eindigde daarmede, dat hij probeeren wilde, tot zaakwaarne mer benoemd te worden. Al kon hij in die hoedanigheid Helene ook niet meer voordeel aanbrengen dén een ander, hij kon haar toch zacht en rid derlijk menig pijnlijk oogenblik be sparen. En, voegde zijn moeder erbij, je kunt haar ook nog op de een of ande re manier steunen, zond"er dat zij het ook maar vermoedt. Want wat weet die af van zaken en wetten.? Andree trad op zijn moeder toe en kuste haar op het voorhoofd. Wij begrijpen elkaar als altijd! zeide hij. En en zij? Hoe was ze? zoo vroeg nu zijn moeder aarzelend. Ik meen tegen jou? Hij hield haar met beide handen van achteren het hoofd vast. zoodat ze zich niet omdraaien kon. om hem in de oogen te zien. Moeder, sprak hijzacht, als ik haar nog eens vroeg zoudt u haar dan ook weer welkom heeten? Maar zijn moeder maakte zich vrij van de haar omvattende handen. Ze sprong op en viel hem om den hals. Ze spraken geen woord. In zijn oogen blonk de hoop.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1927 | | pagina 5