NIEUWE LEIOSCHE COURANT MAANDAG 5 DEC. 1927 TWEEDE BLAD. BINNENLAND. PROPAGAND A-BIJEENKOMST VAN DEN BIJZ. VRIJW. LANDSTORM TE 'S-GRAVENHAGE. (Vervolg). Rede Dr. Deckers. Mr. Dr. L. N. Deckers herinnerde aan het ontstaan van de nationale landstorm, waaraan onze maatschap pij zooveel te danken heeft. Om het volksgeluk te handhaven moet men den grooten zelfverlooche- nenden strijd van het leven overwin nen. Hiertoe moet het ideele naar vo ren worden gebracht. Tot dit ideëele behoort de liefde tot het vaderland. Vaderlandsliefde wordt liefde voor het recht en de vrijheid. Deze liefde wordt gediend door den Landstorm, die lijden en strijden wil voor een heerlijk beginsel. Spr. wekte de leden van den Land storm op het vaandel der vaderlands liefde eendrachtig hoog te houden voor Koningin en Vaderland. Vervolgens werd het eerste en twee de gedeelte van den Landstormfilm vertoond, welke met groote aandacht werd gevolgd. Telkens wanneer H. M. de Koningin of vooraanstaande personen uit de beweging op het doek verschenen volgde luid hoerageroep en toen, ter wijl werd vertoond hoe H.M. een eere- wacht, bestaande uit onze vrijwilli gers, inspecteerde, de Kon Mil. Kapel „Het Wilhelmus" inzette, rees de ver gadering eenparig op en werd de zaal, die ook eens de stomma getuige was van een debat Snijdersvan Embden, vervuld met de heerlijke tonen van onzen schoonen volkspsalm, ontlokt aan de borst van hen die wij zeker re kenen mogen als te behooren tot H. M.'s beéte onderdanen. Waarschijnlijk door een fotografi sche fout, bij de opname van de film, waren de beelden wat abnormaal lang en werd de film aanvankelijk iets te vlug afgedraaid, wat aan de algehee ls indruk niet ten goede kwam. Overigens kregen wij aardige mo menten uit het landstormleven te zien Daarna volgde: Rede Mr. Heemskerk. Mr. Heemskerk herinnerde aan de woelige Novemberdagen van 1918, waarin onder Gods zegen het gezag behouden bleef. Uit deze gebeurtenis sen zijn de Burgerwachten en de Vrij willige Landstorm voortgekomen. Deze instituten woeden door hun bestrijders vooral om hun preventie ve werking gevreesd. Tot handhaving van orde en rust zullen zij in tijden van revolutie de Regeering ter zijde staan. Spr. wees op de bestrijding van re volutionairen en van hen, die partij strijd vreezen. Waakzaamheid is ook geboden te genover hen, waarvan het niet denk beeldig is, dat zij nog eens tot revolu tie zullen overgaan. Spr. zette uiteen, dat de opvatting van de derde groep, de vrees voor partijstrijd, een misvatting is. De Overheid kan nooit beter het gezag handhaven dan wanneer zij vrijwillige hulp uit het volk ontvangt. Gezag en vrijheid dekken hier el kander. Zoo wordt het best revolutie weerstaan. Principieel is de V.L. van het fas cisme te onderscheiden, daar de eer ste tegenover de Overheid nooit revo lutionair optreedt. Integendeel de V. I.. is in tijden van revolutiegevaar Overheidsoryian. De revolutionaire geest woelt en werkt thans evenals vroeger, zoodat het van onschatbare waarde is. dat vrijwillige krachten voor God, Koningin en Vaderland pal staan. Na ten 20 min. pauze, waarin vele wapenbroedersbanden uit vroeger da gen werden vernieuwd en nieuwe ken nismakingen voltrokken werden, gin gen de lichten weer uit en verscheen de Landstormfilm weer op het doek. De Landstormdagen te Delft, Baarn en Barneveld. Onder de officieele per sonen te Delft ontdekten wij o.a. den volijverigen en populairen plaatselijk leider en secretaris van de Landstorm Commissie, de heer H. Lamers. Rede Mr. Droogleever Fortuyn. Na de film voerde Mi*. P. Drooglee ver Fortuyn het woord. Deze vestigde er de aandacht op, dat de Vrijwillige Lanastorm een na tionaal karakter heeft en op het ge meenschapsgevoel der deelnemers rust. Het is de plicht van elk goed Ne derlander om dit instituut te steunen Het moet zijn: één volk, één land! Het slotwoord, werd gesproken door den heer L. F. Duymaer van Twist, voorzitter der Nat. Landstormcommissie. Hij bracht dank aan allen, die dank verdienden. Daarna ging de geestdriftige verga dering uiteen, met het vaste voorne men goede propagandisten te zijn voor deze uitnemende nationale zaak. OUD-MINISTER COLIJN. Naar de „Rott." verneemt, zal de heer H. Colijn, die Donderdagavond uit Rotterdam naar Genève vertrok, na afloop van de besprekingen aldaar, in verband met zijn Volkenbondswerk zaamheden nog conferenties houden of bijwonen te Parijs, Londen en Brus sel. Daarna zal de heer Colijn reeds 6 Januari a.s. naar Nederlandsch-Indië vertrekken voor een langdurig bezoek aan onze Koloniën. Voor de redactie—werkzaamheden aan „De Standaard" zullen eendge bijzondere maatregelen worden ge troffen. BOERENLEENBANK TE HAARLEMMERMEER. Volgens de O. H. Crt. stelt de justi tie te Haarlem een onderzoek in naar vermoedelijke verduisteringen, die ge pleegd zouden zijn bij de Boeren leenbank te Haarlemmermeer. HOOGE RAAD. De Hooge Raad heeft de volgende lijst van aanbeveling van zes candi- daten ingezonden aan de Tweede Kamer, opdat deze daarop zal acht- slaan bij het maken van de nominatie vcor de vacature aan een raadsheers plaats, ontstaan door het overlijden van Dr. B. Ort, raadsheer in dien Raad. Ie. Dr. W. A. van Woudenberg Hamstra, raadsheer in het gerechts hof te Amsterdam; 2e. Dr. A. H. M. J van Kan, lid van het college van curatoren van de rechtshoogeschöol te Batavia en hoog leeraar in Ned. Indisch burgerlijk recht (voorzitter der faculteit) aan ge noemde rechtshoogeschool); 3e. Dr. R. W. J. C, de Menthon Bake, raadsheer in het Gerechtshof te Arn hem; 4e. Dr. F. Kranenburg, kantonrech ter te Amsterdam; 5e. Dr. J. A. F. van Asperen, rechter in de arrondissements-rechtbank te 's-Gravenhage; 6e. Dr. J. E. van der Meulen, rechter in de Arrondissements-rechtbank te Utrecht. Naar men mededeelt, heeft dr. H. A. E. Modderman, advocaat en procu reur te Amsterdam, het verlangen te kennen gegeven, voor een benoeming tot lid van den Hoogen Raad niet in aanmerking te komen. KERK EN SCHOOL. NED. HERV. KERK. Beroepen, te Veendam: C. C. de Kloet, te Helder. Te Lage Vuurse: J. E. Klomp, te Oldebroek. Te Vlissin- gen: J. H. C Kamsteeg, te 's Heer Hen drikskinderen Te Vianen: J. W. v. d. Does, te Brielle. Bedankt, voor Hooge Zwaluwë: J. W. v. d. Does, te Brielle, GEREF. KERKEN. Tweetal, te Kampen (vac. J. J. Westerbeek, van Eerten): J. C. Hout zagers, te Reeuwijk; en P. N. Kruijs- wijk, te Vlissingen. Aangenomen, naar Aalsmeer: G. D. Kuiper, cand. te Kampen. Bedankt, voor Baarland, Hel mond, Nieuwerkerk a. d. IJssel, Vel- sen, Noord-Scharwoude, IJlst, Opende (Gr.), Kruiningen, Ambt-Vollenhove (A)„ Baambrugge en Sellingen: G. D. Kuiper, cand. te Kampen. Ds. A. S. TALMA. Ds. A. S. Talma. Ned. Herv, predi kant te Vlissingen, heeft op zijn ver zoek van het Prov. Kerkbestuur van Zeeland tegen 15 Febr. 1928 eervol emeritaat ontvangen. Ds. Talma, die 35 dienstjaren heeft, aanvaardde 't predikambt te Haaften. vertrok vandaar naar Rijperkerk en is nu sinds 13 Nov. 1904 aan de ge meente van Vlissingen verbonden. Ds. A. ANDREE. Gisteren herdacht Ds. A. Andree, Geref. predikant te Krabbendijke. den dag waarop hij voor 35 jaar te Ooster end (Fr.) het predikambt aanvaardde. Ds. Andree diende de Kerken van Spijk, Schoonhoven, Werkendam en sinds 18 Jan. '25 die van Krabbendijke Dr. J. G. GEELKERKEN. Dr. J. G. Geelkerken, predikant bij de Geref. Kerk van Amsterdam-Zuid in Hersteld Verband, herdacht Vrij dag den dag waarop hij 12H jaar in dat deel van Amsterdam als predikant werkzaam was Tevoren diende hij de Geref. Kerk van (Epe, Dr. Geelkerken zal in een op 19 Dec. a.s te houden feestelijke samen komst worden gehuk.igd, waarbij hem een som gelds voor den bouw eener tweede kerk in Amsterdam-Zuid zal worden aangeboden. GEREF. KERKEN IN H. V. Men méldt aan de Stand, naar aan leiding van de Zondag j.l. onder lei ding van Ds. J. J. Buskes gehouden diensten te Oosterend op Texel, dat de Doopsgezinde Gemeente aldaar haar kerkgebouw voorloopig voor den tijd van één jaar heeft beschikbaar gesteld. Zondag 18 dezer zullen de ambten worden ingesteld. Daardoor zal de kerk officieel geïnstitueerd zijn BEZWAARDEN IN FRIESLAND. Door den Prov. Bond van Bezwaar den zullen in de volgende week be halve te Heerenveen ook vergaderin gen worden gehouden te Sneek, Drachten, Dokkum en Harlingen. Verschillende Geref. predikanten in Hersteld verband zullen spreken over: ..De Crisis in. .onze Geref. Kerken". NED. HERV. KERK TE DE LIER. De Ned. HerV. Kerk té De Lier, een plaatsje van plm. 4000 zielen in het Westland, heeft ip één maand tijds ruim 8000 bijeengebracht voor or gel, bouwfonds en zending. KERSTCONFERENTIE IN HET ZENDINGSHUIS TE AMERONGEN. Van 27 tot en met 30 Dec. zal een Kerstconferentie gehouden worden in het Zendingshuis te Amerongen, over het thema: „Jezus Christus is gisteren en heden Dezelfde en in der eeuwig heid". 27 Dec., 's avonds opening; 28 Dec.: „Hij is gekomen'; 29' Dec.: „Hij is te genwoordig"; 30 DecJ: „Hij zal weder komen". Sprekers: Ds. H.j. Gouvée van Ame rongen, Br. J. van Kempen van Haar lem, Zendeling F. Kampmann van Amerongen, e.a. EEN MERKWAARDIGE GESCHIEDENIS. Van den vermaarden Ds. Budding was in vroeger jaren het vólgende verhaal in omloop: Eens op een huisbezoek zijnde, kwam de predikant bij een boer, die een stal met mooie koeien had. Hij sprak met den boer over het eeuwig hèil zijner ziel en ook over de verplichting van den chris ten, om geheel vóór den Heere te leven. Toen hij vertrekken wilde, zeide de boer: „Nu moet dominé ook nog eventjes mede om mijn mooie beesten te zien." Dominé had er weinig zin in, maar om den boer genoegen te dóen, voldeed hij aan het verzoek. „Das een beste; maar die is ook een beste, en die is nog beter," sprak de boer, op de. verschillende koeien in de stal wij zende. Budding, die weinig Verstand had van koeien, liep al zuchtend achter de koeien en dacht: „Ach Heere, waarom toch laat die man mij die koeien zien?" Nauwelijks evenwel was hij thuis ge komen, of hij kreeg bezoek van een arme weduwe, die hem mededeelde, dat zij haar eenige koe verloren had. „Nu weet ik," zoo denkt dominé, „waar om de boer mij zijn koeien heeft laten zien." „Ga naar dien boer en zeg hem uit mijn naam, dat hij u de beste koe uit zijn stal moet geven," zegt Budding tot de wedu we. Deze echter kwam spoedig terug met het antwoord, dat de boer daaraan vol strekt niet dacht. „Ga weder tot hem en zeg hem dat als hij de koe niet aan den Heere wil geven, de duivel er wel spoedig om zal komen." De boer had er echter geen ooren naar. Dien nacht stierf de beste koe. Daarop zond de dominé de weduwe weder naar den boer, om deze nogmaals te verzoe- kén, de beste zijner overgebleven koeien te willen geven. Doch nu kon de boer er nog minder een missen. En opnieuw stierf er een koe. Voor de derdé maal werd de weduwe naar den boer gestuurd, doch. nu. met de boodschap, dat zij niet meer terug zou komen en tevens met den raad er nu eens een te geven, .indien hij niet wilde, dat al zijn koeien zouden sterven. De boer die nu begon te vreezen voor het verlies van al zijn beesten, gaf aan. de weduwe de verlangde koe en de sterf te hield op. AAN HET ZOEKLICHT. ONHISTORISCH CHRISTENDOM. In Neurenberg is onder leiding van een arts een „Geistchristliche Religi onsgemeinschaft" gesticht, die in de practijk wil brengen de stellingen, welke Dr. Dinter heeft neergelegd in zijn boek: Het Evangelie van onzen heer en Heiland Jezus Christus" en in diens „197 stellingen tot voltooiing der Hervorming". Daarom is het doel der vereeniging een einde te maken aan de godsdienstige verdeeldheid van het Protestantsche Duitsche volk, gelijk die door verschillende Christe lijke kerken is teweeg gebracht door hun Joodschen grondslag. Men moet terugkeeren tot de zuivere leer van Christus, ontdaan van alle Joodsche bijwerk, om vandaar te ko men tot een volkomen religieuze volksgemeenschap. Het einddoel der vereeniging is, een groote kerk op bo ven geschetsten grondslag. De vereen, heeft een eigen orgaan gesticht, dat eveneens tot doel heeft den terugkeer tot de reine Heilandsleer te bevorde ren. Dit is niet de eerste poging van de „völkische" zijde om een christelijke gemeenschap te stichten, los van den historischen oorsprong van het Chris tendom DE KERK VAN CHRISTUS IN CHINA Omtrent de oprichting van de Kerk van Christus, waarover „The Chris tian Century" onlangs berichtte, geeft het Engelsche blad „The Christian World"' nadere berichten. De conferentie, waarop de stichting haar beslag kreeg, en die te Sjanghai gehouden werd, duurde niet minder dan elf dagen. De bedoeling is niet geweest, een specifief Chineesche Kerk te stichten; veel meer wilde men de nationaliteitstegenstellingen over bruggen. Tot secretaris werd een niet-Chinee sche zendeling benoemd, wien een Chinees als tweede secretaris ter zijde werd gesteld. Zoowel Christen-Chinee- zen als christenen van andere na tionaliteit kunnen de kerkelijke amb ten bekleeden. De zegsman van een en ander, is Dr. Anley uit Sjanghai, die zijn mede- deelingen elders besluit: „Een nieuwe aera in dit zendings werk is ingetreden, welke beheerscht wordt door een op zij zetten van nati onale en andere hindernissen. Er ar beiden nu in China zendelingen van ongeveer 130 afzonderlijke kerken of Zendingsgenootschappen. Het vereeni- gingsproces is begonnen". Het aantal der over 47 districten ver deelde belijdende lidmaten is 113.000. De vrouwen kregen het passieve kies recht. Het beginsel van de autonomie der gemeenten is ingevoerd. De ge meenten hebben het recht, de gods dienstoefeningen naar eigen Inzicht in te. richten. Leiden, 5 December 1927. De Vrije Gemeente te Amsterdam heeft op feestelijke wijze haar gouden jubileum gevierd, o.m. door de opvoe ring van een Bijbelsch tooneelspel, onder regie van Eduard Verkade. Dit stuk heette „Naaman de Syriër". Afgezien van de tooneelkwestie is het wel eigenaardig, dat men juist dit stuk gekozen heeft. W it de tendens van het Bijbelsch verhaal, dat daar aan ten grondslag ligt, gaat vierkant tegen de beginselen der Vrije Gemeen te in. De Vrije Gemeente is hypermodern. Ze heeft, in tegenstelling met de mees te vrijzinnige groepen, zelfs den naam „Christelijk" prijsgegeven Ze wil uitsluitend „religieus" zijn. Aan de toespraken behoeft ook geen Bij belwoord ten grondslag te liggen, doch de spreker mag eveneens een rede houden naar aanleiding van een woord van Kloos of Goethe, uit den Koran of de Bhagavad Gita. Alle gods diensten zijn voor haar uitingen van „bewustheid van sterke, innerlijke eenheid en van onverbrekel ijken geestelijk-en samenjhang met het Ik met den Al—geest". Het Schriftverhaal van Naaman staat echter niet in het tee- ken van een dergelijke svnthesezucht. Naaman moest uit Syrië naar Israël gaan; niet in Abana en Papar. de rivieren van Damasci doch in den Jordaan moest hij zich zevenmaal wasschen om rein te worden. Zoo beheerscht de anti these tus- schen de bijzondere en de algemeen© openbaring heel de Heilige Schrift. OBSERVATOR ONDERWIJZERS-BEZOLDIGING IN VROEGER TIJD. Hoe droevig het in de 18e eeuw daar mee gesteld was, en wat men toen van een onderwijzer durfde vragen, werd onlangs in de „Drentsche Crt." met de volgende voorbeelden geillusteerd: Ziehier bijv. de „voordeelen' in 1784 verbonden aan een onderwijzerspost te Dwingeloo: 1. Een jaarlijksch traktement van 37 gulden en lü stuivers. 2. Opbrengst der schoolgelden ad 4 dui ten per week. 3. Voor het schrijven der dorpsrekening één acht en twintig. 4. Voor het opwinden van het torenuur werk en het schoonhouden der kerkepa- den, een rijksdaalder. 5. Voor het verpachten der kerkelanden een rijksdaalder. 6. Voor het schieten van kraaien en het vangen van bunsiugs op de heerlijk heid van Baron B., jaarlijks twee vrach ten takkebossen. 7. Des winters voor het open houden van de grachten van het kasteel, vijf schellingen. 8. Als omroeper, telkens een zesthalf. 9. Voor het verven en teeren der hek ken van het kerkhof en de kerkelanden, een dukaton. 10. Gedurende de wintermaanden van elk ter-school gaand kind 's weeks een turf en twee knuppels, tér verwarming der school. 11. Verder als koster en voorganger de voordeelen van de duiven op den kerk toren. 12. Het gebruik van tuin en bleekveld, benevens twee derde morgen boomgaard, wei- en hooiland. 13. Uit elke boerderij, waar twee of meer paarden gehouden worden, een sche pel rogge 's jaars. 14. Een gast eieren, dat is 4 stuks, voor elke zitplaats in de kerk, op te halen aan de huizen in de weck van Paschen. 15. Voor het maken van graven op het kerkhof, van elk lijk drie schellingen. 16. Het restant wijn en brood na het gehouden Avondmaal. GIFTEN EN LEGATEN. Te Ossendrecht ontving de Ned. Herv. Gem. een gift van 4000 ter ver betering van het predikantstracte- ment. VARIA. De heer K. de Vries te Oostzaan is benoemd tot leerend ouderling bij de Geref. Kerk van Poortvliet. FEUILLETON. EBBA EN HELENE. 61. —o- Het was smal en zeer diep en had achter een grooten tuin, die tot aan het Burgerpark doorliep. En 't schoot Ebba. plotseling te binnen, dat men van uit dezen tuin zeker op de fabriek van Alteneck kon zien. Ook hier moest Ebba wachten, het was ook een klein voorkamertje en er hing ook 'n op papier gestikte spreuk boven de schrijftafel. Voor het raam stonden eveneens twee camelia's zon der bloem. Ebba moest heel lang wachten en ku-i de angstige gelijkheid der kamers opmerken. Eindelijk sloeg er een klok buLen langzaam en gedempt twaalf slagen. Ebba moest aan een nachtwa ker denken. Eindelijk, na nog vijf minuten, ver scheen juffrouw Drews. „Ach. mij lieve julfrouw, u zijt ze ker wel ongeduldig geworden. In dit sombere kamertje te moeten wachten, is geen genoegen. Maar ik gaf Fran- sche les in de eerste klasse. Wees wel kom, en vertel me eens. wat u tot mij voert!" Juffrouw Drews was niet mooi, ze had echter een mooi figur, was een voudig en goed gekleed, en. wat Eb ba dadelijk opviel, ze had groote en bruine oogen, met een vasten, vroolij- ken opslag, daarbij een rij hagelwitte tanden zooals men ze zelden ziet. Het was bekend, dat de heele school met haar dweepte. Ebba kon het da delijk begrijpen. Ze gevoelde, dat ze openlijk kon spreken, en ze zeide dan ook, dat ze eerst bij juffrouw Lach man geweest was en wat ze daar had moeten hooren. Juffrouw Drews hoorde dit met een diplomatisch lachje aan. Maar ze zei de, dat ze al iets van Ebba afwist, dat mevrouw Lehr uit Berlijn haar ge schreven had, dat haar man, de prof- fessor nog nooit zoo'n vlijtige, intelli gente leerling gehad had. Ebba wist niet, dat de vrouw van haar onderwij zer een vriendin in Lunstedt had, en nog wel juffrouw Drews. Ten slotte hied ook juffrouw Drews een soort van toespraak, evenals juffrouw Lach man gedaan had. „Niet waar, dat begrijpt u wel, juf frouw Herlingen", zeide ze vroolijk, „ik kan voor u niemand opruimen, om een plaats te maken. Vooreerst is er dus niets. Maar er kan altijd iets ge beuren. Nietwaar, om te beginnen, vindt u het goed. zoo nu en dan eens in te springen, ais het noodig is al is het ook maar schrijven en rekenen bij de kleintjes? Dat had ik me zoo gedacht. En dan met Paschen kunt u misschien voor goed bij mij komen. Ik geloof, dat ik een van mijn beste krachten zal moeten missen. Ik mag u hier nog niets van zeggen Staatsge heimen, weet u! Het zou mij genoegen doen. als u die plaats wildet aanvul len. ïk heb zoö'n voorgevoel, dat wij vroolijk en prettig Zouden samen wer ken. Overigens is het mijn meening, dat u tot zoolang de handen niet in den schoot moet laten liggen. U moet u bekend maken, iets. op touw zetten. Hoe zoudt u bijvoorbeeld denken over een letterkundigen cursus voor jon ge meisjes? Ik erger er me dikwijls over. dat al het zaad, dat men zoo met al de jaren in die jonge zielen heeft gestrooid, meestal later niet opkomt. De jonge meisjes uit de zoogenaamde eerste families, leven voor haar ge noegens, de handwerkersdochters, waarvan ik er Ook zoo vele op school heb, vinden thuis bij vader en moe der. die een veel slechtere, opvoeding genoten hebben, geen aansporing. Be proef u daar eens met succes tusschen beide te treden! Plaats 'n annonce in de courant en geef daarbij een paar adressen op dat ziet men graag! Op mij kunt u in ieder geval rekenen. I* zijt een dapper meisje, en dat zie ik graag." Ebba kwamen de tranen in haar oogen. In verrukking over juffrouw Drews ging ze heen. Ze genoot in haar verbeelding al van het succes van haar werk. Ze zou de hoofdonderwijzeres bij juffrouw Drews worden, zoo haar Lest doen, zich zóó onmisbaar maken, dat. dank zij haar medewerking, de school zou groeien en bloeien en het instituut-Lachman in den grond boren En eindelijk zou ze compagnon wor den van juffrouw Drews, en haar goe den, lieven vader, tot zijn dood kun nen verzorgen als een rijken mijnheer! Ze stapte haast triomf eerend de ziekenkamer binnen, waar juffrouw Möller ijverig zat te borduren. Haar vader lag zeer rustig, met het hoofd, omgeven door de grijze krullen, op het kussen. „Werk heb ik nog niet. maar voor uitzichten", riep Ebba vroolijk. Ongeveer acht dagen later werd ér een onderwijzeres bij. juffrouw Drews ziek. Dat was treurig voor de onder wijzeres, maar zeer goed voor Ebba. want in plaats van zich te behelpen, nam juffrouw Drews dadelijk Ebba aan, waarschijnlijk om bij deze gele genheid een oordeel over Ebba te kun nen vellen. Deze plaatsvervulling kon vanvier tot zes weken duren, want de betreffende dame had longontste king. lederen dag waren het twee of drie uur. Spoedig daarop verscheen er in de Lunstedter courant ook een adverten tie, waarin Ebba Herlingen zich bij de jonge dames in Lunstedt aanbeval tot het houden van een cursus op lit terair gebied en natuurwetenschap pelijke lezingen. Inlichtingen waren te bekomen bij professor Lehr, Berlijn, doehtor Trude Edlessen. Berlijn en bij mej. Hanna Drews, hoofd der school te Lunstedt. „Heb je het gelezen?" vroeg mevrouw Alteneck aan haar zoon, die aan zijn werktafel stond en nadenkend een klein, gesloten buisje in de hand hield Hij schrikte, zag zijn moeder ver strooid aan, en toen deze haar vraag herhaalde, knikte zij. Het was de eerste maal,, dat ze het waagde er over te spreken. Zij had er niet achter kunnen komen of hij het prettig zou vinden, over Ebba te spre ken of niet. Daarom had ze het het best gevonden het maar na te laten. Zooals hij met zijn moeder stond, zou hij wel beginnen, wanneer hij er be hoefte aan had, dacht ze. Maar het scheen, dat hij die behoef te niet gevoelde. Hij had toen slechts kort gezegd: „Ik heb Ebba den ring terug gegeven". Toen had hij haar snikkend alleen gelaten, haar omar ming, haar troostwoorden afgeweerd, en zich met zooveel werk omringd, dat dit als verwering moést dienen. Hij zweeg er ook over, dat hij Ebba in Berlijn gezien had. Ze hoorde het van mevrouw Buschmann, die de op merkingen van haar zoon nog sterk illustreerde. Volgens haar, had Ebba zich in heel slecht gezelschap bijna schandalig gedragen en was op een plaats gezien, die Fiddie Buschmann anders nooit bezocht en waar hij met Andreas Alteneck verzeild was ge raakt, hij wist niet hoe het kwam. Van de tweede ontmoeting voor He- lene's portret wist ze heden nog niets. (Wordt vervolgd).

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1927 | | pagina 5