Purol bij Ruwe en Springende Handen. Doos 30 ct. NIEUWE LEIDSCHE COURANT van WOENSDAG 16 NOV. 1927 RECLAME Egypte is een geschenk van den Nijl, heeft reeds voor drie en twintig eeuwen Herodotus, de bekende Griek- sche geschiedschrijver, terecht opge merkt. Het dankt zijn vruchtbaar heid aan de overstroomingen van den Nijl, die telken jare van Juni tot Oc tober intreden en een vruchtbaar slib achterlaten, waardoor het Nijldal is als een langgerekte, vruchtbare oase, terwijl het zonder deze overstroomin gen een dorre woestijn zou zijn. De koeien, die de farao uit de ri vier ziet opstijgen, svrnbpliseeren voor de bewoners van' 't Nijldal de vrucht baarheid. De koe is het heilige dier van de godin Hathor, de moeder- en liefdesgodin, en herhaaldelijk wordt ze op de Egyptische monumenten voorgesteld als wandelende aan den oever van den Nijl in het riet soms ook de horens omhangen met lang papyriisriet ten teeken dat ze uit de rivier opkomt. Het aantal koeien dat de farao zag, evenals het aantal aren in zijn twee den droom, was zeven. Dit getal had hier natuurlijk chronologische betee- kenis. Toch is het opmerkelijk dat het getal zeven voor de Egyptenaren, evenals voor andere volken der Oud heid, een heilig getal was. Zoo is in het Egyptisch Doodenboek sprake van de zeven koeien, die ,.lien die in het Westen zijn", d.w.z, den dooden, voed sel geven. Ten slotte nog een enkele opmer king over de door den Oostenwind verzengde aren. Men heeft het wel eens vreemd gevonden dat hier spra ke is van een Oostenwind en veel eer in het Nijldal een verschroeienden Zuidenwind verwacht. Het is even wel een feit, dat deze gloeiende wind bijna nooit precies uit het Zuiden komt, doch meest uit Zuidoostelijke richting. Nu was men in de Oudheid gewoon alleen de hoofd richting aan te duiden, en kan dus een Oostenwind ook een Noord- of een Zuid-Oosten wind beteekenen. Ook op de Egypti sche monumenten wordt deze gloeien de woestijnwind, die tusschen Maart en Mei met de kracht van een orkaan i'e lucht met fijn gloeiend stof ver vult en den verschroeienden woestijïi- gloed over Egypte brengt, als uit het Oosten komend aangeduid. KERK EN SCHOOL. NED. HERV. KERK. Drietal: té Utrecht (vac. M. Woudstra): G. Bolkestein. te Apel doorn; J. H. Grolle, te Hillegom; en A. J. Wormgoor. te Bussum. Beroepen, te Metslawier-Nia- wier (Fr.): P. Prins van Wijngaarden, cand. te Velp (Gld.). Te Willinge- Langerak en te Reeuwijk: W. Rijns- burger, cand. te Utrecht. Aangenomen, naar Veenen- daal (3de predikantsplaats: N. van der Snoek, te Kralingen. Bedankt, voor Wilsum: C. Vlas blom,, te Driesum. OEREF. KERKEN. Beroepen, te Ambt-Vollenhoven (A)j G:. D. Kuiper, cand. te Kampen. Té Tijnje: H. Brinkman, te Har- melen. Bedankt, voor Surhuisterveen: J. Hettinga, te Wijckel (Fr.) Voor Koog-Zaandijk: G. Staal, te Culem- borg. Compagnie, zijn intrede in de Geref. Kerk van Bergum. Des morgens werd hij bevestigd door den consulent, Ds. G. Biersteker van Suameer. De be vestiger had tot tekst Joh. 3 30: „Hij moet wassen, maar ik minder wor den". Des middags ving de bevestigde dienaar des Woords zijn ambtswerk ean met een predikatie over Openba ringen. 19 10b. Na de bediening des W<»ords werd de nieuwe leeraar toegesproken door den voorzitter van den Kerkeraad, door den bevestiger en door de af ge vaardigden van de Kerken van Sua meer, Garijp. Opende (Gr.), waarvan hij consulent bleef, van Drachtster- Compagnie en ten Slotte door den Burgemeester van Tietjerksteradeel. Deze toespraken werden met een kort woord beantwoord, waarbij ook nog toegesproken werden orgi >A<t, kos ter, commissie van beheer en hoofd der Christelijke school. Na bevestigd te zijn door Ds. H. W. A. Voorhoeve, van 's-Hertogen- bosch, met een predikatie over 1 Cor. 1 23 en 24, deed Zondag Ds. H. Lim- pêrs intrede in de Ned. Herv. Kerk te Engelen, sprekende over 2 Cor. 5 vs. 20. De nieuwe leeraar werd toegespro ken door den bevestiger. Ds. Voorhoe ve; door Ds. Ossewaarde; door Ds. Hagé; door Ds. Dijkstra en door Ds. B. ter Haar Romeny. Zondagmorgen had. in de Ned. Ilerv. Kerk te Wageningen de beves tiging plaats van Ds. Joh. K ij n e, overgekomen van Woubrugge, door zijn zwager, Ds. v.d.Waa, van Waar de (Z.), met een predikatie over 2 Cor. 2 14—17. Na de bevestiging werd Ds. Kijne de zegenbede toegezongen uit Psalm 134. Des avonds deed Ds. Kijne zijn in- tred met een leerrede ovr 1 Cor. 1 23 en 24. Na de predikatie sprak Ds. Kijne hartelijke woorden tot zijn bevestiger, Ds. v. d. Wal, en tot Ds. v. Meer en tot zijn vriend Ds. Ramshorst. Verder werden toegesproken de ker keraad, de gemeente en de burgerlij ke Overheid. Ten slotte sprak Ds. v Meer namens kerkeraad en gemeente nog eenige hartelijke woorden. Ds. A. L. Th. van der Ven, predikant der Ned. Herv. Gemeente te Beëtguüi. nam Zondag j.l. afscheid van zijn gemeente, wegens vertrek naar Hérwen eri Aerdt T-»t afscheids- tekst was gekozen 1 Thess 5:8 en 9. De scheidende leeraar werd harte lijk toegesproken door den heer L. J van den Akker, van Wier welke ge meente hij als consulent had gediend Toegezongen werd Gez. 22 i .1 Ds. W. W e s s e 1 d ij k, te Wou ters woude, hoopt Zondag 1 Januari a.s. afscheid te nemen van de Ned. Herv. Gemeente te Wouterswoude en Zondag 8 Januari zijn intrede te doen te Sluipwijk (bij Goud na bevestigd te zijn door Ds. J. H. Gunning E.Bzn., van Schoonhoven NIET TOT HET DIAKENAMBT TOEGELATEN. Net Prov. Kerkbestuur van Noord- Brabant in de Ned. Herv. Kerk heeft definitief uitspraak gedaan in de zaak v. d. K. alhier, tegen wiens be vestiging als diaken verleden jaar be zwaren waren ingebracht. Het provin ciaal kerkbestuur oordeelde, dat hij niet tot den "kerkeraad kon worden toegelaten. BLAD. Gewijde en Ongewijde Historie. DE DROOMEN VAN DEN FARAO De farao had in zekeren nacht, on geveer twee jaren nadat de opper schenker in eer hersteld was, een dubbelen droom gehad. Eerst droomde hij dat hij aan den Nijl stond, en dat uit de rivier zeven koeien opstegen, schoon van gestalte en vet van vleesch, en die in het oevergras gingen weiden. Maar daar na stegen zeven andere koeien op, zeer schraal en leelijk van bouw en mager van. vleesch. en zij aten de ze ven vette koeien op. Toch bleven zij even mager en leelijk als te voren. De farao ontwaakte, doch sliep op nieuw in en had toen een tweeden droom. Hij zag zeven volle, mooie aren uit een halm opschieten, daar na zeven dorre, spichtige, door den Oostenwind verzengde aren en deze laatste verslonden de zeven goede aren. Geen der droomuitleggers van den farao kon hem de bedoeling van deze droomen verklaren. Toen gedacht de opperschenker aan den Hebreeuw- schen slaaf dien hij in de gevangenis ontmoet had en op bevel van den fa rao werd Jozef gehaald. „De droom va"n den farao is één geheel", verklaart Jozef. „Wat God gaat doen, heeft hij den farao meege deeld. Zie, zeven jaren zullen komen, jaren van grooten overvloed in gansch Egypteland. Maar daarna zullen ze ven jaren van hongersnood aanbre ken, waarin al de overvloed die in Egypte was vergeten zal worden en de hongersnood het land verteren zal. Dat de droom twee keeren aan den farao te beurt gevallen is, betee- kent dat de zaak door God vast be sloten is en Hij haar spoedig uitvoe- zal zal". De droomen van den farao dragen een specifiek Egyptisch karakter. En dit geldt niet slechts van hun inhoud doch ook van de wijze waarop zij meegedeeld worden. Om met dit laatste te beginnen, er kómen in het eerste gedeelte van Gen. 41, waai' ons deze geschiedenis verhaald wordt, een drietal He- breeuwsche woorden voor die aan het Egyptisch ontleend zijn. De naam waarmee de Nijl genoemd wordt is in het oorspronkelijke ..jeoor", d.w.z. de rivier, de rivier bij uitnemendheid. Dit komt overeen met de Egyptische benaming a-oer, die dezelfde beteekenis heeft. De koeien die de farao zag weidden in het Nijlgras (Gen. 41 2); hier staat in het Hebreeuwsch 't woord „achoe", een zuiver Egyptisch woord, dat eigenlijk „groenend' beteekent en waarmee het rietachtige gras dat aan de Nijloevers groeit en deze een groen aanzien geeft wordt aangeduid. Ten slotte wordt in Gen. 41 17 ook de oever van den Nijl met een He breeuwsch wocu'd, dat in het Egyp tisch bijna denzelfden vorm heeft, aangeduid: het woord „9afah" of' „se- fath", dat letterlijk „lip" beteekent. in het Egyptisch wordt dezelfde over drachtelijke uitdrukking gebruikt; zoo wordt in den magischen papyrus Harris van den oever gesproken als van „de lip der wateren', waarbij 'dan voor „lip" het woord „sept" is ge bruikt. Neemt men in aanmerking dat het in de Semietische talen hoofd zakelijk aankomt op de medeklim kers waaruit een woord is samenge steld, dan zal men gemakkelijk kun nen begrijpen, dat „sefath" (Hebr.) en „sept" (Egypt.) hetzelfde woord is; de Legin- en eindmedeklinkers zijn de zelfde en de middelste zijn elkaar zeer verwant, immers de „f" is de aangeblazen „p" (ph.). Doch ook naar den inhoud dragen u droomen van den farao een uitge sproken Egyptische kleur. FEUILLETON. tibdA EN HELENE. 45. O— Ze wist het reed9 lang, dat ze niet tot de weinige uitverkorenen behoor- ae, in wie het menschzijn nog hooger omwikkeld is als het vrouwzijn niet- tüi degenen, die boven mannen en Vaouv> en uitsteken, omdat in hen de ntsiè eigenschappen van beiden ver- eenigd 2ijn.. Ze kon alleen een flinke arbèidsler w orden,-geen leidende geest l n.n waarom verdroeg ze dit alles? had ze ook niet aan de zijde van den gcueüden man een flinke arbeidster uuiiAieii worden op dat gebied, hec- wcia». rausta als bet neerlijkste prees? iajj nad haar vermaand, teeder en dringend, maar ze had niet willen irooien. ixoe was het ook weer gebeurd?. In Liooa s hoofd was het alles pijnlijk l ii UAue. Ze had geleerd en altijd meer c.cAccid. en met steeds hooger worden- uéii jjtrg van kennis alles hegraven .ens ooa. het herinneringsvermogen. dood lag het verleden. Het kon .(.iiü met bewegen door den reuzen- lu'uu, die er op lag. En toch, daar kwam het weer bo ven als een hali versleten toon al9 nei zachte kreunen van" n horst, die weer begint te ademen. Ze herinnerde zich opeens weer die eenvoudige woorden; CHR. GEREF. KERK. Bedankt, voor Broek c. Akker- woude: J. D. Barth, te Alphen a. d. Rijn. DOOPSGEZINDE GEMEENTEN. Bedankt, voor Den Horn-Noord- horn: M. J. Kosters, te St. Anna Pa rochie. BEVESTIGING, AFSCHEID, INTREDE. Zondag deed Ds. H. W. van der V eg t, overgekomen van Drachtster- „0 suche nicht nach Witz Und Weisheit überm Meer. Der Seelen Würdigkeit Kommt nur von Liebe her". „Ik zal wachten tot ze moe begint te worden", had doctor Olof Beuth- ner tot zichzelf gezegd met betrekking tot Ebba. En zijn uur sloeg. Zoo'n algeheele verandering van levenswijs kon niet spoorloos aan Eb ba voorbijgaan. Ze had veel last van hoofdpijn en slapeloosheid, en een ver teerend verlangen naar haar vader, naar het kleine, stille huis in Lun- stedt, naar de linden daarvoor, naar het ronddolen op de heide beving haar Trude Edlessen zeide. dat het eerste jaar voor lichaam en geest altijd het ergste was; later gewende men van zelf er aan, en de lente, die nu met alle macht overal te voorschijn kwam had ook wel wat schuld daaraan. Ebba wist in het geheel niet, hoe veel rijker ze het had dan duizenden meisjes, die voor haar toekomst wer ken: zij had in Trude een trouwe ziel door Fausta zooveel afleiding, in me vrouw Ebermann een soort bescherm ster. En toch wat was dit alles, ver geleken bij dat, wat ze bezeten had, bij de liefde van .een man. Wat ze had. schatte ze te gering en ze gevoelde zich eenzaam. „Dat is slechts dé eenzaamheid, mijn kind, die een ieder ongetrouw I mensch, man of vrouw, gevoelt'zei de Trude. Maar Ebba had al ondervonden, hoe Ds. G. BROEKHUIZEN. Heden herdenkt Ds. G. Broekhulzen, Aduard, de oudste der dienstdoende pre dikanten van de Geref. Kerken in Neder land, zijn 54-jarige ambtsvervulling. Ds. N. LUIJENDIJK. Het Classicaal bestuur van Gouda heeft het beroep van Ds. N. Luijendijk, Ned. Herv. predikant te Nieuwerkerk a. d. IJssel, naar Vianen, vernietigd op grond van het feit, dat het bericht van aanne ming te laat ia ingekomen. heerlijk het is, met een geliefd wezen samen de dingen te beschouwen. En daar begon doctor Olof Beuth- ner baar zijn belangstelling, zijn op merkzaamheid Voorzichtig op te drin gen. Ze verweerde zich met haar geheeie zijn tegen hem, altijd door; hij moest nooit denken, dat ze iets om hem gaf. Toch. in wankelmoedige uren, deed het haar goed te weten, dat ze door een man begeërd, bemind werd. Ze had nog niet opgehouden vrouw te zijn, zooals Trüde Edlessen, op wie zeker nooit iemand verliefd was ge weest Soms, als ze in den spiegel keek, kwam het'haar voor. als was ze oud en leelijk geworden. Maar de blikken van dien man zei den haar dan troostend het tegendeel, en daaróm liet ze zich deze niet alleen welgevallen, 'maar zocht zij ze dik wijls op. En hij, die nóg steed9 overwonnen had, dacht ook hier op den weg dei- zegepraal te zijn. Hij toonde zijn lief de duidelijker, oin te ondrevindeii, dat Ebba zich angstig, terug trok. Dat stoorde hem echter niet in zijn zelf- uewusien gedachtengang. Hij kende de verleidelijke waarde van zulk een bezigheid voor een ge voelig vrouwenhart. En 't bleek dui delijk, Ebba hield zich met hem en ziju iitigiiig voor haai' A>eZig! Lersi Vijandig, loën liieUWSgieng. Enha /-ou de etrsie mei 0evveest zijn die een man m de armen liep, omdat Ds. A. J. MULDER. De toestand van Ds. A. J. Mulder, pre dikant bij de Geref. Kerk van Bussum, is in de laatste dagen zeer gunstig en over treft zelfs de beste verwachtingen. Het wordt nu zelfs niet onmogelijk geacht, dat Ds. Mulder nog eens of meerdere ma lt n voor zijn gemeente in den dienst des Woords zal kunnen .optreden. Ds. S. DE VRIES. Heden viert Ds. S. de Vries predikant bij de Geref. Kerk van Ambt-Vollenhove B, zijn zilveren ambtsjubileum. GEDACHTENISREDE Ds. J. D. v. d. VELDEN. Maandagavond had Ds. J. D. v. d. Vel den, die op Zaterdagavond verrast werd met de mededeeling, dat hij tot Ridder in de Oranje-Nassau Ordebenoemd was, het voorrecht in- een „volle" beurt in de Jeruzalemkerk te Kralingen in een ge dachtenisrede uit te spreken, hoe de Heere hem 40 jaren lang bekrachtigd had, bij na onafgebroken Zondag aan Zondag -het Evangelie der genade. Gods te brengen in meerdere plaatsen .van ons land in de Geref. Kerken. Spreker had tot tekst voor deze gele genheid 2 Cor. 415. Het gaat in dezen tekst, in het Woord der Schrift over: De bediening dés Woords en wel: Ie zooals deze geschiedt om der gemeente wil; 2e zooals die bediening rijke vrucht draagt; 3e zooals zij tot gemeenschappelijke dank zegging noopt; 4e zooals zij bovenal toi heerlijkheid Gods strekken moet. Na het uitspreken van den zegen, zong de gemeente haren leeraar toe Ps. 92 .8, waarna deze met een enkel woord dankte. De rede is in druk verschenen. HET VETO DER PROVINCIALE KERKBESTUREN. De provinciale kerkbesturen in de Ned. Herv. Kerk hebben het herziene reglement op de buurtgemeenten als mede de terugbrenging van de Waal- sche gemeenten tot ééne classis ver worpen. BEZWAARDEN TE HILVERSUM. Naar men ons mededeelt, zullen de bezwaarde Gereformeerden te Hilver sum Zondag 20 Nov. voör het eerst in afzonderlijke godsdienstige bijéén komst bijeenkomen, in het gebouw Eben Haëzer. Als voorganger zal de eerste maal optreden Ds. H. C, v. d. Brink van Zandvoort. GUTEN EN LEGATEN. Voor de te bouwen tiende kerk der Ned. Herv. Gem. te 's Gravenhage ont ving Ds. J. C. Schuller aldaar een gift van 500 en een van 200. VEREENIGING VOOR BIJBELVERSPREIDING. De vereeniging voor Bijbelversprei ding hield Maandag te Amsterdam haar algemeene vergadering onder lei ding van Ds. J. H. F. Remme. Nadat de vergadering op de gebrui kelijke wijze geopend was, bracht de secretaris-penningmeester, de heer M. J. Heule, allereerst het financieel ver slag uit, Daaruit bleek, dat de ont vangsten in het afgeloopen jaar heb ben bedragen 59.463, de uitgaven 59.406. en dat het kapitaal der Ver eeniging is gestegen van 15.440 tot 15.497. Uit de detailcijfers bleek, dat de onkosten 35 pet der inkomsten be droegen (vorig jaar 37 pet.), dat 1000 meer aan contributies en giften werd ontvangen dan vorig jaar en dat 200 minder werd verkocht. Het financieel verslag, dat door een accountant nagezien en in orde is be vonden, zal nu nog door een uit de vergadering benoemde commissie w.or den nagezien. De heer Heule bracht hierna zijn jaarverslag als secretaris uit. Daarin werd allereerst gememoreerd het be danken van Dr. J. G. Geelkerken en Ds R. J. v. d. Meulen als lid van het be stuur, de eerste wegen9 drukke werk- ket voortdurende gevaar, dat van hem uitgaat, de vrouw onzeker maakt. Vooreerst was hij er op bedacht, om meer en ongedwongener met Ebba sa men te komenr dan slechts in de wis kundige lessen onder toezicht van mevrouw Ebermann, en nu en dan 's av.onds onder toezicht van Fausta ofschoon deze steeds verzekerde, dat ze in het geheel niet op Ebba let? te of haar beschermde. Maar Beutkner kende zijn vriendin Fausta, en was er zeker van, dat ze hem slechts zoo lang zou laten begaan als zij uit een of ander oogpunt goed vond en dan toch tusschenbeide zou komen. Altijd weer had hij het er over, dat Ebba bet leven in het geheel niet leer de kennen, als ze nooit naar een of ander vermaak ging, De beschaving uit de boeken alleen vormde den mensch niet. „Ik heb geen tijd", had Ebba tot nu toe altijd geantwoord, als Fausta haar vroeg mee naar den schouwburg te gaan. Maar nu was het haar dikwijls te moede, alsof haar hoofd propvol was, als kon er niets meer bij, en Trude zeide; „Ze zult prettiger en vlugger door werken. als je je zoo nu en dan eens een genoegen gunt". En zoo gebeurde het, dat Ebba eens op cell avond mcl een uleili ^zelscnap van ïüustas vrienden naar den win tertuin ging beu geneden dag bad ze er zich op zaamheden, de laatste wegens het voor hem groote bezwaar de bestuursverga deringen bij te wonen. De secretaris besloot zijn verslag met de mededeeling, dat de Vereeni ging. die ruim 15000 leden telt, zich bij de verspreiding van haar uitgaven niet bepaalt tot Nederland, doch ook uit het buitenland en uit Ned. Indië aanvragen onvangt en daaraan gaar ne voldoet. Het jaarverslag werd onder dank zegging aan den secretaris-penning meester voor al zijn arbeid goedge keurd. Ds. Remme deelde nog mede, dat de secretaris van het Ned. Bijbelge nootschap, Ds. Boeke, hem over de kwestie, die ook in het jaarverslag is aangeroerd, een onderhoud gevraagd heeft, dat dezer dagen zal plaats'heb ben. De bestuursverkiezing had tot resul taat. dat herkozen werden Ds. J. H. F. Remme, en de heer M. J.'Heule en gekozen (in de vacature Dr. Geelker ken) Ds. S. G. de Graaf, Geref. pred. te Amsterdam en in de vacature Ds. v. d. Meulen) D9. A. M. Berkhoff, Chr. Geref. pred. te Amsterdam. Hierna is de algemeene vergadering gesloten. HAAGSCHE SCHOOLBIOSCOOP. De directeur van de Gemeentelijke schoolbioscoop te 's-Gravenhage, de heer D. van Staveren, die door den minister van binnenlandsche zaken benoemd zal worden tot voorzitter van de Centrale Filmcommissie, heeft Zaterdagmiddag na de demonstratie van de film „Dieren op den bodem der zee", tot de aanwezigen woorden van dank gericht voor de mede werking en sympathie, die hij van zoo ve len had ondervonden. De heer Natzijl sprak daarna uit naam van alle aanwe zigen. woorden van waardeering. Hij her innerde aan den moeilijken tijd, dien de schoolbioscoop in den aanvang moest doormaken en wees erop, dat door de groote werkkracht en de kunde van den directeur een onderwijsinstituut is ont staan, dat zoowel bij het openbaar als bij ^et bijzonder onderwijs zeer wordt gepre zen. Spr. sprak den wensch uit, dat de heer van Staveren, ook in de toekomst, de schoolbioscoop met zijn waardevolle adviezen zal blijven steunen. VEREEN VAN CHR. ONDERWIJZERS. Naar gemeld wordt, bestaat het voorne men, ter gelegenheid van het 75-jarig be staan van de Vereen, van Chr. Onderwij zers en Onderwijzeressen een gedenkboek te doen verschijnen. ONDERSTEUNINOSWERK VOOR ARMENIë. Het is thans ongeveer 2 jaar geleden, dat in Nederland een comité werd. opge richt voor Armenië. De voorzitter van dit comité, is de heer G. L. Baron van Boetzelaer, Bilthoven, vice-voorzitter Ds. W. A. Hoek, te Am sterdam, secret.-penningmeesteresseMej. Cato de Witte, Utrecht, J. W. Frisostraat no. 38. Dit comité is een onderafdeeling der „Action Chrétienne en Orient" een Onder- steunings- en Evangelisatiewerk ender de Armeensche Christenen in Syrië, waar van de zetel te Straatsburg gevestigd is, terwijl de kring van vrienden, die achter dit werk staat, zich over Frankrijk, Bel gië en Holland uitstrekt. De directeur van dit werk Dr. P. Ber- ron, predikant te Graffenstaden bij de stad Straatsburg, die herhaaldelijk in Ne derland vertoefde, heeft door tal van le zingen hier te lande belangstelling ge- v\ekt voor de Armeensche vluchtelingen in Syrië. Het bovengenoemde werk geeft een blad uit („Morgenland" „Le Le vant"), dat in de Hollandsche, Fransche en Duitsche taal verschijnt. Naar wij vernemen, bevindt zich ook de vertegenwoordiger van een Zwitsersch ondersteuningswerk, Ds. Krafft-Bonnard, op bet oogenblik hier te lande, om be langstelling te wekken voor een Ar- meensch Weeshuis, dat zich te Begnino aan het meer van Genève bevindt. verheugd, werkelijk, ze leefde als een non; daarv -or was ze toch niet naar Berlijn gegaan! Ze had hier eigen.ijk geheel hetzelfde eentonige bestaan ge leid als in Lunstedt, alleen dat daar ginds een idylle van heidekruid haar omgaf en ze hier gebukt ging on Ier haar la3t, en de woelige wereld9ta1. Nu zou het echter ander9 worden; misschien genazen de wonden ook sneller, als zi: ze niet weer altijd be keek; ja vergeten, gen iel en! 's Avonds wilden deze koene voor- neirmr.s haar verlaten. Ebba had een kleine mate van koppigheid noodig om een gevoel te onderdrukken, dat*^ veel geleek op een slecht geweten. Dat was toch te dwaas. Waarom zou zij zich niet amu9eeren? Juist. Zeker, juist Het gelukte haar volkomen. Geen voorgevoel zeide haar waarschuwend, hoeveel leed uit dezen avond nog haar deel zou worden, hoe hartstochtelijk ze over deze uren van overmoed, waar aan ze zich zenuwachtig overgegeven had, berouw zou hebben. En nu zat ze da-ar, in den kring van bekenden, cm een ronde tafel, en ?e laakte en sprak zooveel al9 nooit te voren. De groote zaal was vol menschel, een voortdurend halfluid geraas van pratende en lachende 9temmen. met mu7i°k vermengd, vulde de zaal. In dit onafgebroken, vroolijke leven was iets bedwelmends, iets aansteke lijks. Wordt vervolgdJ. j

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1927 | | pagina 5