Dit nummer bestaat uil TWEE Bladen. EERSTE BLAD. CHRISTELIJK DAGBLAD voor LEIDEN EN OMSTREKEN ADVERTENTIE-PRIJS STADSNIEUWS. Belangrijkste nieuws in dit Nummer. 7 JAARGANG WOENSDAG 2 MAART 1927 NUMMER 2Ö8ê NIEDWE LEIDSCHE COURANT ABONNEMENTSPRIJS Ia Leiden en buiten Leiden wm agenten gevestigd itya Pet kwartaal f i 2.50 Pet week i 0.19 Franco per poet per kwartaal 1 2.90 V De Provinciale Staten. In verband met de komende Staten verkiezingen hebben wij eens nage gaan boe de stand der partijen in de Staten de laatste jaren was. En daarbij bleek ons, dat de positie der rechtsche partijen voortdurend is versterkt. In 1913 bedroeg het aantal Staterle den die tot de rechtsche partijen be hoorden in totaal 310. In 1919 was dit getal gestegen tot 327 en in 1923 tot 853. Een geregelde en niet onbelang rijke vooruitgang dus, die echter voor alle partijen volstrekt niet gelijk was. In 1913 voor de invoering van de evenredige vertegenwoordiging, hiel den de Antirevolutionairen 102 Staten zetels bezet, de Chr. Hist. 36 en de R.- Kath. 172 zetels. In 1919 toen de Chr.-Hist. zich beter hadden georganiseerd, werden deze cijfers respectievelijk 88, 54 en 182. En in 1923 liep het aantal Antirevo lutionaire leden terug tot 86, terwijl de Chr.-Hist. op 75 leden kwamen, en de R.-K. op 184. Bovendien klom het aantal Staatk. Geref. Statenleden, dat in 1919 nog slechts 3 bedroeg in 1923 tot 8. Hieruit blijkt dus, dat er de laatste jaren een rechtsche wind waaide en ook dat de positie van de Antirevolu tionaire partij in de Staten sinds 1919 door den sterken vooruitgang van de Chr.-Hist. en Staatk. Geref. niet noe menswaard geschaa.. werd. Bij een beschouwing van de sterkte der linksche partijen blijkt duidelijk, dat het 't liberalisme was, dat het ge lag had te betalen. In 1913 bedroeg het aantal liberale Statenleden nog 202, weU cijfer in 1919 daalde tot 83 1923 tot 63. Van dien achteruitgang profiteerden behalve de rechtsche partijen ook de Vrijz. Democraten en de S.D.A.P., wel ke beide partijen echter in 1923 niet onbelangrijke verliezen leden. De Vrijz.-Dem. kwamen van 28 ze tels in 1913 op 44 zetels in 1919, welk getal in 1923 daalde tot 39. De S. Ü.A.P., die in 1913 nog slechts 43 Statenleden gekozen zag, bracht dit cijfer in 1919 tot 117. In 1923 had zij echter een verlies van 10 zetels te boeken. Merkwaardig is zeker wel, dat de R.- K. Staatspartij, die de laatste jaren door de opkomst van enkele anti-pa- pistische partijen zulke hevige aanval len te verduren had, daarvan niet den minsten hinder ondervond. Hare po sitie bleef ongeschokt. In Zuid-Holland was in 1913 de ver houding 45 leden rechts en 37 links. In 1919 bleef de rechtsche meerder heid bewaard, maar de sterkte der par tijen onderling werd belangrijk ge wijzigd. Het aantal A.-R. leden liep terug van 27 op 17, de Chr.-Historischen kwa men van 6 op 8 zetels en de R.-Katho- lieken van 12 op 17. In 1923 werden deze cijfers resp. 16, 12 en 16, terwijl de Staatk. Geref. 2 ze tels verkregen. Het aantal liberale leden daalde van 28 in 1913 tot 12 in 1919 en 9 in '23. De Vrijz.-Democraten daalden van 5 in 1913 tot 3 in 1919, welk aantal in 1923 gehandhaafd bleef. De Soc.-Dem. tenslotte, die in 1913 nog slechts 3 ze tels bezet hielden kwamen in 1919 op 21 leden, welk getal in 1923 tot 20 te rugliep. Aan voorspellingen omtrent de toe komst wagen wij ons niet. Maar zooals wij Zaterdag reeds op merkten, gezien de cijfers van 1925, dan is de toekomst niet rooskleurig. Er dreigt gevaar. Met name door de A.-R. partij, zal met volle kracht gewerkt moeten worden om de dreigende afbrokkeling van de rechtsche meerderheid te voorkomen. Het Handelsblad in zorg. Het Handelsblad is in zorg. Niet voor zichzelf of voor de oude beproef de liberale beginselen. O, neen, voor de Anti-Rev. Partij. Het blad herinnert aan de stemmen van Anti-Rev. die in het Handelsblad zich uitten tegen het Belgisch verdrag. Dan vervolgt het blad: Blijkelijk leeft er in die partij veel meer verzet dan haar offic'eele orga nen wel willen doen uitkomen Zoo ontvingen wij dezer dagen een brief van een Gereformeerden abonné op ons blad (hij gaf naam en adres volle dig op) waarin o.a. het volgende stond: „Als christelijk onderwijzer aan een bijzondere Gereformeerde school BUREAU t Hooigracht 35 - Leiden TeL 1278, Postgiro 58936 Postbox 20 was ik tientallen van jaren lid der anti-revolutionair© partij. Doch op den avond van 11 Nov. '26, toen het tractaat in d© Tweede Kamer was aangenomen, heb ik mijn lidmaat schap opgezegd. Ik schreef o.m., dat ik me ging voegen bij een partij, bij welke ik de rechten en belangen van Nederland veiliger achtte. „En wat zullen nu onze mannen broeders in de Eerste Kamer doen?" Dergelijke uitingen kan men van anti-revolutionairen vaak hooren. Er heerscht veel ontevredenheid over de leiding, die een hoog spel schijnt te spelen, niet alleen met de nationale gevoelens, maar ook met het partij belang. Want de A.-R. zijn, in de po litiek, eenerzijds geflankeerd door de Staatkundig Gereformeerden van Ds. Kersten en anderzijds door de Chris- telijk-Historischen. Naar welke zijde de malcontenten onder de A.-R. ook uit d© partij stappen, aanstonds zijn zij in een andere, eveneens Christelij kedie zich al9 nationale partij op 11 Nov. heel anders heeft gedragen dan de Anti-Revolutionaire. Het dunkt ons dan ook onbetwijfel baar, dat, als er morgen een Kamer verkiezing was, de A.-R. fractie nogal gehavend uit de bus zou komen. Ze zou een aanzienlijk aantal stem men verliezen. Laat ons hierop nu eens een kort en bondig bescheid geven. Dat is dit: In het algemeen gelooven wij niet, dat goede Anti-Rev. zich met klach ten tot het Liberale Handelsblad zul len wenden. Die dat doet geeft van een zonderling© zielestemming blijk. Maar ook hoe droef wij het vinden (lat sommigen van ons weggaan, wij willen liever met de helft van onze mannen, trouwe strijders, ovei'blijven, dan op oud-4—i'ale wijze ons laten spannen voor den wagen van het Han delsblad en zijn politiek. Het gestook van het Handelsblad kan de Anti-Rev. Partij niet schaden, al kost het ons ook een deel van onze menschvn. V Geen rekensom. In de Econ. Sta. Berichten van 23 Febr. 1927 treffen we een artikel aan van Mr. J. A. Brouwer over de „Ver moedelijke Economische Geyolgen van het AntwerpenMoerdijkkanaal." De schrijver becijfert, dat die gevol gen voor Rotterdam en voor Neder land in het algemeen zeer nadeelig zullen zijn. We zullen zijne berekeningen niet overnemen, omdat w© daar de plaats ruimte niet voor hebben, maar ook omdat de inleiding tot die berekenin gen niet onaanvechtbaar is. D© schrijver laat den lezer in den waan, dat er niet .anders is dan eenc concurrentie tusschen Rotterdam en Antwerpen en verzuimt te wijzen op de concurrentie met Hamburg. Duide lijk genoeg is hierop anders de aan dacht gevestigd door de Standaard en onlangs ook in de Vrijheid, het week blad van den Vrijheidsbond. Wanneer deze factor, de positie van Hamburg tegenover Rotterdam (en Antwerpen) mede in het geding be trokken wordt, blijkt het betoog van Mr. Brouwer, al i3 zijn becijfering op zichzelf genomen waarschijnlijk wel juist, de groote kwestie slechts voor een deel te raken. „De goederen", zoo schrijft hij, „kie zen in internationaal verkeer hun weg over dien tak van de delta, welke voor hen den geringsten economischen Weerstand oplevert". Van deze ge dachte uitgaande beredeneert hij eerst en becijfert daarna, dat het Antwer- pen^-Moerdijkkanaal den weerstand voor het goederenverkeer over Ant werpen opheft en Rotterdam daarvan de dupe wordt. Het komt ons voor, dat er op de stel ling, waarvan de schrijver uitgaat, wel iets is aan te merken, namelijk dat de mogelijkheid groot is, dat de bedoelde goederen (uit het Duitsche industriegebied) op den duur hun weg niet zullen kiezen over de delta, maar langs spoorwegen en kanalen naar Hamburg. „Vergelijken wij het Rijngoederen- verkeer met een goederenstroom", zegt de schrijver. Het beeld is goed, maar de vraag is, waar die goederen stroom zich heenricht. Het water van den Rijn is gebonden aan zijn bedding en zal blijven stroomen naar Rotter dam. Maar de goederen? Ook zonder AntwerpenMoerdijk kanaal blijft het gevaar voor Rotter dam groot. Ook zonder dat kanaal kan het zijn, dat Rotterdam ten doode is opgeschreven. Antwerpen niet, want dat blijft de haven voor het groote Bel gische industrie-gebied en voorloopig ook voor Noord-Frankrijk. Maar Rot terdam? Het kan van Nederland al leen niet bestaan. D© groote beslissing, waarvoor de Eerste Kamer de volgende week komt te staan, is niet eenvoudig. Met een rekensommetje is ze niet op te lossen Integendeel het is een internationaal economisch vraagstuk van zeer groote beteekenis. DE KINDERKLINIEK VAN HET NIEUWE AGAD. ZIEKENHUIS IN GEBRUIK GENOMEN. Er-schijnt thans schot te komen in den afbouw van het nieuwe Acad. Zior kenhuis, welke, zooals bekend, een ware lijdensgeschiedenis achier den rug heeft, Kort voor den oorlog is men met den bouw, welke door het Rijk ge heel in eigen beheer zou geschieden, begonnen. Door den oorlog moest het werk worden stopgezet Daar stonden de ge bouwen, onafgewerkt. De toefetand der schatkist gedohgde, toen de/oorlog eenmaal ten einde Vas, niet, met den bouw voort te gaap/Nen aan/ankelijk scheen het, dat er vaiLde /oltooiing de eerste twintig jaren v^e/ niets zou komen. Al zullen er nog wel #ehige jaren verloopen, voordat het /„Zi^enhuis- dorp" geheel zal zijn v<ytooid,\n elk geval zijn we thans z/over, dat, na dat d© regeering besloten had geleide lijk met den afbouw roort te gaan\in den loop van dit jam* vermoedelijk drie gebouwen in gbruik zullen kun nen worden genomen, namelijk een gebouw voor de kindergeneeskunde, een voor de verloskunde en een voor ae oogheelkunde. Met de afdeeling kindergeneeskunde is men echter thans zoover gevorderd, dat de offi- cieele ingebruikneming hedenmiddag is kunnen geschieden. De kliniek voor de Kinderafdeeling bestaat gelijkvloersch uit drie afdee- lingen: le. polikliniek, 2e. vermoedelijk besm. ziekten en 3e. besm. ziekten. Wanneer men den achteringang in komt -krijgt men allereerst de polikli niek met verschillende onderzoekka- mertjes, wachtkamers, chem. labora torium en toilet. Wanneer nu de pa tiëntjes aldaar onderzocht zijn en be smettelijk^ ziekte vermoed wordt gaan ze naar de afd. die we in ds 2© plaats noemden. Daar wordt een na der onderzoek ingesteld, welke de be smettelijke ziekte is waaraan ze lij den. Dez© afdeeling bestaat uit een aantal z.g. boxes kleine kamertjes, voor één persoon geheel afgeschei-'en van elkaar, met eigen meubilair. Het voordeel van deze boxe-verpleging is dat betrekkelijk weinig plaatsruimte noodig is, waardoor veel kosten wor den uitgespaard. Wanneer de kinderen in die 2e afd. onderzocht zij en geconstateerd is de aard der besm. ziekte gaan ze naar de 3e afd. besm. ziekten. Ool£ daar vindt men 3 zalen met het Koxe-systeem, verder een operatiekamertje, hoofd zakelijk voor trageotomie, een badka mer voor de verpleegsters en een af- declingskeuken, die w© ook aantrof fen bij de 2e afdeeling. Op de le etage treffen we allereerst aan een collegezaal met wachtkamer. Verder zit- en slaapkamers voor de Hoofdverpleegsters en de assistente. Hier bevindt zich ook een kamer voor den hoogleeraar en een voor den Amen- nuensis. De 2e Stfd. wordt ingenomen door Laboratoria, 3 frissche kamers met veel licht. De 3e afd. is de kinder kliniek voor niet besmettelijke ziek ten. Men, treft daar aan 3 zaaltjes met onderzoekkamer. In die afdeeling vindt men ook nog een desinfectiever- trekje en een melkkeuken. Als we nu nog zeggen dat onder het dak van het gebouw zich een groote zolder bevindt voor bergruimte geloo ven we het meeste genoemd te hebben D© kleur van het meubilair is zoo veel mogelijk eender gehouden met de kleur van de wanden, zoodat het ge heel een aangename, frissche indruk geeft. De vloeren der kamertjes zijn voor een groot gedeelte van Triolin. D© laboratoria echter hebben houten vloeren. De trappen zijn van natuur- gTaniet. Zoo zouden we door kunnen gaan met het opmerken van bijzonder heden, maar ons dunkt dat onze le zers zich nu wel eenigszins kunnen voorstellen hoe het er van binnen uit ziet. Vanmiddag hebben onder leiding van prof. Gorter en den directeur den heer Maas een aantal genoodigden, on der wie verschillende rijks-, gemeente en onderwijsautoriteiten, de nieuwe kliniek bezichtigd. Vrijdag 4 Maart des namiddags van 2 tot 4 uur zal de kli niek voor het publiek te bezichtigen zijn. PROPAGANDA-FEESTAVOND L. G. V. Ter gelegenheid van haar 10-jarig bestaan hield gisteravond d© Leidsehe Geitenfokvereeniging een propaganda- feestavond in het Nuts gebouw (Steen- schuur). Op d© agenda stond als beginuur 7.30 maar door de groote toeloop van; be langstellenden, liep het al aardig naar half negen toen d© voorzitter, d© heer H. W. van Zijp, de vergadering opende. Hij riep allen een hartelijk welkom toe en gaf daarna eerst het woord aan Dr. M. D. Horst, die een lezing hield over: Het verband tusschen ziekten van mensch en geit. Spr. wees er in zijn lezing op dat tegen het houden van een geit niets in te brengen is, wanneer er maar voor gezorgd wordt, dat de stallingen zindelijk gehouden worden. Wanneer dat niet gebeurt, dan bestaat het groot© gevaar, dat de vlie gen gevaarlijke ziekten overbrengen. Overigens kan een geit net zoo goed ziek worden als een mensch. Toch be staan er nog wel ziekten van de geit, die voor den mensch gevaarlijk kun nen zijn. Ten eerste zijn daar de bac- terieele infectieziekten. Spr. staat bij verschillende van zulke ziekten stil, als daar zijn: de tuberculose, de malta koorts als bacterieele ziekten en als parasitaire ziekten de lintworm, die in de darm van den hond leeft en zich ook ontwikkelt in het vleesch van de geit. Ook noemde spr. nog de para- typhus en enkele huidziekten. Spr. wees er bij dit alles op, dat hier in de omgeving van Leiden verschillende de zer ziekten niet zoo gevreesd behoeven te worden. Echter moet men b.v. voor zichtig zijn met den invoer van geiten uit Frankrijk, omdat daar nogal de malta-koorts heerscht onder de geiten. Verder raadt spr. den geitenhouders aan, vooral er op te letten dat de stallen zindelijk gehouden worden en in geval van vermoeden van ziekte de melk te koken. Spr. besluit met den- wens cb, dat het den leden der ver- eeniging met bun familie en hun gei ten goed moge gaan. Deze lezing, die zeer populair werd voorgedragen, werd met aandacht ge volgd. Toen volgde een stukje muziek, viool en piano door den heer S. Broekhuizen en Mej. T. Senger. Daarna nam de voorzitter weder het woord en huldigde den secretaris. J. N, v. d. Molen, di© al deze 10 jaar de vereeniging als secretaris gediend heeft. Spr. bood den secretaris aan het lidmaatschap van verdienste en een schilderij, voorstellende enkele geitjes. Twee kinderen der leden overhandig den onder heit voordragen van teen versje een bouquet bloemen aan den heer v. d. Molen. Deze dankte voor de bewijzen van waardeering en bood den voorzitter en een der leden elk een taart aan. Daarna gaf de heer Joh. van der Mey de geschiedenis der vereeniging in dichtmaat. Het was een humoristisch stuk werk, dat met een dankbaar ap plaus ontvangen werd. Verder werd de avond gevuld met voordrachten en muziek, en, laten we dat niet vergeten, met de pauze, waar voor enkele attracties bereid waren. We hopen dat veel donateurs en do natrices gewonnen zijn en dat deze avond goed propagandistisch gewerkt heeft. KONINKLIJK BEZOEK. H.M. de Koningin-Moeder en H.K.H. Prinses Juliana hebben hedenmorgen omstreeks half 11 een bezoek gebracht aan het Rijksmuseum van Oudheden alhier ter bezichtiging van de Egypti sche afdeeling. Het gevolg van de Koningin-Moe del- bestond uit: Freule van Itterson, hof dame, en den kamerheer Graaf van Limburg Stirum. De Prinses was ver gezeld van Fr'eule Sloet van Marxveld en de gouvernante, Mej. Oosterlee. Het vorstelijk gezelschap werd rond geleid door den Directeur van het Mu seum, Dr. J. H. Holwerda, en den con servator voor de Egyptische afdeeling Dr. van Wijngaarden. Het bezoek heeft tot even over 12 geduurd, waarna het vorstelijk gezelschap naar Den Haag is teruggekeerd. WETHOUDER A. MULDER. Wij vernemen dat de toestand van den heer A. Mulder, waaromtrent wij gisteren een uitvoerig bericht gaven, iets gunstiger is. Het ondergaan van een operatie, zooals verluidde, achtt d© geneesheer momenteel niet ge- wenscht. Hoewel niet zonder zorg, is de toe stand van den patiënt dus op 't oogen- blik bevredigend. ARCHAEOLOGISCHE LEZING Gisteravond hield in het Rijksmuse um van oudheden te Leiden Dr. J. H. Holwerda, directeur van dit museum, een lezing over „Brittenburg te Kat wijk, Roomburg te Leiderdorp en d© Burcht van Leiden". Spr. begon met er op te wijzen, dat onze kennis van de vroegste Middel eeuwen den laatsten tijd steeds gerin ger geworden is, zulks ten gevolge van het feit, dat de historische kritiek de oorkonden, kronieken en heiligenle vens onbetrouwbaar heeft verklaard. Gewone advertenKSn per regel 2Ï/» oent Ingezonden Mede deelingen, dubbel Uziet Bi} contract, belangrijke redactie. Kleine advertentie* bij vooruitbetaling van ten hoogste 30 woorden, worden dage lijks geplaatst ad 40 cent Binnenland. Koninklijk bezoek aan Leiden. De kinderkliniek van het nieuwe Ac Ziekenhuis te Leiden in gebruik geno men. j Moedig gedrag van militairen bij ge vaar van munitieontploifing te Am sterdam beloond. Buitenland. Bij een tweetal mijnrampen in En geland zijn vermoedelijk 65 mijnwer kers omgekomen. Het Engelsche Kabinet schijnt be sloten te zijn, den vrouwen op 21-jarl- gen leeftijd het kiesrecht te geven. Men vreest te Moskou een breuk met Engeland. De opgravingen daarentegen hebben aan het licht gebracht, dat er meer waarheid in die oude verhalen zit dan men veelal geneigd is aan t© nemen. Zoo verhalen de oude kronieken van een uitzichttoren, door den Romein- schen keizer Caligula of Claudius op gericht tegenover Britannië en des wegen „arx britannica" (Brittenbrug) genoemd. Deze burcht zou in 860, het jaar der overstroomingen en natuurrampen, door d© golven verzwolgen zijn. Andere Romeinsche nederzettingen zouden geweest zijn ter plaatse van den Burcht te Leiden en het klooster Roomburg te Leiderdorp. Bij dit laat ste stond in de 16de eeuw het kasteel Rooclenburg, waar in 1502 enkele over blijfselen uit den Romeinschen tijd ge vonden zijn. In 1520 is voor het eerst in d© litteratuur sprak© van het Brit- tcnburgfu.-«d.ment en sindsdien ko men de daar gevonden Romeinsche overblijfselen voortdurend in d© ge- schiedboeken voor. Voor eenige jaren ontving spi\ een schrijven van zijn collega te Cassel, in wiens depot een schilderij gevon den was waarop de Hollandsche kust voorkwam met eenige Romeinsche dingen .Het bleek spr,, dat het hier een schilderij van Brittenburg, dat uit het kabinet van de Graven van Was senaar met tal van andere zaken naar Cassel is verkocht, betreft. Het is evenwel gebleken, dat de over blijfselen die op den Brittenburg zou den gevonden zijn volgens de voorstel lingen op oude schilderijen en platen niet van een Romeinschen burcht af komstig kunnen zijn. De inscriptie is dezelfde als die welke reeds in 1502 ter plaatse van Roomburg te Leider dorp gevonden zijn, de sculpturen kun nen niet Romeinsch zijn omdat zij in zwarten steen zijn en de verdere over blijfselen bevatten aanwijzingen be treffende de Romeinsche legioenen die omstreeks de 2de eeuw hier te lande gelegerd zijn geweest. Deze zijn klaar blijkelijk afkomstig van een castellum ter plaatse waar thans het Mallegat is; ook spr. heeft darfr dergelijke over blijfselen uit den Romeinschen tijd ge vonden. Ook de fundamenten van den Brit tenburg toonen weinig overeenkomst met de Romeinsche Castella. Wat is de Brittenburg dan wel ge weest? Spr. laat verschillende burch ten met de bijburchten uit den Caro- lingischen tijd zien en het blijkt dat de fundamenten van den Brittenburg daarmee veel overeenkomst vertoo- nen. Het is derhalve zeer waarschijn lijk, dat we hier een castellum van Karei den Groote hebben hetgeen door een geschiedboek wordt bevestigd. Brittenburg is door Karei den Groo te gebouwd aan de oevers van den Rijn ter beveiliging van het land te gen de opvarende Noormannen. Ook ter plaatse van het tegenwoor dige Muiderslot alsmede van het kas teel Roodenburg (Leiderdorp) hebben dergelijke burchten gestaan. D© Leidsehe burcht en ook hierin blijkt het oude kroniekverhaal juist is de opvolger geweest van den Brittenburg. Dit is ook door Spr.'s op gravingen voor enkele jaren daar ge daan bevestigd. Spr. eindigt met het vermoeden uit te spreken, dat de opgravingen nog wel van meer oude verhalen de waar heid zullen aantoonen. BRITTENBURG-TENTOONSTELLING Gisteren is in het Rijksmuseum van Oudheden de tentoonstelling geopend van afbeeldingen van den „Britten burg". Het betreft hier ©en zéér belangrijk© tentoonstelling, gelijk men begrijpen zal uit het verslag der rede, die Prof. Holwerda gisteravond gehouden heeft en waarvan boven het verslag is opge nomen. Wij zien op d©z© tentoonstel-

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1927 | | pagina 1