NIEUWE LEIDSCHE COURANT VAN DONDERDAG 20 JANUARI 1927 TWEEDE BLAD. WAT DE BLADEN ZEGGEN. De Nederlandsche taak in Indië. De Frankfurter Zeitung van 15 dezer bevat een uiteenzetting van een medewerker in Nederland, die na drukkelijk constateert: „Al kunnen niet alle methoden en maatregelen worden goedgekeurd, in het algemeen gesproken dient toch te worden gezegd dat de Nederlandsche kolonisatie-methoden zeker niet slech ter, in vele gevallen zelfs beter zijn dan die van andere mogendheden." Voorts vermelden wij nog een in gezonden stuk in de „Deutsche Alïge- meine Zeitung" van 14 dezer ge schreven door iemand die onze kolo niën uit eigen aanschouwing kent waarin tal van verkeerde meeuing in worden recht gezet. De schrijver begint met uiteen te «etten, dat in de Duitsche, perscom mentaren zelden in het licht is ge steld de groote verdienste van Neder land ten opzichte van zijn reusachtig •koloniaal gebied en de talrijke bevol king daarvan, en acht het een plicht der dankbaarheid om te gewagen van onze „Kulturfordenden Tatigkeit" op koloniaal gebied. Na een voorbeeld te 1)ebben gegeven van Nederland's libe rale opvattingen ten deze verklaart de schrijver dat de onlusten geenszins mogen worden geweten aan ontevre denheid over het Nederlandsche be stuur, doch aan stroomingen welke enkelen- onder de bevolking willen doen ontstaan. Hij onderscheidt drie 'richtingen: een religieuse, welke van Mekka, een nationale, welke van Br.- Indië, en een communistische, welke van Zuid-China uitgaat. En de wereld oorlog was oorzaak, dat de inlandsche bevolking niet geheel onbevangen te genover de verschillende soorten van propaganda bleef; de oorlogs-gevolgen waren ook in Nederlandsch-Indië te diepgaand. Men moet echter toegeven-aldus wordt verder opgemerkt dat de In dische regeering op de bres stond en rustig doch nadrukkelijk den toe stand onder de oogen zag. Ten slotte: de conclusie van den schrijver is treffend! „Met vol ver trouwen" zegt hij „in de wijs heid der verantwoordelijke Nederland sche organen moet men den Wensch koesteren dat verdere rampen van de zen aard de mooie kolonie bespaard zullen blijven en dat Nederland in staat zal zijn om zijn zegenrijken ar beid ten beste voor de inheemsche be volking van Indië ononderbroken voort te zetten". Het stemt verblijdend in een Duitsch blad een dergelijk oordeel te lezen. Keuchenius en de Roomsch- Katholieken. De voorstelling, zoo lezen wij in D e R o 11 e r-d„ bestaat bij onderscheide- nen, dat Keuchenius fel tegen saam werking met de Roomsch-Katholieken gekant was. Waar rs dat hij in zekere zucht tot zelfstandigheid hen herhaaldelijk prik kelde door zijn protestants ch credo met groene scherpte te doen hooren. Zoo toon hij in 1879 uit Indië terug gekeerd al in de eerste woorden, die hij in de Kamer sprak, het pauselijk gezag bestreed. Hoe zeer hij echter ook toen de nau were gemeenschap met de katholiekén voelde blijkt uit de rede, die hij bij het algemeen begrootingsdebat van dat zelfde jaar hield. Op bla. 433 van de 'Handelingen 1879/1880 lezen wij zijn rede van 4 December: „De geachte afgevaardigde uit Sneek heeft opgemerkt, dat ik, bij mijn intrede in deze Kamer, wel verre van de hand toe t$ reiken aan de Roomsch-Katholieken, integendeel een woord heb uitgesproken, dat strekken moest om de kloof te doen kennen, die Protestanten en Katholieken scheidt. Dat woord, door hem bedoeld, trek ik geenszins terug; en nog begrijp ik niet, hoe ierhand, hétzij aan deze, het zij aan gene zijde, zich daarover heeft kunnen ergeren, omdat het niets an ders was, dan het constateeren van een feit. Ik ben overtuigd dat, wanneer van de zijde der Katholieken gezegd ware, dat wij, antirevolutionairen, of Protes tanten een Christus belijden zonder plaatsbekleeding, ik er mij niets over zou vertoornd hebben, omdat het feit zelf niet kan worden tegengesproken. Wat in dit opzicht ook het verschil wezen moge hierin vereenigen zich anti-revolutionairen en katholieken dat zij wenschen vast te houden aan Hem ook als zoodanig door ieder, die zich naar Hem noemt, wenschen ver eerd te zien. Dat stelt een band daar. sterker dan ooit zou kunnen worden aangeknoopt of gesmeed met hen, wier richting er op uit is om de eer van dien Heer en Zaligmaker te vernietigen". Dat klinkt anders dan onze anti papisten geneigd zijn té verhalen. Fijn en waardig. De zachtheid en fijnheid in de par lementaire zeden* schrijft de „Rotterd." ging in menig opzicht te loor. Een verkwikking is het, die in de oude historie-bladen te proeven. De zeventigjarige Elout van Soeter- woude is na het Volkspetitionnement in 1879 weer in de Tweede Kamer ge komen. Hij werd in dit incidentje gewikkeld op 4 December 1879: De voorzitter, de liberale heer Dul- lert, plaatste de opmerking, dat de heer Elout „een zachte berisping tot hem gericht had. omdat hij den heer Moens veroorloofd had In de algemee- ne beschouwingen terug te treden". Daarop igaf Elout dit korte bescheid: „Mijnheer de Voorzitter, Te regt hebt gij mijne berisping zeer zacht genoemd, want ik geloof niet, dat iemand, ook ik zelf niet, die heeft gehoord. Noode zou ik mij dan ook aan een berisping jegens den hoogge- achten Voorzitter schuldig maken". Kan het fijner en waardiger? De berisping zoo zacht, dat niemand, ook ik, ze gehoord heeft zoo werd den president toegevoegd. Tegenwoordig zouden de geachte af gevaardigden het ietwat anders zeg- KERK EN SCHOOL. NED. HERV. KERK. Drietal: Te Soest, A. K. Straatsma te Zandvoort. J. I. v. Sohaiek te Nieuws Pekela en W. A. Zeydner te 's Heereiv berg. Beroepen: Te Hees (2e Pred.-pl.) G. A. Barger, te Aerdenhout. Bed anktVoor Genemuidea, J. E. Klomp te Oldebroek. GEREF. KERKEN T w e etalTe Ede, J. G. Fernhout te Boskoop en K. Winkelman te Maastricht Bedankt: Voor Katwijk, G. Laarman te Klundert. Voor 'sGravenhage (W.\ A. M. Boeijin^a te Sassenheim. GHR. GEREF. KERK. Beroepen: Te Ulrum (als leerend ou derling) L. Floor, te Emmercompascuum Bedankt: Voor Zwjjndrecbt, J. li. Barth te Alphen a. d. Rjjn. Dr. J. G. UBB1NK. Naar de Stand." meldt, heeft Dr. 1. G. Ubbink, predikant bij de Geret. Kerk van Zevenhoven, die in het DtaJ conessenhuis te Leiden is opgenomen. !de mondoperatie nog steeds met on- Hergaan. Tot dusver is nog slechts het voor bereidend werk verricht. H. VEENMAN. Te Wageningen is op bijna 64-jart- gen leeftijd overleden de heer H. Veen man, ouderling-lid van de Algem. Sy- (node der Ned. Herv. Kerk en van het Prov. Kerkbestuur van Gelderland. De heer .Veenman was o.m. uitge ver van het confess, weekblad „De- Geref. Kerk". Dr. N. D. VAN LEEUWEN GESCHORST. De classis Drachten der Geref. Kerken nam de volgende beslissing: De classis Drachten der Geref. Kei ken, kennis genomen hebbende van het heswtKsrsdhrift van Dr. 01. li. van. Leeuwen, dienaar des Woords teH?frki- ma-Opeinde inzake het antwoord van de Gen. Synode op zijn gravamen ad hoe; waaruit blijkt: a. dat Dr. N. D. van Leeuwen van de in het besluit der Generale Synode ark 455 sub c bedoelde uitdrukkingen een nadere verklaring heeft gegeven, waarin althans, de. classis tot de a.s. Generale Synode zal kunnen berusten; b. dat Dr. van Leeuwen niet bereid iwas de ongenoegzaamheid en onhouA baarheid zijner gronden te eritennen en zijn gravamen terug te nemen en de in art. 455 sub a genoemde uitspraak dei Synode in haar geheel te aanvaarden en ten grondslag te leggen, van wat hfl in dezen zal. leeren en ook niet bereid was van zijn afwjjkend gevoelan tot aan do beslissing dér a.s. Gen. Synode in do zen te zwijgen; gehoord ook de verklaringen van Dt van Leeuwen in de classicale vergade ring. dat- hij in beiderlei opzicht nog altijd niet bereid is aan den wensch dei classis te .voldoen; geboord ook het advies der Deputaten Synödi; ovénvegéhde, dat het het recht dei kerken ie om in zaken de leer betreffes de uitspraken te doen en van haar diena ren te vorderen, dat zjj zich aan die uitspraken houden, gelijk door hen ook in het Onderteekeningsformulier van de D. d. W. beloofd is; besluit, zij het ook met diep leedwe zen, Dr. N. D. van Leeuwen, Dienaai Je3 'Woords bij de Geref. kerk te Hark» ma-Opeinde in ziin ambt té schorsen op grónd van afwijking in de leer en on willigheid om zich inzake de leer teov derwerpen aan het oordeel der Gen Synode, wat hij toch met het onderschrij ven van het onderteekeningsformuliei van D. des W. beloofd heeft en deschoi ging uit te spreken voor'den tijd tot aan de gewon? MeiVetgAiering der classis tenzy Dr. van Leeuwen voor dien trjdl aan de classicale vergadering bevrêdi ging -geeft. KERKBOUW TE APPINGEDAM. Te Ap'pingedam had de aanbeste ding plaats vanden. verbouw van de Geref. Kerk en het yergrooten van .de vergaderzaal aldaar, onder archi tectuur van den heer Egb. Reitsma, te Groningen. Het totaal der hoogste inschrijvers bédroeg t 52.110; het totaal der laag ste inschrijvers f 38.253 Er waren op de verschillende wer ken in het geheel 76 inschrijvers. HET EVANGELISATIEWERK. Dé Evangelisatiedag te Almelo zal gehouden worden op 3 Febr. in da (aeref. Kerk. Het doel is, alle kerken uit de clas sis Deventer te doen toetreden tot Hen Ring van Comité's. voor Evan gelisatie. De leiding berust bij 'Ds. E. Prin sen van Enschedé, voorzitter van den Ring. In de middagvergadering hoopt Ds, T. Sap van Grarnerbrug, te spreken over: 1. De noodzakelijkheid oer E- vangehsatie in elke plaats. 2. Bezwaj ren in den arbeid der Evangelisatie en: hóe deze te overwinnen". In de avondvergadering hoopt Dr. C. Bouma, van Zwolle, te spreken over Roeping der Kerk inza'ke Evangeli- satie-arbeid". GIFTEN EN LEGATEN. Door wijlen mevr. de wed. J. Wt, Artler, geb. Boeser, overleden te 's Gravenhage, 17 Juni '1926, is aan de Diaconie der Ned. Herv. Gem. te Noorden f 1000 vermaakt, onder den last om uit de revenuen daarvan hett graf van Hennca. C. P. Boeser en Johannes C. A. Boeser te onderhou den. DE HEER PAPE OVERLEDEN. Op 84-jarigen leeftijd is te Almelo overleden de heer G. Pape, rustendi godsdienstonderwijzer der Ned. Herv. hvangehsatievereen, aldaar. De overledene was Ridder in de Orde van Oranje Nassau. NED. HERV. GEM. TE RIJSSEN. Het „Weekblad voor Ry'ssenvan j.V Zaterdag schrift, dat in de Ned. Herv. Gem. te Rassen de houding v. d. kerkeiy ka autoriteiten tegenover confessione» ie en-andere Predikanten van dien aard is, dat diepe droefheid' ieder weldenkend Christen (móet) vervullen, als hij ziet op de hedendaagsche kerkeljjke tos standen ia onzegemeenteWant het is gebeurd dat in de morgen-sa menkomst der gemeente den Aller hoogste werd gebeden om den nien- soben lust te geven des avonds op te gaan naar de voorhoven des Heeren van de middagsamenkomst werd niet gewaagd, maar toen trad ook een Predikant van een andere richting op. Hy predikte dan voor stoelc enbaa ken, geen ouderling of diaken was aan wezig, slechts enkele tientallen van mensehen,van wie de helft verdween toen een gezangvers werd opgegeven Zondag 9 Januari, toen Ds. Le Roj van Almelo voorging, ging het volgens het blad als een loopenl vuurtje roncr. daar komt een „lichte" dominé uit Alms lo, ga maar weer terug. De ruime kern, die voor een 1500 menschen plaats biedt bevatte slechts 150 menschen; de plaat sen ter rechter- "en linkerzyde van den kansel waren onbezet; slechts twee dia kenen waren aanwezig. Ook D3. Ekering van Amsterdam, die eenige jaren gele den te Rassen optrad, werd verworpen, omdat hy confessioneel is. Wy vragen slechts: Geven die predi kanten dan soms ook steenen vooi brood? GODSDIENSTONDERWIJS IN DE NED. HERV. KERK In zake de examens-Godsdienstonóer- wgzer, verzoeken enkele medelevende leden der Ned. Herv. Kerk te willen pa èlioeeren onderstaand schrijven, gëficht aan de Ciass. Besturen der Ned. Hem. Kerk: Enkele uwer Colleges zullen ook dit jaar waarschy'niyk wederom examinee renvoor de akte van Goiisdienstpndei- wijzer. Te betreuren is het, dat de Synode niet veel eerder het zoo noolige besluit heeft genomen, de eischen voor toela ting te verzwaren. Gevolg toch van het ■examineeren volgens het oude Program is geweest, dat velen (enkele zeer goede uitzonderingen daargelaten) in de Kerk optreden, welke deze bevoegdheid nooit hadden moeten verkrijgen. Gespeend aar elke normale ontwikkeling, niet instaat hun eigen taal zelfs behoorüjk te lezer, schryven of spreken missen ze abso luut de bekwaamheid iets drageiyks te brengen en verliest hun „prediking??" zich in ontelbare herhalingen van sub jectieve meeningen, die vaak kant noch 'wal raken. „.Redenen: waarom ondergeteekenden zich beleefd en dringend tot u wenden met het verzoek, dat, mocht u ooit dit jaar nog aan het oude program geboft den zyn, in elk geval de eischen binnen dit kader zoo streng mogeiyk te stellen* en onvoorwaardeiyk af te wijzen dege nen, wien elke grondslag ontbreekt vooi verdere, Aauwgjzette studie en wier op treden in de Kerk een ramp moet woi den genoemd voor een gezonde, schril iuuriyke prediking". BEZWAARDEN TE ZAANDAM Naar aanleiding van een samenspre king met den kerkeraad van Amsterdam Zuid, hebben de bezwaarde leden van de Gereformeerde Kerk t9 Zaandam beslo ten Zondag a,s„ hun eerste godsdiens» oefening te houden, en wel in het pavil joen van het Volkspark, des morgens 10 'uur, met Ds. Buskes als voorganger. De namiddaegodsdienstoefening zal geleid tworden door Ds. Aalders. Uit het Sociale Leven, DE LOONACT1E IN HET VISSCHE- RIJBEDRIJF TE IJMUIDEN. Vanwege den Centralen bond van transportarbeiders, den Christelijken zeeliedenbond en den Nederlandschen bond van christelijke fabrieks- en transportarbeiders wordt het volgen de gemeld: De IJmuider federatie heeft mede gedeeld, dat een conferentie over de door de reedersvereenigingen gedane voorstellen ten opzichte van het te stichten f6nds voor sociale voorzienin gen heeft plaats gehad op Maandag jl. De besturen van de drie genoemde or ganisaties wijzen erop, dat in dit be richt opnieuw uitdrukkelijk wordt ver meden, in eenig opzicht te spreken over de overige aan de reeders gestel de eischen en over do verlangde ver- hooging der gages. Het verschil tus- schen het federatiebestuur en cje be- FEUILLETON. t-Af' Opoïfering beloond. 4C) XXIV. Sinds twee dagen wachten mevrouw Lenooy met mijnheer De Verbrugge en zijn dochter te Marseille op de aan komst van Walter. Een wachten vol angst en onrust. Men bedriegt het hart eener moeder niet. Walter had in zijn laatste brief slechts in vage termen over zijn ge zondheid gesproken, maar mevrouw Lenooy had zich niet vergist. Zij had tusschen de regels door gelezen en haar fijngevoelende moederliefde be greep h;: gevaar, dat haar kind be dreigde. Angstige zorgen hadden haar nachten slapeloos gemaakt en haar de afschuwelijkste schrikbeelden voor oogen getooverd. Wat Piëta betreft, zij maakte zich niet ongerust. Zij was even vast over tuigd van Walters terugkeer, als zij altijd zeker geweest was van z'n on schuld. Men had veel moeite gehad om haar te bewogen niet met haar vader en mevrouw Lenooy mede te gaan naar de haven. Zij had eindelijk toegegeven, niet o-mdaj, zij hang was voor slecht nieuws, maar uit beleefd heid, omdat zij devreugde van het eerste wederzien van moeder en zoon niet wilde verstoren. Toch had zij geen weerstand kunen bieden aan- het ver langen om zich met een dichte voile te mengen onder de drukke menigte, die zich voortbewoog op de haven kade. Daar een hartelijk handendrukken, een kussen, een blij wederzien, uitroe pen van vreugde, die weer overstemd worden door het geschreeuw van pak jesdragers, het gevloek van matrozen, en de verontwaardigde scheldwoor den van de voorbijgangers, die op zij geduwd worden. Mevrouw Lenooy 9taat geleund op den arm van den "bankier dicht op,de plaats waar de passagiers uit het schip aankomen en met angstigen blik be schouwt zij elk gezicht, dat langs haar heengaat. Zij beeft over al haar lede maten. Waarom komt haar zoon niet? De menigte wordt dunner, gaat lang zamerhand uiteen en haar zoon, Wal ter, is er nog niet De jongen weet niet dat men hem wacht en daar hij met zijn zwakke krachten voor de enorme drukte vreesde, had hij de haastigsten het eerst laten gaan. Eindelijk wordt het rustiger en de officier neemt de gele genheid te baat om eveneens het schip tc- verlaten. „Daar is hij T* Is 't hem wel? Ja! Ofschoon hij haart onkenbaar is zoozeer is hij veranderd het moederhart bedriegt zich niet. Zij laat den arm los, die haar ondersteunt en vliegt den jongenman te gemoet. En terwijl mijnheer De Verbrugge op eenige passen afstands met vreug de, met medelijden, met wroeging het uitgeteerde gelaat van den jongen man beschouwt, 'Iggen dë moeder en de zoon in eikaars armen; „WalterMijn lief kind!Hij alleen hóórt die woorden. De weduwe siddert en clrrigt in bezwijming neer te zinken en de zoon met zijn zwakke krachten moet haar ondersteunen. „U" hier, móéder!- Wat ben ik geluk kig u weer te zien! Waarom heb ik er ook niet aap gedacht, dat u hier zoudt zijn. Ik zou het allereerste ge komen zijn, als ik geweten had, dat u hier wasT" „Ik maakte me ook al bang over je lang uitblijven. Maar nu ben je dan weer terug, mijn jongen, wat kan ik nog verlangen, nu jij. terug bent? Wat bén je veranderd- Je bent veel zieker geweest, dan. je &esc.i-.\.^èn hebt". De officier glimlachte en teeder de hand drukkend, die.-hij nog steeds om vat hield, ging hij voort: „Ik maak het nu uitstekend, lieve ■moeder". Wat bent'u goed! U hebt al leen hierheen willen komen om mij het geluk te bezorgen, dat ik u aan stonds zou kunnen omhelzen". „Ik ben niet alleen gekomen, mijn kind". Een blijde glinstering schoot in do oogen van den jongen man. „Is Dini er ook? vroeg hij haastig. „Neen, zij wilde wel graag. maar haar kleine Benjaminnetje is ernstig ziek. Heb je mijn laatste brief niet ont vangen Walter?" „Ik denk het wel. Wat schreef u daar ook weer in? Help me eens, mijn geheugen is wat verzwakt sind9 die laatste koortsaanvallen". Op zachten toon antwoordde de moe der: „Ongeveer hetzelfde als in de vorige brieven mijn kind.... Ik schreef je alleen dat Keesin Parijs is terugge keerd en dat hij ernstig ziek was". De jonge man beefde, alsof plotse ling een geheime wonde werd openge scheurd. Maar hij vermande zich: „ZooIs Kees thuis. Ik heb dien brief niet ontvangen, moeder, want ik wist niet eens, dat Kees in Fraukrijk teruggekeerd was. Hoe maakt hij het nu?" vroeg hij, zonder lat de toon van zijn stem eenige bitterheid verried. „Het gaat wat heter. Zijn vader is overigens hier, hij stond er op, mij te vergezellen, die zal je beter dan ik kun nen inlichten". Wat! Is mijnheer de Verbrugge hier in Marseille?" vroeg hij met angsti ge stem. De bankier volgde de moeder en den zoon op een kleinen afstand hij hoor de den verwonderden uitroei- van den officier, hij zag zijn verwrongen trek ken en zich niet langer kunnende in houden, versnelde hij zijn passen en sprak hem aan sturen der overige organisaties is, dat de laatsten de keuze van eventueel© aanwending van de verlangde g°.ge- verhooging ten bate van het te stich ten fonds' willen overlaten aan de op varenden. Hét federatiebestuur, het welk de meening der opvarenden niet heeft gevraagd, poogt haar houding te verdoezelen door het voor te stel len, alsof zij in vergadering opdracht heeft gekregen tot het stellen van de eischen, zooals zij tegenover de ree dersvereenigingen heeft ggdaan. Dat nu is volkomen onjuist. Ook Maandag heeft geen vergadering plaats gehad, doch slechts een bespreking met een klein deel der opvarenden van vier schepen, die zijn opgehouden. De an dere schepen zijn naar zee vertrokken. De besturen van den centralen bond en de beide confessioneele organisaties zijn van oordeel, dat over het ant woord der reedersvereeniging ten op zichte van de door de organisaties ge stelde eischen en over het voorstel der reeders wat betreft het fonds met de leden behoorlijk overleg dient te wor den gepleegd, wat door den aard van het bedrijf vanzelf eenige dagen zal vorderen. WERKTIJDREGELING IN DE ZUIVELINDUSTRIE. De directeur-generaal van den ar beid heeft de vertegenwoordigers van alle werkgevers- en werknemers-ver- eenigingen in de zuivelindustrie (zui velfabrieken, condensfabrieken, melk inrichtingen, enz.) uitgenoodigd tot 'n bespreking op 28 Januari over de rege ling van de werktijden in de zuivel industrie voor het jaar 1927—'28. Met toestemming van de werknemersbon den bestaat sedert eenige jaren in de zuivelindustrie de gemiddelde 50-uri- ge werkweek, in plaats van de 48- urige. MACDONALD OVER DEN INDUS- TRIEELEN VREDE. Het is al meer opgemerkt, dat Mac Donald, de politieke leider van de*En- gelsche arbeiderspartij, het standpunt van den klassenstrijd in onzen tijd; ver werpelijk acht. Te Hammersmith behoorende tot Londen heeft Mac Donald Zater dag in een rede gezegd dat de indu strieel e vrede moet gesloten worden wil Engeland zijn plaats in de wereld behouden en de gevolgen van de sta king te boven kunnen komen. Het beste was volgens spr. een niet te groote, maar ook niet te kleine commissie van leiders uit de vakbevve- fing en voormannen uit handel en ïn- ustrie, niet niet weer uiteen zouden mogen gaan, vooroze de oorzaken van de wrijving opgespoord en daarna weggenomen hadden. Dit is mogelijk en moet mogelijk gemaakt worden, maar de regeering! mag dan niet weer roet in het eten gooien, door thans te dreigen met de indiening yan speciale wetsontwerpen op het vakvereenigingswezen, het recht van vergadering, de heffing van con tributie, enz. allemaal dingen, die door den arbeider beschouwd worden als in het algemeen tegen zijn belangen gericht. Toen hem uit de vergadering ver wijten werden gemaakt over de half slachtige houding van de parlemen taire Labourpartii bij de algemeene staking gat M!ac Donald een antwoordl dat neerkomt op het volgende: Den eersten dag van de staking zijn tai va*h mannen bij mij' 'in het Lager huis gekomen om krachtigen steun voor ae staking te eischen, maar bij na zonder uitzondering brachten ze speciale wenschen naar voren om voor cfit ot^dat een uitzondering te maken Bij navraag bleek mij dan, dat die theoretisch zoo felle voorstanders van een algemeene staking liefst een ach terdeurt\e open hielden, waardoor hun eigen bedrijf tegen staking, gevrij waard zou worden. Mijn meening werd toen bevestigd, ,dat een opwekking van onze parle mentaire groep om algemeen te sta ken niet in overeenstemming zou zijn met vele speciale belangen, zooals die door de belanghebbende arbeiders groepen zelf bepleit worden. Tot zoover het betoog en de ver dediging van Mac Donald. Hij gaat! zich blijkbaar al beslister stellen op( het solidariteitsstandpunt inzake de werkgevers en werknemers. „Ja, hier is hij om je vergiffenis te vragen, WalterOm je aan mijn hart te drukken, mijn beste, edele jon gen. Kun je me nog liefhebben? Waar om heb je je aldus opgeofferd?" De jongen onttrok zich aan de om arming van den bankier en richtte op hem zijn van ontroering brandende oogen. „Ik heb slechts mijn plicht gedaan, ik zou een lafaard, een ondankbare vlegel geweest zijn, als ik anders ge handeld had", zeide hij met beslist heid. En met fluisterende stem ging hij voort: „Dank ik het niet aan uw goed heid, dat ik mij nu een eervollen naam heb verworven? In mijn droefenis was het mij een troost de schuld van dank baarheid af te lossen, die mijn valer nog met u te vereffenen had. Eer om eer!"zeide hij met ontroering, den bankier innig de hand drukkend. Piëta had van verre de ontmoeting van haar vader met haar verloofde gadegeslagen. Zij riep een koetsier en liet zich brengen naar 'n naastbijzijn- de kerk van Onze Lieve Vrouw. Zij had zooveel tot de „Troosteres der Be drukten"' gebeden, dat het een eerste behoefte voor haar was, die Goddelij ke Beschermster haar dank tc bren gen. En terwijl de familie Lenooy en haar vader hun intrek namen in het hotel, overschreed het jonge meisje den drempel van het kerkgebouw, om haar hart uit te storten in een vurig g«b©4,

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1927 | | pagina 5