CHRISTELIJK DAGBLAD voor LEIDEN EN OMSTREKEN
Dii nummer bestaat uit TWEE Bladen.
Belangrijkste nieuws in dit Hommer.
7<f* JAARGANG
VRIJDAG 17 DECEMBER 1926
NLTMMÏR 2ÖÜS
ABONNEMENTSPRIJS
In Leiden en buiten Leiden
waar agenten gevestigd zijn
Per kwartaal i 2.50
Per week .......i 0.19
Franco per post per kwartaal t 2.90
BUREAUHooigracht 35
Leiden
TeL 1278, Postgiro 58936
Postbox 20
ADVERTENTIE-PRIJS
Gewone advertentiSn per regel 227» eent
Ingezonden Mede deeling en, dubbel Uriel
Bij contract, belangrijke reductie»
Kleine advert en tiën bij roorultbe taling
▼aa tan hoogste 30 woorden, worden dage
lijks geplaatst ad 40 cent
EERSTE BLAD.
V Een onhoudbaar standpunt.
Als de kok met de keukenmeid kijft,
hoort men waar de boter blijft. Aldus
het oud-Hollandsche spreekwoord,
welks waarheid we ook zien bevestigd
in den vrij heftigen pennestrijd die
tihans in den boezem der Belgische
socialistische partij wordt gevoerd
over de kwestie van al of niet deelne
ming aan de regeering.
Zoo pakt de Antwerpsche „Volksga
zet" het Kamerlid Brunfaut aan, die
van geen deelneming hoegenaanid
hoor^n wil, nu niet. morgen niet,
nooit! Het blad schrijft:
„Begrijpt men het onhoudbare van
die stelling? Zij beteekent toch, dat
wij nog voor lange, lange laren de
macht uitsluitend in handen van de
burgerij moeten l^ten. Zou dat niet
onzinnig zijn?
Klassenstrijd, geen samenwerking,
niet met de vijanden van onze klasse
in de regeering, zegt Brunfaut. Goed!
Maar dan op alle gebied. Dan geen
verzoeningsraden, maar klassenstrijd,
Geen paritaire kommissies, maar klas
senstrijd. Geen kollektieve contracten,
maar klassenstrijd.
En geen samenwerking in de Be
stendige Deputaties, maar klassen
strijd; geen samenwerking in de sche
pencolleges. maar klassenstrijd. Dat
standpunt is onhoudbaar."
Hier worden door het socialistische
blad zeer rake dingen gezegd. Is liet
Marxistische dogma van den klassen
strijd juist, dan volgt daaruit, dat er
van samenwerking in staat en maat
schappij geen sprake kan zijn.
Dan weg met de collectieve con
tracten, die immers bij uitstek het
instituut zijn om den bedrijfsvrede !e
bevorderen. Dan een onverzoenlijk?
strijd gevoerd tegen de bourgeoisie,
een strijd die eindigen moet met den
ondergang dezer klasse.
Dan ook geen zitting nemen in 1e
regeering van stad en land jnet de
vertegenwoordigers der bezitten de
vklasse. Hoe zou een compromis kun
nen gevonden worden tussolicn twee
klassen, wier belangen lijnrecht tegen
over elkaar staan?
Het consequente socialistische stand
punt in dezen is dan ook het stan *-
punt, zooals dat steeds door Mr van
Eek werd ingenomen, die evenwel
vrijwel alleen stond in de S.D.A.P
Zelfs werd voor korten tijd ook door
de Leidsche afdeeling dezer partij be
sloten, in den vervolge Onder zekere
voorwaarden wethouderszetels te aan
vaarden en het schijnt, dat de heer
Van Eek zich aan deze beslissing ge
conformeerd heeft.
Doch daarmede heeft men dan ook
de klassenstrijdtheorie practisch over
boord gegooid en is aldus een der
grondzuilen van het Socialisme geval
len. Dit bewijst de onhoudbaarheid
van het Socialisme: een beginsel dat
men in de practijk niet ten uitvoer
kan brengen, heeft daarmede getoond
met de werkelijkheid in flagranten
strijd en dus onjuist te zijn.
STADSNIEUWS.
NED. CHRISTENVROUWEN BOND.
Voor de afd. Leiden van den Ned.
Christenvrouwen Bond hield gister
avond Mevr. Hakkenberg een lezing
over Selma Lagerlöf.
De presidente Mevr. van Nes opende
de samenkomst met het laten zingen
van Gez. 229:1 en 5, het lezen vaneen
gedeelte van Jesaja 9 en gebed. Ver
volgens gaf zij, na de spreekster met
een ensel woord te hebben ingeleid,
deze het woord.
Mevr. Hakkenberg begon met er op
te wijzen, dat de door haar vereerde
Zweedsche schrijfster in haar werken
niet slechts helden, maar ook eenvou
dige en afgedwaalde menschen met
groote liefde en medelijden teekrnt.
Dat de officieele wetenschap haar ge
nie waardeerde, blijkt wel daaruit.dat
zij door de universiteit te Upsala be
vorderd werd tot doctor honoris causa
in de philosophie. In 1910 verwierf zij
den Nobelprijs, welk geld zij besteedde
om haar ouderlijk huis teruig te koo-
pen en daarin haar moeder weer te
laten wonen. In 1914 werd zij tot lid
der Zweedsche Academie voor weten
schappen benoemd.
Selma Lagerlöf was een predikants
dochter en in de voorrede harer
..Christuslegenden" spreekt zij van de
herinnering aan haar grootmoeder,
die zoo mooi vertellen kon. Een van
haar eerste en mooiste boeken is Gös-
ta Berling, waarin een ongerepte ziel
haar maagdelijke schoonheid ont
plooit. Uitvoerig bespreekt spr. de ka
rakters die ons in dit boek geschetst
worden, in 't bijzonder dat van den
hoofdpersoon Gösta Berling, aan de
teekening waaTvan een historisch per
soon ten grondslag ligt: een predikant
waarvan Selma in haar jeugd, door
haar tante veel had hooren vertellen:
een talentvol man, die veel edele
^ijgenschapren had, maar die dronk
De hoofdgedachte van dit boek zou
den we aldus kunnen weergeven: de
liefde overwint; een Christelijke ge
dachte wordt ons hier in fantastische
vormen naderbij gebracht.
De schrijfster weet zoo goed ons den
kern van het leven voor oogen te voe
ren in haar verschillende hoofdperso
nen. Zij laat ons zien. hoe een der
voornaamste dingen, die God ons lee-
ren wil is dat Hij ons zuivert van on
ze karakterzonden en ons door dezen
donkeren tunnel voert tot het licht.
Zooals de natuur in Scandinavië
grootscber en machtiger is dan bij ons
zoo is het ook met de verhalen en
legenden die Selma Lagerlöf ons in
haar boeken navertelt. Geweldig
bruist daarin het leven en de deugden
en ondeugden nemen groove afmetin
gen aan. doch wie innerliik ondere
sche'dings vermogen bezit, vindt daar
in zijn eigen leven terug. Hij begrijpt
dat het ten slo'te gaat om de liefde.
Christus in Zijn goddelijke liefde
breekt de banden onzer zonden en dan
moeten wij on onze beurt liefhebben.
Meer dan ooit roept thans na den
vreeseMiben oorlog de menschheid om
naastenliefde. Spr. eindigt haar inte
ressante lezing met het hoofdstuk der
liefde (1 Cor. 13).
De presidente dankte de spreekster
voor haar lezing, die juist in dezen
üj-d gehouden wordt, nu we ons voor
bereiden op de viering van het feest
der hoogste orenbaring van Gods lief
de. NaVlat gedongen was Ps. 98:1 en
2, ging Mej. Koekkoek in dankgebed
voor.
OUDERAVOND SCHOOL LUSTHOF
LAAN.
Gisteravond was in de school aan
de Lusthoflaan een ouderavond geor
ganiseerd.
Namens het Bestuur der Gereform.
Sohoolvereeniiging opende de heer T.
S. Goslinga deze vergadering, die bij
zonder druk bezocht was; het ruime
gymnastieklokaal was geheel gevuld.
Nadat gezongen was Ps. 25 vs 6, las
de voorzitter een gedeelte van 1 Sam.
2. Vervolgens sprak hij een woord van
welkom en sprak er zijn vreugde over
uit dat nu weer in zoo grooten getale
de ouders zijn opgekomen om het con
tract met de school te vernieuwen. De
ze avonden zijn een voorrecht en be
wijzen zoo met recht de noodzakelijk
heid van ons Ohristeliik onderwijs.
Nadat een kop koffie was aangebo
den, sprak de heer Bakema, Hoofd der
school, over: Een groot voorrecht.
Spr. wijst er op dat <er een groot
verschil is tusschen de Chr. school
van nu en den tijd toen de aanwezi
gen school gingen voor wat de uiter
lijke omstandigheden betreft. Toen ka
rig, nu keurig, zelfs rijk en weelderig
Maar er is ook een innerlijke kant.
Spr. vreest wel eens dat nu, nu we het
zoo ruim hebben, de liefde zal vermin
deren. Zoodra we de dingen gewoon
gaan vinden, verliezen we den zegen.
De grootste zegen is, dat we liefde
hebben voor ons Christelijk Onderwijs
Gelukkig is er nog een groote scha
re die uit volle overtuiging voor de
school met den bijbel kiest.
Spr. heeft het onderwerp van zijn
spreken ontleend aan het tegeltableau
uit het schoolportaal: Jezus temidden
van de schare en de kinderen zege
nende. Spr. verhaalt in het kort de
geschiedenis waarvan dit tableau
spreekt. Jezus de kinderen zegenende.
Hoe Jezus handelde over echtschei
ding en hoe toen moeders met kinde
ren tot Hem kwamen. De discipelen
de moeders bestraffende en hoe Jezus
de kinderen tot zich roept. Hoe Jezus
deze kinderen als voorbeelden stelt en
hen zegent. Zoo moeten ook de ou
ders doen als de moeders met de kin
deren naar Jezus gaan. De kinderen
naar de Qhr. school zenden. Dat is
niet aanmatigend. De school moet het
huisgezin steunen. Dat is de ernstige
schoolstrijd geweest van onze ouders
en grootouders. Ten stond het in het
toeken van het lijden en strijden van
het bidden en danken.
Te meenen dat, zooals een jaar ge
leden, op een ouderavond hier in Lei
den gezegd is, de openbare school de
eenige ware Chr. school is, berust op
totale onkunde of op misleiding. Spr.
neemt het eerste aan.
Hoe vindt gij den toestand in het
gezin zegt hij, waar de kinderen den
naam van vader niet mogen noemen?
Daar is de toestand gespannen. Zoo
ook de openbare school. Het onderwijs
kan daar goed zijn, daar niet van,
maar de vadernaam mag niet worden
genoemd:
Het getuigt van verregaande onwe
tendheid te meenen dat het bijbelsch
onderwijs onheteekenend zou zijn. Dat
bijbelsch onderwijs moet weerklank
vinden in de huisgezinnen; daar moet
nagevraagd worden hij de kinderen
wat meester op school behandelde.
Wie een groot voorrecht geniet moet
ook dankbaar zijn.
Aanvaarden wij deze zegeningen
soms ook als gewone dingen? Door
gaans gevoelen wij pas het voorrecht
als wij de zegeningen missen. Ja, wij
zouden er ook nu nog voor vechten,
ouden nog weer met de schalen langs
de huizen gaan voor de Uniecollecte.
Maar wij moeten ook nu danken. De
school moet staan in hoofd en hart als
een groot vooorecht.
De Voorzitter dankt den heer Bake
ma voor het principieele woord.
In de pauze wordt gelegenheid ge
geven om de school te bezichtigen en
het werk van de leerlingen te zien.
Na de pauze neemt de heer Goslin-
ga het woord om te spreken over: Een
stukje schoolstrijd in Leiden.
In 1923 deed het feit zich voor dat
er voor 5 kinderen op deze school ab
soluut geen plaats was. Men heeft
toen 5 kinderen verwijderd.
In 1924 meldden zich 12 hoven het
aantal aan. 'Toen is een parallelklasse
gevormd. In 1925 was dit aantal 23.
Toen moest een oplossing gezocht wor
den. net Bestuur heeft toen alles over
wogen en kwam tot de slotsom dat
een nieuwe scnool, meer oostelijk van
ueze, moest gebouwd worden. Tot die
slotsom kwam men door voor elke
leenmg ue woonplaats op een kaart te
meraen. Hieruoor verkreeg men een
overzieni, waarhij bleea, dat de mees
te irinueien uit die buurt, het Kooi-
kwaruer, avvamen.
'Toen is gezoem naar grond en zijn
bouwplannen overwogen.
Spr. wijst op de wet van 1923, de
z.,g.n. slotwet. Deze wet bedoelt niet
in nieuwe woonwijken .e werken. Aan
den Weuli. van Onderwijs is toen ge
vraagd of hij meende dat in deze wijk
belangrijk werd gebouwd, in den zin
der wet. Het antwoord kwam, na 2
maanden, in Jan. 1920 en was beves
tigend. Toen dus mochten ook de ou
ders, die reeds kinderen op schooi had
den meerekenen en rekende ook ban
handteekening mee voor de benoodig-
de 80.
Spr. noemt enkele gemiddelden,
waaruit blijkt, dat het gemiddelde aan
Lal leerlingen van thans is 314>a (wer
kelijk aantal 321) terwijl het aantal
waarvoor de school gebouwd is be
draagt 270. Het leermiddelen lokaal
mag maar voor één jaar als leslokaal
worden gebruikt.
Het gemeentebestuur wilde geen
nieuwe school, maar verbouw van de
ze school. Daarvoor zou noodig zijn de
bouw van een dubbele schooi, een
school voor 500 leerlingen met 15 on
derwijzers. Van deze 15 onderwijzers
worden er maar 11 vergoed. De over-
talhge moet dè gemeente betalen. Dat
gaal echter moeilijk. Voor het Be
stuur was het onmogelijk.
Voor twee scholen in één gebouw,
z< oals de gemeente heeft, gevoelt het
Bestuur heelemaal niet. De verhou
ding op zulke scholen is doorgaans
ongewenscht.
Maar, het Bestuur had een ander
motief. Aan de Driftstraat is een ter
rein voor school gereserveerd. Wan
neer deze vereeniging daar niet bouwt
dan kan er een andere Chr» school ko
men. Daarmede zou de Lusthoflaan-
school niet ontlast kunnen worden.
Dan was de kans voor een nieuwe
Geref. school in dit kwartier zeifis weg.
Een nieuwe school in het Kooikwar-
tier voorloopig klein (met 4 lokalen)
is de uitkomst.
Daarom werd aan de gemeente ge
vraagd om medewerking voor dit plan
Die medewerking is verkregen, maar
is niet van harte gegeven. B. en W.
wilden nog steeds verhouw. Omdat
echter aan de letter van de wet vol
daan werd, was hun advies de mede
werking te verleenen. Dat halfslach
tige standpunt heeft een geweldige te
genactie ontketend, waarvan spr. en
kele voorbeelden aanhaalt.
Maar ook nog na de beslissing van
den Gemeenteraad bleef het vertzet. De
heer Kooistra kwam in beroep b|j
Ged. Staten. Nadat hij aldaar geen
succes had, i9 hij tihans in beroep ge
gaan bij de Kroon. Dat duurt nu nog
weer eenige maanden. Kostbare maan
den voor ons.
Intusschen zijn de bouwplannen in
gediend bij B. en W. Hierover is nog
niets vernomen. Wel wordt uit alles
duidelijk dat op tegenwerking moet
gerekend worden.
Mocht de bouw worden afgewezen,
dan moet bij den Minister in beroep
gegaan worden, die binnen 2 maanden
beslist.
Bouw aanstaand voorjaar zal dus
wel niet gaan. Er zal naar een hulp
middel moeten gezocht worden. Spr.
verzekert: er zullen geen kinderen af
gewezen worden.
Het stemt verheugend, dat in dit
kwartier zooveel ouders Geref. onder
wijs willen. Spr. hoopt dat die liefde
nimmer zal verflauwen. Ook straks
niet als de tweede school er is.
De beslissing van nieuwbouw is,
naar spr. meent de beste belissing.
Voorts heeft de Vereen, nog meer
schoolplannen. Aan den Haagweg, in
het Morschkwartier en aan de Oegst-
geesterzijde, overal is nog plaats.
Bouw van scholen i9 noodig ^als een
dam tegen, den stroom van socialisme
en communisme en andere ongeloofs-
uitingen. Laar ieder onzer daaaran
meewerken. Geen moeilijkheden bij de
bevolking straks van de nieuwe school
en steeds sympathie voor het onder
wijs toonen, bovenal het onderwijs
steeds in het gebed gedenken.
Namens de aanwezigen brengt daar
na de Voorzitter dank aan hoofd en
verder personeel voor de toewijding
bij het onderwijs en bidt hun verder
des Heer en zegen toe.
Verwelkomd worden nog de dames
Veenendaal en Schreuder, vdie nu
voor het eerst in deze oudervergade
ring aanwezig zijn.
Na het zingen van Ps. 72 vs. 11 gaat
de heer Bakema voor in dankgebed,
waarmede deze bijzonder geslaagde
ouderavond wordt besloten.
AFSCHEID JHR. DE GIJSELAAR.
In de vergadering van den gemeen
teraad a,s. Maandag, zal Jbr. de Gij-
selaar afscheid nemen als burgemees
ter.
Waarschijnlijk den 3östen Dec. te
3 uur in den Foyer der Stadsgehoor
zaal, zal de heer De Gijselaar door 'n
commissie uit de burgerij wrorden ge
huldigd, waarbij hem als aandenken
een huldeblijk zal worden aangebo
den.
PROMOTIE.
Onze stadgenoot, de heer K. J.
Boei j inga, Controleur in Ned.-Indië
(met verlof), promoveerde hedenmid
dag aan de Universiteit alhier,tot doc
tor in de rechtgeleerdheid, na verde
diging van een proefschrift, getiteld:
„Arbeidswetgeving in Ned.-Indië" en
een veertiental stellingen.
Onder deze stellingen troffen we o.
a. de volgende aan:
„Het steeds verleenen van gratie
door een Gouverneur-Generaal van
opgelegde doodstraffen, is een staats
rechtelijk onrecht.
„De theorie, om het Volkenrecht te
doen rusten op de practijk der Staten,
is een principieele fout.
„In den Boerenoorlog had Engeland
geen recht zich de rechten van een
oorlogvoerenden Staat aan te mati
gen".
WELDADIGHEIDSZEGELS.
Om meer bekendheid te geven aan
en propaganda te maken voor den ver
koop der weldadigheidszegels, is in 't
postkantoor alhier op initiatief van
den voogdijraad, die te Leiden den
verkoop regelt, een kiosk geplaatst,
waarin dames dagelijks van 's mor
gens 10 tot 's middags 5 uur welda
digheidszegels zullen verkoopen.
De kiosk ziet er aardig uit en trekt
met haar kerstversiering van sneeuw
en hulst terstond de aandacht der be
zoekers van het postkantoor.
Bovendien zijn opschriften aange
bracht, die met sierlijke letters het
woord weldadigheidszegels vermelden
De verkoop duurt tot 1 Jan. a.s.,
maar de zegels blijven ook na dien
datum geldig.
Het is nu de tweede helft der maand
December, een tijd, waarin veel post
zegels gekocht wordeii; we hopen, dat
men door het koopen van weldadig-
heidszegels ook zal medewerken tot
de bereiking van het schoone doel,
dat met den verkoop dezer zegels be
oogd wordt.
R. K. KIESVEREENIGING
Woensdagavond hield de R. K. kies
vereeniging alhier een vergadering in
het gebouw van den N. R. K. Volks
bond, onder voorzitterschap van den
heer Th. Wilmer.
Aan de orde was o.in. de candidaat
stelling voor de verkiezing van leden
voor de Prov. Staten.
De Voorzitter deelde mede, dat het
bestuur de vergadering adviseerde,
te candideeren de heeren Balvers, af
tredend, en Mr. Bolsius, voorz. der
Leidsche kiesvereeniging. Het bestuur
had hierbij de bedoeling den heer Bal
vers aan te bevelen voor no 1 en den
heer Bolsius voor No. 2. Nu er een va
cature is in de Prov. Staten, ontstaan
door het bedanken van een der candi-
daten uit den Kieskring Leiden, den
heer v. d. Meer, mag, aldus meende
het bestuur, de stad Leiden wel aan
spraak maken op het bezetten van
dezen zetel. Opdat deze wensch van
Binnenland.
Mr. Dresselhuys is overleden.
Buitenland
De val van het kabinet-Mar* schijnt
aanstaande.
Pilsoedski licht In den Poolschen
Landdag de Oorlogsbegrooting toe.
Een opstand In Znld-Portngal?
Motta ls tot bondspresident van
Zwitserland gekozen.
Leiden duidelijk ook naar buiten blij-
ke, heeft het bestuur gemeend, niet
meer dan twee candidaten te moeten
stellen. Een andere reeds in eenige ge
meenten gestelde candidaat uit Lei
den, aldus spr. heeft zich terugge
trokken.
Bij de stemming (er waren 40 le
den aanwezig) bleken de heeren Bol
sius en Balvers het vereischte 1/3 te
behalen, niet de heer De Ruyter, de
door Noordwijk gestelde candidaat.
De voorzitter deed voorts nog mode-
el eeling van door het bestuur getrof
fen voorbereidende maatregelen om te
komen tot oprichting van een R.K. Be
volkingsbureau; spoedig kan er een
voorstel in deze worden verwacht.
BEGRAFENIS PROF. M. JOSSON.
Onder zeer groote belangstelling
heeft vanmiddag op de begraafplaats
Rhijnhof te Oegstgeest de teraardebe
stelling plaats gehad van het stoffelijk
overschot van prof. Maurits Josson,
tijdens de Duitsche bezetting hoog
leeraar in het burgerlijk recht aan de
universiteit te Gent, lid van den Raad v
van Vlaandereh en directeur van het
Vlaamsche ministerie voor Schoone
Kunsten. Voordat het stoffelijk over
schot naar de begraafplaats werd over
gebracht, verzamelden volgens het
VTaamsch gebruik een groot aantal
vrienden'zich in het sterfhuis om ee
nige woorden van troost tot de wedu
we en de kinderen te spreken.
Op de begraafplaats waren o.m.
aanwezig prof. Speleers uit Eindhoven
tijdens de Duitsche bezetting in Vlaan
deren rector van de Gentsche Hooge-
school, die met den heer R. Anger-
mille uit Rotterdam tevens de veree
niging „Het Vlaamsche Heil" vertegen
woordigde; verder Prof. Mr. C. M. A.
R. van Roy uit Leiden namens de
Vlaamsche vereeniging „Houw en
Trouw" talrijke Vlamingen, vertegen
woordigers van het Alg. Ned. Verbond
en van het Dietsch Studenteniverbond
enz. De kist was bedekt met deVlaam
sche vlag: geel met een zwarten leeuw
Aan de groeve sprak allereerst prof.
Mr. van Roy, Harde Slagen, aldus spr.
hebben reeds de in het gastvrije Hol
land uitgeweken Vlamingen getroffen.
Eerst ontviel ons de stoere Vlaamsche
werker pref. Schönfeld, daarna de grij
ze en wijze nestor der Vlaamsche ge
dachte Dr. Dopla en kort daarop de
stoere Hippoliet Meert, de stichter van
het Alg. Ned. Verbond. Bij het graf
van onzen vriend Josson wil ik. aldus
spr. de gevoelens verdringen, die mij
bestormen, wanneer ik denk aan het
smadelijk en onwaardig optreden van
de Belgische overheid bij de srroot-
sohe begrafenis, die de Gentsche be
volking haren grooten medeburger
had voorbereid.
Uw trouw© hart, Josson, dat is het
wat uw Vlaamsche en Hollandsche
vrienden in de eerste plaats door uw
afscheiden zullen moeten missen. Spr.
schetste verder de groote bezieling,
welke van Josson voor de Vlaamscho
zaak uitging, in woorden en daden,
ten dienste van recht en vrijheid. Ook
als geleerde diende hij de Vlaamsche
zaak, wat uit verschillende door hem
geschreven werken blijkt. Maai* boven
zijn geleerdheid uit straalde steeds
als een licht, dat al zijn doen en laten
bestraalde, zijn Vlaamsche hart, dat
de vernedering van het Vlaamsche
volk had gevoeld en ruim genoeg was
om niet alleen het Vlaamsche volk,
doch de geheele Dietsche stam in zijn
liefde te omvatten. In Vlaanderen
hebt gij voor Vlaanderen geleden en
gestreden. Ale soldaat hebt gij mee
gestreden met onze Transvaalsche
stambroeders tegen de Engelschen. In
den strijd voor de zelfstandigheid van
Vlaanderen hebt gij Nederland nooit
van Vlaanderen gescheiden en gij zijt
een van degenen geweest, die openlijk
heeft durven zeggen, dat 1830 'n ramp
voor Vlaanderen is geweest. Als grijs
aard hebt gij de beklemming gekend
van de Belgische gevanseniscel; een
verdrukkende Staat heeft u uw ver
mogen en gezondheid ontnomen. In
Nederland, dat kendet en liefhad t,
hebt gij een toevlucht gevonden, en
al waart gij arm gew orden en ziek.