m
NIEUWE LEIDSCHE
COURANT VAN MAANDAG 22 NOVEMBER 1926
TWEEDE BLAD.
WAT DE BLADEN ZEGGEN.
Motiespel.
In de Tweede Kamer, schrijft De
Stand, is men weer met het onvrucht
baar motiespel begonnen. Een drietal
moties werd, voorgesteld, waaromtrent
de Regeering verklaarde, óf dat zij
overbodig waren, óf dat zij ze eenvou
dig naast zich neer zou leggen. Uit
drukkelijk werd dit gezegd van de mo
tie, waarin den ambtenaren een uit-
keering ineens werd toegezegd.
In weerwil van dit alles nam de
Kamer deze moties ^an. Zij kon we
ten daarmee iets te doen. wat geener
lei gevolg kan hebben. Het werd, liet
woord is genoemd, niet dan politieke
reclame.
Men k'dn weten, dat de Antirevolu
tionaire partij aan zulk motiespel
nooit meedoet. Haar stem wordt daar
bij niet geleid door den inhoud der
moties, maar door de overweging, dat
zij deze wijze van doen niet wil, wijl
deze glad verkeerd 19.
De aanvaarding der moties betee-
kent niets. Hier geldt: driemaal nul is
iful. Bij het algemeen debat is de op
merking gemaakt, dat de Kamer zwak
Bt&at tegenover een extra-parlemen
tair Kabinet.
Het trekt zich van zulke moties
niets aan.
Maar als de Kamer meent haar ver
zwakte postie te kunnen sterken door
allerlei moties te aanvaarden waarvan
zij te voren weten kon, dat zij niets
beteekenen, dan versterkt zij den in
druk van haar verzwakte positie door
het maken vnn machtelooze gebaren.
.De eenige reden voor zulke gebaren
zou hierin kunnen liggen,, dat men
meende daarmede indruk' te kunnen
maken op de' kiezers. Maar dan zou
dit motiespel nog te meer afkeurings-
jwaartfig zijn.
Wij meen en daarom, dat de Kamer
'door er in meerderheid ditmaal aan
Jne^ te doen, -zichze-lve waarlijk geen
dienst beweeei. En ons volk allerminst.
E en legende in opkomst.
Door een artikeltje in de „Voor
waarts" is de indruk gewekt, zoo zegt
het Handelsblad, dat een spoorweg
ambtenaar dupe gaat worden van de
verklaring, -door hem afgelegd hij het
openbare onderzoek naar het spoor
wegongeluk bij „De Vink." De heer
Leith, hoofi'[bouwkundige bij de spoor
wegen, zou wegens zijn mededeelingen
te Leiden op wachtgeld worden ge
steld. Wijl een dergelijke behandeling
van een g/*tuige in het openbaar, dat
in het belang van het publiek bij vei
lig spoorwegverkeer werd ingesteld,
een allerbedenkelijkst geval zou zijn,
hebben w'jj de directie van de spoor-
[tvegen gevraagd, of in de bewering
van ..De Voorwaarts" een schijn van
waarheid was.
De directie heeft bezwaar, om vóór
het rapport der commissie-Kraus ver
schijnt, zich over de oorzaken van het
ongeluk bij „De Vink" uit te laten.
Maar /zij gaf zeer duidelijk te "ver
staan; dat aan niemand eenig nadeel
zal won Jen toegevoegd wegens eenige
verklari ng door hem voor een der of
ficieel© commissies^ van onderzoek af
gelegd i of althans af te leggen.
De b eer Leith, door het ..Voor
waarts' '-bericht over' de tong gebracht
heeft - - thans op verzoek verlof, in
verban d met het feit, dat de gebeur-
tehisse n van den laats ten tijd meer
van zi'jn zenuwen hebben gevergd dan
WenscThelijk was.
Wij vroegen nog, in hoever er aan-
leidin g was voor de bewering, dat de
'heer Leith over de wijze, waarop lijn
chef bet werk aan de haan in de sec
tie R otterdam liet uitvoeren, ontevre
den i vas. Ook daarop ging de directie,
onde; r de gegeven omstandigheden,
•niet nader in. al vestigde zij onzeaan-
dacï\t op het feit. dat de heer Leith,
toen hij zijn chef verving gedurende
diects vacantiemaand, precies dezelfde
met hoden heeft gevolgd en bovendien',
als hij klachten had over zijn directen
cfhe f. natuurlijk het recht liad en,
als hij de veiligheid van 't verkeer in
•gel aar achtte, den plicht diens chef
FEUILLETON.
j
Het karakter van Judas
Iskarioth.
Een heeft hem verraden1, niet een
/«'chijnvriend, niet een huichelaar, niet
een die 't om de goederen van den
.vriend te doen was, maar een discipel
van groote gave, en die meende en be
doelde den Heer zelf lief te hebben,
die uiterlijk zoo weinig op een verra
tier leed; dat aan bet avondmaal allen
zeiden: ben. ik bet Heere? dat ieder
Nieuwsgierig was, maar niemand een
bepaalde, ook Judas niet, durfde aan
wijzen. 7.1e, dat Hij, de Zone Gods,
!door een vriend, al was het dan geen
volkomen bekeerde en o verge gev ene,
anaar dan toch door een vriend, die
allen een vriend van Hem toescheen,
en die ook een vriend van hem bedoel
de te zijn, dat Hij daardoor verraden
wordt, dat moet den Middelaar aan
het kruis, die toch ook alle mensche-
lijke aandoeningen kent, de smart ver
groot en.
•Hij '.wist dat het eenmaai gebeuren
moest; maar toch, stel dat wij zelf
wisten dat wij den een of anderen
dag verraad te duchten hadden van
een vriend, bij het feit zelf zouden we
niet minder bedroefd er om zijn. Juist
dat Judas niet een gemeene buAohe-
den heer Maas Geesteranus, chef van
den dienst van weg en werken, te
waarschuwen.
Het Ned.-Belgisch verdrag.
De Haagche Post, eerst de aanne
ming van het Ned. Belgisch verdrag
in de Tweede Kamer besprekend geeft
daarna zijn meening, hoe het in de
Eerste Kamer zal moeten gaan. Het
blad schijft o.m.:
„Waar het echter bovenal op aan
komt. is getóruik te maken van de ge
legenheid ozne verhouding tot België,
los van elke ons tot dusverre opge
legde inmenging der Mogendheden,
zooveel mogelijk los van elk uit de
historie voortgesproten beletsel, naar
nieuwe banen te leiden; om de twee
landen niet langer tegenover elkaar
geplaatst te zien, maar naast elkan
der; om het, na eeuwen van open en
verholen vijanlschap, eens te probee-
ren met goeden wil en samenwerking.
Niet uit gemoedsoverwegingen, maar
uit verstandsoverwegirigen; met het
practisch oogmerk de twee tegenwoor
dige door Fransch-Duitsche toenade
ring tot enclave wordende Noord-west
Europeesche Deltalanden-te maken tot
één sterk, bij elkaar kracht zoekend
en vindend complex, in plaats van hen
door naijver en verdeeldheid geschei
den en van elkaar vervreemd te la
ten."
Wij hopen aldus het blad, dat de
Eerste Kamer na een votum van 50 te
gen 47 een spoorslag zal zien, niet tot
aarzeling, maar tot recht zetten. Laat
ons, voor het eei*9t. België eens tege
moet treden met goeden wil en ver
trouwen. Als in het particuliere leven
zal men ondervinden dat confiance
Oblige, terwijl niets zoozeer slechte be
jegening uitlokt als wantrouwen.
In Jhr. van Karneheek heeft Neder
land eindelijk weer eens een bewinds
man de grande marque. En nu moge
men al zeggen: measures not men!.,
maar, sapristi, wat moeten wij dan
volgen? Vooroordeel, kringbeJangen,
anonieme advertenties, de stem van
den haatof het inzicht van een
staatsman wiens capaciteiten, probi-
teit en doorzicht wij allen erkennen,
zoo eindigt de „H. P."
KERK EN SCHOOL.
GEREF. KERKEN.
Aangenomen: Naar. Woerden, C.
van Reenen, te Bigelow (N. A.) thans
met verlof nier te lande.
CHR. GLilEF. KERK.
Tweetal: Te Amsterdam-Oost, K.
G. van Smeden, te Kampen, en J. L.
de Vries te Rjjnsburg.
Beroepen: Te Barendrecht, J. Ree
sink te Aalten.
GEREF. GEMEENTEN.
Tweetal: Te Leiden, M. Hofman te
Krabbendijke en H. Kievit te Veenen
daal.
BEVESTIGING. INTREDE EN
AFSCHEID.
Ds. J. A. Visscher hoopt 19
Dec. 1926 intrede te doen in de Ned.
Herv. Kerk te Groesbeek.
Bevestiger is Dr. 0. Norel te Leeuwar
den, oud-directeur en adviseur van het
Centraal Bureau van Inwendige Zending
te Amsterdam.
Van bovengenoemden datum af wordt
nok het bureau der Vereen. Néderland-
sche Landkol. en Inw. Zending (heide
en reclasseering) verplaatst naar Groes
beek.
Bs. A. MULDER.
Gisteren herdacht Ds. A. Mulder, em.
predikant van de Gerpf. kerk te Ab
coude ziin 40-jarige ambtsbediening.
De jubilaris werd 3 April i860 ge
boren, studeerde aan de Theol. school
te Kampen, en aanvaardde het predik
ambt te Bolnes, vanwaar hij in 1892
naar Schoonrevoerd vertrok.
Na ook nog de Kerk van Strrjen te
hebben gediend, vertrok Ds. Mulder in
1914 naar Abcoude, waar hij in 1925
eervol emeritaat ontving, om zich met
terwoon te Zeist te vestigen.
DS. W. R. KALSHOVEN.
Te Arnhem is in het ziekenhuis over
leden Ds. W. R. Kalshoven, emeritus
predikant der Ned. Herv. Kerk van Els-
peet.
laar was, maai* hoog er staande, een
vrienid die 't wel wilde maar niet
worden kon, juist dat moet de smart
en het zielelijden aan het kruis ver
zwaard hebben. .En zal Jezus geen
smart gewoeld hebben ook over Ju
das? Zal Zijn mededoogen niet hebben
geweend over den apostel, die een
handlanger van Satan werd? Zal zijn
zelfmoord Hem niet pijn gedaan heb
ben?
Het lijden van den Heiland is bijna
volbracht.
Waar zijn Zijn jongeren?
Judas is heen, en Petrus, de Petra,
op welke Hij zijn gemeente wil bou
wen, is heen, ai keert hij langzaam
terug, vol schaamte en rouw.
'Waar zijn Zijne jongeren?
Alleen aan den voet van. het kruis,
zit, zijn Meester niet verlatend, Johan
nes, de stille kracht.
De stille kracht van Johannes, aan
den voet wan het kruis, zijn. Meester
niet verlatend, is tevens het symbool
van de Christengemeente der eerste
eeuwen. „Door de staatkundige ge
schiedenis van het jonge Christendom
vanaf zijn eerste verschijnen tot aan
het edikt van Milaan, vloeit een bree-
de stroom" van bloed. Maar noch da
wqeste hartstocht van Nero eh Domi-
tiailhs, noch de principiële vervolginv
van Trajanus, ncch liet stelselmatig
c-ptreden van Maxi minus, den Ihra-
ciër, noe-ii de georganiseerde bloedba
den van fLocius en Valerianu-3. noch
KERKBOUW.
De Kerkeraad der Gereformeerde
Kerk van Groningen meent, dat alleen
dan tot nadere uitwerking van de plan
nen tot stichting yan een 5de kerkge
bouw (Nieuwe Oosterkerk) kan worden
overgegaan, w.anneer er een fonds .van
minstens f 50.000 is.
WAARSCHUWING.
Men schrjjft aan de Stand.:
Diaconieën der Geref. Kerken wor
den gewaarschuwd tegen iemand, die
zich van onderscheidene namen bedient
en die zegt afkomstig te zijn wan Ber-
likum (Fr.), doch daar niet bekend is.
Deze persoon maakt er zijn werk van
diaconieën op te lichten, vragende geld
voor de reis naar Friesland.
JUBILEA.
Vandaag herdenken Ds. J. Gommer,
Geref. predikant te Aalten en Ds. G.
J. v. d. Végt, em. pred. te Haren (Gr.)
den dag, waarop zrj Voor 35 jaar het
predikambt aanvaarden, resp. bij de
Geref. Kerk van Grijpskerke en Mairum
BEZWAARDEN TE UTRECHT.
In de groote zaal van het gebouw
voor K. en W. werd Vrijdagavond ©en
vergadering gehouden door ae bezwaar
den te Utrecht belegd.
De vergadering stond onder presidium
van den heer K. Mobach en werd ge
opend met de voorlezing van een ge
deelte van Matth. 7, waarna de voor
zitter voorging in gebed en een kort
openingswoord sprak.
Ds. H. C. v. a. Brink van Zandvoort
sprak over: Mijn schorsing en afzet
ting".
Na de rede van D3. v. d. Brink werd
een enkele vraag .gesteld.
BEZWAARDEN TE 'S-GRAVENHAGE
Blijkens officieel© mededeeling van
den Kerkeraad der Geref. Kerk van
's Gravenhage-West, hebben de heeren
H. JKoning en F. Parmentier, resp.
voorzitter en lid van „Woord en Gee3t"
zich aan de gemeenschap dier Kerk ont
trokken.
BETHSA1DA.
Woensdagavond 17 Nov. zijn Ds. en
Mevr. Heida, uitgezonden door de be
kende vereeniging „Bethsaida" te Diep
pe aangekomen.
Dit is de tweede maal, dat dit werk
ten bate der Ned. Visscherjj wordt ge
daan.
Slaagde het ten vorigen jare bijzonder
ook nu bestaat er inzicht, dat vele
schepen te Dieppe zullen binnenkomen
omdat de visscherij weer meer in het
ruime gedeelte van het Kanaal valt.
TER HERINNERING AAN
PROF. WOLTJER.
Een commissie, waarin zitting heb
ben de hoogleeraren Aalders, Goslpi-
gen, Grosheide; de heeren H. Colijn,
H. W. van Marie, Dr. Joh. C. Breen en
vele anderen, heeft zich gevormd om
een blijvend aandenken aan prof. J.
Woltjer te stichten. In een circulaire
lezen wij o.a.:
„Woltjer's arbeid strekt zich verder
uit dan bet onderwijs aan de Vrije
Universiteit. Zien wij voor een oogen-
blik af van hetgeen hij op staatkundig
gebied voor ons volk heeft gedaan.
"Wij mogen niet nalaten te wijzen op
zijn talrijke bemoeiingen met het
Christelijk Onderwijs, zoo Lager als
Middelbaar, het onderwijs ,dat de lief
de van znij hart had niet alleen, maar
waarvoor hij met de groote gaven, die
God hem had geschonken, zoo veel
heeft gedaan.
„Toen Woltjer van ons ging, hebben
velen getreurd. Doch wat onmiddel
lijk na zijn sterven had moeten gebeu
ren, bleef door allerlei omstandighe
den achtebwege. En nog steeds ont
breekt onder ons een blijvend aanden
ken aan hetgeen Woltjer is geweest.
Zelfs ontbreekt zijn geschilderd por
tret in de Senaatszaal van de Vrije
Universiteit".
De Commissie stelt zich voor in de
eerste plaats te trachten een geschil
derd portret van Woltjer aan te bie
den aan de Vrije Universiteit, daarna
om eenige van zijn meest belangrijke
geschriften, waarnaar nog steeds
vraag is ,doch die moeilijk of niet
meer te krijgen zijn, te doen herdruk
ken. Voorts kan worden overwogen
de mogelijkheid van het uitgeven van
een deel zijner beroemde dictaten.
Bijdragen worden ingewacht bij mr.
G. H. A. Grosheide, Singel 303, Am
sterdam.
BINNENLAND.
WIJZIGING VISSCHERIJWET.
Blijkens het Voorloopig Verslag tot
nadere wijziging der Visscherijwet
werd de indiening ervan, vooral voor
zooveel het de bedoeling heeft mede
te werken aan de verbetering van den
vischstand, algemeen toegejuicht. De
beroepsvisschers worden niet genoeg
beschermd tegen de gelegenheidsvis-
schers, wier optreden een van de voor
naamste oorzaken vormt van de be
derving van den vischstand in ons
land.
Sommige leden merkten op, dat ver
hooging van den prijs der vischacten
alleen dan zal baten, als die zoo boog
gesteld wordt, dat de acte niet bereik
baar is voor de groote massa,
leden echter van oordeel, dat aan de
Met de Staatscommissie waren vele
hengelliefhebberij zoo min mogelijk
bezwaren in den weg gelegd moeten
worden.
Verscheidene leden hadden bezwaar
tegen de instelling van den raad voor
de vischerij en wenschten in elk voor
komend geval overleg met de organi
saties.
OUD-MINISTER DE VISSER.
Men meldt uit Den Haag:
Dr. J. Th. de Visser zal op 9 Febr.
e.k. den 70-jarigen leeftijd bereiken.
Een comité van huldiging heeft zich
reeds gevormd uit vrienden en vereer
ders van Dr. De Visser, die op velerlei
terrein in zijn welbesteed leven werk
zaam was.
Dit Comité wordt gesteund door ve
len, die hun instemming met het doel
hebben betuigd.
Voorzitter van bet comité is J. ter
Haar Jr., wethouder van Amsterdam;
secretaris H. J. de Groot, Groot Her-
toginnelaan 134, 's-Gravenhage; pen
ningmeester mr. S. J. Hogerzeil, Stad
houderslaan 21. Den Haag.
SAMENVOEGING DEPARTEMENTEN
OORLOG EN MARINE.
In de Memorie van Antwoord aan
de Tweede Kamer over hoofdstuk VI
der Staatsbegrooting 1927 (Marine)
herbaalt de minister met nadruk dat
met de voorbereiding van de reorga
nisatie van het Marinebeheer noch
formeel noch feitelijk wordt vooruit-
geloopen op de beslissing in zake de
beide onderwerpen: samenvoeging
der departementen en splitsing der
marine
Het ligt in het voornemen der re-
geering een meuw wetsontwerp sa
men te stéllen in verband met de voor
genomen samenvoeging der beide mi
litaire departementen. Het aanhan
gige wetsontwerp zal t. z. t. worden in
getrokken, zooals ook reeds bij de ove
rige begrooting is medegedeeld.
MR. A. ZIMMERMAN.
Mr. A. Zimmerman is Zaterdag met
de Harvvichboot te Hoek van Holland
aangekomen. Hij had te Liverpool de
„Lochgoil" verlaten. Slechts kort heeft
de heer Zimmerman, die weer geheel
hersteld is van zijn ziekte, in de Maas
stad vertoefd. Hij is n.l. verder doorge
reisd naar Arnhem, waar hij zijn in
trek neemt in hotel „De Zon".
ONREGELMATIGHEDEN BIJ DE
HOLL. HANDELSBANK TE
HAARLEM.
Geijk reeds in het kort gemeld, is
in arrest gesteld de heer J. Schreu-
ders, directeur van de Hollandsche
Handelsbank te Haarlem.
Deze bank beeft de zaken voortge
zet, die vroeger gedreven werden door
het bijkantoor van Labouchère Oyens
en Co's Bank. Zooals vroeger reeds is
medegedeeld, werd aan de Holland
sche Handelsbank surséance van be
taling vereend. Eenige weken geleden
heeft de Haarlemsche rechtbank deze
surséance voor een half jaar verlengd
Bekend is ook, dat een aanklacht,
ingediend door mr. Van Dam te Haar
lem, namens een crediteur, tegen de
directie der Bank, ter zake van ver
duistering van effecten, weer is inge
trokken.
Intusschen schijnen naar verno
men wordt verschillende andere
crediteuren klachten bij de justitie te
hebben ingectiend wegens vermeende
onregelmatigheden, waardoor bena
deeling van groote bedragen men
spreekt van tonnen gouds - moet heb
ben plaats gehad
Naar aanleiding van die klachten ie
door rijksaccountants een nauwgezet
onderzoek ingesteld naar de boekhou
ding van de bank. Gedurende eenige
maanden hebben rijksaccountants
zich met het boekenonderzoek bezig
gehouden. Enkele dagen geleden heb
ben zij aan de Haarlemsche Justitie
hun bevindingen gerapporteerd
Het schijnt, dat de Justitie naar aan
leiding van die rapporten er toe is
overgegaan om Vrijdag den heer J.
Schreuders naar het Huis van Bewa
ring te doen overbrengen.
HARDERWIJK CONTRA DEN STAAT
Donderdag had te 's-Gravenhage de
zitting plaats van de arbitrage-com
missie voor bet geschil tusschen de
gemeente Harderwijk (ei9cheresse) en
den Staat der Nederlanden.
De gemeente eischt schadeloosstel
ling voor de groote offers, door haar
voor aankoop en inrichting der ter
reinen Kranenburg gebracht in ver
band met de vestiging van kazerne-
mentsgebouwen. Nu de bouw niet
beeft plaats gehad, zou de Staat aan
de hoofdvoorwaarde van de overeen
komst van 31 Dec. 1915 niet hebben
voldaan en zich derhalve aan wan-
praestatie hebben schuldig gemaakt.
De zitting werd gepresideerd door
mr. J. Limburg; mede-arbiters wa^en
de heeren mr. L. A. Nijpels en mr. dr.
H. P. de Wilde.
Voor de gemeente trad op mr. H. J.
Bouman te Zwolle en voor het Rijk
mr. J. H. Telder9, lands-advocaat.
Na in raadkamer te zijn geweest
werd door de arbitrage-commissie
aan partijen medegedeeld, dat door
de scheidslieden besloten was, de aan
hangige zaak te splitsen in twee dee-
len: de schadëvergoedingseisch in be
ginsel en, zoo het recht der gemeente
mocht worden erkend, de vraag op
welk bedrag de vergoeding zou moe
ten worden bepaald
Voor wat het eerste gedeelte betreft
werd beslissing binnen een maand toe
gezegd.
KAN HET NOG NIET GOEDKOOPER?
De gemeenteraad van Baarderadeel
had voor het aanstellen van een assis
tent aan de openbare school te Hij
laars f 500 uitgetrokken.
Ged. Staten van Friesland weiger
den de begrooting dier gemeente goed
te keuren, waarop de gemeenteraad
in beroep ging bij de Kroon. Deze
stelde Ged. Staten in het gelijk. Het
Kon. Besl. beriep zich bij zijn beslis
sing op het oordeel van den hoofd
inspecteur in de 5e hoofdinspectie,
dat ook tegen een belooning van niet
meer dan f 500 geen gegadigde voor de
ze betrekking zal zijn te vinden.
DE BELGISCHE LOODSEN TE
VLISSINGEN.
Medegedeeld wordt, dat in 1925 het
Belgische loodsbedrijf (129 man) te
Vlissingen beeft opgebracht een be
drag van 7.456.295 francs, d.i. gemid
deld 60.000 francs per loods.
KAMERS VAN KOOPHANDEL EN
FABRIEKEN.
Gevog gevende aan een vraag van
het lid van de de Tweede Kamer, den
heer Schaper, betreffende het overleg
gen van een staat van de inkomsten
en uitgaven der Kamers van Koophan
del en Fabrieken over de laatste ja
ren, heeft de Minister van Arbeid,
Handel en Nijverheid een staat, als
daarin bedoeld, vergezeld van de noo-
aige toelichting en uitvoerige specifi
caties, ter griffie van de Kamer gede
poneerd.
toch niet in staat alleen om het geld.
Voor dertig zilverlingen voelde zich
niemand geneigd den Zone Gods te
verraden.
In Klopstock's Messiade valt boven
dien het verraad weg en blijft alleen
de eerzuchtige over, die Jezus, en daar
door meteen zichzelf, op den troon wil
helpen.
Voor Hebbel wordt Judas zelfs de
„Allerglaubigste." In de kerk is hij de
gene, die zich verrader laat schijnen
en noemen, die dien smaad op zich
neemt, in de bewustheid de eenige te
z<;n die het goede zoekt door Góds
raad te helpen uitvoeren. In den om
gang is hij de onbetrouwbaar geoor
deelde, de gewantrouwde, die juist bet
goede zoekt voor den vriend, zelfs ten
koste van eigen scha en oudergang
desnoods. Voor den enkele wordt al
dus Judas het ideaal van den altruïst:
zich opofferen voor anderen, met in
wendig zelfgenoegen smaadheid dra
gend, in zich zelf bewust het goede te
willen voor den ander.
Ook in onze gangbare voorstelling
dat Judas tot Jezus kwam omdat hij 'r
wat in zag, hetzij geld, hetzij eer. staat
Judas ver van velen af. Wie zich. van
deze ondeugden vrij acht, gaat aan
Judas medelijdend of onverschillig
voorbij. Wie zich niet vrij kenit, acht
zich niet zóó volslagen materialist,
zijn eigen „neiging" zooaJs hij 't noe
men zal, niet zóó sterk dat die tot ver
raad Q Tl Tëi-1 irwy paJ yen
het schrikbewind van Diocletianus
vermochten de Christengemeenten te
vernietigen. Het heidendom moest zijn
onmacht bekennen.
Hoe het feit te verklaren, dat de
Christenen telkens en telkens weer
triomfeer end uit de vervolging te voor
schijn zijn getreden, voortschrijdend
van zege tot zege, tot definitieve vic
torie hun gewerd in het begin der
IVde eeuw, ofschoon zij ook toen geen
tiende deel der bevolking uitmaak
ten? Hoedanig en van waar de kracht,
standvastig te blijven in de dagen van
onheil, de volkswoede te bezweren en
ten slotte aller harten voor zich te ver
overen?"
Deze vraag stellen is haar beant
woorden. Gods genade en alvermogen
de 'beschikking schonk him de stille
kracht.
En het bewijs van die stille kracht?
Het ligt in het „archeologisch feit,
dat gedurende de lange periode van
vervolgingen het in de katekoimben
gevluchte Christendom nergens één
ie eiken van gekrenktheid, éen uitdruk
king van wraakzucht heeft nagelaten.
De vraag kan rijizen: welk praktisch
nut geef- deze beschouwing van Judas
Uit die vraag kan blijken, dat een
juis-er inzicht in het karakter vanJu-
d? riet alleen een historisch, maar
o 4: 0 Ti practisch© belang heeft.
cc..- c-crst kan het een aansporing
rijii cm de karakter-studie èn van Ju
das en in 'i alaemeen ernstiger on. te
vatten. Niet te spoedig tevreden te zijn
met het opnoemen van enkele ondeug
den, zooals hier: geld- en eerzucht, om
daaruit elke handeling te verklaren.
Dit veld van karakterstudie en psy
chologie ligt nog grootendeels onont
gonnen, en elke poging, ook al mocht
ze blijken te falen, is te prijzen reeds
in zooverre ze opwekt tot dieper del
ven. Maar behalve voor de studie heeft
een juistere opvatting van Judas' ka
rakter in drieërlei opzicht een prak
tisch belang: voor de kerk, voor de
maatschappij, voor elk persoonlijk.
In de middeleeuwen, toen Judas be
schouwd werd als een der verworpen-
ste naturen, een soort duivel, een di
abolisch wezen, stond hij zóóver van
de goegemeente af, stond hij daar
zoover beneden, dat het moest schij
nen dat tot zulk verraad niemand an
ders eigenlijk in staat zou zijn. In de
kerk w"as bij alleen denkbaar als de
Antichrist, in den omgang een onmo
gelijkheid, in zichzelf zag niemand den
aan Judas verwante. Voor „ehrliche
Leute" was Judas der „Ertzsohekn."
In het passiespel van Oberammer-
geau is Judas de geld- en eergierige.
Het passiepel predikt tegen geldgie
righeid en eergierigheid in kerk, in
maatschappij, in den rnensch. Geld- en
eergierigen konden zich aan Judas
spiegelen, en toch nog maar matig.
Want tot zulk verraad aan den
Christus achtte zelfs zich degene, die
zich niet zuiver kende van geldzucht.