"ammmt NIEUWE LEIDSCHE COURANT VAN ZATERDAG 18 SEPTEMBER 1920" Aan het einde der week Müssolini is weer meer flan ooit de held van den dag in Italië. Er is door een anarchist een aanslag op hem ge pleegd, nu al de derde binnen korten tijd. Gelukkig is ook deze aanslag mis lukt, doch* wanneer het zoo doorgaat, is het gevaar niet denkbeeldig dat den dictator geen lang leven beschoren is. De elkaar opvolgende aanslagen vor men een ernstige bedreiging, niet slechts voor Musolini, maar ook voor Italië, want indien iemand dan kan de Duce zeggen: „L'état c'est mof', de staat ben ik Dat dit algemeen zoo gevoeld wordt, bewijst de groote opschudding, die de misdaad in Italië veroorzaakt heeft. Zij is do aanleiding geweest tot een reeks beter gingen, die getuigden van een troffo .de aanhankelijkheid aan den. man, w en het volk zoo veel te danken heeft Do> h tevens is een ontstemming tegen de vreemdelingen, speciaa.l te gen' 'Frankrijk gewekt, die liaar oorzaak vmiit in het teit, de dader uit dit - leatstc l&nd.afkomst'g is, J'orh die on gemotiveerd is, want de man is Italiaan van geboorte en zonder pas in zijn va derland teruggekeerd. Het had derhalve op Oen weg der TtaliaanscLic, meer dan der Fransche autoriteiten gelogen, te verhinderen, dat hij oven de grens kwam Tin dat m-m dat in Italië wel begrepen heeft, bewij* m enkele muta ties in de hooger j politierangen. Het is dan o~k .vel te verwachten, dat deze Fransch-lta '.asnsche wrij ving -ger-n blijvende gevolgen /al heb ben, temeer daar Bid and onmiddellijk na den mislukten aanslag Mussolini een telegram van gelukwensch zond. Briand is een vredesvriend, dat be wijst ook de enthousiaste redevoering, die hij gehouden heeft ter gelegenheid van Duitschland's toetreding tot den Volkenbond. 't Js wel jammer, dai tegelijkertijd twee andere staten zich uit len Bond hebben teruggetrokken: Brazilië en Spanje. Gelukkig is nu de verkiezing der ze tels vfin den Volkenbondsraad, die zoo veel voeten in de aarde heeft gehad, achter den rug. Ook Nederland is nu in het bezit van een niet-permansnten zetel voor den tijd van twee jaar, een erkenning van de beteekenis -van het aandeel van ons land in het Volkenbondswerk, die met blijdschap mag worden begroet. Ons land wordt in dien raad op Uit nemende wijze vertegenwoordigd door den vroegeren minister van buitenland scbe zaken, jkr. Loudon, die ook deze week een goed doorwrochte rede heeft gehouden in de Volkenhondsvergadc- ring, die veel instemming vond. In ons land is het in politiek op zicht buitengewoon rustig. Er zijn eigenlijk slechts twee onderwerpen, waar nog over gesproken wordt: Het verdrag met België on de belasting- ontwerpen. Tegen, beide wordt een groote oppositie gevoerd en gegeven de zwakheid der huidige regeering tegen- over het parlement is het wél zeer on waarschijnlijk, dat deze beide ontwer pen het tot wet züllen brengen. Wij V/eten eigenlijk nog niet goed wat vam het kabinet-cle Geer te ver wachtten is, met name of het overeen komstig de plannen van het vorige mi- ninisterie zal overgaan tot eenige ver mindering der op enkeling en gemeen schap al te zwaar drukkende belastin gen. Wellicht dat we de volgende week meei weten en de troonrede ons iets zal bekend maken van hetgeen ons te wachten staat. Het is te hopen, dat het komende parlementaire jaar vruchtbaarder »zal zijn dan het achter ons liggende. Er is nog zooveel, dat, op voorziening wacht, vooral op sociaal gebied (de verbindendverklaring van het C. A. C. Uit het grifs verleden. DE ZONDEBOK. In de ceremoniën van den Grooten Verzoendag, zooals ons die in Lev. 1G beschreven worden, is sprake van een tweetal bokken, die de hoogepriester van het volk moest ontvangen als een zondoffer. Deze bokken moest hij ne men, en voor het aangezclu des Heeren stellen, hij den ingang van de tent der samenkomst. Daarna wierp hij twee loten over die bokken; op het eene, stond „lajahweh" (voor den Iieere)) en op het andere: „la-azazeel'V dat wij voorlóopig zullen vertalen „voor Azazel". De hok op welken het lot „voor den Heere" gevallen was werd dan als een offer voor de zonde des volks geofferd. De andere hok daarentegen op welken het lof „voor. Azazel" was gevallen, werd levend voor het aangezicht des Heeren gesteld en daarna uitgelaten naar de woestijn „voor Azazel". De hoogepriester,.als hij de verzoo- ningsplechtigheden volbracht had, leidde zijn twee handen op den kop van dien bok en beleed oyer hem al de ongerechtigheden der kinderen Jsraëls en al hun overtredingen, volgens het geen zij gezondigd hadden, hij legde die op het hoofd des boks, waarna de bok door een man die voorhanden was de woestijn ingezonden werd. Deze bok de z.g. zondebok, droeg dan op zich al hun ongerechtigheden in een onbe woond lajid. Degene, die den bok „voor Azazel" de woestijn ingezonden had, moest zijn kleederen wasschen en zijn vleesch in Lot water baden en mocht daarna"weer in het leger terugkeeren. Wat beteeke'nt het, dat op den twee den bok het lot „voor Aza/.el gevallen was? Wie was Azazel; hebben wij daar in, gelijk velen zoowel in vroeger tijd als ook nog tegenwoordig meencn, met een persoonlijk wezen te doen, of heeft deze- uitdrukking een andere beteeke nis? Het is niet gemakkelijk, na. te gaan wat met „la-azazeel" bedoeld wordt, reeds hierom niet, omdat deze uitdruk king nergens anders dan in Lev. 16 voorkomt. Onze statenvertaling heeft vertaald „voor den weggaanden hok". Deze op vatting kan evenwel niet juist zijn: zij leidt het woord „Azazel" af van een tweetal woorden, „eezdat „geit" eji „azal", dat „weggaan" beteekent. Het groote bezwaar tegen deze uitlegging is, dat „eez" nergens in do beteokenih van „bok", doch aileen in die van ,geiV' voorkomt. Een andere opvatting betreffende Azazel is dat we hier te doen hebben met den overste der duivelen, die in Mozes' tijd den naam „Azazel' droeg en later „Satan" genoemd werd. Deze meening wordt tegenwoordig door de meeste Bijbelgeleerden gehuldigd en zij heeft inderdaad sterke gronden, die voor haar waarschijnlijkheid pleitten. Reeds de tegenstelling met den ande ren bok „voor Jahweh" doet vermoe den, dat we hier met een persoonlijk wezen te doen hebben. Het is geen veronderstelling, die'pas in den laatsten tijd geuit is, dat Azazel een booze geest zou zijn. In de Joodsche geschriften uit den tijd toen de profetie-zweeg en de schrift geleerden de leiding hadden, werd vooral de leer der engelen en der dui velen verder ontwikeld. Vooral in het hoek Henoch komen heel wat van dergelijke bespiegelingen voor. Azazel wordt daar meermalen ge noemd. Hij is een van ie zonen Gods (engelen;, die zich volgens de opvatting die men destijds van Gen. 6 1i nad, met de schoone dochteren der men- schen vermengden, waaruit reuzen ge boren werden. Dat Azazc. onder ie gevallen enge len een van beteekenis inneemt en uitmunt in godin.-) »sli(nd, blijkt wel daaruit, dat volgens Henoch een apart oordeel tegen hem wordt uitge sproken. De aartsengel Raphaël moet hem aan handen en voeten binden en dan wordt hij in een put in de woestijn opgesloten, bedekt met ruwe en spitse steenen, zoodat hij het licht niet zien kan. In deze fantasieën van het latere Jodendom is" alzoo de naam van Azazel als den aanvoerder der booze geesten bewaard gebleven. Is de opvatting, dat met Azazel de vorst der duisternis gemeend is, juist, dan heeft de wegzending van den zon debok deze beteekenis; eenerzijds moest hij de zonden, die God aan Zijn volk vergeven had, tot Azazel, den va der van ale zonden, brengen, dezen tot een getuigenis, dat hij met zijn verlei ding niet kan verhinderen, dat de zon den Zijns volks door God worden ver geven; anderzijds ligt daarin voor Is raël de waarschuwing, dat, zij, die met zónden beladen zijn, niet kunnen blij ven in het rijk Gods, maar dat zij, als zij er niet van verlost worden, aan hét' rijk des duivels vervallen. En als de bok de woestijn ingezon den wordt naar een afgelegen, onbe woond land (Lev. 16 22\ dan wil dit zeggen, dat de schuld des volks ver zoend is en dat de zonden nooit meer den weg naaf het volk zullen terugvin den. Ja, zelfs gedenkt God de zonden Zijns volks niet meer; zoo wordt bier jn zinnebeelden verkondigd, betgeen later de profeet en de psalmist in dui delijke taal aldus vertolkten- „Ik, ik ben het, die uwe overtredin gen uitdelg om Mijnentwil, en uwe zonden gedenk Ik niet". (Jes. -43 25). Zoo ver het West verwijderd is van 't Oosten Zoo ver heeft Hij, ora onze ziel te troosten Van ons de schuld en zonde weggedaan (Ps. 103). SCHAAKRUBRIEK Correspondenitie-adres: 211 Valken- bosebkade, ben Haag. Probleèm no. 24. Van: Altmann. Wit begint en geeft in 3 (drie) zetten mat. Stand: Wit (7) Kf3, Da6. Lhl, Pa4, Pco, pi e0, f4. Zwart (10) Kd5, Pa2, Pel, Lh4, pi c2, c3, d4, e7, g6, h5. CalleEuwe. De volgende partij- werd in 'n match AntwerpenRotterdam gespeeld. Wit: Calle, kampioen van België. Zwart: dr. Euwe, kampioen van Ne derland. 1 c2c4 Pg8—f6 2 d2d4 g7g6 2 Pblc3 LfSg7 4 e2e4 00 5 f2—f4 d7d6 6 Pgl—13 Er is thans een bekende stelling ontstaan; een tijdlang hebben de schaaktheoreth^i deze opstelling voor de weerlegging van de Indische partij gehouden. Latere onderzoekingen toon den aan, dat het witte centrum slechts schijnbaar sterk is. 6c7co De juiste voortzetting zwart moet gebruik maken van de omstandigheid, dat wit nog nieit gerocheerd heeft. 7 d4'd5 Het is mij een open vraag of de uit 7 dc.5: Da5 8 Ld3 voortvloeiende ver wikkelingen voor wit gunstig zijn. 7 e7e6 Door dezen zet wordt óf de e-lijn óf de f-lijn geopend. 8 Lfld3 Aljechin beveelt Le2 aan. 8 e6 x d5 9 c4 x d5 Dd8b6 Verhindert de rochade van wit. 10 Ld3c2 In de partij Sainisch-Euwe geschied de Pd2, waarop Pg4 volgde. 1 0c5c4 11 Ddle2 Tf8e8 12 Lc2—a4 Dit ziet er niet sterk uit; maar wit kan zich nfet ontwikkelen, zoolang b2 niet nog door een ander stuk dan door den looper alleen beschermd is. 12 Lc8d7 13 La4 x d7 Pb8 x d7 14 Pf3d2 Misschien verdiende hier 14 Le3, Dc7, 15 Pd2 de voorkeur. 14 Pf6 x e41 Stelling na 14Pf6 x e4. b c d e f.g h 15 Pc3 x e4 Of 15 Pde4. Pc5! 16 Le3, Lc3t 17, Pc3, Pd3t 18 Kd2? Db2f. lo M T&8 c8 Minder sterk is 15 f5.16 Pc4: ge volgd door Pcd6: 16 Kei—fl f7—f5 17 Pd2 x c4 Tc8 x c4!.... 18 Pe4—f6f Of 18 Dc4: Te4: 19 Dc8t (19 Dc2, Ld4! enz.) Pf8, 20 Dc2, Db4. 21 Dd2, (21 Ld2, Db5f) Dc4f en zwart wint 18. Fd7 x f6 19 De2 x c4 Pf6—g4 'Wit geeft on, want na 20, Dc2 be slist Dböf, 21 Kgl, Telt. UIT DE OMGEVING. woübbügke. Bij beschikking van 'den Commis saris der Ko-ningin zijn van de lichting i927 zes ingeschrevenen bestemd tot gewoon dienstplichtige, en wel: S. Dam P. "J. L. Witteman, J. Ondshoorn, G Dompeling, H. van der Lip en N. Boda. Deze moeten dus te zijner tijd in mili tairen dienst komen. De overige 8 zjjn buitengewoon dienst plichtige. Maandag 13 en Dinsdag 14 Sep tem ber j.l. zijn te Hcogmade de Koninginne feesten gevierd. Allereerst een optocht van school kinderen, die na afloop eenige versna peringen ontvingen. Daarna verschillende volksspelen, als Tonknuppelen, haansabelen, slofloopen, turfdragen, enz. Mede was er een wedstrijd tusschen versierde rijtuigen, fietsen, enz., welk^ nadat zji aan een keuring waren onder worpen, een tocht door het dorp deden. Alles viel zeer in den smaak. Ten einde de festiviteiten wat op te luisteren, vel leende de Earmonievereeniging „De Heerlijkheid Hoogmade" haar medewer king. Alles is goed en tot ieders genoegen verloopen. Bjj de deze week gehouden aan besteding 'voor de vernieuwing van het ,oczaa! (torenopgang) van de Ned. Hem Kerk alhier, werd ingeschreven door: Wed. H. v. Driel, Koudekerk f 5700 D. Koster, Waddinxveen 5648 J. Moree, alhier 5480 J. Jongen eel, alhier 5335 v. Wingerden en Hoel:, alhier 5320 Aan de laagste inschrijvers is liet werk gegund. Een der bruiloftsgasten van eefl partij, welke in .hotel Guldemond alhier haai- festiviteiten vierde, de heter Ke uit Leiden, had het ongeluk bij het uS stappen uit zijn rijtuig te vallen en zijn been te breken. Vervoer en opname in het ziekenHuis moest plaats vinden. Predikbeurten; Ned. Heirv Gem. Voorm. 10 *en nam. 7.30 uur, Ds. Joh Kijne. Geref. Kerk. Voorm. 10 en nam. 7 uur, de heer L. van der Zanden, cand te Putten. Burgerlijke stand. Geboren: Gjjo berta Wiinelmina, d.v. L. C. van des Geest en P. M. de Vette. RIJNSSUKO. Er komt nog maar weinig verbe tering in den bloemenhandel. De prij zen zfl'n van meerdere soorten nog streets niet ioonend. Enkele soorten tros-cry santhen gaan nog tamelijk vlot weg Do massa staat echte rlaag 'in prijs. Dahlia's 120230, voor extra Ponpón- Dahlia's 3550, Montbretia's 1421, Helianthus 3580, Anjers 813, Elta 600900, Troscrysanthen 1836, As ters 2240, Statiee 910, Gladiolussen 60145 cent. Naar we vernemen, zal de tri bune aan de veiling „Flora" weer met enkele nummers worden uitgebreid. Scheepstijdingen. holland-amerika lijn. MONTGOMERSHYEE, van Antwen pen naar Vancouver, pass. 16 Sept. Bea chv Head. BINNENDIJK, van Galveston naar Rotterdam, 13 Sept. 2.W. van Valencia DRECHTDIJK, van Rotterdam naar Vancouver, pass. 17 Sept. Seilly. BLOMMERSDIJK. van Rotterdam n Montreal, pass. 17 Sept. Scilly. BEEMSTERDIJK, 16 Sept. van Rot terdam te N. York. VOLENDAM, van R'dam naar New York. 16 Sept. van Southampton. BREEDIJK, v. Baltimore naar R,dam 16 Sept. van Norfolk. WESTERDIJK, 17 Stept. van MontrS al naar Rotterdam. CARDIGANSHIRE, 17 Sept. van (Van couver n. Rotterdam. holland west-afrika lijn. KENNEMERLAND, thuisr., 16 Sept ta .Warn. DJOCJA, uitreis, 16 Sept. te Port Harcourt. j i LJ I kon. hollandsche lloyd. WATERLAND, uitreis, pass. 16 Sept Dungeness. GELRIA, uitreis, 16 Sept. van Cher bourg. DEECHTERLAND, 17, Sept. van Ham burg $e Amsterdam. rottere amsghe lloyd. BUITENZORG, .17 Sept. van R'dam naar Batavia. PALEMBANG, uitreis, 17 Sept. te Batavia. PATRIA, thuisreis, heden verwacht TOSARI, uitreis, 17. Sept. van Sa- bang. TJERIMAI, uitreis, 16 Sept. te Mar seille. stooesv. mij. nederland. RIOUW, uitreis, 16 Sept. van Suez PRINSES JULIANA, uitreis, 16 Septr van Southampton. PRINS DER NEDERLANDEN, uit- reis, 16 Sept. van Medan. BATOE, 1 7Sept. van Batavia te Am sterdam. J. P. COEN, thuisreis, 16 Sept. van Colombo. KARIMATA, thuisreis, 17. Sept. v. Colombo. Leidsche Penkrassen. I Amice, Wat is zoo'n week toch 1 spoedig voorbij. 't Is net of ik nog zit te schrijven aan mijn brief van de vorige week, nog onder d.en indruk van het ontzet tend- gebeuren bij *le Vink. E toch de spoorbaan is al weer ge heel vrij gemaakt. De treinen rijden al weer over beide sporen. Het altijd drukke verkeer over deze hoofdlijn is weer normaal. Men is nu bezig na te gaan wat toch wel de oorzaak van dat vreeselijk ge beuren geweest is. Er zijn reeds heel wat meeningen ten beste gegeven. Daarnaast hebben we niet minder dan drie Commissies, die alle dezelfde, of nagenoeg dezelfde, taak hebben. De Nederl. Spoorwegen benoemden zelf een Commissie. De Justitie benoemde er een. Eindelijk werd door den Minis ter een Commissie benoemd. Laat ons hopen dat alle commissies hetzelfde vinden. Voor?1 ^at volledige veiligheid, zoover dat naar mensche- liike berekening mogelijk is, moge ver kregen worden. 'Weet ie wat mij deze week nog zoo trof amice Iemand maakte de opmerking, dat God in geen jaren zoo gebeden was om bewaring gedurende de reis dan in deze week. Is het niet beschamend amice? Wat - we ons, toch weinig bewust van die bewaring Gods, die toch elke réis weer ons deel is. Zoo vaak dat noch gebed, noch dank er voor wordt opgezonden. En toch is bei de even noodig al9 de bede om dage- lijksch brood. N^g in ander opzicht hebben we in Lolden een belangrijke week gehad. Woensdagavond hadden we in tie- Hooglandsche Kerk den jaarlijkscben bid- en dankstond van deUnie een school mpt den bijbel. Do groote kerk, waarin toch zeker een 1300 a 14C0 zit plaatsen zijn, waS voor driekwart ge vuld. Wel een bewijs dat de liefde voor ons Christelijk onderwijs er bij onze menschen vast in zit. Toch, amice, vrees ik dat we daar mede op den verkeerden weg zijn. Ja renlang stond die bid- en dankstond in het teeken van de collecte. De col lecte dien dag gehouden, bepaalde dan wel niet bede of dank 's avonds uitge sproken, maar was toch wel eens bet middel om de bede met meer aan drang uit de ziele te persen of dank ter eere Gods uit te jubelen. Wij zijn allen menschen, niets men- schelijks is ons vreemd, en zoo licht maken we dan zoo'n avond tot oen avond van wetenschappelijk inleven in een of ander onderwijs-probleem. Als men den dag beeft doorgebracht met collecteeren. of aan huis bezoek beeft gehad van een collectant, gaat men eenigszins anders naar zoo'n sa menkomst. Maar, en dat is bet vooral. Amice, waar ik het nog eens over hebben wil de, die Uniecollecte was ook zoo iets mooi9 voor onze menschen. Als col lectant deed men ervaringen op die beslissend waren voor het geheele ver der leven. Ervaringen van blijden en vam droeven aard. Wat gaf bet ten levensles als in een deftige straat, waar bet iaarlijksch inkomen der ge zamenlijke bewoners zeker eenige mil- lioenen bedraagt, slechts een enkele gulden ontvangen werd, soms bij kwartjes bijeengebracht. Maar vooral in stegen en slopjes, waar* de armoede overal tegemoet kwam, konden zulke heerlijke momenten ontstaan. Wat dunkt je amice, zwelt het hart niet van eerbied, wanneer een arme vrouw, na den gewonen groet en bet vernemen van bet doel van de komst, tot den collectant zegt: „Voor de Christelijke school, ja daar heb ik bet beele jaar voor gespaard" terwijl zij dan komt aandragen met een doosje met halfjes en dit als h&hr aandeel in de collecte komt storten. Zoo kweekt en ontvangt men liefde voor bet Christelijk onderwijs, waar geen avond met de kostelijkste rede tegen op kan. Dan welt er van zelf lof en dank uit de ziek Door die ervaringen wordt men gestaald in den strijd. De erva ringen als collectant zijn voor menig Christelijk onderwijzer een steun ge weest in dagen van druk. zonder wei- te bij misschien bezweken zou zijn. Daarom Amice, niet alleen om «de meerdere opbrengst (ofschoon ook daarom) maar veel meer om de pro paganda, hoop ik, dat in Leiden vol gend jaar" de collecte weer werd inge steld. Dat we overigens hier in Leiden nog lang niet op gelijken voet leven met bet openbaar onderwijs, leert ons de ervaring wel. Zooveel duizenden meer kost in onze stad het openbaar onder wijs nog steeds boven het bijzonder onderwijs. Maar ook heeft 1926 ons nog geleerd, dat bet niet zoo gemak kelijk gaat om naast een o vervul de school een tweede school te krijgen, ook al heeft men aan. alle wettelijke formaliteiten voldaan, maar dat wel in diezelfde buurt een openbare school kan komen. Allemaal bewijzen dat we veelszins nog slechts gelijkstelling op papier hebben. Daarom is volhar ding noodig. Als ik mii niet vergis, hebben we m onze goede stad een reinigingsdienst met een goede zestig werklieden. Deze menscben hebben natuurlijk allemaal volop werk, eiken dag terugkeerbnu werk. Temeer valt bet dan op. Amice, dat sommige werkzaamheden soms dagen en weken niet gebeuren. Som mige onzer grachten hebben, ik zou baast zeggen, Leidsche beruchtheid als tenminste de Haarlemscbe berucht heid niet erger is. Maar erg is het! Als goed Leiden^ar zwijg je daar over, zoodra alles gedaan is om bet kwaad weg te nemen. Maar Amice, als in het Rapenburg dagen aaneen een oude stroozak drijft, waar de school jeugd een drijvend vuurtje van maakt, als in datzelfde water eveneens dagen ronddrijft een beele verzameling pa- pierafval, bloemkoolbla-deren, stukken bout, en in het algemeen allerlei buis- vuil. zie dan zou je wenschen. dat je wat te zeggen bad over een water schuimer met z'n gereedschap. Heuscb Amice, bet zijn zeer nuttige bezigheden die /zoo'n waterschuimer heeft te doen, m|iar bij moet dat da gelijks doenl Ik zou geen goed Leidenaar zijn als mij de groentijd onzer studenten on gemerkt voorbij ging. M'n vrouw be weert wel eens Amice, dat ik een ouwe mopperaar ben, maar ik neem als ze dat zegt. doorgaans de kans waar om haar aan bet verstand te brengen, dat ik nog niet zoo oud ben, al ben ik ook al aardig door m'n baren gegroeid, en dat ik ook wel een grapje kan velen, ondanks m'n jaren en gedeeltelijke kaalhoofdigheid. Zoo wil ik maar zeggen, Amice, dat ik nu niet bepaald een kniesoor wil genoemd worden. Toch rijzen m'n. wei nige baren te berge als ik zie boe in gemeen lummels van even twintig jaar de nieuw aangekomenen slaan, trappen en op andere wijze onaange naam zijn. Men beweert, dat het voor de .groentjes" zoo goed is dat ze eens geducht onder banden genomen wor den. Op zichzelf misschien geheel juist Iemand die nog niet anders weet dan de kennis op Gymnasium of H.B.S. vergaard, staat nog vreemd voor het leven. Maar, eilieve, zal een fiong- mensch die juist een jaar geleden met dezelfde kennis gewapend ter Acade mie kwam, zooveel meer weten? Dat moet nog blijken! Ontgroenen goed, maar dan met strenge zedelijke keur. Waarom het dienstig kan zijn om de groentjes" niet een tiental gelijk op een tafel te laten dansen en dan de tafel om te gooien is mij een raadsel. Eveneens waartoe 't dient om ze te slaan, te gooien, van de trappen te duwen. enz. Erger nog is dat de beestachtige uit gelatenheid er toe drijft om de eerste hulpdienst te alarmeeren, zooals ook deze week voorkwam. Wie weet wat ons in dat opzicht de komende weken nog wacht! Ik hoop, dat onze politie actief zal zijn! Ook hoop ik, dat Heeren Professoren erop zullen letten, of er ook dinc^n gebeu ren. die den naam van de Universi teit zouden kunnen aantasten. Studentenvrijheid is m.i. goed; de jonge menschen moeten op de meest prettige wijze de noodige kennis kun-r nen vergaderen, maar ze slbaan i n het leven, dat mogen ze niet vergeten. Hoe nauwer contact zij met het'leven houden, hoe heter levensleiders uit hen groeien kunnen. VERITAS.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1926 | | pagina 6