Oit nummer bestaat uit TWEE Bladen.
eerste blad.
In deze uwe kracht.
CHRISTELIJK DAGBLAD voor LEIDEN EN OMSTREKEN
Belanflriikste nieuws ia dit Hammer.
binnenland.
"buitenland.
7de jaargang
zaterdag 18 september 1926
Rummer 192§
IDSCHE CODBANT
ABONNEMENTSPRIJS
In Leiden en buiten Leiden
waar agenten gevestigd zijn
Per kwartaal I 2.50
Per week i 0.19
Franco per post per kwartaal 1 2.90
BUREAUHooigracht 35
Leiden
TeL 1278, Postgiro 58936
Postbox 20
ADVERTENTIE-PRIJS
G«woae advertentiftn per regel 22ty» oeot
Ingezonden Mededeelisgen, dobbel tarlei.
Bij contract, belangrijke reductie.
Kleine advert en ti Sn bij vooruitbetaling
van tan hoogste 30 woorden, worden dage
lijks geplaatst ad 40 cent
Het is opmerkelijk, dat de He ere aan
Gideon reeds de belofte van de over
winning: van de Midianieten gaf, toen
Gideon zelf nog allerminst zich be
kwaam gevoelde tot het volbrengen
vain tfie taak.
Integendeel. Gideon klaagde over. de
verlatenheid van Israël door zijn God.
Onze vaders hebben ons verteld, dat
de Heere Israël uit Egypteland heeft
opgevoerd. Doch nu heeft de Heere ons
verlaten en heeft ons in der Midianiet-
ten hand gegeven. Zoo klaagt Gideon.
Hij ziet geen uitkomst.
Maar juist dan keert de Heere zich
tot hem en zegt tot hem dat merk
waardige woord: Ga heen in deze uwe
kracht en gii zult Israël verlossen. Heb
ik u niet gezonden.
Dan is Gideon nog wel niet gereed.
O neen, nog heel wat bezwaren zijn
te overwinnen. Gideon vraagt nog:
waarmee zal ik Israël verlossen. Als
God zijn belofte nogmaals herhaald
en Gideon zelfs in Gods kracht den
Basisdienst in zijn naaste omgeving
uitroeit, dan nog begeert hii een tee-
ken.
Als eindelijk voor Gideon alles dui
delijk is en hij op het uiterste God
beproefd heeft en nu de zekerheid
heeft, dat God door hem Israël zal ver
lossen. dan verzamelt hij zijn leger,
twee en dertig duizend man.
Gideon acht dat legër noodig.
Andermaal moet God hem leeren,
dat het alleen G o d is die Israël ver
lossen kan en dat Gideon en» zijn man
nen slechts het middel kunnen zijn.
In deze uwe kracht had God ge
zegd. De verslagenheid der ziel om het
verlaten ziin van God dat is de stem
ming. Eerst als dat wordt het wan-
hoopsheimwee, dan wil de Heere óp
dien roep Ziin hulp bieden.
Gideon krijgt slechts 300 mannen.
Een legertje, dat niet eens gevechts-
klaar mag zijn. Het zijn geen gewone
krijgswapenen, waarmede zij aftrek
ken. Ledige kruiken, bazuinen en bran
dende fakkelen. Voor het meenemen
van ander oorlos-s+^'ig zal wel niet
veel gelegenheid geweest ziin.
Wii zouden zeggen een weerlooze
hoop.
Maar het waren alle overtuigde man
nen. Zij waagden het met God en Gi
deon: 'Wij waren zeker ven de over
winning door Gods hand.
Wii spreken zoo vaak van een Gide
onsbende. Maar zoo weinig denken we
daarbii aan het absoluut weerlooze de
zer mannen uit krijgskunstig oogpunt.
Alleen het geloofsvertrouwen maakt
hen tot een Gideonsbende.
Is het niet meermalen in ons leven
precies als met Gideon. Nu eens troos
teloos als we zien op de verwording
en de ellende van de Maatschappij.
Dan weer meenen wij dat God ons
verlossing geeft als een tijdlang alles
naar wensch gaat. als we den Ba&ls-
dienst mogen helpen verdrijven.
Wij hebben tijden gehad waarin de
politieke gebeurtenissen ons een ver
rassing waren. God schonk overwin
ningen en wij mochten roemen in de
vrijheid. Meermalen heeft de geschie
denis 'van de laatste halve eeuw ons
verlossingen gebracht op een wijze die
ons aan Gideon deden denken.
Maar ook telkens weer kwam er in
zinking. Slap en futloos was dan het
leger. De groote aanwas der tegenstan
ders (als sprinkhanen in menigte wa
ren de Midianieten) benam alle moed.
Hoe velen verlieten onze slagorden
als het er op aan kwam. Dat Gideons-
leger wat zou het? Gideons duizend is
immers het armste in Manasse en Gi
deon de kleinste in zijns vaders huis
Maar gelukkig. God geeft telkens
weer bemoediging. Ondanks onz© zon
de zoekt hij ons telkens weer op.
Maar God werkt ook middellijk.
Hij gebruikt een Gideon. Hij verkiest
zelf een Gideonsbende. Hij geeft de
middelen zelf aan, indien we maar ge-
loovig op Zijn wenken letten.
iHij geeft ook zelf den tijd aan In
dien wij er maar op lettert willen.
Wij meenen vaak. dat het louter
menschen vinding is, het werk van
de voormannen, om in tijden dat de
verkiezingen aanstaande zijn de orga
nisatie te versterken en de beteekenis
van den koihenden strijd uiteen te
zetten.
Zoo mogen wii niet denken. Neen,
God geeft ons die gelegenheid. Gods
voorzienig bestel gaat ook over die
naar onze opvatting zoo gewone din
gen. Maar wii moeten ons ook bewust
zijn, dat wii daarin een heilige taak
hebben, dat onthopding zonde is, zon
de van onttrekken aan het werk dat
ons van God gegeven is.
Dr. Kuyper heeft dit eens zoo duide
lijk uiteen gezet, als hij zegt: „Ware
't motief onzer tegenstanders nu reeds
Anti-Christelijk in absoluten zin,
we zouden in dezen politiek en strijd
ons niet mogen mengen, maai* met
vreeze en beven hebben te wachten
tot de Heere komt. Maar nu we weten,
dut ook in ons Vaderland alle strijd
der geesten ten finale moet uitloo-
pen op een voor of tegen den
Christus; en het voor ons vaststaat,
dat het anti-Christelijk beginsel wel
reeds sterk gist, maar toch de cons5
cientie der natie nog niet heeft toe-
geschroeid, nu moet al wie in Chris
tus. als Gebieder en Beschikker over
ons Vaderland gelooft, zoo hij zijn va
derland waarachtig liefheeft, voor de
eer© van Christus ook in onze staat
kunde opkomen; en is mits we dit vol
standig, mits we dit met beleid en met
eenparigen schouder doen, de moge
lijkheid niet uitgesloten, dat de geest
van den afval bij ons worde gestuit."
,We hebben het sinds dien telkens
en telkens weer gezien dat wel de af
val doorging, maar t^h in zijn ergste
gevolgen werd tegengehouden.
Maar Dr. Kuyper wist het ,hoe de
Gideon's dapperen moesten geoefend
worden in den tijd aan den slag voor
afgaande. Ook wees hij er op, dat wel
het begin van de overwinniing door
God gegeven wordt zonder krijgswa
penen, maar dat om Midan ten onder
te brengen geheel Israël moest
worden te wapen geroepen.
Zoo,ook onder ons..Wij moeten al
len bezield worden. Het gaat niet om
vermeerdering van o.ns getal, om uit
breiding van ons terrein, het gaat om
het behoud van wat we hebben.
Er is groot gevaar, dat we ernstige
verliezen zullen leiden. Daarom allen
s Gideon in deze onze kracht.
Zoo gaan we de wintercampagne in.
Er zullen velen niet met ons optrek
ken. In Gideon's dagen waren er ook
niet weinigen in Israël, die met Gide
on niet mee wilden. Eerst toen ze het
heil van Israëls God zagen, kwamen
ze mopperend bii Gideon vragen, waar
om zij niet opgeroepen waren.
Toch was geheel Israël opgeroepen.
Zoo ooknu nog. Misschien is het
begin van den strijd voor de enkelen
maar straks zal geheel het Anti-Revo
lutionair© volk worden opgeroepen.
Dat dan niemand achterblijve.
V Geen legende.
Het is reeds zoo vaak gezegd, maar
kan nooit met genoeg klem herhaald
worden, dat wij ons onvoorwaarde'ijk
aan Gods Woord moeten vasthpuden
Laten we de feiten van Gods Woord
tot ons spreken als legenden dan stel
len we ons bloot voor de ongoJoofstheo-
rie. Maar bovenal we onteeren God die
ons door die feiten onderwijst.
Op dén jaardag van Ie afdeeling
Friesland der Confessioneel© vereeni
ging heeft Dr. Lodder van Doorn nog
eens weer krachtig getuigenis gegeven
voor de noodzakelijkheid van vasthou
den aan de- geschiedkundige medeee-
lingen van Gods Woord.
Het is, zegt Dr. Lodder, thans zoo
geheel anders'dan twee eeuwen ge
leden. Toen geloofde men het Woord
Gods en thans komen de cultuur-men-
schen haast elke bladzijde der Heilige
Schrift ontkennen. Spreker ergert zich
in het diepst van zijn ziel aan onze
groote liberale dagbladen, die spreken
van de legende van Jezus' geboorte in
den stal en van de mythe van de wij
zen uit het Oosten. De Bijbel is voortal
loos velen een gesloten boek. Een inge
steld onderzoek, naar de Bijbelkennis
van leerlingen van het Gymnasium te
Utrecht, bracht allerbedroevenste re
sultaten aan het licht. Op de Christe
lijke gemeente rust de taak het volk
terug te roepen tot de Wet en de Ge
tuigenis. Telkens stuit men op den
twijfel. Daarom is het zoo kostelijk,
dat in de laatste dertig jaar door de
opgravingen, o.a. in Egypte, dé Heili
ge Schrift wordt bevestigd, zoodat wij
aan 'de ongeloovige wetenschap, maar
ook aan onze kinderen, die met zoo ve
lerlei vragen ons bestormen, kunnen
zeggen, ziet ge nu wel, dat die oude
Bijbel geen kunstig verdichte fabelen
bevat.
Het is zoo verblijdend, dat er weer
een algemeen strijden voor de
waarheid Óntstaat bij alle Christenen.
Men voelt dat de grond onder de voe
ten wordt weggegraven en dat het
daarom noodig is waakzaam te zijn.
Het is een strijd niet alleen op het erf
der Gereformeerde Kekren of de Her
vormde Kerk maar een strijd over de
geheele wereld.
STADSNIEUWS.
Kerkconcert.
Mevrouw Noordewier onderneemt n
tournée in Amerika en in dit verre
groote land, zoo geheel anders dan het
oude Europa, zal zij de concertzalen
vullen met haar altijd nog bewonde
renswaardig geluid.
Welk een moed, welk een durf, welk
een fier bewustzijn van noe te kunnen
bij deze bejaard© zangeres. En ook,
welk een eer voor het kleine Neder
land in de Nieuwe Wereld 1
Maar vóór zij vertrekt geeft zij een
afscheidsconcert in verschillende plaat
sen van Nederland. En men weet hot
op prijs te stellen. Elk jaar vraagt
men zich af: Zou dit het laatste zijn?
Elk jaar opnieuw de verrassing:
Mevr. Noordewier zingt nog! En hoel
O neen, het is niet meer de stem van
een meisje of jonge vrouw; maar het
is de stem van iemand, die door een
lanjg, kunstzinnig leven de hoogste
trap van het kunnen heeft bereikt,
technisch en muzikaal. Er is in het ge
luid, in de voordracht een vergeeste
lijk^- gekomen, die de jeugd nog
vreemd is, een wondere klaarheid van
expressie, een passielooze verheerlijk
king, die tekst en melodie doorsiddert
en opheft uit de bewogen sferen van
het aardsche.
Tegenover deze zangeres zwijgt alle
critiek. Er blijft slechts over een groo
te dankbaarheid, dat zij nog altijd in
het rijke bezit is harer zeldzame gaven
en dat wij zoo gelukkig mogen zijn,
daarvap te genieten. Moge zij zich nog
©enige jaren in onverzwakte kracht
handhaven.
Begonnen werd met een "Aria uit
Cantate 146 van Bach, met obligaat
fluitpartij, terwijl het orgel ©en zacht
gonzend© achtergrond gaf. Een werk
van rustige schoonheid. Vervolgens
hoorden we een der „Geistliche Kon-
zerte" van H. Schütz en voorganger
van Bach, met iets meer aan de Itali-
aansche school verwante vormgeving.
Heerlijk werd dit schoone 'werk voor
gedragen en in ademlooze spanning
aangehoord. Een spanning van stilte
die als 'tware na elk nummer hoor
baar werd en toonde hoe zeer het niet
overtalrijk opgekomen publiek de
kerk had stampvol behooren te zijn!
de heerlijke gaven van mevrouw
Noordewier wist te waardeeren. Maar
er moet onmiddellijk aan toegevoegd
worden, dat de organist Van der Horst
zich absoluut met- kunstzinnig begrip
bii de zangeres aansluit en om den
'beurtelings stralenden, jubelenden en
dan weer stil vermijmerenden zang
een passende sfeer weet te scheppen
We denken even aan voordracht en
begeleiding van de woorden:
„drum will ich deineh Namen
o süsester Jesu
allewege in meinem Munde tragen."
Welke mooie dingen Van der Horst
met het orgel weet te doen, dat stugge
maar toch zoo schoon© instrument on
zer Pieterskerk, hoorden we ook bij de
begeleiding van „Als de ziele luistert."
Dat lied van Gazelle was hier op zijn
plaats. De .delen der toehoorders heb
ben geluisterd en de gewijde ruimte
j-ondom ons scheen melodie geworden
architectuur. „Als de ziele luistert" en
zich open stelt voor de schoonheid,
zich openstelt voor de Godsspraak, die
door een kerkconcert als dit tot ons
kan komen, ontdekt z© '■—ral "'t diep-
gedoken woord zoo zoet."
Mevr. Noordewier heeft het ons op
bezielende wijze verklankt.
D© muziek van Van den Sigtenhorst
Meyer is modern, zonder te streven
naar al te gedurfde accoorrlverbindin-
gen. ^Waarschijnlijk door de Fransche
invloeden, waarvan zij blijk geeft, blijft
zij een stemmingsvolle gratie behou
den. Mevr. Noordewier vertolkt ons
twee liederen van Jan Luyken, door
genoemden componist getoonzet.
Vooral het tweede vonden we een
machtige compositie, waarin de tekst
lieel innig en sterk doorleefd was. Al
naar 'de woorden het eischten een me
ditatief gemijmer of als aan het slot
een stralenden jubel, met prachtige
breede welving van melodie. En els
dan de zangeres' het lied uitgezongen
heeft en op onnavolgbare wijze de
stemming vertolkt, mijmert het orgel
nog na, alsof het de melodieën maar
niet kwijt kan raken en in stille ex-
tas© nog ©en wijle verheerlijkt.
Wij hadden het voorrecht voor de
tweede maal Mevr. Noordewier Han
dels heerlijke Aria „Süsse Stille, sanf-
te Quelle, Ruhiger Gelassenheit"
te.hooren voordragen. En hoe schoon!
'Opmerkelijk is in dit fijne werk ook
weer hoe Handel voor de fluit schrijft.
In zijn oratoria, b.v. de „Messias" kan
men opmerken welk een bijzondere
plaats de fluit in zijn instrumentatie
inneemt. Soms weemoedig, soms dar
tel, omzlngt het parelig zilveren fluit-
geluid de melodieën met zijn droevige
of jubelende modulaties en het glanst
als een leeuwerikslied hoven de gelui
den der 'aarde, om soms heel zacht te
versterven. En daarbii de zachte gon
zing van het orgel, een mijmerende
goudzang, soms even extatisch zich
verheffend. Handel is als Bach een or-
gelziel, maar meer dan deze verliefd
op sierlijkheid van vorm, ode uit
bundigheid van de barok.
Met een drietal moderne Engelsche
liederen besloot Mevr. Noordewier den
avond. Het laatste vers was éen jubel:
Jesus Christ is risen today. Alleluja.
Het spreekt wel van zelf, dat we
eer9t onze aandacht wijdden aan de
zangeres. Maar aan het begin van het
concert werd onze belangstelling gfir
wekt door het voortreffelijk orgelspel
van Ant. van der Horst. Ingeleid werd
met Bach's Fantasie en fuga in a kl.
terts, een werk dat in zijn strakke
rhythmiek machtig beheerschten
bouw wel zeer geschikt is, de toehoor
ders in de vereischte stemming te bren
gen. Bach bouwt zijn werk op uit heel
eenvoudige gegevens; alle overdaad,
alle pathos is him vreemd. Maar ale
hij eenmaal aan het bouwen slaat, en
fugatisch of canonisch zijn motieven
uitwerkt, tegen elkaar zet, samenstren
geit en eindelijk besluit, dan weet
men met een kunstenaar van de hoog
ste orde te doen te hebben. Alles is bij
hem contrapuntisch en polyphonisch;
hij denkt niet in de eerste plaats har
monisch; de harmonie volgt haast
vanzelf uit de klare polphonie van
zijn muziek. Hij laat zijn stemmen
maar zingen, iuhileeren, klagen, dreu
nen en het komt harmonisch altijd
uit. Dat is de innerlijke muzikaliteit
welke alleen de zeer grooten bezitten.
Men heeft kunnen opmerken, welk
een stijging er in het geheel zit, hoe
de Fuga steeds machtiger en rijker
wordt, hoe register na register gaat
spreken, tot eindelek alles bloten
wordt met oen machtig slotaccoord.
Het gebouw staat voor ons in zijn
stoer bezielende schoonheid, zooals al
leen' Bach die geven kon en zooals die
heerlijk vertolkt werd door Van der
Horst.
Orgelmuziek van Brahms hooren we
niet veel. Maar al staat ze ver bene
den die van Bach, ze vertoonde in dit
geva,l toch wel hot eigenaardig karak
ter van het lied van Brahms, waar-
van de begeleiding meestal zeer kunst
vol is. Dit trof ons het meest in het
derde der choraalvariaties „Schmücke
dich, o liebe Seele."
Voor den fluitist ten slotte niets dan
lof. De heer M. Noordewier Jr. fluitist
van het Concertgebouworkest, is oen
meester op ziin instrument. Mochten
we dit reeds opfnerken bii de obligaat
partijen van Bach en Handel, in Vieil-
le Chanson" van den Parijschen orga
nist Büsser. trad hij op als solist en
gaf van de oude melodieën, zoo stem
mingsvol. omgonsd door het orgel, een
fijne vertolking.
En zoo is dan dit afscheidsconcert
van Mevr. Noordowier, tevens de ope
ningsavond van het nieuwe concert
seizoen geweest, een wijdlngsstond!
Moge het muzikale leven te Leiden
zich gedurende den komenden winter
op dat hooge en edele peil handhaven.
Aanrijding.
Van morgen omstreeks half twaalf
wea'd in de Van der Werffstraat de 2-
jarige A. B. aangereden door een auto
van den heor K. De xiuto ging de kleine
ovor het lichaam. Wonder boven won
der heeft het kind naar het schijnt al
leen enkele ontvellingen aan het hoofd
bekomen.
Binnenland.
Vergadering Classis Haarlem Qeref.
Kerken Inzake Ds. van Duin.
Buitenland.'
De Britsche regoering stelt den
mijnwerkers bindende arbitrage voor.
Het onderhond tusschen Brland en
Stresemann te Thoixy.
Spanje ziet al van zijn Tanger-eisch.
Het mishandelde meisje.
Naar wij thans vernemen, heeft het
meisje uit Haarlemmermeer, dat ver
leden week in den trein mishandeld
en beroofd zou zijn. bii het voortgezet
onderzoek hekend het verhaal verzon
nen te hebben.
Het taschje was bii vergissing door
een der medereizigers meegenomen.
Thans is ook Mej. van Schail^,
een der gewonden van het spoorweg
ongeluk bii de Vink, uit het Zieken
huis ontslagen.
—Gisteravond, tegen half elf werd
een binnenbrandje ontdekt in de sla
gerij van de L., Haarlemmerstraat 186
door den heer v. d. St., die daar woont,
en bij zijn thuiskomst den winkel vol
rook vond. Het bleek dat in eon rook-
kast een stuk spek. in het vuur was
gevallen en gaan branden. Bijgestaan
door eenige buren slaagde Je heer v. d.
W. er spoedig in het vuur te dooven.
De commandant en de ondercomman
dant van de brandweer waren aanwe
zig met de motorspuit en het personeel
Ten nadeele van den h£er J. zijn
uit een in aanbouw zijnd pand van de
Johan de Wittstraat stukken lood en
een waterleidingbuis gestolen.
Met betrekking tot den inbraak in
het stadhuis vernemen wij dat het
zelfde misdrijf onder gelijke omstan
digheden is gepleegd te Haarlem en te
Amersfoort, zoodat wellicht eenige
aanwijzing is te zoeken.
Woningbouw in 't land van Maas en
Wadi.
Het bouwbureau „Watersnood" heeft
heden aanbesteed h9t bouwen van 29
woningen in "Maasbommel en 8 wonin
gen in Alphen. Ingekomen waren 7 bil
jetten. Laagste inschrijvers voor het
geheel: Gebrs. Boort, te Zaltbommel,
met f 97.830. Bij perceelsgewijze in-
schijving waren laagste inschrijvers
voor het bouwen van 15 woningen te
Maasbommel: de firma Fest, te Nijrae
gen, met f 51.636; voor 8 woningen te
Alphen: Gehrs. Boort te Zaltbommeh
met f 24.500; voor 6 woningen in Maas
bommel: Gebrs. Boort, met f 20.921. De
gunning heeft nog niet plaats gehad.
Als die woningen uu nog maar voor
den winter klaar komen.
Verzwaring van den Maasdijk.
Ged. Staten van Gelderland hebben
goedgekeurd het besluit van het polder
district Rijk van Nijmegen, tot ver
hooging en verzwaring van den Maas-
banddijk tusschen Neder-Asselt en den
Ruffelschen Dijk, alsmede het besluit
van de gecombineerde colleges, >vaar-
dp aan den dijkstoel machtiging Is ver
leend om die eigendommen aan te koo-
pen, welke voor de uitvoering van be
doelde werken noodzakelijk zijn.
De toepassing der Invaliditeitswet.
De Raad van Arbeid te Amsterdam
heeft zich tot den Minister van Arbeid,
Handel en Nijverheid gewend met het
verzoek, dat Z.Exc. moge bevorderen,
dat het bedrag van f 1200 genoemd in
artikel 4 der Invaliditeitswet, aanzien
lijk worde verhoogd, opdat niet langer
tal van werklieden vallen buiten de
bepalingen van 'de Invaliditeitswet,
zooals tot nu toe wel het geval i3 door
dat hun jaarloon de f 1200 overschrijdt.
De griffier der Staten van Zeeland.
Men meldt uit Middelburg:
De heer H. J G.' Hartman, griffier
der Staten van Ze-eland, heeft tegen 1
Januari a.s. eervol ontslag als, zooda
nig aangevraagd.
het britsche mijnconflict.
De bespreWnaen van Baldwin.
De besprekingen van Baldwin met
de vier mijnwerkersleiders, waaraan
ook Churchill en Steel-Maitland deel-
taamen, hebben tot half een geduurd.
Baldwin vertrok toen, maar de be
stuursleden bleven noenmalen en om
3 uur werden de besprekingen her
vat. Van bevoegde zijde verluidde om
trent de oohtend b ij eenkomst,dat deze}
geen tastbaar resultaat heeft opgele
verd, maar het werd als hoopgevend
teek en beschouwd, dat de leiders geïn
viteerd werden en bereid bleken tQ
blijven noenmalen om zonder dralen
de besp rekingen, te kunnen voortzetten.
Er is vergeefs gezocht naar een for
mule, die een districtsovereenkomst
met een soort van nationale regeling!
zou kunnen omvatten. Toen dit niet
onmiddellijk mogelijk bleek, heeft Bald
win het tweede punt ter sprake ge
bracht: de onmiddellijke hervatting
van het werk; ook hiertoe bleken de
mannen niet zonder vastere toezeg
gingen bereid, waarna Baldwin een
strengere "houding zou hebben aange
nomen en den leiders duidelijk ge
maakt, dat de regeering met ijzeren
hand zou moeten ingrijpen, als beide
partijen niet van zins waren, eenige}
inschikkelijkheid 'te betrachten. Dit
zelfde heeft hij van Evan Williams
ook gezegd- x
Toen de leiders in Downing Street)
aankwamen werden zij door een vrij
talrijke menigte hartelijk begroet. Om
eventueele demonstraties of tegende-
monstraties te voorkomen, heetft die»
politie de menigte toen verdreven en
den toegang tot de straat afgezet.
Een voorstel der regeerinq.
De regeering heeft den mijnwerkers-
leiders een memorie aangeboden, waalt
in zij 'de volgende voorstellen doet:
lste. Zoodra het werk algemeen her
vat is volgens voorloopige regelingen
vastgesteld door plaatselijke ondernam
delingen, zal de regeering een wet in
dienen tot instelling van een nationaal
scheidsgerecht, tenzij dit onnoodig ge-'
maakt wordt, doordat er eerder een
nationale overeenkomst is gesloten.
2de. Elke partij bij eenige voorloopi
ge regeling, waarbij een langoren werk
dag dar vroeger wordt bepaald, mag
zich tot dit scheidsgerecht wenden ter
behandeling van* iedere aangelegen
heid. die bij zoo'n regeling is uitge
maakt en die voor Juli "1925 gewoon
lijk bij een nationale regeling werd be
handeld.
3de. Het scheidsgerecht zal de voor
loopige regelingen oeveetigen of wijzi
gen ten aanzien van de punten, daar-
bü. aanhangig gemaakt, eai van een da-