wat pe mam zeggen.
NIEUWE LEIDSCHE COURANT VAN MAANDAG 5 JULI 192C
TWEEDE BLAD.
Rookgenot en Zending.
Het Zendingsbureau te Oegstgeest
zegt onze R o 11 e r d., hield de Protes-
tantscbe Christenen dezer dagen enke
le cijfers voor, welke hen tot naden
ken moet brengen.
De cijfers werden toegelicht met fi
guren.
Een groote, lange Goudsche pijp met
liet cijfer 29 millioen; daarnaast een
kleintje waarop stond 1 Vi millioen.
Een sigaret als een trampaal van 36
millioen; een pieterig dingetje van lh
millioen er naast.
Een reuzensigaar als eén scheeps
mast van 8ü millioen; tegenover een
Havanastokje van 134 millioen.
De uitbeelding is duidelijk. Honderd
tegen één. Bijna 150 millioen voor 't
rookgenot en IA millioen geofferd
voor de Zending in het jaar 1924.
Beschamende cijfers 1
Van de drankcijfers, die ook zonder
vergelijking met de bijdragen voor de
Zending beschamend zijn in zich zelf
wordt niet eens gesproken. Hier wordt
slechts een vergelijking geiroffen tus-
schen de uitgaven voor een genot, dat
bij matig gebruik, niets ongeoorloofds
heeft en de Zending, waarvan de behar
tiging Christenplicht is.
Nu moet er geen rekenmeester ko
men, die becijfert, dat de vergelijking
onjuist is; omdat hier vergeleken
wordt, wat heel ons volk voor pijp, si
garet en sigaar uitgeeft, terwijl 'het
Zendingsbedrag slechts slaat op het
Christelijk Protestantsche deel.
Want de beeldenvergelijking bedoelt
niet een wiskundig vraagstuk op te zet
ten; ze wordt slechts gebezigd om ons
bij den ernst der zaak te bepalen.
Eén honderd en vijftig millioen voor
het rookgenot; een en een half millioen
voor de verkondiging van t Evangelie.
Honderd procent voor een vluchtig
vervliegend genot; één procent voor 't
blijvende, eeuwige vrede-woord.
Zóóveel hebben we over voor ons
zelf; zóó weinig voor de zaak onzes
Gods.
Moeten deze cijfers ons niet ontroe
ren?
Een' voorsprong.
Men heeft er de aandacht op geves
tigd, zegt de Standaard, dat in het
wetsontwerp op het wegenfonds de
motorrijtuigen, gehouden door open
bare lichamen, niet voor de belasting
in aanmerking zullen komen.
En de vraag is gerezen, of de Over
heid zich hier niet een voorsprong wil
geven in de concurrentie van Over
heidsbedrijf met het particulier initia
tief. Als een autobusonderneming on
der zware belasting valt en de Over-
heidsomnibus vrijgesteld is van be
lasting, dan is er inderdaad een ele
ment van ongelijkheid gegeven, dat
niet billijk is.
Het wil ons voorkomen, dat deze vrij
stelling, waaromtrent in de memorie
van toelichting gezwegen wordt geen
goeden grond heeft.
Men moet het particulier initiatief
ook in zake het verkeer de kans op een
goede ontvrikkeling niet langs een om
weg der belastingpolitiek trachten te
ontne men.
Wij zien trouwens niet in, waarom men
de openbare lichamen niet zou laten
betalen, nu men het beginsel der be-
stemmingsbelasting aanvaardt. Ook
het Overheidsrijtuig slijt den weg en
ook het Overheidsrijtuig geniot de
voordeelen van de verbetering van den
weg.
KERK EN SCHOOL.
NED. HERV. KERK.
Bedankt: Voor Kcodeschool, R. R
Evenhuis te Winschoten.
GEREF. KERKEN.
Beroepen: Te Amsterdam-Zuid bin
nen het Kerkverband, G. van Duinen te
Schiedam.
Aangenomen: Kaar Zevenbergen*
J. ISmelik,. cand. te Hillegorn. Kaar Mij
drecht, A. K. Krabbe, cand. te MeppeL
Bed a nkt: Voor Houwerzijl en Kol
lumerpomp, J. Smelik, cand. te Hille
gorn. Voor Nieuwendam, A. K. Krabbe
cand. te Meppel.
Ds. J. H. Laatsman.
Naar gemeld wordt is Ds. J. H. Laats
man, pred. bij de Belgische Chr. Zen
dingskerk te Brussel, vroeger Geref
predikant te Brielle, sinds October van
het vorige jaar ernstig ziek. De genees
heeren hebben hem zelis den geringsten
arbeid verboden.
Vacatures in de Herv. Kerk.
Het „Doetinchemsch Weekblad", or
gaan der Chr. Philantr. Inr. te Doetin-
chem, geeft een volledige opsomming
van op i Juli bestaande predikantsvaca
turen in de Ned. Herv. Kerk, met ver
melding van de namen der vacante ge
meenten.
Wij ontleenen er alleen de getallen
aan:
Gelderland 40, Z.-Holland 55, N.-Hol
land 35, Zeeland 19, Utrecht 19. Fries
land 28, Overijsel 12, Groningen 33, N.-
Braband 15, Limburg 5, Drente 17.
Totaal 278 vacatures, tegen 270 op
1 Januari 1926 en 257 op 1 Juli 1923
De vacature-Slotemaker de Bruine.
Daar minister Slotemaker de Bruine
zijn ambt van hcogleeraar vanwege de
Ned. Herv. Kerk aan de Universiteit
te Utrecht neergelegd heeft, heeft de
Alg. Synodale Cie dezer kerk besloten,
dat in de gewone vergadering der alg
Synode te Utrecht een nieuwe hooglee
raar zal worden benoemd; in verband
daarmede is de commissie van voor
dracht opgeroepen tegen 14 Juli te 11
uur in het gebouw der Synode te Den
[Haag.
Diaconale conferentie.
De eerstvolgende Centrale Diaconale
Conferentie der Geref. Kerken zal ge-
lhouden worden op Woensdag 15 Sep
tember a.s. te Amsterdam.
Ned. Chr. Studentenvereniging.
Voor de Zomerconferentie der Ned.
Chr. Stud. Vereen, hebben zich 306
deelnemers opgegeven, 20 meer dan in
1925. De leidersconferentie telt weder
ongeveer 100 deelnemers; voor de jon
genskampen gaven zich 526 op, voor
de meisjeszomerclubs 268; deze beide ge
tallen zijn aanzienlijk hooger dan het
vorige jaar. .Voor- de novietenconferentie
wordt het gewone getal van 175 deel
nemers verwacht. In 23 conferenties,
kampen en clubs worden, de kamp- en
clubleiders medegerekend, ruim 1500
deelnemers verwacht.
J. van Andel.
In den ouderdom van 70 jaren is over
leden de heer J. van Andel, oud-hoofi
der school met den Lijbei te Bodegraven
De heer van Andel heeft zich een lange
reeks vji» jaren met liefde aan den ar
beid voor het Chr. Onderwijs gegeven,
Zjjn werk stond hoog aangeschreven. Op
r 8-jarigen leeftijd kwam de heer van
Andel als onderwijzer aan de Chr. schooi
te Hazerswoude (.dorp). Van 1881I0S5
was hji hoofd der Chr. school te Dintel
oord en sindsdien te Bodegraven.
De thans overledene was in laatstge
noemde plaats mede directeur der doo'i
hem opgerichte Chr. Normaallessen.
Voorts was hjj nog voorzitter van de
afd. Rjjnstreek der vereeniging van Ghp.
Onderwijzers en Onderwijzeressen, secre
taris van den bond van besturen en On
derwijzers van Chr. scholen in den Rijn
streek en lid van het hoofdbestuur van
Geref. Schoolverband.
Bovendien heeft de heer van Andel
zich stedds ijverig in de politiek bewo
gen. Zoo was hij jaren voorzitter dei
Centrale A. R. Kiesvereenigmg in het
district Bodegraven. .Ook voor „ratrimo-
nium" voerde hij meermalen het pleit.
BINNENLAND.
DE WEGENBELASTING.
Bezwaren tegen heffing van locale
bestel-auto's.
Het bestuur van den Nederl. R. K.
Middenstandsbond beeft het volgen le
adres aan de Tweede Kamer gezonden:
Het Hoofdbestuur van den Nederl.
R.K. Middenstandsbond stelt er prijs
op u in kennis te stellen van zijn be
zwaren tegen het ontwerp-Wegenbe-
lastingwet.
Volgens het ontwerp en de daarbij
gevoegde Memorie van Toelichting zaï
van houders van motorrijtuigen een
belasting worden geheven en zuilen
de aldus verkregen gelden worden be
steed aan verbetering en onderhoud
r^moreerde wat de verschillende poli-
treke partijen te dien aanzien in hun
programma's schreven en lichtte ten
slotte uitvoerig een veertiental stellin
gen toe, waaraan wij het volgende ont
leenen:
De zorg voor de volkshuisvesting is
zoo zeer afhankelijk van plaatselijke
omstandigheden, dat het niet juist zou
zijn, deze te verleggen van Gemeenten
naar Rijk. De buitengewone oorlogs
omstandigheden hebben veroorzaakt,
dat 's Rijks zorg zich uitgezet heeft
verre boven de bedoeling.
Op economische gronden zal aange
stuurd moeten worden naar delging
van de meerschuld.
Een oplossing ware te verkrijgen
door de gemeenten 1/4 der meer-schuld
het Rijk daarentegen 3/4 aan te reke
nen, en te bepalen, dat de thans afge
schreven schuld plus de bijgeboekte
rente herleeft op den dag van afloop
der annuïteitsbetaling, zoodat de resi
du-waarde der complexen allereerst
worde aangewend tot dekking dezer
schuld.
Hoofdzaak voor de gemeente is en
blijft het waken tegen ondeugdelijken
bouw. Naast de zorg voor de bouwpoli-
tie worde voorts alle aandacht geschon
ken aan het vaststellen van uitbrei
dingsplannen e.d.
Toen in 1921, door aanvulling van de
Woningwet aan het uitbreidingsplan
feitelijk dezelfde rechtskracht werd
gegeven als aan het houwverbod, had
ook moeten worden voorgeschreven,
dat, indien meer dan 1/3 deel der gron
den aan een en eenzelfden eigenaar
toebehoorende, voor openbare straat,
enz. werd aangewezen, aankoop van
die gronden door de gemeente verplicht
zou zijn. Het is dringend noodig, iie
wet op dit stuk aan te vullen.
Over deze «inleiding onstoni een zeer.
uitgebreide discussie, die aan den in
leider gelegenheid gaf, zijn gevoeleu
op verschillende punten nader toe te
lichten.
De heer A. J. van Gerrevink,
burgemeester van Oldemarkt, hicid in
de middagvergadering een iuisiding
over: „De stad en het plattelandNa
gewezen te hebben op de tegenstelling
tusschen de steden en de plattelands
gemeenten, stond spr. bij de opsom
ming der bestaande bezwaren stil bij
een vijftal punten:
le. De behandeling der boeren gedu
rende de mobilisatie.
2e. De financieele verhouding tus
schen het Rijk en de Gemeenten en de
in de plattelandsgemeenten vaak ab
normaal drukkende belastingen. Spr.
noemde gevallen, dat van inkomens
van f 500 tot 1500, bij afwezigheid van
een eenigszins notabel aantal hooge :n
komens of zelfs van een draagkracht i-
gen middenstand, in zeer vele platte
landsgemeenten bedragen aan belas
ting worden geheven, die geen enke'.e
stadsraad zou durven «opleggen.
3e. Het absenteïsme der eigenaren
van de ten plattelande aanwezige pro
ductie-middelen, waardoor een stede
ling grondeigenaar, in de gemeente
waar zijn bezitting gelegen is, slechts
aangeslagen kan wórden voor een on-
beteekenend bedrag aan opcenten op
de grondbelasting, geheven naar de ka
dastrale huurwaarde, in den regel niet
meer dan de helft van de werkelijke
opbrengst.
4e. Annexatie en ten slotte de hege
monie van centrumgemeenten in
„Zweckverbande".
Spr. wees hij dit punt als voorbeeld
op dé Vleeschkeuringswet, waar de
stedelijke gemeente vrijwel de alleen
heerschappij heeft en aan kringge
meenten kan weigeren, inzage der ad
ministratie of «zelfs mededeeling van
het resultaat van het eindcijfer van
het bedrijf.
Spr. vatte ten slotte zijn betoog sa
men, in negen conclusies, waarvan de
volgende nog zijn te noemen:
De saneering der rijksfinanciën, voor
zoover ten laste der gemeentefinanciën
was economisch van geene waarde en
heeft in de eerste plaats geleid tot ver
zwaring van de lasten .op de platte
1 andsbewoners in de lagere inkomen-
groepen. Het langjarig uitstel van sa
neering der financieele verhouding tus
sclien Rijk en gemeenten heeft dezelf
de uitwerking gehad, en bovendien het
platteland het meest geschaad.
Het is een primordinaal landsbelang
en in 't belang van de handhaving der
bestaande rechtsorde noodzakelijk, de
ontvolking van het platteland en daar
mede de sterke uitzetting der groote
steden tegen te gaan.
Ook op deze inleiding volgde een
geanimeerde discussie.'
In de avondvergadering sprak het
Kamerlid dr. H. J. Lovink, over:
„Land- en Tuinbouw en Gemeentezorg
In de slotvergadering heeft Zaterdag
Mr. Dr. C. O. P. Baron Creutz, bui ge-
meester van Ede, gesproken over: „De
gemeente en het onderwijs
De conferentie is daarna geslotm.
Weelde verteringsbelasting.
Een deputatie uit de vereniging
van katholieke werkgevers in de tex
tielnijverheid is dezer dagen op audiën
tie geweest bij den minister van finan
ciën ter bespreking van de ernstige be
zwaren, die onder de linnen- en tapijt
fabrikanten bestaan tegen het ontwerp
weel deverteringsbe lasting.
De minister drukte de hoop uil, daj
het bestuur der vereeniging van ka
tholieke werkgevers bereid zou zijn,
een redactie te formuleeren, die aan de
geopperde bezwaren zooveel mogelijk
tegemoet zou komen en de heffing zou
beperken tot de werkelijke weeldearti
kelen.
Indië en de vlootspUtsing.
Bij tie behandeling van de begroo
ting van Marine in den Volksraad,
waarschuwde de heer Aay tegen de
vlootsplitsing indien hiermede bedoeld
wordt de kosten van Holland op Tndië
over te hevelen.
De heer Roep drong namens den
Politiek-Economisclfen Bond aan op
benoeming van een afzonderlijken mi
nister van Marine en op de spoedige
uitzending van de aangeschafte vlieg-
booten.
De heer Gongrijp vroeg waarborgen,
dat de Indische belangen behartigd
zullen worden bij de reorganisatie van
de Vloot in Holland.
Int. Broodfabrikanten-vere»3niging.
Onder leiding van den heer C. Ulrich
hield dezer dagen de „Federation" in
ternationale de la Boulangerie indus-
trielle" te Scheveningen haar jaarlijk-
sche algemeene vergadering.
Met algemeene stemmen werd een
motie aangenomen, waarbij de verte
genwoordigers van de „Federation In
ternationale de la Boulangerei Indus-
trielle" behoorende tot de volgende
landenDuitschland, Engeland, Oos
tenrijk, België, Denemarken, Honga
rije, Nederland, Polen. Tsjecho-Slowa-
kije en Zwitserland, inzake de conven
tie op de nachtarbeid in bakkerijen,
aangenomen door de Internationale
Arbeidsconferentie te Genève in 1924
en 1925, uitspreken, dat deze conven
tie het bakkersbedrijf onderwerpt aan
een uitzonderings-regeling, w^elke door
geen enkele hygiënische of menschlie-
vende overweging gerechtvaardigd is
bij de verbeteringen, ten huidigen dage
in dit bedrijf aangebracht en dat geen
enkele reden kan worden aangevoerd
om aan de broodindustrie het systeem
van arbeid in ploegen en bij afwisse
ling te weigeren, dat bij andere onder
nemingen toepassing vindt, terwijl in-
tu9seheii aan den arbeider een zwaar
dere arbeid wordt opgelegd.
Bij de motie wordt voor de bakkerij-
industrie het recht opgeëischt, om het
systeem van arbeid in ploegen toe te
passen. Voor de ondernemingen, riie in
de onmogelijkheid verkeeren. een ar
beid in ploegen bij afwisseling in te
voeren, wordt verklaard, dat het in
elk geval noodzakelijk is, dat de nor
male arbeid kunne aanvangen van des
morgens 4 uur af, daarbij niet inbe
grepen het noodzakelijke voorbereiden
de werk.
Het weer in Juni.
Blijkens het voorloopig overzicht
van het Kon. Ned. Meteor. Instituut
over het weer in Juni was voor de 5
hoofdstations de ochtendtemperatuur
0.5 tot 2.5 graden onder normaal De
afwijking nam van Noord naar Zuid
toe en bedroeg te Maastricht minu3 2 8
graden. De dagelijksche maxima wa
ren 1 tot 2 graden te laag; de minima
in het midden en Zuiden nog niet één
graad. De regenval was onder normaal
in het N.W., boven normaal in het Z.O.
de uiterste afwijkingen naar beide zij
den bedroegen ongeveer 30 p< t Het
aantal uren zonneschijn te De Bilt be
droeg 160 tegen 190 normaal.
FEUILLETON.
Uit spannende dagen.
(Een Vlaamsch verhaal).
15)
„Wij zijn goede vrienden" antwoord
de de soldaat, „en ik heb veel vertrou
wen in uw dienstwilligheid; maar, of,
het u bevalt of niet, Citoyen, ik volg
u als uw schaduw, totdat ik de fles
schen zie en voel. Gij begrijpt? Ik zou
niet gaarne tot morgen hier alleen
blijven zitten in een verlaten huis."
„Het zij zoo, volg mij; ik wilde u de
moeite sparen.'
„Braaf man, inderdaad" mompelde
dc- korporaal, terwijl hij achter den
notaris in den kelder daalde.
i-eiieden wierp de soldaat verwon
derde blikken rond den kelder en
sprak lachend, terwijl hij den notaris
op den schouder sloeg:
„Gij zi.jt notaris, geloof ik?"
„Inderdaad."
„Ik zou willen wedden Citoyen no
ta ire, dat gij in uw leven de wapens
hebt gedragen."
„Nooit. Citoyen."
„Men zou het toch zeggen. Die fles-
schen daar schijnen mij hun exercitie
wonderwel te kennen; men zou ze
haast aanzien voor bataljons, die in
slagorde staan. Die. wo ke ir» der. hoek
nederliggen, zijn de Oostenrijkers* ze
ziip gesneuveld.... Nu, zeg mij een9.
hoe heeten al deze troepen, dat ik kie
zen kunne."
De notaris leende zich met volle
koelheid tot zijn grillen en wees hem
de bakken aan. Het eerste, dat hij
toonde, was Rijnsche wijn.
„Foei, Duitschewijn!" riep de kor
poraal. „Zure melk!"
„Hier hebt gij eenige flesschen
Spaanschen wijn."
„Apothekersdrank: voor de zieken!"
morde de soldaat.
„Dit zijn eenige flesschen Cham
pagne."
„Ah. zoo, wij naderen tot Frankrijk!'
„Wijn van Tours. Witte wijn
„Goed voor kinderen en vrouwen!"
„Die grootste bak is gewone Bor
deaux."
„Nu zijn wij er! En Bourgogne?"
„Die ligt er nevens."
De korporaal ging tot den bak, nam
er een flesch uit, greep een kurketrek-
ker, dien hij reeds sedert een wijl in
het oog had, en sprak:
„Ah ca, Citoyen notaire, ik zal er
u nieuws van zeggen. Gij ziet in mijn
persoon een kind der stad Tonnerre,
waar de Bourgogne-wijn een ware go
dendrank is.
Met deze woorden opende hij de
flesch en goot zich wél de helft van
den inhoua in den mond. Hij haalde
een weinig adem, verroerde de lippen
als om beter den wijn te smaken," mor
de intusschen „goed, goed, voortreffe
lijk" en dronk het overige tot den bc-
van het wegennet, daarmede willende
bereiken, dat meer bijzonder de ge
bruikers dier wegen die wegverbete-
ring enz. betalen zullen.
Waar dit verband gelegd wordt tus
schen de belasting en het gebruik van
het „gesubsidieerde" wegennet, ware
het juister een dusdanige belasting te
heffen, dat deze rekening houdt met
de mate van gebruik, welke van deze
wegen wordt gemaakt.
Nu de Regeering blijkbaar geen be
lasting kan vinden, welke volledig met
de mate van gebruik rekening kan hou
den, meent de Regeering niet beter te
kunnen doen dan de motorrijtuigen tot
object der belasting te maken.
Aan het door de Regeering erkende
bezwaar, dat deze heffing weinig of
geen rekening kan houden met de ma
te van gebruik van de „gesubsidieerde"
wegen, is in het ontwerp getracht, zoo
veel mogelijk tegemoet te komen.
Immers de belasting houdt rekening
met de zwaarte der rijtuigen, derhal
ve met een element, dat de intensiteit
van het weggebruik bepaalt. Vervol
gens houdt zij rekening met den aard
der banden, welke eveneens van betee-
kenis is voor het weggebruik. Ten slot
te wordt de gelegenheid opengesteld
voor bepaalde weggebruikers, om met
een belasting voor een korteren ter
mijn per jaar te volstaan.
Nu wil het ons voorkomen, dat zeker
ook in dezen opzet past en zulks ook
alleszins .billijk en rechtvaardig zou
zijn, om van de belasting vrij te stellen
diegenen, die eigenlijk- geen gebruik
maken van de „gesubsidieerde" wegen
Het komt toch .herhaaldelijk voor, ze
ker in plaatsen van eenige neteekenis,
dat b.v. detailzaken voor de uitvoering
van bestellingen gebruik maken van
bestel-auto's.
Welnu, naar verwacht mag worden
zal de verbetering van het wegennet
zoo goed als geheel vallen buiten de
bebouwd© kommen dier gemeenten,
met het gevolg, dat bedoelde bestel
auto's, welke uitsluitend voor localen
dienst worden gebruikt, zelden of
nooit zullen gebruik maken van het
wegennet, waarvoor de belasting wordt
besteed.
Het zou onbillijk, om niet te zeggen on
rechtvaardig zijn, om de houders van
deze auto's eeh „retributie" te laten
betalen, voor iets waarvan zij niet ge
nieten.
Een van de wijzen, waarop aan ons
bezwaar zou kunnen worden tegemoet
gekomen zou naar onze meening deze
zijn, dat in die gemeenten, waar het
zin heeft, een kring worde aangewezen
waar binnen het verkeer vrij zou zijn,
zonder belasting-plichtig te zijn.
Voor het bepalen van deze kringen
zou het al of niet gesubsidieerd zijn
der wegen, maatstaf kunnen zijn, ge
corrigeerd door de eischen welke de
doelmatigheid dier kringen stelt.
Wij vertrouwen, dat uw college deze
bezwaren zal onderschrijven en spre
ken mitsdien de hoop uit, dat u zult
willen medewerken, om een dusdanige
wijziging in het. wetsontwerp aan te
brengen, dat onze bezwaren worden
ondervangen.
Vereen, van Chr.-Hist. raadsleden.
Vrijdag werd te Lunteren de confe
rentie van Chr.Hist. Gemeenteraadsle
den voortgezet.
De tweede dag begon met de al
gemeene vergadering der vereeniging,
waarvan de heer Snoeck Henkemans
voorzitter is.
De secretaris, de heer H. J. Bulten,
van Blokzijl, bracht verslag uit, waar
uit bleek, dat de vereeniging thans 360
leden telt.
De aftredende bestuursleden, de hee
ren J. L. Oosterhof (Ternaard)} J. ter
Haar (Amsterdam) en J. Knoppers
(Meppel), werden bij acclamatie herko
zen.
In overweging werd genomen, het
volgend jaar weer te Lunteren te ver
gaderen.
De vergadering der vereeniging
werd hierna gesloten en onmiddellijk
daarna werd de conferentie voortgezet
met een voordracht van den beer Van
B o e ij e n, Lid van Ged. Staten van
Zuid-Holland,over: „De gemeente en
de Woningwet".
De heer Van Boeijen gaf een histo
risch overzicht van de maatregelen tot
verbetering der volkshuisvesting; hij
dem ledig.
„Dit 'doet deugd" zeide hij. „Ik bad
koude van dit verwenschte water; die
slok wijn zal mij verwarmen."
Niet zondere zekere benauwdheid had
de notaris reeds te voren bemerkt, dat
de soldaat min of meer bij drank was.
Nu hij hem .deze gansche flesch ster
ken Bourgogne-wijn in eens zag door
zwelgen, beefde hij bij de overtuiging,
dat hij welhaast gansch dronken zou
worden. Daarom, hij haastte zich een
man.i te vatten en vroeg:
„Welnu, Citoyen, is het Bordeaux ,of
Bourgogne, dien gij verlangt?"
„Van eik de helft" antwoordde de
andere.
„Gij hebt gezegd twintig flesschen?"
„Eenentwintig, Citoyen:: één voor de
moeite van den drager."
Even ras waren de flesschen in de
mand gepakt. De notaris gaf den kor
poraal het licht en droeg zeif de mand
naar hoven, waar hij ze den soldaat
toereikte en sprak:
„Daar, ik wensch, dat het u wel he
kome"
Maar de korporaal zette zich in een
stoe'. bij de tafel nam een f'escb uit
de mand en zeide:
„Ik wil rusten, ik ben vermoeid. En
aai mij met te verdrieten, zal ik de
flesch van den drager maar beginnen;
'.iet overige zal ik onderweg uitdrin
ken."
Met schrik bemerkte de notaris, dat
hem de ooger. begonn.. te gloeien en
dat zijn tong zich niet gansch vrij
meer bewoog.
„Citoyen" sprak de benauwde rhan,
„ik heb met vriendschap aan uw ver
langen voldaan.
„Zeker, zeker, Citoyen notaire" sta
melde de dronkaard.
„Welnu, bewijs mij ook een dienst,
als vriend."
„Al wat gij wilt."
„Ik ben insgelijks vermoeid en zou
gaarne gaan slapen; gij zoudt mij groo
telijks verplichten/zoo gij mij dit wil-
det toelaten."
„Dat ik vertrekken zou, wilt gij zeg
gen? Ah ja. zeker, meteen."
Hij stond evenwel niet op en zag met
beweegloozen blik op de tafel neder,
alsof hij iets overwoog.
Denkende, dat hij lust had om te
sluimeren, zeide de notaris na een ze
keren tijd met luider stemme:
„Citoyen, uw kameraden zullen on
gerust zijn over uw lang uitblijven.
'Ware het niet beter, dat gij tot hen
gingl?"
Mei een glimlach hief de korporaal
het hoofd op en vroeg:
„Citoyen notaire, gij hebt zeker wel
geld?'
„Geld?" herhaalde de notarl9 met
verschrik tlieid.
Ja, ja, gij moet geld hebben: een no
taris heeft altijd, geld."
„Maar waarom vraagt gij dit? Al
had ik dit, ik zou het evenwel zonder
wettelijke requisitie niet geVen."
„Geven, geven!" mompelde de sol
daat, „gelooft gij dan, dat een soldaat
der Fransche Republiek uw geld zou
willen? Meent gij dan. dat wij bede-
raars of dieven zijn?"
„Oh, in het minste niet" antwoordde
de notaris, ,-,dit meen ik niet."
„Ik wil anders zeggen!" viel de kor
poraal in, zich de knevels opstrijken
de en een dreigenden blik op den no
taris werpende, „wij zouden geen
vrienden blijven, en
„Denk toch aan uw kameraden, Ci
toyen; zij zullen gelooven, dat u een
ongeluk overkomen is."
Maar de korporaal scheen dit niet
te hooren, en, zijn hoed afnemende,
reikte hij dien -den notaris toe, zeg
gende:
„Hij weegt niet zwaarder dan een
andere hoed niet waar? Nochtans, of
gij het gelooft of niet, Citoyen. hij be
vat eenige duizenden francs."
De notar's antwoordde niet.
„Zie hier de zaak" sprak do korpo
raal, terwijl hij den hoed terugnam en
een tamelijk groot pak er uithaalde.
Hij spreidde vervolgens een gamchen
hoop gedrukte papier kens op «ie tafel
en ging met stotterende stem voort:
„Ziet gij, Citoyen notaire. dit is het
geld der Fransche Republiek; maar in
dit land van neger9 en wilden weigert
men de munt der vrijheiden hot
is, ai90f ik geen oortje rijk ware. Noch
tans het ls een eerlijk gewonnen buit;
ik heJj het gevonden in een klooster.