NIEUWE LEIDSCHE COURANT VAN VRIJDAG 11 JUNI 1926
DAG-AGENDA.
Noordwijk-Binnen. Woensd. 16 Juni
's Middags 2 uur, Bollenschuur van
den heer G. J. G. v. Parijs, Voorstraat,
Opening Bazar der Geref. Meisjesver.
„Martha".
Noordwijk-Binnen. Dondezd. 17 Juni
's middags 2 uur, Bollenschuur van
den heer G. J. G. v. Parijs, Voorstraat,
Bazar der Geref. Meisjesvereeniging
„Martha".
Donderdag 17 Juni 's av. kwart over
acht. Rest. ,In den Vergulden Turk'
Jaarverg. v. d. L. Kunstkring „Voor
Allen".
Vrijdag 18 Juni, 's avonds acht uur.
Stadsgehoorzaal (Foyer): Alg. Verg.
v. h. Gen. „Mathesis Scientiarum
Genitrix".
Noordwijk-Binnen. Vrijdag 18 Juni
's middags twee uur Bollenschuur van
den heer G J. G v. Parijs, Voorstraat,
Bazai der Geref. Meisjesvereeniging
„Martha".
De avond- nacht- en Zondagdienst
der apotheken wordt van Maandag 7
tot en met Zondag 13 Juni waargeno
men door de apotheek van den heer
P. du Croix, Rapenburg 9, telefoon 807
Oegstgeest. Apotheek „De Vijzel"
Kempenaerstraat 4, des nachts en des
Zondags geopend.
feonen niet bij f800, doch reeds bij
700 te doen aanvangen, tenvijl zij me
lde van oordeel was, dat aan belang
hebbenden het- recht van beroep be
hoorde te worden toegekend van de
beslissingen van den Directeur.
Kon de Commissie voor den Ge
neeskundigen Dienst, zooals gezegd,
zich in hoofdzaak met de tarieven
wereenigen, niet alzoo het Burgerlijk
Armbestuur, dat de inkomensgrenzen,
fcoowel van gehuwden als ongehuwden,
Jte laag achtte. t v
Vermits het B. en W. voorkwam,
'dat de tarieven, door het Burgerlijk
lArmbestuur voorgesteld, meer aanbe
veling verdienden, dan die stan den
Directeur, besloten zij, na een bespre
king te hebben gehouden met den
(Voorzitter van het Burgerlijk Armbe
stuur en den Voorzitter en den Se
cretaris van de Commissie voor den
Geneeskundigen Dienst, den Direc
teur van dien Dienst op te dragen,
ide door het Burgerlijk Armbestuur
voorgestelde tarieven bij' wijze van
proef eenigen tijd toe te passen.
In zijn schrijven van 23 Mei 1925
Ideelt de Directeur nu mecle, dat de
proef, op 1 December 1924 aange
vangen, volkomen is geslaagd dat de
betrokkenen door de gevraagde bij
dragen niet te zwaar worden belast,
jdat de bijdragen, op een enkele na,
hetgeen men altijd zal hebben, gere-
Sgela worden betaald en dat hij der
halve geen bezwaar'heeft, om zijn ont
werp-tarieven te wijzigen in den zin
als door het Burgerlijk Armbestuur
bedoeld.
Ook de Commissie voor den Ge
neeskundigen Dienst heeft tegen de
voorgestelde wijzigingen geen bezwaar
Behoudens eenige kleine opmerking
gen heeft zij' alleen bezwaar, om de
bevoegdheid tót verhooging verlaging
lot kwijtschelding van een bijdrage uit
sluitend aan den Directeur toe te ken
nen. Zij stelt voor die bevoegdheid te
leggen in handen van haar "Voorzit"
jter, nadat door dezen het Burgerlijk
lArmbestuur is gehoord.
Keerplaatsen op de Rijn- en Schiekade.
De koetsiersvereeniging „Verbete
ring zij ons Streven" heeft een adres
aan den Raad gericht, waarin zij den
Raad verzocht keerplaatsen op de Rijn
en Schiekade aan te brengen. Hoewel
'de Rijn- en Schiekade geen hoofdver-
bindingsweg is en slechts aan een
zijde bebouwd, waarop ook geen zij
straten uitkomen en er dus geen reden
bestaan deze maatregelen te treffen
om verbetering in den toestand aldaar
aan tex brengen, hebben B. en Wl.
toch naar middelen gezocht om het
[elkaar passeeren te vergemakkelijken
,In de eerste plaats hebben zij; beslo
ten tot het doen verwijderen van de
paaltjes, staande voor de perceelen
mis. 1 tot en met 60. Voorts hebben
zij" "zich in verbinding gesteld met de
Directie der Ned. Spoorwegen, ten
einde door gebruikmaking van een ge~
ideelte van het terrein der spoorwegen
nabij 'de Jaagbrug een gelegenheid tot
keeren "te verkrijgen. Met de Ned.
Spoorwegen is overeenstemming be
reikt omtrent het terugplaatsen van
het hek, tusschen bedoeld terrein en
ide Rijn- en Schiekade en het verhar-
,den van de vrijkomende strook grond.
Pok hiertoe 'zal binnenkort worden
pvergegaan.
HET 65-JARIG BESTAAN DER CHR.
JONGELINGSVEREENIGING
„PREDIKER XII la".
De tocht naar Kijkduin.
Het zag er wat het weer betreft no-
al hoopvol uit, toen de ruim 150 deel-
nemers zich voor het Stadhuis verza
melden voör het uitstapje.
De geest was, zooals zioh denken
laat, uitstekend. Om te beginnen be
schikt het Prediker van thans over de
noodige raddraaiers, in den goeden
zin van het woord wel te verstaan, en
oc^k de oud-leden die eenmaal die rol
hebben vervuld, bleken de trekken
van vroeger nog niet te hebben ver-
loren.
Terwijl de extra-tram van de If. Z.
H. T. M., alle halte'è ditmaal negee-
rend, met bekwamen spoed naar Den
Haag reed, begonnen de wolken, die
reeds den geheelen morgen hadden ge
dreigd, hun plasregens uit te storten.
Het werd den reizigers al duidelijk,
dat de maaltijd op Kijkduin wel niet
op het terras van het K. W.-hotel zou
worden genuttigd. Maar die gedachte
vermocht hen niet neer te drukken. In
tegendeel, men gevoelde zich veilig in
de gezellige, tjokvolle tram en maakte
jool.
Aan liet Bezuidenhout werd uitge
stapt, en toen ging liet te voet naar
het station van de Stoomtram der W.
S. M. In de grootste eendracht bag'in
nen werd deze wandeling niet door
allen tegelijk teneinde gebracht.
Juist na het verlaten van de tram,
brak boven de residentie een zwaar
onweer los, gepaard gaande met een
tamelijk vinnig regenbuitje, zoodat
verschillende der geachte 'reünisten
onder een boom, in een portiek of op
een trambalcon een goed heenkomen
zochten.
Gelukkig had de weer gereed staan
de extra-tram geen haast, zoodat al ie
wandelaars toch konden worden op
genomen.
Onder het rijden was de lucht weer
iets opgeklaard, en liet was buiten
weer geheel veilig, toen het Stoom-
trammetje temidden van het duin
landschap bij Kijkduin stilhield.
De reünisten werden in het Kon.
Wilhelmina-hotel liefderijk opgevan
gen en met de vochtige overjassen ver
gaten zij ook spoedig de regenbuien,
toen de soep werd opgediend. Geduren
de het diner werd er in de buurt van
de bestuurstafel af en toe gespeecht,
maar dat de tafelpresident, de heer
Hüner de talrijke gasten, die twee
groote zalen vulden, er niet steeds
„bij" had, zal niemand die de goede
feeststemming zag, hem als een fout
hebben aangerekend.
Het was intusschen bepaald mooi
weer geworden. Onder gunstige om
standigheden werd, eerst op het ter
ras, en daarna ook op het strand een
foto van de deelnemers gemaakt.
Te zes uur stond het stoomtram-
metje weer te wachten, en werd in
de beste stemming ingestapt. IleL
Haagje was weer spoedig bereikt,
waar aan de Koningskade de „blau
we" tram nog vóór het gezette uur
verscheen. Dit had voor de voorsten
een voordeel, want zij kwamen droog
in de tram, terwijl eenige achtergeble
ven schapen nog ruimschoots hun deel
kregen van een inmiddels alweer los
gebroken stortbuitje.
Precies op tijd, om kwart voor acht,
stond de tram weer voor het Stadhuis.
Vandaar trok men gezamenlijk naar
het Vereenigingsgebouw in de Jan-
Vossensteeg, waar de herdenking
werd besloten met een uitnemend
voorbereide
Avondfeesiviering.
Deze werd, behalve door de reünis
ten die aan den tocht naar Kijkduin
hadden deelgenomen, ook bijgewoond
door een groot aantal leden en oud-
leden, die op den dag verhinderd wa
ren geweest. De groote zaal bood dan
ook met haar vele gasten, de witge
dekte en van frissche bloemen rijke
lijk voorziene lange feesttafels hij de
schitterende Zeiss-verlichting het
geschenk van de leden en oud-leden
een prettigen aanblik.
De nieuw aangekomen gasten wer
den bij den aanvang speciaal verwel
komd door den voorzitter Van de feest
commissie, den heer Allers.
In zijn openingswoord gaf de voor
zitter 't karakter van dezen avond aan
dio meer de traditioneele intieme jaar
vergadering wil zijn dan een officieele
feestavond. Er zou dan ook niet veel
worden gespeecht.
Bijzonderlijk richtte spr. nog een
welkom tot het goed bezette strijkje,
dat den avond zou opluisteren met
muziek en reeds voor den aanvang de
feeststemming opwekte.
Staande zong de vergadering eeni
ge coupletten van het bondslied dei*
Chr. Zangvereenigingen, waarna met
de afwerking van het omvangrijke
feestprogramma werd begonnen.
Een der eerste punten was een door
de leden zelf gedichte en gecompo
neerde zanghulde op de ijverige feest
commissie, met het refrijn waarvan
de vergadering telkens geestdriftig in
stemde. Natuurlijk toonde de com
missie zich voor deze hulde zeer ge
voelig.
Het 65ste jaarverslag werd uitge
bracht, door den lsten secretaris, den
heer A. A. Boehmer. Hij vond daarbij
tevens gelegenheid om de verdiensten
in het licht te stellen van den heer
Eikerbout, den ijverigen concierge van
het vereenigingsgebouw, met zijn
vrouw en dochter. De personen in ca-
su werden op verlangen der vergade
ring ontboden en moesten, terwijl het
betreffende gedeelte nogeens werd
voorgelezen, een ovatie in ontvangst
nemen.
Toen het buiten negen uur sloeg,
gaf de vergadering gevolg aan den
voorslag dien Dr. Los des morgens ge
daan had, n.l. om zich gedurende een
minuut van zijn zetels te verheffen en
in stilte de oprichting van Prediker
te gedenken. Alvorens weer te gaan
zitten, zong men'het bekende: waar
mede zal de jongeling zijn pad
uit Ps. 119 vs. 5.
De avond werd verder in een uiterst
prettige stemming doorgebracht, bij
het genot van muziek, voordrachten
en eenige zeer goed gespeelde toone^l-
stukjes, die best in den smaak vielen.
Het was niet vroeg meer toen allen
zich vereenigden aan de koffietafel en
de feestavond, die een waardig slot
vormde van deze luisterrijke herden
king, door den heer L. Questroo, dio
het 2de gedeelte leidde, werd gesloten.
Benoeming en ontslag.
Doordat het aantal leerlingen van
de school voor buitengewoon lager
onderwijs alhier gedurende het jaar
1925 gestegen is, is de aanstellinng
van jnog een vaste leerkracht noodig
geworden. B. en W. stellen den raad
aarom voor, tot deze benoeming over
te gaan. De ingediende voordracht
luidt: 1. mej. E. M. Labree; 2. mej.
J. J. "de Bruin; mej'. L\ G. Tuk, al
ien te Leiden.
Mej. dr. IJ. C. Bolle heeft wegens
haar vertrek naar het buitenland ont
slag gevraagd als lid van 'de com
missie van toezicht op het middelbaar
onderwijs alhier. B. en W. stellen
thans den raad voor haar eervol ont
slag te verleen en onder dankbetuiging
voor de door liaar in genoemde func
tie 'bewezen diensten.
Lastige overweg.
Gisteravond werd een groot aantal
fietsers en wandelaars aan den oven
weg van het spoor bij den Haagweg
een onaangename verrassing bereid
dooi' rangeerende spoorwagens, die oor
zaak waren, dat de boomen vele minu
ten lang gesloten bleven.
Was net lange wachten op zichzelf
al ver van prettig, de stemming van de
wachtenden werd er niet beter op, toen'
een hevige stortbui losbrak.
Mopperend en tot op de huid toe doop-
nat, konden eindelijk de wachtenden
hun tocht vervolgen.
't Zou zeker wel gewenscht zjjn. in
dien aan dezen onhoudbaren toestand
een einde werd gemaakt.
Gistermorgen is in de remise van
de N.Z.H.T.M. aan den Rijnsburger-
weg een monteur G. doordat hij uit
gleed, in aanraking gekomen rnet een
electr. stroom van 1200 volt, waar
door hij ernstige brandwonden aan
een zijner handen bekwam 'eiï hij voor
loopig geen dienst kan doen.
Burgerlijke stand.
Gehuwd: N. Selier, jm. en M. v.
Weerlee, jd. J. Labord'us, jm. en S,
Slegtenhor'st, jd. M. Noort, "jm. en A
Sira, jd. J. M. Homburg, wèdr. en M
A. C. Keereweer, jd. P. Wakka, jm. en
L. C. Menrjn, jd. J. P. M. Goddijn, jm
en T. M. Straathof, jd. J. Segaar, jm
en J. E. Vcorthuijzen, jd. J. J. Breecle-
veld, jm. en E. H. C. Vreeburg, jd
A. v. d. Veen, jm. en A. H. Blonk, 'jd
F. Rijsbergen, vvedr. en G. v. Leeuwen,
jd. H. Pijnakker, jm. en M. H. Ver
hoogt, jd. R. Zandvliet, jm. en A. M.
J. v. Wijk, jd. A. P. Holleraan, jm
en W. J. Bruinsma, jd. A. Kouwen-
berg, jm. en C. C. Smits, gesch. J.
Cramer, jm. en W. Karstens, jd. G.
Philippo, jm. en M. J. C. Neutêboom, 4
jd.
i i
BINNENLAND.
Weeldeveriermgsbplasling.
-Wordt het Wetsontwerp tot heffing
van een weeldeverteringsbelasting
aangenomen, dan zullen ook installa
ties voor centrale verwarming met een
recht van 10 pet. van den gezamenlij-
ken verkoopprijs worden belast. Hier
tegen meent de Nederlandsche Ver-
eeniging voor Centrale Verwarmings-
Industfie ernstige bedenkingen te
moeten maken. Zij komt in een adres
aan den minister van financiën tot öe
conclusie:
de voorgestelde" heffing zal de ver-
Warniingsindustrie zeer benadeelen .en
haar ontwikkeling tegenhouden;
die ontwikkeling moet wenschehjk
worden geacht in het belang ook van
het doel, dat juist de heffing beoogt,
n.l. het tegengaan van Weelde en het
betrachten van zuinigheid bij overi
gens noodzakelijke, uitgaven;
die ontwikkeling dient te worden
bevorderd niet 'tegengegaan in
het belang van de algemeene welvaart,
wijl zij kans biedt op meer werkgele
genheid, en het ontstaan van een nieu
wen tak van industrie (fabricage van
gegoten radiatoren en ketels);
de verwarmingsinstallaties zijn geen
handelsartikelen, waarop het ontwerp
volgens zijn structuur betrekking
heeft, zoodat ook aan verschillende
voorschriften niet kan worden vol
daan.
De vleeschinvoer in Engeland.
Het Tweedif Kamerlid de heer Weit
kamp richtte tot den Minister van
Binnenl. Zaken en Landbouw de vol
gend vragen:
le. Is het den Minister bekend, dat
het bestaan der plattelandsbevolking
in het overgroote deel van ons land
nagenoeg geheel afhankelijk is van
de prijzen der vleeschproducten, zoo
dat de sluiting der Engelsche markt
voor dat product voor haar gerust een
onoverkomenlijke slag kan genoemd
worden?
2e. Zoo .ja, is dan de Minister bereid,
om, daar in ons land voor meer dan
60 millioen gulden aan vleeschproduc
ten uit den vreemde wordt ingevoerd,
mede gelet op de omstandigheid, dat
voor andere arbeiders zooveel gebeurt,
onze grenzen (ten bate der kleine boe
ren, die ook arbeiders zijn), tijdelijk
althans, voor den invoer van vreemd
vleesch te sluiten?
In verband met de mededeeling,
dat dr. Ten Sande, de inspecteur van
onzen veterinairen dienst, te Londen
de noodige verzekeringen had ontvan
gen, dat het van Nederland uit in En
geland geïmporteerde vleesch niet ge
ïnfecteerd. was met mond- en klauw
zeer alieen uit België in Nederland
geïmporteerd vleesch zou besmet zijn
deelde het ministerie van landbouw
te Londen volgens de „Times" mede,
dat dergelijke verzekeringen te Lon
den niet waren gegeven. Uit Neder
land afkomstige karkassen waren
aldus het blad met de ziekte besmet
In kringen van vleeschexporteurs,
zoo deelt men aan het „Hdbld." mede,
twijfelt men er echter aan, of dit wel
de eenige reden is tot uitvaardiging
van het verbod. Vakmenschen weten,
zoo verklaarde onze zegsman, dat
vleesch van varkens, schapen en kal
veren, zooals dat van Nederlandsche
havens steed verzonden is, geen ge
vaar oplevert voor overbrenging van
mond- en klauwzeer
In geen geval levert dit vleesch meer
gevaar voor besmetting dan het •be
vroren vleesch, dat in Engeland wel
toegelaten is. Overbrenging- van be
smetting door den invoer van Neder-
landsch vleesch zou zelfs uitgesloten
zijn dank zij de buitengewoon strengs
en deskundige keuring die in ons lani-
wordt uitgeoefend en dank zij de stren
ge maatregelen die uitbreiding van
een besmettingshaard tegengaan. Be
palingen waardoor de Nederlandsche
vleesehkeuring dan ook uiterst gun
stig bekend staat.
Achter dit invoerverbod moet men
dus iets anders zoeken en de Neder
landsche vee-exporteurs zien er dan
ook in hoofdzaak een beschermende
maatregel in voor de Engelsche land
bouwers. Merkwaardig is het ook, dat
het gezouten vleesch, dat de Engel-
schen tot „bacon" verwerken en dat
men niet missen kan nog steeds wordt
toegelaten.
Is het invoerverbod werkelijk een
beschermende bepaling, dan zou men
het, aldus de vakman die ons het bo
venstaande mededeelde, wellicht kun
nen 'beschouwen als een maatregel, te
gen de invoerrechten die ook in Ne
derland op bepaalde Engelsche waren
geheven worden.
Hoe li£t bok zij, het Engelsche in
voerverbod kan voor ons land vér
strekkende gevolgen hebben, die zich
op bet oogenblik nog slechts z&ér wei
nig doen gevoelen, in vergelijk met
hetgeen komen kan. Indien het verbod
wordt gehandhaafd kan het bijv. de
schapenteelt in ons land onmogelijk
maken en zoo op de welvaart van be
paalde streken en dus van heel ons
land zijn invloed doen gelden.
"BUITENLAND;
DE VOLKENBONDSZxAADS-
VERGADERING
Het incident-Bethlen.
Toen graat Bethlen gistermorgen
om halt elf uit de zitting van de Raads
commissie voor Hongarije kwam, trad
een zekere Ivan de Tusth, die in Ge*
,nève geheel onbekend is, en zich secre
taris-generaal der Hongaarsche repu-
blikeinsche partij noemt, naar voren
en gaf den Hongaarschen minister-pre
sident een oorvijg.
De dader werd onmiddellijk door
een dienaar der veiligheidspolitie ge
grepen en uit het Volkenbondspaleis
weggeleid. Hij vond intusschen nog
gelegenheid tegen de Hongaarsche re*
geerjng gerichte pamfletten te ver
spreiden.
Bij de opening der Raadszitting, een
kwartier later, heeft voorzitter Guani
uit aller naam het onaangename in
cident betreurd en het slachtofferde
verzekering gegeven, clat de geheele
Volkenbondsraad deze ernstige schen
ding der gastvrijheid, die de Volken
bond allen verleent, die voor hem ver
schijnen, veroordeelt.
Het is gebleken, dat de Hongaar
de Justh ook secretaris-generaal was
van de Hongaarsche vereeniging voor
de rechten van den mensch en dat
hij' binnen de wandelgangen van het
Volkenbondspaleis was toegelaten op
vertoon van een hem" door het Vol'
kenbondsseuretariaat verleende pers
kaart, die hem uitgereikte is op grond
eener bijzondere* aanbeveling van de
redactie van het Parijsche blad l'Ere
Nouvelle. Het incident kan uit een
oogpunt van de vrijheid der pers nog
eenige bedenkelijke gevolgen hebben.
Spanje en de Raad.
De sensatie, veroorzaakt door de
graat Bethlen toegebrachte oorvijg,
wiercl spoedig na de opening der
Raadszitting gevolgd door een tweede
sensatie, doordat Querboule verklaar
de, dat Spanje besloten heeft het be
kende amendement op artikel 4 van
het Volkenbondsverdrag eindelijk te
ratifioéeren, omdat Spanje geencan"
didaat meer wil zijn bij Raadsverkie
zingen. Dit amendement zal thans dus
in werking treden.
Uit de toelichting vloeit voort, dat
Spanje zich niet meer voor een ver
kiezing als niet-permamemt Raadslid
beschikbaar zal stellen en daarom
geen reden meer heeft de inwerking
treding van het amendement te^en te
houden, dat het mogelijk maakt af
tredende raadsleden met meer her
kiesbaar te verklaren.
Spanje wil dus blijkbaar alles of
[niets. lW|aar dit de bedoeling der
Spaansche verklaring moet zijn, berus
ten de gelükwenschen, die Chamber
lain, Boncour en Scialoja tot Span
je richtten, op een misverstand.
Het is waarschijnlijk met het oog op
dit misverstand, dat Querboule gister
middag nog een toevoeging eraan gaf.
Hij verklaarde, dat Spanje geen voor
stel omtrent de samenstelling van den
Volkenbondsraad zou kunnen aanvaar
den, waarbij het als tweederangs mo
gendheid zou worden geclassificeerd
en dat zij'n houding in dit opzicht ge
heel ongewijzigd is gebleven.
Deze nieuwe verklaring gaf aanlei
ding tot een reeks van begrafenisrede
voeringen van alle raadsleden, met
uitzondering van den stilzwijgenden De
Mello Franco. Allen gaven uiting aan
de hoop, dat Spanje, zooals Cham
berlain net uitdrukte, ook als niefper-
menent raadslid toch permanent aan
de Raadswerkzaamheden zal blijVen
deelnemen. Querboule was zichtbaar
ontroerd, toen hij voor al die vrien
delijke woorden zijn dank betuigde,
maar hij 'kon natuurlijk niets anders
doen dan beloven, ze aan zijn regee
ring over te brengen:
De redevoeringen maakten den in
druk, dat de raadsleden, hoezeer Span-
je's waarschijnlijk vertrek uit den Vol
kenbond betreurend, toch vast beslo
ten zijn, de weliswaar nog niet for
meel, doch toch in waarheid reeds ge
nomen beslissing om Jiet aantal per
manente raadsleden niet uit te brei
den, behalve voor Duitschland,
handhaven.
Brazilië treedt uit den Raad.
Gisteravond volgde nog een derde
sensatie: het afscheid van Brazilië.
Brazilië heeft zijn ontslag genomen
als lid van den Volkenbondsraad,
doch over eé'n uittreden uit den Vol
kenbond is geen woord gezegd. Men
mag dus aannemen, dat Brazilië voor
loopig het voorbeeld van Argentinië
zal volgen en lid, van den Xtelken*
bond zal blijven, zonder aan de ver
gaderingen deel te nemen.
Het was duidelijk de bedoeling van
Brazilië dat het met ingang van heden
zouophouden, lid van den Raad te
zijn.
Scialoja. Boncour en Benesj verde
digden eenter de eenigszins gewaagde
stelling, dat men-niet kan ophouden
lid van den Volkenbondsraad te zijn
wanneer men wil, doch dat daarvoor
de toestemming noodig is van de alge
meene vergadering, die de raadsleden
gekozen heeft.
De Mello Franco bleek door deze
argumenten niet geheel overiuigd te
zijn, doch beloofde, ze aan zijn regee
ring te zullen overbrengen. Daar hij
echter onmiddellijk daarna plechtig
allen raadsleden ae hand tot afscheid
drukte en de. vergadering veniet, is
het moeilijk. aan te nemen, dat Brazi
lië overeenkomstig de juridische op
vatting van Scialoja zal handelen en
raadslid zal blijven. Het is ook zeer
de vraag, of men dit mag wenschen,
daar er dan wellicht opnieuw een veto
tegen Duitschland's raadszetei in Sep
tember zou volgen, terwijl nu, als
Brazilië bij zijn ontslag blijft, dit ge
vaar geheel verdwenen is.
EEN AMERIKAANSCHE VOLKEN-
BOND.
Genève een Europeesche instelling.
Een telegram van de United Press
uit Washington aan de. Duitsche bla
den meldt, dat men in Amerikaansche
regeeringskringen de crisis in den vol
kenbond met de grootste belangstel
ling volgt en er daar rekening mede
houdt, dat Brazilië en andere Zuid-
Amerikaansche staten uit den bond
zullen treden.
Mocht dit laatste het' geval zijn, dan
acht men de stichting van een Ame-
rikaanschen volkenbond, waaraan ook'
de Vereenigde Staten zouden kunnen
deelnemen, geenszins buitengesloten.
Ook wordt er op gewezen, dat de
Ean-Amerikaansche Unie reeds de
ern van zulk een bond bevat en ge
makkelijk in de gewenschte richting
ontwikkeld zou kunnen worden.
Officieel wordt wel ontkend, dat pre
sident Coolidge zulke plannen koes
tert, ot "iets zou willen ondernemen
waardoor het prestige van den vol
kenbond zou worden ondermijnd.
Daarentegen blijft echter, zooals in'
officieele -kringen aangeduid wordt,
het feit bestaan, dat, ttrwijl de volken
bond zich tot een zuiver Europeesche
instelling ontwikkelt, de Amerikaan
sche staten een weg tot oplossing hun
ner eigen problemen moeten vindenj.
En daar nog de Vereenigde Staten,
noch Mexico, Brazilië en Argentinië
tot den volkenbond zouden behooren',
zou het maest voor de hand liggen*
van een eigen volkenbond aan de an
dere zijde van den Atlantischen Oce'
de middel daartoe zijn de stichting
aan.
DE REGELING MET DE VORSTEN
HUIZEN.
Marx dreigt met Rijksdagontbinding.
In dén Duitschen rijksdag heeft rijks
kanselier Marx het wetsontwerp be
treffende de regeling met de vroegere
vorstenhuizen uitvoerig toegelicht, en'
er op gewezen, dat dit wetsontwerp
rekening houdt met de algemeene ver
arming 'van het Duitsche volk, ver
oorzaakt door het verliezen van den
oorlog en de inflatie.
De regeering is van oordeel, dat het
wetsontwerp een bevredigende oplos
sing aan de hand 'doet, welke opvat
ting ook door de regeeringen der lan
den, die in de eerste plaats bij de
oplossing betrokken zijln, in het bij
zonder door Pruisen en Thuringen,
wordt gedeeld.
Marx wees er op, dat volgens - 'de
'opvatting" der rijksregeering de meer
derheid van het -Duitsche volk drin
gend wenscht, dat de rijksdag een be
vredigende wettelijke oplossing van 't
vraagstuk zal vinden. Hij1 drong er
op aan, dat de wet, over welker bij;
zonderheden reeds maanden lang is
beraadslaagd, thans met allen moge-
lijken spoed zal worden afgedaan.
De rijTsregeering wil er geen twijfel
over laten bestaan, dat het volstrekt
verkeerd zou zijln te meenen, dat ook
indien de uitslag van de volksbeslis
sing in ontkenneoden zin uitvalt, van
een wettelijke regeling in den geest
van het thans ingediende wetsontwerp
aandringen en er niet voor terugschrik
ken, de noodige gevolgtrekkingen te
maken, indien het in den rijksdag de
finitief onmogelijk zou blijken het des
betreffende wetsontwerp tot stand te
doen komen.
Het Duitsch-Russisch verdrag door
den Rijksdag aangenomen.
Op het debat over de schade looss tel
ling en den brief van den rijkspresi
dent, welke laatste algemeen werd af
gekeurd, volgde de behandeling van
het nieuwe Duitsch-Russische verdrag
Ter vervanging van Stresemann, die
ongesteld is, werd dit punt door den
rijkskanselier behandeld.
Deze zeide" dat voor het sluiten van
•dit verdrag de toestemming van de v
volksvertegenwoordiging niet noodig
is. Daar het echter een bijzondere po
litieke strekking heeft, heeft de regee
ring het besluit genomen, de meening
van den Rijksdag hierover in te win
nen. Zij wil de partijen in staat stel
len, er haar meening over te zeggen.
Spr. wees vervolgens op de noodza
kelijkheid van vriendschappelijke be-