NIEUWE LEIDSCHE COURANT VAN VRIJDAG 11 JUNI 1926 DAG-AGENDA. Noordwijk-Binnen. Woensd. 16 Juni 's Middags 2 uur, Bollenschuur van den heer G. J. G. v. Parijs, Voorstraat, Opening Bazar der Geref. Meisjesver. „Martha". Noordwijk-Binnen. Dondezd. 17 Juni 's middags 2 uur, Bollenschuur van den heer G. J. G. v. Parijs, Voorstraat, Bazar der Geref. Meisjesvereeniging „Martha". Donderdag 17 Juni 's av. kwart over acht. Rest. ,In den Vergulden Turk' Jaarverg. v. d. L. Kunstkring „Voor Allen". Vrijdag 18 Juni, 's avonds acht uur. Stadsgehoorzaal (Foyer): Alg. Verg. v. h. Gen. „Mathesis Scientiarum Genitrix". Noordwijk-Binnen. Vrijdag 18 Juni 's middags twee uur Bollenschuur van den heer G J. G v. Parijs, Voorstraat, Bazai der Geref. Meisjesvereeniging „Martha". De avond- nacht- en Zondagdienst der apotheken wordt van Maandag 7 tot en met Zondag 13 Juni waargeno men door de apotheek van den heer P. du Croix, Rapenburg 9, telefoon 807 Oegstgeest. Apotheek „De Vijzel" Kempenaerstraat 4, des nachts en des Zondags geopend. feonen niet bij f800, doch reeds bij 700 te doen aanvangen, tenvijl zij me lde van oordeel was, dat aan belang hebbenden het- recht van beroep be hoorde te worden toegekend van de beslissingen van den Directeur. Kon de Commissie voor den Ge neeskundigen Dienst, zooals gezegd, zich in hoofdzaak met de tarieven wereenigen, niet alzoo het Burgerlijk Armbestuur, dat de inkomensgrenzen, fcoowel van gehuwden als ongehuwden, Jte laag achtte. t v Vermits het B. en W. voorkwam, 'dat de tarieven, door het Burgerlijk lArmbestuur voorgesteld, meer aanbe veling verdienden, dan die stan den Directeur, besloten zij, na een bespre king te hebben gehouden met den (Voorzitter van het Burgerlijk Armbe stuur en den Voorzitter en den Se cretaris van de Commissie voor den Geneeskundigen Dienst, den Direc teur van dien Dienst op te dragen, ide door het Burgerlijk Armbestuur voorgestelde tarieven bij' wijze van proef eenigen tijd toe te passen. In zijn schrijven van 23 Mei 1925 Ideelt de Directeur nu mecle, dat de proef, op 1 December 1924 aange vangen, volkomen is geslaagd dat de betrokkenen door de gevraagde bij dragen niet te zwaar worden belast, jdat de bijdragen, op een enkele na, hetgeen men altijd zal hebben, gere- Sgela worden betaald en dat hij der halve geen bezwaar'heeft, om zijn ont werp-tarieven te wijzigen in den zin als door het Burgerlijk Armbestuur bedoeld. Ook de Commissie voor den Ge neeskundigen Dienst heeft tegen de voorgestelde wijzigingen geen bezwaar Behoudens eenige kleine opmerking gen heeft zij' alleen bezwaar, om de bevoegdheid tót verhooging verlaging lot kwijtschelding van een bijdrage uit sluitend aan den Directeur toe te ken nen. Zij stelt voor die bevoegdheid te leggen in handen van haar "Voorzit" jter, nadat door dezen het Burgerlijk lArmbestuur is gehoord. Keerplaatsen op de Rijn- en Schiekade. De koetsiersvereeniging „Verbete ring zij ons Streven" heeft een adres aan den Raad gericht, waarin zij den Raad verzocht keerplaatsen op de Rijn en Schiekade aan te brengen. Hoewel 'de Rijn- en Schiekade geen hoofdver- bindingsweg is en slechts aan een zijde bebouwd, waarop ook geen zij straten uitkomen en er dus geen reden bestaan deze maatregelen te treffen om verbetering in den toestand aldaar aan tex brengen, hebben B. en Wl. toch naar middelen gezocht om het [elkaar passeeren te vergemakkelijken ,In de eerste plaats hebben zij; beslo ten tot het doen verwijderen van de paaltjes, staande voor de perceelen mis. 1 tot en met 60. Voorts hebben zij" "zich in verbinding gesteld met de Directie der Ned. Spoorwegen, ten einde door gebruikmaking van een ge~ ideelte van het terrein der spoorwegen nabij 'de Jaagbrug een gelegenheid tot keeren "te verkrijgen. Met de Ned. Spoorwegen is overeenstemming be reikt omtrent het terugplaatsen van het hek, tusschen bedoeld terrein en ide Rijn- en Schiekade en het verhar- ,den van de vrijkomende strook grond. Pok hiertoe 'zal binnenkort worden pvergegaan. HET 65-JARIG BESTAAN DER CHR. JONGELINGSVEREENIGING „PREDIKER XII la". De tocht naar Kijkduin. Het zag er wat het weer betreft no- al hoopvol uit, toen de ruim 150 deel- nemers zich voor het Stadhuis verza melden voör het uitstapje. De geest was, zooals zioh denken laat, uitstekend. Om te beginnen be schikt het Prediker van thans over de noodige raddraaiers, in den goeden zin van het woord wel te verstaan, en oc^k de oud-leden die eenmaal die rol hebben vervuld, bleken de trekken van vroeger nog niet te hebben ver- loren. Terwijl de extra-tram van de If. Z. H. T. M., alle halte'è ditmaal negee- rend, met bekwamen spoed naar Den Haag reed, begonnen de wolken, die reeds den geheelen morgen hadden ge dreigd, hun plasregens uit te storten. Het werd den reizigers al duidelijk, dat de maaltijd op Kijkduin wel niet op het terras van het K. W.-hotel zou worden genuttigd. Maar die gedachte vermocht hen niet neer te drukken. In tegendeel, men gevoelde zich veilig in de gezellige, tjokvolle tram en maakte jool. Aan liet Bezuidenhout werd uitge stapt, en toen ging liet te voet naar het station van de Stoomtram der W. S. M. In de grootste eendracht bag'in nen werd deze wandeling niet door allen tegelijk teneinde gebracht. Juist na het verlaten van de tram, brak boven de residentie een zwaar onweer los, gepaard gaande met een tamelijk vinnig regenbuitje, zoodat verschillende der geachte 'reünisten onder een boom, in een portiek of op een trambalcon een goed heenkomen zochten. Gelukkig had de weer gereed staan de extra-tram geen haast, zoodat al ie wandelaars toch konden worden op genomen. Onder het rijden was de lucht weer iets opgeklaard, en liet was buiten weer geheel veilig, toen het Stoom- trammetje temidden van het duin landschap bij Kijkduin stilhield. De reünisten werden in het Kon. Wilhelmina-hotel liefderijk opgevan gen en met de vochtige overjassen ver gaten zij ook spoedig de regenbuien, toen de soep werd opgediend. Geduren de het diner werd er in de buurt van de bestuurstafel af en toe gespeecht, maar dat de tafelpresident, de heer Hüner de talrijke gasten, die twee groote zalen vulden, er niet steeds „bij" had, zal niemand die de goede feeststemming zag, hem als een fout hebben aangerekend. Het was intusschen bepaald mooi weer geworden. Onder gunstige om standigheden werd, eerst op het ter ras, en daarna ook op het strand een foto van de deelnemers gemaakt. Te zes uur stond het stoomtram- metje weer te wachten, en werd in de beste stemming ingestapt. IleL Haagje was weer spoedig bereikt, waar aan de Koningskade de „blau we" tram nog vóór het gezette uur verscheen. Dit had voor de voorsten een voordeel, want zij kwamen droog in de tram, terwijl eenige achtergeble ven schapen nog ruimschoots hun deel kregen van een inmiddels alweer los gebroken stortbuitje. Precies op tijd, om kwart voor acht, stond de tram weer voor het Stadhuis. Vandaar trok men gezamenlijk naar het Vereenigingsgebouw in de Jan- Vossensteeg, waar de herdenking werd besloten met een uitnemend voorbereide Avondfeesiviering. Deze werd, behalve door de reünis ten die aan den tocht naar Kijkduin hadden deelgenomen, ook bijgewoond door een groot aantal leden en oud- leden, die op den dag verhinderd wa ren geweest. De groote zaal bood dan ook met haar vele gasten, de witge dekte en van frissche bloemen rijke lijk voorziene lange feesttafels hij de schitterende Zeiss-verlichting het geschenk van de leden en oud-leden een prettigen aanblik. De nieuw aangekomen gasten wer den bij den aanvang speciaal verwel komd door den voorzitter Van de feest commissie, den heer Allers. In zijn openingswoord gaf de voor zitter 't karakter van dezen avond aan dio meer de traditioneele intieme jaar vergadering wil zijn dan een officieele feestavond. Er zou dan ook niet veel worden gespeecht. Bijzonderlijk richtte spr. nog een welkom tot het goed bezette strijkje, dat den avond zou opluisteren met muziek en reeds voor den aanvang de feeststemming opwekte. Staande zong de vergadering eeni ge coupletten van het bondslied dei* Chr. Zangvereenigingen, waarna met de afwerking van het omvangrijke feestprogramma werd begonnen. Een der eerste punten was een door de leden zelf gedichte en gecompo neerde zanghulde op de ijverige feest commissie, met het refrijn waarvan de vergadering telkens geestdriftig in stemde. Natuurlijk toonde de com missie zich voor deze hulde zeer ge voelig. Het 65ste jaarverslag werd uitge bracht, door den lsten secretaris, den heer A. A. Boehmer. Hij vond daarbij tevens gelegenheid om de verdiensten in het licht te stellen van den heer Eikerbout, den ijverigen concierge van het vereenigingsgebouw, met zijn vrouw en dochter. De personen in ca- su werden op verlangen der vergade ring ontboden en moesten, terwijl het betreffende gedeelte nogeens werd voorgelezen, een ovatie in ontvangst nemen. Toen het buiten negen uur sloeg, gaf de vergadering gevolg aan den voorslag dien Dr. Los des morgens ge daan had, n.l. om zich gedurende een minuut van zijn zetels te verheffen en in stilte de oprichting van Prediker te gedenken. Alvorens weer te gaan zitten, zong men'het bekende: waar mede zal de jongeling zijn pad uit Ps. 119 vs. 5. De avond werd verder in een uiterst prettige stemming doorgebracht, bij het genot van muziek, voordrachten en eenige zeer goed gespeelde toone^l- stukjes, die best in den smaak vielen. Het was niet vroeg meer toen allen zich vereenigden aan de koffietafel en de feestavond, die een waardig slot vormde van deze luisterrijke herden king, door den heer L. Questroo, dio het 2de gedeelte leidde, werd gesloten. Benoeming en ontslag. Doordat het aantal leerlingen van de school voor buitengewoon lager onderwijs alhier gedurende het jaar 1925 gestegen is, is de aanstellinng van jnog een vaste leerkracht noodig geworden. B. en W. stellen den raad aarom voor, tot deze benoeming over te gaan. De ingediende voordracht luidt: 1. mej. E. M. Labree; 2. mej. J. J. "de Bruin; mej'. L\ G. Tuk, al ien te Leiden. Mej. dr. IJ. C. Bolle heeft wegens haar vertrek naar het buitenland ont slag gevraagd als lid van 'de com missie van toezicht op het middelbaar onderwijs alhier. B. en W. stellen thans den raad voor haar eervol ont slag te verleen en onder dankbetuiging voor de door liaar in genoemde func tie 'bewezen diensten. Lastige overweg. Gisteravond werd een groot aantal fietsers en wandelaars aan den oven weg van het spoor bij den Haagweg een onaangename verrassing bereid dooi' rangeerende spoorwagens, die oor zaak waren, dat de boomen vele minu ten lang gesloten bleven. Was net lange wachten op zichzelf al ver van prettig, de stemming van de wachtenden werd er niet beter op, toen' een hevige stortbui losbrak. Mopperend en tot op de huid toe doop- nat, konden eindelijk de wachtenden hun tocht vervolgen. 't Zou zeker wel gewenscht zjjn. in dien aan dezen onhoudbaren toestand een einde werd gemaakt. Gistermorgen is in de remise van de N.Z.H.T.M. aan den Rijnsburger- weg een monteur G. doordat hij uit gleed, in aanraking gekomen rnet een electr. stroom van 1200 volt, waar door hij ernstige brandwonden aan een zijner handen bekwam 'eiï hij voor loopig geen dienst kan doen. Burgerlijke stand. Gehuwd: N. Selier, jm. en M. v. Weerlee, jd. J. Labord'us, jm. en S, Slegtenhor'st, jd. M. Noort, "jm. en A Sira, jd. J. M. Homburg, wèdr. en M A. C. Keereweer, jd. P. Wakka, jm. en L. C. Menrjn, jd. J. P. M. Goddijn, jm en T. M. Straathof, jd. J. Segaar, jm en J. E. Vcorthuijzen, jd. J. J. Breecle- veld, jm. en E. H. C. Vreeburg, jd A. v. d. Veen, jm. en A. H. Blonk, 'jd F. Rijsbergen, vvedr. en G. v. Leeuwen, jd. H. Pijnakker, jm. en M. H. Ver hoogt, jd. R. Zandvliet, jm. en A. M. J. v. Wijk, jd. A. P. Holleraan, jm en W. J. Bruinsma, jd. A. Kouwen- berg, jm. en C. C. Smits, gesch. J. Cramer, jm. en W. Karstens, jd. G. Philippo, jm. en M. J. C. Neutêboom, 4 jd. i i BINNENLAND. Weeldeveriermgsbplasling. -Wordt het Wetsontwerp tot heffing van een weeldeverteringsbelasting aangenomen, dan zullen ook installa ties voor centrale verwarming met een recht van 10 pet. van den gezamenlij- ken verkoopprijs worden belast. Hier tegen meent de Nederlandsche Ver- eeniging voor Centrale Verwarmings- Industfie ernstige bedenkingen te moeten maken. Zij komt in een adres aan den minister van financiën tot öe conclusie: de voorgestelde" heffing zal de ver- Warniingsindustrie zeer benadeelen .en haar ontwikkeling tegenhouden; die ontwikkeling moet wenschehjk worden geacht in het belang ook van het doel, dat juist de heffing beoogt, n.l. het tegengaan van Weelde en het betrachten van zuinigheid bij overi gens noodzakelijke, uitgaven; die ontwikkeling dient te worden bevorderd niet 'tegengegaan in het belang van de algemeene welvaart, wijl zij kans biedt op meer werkgele genheid, en het ontstaan van een nieu wen tak van industrie (fabricage van gegoten radiatoren en ketels); de verwarmingsinstallaties zijn geen handelsartikelen, waarop het ontwerp volgens zijn structuur betrekking heeft, zoodat ook aan verschillende voorschriften niet kan worden vol daan. De vleeschinvoer in Engeland. Het Tweedif Kamerlid de heer Weit kamp richtte tot den Minister van Binnenl. Zaken en Landbouw de vol gend vragen: le. Is het den Minister bekend, dat het bestaan der plattelandsbevolking in het overgroote deel van ons land nagenoeg geheel afhankelijk is van de prijzen der vleeschproducten, zoo dat de sluiting der Engelsche markt voor dat product voor haar gerust een onoverkomenlijke slag kan genoemd worden? 2e. Zoo .ja, is dan de Minister bereid, om, daar in ons land voor meer dan 60 millioen gulden aan vleeschproduc ten uit den vreemde wordt ingevoerd, mede gelet op de omstandigheid, dat voor andere arbeiders zooveel gebeurt, onze grenzen (ten bate der kleine boe ren, die ook arbeiders zijn), tijdelijk althans, voor den invoer van vreemd vleesch te sluiten? In verband met de mededeeling, dat dr. Ten Sande, de inspecteur van onzen veterinairen dienst, te Londen de noodige verzekeringen had ontvan gen, dat het van Nederland uit in En geland geïmporteerde vleesch niet ge ïnfecteerd. was met mond- en klauw zeer alieen uit België in Nederland geïmporteerd vleesch zou besmet zijn deelde het ministerie van landbouw te Londen volgens de „Times" mede, dat dergelijke verzekeringen te Lon den niet waren gegeven. Uit Neder land afkomstige karkassen waren aldus het blad met de ziekte besmet In kringen van vleeschexporteurs, zoo deelt men aan het „Hdbld." mede, twijfelt men er echter aan, of dit wel de eenige reden is tot uitvaardiging van het verbod. Vakmenschen weten, zoo verklaarde onze zegsman, dat vleesch van varkens, schapen en kal veren, zooals dat van Nederlandsche havens steed verzonden is, geen ge vaar oplevert voor overbrenging van mond- en klauwzeer In geen geval levert dit vleesch meer gevaar voor besmetting dan het •be vroren vleesch, dat in Engeland wel toegelaten is. Overbrenging- van be smetting door den invoer van Neder- landsch vleesch zou zelfs uitgesloten zijn dank zij de buitengewoon strengs en deskundige keuring die in ons lani- wordt uitgeoefend en dank zij de stren ge maatregelen die uitbreiding van een besmettingshaard tegengaan. Be palingen waardoor de Nederlandsche vleesehkeuring dan ook uiterst gun stig bekend staat. Achter dit invoerverbod moet men dus iets anders zoeken en de Neder landsche vee-exporteurs zien er dan ook in hoofdzaak een beschermende maatregel in voor de Engelsche land bouwers. Merkwaardig is het ook, dat het gezouten vleesch, dat de Engel- schen tot „bacon" verwerken en dat men niet missen kan nog steeds wordt toegelaten. Is het invoerverbod werkelijk een beschermende bepaling, dan zou men het, aldus de vakman die ons het bo venstaande mededeelde, wellicht kun nen 'beschouwen als een maatregel, te gen de invoerrechten die ook in Ne derland op bepaalde Engelsche waren geheven worden. Hoe li£t bok zij, het Engelsche in voerverbod kan voor ons land vér strekkende gevolgen hebben, die zich op bet oogenblik nog slechts z&ér wei nig doen gevoelen, in vergelijk met hetgeen komen kan. Indien het verbod wordt gehandhaafd kan het bijv. de schapenteelt in ons land onmogelijk maken en zoo op de welvaart van be paalde streken en dus van heel ons land zijn invloed doen gelden. "BUITENLAND; DE VOLKENBONDSZxAADS- VERGADERING Het incident-Bethlen. Toen graat Bethlen gistermorgen om halt elf uit de zitting van de Raads commissie voor Hongarije kwam, trad een zekere Ivan de Tusth, die in Ge* ,nève geheel onbekend is, en zich secre taris-generaal der Hongaarsche repu- blikeinsche partij noemt, naar voren en gaf den Hongaarschen minister-pre sident een oorvijg. De dader werd onmiddellijk door een dienaar der veiligheidspolitie ge grepen en uit het Volkenbondspaleis weggeleid. Hij vond intusschen nog gelegenheid tegen de Hongaarsche re* geerjng gerichte pamfletten te ver spreiden. Bij de opening der Raadszitting, een kwartier later, heeft voorzitter Guani uit aller naam het onaangename in cident betreurd en het slachtofferde verzekering gegeven, clat de geheele Volkenbondsraad deze ernstige schen ding der gastvrijheid, die de Volken bond allen verleent, die voor hem ver schijnen, veroordeelt. Het is gebleken, dat de Hongaar de Justh ook secretaris-generaal was van de Hongaarsche vereeniging voor de rechten van den mensch en dat hij' binnen de wandelgangen van het Volkenbondspaleis was toegelaten op vertoon van een hem" door het Vol' kenbondsseuretariaat verleende pers kaart, die hem uitgereikte is op grond eener bijzondere* aanbeveling van de redactie van het Parijsche blad l'Ere Nouvelle. Het incident kan uit een oogpunt van de vrijheid der pers nog eenige bedenkelijke gevolgen hebben. Spanje en de Raad. De sensatie, veroorzaakt door de graat Bethlen toegebrachte oorvijg, wiercl spoedig na de opening der Raadszitting gevolgd door een tweede sensatie, doordat Querboule verklaar de, dat Spanje besloten heeft het be kende amendement op artikel 4 van het Volkenbondsverdrag eindelijk te ratifioéeren, omdat Spanje geencan" didaat meer wil zijn bij Raadsverkie zingen. Dit amendement zal thans dus in werking treden. Uit de toelichting vloeit voort, dat Spanje zich niet meer voor een ver kiezing als niet-permamemt Raadslid beschikbaar zal stellen en daarom geen reden meer heeft de inwerking treding van het amendement te^en te houden, dat het mogelijk maakt af tredende raadsleden met meer her kiesbaar te verklaren. Spanje wil dus blijkbaar alles of [niets. lW|aar dit de bedoeling der Spaansche verklaring moet zijn, berus ten de gelükwenschen, die Chamber lain, Boncour en Scialoja tot Span je richtten, op een misverstand. Het is waarschijnlijk met het oog op dit misverstand, dat Querboule gister middag nog een toevoeging eraan gaf. Hij verklaarde, dat Spanje geen voor stel omtrent de samenstelling van den Volkenbondsraad zou kunnen aanvaar den, waarbij het als tweederangs mo gendheid zou worden geclassificeerd en dat zij'n houding in dit opzicht ge heel ongewijzigd is gebleven. Deze nieuwe verklaring gaf aanlei ding tot een reeks van begrafenisrede voeringen van alle raadsleden, met uitzondering van den stilzwijgenden De Mello Franco. Allen gaven uiting aan de hoop, dat Spanje, zooals Cham berlain net uitdrukte, ook als niefper- menent raadslid toch permanent aan de Raadswerkzaamheden zal blijVen deelnemen. Querboule was zichtbaar ontroerd, toen hij voor al die vrien delijke woorden zijn dank betuigde, maar hij 'kon natuurlijk niets anders doen dan beloven, ze aan zijn regee ring over te brengen: De redevoeringen maakten den in druk, dat de raadsleden, hoezeer Span- je's waarschijnlijk vertrek uit den Vol kenbond betreurend, toch vast beslo ten zijn, de weliswaar nog niet for meel, doch toch in waarheid reeds ge nomen beslissing om Jiet aantal per manente raadsleden niet uit te brei den, behalve voor Duitschland, handhaven. Brazilië treedt uit den Raad. Gisteravond volgde nog een derde sensatie: het afscheid van Brazilië. Brazilië heeft zijn ontslag genomen als lid van den Volkenbondsraad, doch over eé'n uittreden uit den Vol kenbond is geen woord gezegd. Men mag dus aannemen, dat Brazilië voor loopig het voorbeeld van Argentinië zal volgen en lid, van den Xtelken* bond zal blijven, zonder aan de ver gaderingen deel te nemen. Het was duidelijk de bedoeling van Brazilië dat het met ingang van heden zouophouden, lid van den Raad te zijn. Scialoja. Boncour en Benesj verde digden eenter de eenigszins gewaagde stelling, dat men-niet kan ophouden lid van den Volkenbondsraad te zijn wanneer men wil, doch dat daarvoor de toestemming noodig is van de alge meene vergadering, die de raadsleden gekozen heeft. De Mello Franco bleek door deze argumenten niet geheel overiuigd te zijn, doch beloofde, ze aan zijn regee ring te zullen overbrengen. Daar hij echter onmiddellijk daarna plechtig allen raadsleden ae hand tot afscheid drukte en de. vergadering veniet, is het moeilijk. aan te nemen, dat Brazi lië overeenkomstig de juridische op vatting van Scialoja zal handelen en raadslid zal blijven. Het is ook zeer de vraag, of men dit mag wenschen, daar er dan wellicht opnieuw een veto tegen Duitschland's raadszetei in Sep tember zou volgen, terwijl nu, als Brazilië bij zijn ontslag blijft, dit ge vaar geheel verdwenen is. EEN AMERIKAANSCHE VOLKEN- BOND. Genève een Europeesche instelling. Een telegram van de United Press uit Washington aan de. Duitsche bla den meldt, dat men in Amerikaansche regeeringskringen de crisis in den vol kenbond met de grootste belangstel ling volgt en er daar rekening mede houdt, dat Brazilië en andere Zuid- Amerikaansche staten uit den bond zullen treden. Mocht dit laatste het' geval zijn, dan acht men de stichting van een Ame- rikaanschen volkenbond, waaraan ook' de Vereenigde Staten zouden kunnen deelnemen, geenszins buitengesloten. Ook wordt er op gewezen, dat de Ean-Amerikaansche Unie reeds de ern van zulk een bond bevat en ge makkelijk in de gewenschte richting ontwikkeld zou kunnen worden. Officieel wordt wel ontkend, dat pre sident Coolidge zulke plannen koes tert, ot "iets zou willen ondernemen waardoor het prestige van den vol kenbond zou worden ondermijnd. Daarentegen blijft echter, zooals in' officieele -kringen aangeduid wordt, het feit bestaan, dat, ttrwijl de volken bond zich tot een zuiver Europeesche instelling ontwikkelt, de Amerikaan sche staten een weg tot oplossing hun ner eigen problemen moeten vindenj. En daar nog de Vereenigde Staten, noch Mexico, Brazilië en Argentinië tot den volkenbond zouden behooren', zou het maest voor de hand liggen* van een eigen volkenbond aan de an dere zijde van den Atlantischen Oce' de middel daartoe zijn de stichting aan. DE REGELING MET DE VORSTEN HUIZEN. Marx dreigt met Rijksdagontbinding. In dén Duitschen rijksdag heeft rijks kanselier Marx het wetsontwerp be treffende de regeling met de vroegere vorstenhuizen uitvoerig toegelicht, en' er op gewezen, dat dit wetsontwerp rekening houdt met de algemeene ver arming 'van het Duitsche volk, ver oorzaakt door het verliezen van den oorlog en de inflatie. De regeering is van oordeel, dat het wetsontwerp een bevredigende oplos sing aan de hand 'doet, welke opvat ting ook door de regeeringen der lan den, die in de eerste plaats bij de oplossing betrokken zijln, in het bij zonder door Pruisen en Thuringen, wordt gedeeld. Marx wees er op, dat volgens - 'de 'opvatting" der rijksregeering de meer derheid van het -Duitsche volk drin gend wenscht, dat de rijksdag een be vredigende wettelijke oplossing van 't vraagstuk zal vinden. Hij1 drong er op aan, dat de wet, over welker bij; zonderheden reeds maanden lang is beraadslaagd, thans met allen moge- lijken spoed zal worden afgedaan. De rijTsregeering wil er geen twijfel over laten bestaan, dat het volstrekt verkeerd zou zijln te meenen, dat ook indien de uitslag van de volksbeslis sing in ontkenneoden zin uitvalt, van een wettelijke regeling in den geest van het thans ingediende wetsontwerp aandringen en er niet voor terugschrik ken, de noodige gevolgtrekkingen te maken, indien het in den rijksdag de finitief onmogelijk zou blijken het des betreffende wetsontwerp tot stand te doen komen. Het Duitsch-Russisch verdrag door den Rijksdag aangenomen. Op het debat over de schade looss tel ling en den brief van den rijkspresi dent, welke laatste algemeen werd af gekeurd, volgde de behandeling van het nieuwe Duitsch-Russische verdrag Ter vervanging van Stresemann, die ongesteld is, werd dit punt door den rijkskanselier behandeld. Deze zeide" dat voor het sluiten van •dit verdrag de toestemming van de v volksvertegenwoordiging niet noodig is. Daar het echter een bijzondere po litieke strekking heeft, heeft de regee ring het besluit genomen, de meening van den Rijksdag hierover in te win nen. Zij wil de partijen in staat stel len, er haar meening over te zeggen. Spr. wees vervolgens op de noodza kelijkheid van vriendschappelijke be-

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1926 | | pagina 2