NIEUWE LEIDSCHE COURANT VAN DINSDAG 8 JUNI 1928
worden tevreden gesteld, maar niel
de Chineesche geloschie er. Deze voelt
er niet voor om bezit te nemen van
den grond, is in den regel zijn cen
ten kwijt en heeft ze langs een omweg,
onvrijwillig .afgedragen aan de roode
elementen.
Op deze wijze werd alleen in de af-
deeling Tjilegon een bedrag van
f 11.645 aan ae kas van de commu
nisten toegevoegd.
Opiumaanhaling.
Naar de Sumatra Post van 12 Mei
meldt heeft de chet der opiumre
cherche j.l. Zaterdag op het van Singa
pore aangekomen s.s. Perak een hoe
veelheid opium aangehaald van twee
tail. Nu gaat het in dit geval niet zoo
zeer om het kwantum der smokkel
waar dan wel om de geslepenheid,
waarmede de smokkelaars te werk
gaan. Men had bericht gekregen, dat
op de Perak opium aanwezig zou zijn.
Direct bij aankomst werd een onder
zoek ingesteld, waarna men de hand
heeft kunnen leggen op een paar dood*
fewoon uitziende schoenen, die onbe"
eerd op het dek stonden. Bij nader
onderzoek bleek, men het heulsap te
hebben verborgen in een opening, die
in de hakken was aangebracht.
De smokkelaar zelve heeft zich
hoogstwaarschijnlijk tusschen de pas*
:c.giers verborgen en het raadzamer
- .en zijn schoenen met op te vra
gen. Hij 'is in elk geval nog steeds
onvindbaar.
Hollandsche jongolui voor Indië.
In het verslag over 1925 van het
Informatiebureau der Vereeniging Oost
en West wordt o.m. het volgende mede
gedeeld:
„Zonderen wij de Hollandsche sollici
tanten uit, die voor- de een of andere
bureau-administratieve betrekking op
handelskantoren in 'Ned.-Indië een werk
kring zochten en zich daarvoor om ad
vies bq *het Informatiebureau aanmeld
den, dan kan ten aanzien van de overige
Hollanders, n.l. de sollicitanten voor een
betrekking bij cultures in den meest
uitgebreiden zin, verklaard worden, dat
zij meerendeels niet aan de vermelde ei-
schen voldeden en alleen 'n heenkomen
zochten naar Oost- of West-Indië, om
dat de malaisetoeetand in ons land hen
ter verkrijging van een levenspositie
daartoe dwong. Zij behoorden grooten-
deels, evenals in de vorige jaren, tot
de weinig ontwikkelden, voor zooveï
zq slechts lager-, enkelen Mulo-onder
wijs hadden genoten.
Onder hen kwamen ook weer, meer
dan in 1924, -gestudeerden voor aan onze
hooge en middelbare scholen, die in ons
land vergeefs hadden beproefd een pas
senden werkkring te vinden.
De betrekkelijk vele buitenlanders,
grootendeels van Tschecho Slowakeische
nationaliteit, die zich in 192 s hoofd
zakelijk schriftelijk tot het Informatie-
Bureau wendden, ten getale van 159
(mondeling 5, totaal 164) in 1924: 145
behoorden weer voor^ het meerendee!
tot de categorie der intellectueel ont
wikkelden, als ingenieurs, doctoren, apo
thekers, technici, bedrijfsleiders van fa
brieken, handelaren, enz., waaronder
ook weder, zich gewezen officieren be
vonden, die zich gaarne bij het Indische
leger of bij de politie ingelijfd zagen,
niettegenstaande tot hen moet zijn door
fedrongen de bekendmaking, dat voor
en geen gelegenheid bestaat om voor
den Indiscnen dienst te worden uitge
zonden.
In aansluiting hiermede vestigt de lei
der van het Informatie-Bureau, de heer
H. J. A. Rapdt van Oldenbarnevelt, de
aandacht op het werk, door de arbeids
beurzen in Indië verricht, om werklooze
daar verblijvende en' behoeftige Euro
peanen aan den arbeid te helpen, zoo
mede op de actie van Indische vakver-
eenigingen tegen het doen uitkomen van
Hollanosche jongelui door Indische werk
gevers zoolang nog geschikte krachten
daar te lande aanwezig zijn. „Met open
armen" schrijft hq „worden reeds
om bovenvermelde redenen de Holland
sche jongelui in Indië niet ontvangen".
De „N. R. Ort" teekenl hierbij aan-
dat voor Hollandsche jongelui, die wat
positiefs in hun mars voeren, die bereid
zijn hard en onder vaak moeilijke om
standigheden te werken en de zoozeer
van de Nederlandsche afwijkende Indi
sche levensomstandigheden met blijmoe
digheid te 'aanvaarden, in Indië nog
altijd loekomst is. Indië is echter se
dert lang niet meer het land, waar ie
mand de gebraden duiven in den mond
vliegen. Aan nietsnutten heeft men er
evenmin behoefte als in Nederland.
Wie wat kan en wat wil, vindt er mooi
voldoening schenkend en ook op den
duur wel profijtelijk werk. Wie er heen
trekt, omdat hq meent, dat men er niet
kieskeurig is wat de arbeidskrachten be
treft, zal er niet slagen en kans loopen
om spoedig te bethooren tot de meest
ellendige categorie van maatschappelijke
mislukkelingen.
Westersche paupers in een Oostersch
land".
GEMENGD NIEUWS.
DE ROOFMOORD TE SPEKROLZER-
HEIDE.
Omtrent deze.i moord wordt nog uit
'Heerlen gemeld:
Donderdagavond omstreeks 10 uur
meldde zich bij den gemejente veld
wachter te Valburg iemand aan, die
om nachtverblijf verzocht. De veld
wachter, die het signalement van den
vermoedelijken dader van den moord
op vrouw B. te Spekholzeirheide ken
de, meende den bewusten man tegen
over zich te hébben.
Hij' stelde daarom den burgemeester
van zijin bevinding in kennis, Deze
heeft toen den man een verhoor al*
genomen,, waarbii de onbekende mede
deelde Arie Wakker te heeten en te
Spekholzerheide als •boerenknecht te
zij 11 werkzaam geweest.
T,ocn de burgemeester het gesprek
op den moom bracht, bekende de man
de vrouw geslagen te hebben..
Daarop is de burgemeester met 2
veldwachters en den verdichte in een
auto naar Kerkrade gereden.
Daar werd den man wederom een
verhoor afgenomen. Hij bekende nu
den moorcT te hebben gepleegd. Hij
zeide achter niet de bedoeling te heb
ben gehad de vrouw te dooden, maar
dat het hem slechts om geld 'te doen
was geweest.
Later in den morgen had in tegen
woordigheid van den Officier van Jus
titie en den verdachte op het terrein
van het misdrijf andermaal een on
derzoek plaats.
Medelijden van een kat.
Dr. A C. Oudemans doet in het jubi
leumnummer van „Naturaeen mede-
deeling over de individualiteit van
katten. Het volgende voorval speelde
zich te Grenoble af:
„Vooral in dit warme weer kunnen
standjes niet uitblijven. Zoo had dan
ook plotseling een warm gevecht
plaats tusschen een klein bruin hond
je en een reus, die in het halfduister
Wel een Duitsche dog van de grootste
soort geleek. In een oogwenk lag het
hondje, kermend, onder.
Daar komt de kleine kat van het
„Café Anglais", die eiken avond op
den hoek van de Rue Poulat en de
Rue de la Poste het straatgewoel be
langstellend gadeslaa.t, met alle ha
ren overeind in drie sprongen vlak
vóór den grooten hond te staan; met
één sprong vliegt ze hem in het ge
zicht; in een ondeelbaar oogcnblik is
ze teruggevlogen. Daar staat zij, on dei-
het onbedaarlijk gelach der toeschou
wers, met grooten bochel vóór den grco-
ten hond en ziet het aan, dat deze den
aanval niet in#den wind gadegesla
gen heeft, het kleine hondje aan zijn
lot overlaat, en naar de Rue de la Pos
te afdruipt.
Het kleine hondje verdwijnt, ais een
pi.il uit den boog, eene andere richting
mt. Maar, daarmede is poes niet tevre
den. Die hoek van de Rue de la Poste
is haar hoek. Langzaam, mat alle
naren overeind, krommen rug en dito
staart, en met pooten, zoo stijf als
stokjes, marcheert zij regelrecht naar
d«-n grooten hond, dip daar nog steeds
beduusd staat, alsof hij zijn zinnen,
moet verzamelen, om eens goed te we
ten. wat er eigenlijk gebeurd 1 s.
Totdat de kat weer vlak vóór den
hond gekomen is. Thans acht deze het
geraden rechtsomkeert te maken, ten
einde een tweede gevoelige aanraking
met 18 scherpe katteklauwen te vermij
den. De heldin wordt door kellner en
publiek geaaid en geprezen".
Een Paradijs voor oude vrouwen.
Er woonde in New York een oude
dame, die zélf haar boodschappen
ging doen. En eiken morgen om pre
cies vijf minuten over half negen
kwam ze op denzelfden hoek van de
zelfde straat een jonge man tegen, die
op dien tijd naar zijn werk ging-
Die jonge man, hoewel hij in New.
York woonde en werkte, was nog niet
zóó door het hurri-achtige leven van
die groote stad in beslag genomen, dat
hij alleen nog maar dacht aan de dol
lars, die Jiij verdienen ging. Eiken
morgen als hij de oude dame met haar
boodschappentasch tegen kwam,
ging hij beleefd op zij, om haar ge
makkelijk te laten passeeren. De oude
dame dankte hem dan met een hoofd
knikje en een glimlach. De jonge man
lichtte beleefd even zijn hoed, en ging
verder.
De oude dame was zoo getroffen
door die, ook in New York ongewone
beleefdheid op straat, dat zij den
naam van den jongen man weten wou.
En dien kwam ze te weten. En toen ze
naam en adres van den jongen man
wist, ging ze haar notaris opzoeken.
Nu, onlangs, merkte de jonge man
met eenige verwondering op, dat het
oude dametje met haar boodschappen
tasch, hem niet meer tegenkwam. Hij
vroeg zich af: „Zou ze ziek zijn?" en
er was werkelijk eenige zorg om het
oude menschje in zijn hart.
Een paar dagen daarna kwam hij de
oorzaak te weteri van haar afwezig
heid. Het oude dametje was gestorven,
en, zoo schreef haar notaris hem, ze
had hem benoemd tot universeel erf
genaam van haar niet onaanzienlijk
fortuin enkel als waardeering voor
zijn beleéfdheid.
De jonge man, in de wolken om dat
zoo ganschelijk ongedacht hem toege
vallen buitenkansje, sprak erover met
familie en met vrienden. En natuur
lijk kwamen de New Yorksche kran
ten het ook te hooren, en allen maak
ten ze melding van het aardige geval.
Sinds dien tijd maken alle jonge, èn
oude, mannen, onmiddellijk plaats
zoodra ze een oude dame tegen komen.
Zelfs vrouwen, meisjes en kinderen
volgen dat voorbeeld. Je kunt nooit
weten nietwaar?!
Een journalist, nieuwsgieriger dan
de overige, ging informeeren naar
naam en adres van dat oude dametje.
En toen bleek, dathet oude dame
tje nooit bestaan heeft, en dat het hee-
le verhaal verzonnen is door een „Ver-
eeniging tot Bescherming van Oude
Dames op Straat"!
Maar de voorbijgangers blijven ho
pen, en maken nog steeds beleefd
plaats.
De handige cha u fleur.
Toen de heer C. S. eenige dagen ge
leden met zijn motorjacht een reisie
van Rotterdam naar Arnhem wilde
maken, bemerkte hij reeds b het be
gin van den tocht, dat er iets met
den motor niet in den haak was. Naai
de kapitein hem vertelde, moest dit
mankement het gevolg zijii van het
feknoei van den chauffeur van den
eer S.A die aan .boord was geweest,
zoogenaamd om den motor na te kij1-
ken.
De heer S., die zijh vrouw en doch
ter aan boord had, moest in het Boe"
rengat met zijn boot blijven liggen en
kon eerst, ha de allernoodigste re
paratie te hebben laten verrichten,
den volgenden morgen zijn reis voort
zetten.
Eenmaal te Arnhem gearriveerd,
werd vandaar uit, bloot toevallig om
dat een kleindochtertje hier in de stad
jarig was, het huis van den schoon
zoon van den heer 3- door hem opge
beld en in het telefonische gesprek
deelde de dochter haar vader mede,
dat zij!n auto, een Protos, in de buurt
heen en weer reed. Had vader den
chauffeur soms eenige opdracht ge
geven Op het ontkennende antwoord
was de schoonzoon een onderzoek 111
de garage gaan instellen en toen bleek
dat de chauffeur J. G. op eigen gele
genheid den wagen uit de garage had
gehaald en aan de heeren T. en B.
had verkocht voor f 800.
De politie werd gewaarschuwd en
heeft den auto, waarvoor kort geleden
nog een bod van f 2500 was gedaan, 111
beslag genomen. De wagfen is verze";
geld en in de garage van de heeren
T. en B. ondere politietoezicht ge
plaatst.
De chauffeur, die natuurlijk zooda
nig aan den motor van het jacht had
gemorreld, dat langaur.g oponthoud
voor de.i heer S. er he^ gevolg van
moest zijn, waardoor hijzelf meer vrij
spel had, had bovendien nog i öo on
der zijn berusting. Met dn geid en
de opbrengst van den wagen is hij
verdwenen.
Edelachtbare discussie.
In den raad van Kortenhoef is de na
leving van de hondenbelasting ter
sprake gekomen. De veldwachter, die
blijkbaar het recht tot meespreken ui
de discussie heeft, verklaarde: „Ik zal
alle honden, die ik zie, bekeuren, maar
dan moet er ook zonder aanzien des
persoons mee gehandeld worden als ik
hier kom er mee".
De heer Van Doorn, vindt die hon
denverordening flauw. „Stel dat je nu
een zoet hondje hebt dat om 9 uur
's avonds binnen moet zijn.
De heer Bakker wist nog iets an
ders, waar ook eens op gelet dient te
worden. Arie de Ronde heeft zijn ter
rein afgerasterd met prikkeldraad.
Toen hebben er verscheldenen aan dat
draad zich opgehaald en daarom is
hem gezegd dat hij' vóór lederen draad
een lat moest spannen Maar Arie
de Ronde is een Drutale man, én wat
deed-ie nou, hij had al een stuk land
genomen, dat hem niet toekwam en nu
maakte hij de palen met de latten weer
een stuk verder. Daar moet iets tegen
gedaan worden".
De heer Van Doorn: „Dat zeg je
nu omdat het Arie de Ronde is. Maar
kijk is verder in de gemeente Krijn
Voorn doet het zelf ook en die heeft
in '25 zelfs de verordening helpen
maken".
De heer Voorn: „Nou maar
De heer Van Doorn: „Jij' moet als
raadslid het voorbeeld geven".
De heer Voorn: „Als niemand het
doet, doe ik het ook niet".
De heer Van Doorn: „Dat is toch
niet netjes".
Voorzitter: „Nou, heeren, we zul
len ze aanschrijven en dan proces'ver.
baal opmaken".
Stem: „Maar dan allemaal".
De heer Bakker: „Maar de.ik er om,
ik kom over een dag ot drie hier om
te informeeren of het gebeurd is".
De heer Van Doorn meent eöhter,
dat het bij Arie de Ronde zoo erg
niet is met dat prikkeldraad.
De heer Bakker: „Nou, maar er
zijn veel klachten gekomen van lui,
die hun jas scheurden".
De heer Van Doorn; „Dan moeten
ze maar midden op den weg loopen".
Auto-ongeluk. Een ernstige
aanrijding had Zaterdag te Lisse
plaats. Toen een auto, waarin prol.
van Slochteren was gezeten, de oprij
laan van de Bloembollenschool aldaar
uitreed, hoorde de Chauffeur de nade
rende stoomtram met aankomen. Toen
hij deze op het laatste oögenblik ont
waarde, gaf hij onmiddellijk vol gas,
waardooi hij voorkwam, dat de auto
in de flank werd gegrepen. Zij' werd
evenwel nog van achteren door de
tram aangereden. Het chassis werd
van voor tot achter geheel openge
scheurd. Prof. van Slochteren kreeg
een kwetsuur aan het hoofd, terwijl
de chauffeur verscheiden kneuzingen
van niet ernstigen aard opliep.
MUSSOLINI OVER DE WETENSCHAP
„La Science et la Vie heeft haar me-
derwerker, Pierre Chaulaine naar Ro
me gezonden om Mussolini te inter
viewen over de beteekenis der weten
schap. Mussolini maakte eerst bezwa
ren, hij was op dit terrein niet tot oor-
deelen bevoegd, maar ten slotte wist
de correspondent den dictator toch
aan het praten te krijgen.
Is Uwe Excellentie van meening, dat
de wetenschap het lot der menschheid
kan verbeteren? was de eerste vraag,
die de correspondent stelde.
Men kan op een dergelijke vraag
geen antwoord geven, aldus Mussoli
ni, zonder daar een anderen factor bij
te halen n.l. den tijd. Voor ons, die
thans leven, voor onze kinderen, mis
schien nog voor hun kinderen, is de
wetenschap ongetwijfeld een bron van
welzijn. Zij beheer9chte de economi
sche ontwikkeling, die de massa's wel
vaart brengt. Zij verleent aan de sta
ten onafhankelijkheid.
Dit is aldus bedoeld. Neem Italië als
voorbeeld: de tegenwoordige industrie
heeft veel steenkool noodig, onze bo
dem bevat deze niet. Wij moesten ze
dus in Engeland koopen. De weten
schap zal ons echter, vóór 20 jaren
verloopen zijn, in staat stellen het zon
der steenkool te doen. In dit land zijn
prachtige bronnen van witte steenkool
De trein, die u hier gebracht heeft,
loopt van Bardonnèche tot Genua over
een geelectrificeerde lijn; weldra zal
men andere lijnen electrificeeren en
ik denk, dat er over 10 jaar geen enke
le locomotief meer met steenkool ge
stookt zal worden.
Maar ging hij verder, ik heb u ge
zegd met den tijd rekening te houden
Wanneer men niet vraagt of de weten
schap zegeningen kan brengen in een
periode van 10, 20 of 50 jaar, maar in
een tijdsverlobp van 5 ét 6 eeuwen, dan
heb ik geen antwoord. Dan zwijg ik,
en wil alleen er op wijzen, dat in de
geschiedenis de volken, wier cultuur
het-meest intensief was, het meest we
tenschappelijk zoo ge wilt, zijn afge
gleden in toestanden van diepste de
cadentie.
Leidt de wetenschappelijke vooruit
gang der menschheid niet naar den
ondergang door de ontwikkeling va*i
het individualisme? Ik weet het net,
ik zou u moeten vragen over DUO jaar
eens terug te willen komen, lachte
Mussolini.
Gelooft Uwe Excellentie, dat de ont
wikkeling van het wetenschappelijk
onderwijs een zedelijke verbetering
van het menschdom ten gevolge heeft?
Ik geloof 't niet. De mensch kan ze
delijk enkel zich verbeteren door in
keer, door meditatie.
Land- en Tuinbouw.
Invoer van geslacht vee in Engeland.
In verband met den ernst van den
toestand, ontstaan door het verbod
van invoer in Engeland van geslacht
vleesch, hebben de laatste dagen be
sprekingen plaats gehad in het depar
tement van binnenlandsche zaken en
landbouw met belangstellenden bij
den vleeschuitvoer, producenten enz.
Dr. Ten Sande, inspecteur van den
veeartsenijkundigen dienst in algemee
nen dienst, die zooals gemeld, in op
dracht van minister Kan naar Londen
is vertrokken in verband met deze
aangelegenheid, werd gisteravond uit
Engeland te Den Haag terugverwacht.
Vernomen werd nog, dat juist in
deze dagen twee leidende personen in
Engeland op het gebied waartoe de on
derhavige zaak behoort, overleden
zijn, n.l. sir Stewart Stockman, chef
van den veterinairen dienst, en de
heer Leishman, voorzitter van de com
missie inzake het mond- en klauw
zeer. Het stoomschip „Schokland" dat
een week geleden met ruim 300 ge
slachte varkens naar Engeland ver
trok. is met zijn lading te Rotterdam,
de haven van afvaart, teruggekomen,
omdat de varkens in Engeland niet
gelost mochten worden.
Naar het „Hbld." verneemt, had de
„Schokland" bijna uitsluitend Belgi
sche varkens aan boord. Er waren
slechts een tiental onder die op het
Rotterdamsche abattoir geslacht wa
ren. De directeur van het Rotterdam
sche slachthuis en de inspecteur van
het veeartsnei.jkundig toezicht in het
ressort Rotterdam, hebben zich aan
boord van het schip begeven tot het
instellen van een onderzoek.
Van Dr. Westholz, directeur van het
Rotterdamsche openbare slachthuis,
vernam het blad omtrent zijn bezoek
aan de „Schokland" dat dit schip 271
varkens aan boord had, waarvan 10
die op het Rotterdamsche abattoir
voor export naar Engeland geslacht
waren. Bij deze laatste was geen spoor
van mond- en klauwzeer te ontdekken
Onder de uit België afkomstige var
kens waren echter verschillende met
mond- en klauwzeer. De bewering van
den Engelschen minister van Land
bouw, dat een spoor gevonden is, dat
leidt naar het Rotterdamsche abat
toir, is dan ook bezijden de waarheid.
Voorts vernam het blad nog, dat de
uit Engeland teruggezonden Belgische
varkens op last der Regeering in ver
zegelde wagons van Rotterdam naar
België teruggezonden zullen worden.
Landbonw-Emigratie naar Znid-
Afrika.
De Nederlandsche Zuid-Afrikaan-
sche Vereeniging verzocht ons mede
te deelen, dat het bericht in het „Han
delsblad" van 31 Mei j.l. en 6ok door
ons overgenomen uit „The Cape Ar
gus" en vermeldende de rampspoedige
ervaringen van enkele Engelsche oud
officieren in het opzetten van een land
bouwbedrijf met zout gegeten moet
worden.
Het bericht behoeft onze landbou
wers, die er over denken zich in Zuid-
Afrika te vestigen, neit af te schrik
ken. Het verhaal van de ,,Cape Argus"
geeft, moet niet als iets bijzonders op
gevat worden.
Het is niet de eerste maal dat de En
gelschen zonder eenige kennis van den
landbouw hun geluk in Zuid-Afrika
hébben beproefd en teleur gesteld wer
den in hun verwachtingen.
Het zou niemand in Nederland ver
bazen, wanneer iemand, die niet het
minst verstand van den landbouw
beeft, een boerenbedrijf ging opzetten
en dit mislukte.
Vele Engelschen zijn in de fout ver
vallen grond te koopen, dien zij tevo
ren nooit gezien hadden. Het zou ons
niet verbazen, of met de personen uit
het verhaal van de „cape Argus" is
dit eveneens het geval. Wanner onze
landbouwers kennis maken met de
plannen die de Nederlandsch Zuid-
Afrikaansche Vereeniging voor land-
bouw-emigratie naar Zuid-Afrika
heeft zullen zij zien:
le. dat geen aanbiedingen van grond
eigenaars gédaan worden, noch zullen
gedaan worden.
2e. dat enkel bona-fide landbouwers
menschen, wel met eenlg kapitaal
doch in de eerste plaats met de gron
dige kennis van hun vak, wordt aan
geraden emigratie te overwegen. Geen
oud-offieieren of in het algemeen men
schen die wel het veneisrhte k.ipttnai,
doch niet de vereisehte kenrus bat
ten. Voor sommige maatschappijen,
die grond verkoopen, zijn zulke men
schen vaak meer een last dan eon
voordeel. Algemeen is de klacht, wij
moeten alles voor ze doen. Ze kunnen
niets.
Om met succes te kunnen boeren is
nog iets meer vereischt dan 2000 dol
lar en een militaire carrière in Britsch
Indië. Gelukig, dit wordt over de ge
heel e wereld erkend, bezitten onze Ne
derlandsche landbouwers - dit „iets
meer",in ruime mate.
Voor den geschoolden Nederland
sch en landbouwer, die over ee'nig ka
pitaal beschikt is er een groote toe
komt in Zuid-Afrika mits hij de raad
gevingen die hem van betrouwbare
particuliere en officieele zjjde gegeven
worden, opvolgt, zich niet in avontu
ren begeeft, en eerst een behoorlijken
leeftijd op daartoe door de regeering
ingestelde opleidingsplaatsen wil door
maken, of zich gezamenlijk met an
dere Nederlanders groepsgewijze ves
tigt, na eveneens, maar. dan in de om
geving waar hij zich gaat vestigen, 'n
opleiding in den Afrikaanschen land
bouw te hebben ontvangen.
Een onlangs verschenen brochure
zet de voordeelen van groepsemigratie
uiteen en bevat de officieele regee-
ringspublicatie, waarin in het kort
de procedure wordt uiteengezet op
welke wijze van de Unie-regeering
steun bij landaankoop kan worden
verkregen.
Deze brochure is aan het Secretari
aat der Nederlandsche Zuid-Afrikaan-
sche Vereeniging, Keizersgracht 141,
Amsterdam, gratis verkrijgbaar.
l-fliw II I - I UI—
RECHTZAKEN.
De vechtende journalisten.
Voor den Haagschen Politierechter
Jhr. mr. Feith, heeft gisteren terecht
gestaan Jonkheer R. F. Groeninx van
Zoelen, 38 jaar, van beroep journalist,
wonende te 's-Gravenhage, aan wien
ten laste is gelegd, dat hij te 's-Graven
hage op of omstreeks 24 November '25
opzettelijk na daartoe in kalm beraad
en na rijp overleg het voornemen te
hebben opgevat en het plan te hebben
gemaakt ter uitvoering daarvan ge
welddadig M. van Blankestein met de
hand of de vuist een slag of stomp te
gen het hoofd heeft gegeven en waar
door deze pijn heeft geleden en boven
dien voornoemden van B'ankestein in
het aangezicht heeft gekrabd, waar
door hij bloedend werd verwond en
pijn ondervond.
Het O.M. werd waargenomen door
mr. Hermans.
Verdachte werd bijgestaan door mr.
A. H. Kramp, advocaat te 's-Graven
hage. Vooral van de zijde van de pers
bestond voor deze zaak groote belang
stelling.
Zoowel van de zjjde van het O.M.
al9 van die van de verdediging wa
ren verschillende getuigen gedag
vaard.
Na het verhoor eischte het O.M. f 100
boete of 20 dagen hechtenis.
De politierechter, uitspraak doende,
veroordeelde verdachte tot f100 boete
subs. 50 dagen hechtenis wegens mis
handeling met voorbedachten rade.
Scheepstij dingen.
HOLLAND-AMERIKA LIJN.
BILDERDIJK, R'dam n. Baltimore, 5
v. Antwerpen, p. 6 (7 u. n.m.) Lizard
EEMDIJK, R'dam n. d. N. Pacific, 8 V.
Cristobal.
LOCHGOlL, 3 v. Tacoma n. R dam.
ROTTERDAM, 5 v. New York n Rot
terdam.
RIJNDAM, New York n. R'dam, 6 (12
u. 's mldd.) 355 mijl v. Scillv.
STADSBIJK, 5 v. R'dam te Boston.
VEENDAM, 5 v. R'dam te New York.
CARDIGARSHIRE, 7 v. R'dam n. d.
Noord-Pacific.
EDAM, R'dam n. New Orleans, 8 V,
Tampico.
LOCHKATRINE, v. d. N. Pacific n,
R'dam, 5 te Londen.
STOOMV. MIJ. NEDERLAND.
BINTANG (thulsr.) pass. 8 Perim.
BOETON (uitr.) 6 v. Antwerpen.
JOHAN DE WITT, 6 v. Batavia te
A'dam.
KANGEAN, 6 v. Hamburg te A dam.
KONINGIN DER NEDERLANDEN
(thuisr.) 7 te Suez.
KRAKATAU (uitr.) 7 te Genua.
RADJA, 6 v. Bremen te A'dam.
SAPOERA (thuisr.) 7 te Suez.
BALI (uitr.) 4 v. Colombo.
EEMLAND (thuisr.) 4 v. Las Palmas.
KON. HOLLANDSCHE LLOYD.
IJSSELDIJK (uitr.) pass. 6 Vlissingen
n. Antwerpen.
ORANIA (thuir.) 6 v. Las Palmas.
ROTTERDAMSCHE LLOYD.
DELI, 6 v. R'dam te Hamburg.
MODJOKERTO (thuisr.) 6 te Londen.
TOSARI (thuisr.) 6 te Londen.
TAPANOELI (thuisr.) 6 te Marseille.
TAMBORA (uitr.) 6 te Batavia.
DJAMBI (uitr.) p. 5 Serrat.
TOBA (uitr.) 4 v. Djibouti.
BANDOENG (thuisr6 v. Port Said.
BLITAR (uitr.) pass. 5 Aden.
INDRAPOERA (uitr.) pass. 6 Aden.
INSULINDE (uitr.) pass. 8 Finisterre.
PATRIA (thuisr.) 5 te Marseille.
HOLLAND-AFRIKA-LIJN.
HEEMSKERK, 8 v. Delgoabaal n.
KLIPFONTEIN, 7 v. Hamburg te Ant
werpen.
SALABANGKA (thuisr.) 6 te Antwerp,
IJSSELDIJK (uitr.) 6 te Antwerpen,