NIEUWE LEIDSCHE COURANT VAN ZATERDAG 17 APRIL 1926 nlÜÏM ZtGSÊH. Gewichtige vraagstukken. Ho| vraagstuk van de voedselvoor- ienine van ons volk schrijft de W' a n v h o i cl s v f* i e n d, wordt bij den d- 1 moeilijker en ingewikkelder. Verschillende factoren oefenen daarop hun invloed uit. 7oo b.v. de toeneming der bevol king. Stond liet cijfer der bevolking in Januari inoo op 51 millioen inwoners, ilit ijler klom tot 7.3 millioen zieien in 1925. Een aanwas der bevolking ge durende de laatste 25 jaar dus mat 2 2 millioen personen, en dit terwijl de oppervlakte -van grond, voor de benou- wing geschikt, bijna .niet vermeerder de. Hoest de l^ndsoverheid in het be gin der eeuw zich bezighouden met de voorziening in de behoeften van ruim 5 millioen mensehen, thans, slechts een kwarteeuw later, heeft zij voor een bevolking van bijna 45 pet. meer te zorgen. Een andere factor, welke de voedsel voorziening beheerscht, betreft de voorwaarden waaronder ons land graan uit het buitenland kan betrek ken. Deze voorwaarden worden er niet gunstiger op. Er moge worden herin nerd aan het voornemen van alle graanproduceerende landen van Noord Amerika en Zuid-Amerika, om een kartel (verdrag) te vormen tot het op zetten der graanprijzen voor den uit voer; en voorts aan hetgeen Canada overweegt, n.l. om een uitvoerrecht op graan uit te vaardigen. Zoo komt langzamerhand ook ons land ten opzichte van de voedselvoor ziening der bevolking in het gedrang. De toestand wordt daarbij nog ver ergerd doordat de werkloosheid onder de bevolking toeneemt en aan de ar armenzorg steeds hoogere eischen die nen te worden gesteld. Wat dit laatste betreft, wordt de ar menzorg b.v. 'in Amsterdam „groot be drijf'. Dit kan uit de navolgende cijfers blijken. Bedroegen de uitgaven voor armen zorg in de hoofdstad des lands in 1900 nog maar f 87.453, in 1910 was dit cij fer reeds geklommen tot f 288.832. In de jaren 1918 tot 1922 steeg het bedrag der uitkeeringen van 1.5 milioen op 5.6 millioen, terwijl bovendien nog in 1924 een steunverleening via de crisis commissie van 2.3 millioen gulden viel te boeken. Deze cijfers demonstreren zeker wel het bedenkelijke van den toestand, waarin ons land zoo langzamerhand gaat verkeeren. Vraagstukken als voedselvoorzie ning, werkloosheid, armenzorg en der gelijke, blijven de volle aandacht van de regeering vragen. DE MODERNE DANS. Aan een reisbeschrijving van den socialist isc hen literator AM. de Jong is het volgende ontleend: Er werd aan boord even fanatiek gedanst als overal elders in de we reld tegenwoordig, 's Middags en 's avon 1? /werd er gedanst, bij de muziek van het arme mishandelde pianotje, dat als voddenzak door n paar Madoereezen van de - eene klasse naar de andere gesleurd werd, en een paar strijkinstrumen ten of bij de gramofoon. Er werd gestept, gjetangoot, gefoxtrott, ge- shimmyd met een hartstocht en een overgave, pf het een religieuzen pers dienst betrof. En nergens zoo schaam teloos als bij deze barbaarsche in- voersels onthult zich de ziel van den „beschaafden" modernen mensch. „Het is, meen ik, stuitend be- drijf, deze danserij, deze volstrekt schaamtelooze tentoonstelling van sexueele bedrijvigheid. Ik weet niet of het onzedelijk is. Van zedelijk heid schijn ik weinig verstand te hebben met m'n onwrikbare over tuiging, dat „verbergen" niet zede lijk zijn kan, noch heilzaam. Maar ik vind het stuitend. Zooals ik het stui tend vind, als verliefde menschen el kaar in 't publiek zitten af te likken. Zooals ik het stuitend vind als iemand zijn smart op luidruchtige wijze uit in het bijzijn van velen, die buiten zijn gevoel moeten blijven. Er zijn nu eenmaal zielsbewegingen, die men niet voor het oog van ande ren onthult of tentoonstelt Dat is geen kwestie van zedelijkheid of on zedelijkheid. Enkel een kwestie van goeden smaak, of als u wilt geeste lijke voornaamheid. Deze onbegrij pelijke danswoede! Menschen, die zich wel zouden wachten „in gezel schap" te spreken over hun sexuee le geprikkeldheid, over hun bereid heid om met iedere vrouw (of man;, die hen even bekoort, een kort maar hevig avontuur te forceeren, doodge wone fatsoensdames en heeren zander eenigen bijzonderen moed-tot-open- hartigheid, stellen zich hopeloos te kijk, openbaren al hun ruwheid, al hun drift, al hun oer-instincten en voor den toeschouwer, die kijken kan, staan ze naakt, zonder den tooi van hun aangeleerde maniertjes en laten nauwkeurig zien wat ze waard zijn. Uit dit verontwaardigd proza blijkt, merkt de Maasb. op, dat'zelfs menschen, die beweren van moraal geen begrip te hebben, zich aan de de cadentie van den modernen.tijd groo te] ijks ergeren. Óf het ook tijd wordt, dat in onze volkszeden, steeds meer van de chris telijke normen verdolend, een zuive ringsproces plaats vindt. En wij voegen er aan toe: Of het ook tijd wordt, dat op elk gebied het pleit gevoerd wordt voor de beveiliging en de bevestiging van de Christelijke grondslagen van ons volksleven. GEMENGD NIEUWS? Noodlottig schot. Gisteren avond omstreeks half acht heeft in een pand aan den Plantageweg te Rotter dam een drama plaats gehad, dat et a 35-jarigen man het leven gekost heeft. In dit pand woonde de shipchandlcr J. H„ een Roemeen, op kamers, die se dert geruimen tijd omgang had met de 23-jarige A. B. Gisteravond, zoo heeft juffrouw B. later medegedeeld, toen het paar op de kamer van H. zat, toonde hij haar een revolver, dien hij uit de gramofoonta- fel haalde, waarop het meisje zeide, dat het wel een prul van de markt zou zijn. H. bestreed dit en wees haar, hoe men ermee schieten moest. Tot driemaal toe haalde het meisje don haan over, zonder dat een schot af ging. Hij zeide vervolgens, dat als men iemand dood wilde schieten, men het wapen tegen den slaap van den tegen stander moest houden. Om het haar duidelijker te maken, hield H. haar hand vast en drukte deze tegen zijn slaap. Nogmaals "haalde zij den haan over en ditmaal ging een schot af. H. was onmiddellijk dood. Het meisje, dat dadelijk aan een streng verhoor onderworpen is, is voor loopig aangehouden. Uit het onder zoek is, naar wij vernemen, nog niet met stelligheid gebleken, dat het ver haal, dat het meisje Van het gebeurde geeft, volkomen juist is. Het wordt niet onmogelijk geacht, dat de man op zettelijk zoo gehandeld heeft, en dat hij den moed miste, zich zelf van het le ven te berocven. De Roemeen was gehuwd. Zijn vrouw wordt in Maasoord verpleegd. Uit een op het meisje gevonden brief is gebleken, dat zij verloofd was, met iemand, die in Amerika woont. De revolver is in beslag genomen. Bij een huiszoeking zijn nog 5 scherpe patronen gevonden, alle van hetzelfde kaliher als de revolver. Het onderzoek duurt voort. Au to-oil ge val. Te Twijzel is het 5-jarig zoontje van P. Dijkstra bi, het oversteken van den weg door een auto aangereden en zwaar gewond op genomen. De toestand van den kleine is zorgwekkend. L e e 1 ij k e tegenvaller. Ze kere H. te Nijmegen had destijds met een Grmtmaatschappij een overeen-' komst getroffen, waarbij hij voor een bedrag van te zamen f 38000, een stuk land afstond voor een reeks jaren om door de gezegde maatschappij te wor den ontgrint. Vooraf werden proefbo ringen gehouden e i H. heëtt toen door de bij die gelegenheid opgebaggerde specie telkeas heimelijk wat grint la ten mengen ea aldus den schijn ge wekt, dat het perceel zeer grmtrijk was. Daardoor wist hij een hooge pachtsom te bedingen en later bleek dit contract voor de grintmaatschappij een ernstige tegenvaller te zijn. Het werd reeds m 1910 gesloten, doch eerst veel later het iemand, die van het bedrog wist, zich daarover in een café uit. Deze uitlating was aanleiding tot een onderzoek en het resultaat was dat het Gerechtshof te Arnhem het con tract op grond van gepleegd bedrog ontbonden verklaarde ei H.tot scha devergoeding veroordeelde. EI. is intusschen overleden, doch over de hoegrootheid der scnadever- goeding konden de erfgenamen het met de Grmtmaatschappij niet eens worden. Hierover ontstond een nieuw proces en daarin heeft thans het Hof de te betalen schadevergoeding vast gesteld op ph.mm. flOO.OOJ. Vondsten in Drenthe. On langs werden in het veld te Rouveen onder Wijster (gem. Bellen; eemge voorwerpen, zooals een halsketting, en een armband uit het bronzen tdperk gevonden. Dr. van Giften, directeur van het mu seum van oudheden te Assen, heeft nu het veld van den eigenaar gehuurd, heeft daar een tentje op geplaatst en verblijft er dag en nacht. Ónder zijn toezicht is men bezig het veld om te spitten. We vernemen, dat er reeds een kerkhof, dat een tiental graven omvat, is blootgelegd. Verscheidene interessante voorwerpen, o.a. een zwaard en een speer, werden gevon den. 3000 tanden gestolen.. Gis ternacht is met behulp van een val- schen^sleutel ingebroken bij den tand arts K. aan cle Diergaardelaan ie Rot terdam. Uit een kast is een geldkistje gestolen met f 100. Uit de opei'atieka- mer zijn niet minder dan 3000 stuks tanden ontvreemd; 200 tanden waren "voorzien van een platina stift, de ove rige 2800 van een gouden stift. Ver schillende kasten en lessenaars zijn voorts nog opengebroken, doch daar uit wordt niets vermist. E e n 1 e e 1 ij k e s 11' o p. In de vo rige raadsvergadering hebben B. en W. van Groningen naar aanleiding van een déste.i effende vraag van de heeren Ei endriks en Visser beloofd een onderzo ex te zullen instellen naar den toestand van de riolen, in de Oranjewijk, welke riolen zijn gelegd in de -zeezandlaag waaimes indertijd dit laag gelegen stadsgedeelte is op gehoogd. B. en W. deelen thans het resultaat van dat onderzoek mede. Het is ge bleken dat de riolen, die in 1920 en 1921 bij wijze van werkverschaffing zijn gelégd en in het losse zand niet op een lundeering zijn aangebracht, op verschillende plaatsen zijn verzakt en verschoven, waardoor deze thans door het binnengeloop e i zand verstopt zit ten. Het zal nu ncodig zijn eei tundee ring van paal roost er w erk aan teören- §en ender de riolen en tevens, om het ïnnendringen. van loopzand te voor komen, dit zancl om de rioolstukken te verwijderen, en tlcor een kleilaag te vervangen. De kosten van deze noodzakelijke verbetering zullen naar raming onge veer f180.000 bedragen. Plotseling sterfgeval. Tij dens de gymnastiekles aan de R.K. school voor M.U.L. Onderwijs te Apel doorn zakte een der leerlingen A. v. !t Erve plotseling ineen. Toen menhein opnam, waren de levensgeesten reeds feweken. Dr. Hermanides consfaéeer- e hartverlamming. Land- en Tuinbouw. 125 120 113 lol 152 144 143 1-43 135 166 162 160 Indexcijfers van den landbouw. De Directie van den Landbouw pu bliceert de volgende indexcijfers van den landbouw over de maanden Jan., Februari en Maart 1926. Jan. Febr. Mrt Akkerbouwproducten V eeteeltproducten Landbouwproducten Productiekosten In de afgeloopen maand bleven gra nen goed op prijs; peulvruchten" en zaaizaden liepen een weinig terug. Be langrijk echter waren de prijsdalingen voor aardappelen, suiker en stroo en deze hadden een aanzienlijke daling van het indexcijfer voor de akkerbouw producten tengevolge. Van cle veeteeltprodcten ging scha- penvleesch iets hooger noteeren de aanmerkelijk lagere prijzen welke voor boter, kaas, eiren, rund- en varkens- vleesch tot stand kwamen, deden even wel ook voor deze groep het indexcijfer eenige procenten lager gaan. Door een kleine daling in de prijzen van mais en thonvasmeel, naast de on veranderde noteering voor de overige voederartikelen en meststoffen, ging ook het indexcijfer voor de productie kosten een weinig naar beneden; deze teruggang was echter heel wat minder groot dan die voor liet algemeen in dexcijfer der landbouwproducten. EEN AARDIGS ONTMOETING. Mej. H. S. S. Ivuyper schrijft in „Brie ven aan een verre vriendin" (Stan daard van 13 Maart) onder meer het volgende: Onlangs, na een Redactie-vergade ring van „Bouwen en Bewaren" uit Utrecht naar Den Haag terugreizend, zat ik naast twee vriendelijke welge dane nonnetjes, clie tegenover elkaar zaten, zóó, dat haar groote, rechtuit- staande witte kappen bijna aan el kaar raakten, vooral als ze voorover bogen, om samen te praten. 't Was Zaterdagmiddag, en ik had „De Heraut" bij me, waarin ik Dr. K. Dijk s mooie meditatie over „Laat de zen heengaan" las. 't Was zeker bid uur voor de nonnetjes, want ze kregen haar gebedenboeken, en lazen en pre velden met'zacht beweeg aan heur ro zenkransen. Toen ze klaar waren, bood ik 't non netje, dat naast me zat, „De Heraut' aan. „Wil u eens wat moois lezen"? vroeg ik, en wees de meditatie aan. Vriendelijk nam ze het blad ctan en begon te lezen. Ik kon haar gezicht, ge heel weggedoken in de groote, witte kap, niet zien, alleen haar handen en „De Heraut" waren buiten de kap zicht baar. Maar ze las aandachtig, ernstig en heel langzaam, dat zag ik wel. t Was zeker wat vreemde taal voor haar. Roomschen gebruiken zulke andere uit drukkingen voor 't geestelijk leven dan wij. Ik wachtte stil af, wat 't resultaat zou zijn. Eindelijk kwam er weer beweging in de witte kap, en' gaf 't nonnetje mij „De Heraut" terug. 't Is keurig zei ze, blijkbaar onder den indruk, keurig mooi. Dat is net iets voor een meditatie. Maar 'tis een meditatie! zei ik. Ze keek me aan, begreep me blijkbaar niet. En toen: Dat is zeker een pater, die veel volk trekt! 't Is niet geschreven door een pater maar door een dominee, zei ik. De lieve gezichtjes in de witte kap betrokken. Er is veel afval onder de dominees tegenwoordig. Ze zijn niet geloovig, en mogen maar preeken wat ze willen, ook tegen 't geloof. Maar in onze kerk niet, zei ik. Ik ben licl van de Gereformeerde Kerk. En de dominee, die de meditatie ge schreven heeft, is Dr. K. Dijk, Gerefor meerd predikant in Den Haag. En wat u gelezen heeft, dat is ons geloof, dal is het geloof van heel onze kerk. .Ik probeerde een beetje in hun taal te spreken, bang dat ze me anders niet begrijpen zouden. Toen had ik toch zoo'n goed geestelijk gesprek met de nonnetjes. En ik voelde in wat ze zei den de liefde voor haar Heiland. En toen ineens: U praat net zoo als meneer Anema. Die is schoolopzie ner. Wij zijn onderwijzeressen in Poeldijk, ziet u. Dat is ook zoo n god vruchtig mensch. Een echt Christen! En dat is mijn neef, zei ik. Dat is een Kuyperiaan! ■zei 't ande re nonnetje. En dat ben ik ook! zei ik. En je begrijpt, dat ik toen vertelde, wie mijn vader was. O, dien kenden ze zoo goed! "t Was aardig om te hooren, met hoeveel sym pathie en v.ereering en kennis van za ken, die twee lieve nonnetjes toen over mijn vader en zijn levenswerk spraken Eik ik vond 't jammer, dat in Den Haag onze wegen weer scheidden. Ons Babbelhoekje. teU=3 !j:ji==!gSi Beste jongens en meisjes, We gaan maai- weer met de corres pondentie beg-nnen. dat lijkt mij het best. „Pionier." Dus je was toch teleurge steld Pionier? Ja, liet is natuurlijk leu ker als je een prijs hebt, maar je be grijpt toch ook, .dat. niet iedereen eeh prijs kan winnen. Ja, dat woord was natuurlijk fout. „Zwartje en Blondje". Zoo, dus jullie zijn nichtjes fin vriendinnetjes, en nu v.eer raadsebvichtjes. neen maar, dat is driedubbel, dat jullie elkaar' kennen. Gezellig he, zoo bij elkaar te logeer.en? Wonen jullie ver van elkaar? „Hessie". Wel neen meisje, dat be greep ik best, dat liet geen opz--: v.as, maar als ik niet uit had kunnen zoe ken, dat het jouw briefje was, had ik je niet mee kunnen laten loten, e:t dat zou jammer geweest zijn. Je vertelde mij wel, dat je dien Maandag uit was geweest, maar niet, waar naar toe. Was Bet een leuk toontje? Dank voor je bjjdragen, die ik hoop te gebruiken, behalve sommige, die ik al van ander si heb. Moeders Jongste''. Natuurlijk komt er een antwoord voor je in de courant als je mij een briefje schrijft, meisje. Wordt jij niet een beetje verwend door al die groote broers en zuster3? Wil je voortaan onder je briefje ook je schuil naam zetten? Dat is makkelijker voor mij. Gelukkig dat de zieken weer her steld zjjn. „Reseda en Rozeknopja". Ja, hei is nu heerlijk buiten. Waar won n jhllie aoowat? Dicht bij elkaar? Deuk lie, zoo'n dagje uit. Hebben jullie het ge zien van "die autobus? Den zul je wel geschrokken zijn, is 't niet? Wat jam mer van dat zieke ventje. „Blondine". Ja, leuk he, dat jjnll 1 allebei e? i prijsje had, Gr-1, dat hoor ik de volgende tv.: k dan wol. -Ja. ik houd ook heel v, :i van lezen, maar, lammer genoeg, weinig tijd er voor. Dus je hebt wel schik van ja gedwon- lcn logeerpartij? „Vorgeet mij nietje". Ook al blij met het prijsje? Dat is best. Vindt je liet prettig, dat je weer naar school gaat? Gc:d, ik wil' volgende keer graag een lange brief hebben. „Griessprietje". Wel, ik vind dat jij al aardig .bent uit geweest voor zoo'n klein diiig. Best, vertal mij maar wat van school hoor, dat vind ik wel aardig. „Roosje". Wel wel, wat een uitgaan- ster en nog esl-i prijsje op den koop toe gewonnen, 'k Vin 1 dat jij verwend wordt hoor. Prettig he, dat je verhoogd bent. „Tommy". .Zoo blij met het boc-k van Oom Felix? Dat is prettig, 'k Zal zor gen, dat oom bet te weten komt hoor. Nog wel gefeliciteerd met je verjaar dag. En verhoogd ook? Neen maai', jij hebt zeker oen goede week. Sneeuwklokje. Ja, er zat een foutje in het raadsel. Zoo, vindt je het zoo gezellig op de gymnastiekvere mi- ging? Dat is prettig voor je, hè? Moeders Meisje. Wat ban jij prettig uit geweest. Én die laatste luid- dag aan het strand zal ook wel heerlijk geweest zijn. Houdt je veel van de zee? Ik wel Jrj gaat er zeier n;g al eens gauw neen. mi nu m -. tr we-r met fris- schen moed naar school. Lindebloesem. Maar hce kun je je nu vervelen als je e si fiets hebt en vlak bij de zee woint. Me dunkt, dam kan jc volop genieten met dit mooie weer. Maar je moet niet tegen hoo rnen aan gaan klotsen, wat heb je daar nu aan? fiie boom gaat toch niet op zij. Wilgenkatje. Zoo, was je blij met de prijs? Dat doet me genoegen. Har telijk 'gefeliciteerd met je verjaardag hoor. V an de raadsels kan ik alleen bet eerste gebruiken, de anderen bad ik al. Anemoon. Ook al in je schik met je prüs? Best hoor. Wel heel lang, maar niet altijd. Maar vertel me eens, hoe ben je aat te weten gekomen? S. en O. W. Dat is niet zoo heel lang, hè? Je prijs is een boekje. Als je niet in de gelegenheid bent het te ha len, moet je het mij maar schrijven, met precies je adres er bij, dan zend ïc het wel. Maar ik denk, dat da een of ander van de familie wel eens in da stad moet zijn. is 't niet? „Boschviooltje''. Nou, jü hebt .je va cantia nuttig Besteed hoor. Tcjnta wa3 ar zeker wel erg blii ,mea is 't niet? Ja, de bloemen zullen nu wel prachtig staan. Dat zal wel een mooie tocht zflb. „Waterlelie". Ja, het is prachtig weer olie dagen. Fijn om buitun te zijn, he. Je zit zeker dikwijls tusschen de bloemen Hoe komt het, dat je al zoo vroeg naar school moet? Is dat altijd? Prettig he, dat je verhoogd bent. „Wekkertje". Gelukkig, he, dat moe der weer beter is, want die pün moet heel erg zijn. Ja, 't is nu eent voor jaar. Ben je niet blij. .dat je verhoogd oent? „Heidebloempje". Ja, 't is nu een drukke week voor je he? Dus moet tan te Francien maar niet brommen. 'kHeb het gehoord, dat jullie aan het repetee- ren waren, ik bleef evon voor ht-t raam staan luisteren, 't Gnig heel aaraig hoor Zoo blij met je prijs? Bü gelegenheid zal ik het oom Felix 'eens zeggen. Hier volgen de oplossingen van de raadsels der vorige week. 1. Hebt God hef boven alles. Onderdeeien: Boot, Heide, Leiden, Gas, Les, Bot, Lente, Bef, Veen. 2. Magdalena. 3. Hansworsten. 4. Als ze noiiandsch spreken 5. Klepel Lepel. Dn nu de nieuwe raadsc.s. 1. Mijn geheel bestaat uit .ij R e.: n is iets, wat zich ieder voor,**; a,-.- haait. 3. 21. 16 is het tegenpver: lie van plat. 2. 8 en 14. 4. 37. 28. 17 wisselen geregeld af. 3. 35. 22. 33 is een boom. 20. 11 komt van het schaap. 7. 18. 6. 10 is zeer voedzaam. 34. 22. 9. 38. 39. 24 is een sieraad. 20. 37. 1;. 31. 1. 15. 19 is een stadje i.i Utrecht. 7. 27. 29. 26. 0. 30. iS is een kanaal. 36. 32. 38. 39. 40 is een klacht. 23. ;z. 25 is niet dik. 13. is N. 1 2. Ingezonden door Pionier. Mijn geheel bestaat uit 20 let.era en is een bekend spreekwoord. 4 .16. 17. 11. 16. 16. 3. 17 dient tot verlichting. 8. 9. 10 is een deel van d-en dag. Tijd is 18. 1. 15. 7. 19 ziet men alleen 'a winters. o. 2. 13. 20 is een soort huisje. 14. 12. 13. 2 is een drank. Ingezonden door Breistertje. Verborgen plaatsnamen. Docrnat kwam hij thuis. Heer naar goeden raad. De jongens droegen wanna dassen. Dit lijntje is haast recat gespannen. 4. Ingezonden door Blondine. Welke two; namen van insecten zijn tevens werkwoorden. 5. Ingez. door Vergeet mij nietje. Welke voet ka:i niet gaan.' 6. Inge zenden door Bosehviooltje. Koffie die kou.l is en drie dagen oud is, Hoe heet men die? Ingezonden door Hessie. Jantje: Zusje, lust jij iets, wat een ander in zijn mond hnt gehad Zusje: Bah, ik niet hoor. Jantje: Zo„, dus dan ho.-f jij niet3 van deze kalfstong. Op school. Onderwijzer: Wie kan mij neggen wat macaroni is? Karcltje: Dat zij l wormen, die hol zijn, meester. Ziezoo jongelui, jullie kunnen weer vooruit. Zuoais je ziet, zijn er deze week tv.-ce lettel-ras is:1s, e r groote en ecin kleinere. K Denk, dat jullie dat wel prettig zult vinden, wapit jullie houden ïcch het meest van de let:err.,a-dsels. In het vorige raadsel was 02a fout geko men he, iuoiaats van boot, kwam er buot 1i. .daar de mees .O U hadden net v.el begrepen. Sommige kinderen vergeten het nogal eens «1 daarom zeg ik het 1100 maar een keer, 'bjidragein voor de babbclhoek, hetzij raadsels ot anecdotes moeten op een apart stukje papier staan mét je naam er onder. Go. 1 begrepen? Nu neem is maar weer afscheid van mijn raadseljeugd, tot vol gende, week. Vele groeten van je tante FRANCIEN. TOCH VERZOEND. door FRANCINA. HOOFDSTUK MI. Toch verzoend. 't Was een paar dagen 11a Kerstmi». Voorbij waren ze weer, de feestdagen waarvan ieder zich zooveel hed voor gesteld. Maar hoevelen hadden de blijde boodschap verstaan, dat Jezus gekomen was, Jezus, de Verlosser, om te zoeken eir zalig te maken datgeme wat verloren was? Bji de familie Laman was het Kerst feest evenals andere jaren rustig ver- loopen. Op den eersten Kerst-dag des avonds had vader voor de kinderen het Kerst-Evangelie verteld. Iu een krin getje zaten ze dan om vader heem en luisterden altijd weer met belangstel ling naar hef oude doch tel kans weer nieuwe verhaal. Een kerstboom hadden ze niet. Wan neer de kinderen er wel eens om vroe gen zei vader altijd, dat zij den boom met zijn vele lichtjes niet 'noodig had den. M anneer zjj waarlijk naar-de bood schap van het Kerstevangelie luisterden dan zou het licht worden in hun hart dan eerst hadden ze waarlijk Kerstfeest vieren. Annie had ook heel stil geluisterd. O nee, ze wilde het niet laten merken, maar ze had meer nog dan anders aan Koos moeten denken.' Maar nu was alles weer voorbij Nu stond ze klaar om uit te gaan, de schaatsen in de hand. Het vriezend weer had aangehouden, er lag een stige ijslaag in het water, en alie3 wat vacaniie had, was op het ijs te vinden. Cato en Tom waren reeds lang voor uit gegaan, maar moeder had Annie eerst geen toestemming gegeven, om dat zij meende, dat de wind voor haar te sceherp was. Juist was vader nu thuis gekomen en die had gezegd, dat de wind veel min der geworden was en Annie nu nog wel een uurtje mocht gaan rijden. Annie haastte zich, om van de toestemming gebruik te maken, en weldra liep zo buiten. Waar zou ze heengaan? Tom en Cato opzoeken? Maar nean, die zouden wel in de Singel rijden en daar waa het altijd zoo druk. Annie hield toeer van een rustig baantje. Wacht, ze zou in de sloten langs den spoordijk gaan, daar was het ook altjjd mooi ijs en nooit zoo druk bezocht als in de Sin gels. En vanmiddag was het er al ver bazend stil vond Annie. Er waren enkel wat kinderen, die een stille baan ge zocht hadden, omdat zij pas aan het leeren waren. Maar Annie kon het best. Met een kalm gangetje reed ze de krab belaars voorojj. Ze had de baan een paar maal op en neer gereden, toen langza merhand wat meer rijders kwamen. No werd het toch wat leuker, vond Annie. Maar wie kwam daar zoo zwierig aan rüden? Neen maar, hoe vervelend, dat was Koos Martijn. En had hu nu maar anderen bii zich gehad, maar hjj was, evenals Annie, geheel alleen. Nu was hij vlak bij Annie. Gelukkig, hii zei niets, maar reed haar kalm voor- c.j. Zou ze naar huis gaan of een and-era vaan opzoeken? Maar het reed hier juist zoo fijn, en zij behoefde om die verve lende jongen toch niet heen te gaan?

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1926 | | pagina 7