NIEUWE LEIDSCHE COURANT VAN ZATERDAG 10 APRIL 1926 iaat -e vch ijver u telkens weer voe !en op o zoo vertroostende wijze, dat het geloof, 't welk volgens Kierke gaard een onrustig ding is. toch ook weer dc rust vindt in Christus, in Wien de paradox tot verzoening kwam-; al i s die rust dan slechts mo menteel en gebonden aan korte pleis terplaatsen, aan „stadiën"' op den le venswee. Dit telkens weer stellen van het Christelijk leven „in die Frage" geeft aan dit boek een hooge bekoring Ten minste voor hen. in wier ziel eleven nog niet alle vraagteekens veranderd zijn in uitroep'eekens. Maar stellig zou het onredelijk zijn, als we niets meer zagen dan de vraagteekens, die de schrijver telkens en telkens weer zet. Want (en dit is het veilige in deze lectuur) Ds. Sch. stelt het vraagtee- ken altijd tegenover het- uitroep- teeken. Nooit laat hij u met de vraag „zittenEn het is altijd weer de Christus,, die het antwoord u open baart in den wgg Gods, in den weg van gehoorzaamheid, liefde, eenswil- lendheid, den weg van verzoening. Maar natuurlijk hier is geen boek waar men gauw „eigen" mee is. Eer der het tegendeel. De schrijver grijpt u aan, komt recht op .u af, benauwt, u soms met de eischen van het Chris tendom. E11 hij Iaat niet los, als ge nog niet zoo als hijzelf, gehuiverd hebt voor het Mysterium Tremen du m „Ben ik wel Christen?", die vraag leert hij u stellen op de meest onvcr- wachtsche momenten, in de meest „gewone" levenstoestanden, hetzij ge iemand prijst om z'n „talent" of door ironie aan uw kleinzieligheid een schijn van beteekenis wilt geven. En zoo fijn dringt het ontleedmes in uw ziel, dat ge soms haast een ge voel krijgt of die ziel belaagd wordt door een vijand. Hetzelfde gevoel, dat 12 soms overmeestert bij het lezen van Kierkegaard en Dostojewski. Maar o, dan telkens weer die oplossing! Dat „zien op Christus!" Ziet, dan komt de kunstwaarde van dit boek en het talent van den schrijver op den achtergrond hij heeft u wat te- zeggen, en hij brengt u verder, als als ge u maar wilt laten leiden, als ge maar in hem gelooft en ver trouwen hebt. Ja „vertrouwen" dat vraagt dit boek allereerst, en' allermeest. Juist, omdat het een apart boek is. Apart wat de stijl betreft. Hier is geen vlotte journalist bezig; en geluk kig verveelt de schrijver ons ook niet met „Christelijke woordkunst." En evenmin gaat hij op in „het beeld." Voor alles zegt hij u z'n gedachte, z'n bedoeling. En omdat de gedachten niet „gewoon" zijn, kan de schrijver niet die gewone taal bezigen, waar mee bijvoorbeeld Dr. Kuyper het cla vier der volksziel bespeelde. 'k'Weet wel, dat „liet geweldige" te genwoordig in de mode is. Een recen sent vergeleek des schrijvers stijl 'daarom ook met dien vanNietz sche! Of Ds. Sch. zelf door deze ver gelijking zich gestreeld zal voelen? Kierkegaard heeft later z'n „ken» ners" gekregen, die nooit wat anders dan alleen „de paradox" bij hem von den, waarschijnlijk zal ook Ds. Sch. zijn „kenners" wel ontmoeten, die nooit iets anders dan „het geweldige" in zijn boeken aantreffen. Maar dan is er ook nog deze zegswijze: „Bewaar me voor m'n vrienden." Maar desondanks: het geweldige is aanwezig, juist soms in wat de schrij ver niet zegt. Want Voltaire had ge lijk toen hij opmerkte: le secret d' être ennuyeux, c'est: de dire tout." Of dit boek met „talent" geschreven is? Dit is, duntk me. een zoo ongeluk kige vraag, dat we ze niet beantwoor den kunnen. Een schrijver zonder „ta lent" telt tegenwoordig ook al bij ons cultureel gevormd Christenvolk niet meer mee. In dit. verband doet de ge prikkeldheid v. Just Havelaar welda dig aan, als hij in z'n „Humanisme" de vraag naar talent aldus beant woordt: „Zijn we dan in de wereld, om elkanders kunststukjes toe te jui chen?" En ook zonder de toejuiching van ons volk houdt het boek van Ds. Schilder z'n beteekenis. Zulke boeken zijn er betrekkelijk weinig, omdat er wel veel „talenten", maar weinig sty listen zijn, d.w.z. menschen wier geestesleven zelf in grooten stijl is op getrokken. Wat taal en zegswijze be treft, stel ik voor mij zonder aarzelen dit boek naast Spengler's „Untergang des Abendlandes" of Huizinga's „Herfsttij." De stijj van Brom zelfs is nog te aplioristisch om met dien. v. Schilder te kunnen worden vergeleken. Of dit boek nu volkomen gaaf is? Ja, er zijn stukken bij, die het vol maakte nadgren. Ik denk hier aan de vijf artikelen over het gebed, dat over „Rustig toezien", over Daniels be looning", over de drie stemmen. En wat de schrijver opmerkt over de ironie in Jezus woorden lijkt mij van meer géwicht dan de opmerkin gen in de „Biikkèn in het onderwijs van Jezus" over dit punt door dr. Maarten van Rhijn. Maar toch er zijn ook artikelen bij, die niet tenvolle bevredigen.N Soms ontkomt ge niet aan den in druk. dat een artikel eigenlijk noa: niet kwam tot „den aangenamen tijd van volle uitspreekbaarheid", tot. „de barensveérdigheid" om het met Ge- zelle te zeggen. Ik denk aan ..Vlam men des Heeren" of aan „Liefhebben en Haten en Weten." Daar is het den lezer of de koorts van het denken hem bevangen gaat; juist omdat de volle uitspreekbaarheid bij den schrijver er nog niet was? Of komt het. omdat hij hier eigenlijk uit wil spreken, wat niet *0 zeggen is. RECLAME Natuurlijk blijven er ook litteraire vlekjes. Maar tegenover de machtige structuur van het geheel vallen ze wel niet weg, maar wordt het toch erg „kleinlich" er hier op te atten- deeren. Ook blijft nog wel een enkele vraag. Bijvoorbeeld, of we in 't artikel „Stemmen", de stem zonder meer met het Woord, den Logos mogen identificeeren? Zijn ze beiden niet ge heel eigensoortig? In den Logos handhaaf ik den vollen raad Gods. Doe ik dat ook in „de Stem?" of schakel ik daar den Vrederaad eigen lijk niet uit? En ontneem ik zoo niet aan Christus feitelijk zijn karakter, als Vervuiler van dien Raad? Maar zooals reeds gezegd: het buitenge wone van dit hoek sluit niet alle mis verstand uit. Is het feit dat deze Schriftbeschou wingen u vragen en gedachten mede- gever. reeds niet van schier onschat bare beteekenis in onzen denkzwak- ken tijd? Aan den schrijver dan ook onzen hartelijken dank voor zijn boek, dat hij ons meegaf op den Levensweg. Chr. W. J. T. ONDER DE HOTTENTOTTEN. Aan het verslag van een lezing door pater Vertenten hier en daar over de Kaja Kaja's gehouden en waarin ook een en ander omtrent het koppensnel len verteld werd, is het volgende ont leend Geloot niet, zeide pastoor V., dat deze weerzinwekkende gebeurteniseen, ten minste voor ons ocg, door hen 206 gezien worden. Zij beschouwen een sneltocht meer als een extra-georga niseerde pic-nic. waarvan zij dik "en vet terugkeeren. Want het doel 's om met zoo min mogelijk koppen-verlies er zooveel mogelijk thuis te brengen. Dat wil niet zeggen dat alle uitgerukte mannen met een kop thuis komen, ge lukkig niet. Zoo kwamen van één dei- laatste sneltochten ruim 60 mannen terug met 3 koppen. Zooals eerder gezegd, beschouwen zij het geheel ah een uitstapje, en het heele dorp, vrou wen en kinderen incluis, gaat met hen mede. Haast maken zij met; afstanden van 1 tot 2 dagen, daar doen ze scfms 4 a 5 dagen over. Als het medegenomen voedsel op is, wel, dan nemen ze wat er voor de hand ligt, hetzij van vriend ot vijand. Is er veel visch in de rivier, dan gaan ze een dag uit visschen, zijn er veel vogels, dan vullen deze het ontbrekende voedsel aan ot zij laten de vrouwen sago stampen en trekken dan heel gemoedelijk verder. Men moet niet denken dat zij nu maar zoo naast de deur gaan snellen, zeer zeker niet. Zij treicken eerst dagen lang door een gedeelte van het land en"Jaten ver scheidene dorpen ongemoeid. Wat Ts echter de bedoeling? Om als het ware een neutrale zone te scheppen, een soort bufferstaat, die bij weerwraak de stooten, voor heil bestemd, opvangt. Vóór alles is het noodzakelijk dat de sneller den naam van de gesnel- den te weten komt; en hoe dit mo gelijk is welaan, als zij een slachtoffer gepakt hebben want nimmer zullen zij zeggen dat ze hem eerst neersloegen mei een kneds dan wel mee een lans prik uj dei ijk buiten gevecht stelden dan begint diegene uie de meeste aan spraken op hem heeft want meer malen houden ze hem met zijn zessen ot achten vast het slachtoffer op zeer kalmeerenden toon toe te spreken. Hoewel dit niet begrepen kan worden, daar mengeheel verschillende talen spreekt, zijn toch de kalme toon en de gebaren daarbij dusdanig, dat het wei een kalmeerenden invloed, moet heb ben. De aanvaller zegt b.v.: Mijn zoon, wat doet gij in dn slechte land, ere., ga met mij mede, is zal je als kind aan nemen, bij ons is alles in overvloed. Hoe kan je echter met mij nïedegaan, afs ik niet weet *hoe je naarn 7s; zeg mij dan icch hoe ot je lie'et. Het scherpe Lanuoe-mes wordt daar bij zorgvuldig voor net slaehiofter ver borgen gehouden. Het eerste woord nu "dat zoo'n wezen uitstoot, nemen zij aan ais zijn naam. Dezen herhalen zij zoolang totdat deze goed in het geheugen zit en daarna kan de ope ratie aanvangen. Gelukkig wordt dit barbaarsch ge bruik op alle mogelijke wijzen, zoo door de Engelsche als door de Ne- derlandsche regeering tegengegaan. En dan wil men soms. nog spreken van die onbedorven, oorspronkelijke bevolking, die men op haar eigen wij ze geLukkig(!j moet laten zijn. GEMENGD NIEUWS? Veertig jaar onder stoom. Bayard Brown, een Amerikaansch mil- lionair, die bijna 40 jaar geleden uit New York in Essex (Engeland) aan kwam en sinds dien tijd" steeds aan boord van zijn jacht heeft geleefd, is gisteren op "ongeveer 70-jarigen leef tijd^ overleden. Voordat Brown zich zoo in de een zaamheid terugtrok, was hij een ge ziene figuur in de New Yorksche so ciety. Hij stond bekend om zijn lief dadigheid en vrijgevigheid. Als man van 36 jaar arriveerde hij aan de E?> sex-kust en wierp daar het anker uit, om er als het ware op den dood te wachten. Twee van zijn zusters, die uit Ame rika overkwamen om hem te bezoe ken, werd de toegang tot het schip geweigerd. Het meest eigenaardige van dit zon derlinge geval is wel, dat het jacht steeds onder stocm heeft gelegen, ge reed om op hei eerste sein te vertrek ken. Dag en nacht werd aan boord van het schip de wacht gehouden. V u 1 k a n i s cli e u i t b a r s 11 n g. Volgens een bericht uit Moskou is de Avaóhinsk, een vulkaan op het eiland Kamchatka, sedert einde Maart in wer king. Geweldige hoeveelheden asch., zand en lava het bericht spreekt van verscheidene millioenen kubieke meters per dag worden uitgeworpen Half Kamchatka is reeds met asch bedekt. (Het eiland telt niet minder dan 35 vulkanen, waarvan er 12 in werking zijn en 26 als uitgedoofd worden be schouwd Tragische sterfgevallen. Enkele dagen geleden was een jonge vrouw uit "haar dienstbetrekking met een acute eczema bij haar ouders te Stockbury, nabij Sittingbourne, in het graafschap Kent, aangekomen. De ouders wilden hun kind zelf ver plegen. Na een paar dagen haar kind verpleegd te hebben, werd de moe der tengevolge van infectie zij had zich in een vinger gesneden door dezelfde ziekte "aangetast. De vader nam nu de zorg voor beide zieken op zich, doch spoedig vertoonden zich ook bij Item sporen van dezelfde ziekte. De man was eveneens ^einfecteerd, tengevolge van een wond, die hij bij houthakken had opgeloopen. Doet de hulp van buren werd nu het geheele gezin naar het ziekenhuis over gebracht. De vader en moeder zijn aldaar kort na elkander overleden en Dinsdag in één graf begraven. De dochter maakt het goed en gaat uitstekend vooruit. I nf 1 u enz,a-ep i d e m i e. Uit Glasgow komen verontrustende berich ten over de uitbreiding van het aan tal gevallen van influenza. Gedurende de vorige week zijn 182 personen aan longontsteking en in fluenza overleden, de week daarvoor 112, terwijl in de week daaraan voor afgaande. 47 sterfgevallen tengevolge van influenza werden geregistreerd. Fraude. Eij de politie te Wor- mervcer, is naar aan de Telegr. ge meld wordt, aangifte gedaan, dat de kantoorbediende Kr. van de fa. Prins- •Oliefabrieken De Liefde, er vandoor is gegaan met fl8.0J0 door fraude verkregen. Jeugdige dief. Woensdag avond omstieeks negen uur vond een agent van politie op het Zwartewegje bij Delft een jongmensch in bewuste- loozCn toestand op den weg. Naar een brugwachtershuisjc gebracht, kwam de jongeman spoedig" weer tot bewustzijn. Hij vertelde zekere N. R. uit Delft te zijn en penningmeester van een monüharmonicavereen. Hij was op weg geweest met een bedrag van f160 naai den voorzitter. Onverhoeds sVas hij aan gevallen door een man, die hem met een steen bewusteloos had geslagen en daarna beroofd. De politie vond het verhaal zeer onwaarschijnlijk om dat geen enkele verwonding geconsta teerd kon worden. De jongen werd is verhoor genomen en bekende ten slotte gesimuleerd te hebben. Het be drag had hij op f 16 na geheel op gemaakt. De jongen is in arrest ge steld. Ons Babbelhoekje. Beste jongens en meisjes, Jullie z(jn natuurlijk nieuwsgierig naar den uitslag va,n de verlot'nv? Ja? Nou, kijk dan maar aan het einde van de babi -ihoek, want ik begin weer als gewoonlijk met de briefjes. Anemoon Jij was Je eerete dit maal meisje, met je brief. Zo» vond je het prijsraadsel aardig? Ja, ik heb :ie bloemenvelden wel e ns gerien on ik vind ze heel mooi. Maar niet met de drukke Paaschdagen, als het rustig is buiten, dan wel. 'k Hoor later wel of je verhoogd bent? S. en C. tV. 'k Denk dat jullie de ooievaars net zoo hartelijk begroeten als omgekeerd, is 't niet? Wel Cornells blij dat je bent overgegaan? Ik felibiteer je hoor. Dat is droevig van die juf frouw. Is ze lang ziek geweest? -Moeders Jongste". Je bent mii har- telijk welkom hoor, en als je het Bab- belhoekje zoo gezellig vindt, moet je maar trouw me doen. Heb .ie nog meer broertjes en zusjes? Ja zeker? Vertel mij dat volgende keer maar eens. .Blondje en Zwartje". Ook jullie heet ik welkom in onze» kring, 't Is heele- maal niet brutaal hoor, 'k vind het juist urettig. Zijn jullie zusjes? en hoe oud ten ie? Ben je heuseh blcmd en zwart? Ja, ik houd veel van bloemen e» vind de velden altijd een prachtig gezicht Hoe zijn jullie eigen namen? „Sneeuwklokje". Zoo, dus je hebt het gezellig gehad? En de raadsels niet moei lijk? Dat is prettig. Ja, niet iedereen kan do gelukkige zijn. Als ik met alle briefjes klaar ben, dan ga ik de prij zen verloten. „Reseda en Rozeknopje". Jullie heb ben het zeker druk met uitgaan in de va cautie, is 't niet? Beu je veel buiten met het mooi'.- weer? Ja zeker? Pret tig he, dat jullie beiden verhoogd zijn. Ja, je mag cok apart meeloten. „Wilgenkatje". Zoo, vond je het raad sel aardig? Dat dcot mii plezier. Neem die juffrouw kon ik niet, maar vertel «nij maar eons, wie er nog meer op school zijn, want ik geloof, dat ik som- migen toch wel ken. „Heidebloempje". Ja, 't was heel mooi weer met de Paaschdagen. Ik ben maar zee geweest en het was er heer lijk. Wat je mij vroeg, was ik reeds lang van plain, maar 'k kon tot nog too geen tijd vinden. Maar nu hoop ik het toch eens spoedig te doen. De harte lijke groeten aan Pa en Moe hoor. „Tommy". Ja, 't was geen moeilijk raadsel he? Maar dat moest ook niet, want ik wou jullie in de vacaintie niet zoo hard aan het werk zetten, dat be grijp je. 'k Vind het altijd erg jam mer van de bloemen om ze zoo uit el kaar te rukken. Jij niet? „Elondkopje". 'k Begreep maar niet hoe het kwam, dat ik niets van ie hoorde. Waarmee had je het zoo druk, ■dat „Tante Franciem" er onder lijden meest? 'k Wcnsch je veel genoegen in Den Haag. Vertel er mij de volgende keer wat van? „Pionier". Prettig he, een fietstocht te maken en met bloemen thuis te ko men. Ja, als je tegenwind hebt, kun je serns heel mo-e zijn. Maar je hebt vaoantie, dus tijd om uit te rusten. Zoo vond je het raadsel zoo aardig? „Breistertje". En heb je het gezellig gehad bij Opoe? Ja zeker? Vertel er mij de volgende week maar wat van. Zooals je ziet was je nog op tijd. „Wekkertje", 'k Heb van Breistertje gehoord, dat je- de raadsels al klaar had, maar niet schrijven kon, omdat J/Ice ziek was. Daarom tel ik je toch maar me© deze week, en mag je ook meeloten. Wat scheelt Moeder? „Koekeroe en Hartediefje". Zoo, dus juliie vonden het een aardig raadsel? Dat doet me plezier. Ja., 't is heerlijk voor jullie, dat je met het mooie weer in den tuin kunt- spelen. „Roosje". Zoo, zoo, had je het zoo druk met uitgaan? 't Is best hoor, schrijf mij dan volgende week nmt eem langer briefje. Dus je vond het raad sel aardig? „Grassprietje'. Roosje is zeker wel blij, dat z© verhoogd is, he? In welke klas zit zij nu? Dat moet je rnjj vol gende week maar eens vertellen. Ben jij ook uit geweest? „Vergeet mijn nietje", 'k Feliciteer tg boor, je bent zeker wel big? Dat 'beek ken ik wei, ja ik vind liet ook mooi. Ja, de velden zjjn prachtig he. Zoo, dus je had geen moeite met de „Blondine". Dat was eon mooi tocht je li oer en al hadden jullie ean beetje tegenspoed, alles kwam toch weer gosd tri-echt. Was je niet moe, toen je thuis kwam? „Boschviooltje". Be raadsels zn:i ncoit zoo erg moeilijk, vind je wel? lat doo ik expres, omdat dc meests kinderen huiswerk hebben on dan mag hét niet te veel van hu» tijd vragen, dat begrijp j®. öus 4 '3 gezellig ge weest met ïice's verjaardag. Dat ca deautje vind ik heel aardig hoor. „Waterlelie". Dat is fijn, dat jij zoo maar in dat mooie basen mag, ik vind hot tenminste altijd heerlijk in de boe- schen. Jij cok? 'k H.-b wol wat bloe menvelden gezien. Ja, 't is een heel mooi gdicht al die bloemen bij elkaar, maar de tulpen vind ik altijd hot mooist. „Moedors meisje". Was je uit, of 1 je h?t zoo druk. Maar je was het babfcelhcokje toch niet vergeten zag ik. Waar blrjft ie vriendinnetje? Fn dat juist met de" prijsraadsels. Z-e is toch niet ziek? „Junior". Ja zeker had ik je gemist, je slaat immers inders nooit over? Ze ker druk met uitgaan in de vacalntie. t niet? Dus je "bent het kruiswoord raadsel nog niet vergeten? Dat doet mij pleizier. „Hessie". Je hifli ditmaal de fcj&te. Weet je waarom? Omdat je je briefje niet onderteekenl had. .dus ik maar moest raden van wie het kwam. Dus voortaan heter opgepast hoor. De op lossing van het lettorraadsel was er ook niet hij. Was dat expres, omdat je het zelf had ingezondon"? Dank voor je wensch, meisje. De oplossing van het letterraadsel is: De Heerc is waarlijk opgestaan. Onderdeel-enSlot, Weanen, Distel, Heerlijk, Anna, Ar, Groningen Alleen, Aap. En hier volgen de nieuwe raadsels. i. Ingezonden door Hessie, Het geheel bestaat uit 21 letten en komt voor in den Bjjbel. 3. 16. 13. 4 is een vervoermiddel. 1. to. 9. 7. 2 vindt men in Drente. S. 20. 9. 7. 10. iS is aea zsec be kende stad. 5. 17 ci dient tot verlichting an verwarming. - 19. 20. 21 ontvangt met in school. 12. o. 4 is een visch. 18. 15. 16. 4. 10 is een jaargetijde. 12. 2. 11 wordt door dril rechter gedragen. 14. 20. 15. 16 is een grondsoort. 2. Ingezonden door Boschviooltje. Dame ga 11a 1. Welke meisjesnaam staat hier? 3. Ingezonden door Vergeetmjjnietje. Welke worsten kan men niet eten? 4. Ingezonden door Blondine. Wanneer zeggen de Japaneezen goe den morgen? 5. Ingezonden door Moeders Meisje. Ge \iudt mij meest in de» toren, treem mijn hco'rd weg, dain gebruikt ge mjj b(j den maaltijd. Ziezoo jongelui, jullie kunt weer voor uit, tot zoover is alles klaar. Het versje seliriji ik maar niet meer op, want dat hadden jullie allemaal' goed. fjn nu ga ik verteilen, hoe de loting is uitgeval len. Nu moeten degenen, dia niet ge lukkig zijn geweest, niet teleurgesteld zijn. Trouw inzenden maar en moed houden, er komen wel' eens weer prijs raadsels, en wie weet, dan zij» de te leurgestelde». van nu misschien juist de gelukkigen. Het doet mij plezier, dat jullie dit soort raadsels zoo aardig vinden. Ik deed het, om voor het prijs raadsel eens iets anders te hebmln. Juliie weet, dat ik een tjjd geleden ge- Zbgu heb, dat ik één prijs zou verloten, onder degene», die het trouwst inzon den. Dat neb ik ook ge-daan. Onder het clubje, dat niet één week heeft over geslagen, verlootte ik apart een prijs, en die prjjs is gewonnen door: Vergeet mij nietje. Daarna verlootte ik zes prijzen on der alie nichtjes en neefjes. Hier volgen de name» van <le prijs winnaars Blondine. Roosje. Hessie. Anemoon. Wilgenkatje. C. W. E11 dan moet ik nog iets vertellen El- was nog ecu viertal, dat etui prijs ju van „Oom Felix" te goed had. Nu wou Oom dit ook meteen maar afdoen. Ik zat nog even hu» namen opschrijven, hoewel ze het zelf nog best weten. Het ggjn: 1 Tommy. Heidebloempje. Moeaers meisje. boschviooltje. 'k Zal zorgen, dat de prijzen vanaf Maandag op het Bureau voor jullie klaar liggen. Dar kuninen jullie ze dus halen. En nu ga ik weer maar eindigen. Vele groeten vau je tante FRANCIBN. Scheepstij dingen. HOLLAND-AMERiKA LIJN. GROOTENDIJK, Vancouver n. R'dam p. 9 (8.10 n.m.) Lizard. BLIJDEXDIJK, R'dam n. Philadelphia pass. 9 (v.m. u.) Vlissingen. GAASTERDIJK, 8 v. Hamburg n. Rot terdam. LEERDAM. 8 v. R'dam te N.-Orleans, XOORDERDIJK, 7 v. R'dam te .Van couver. STOOMV. MIJ. NEDERLAND. EXGGANO (uitreis) 8. v. Padang. GROTIUS (thuisreis) 11 (10 v.m.) te A'dam verwacht. BINTANG (uitreis) 8 v. Belawan. BALI (thuisreis) 9 te A'dam. S.s. Grotlos". Het s.s. „Grotius" wordt Zondag ochtend ca. 5 uur van Batavia te IJmuiden en ca. 10 uur te Amsterdam verwacht. KON. HOLLANDSCHE LLOYD. DRECHTERLAND (2thuisreis) 8 van Bahia. GAASTERLAN'D, Buenos-Ayres naar Chili pass. 7 Punta-Arenas. GELRIA (uitr.) 8 v. Pernambuco. ORAX1A (thuisreis) 9 v. Cherbourg.' WATERLAND (thuisreis) pass. 9 Dun- geness. ZEELANDIA (uitr.) 8 v. Cherbourg. ROTTERDAMSCHE LLOYD. TAMBORA (thuisr.)' 9 (11 y.m. van Marseille.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1926 | | pagina 7