NIEUWE LEIDSCHE COURANT VAN DONDERDAG 8 APRIL 1926
STATEN-GENERAAL.
EERSTE KAMER.
Vergadering van gisteren.
Nadat tot toelating van de nieuw
benoemde leden, de heeren Jhr. Mr. G.
A. H. Michiels van Kessenick en Jhr.
Mr. B. C. de Savornin Lohman is be
sloten, nemen deze heeren ziltting.
Het zilveren huwelijksfeest van het
Kon. Echtpaar.
De VOORZITTER houdt vervolgens
ongeveer de volgende toespraak:
Het is mij een voorrecht om na een
lange gedwongen vacantie het feest te
gedenken, dat onze geëerbiedigde Ko
ningin en Z.K.H. de Prins, zij het in
huiselijken kring, gevierd hebben. De
Nederlanders juichten en baden het
Vorstelijk echtpaar Gods zegen toe;
ook uit Oost en West kwamen vele be
wijzen van hartelijke deelneming Zelfs
het buitenland deelde in de algemeens
Nederlandsche vreugde. Het kon ook
niet anders. Het Vorstenhuis en Ne
derland zijn samengegroeid, in iledere
provincie leven tal van ingezetenen,
die hebben ondervonden, wat belang
stelling en steun van de Koningin en
den Prins beteekenen. Elders schreef
spr. dezer dagen iln een tijdschrift ee-
nige woorden over de heugelijke ge
beurtenis. Spr. besluit met den wenscb
dat de Eerste Kamer der Staten-Gene-
raal nog vele jaren getuige moge zijn
van het huwelijk der Vorstelijke per
sonen (applaus).
(Deze rede werd door de Kamer
Staande aangehoord. Alleen de Soc.
Dem. bleven zitten, met uitzondering
van den partijvoorzitter, den heer
Polak.
De watersnood.
Spr. wijdt vervolgens eenige woor
den aan de ramp, die Nederland trof,
een natibnale ramp. Vrij plotseling
werden meerdere provincies door on
zen erfvijand, het water, geteisterd.
Zonder de opofferingsgezindheid van
de heele natie en het voorbeeldige
werk van officieren, soldaten en ma
trozen, zou de ramp nog veel grooter
geweest zijn. Wij hebben groote deel
neming met de getroffenen. Spr. sluit
zich evenwel aan bij het antwoord, dat
de voormalige Minister van Binnen-
landsche Zaken en Landbouw gaf op
de vraag van den heer Braat. Spr. ein
digt met dank te brengen aan de pers
en verder aan allen, die hebben gehol
pen bij de leniging van den nood (ap
plaus).
De GRIFFIER doet voorlezilng van
een aantal ingekomen stukken, Waar
bij het Kon. besl. tot benoeming van
den heer Slotemaker de Bruine tot
Minister van Arbeid, Handel en Nij
verheid.
Naar aanleiding daarvan zegt de
VOORZITTER, dat hij zeker uit naam
der Kamer spreekt, als hij zegt, dat zij
het vertrek van den heer Slotemaker
'de Bruilne betreurt, al deelt zij in de
onderscheiding, die hem te beurt is
gevallen. Wij nemen, aldus spr. geen
afscheid van den heer Slotemaker de
Bruine; wij hopen en verwachten hem
dikwijls terug te zien. Dat toch i9 een
bewijs, dat hij nog lang de belangen
zal dienen van allen, werkgevers en
werknemers, di'e tot zijn departement
in betrekking staan (applaus).
Regeeringsverklaring.
De minister van Financiën, de heer
DE GEER legt daarna de volgende
verklaring af:
Waar bet tegenwoordige Kabinet de
zen avond voor de eerste maal de eer
en het genoegen heeft in deze Kamer
aanwezig te zijn, zult U mij wel willen
vergunnen een enkel woord te zeggen.
In de vergadering van de Tweede
JKamer op Donderdag 11 Maart j.l. is
namens het Kabinet een verklaring af
gelegd, waarin de aanleidilng en de
figuur van zijn optreden, alsmede zijn
planned voor de naaste toekomst zijn
ontvouwd.
Ik moge mij op dit oogenblik aan
die verklaring conformeeren en te
vens, ter nadere toelichting, wijzen op
het daarop gevolgd debat en met na
me op het tijdens dat debat door de
Regeering gesprokene.
Ik vertrouw, dat een en ander een
voldoenden grondslag zal leveren voor
een nadere kennismaking ook met dit
Huis.
Het Kabinet doet een beroep op de
leden der verschillende partijen, ook
van de Eerste Kamer, om in de buiten
gewone omstandigheden, welke tot
z,ijn optreden hebben genoopt, aanlei
ding te vinden het minder naar zijn
parlementaire positie dan naar zijn
daden te beoordeelen.
Wellicht zal dat aan deze Kamer
zelfs nog iets minder zelfbeheersching
kosten dan aan haar zuster aan de
overzijde van het Binnenhof, in zoo
ver door de eigenaardige glaats, die
de Eerste Kamer in ons Staatsbestel
inneemt, zij reeds van nature iets min-
ider geneigd is tot het accentueeren
van politieke shibboleths. De geschie
denis van deze hooge vergadering
wijst uit, dat di)t meer dan theorie is.
Om mij tot de laatste kwarteeuw te
bepalen: Meermalen beeft in dat tijds
verloop de Eerste Kamer een andere
politieke samenstelling gekend dan die
van de Tweede Kamer en in verband
daarmede die van het zittend Kabilnet.
Tezamen is dit gedurende 11 jaren van
de 25 het geval geweest. Tot groote
politieke conflicten heeft dit het
ééne geval van 1904 uitgezonderd
nooilt geleid. Zoo wetsontwerpen ver
worpen werden, geschiedde dit steeds
bij gemengde stemming en niet juist
bij voorkeur onder een andersdenkend
Kabinet.
Reeds deze houding, in het verleden
tegenover opvolgende, ook niet-geest-
verwante, parlementaire Kabinetten
aangenomen, wijst er op, dat het van
de Eerste Kamer allicht niet een bui
tengewoon zwaar offer zal vergen, zich
aan te passen aan de sfeer, waarin dit
extra-parlementaire Kabinet wenscht
te leven en te werken.
De bedoeling van deze opmerking is
natuurlijk allerminst, het Kabinet te
gen controle of critiek te vrijwaren.
Integendeel, hoe meer het weet slechts
naar zijn daden te zullen worden be
oordeeld, des te zwaarder en ernstiger
zal het zijn verantwoordelijkheid ge
voelen. Beoogd wordt slechts, te doan
uitkomen waarom, naar het vertrou
wen van het Kabinet, zijn abnormale
positie op zich zelve in deze Kamei*
het gemeen overleg niet zal bemoei
lijken.
Nog in en ander opzicht wenscht het
Kabinet een beroep te doen. Onder de
belangen, die ook dit Huis zeer zeker
tei harte gaan en waarvoor het heeft
te waken, behoort de gaafheid onzer
parlementaire instellingen. Wanneer
zich eerlang in de Tweede Kamer we
der een politieke meerderheid mocht
blijken te vormen, dan zal, zoo stel ik
mij voor, ook en vooral deze Kamer
bet haar plicht kunnen achten de aan
dacht van het Kabinet voor dat feit te
vragen. Zij zal dit kunnen doen zelfs
dan wanneer de in de Tweede Kamer
zkh vormende meerderheid een zooda
nige macht zijn als waarvoor in de
Ferste Kamer vooralsnog de gegevens
niet aanwezig zijn.
Met het uitspreken van de hoop,
mijnheer de Voorzitter, dat het ge
meen overleg tusschen de Regeering
tn de Eerste Kamer ook onder het te
genwoordig Kabinet, zoolang de poli
tieke omstandigheden zijn aanblijven
tot plicht stellen, goede vrucht zal
dragen in het duurzaam belang van
ons volk, meen ik dit korte woord 'te
mogen besluiten.
De VOORZITTER stelt voor de dis
cussies over de regeeringsverklaring
heden om 11 uur te doen aanvangen.
Aldus wordt besloten.
De VOORZITTER geeft den leden
gelegenheid kennis te maken met de
regeering en wijdt daarna enkele waar
deerende woorden aan de nagedachte
nis van den heer jhr. mr. L. H. L. J.
van der Maesen de Sombreff, in leven
lid der Kamer.
Namens de regeering sluit de mi
nister van Financiën, de heer DE
GEER, zich bij de woorden van den
voorzitter aan.
De VOORZITTER wijst als lid der
commissie voor de verzoekschriften
aan den heer Verkouteren, in plaats
van den heer Slotemaker de Bruine.
Vervolgens wordt overgegaan tot
het trekken der afdeelingen.
De vergadering wordt geschorst yoor
een kwartier.
De leden begeven zich in de afdee
lingen.
Na heropening deelt de VOORZIT
TER mee, dat benoemd zijn tot voor
zitter der afdeelilngen de heeren van
Lanschot, Singenberg, de Vos v. Steen-
wijk, Verkouteren en Anema en tot
ondervoorzitter de heeren Diepenhorst
Haffmans, v. d. Berg, de Zeeuw en v.
d. Lande.
Spr. deelt vervolgens mee, dat de
centrale afdeeling besloten heeft, dat
na de behandeling der regeeringsver
klaring de staatsbegrooting in de af
deelingen zal worden behandeld. Spr.'s
voornemen is het zoo noodig a.s. Dins
dag om 2 uur voort te zetten de behan
deling in de afdeeling der ontwerpen,
waarmee men nilet gereed is gekomen.
De vergadering wordt te 9j55 uur
verdaagd tot hedenvoormiddag 11 uur
PLAATS VOOR DE OUDEREN.
De Haagsdhe Post' zoo lezen wij m
de „Maasbode" tradht ons te sugge-
reeren, dat wij menschen tegenwoordig
het voorrrecht beleven van ouder te
mogen worden.
Voor hen die ouder worden, wat
zachter klinkt dan oud worden, -stemt
het blad het traditioneel liedje van ver
langen aan.
En het blad doet dit op een zeer
bijzondere wijs.
In West-Europa constateert het een
beduidende vermindering van ge
boorten.
Daartegenover staat dat wij, die ou
der worden, dank zij betere economi
sche verhoudingen, vooruitgang der
medische wetenschap en bovenal bete
re hygiënische toestanden, kans ma
ken ons leven langer te kunnen rekken
dan vroeger.
„De man van vijftig", „de vrouw van
veertig", behoeft niet meer angstigin
den spiegel te blikken, de fatale da
tum van den ouderdom wordt voor
hen tegenwoordig aanmerkelijk opge
schoven.
En dan komt de „Haagsche Post"
tot de conclusie, dat wij ons hebben
voor te bereiden op tijden, waarin de
onvermijdelijke levensopbouw ons een
tame.;Lvng zal bie gen. die belang
rijk meer menschen- op leeftijd bevat
dan die, waarvan wij thans deel uitma
ken."
Daarom zal het „ruimte voor de
jongeren", het harde parool van „pla
ce aux jeunes", dat ons reeds m de
ooren klonk vóórdat wij goed en wel
zelve begonnen waren aan onze le
venstaak, plaats moeten maken voor
het „ruimte voorde-ouderen", en het
lijkt er in veel opzichten naar, dat
reeds thans de menschelijke natuur
zich geleidelijk schijnt voor te berei
den voor de dagen die komen zullen.
't Komt ons voor dat de „Haagsche
Post" wat al te zelfbedriegelijk opti
mistisch voor hen die ouaer worden
„het liedje van verlangen zingt.
't Lijkt ons een te eenvoudige som
van Bartjes om te beweren, dat waar
minder menschen geboren worden, en
steeds minder menschen sterven, de
gemiddelde leeftijd meer dan ooit aan
t bod zal komen.
Wij meenen dat juist onze tijd cyni
scher dan ooit komt te staan tegen
over hen, die ouder worden.
Door mode, sport, hygiënische ver
zorging mogen wij onzen leeftijd trach
ten te camoufleeren, onze jaren zelve
kunnen wij niet loochenen.
Als vroeger iemand van romcl de
vijftig kwam te sterven, dan werd hij
berouwklaagd als een die gevallen was
in den bloei zijner jaren.
Maar thans, hoe bitter wordt de
man van vijftig tegenwoordig gevon
nist. Heeft hij zelf een onafhankelijke
positie, dan acht men dit toch den tijd,
dat hij in ruste gaat. Raakt hij ech
ter als afhankelijk man werkloos, dan
blijkt er geen plaats en ruimte meer
voor hem të zijn m deze maatschappij.
Dan nemen wij hier nog den ruimen
term van vijftig, maar zelfs de veertig
jarige en ook zelfs zij, die ai tusschen
de dertig en de veertig d,obberen, wor
den ai over dezelfde kam geschoren.
't Is een niet te weerspreken leit,
dat, wie tegenwoordig naar een po
sitie of betrekking dingt, reeds met
schrik zijn leeLijd noemt, als deze niet
direct meer vijf en twintig jaren telt.
Is hij de dertig al gepasseerd, of 'de
veertig nabij, dan leest hij bij het
noemen van zijn leeftijd al reeds.m het
fronsen der wenkbrauwen van hen,
die over zijn levenslot hebben te beslis
sen, het nog met uitgesproken, maar
toch reeds vt*>rb esterna afwijzend von
nis.
Hij moge roemen op kennis en er
varing, op studie en routine, zijn eeni
ge aanbeveling, die werkelijk „sohla-
gend" is, zTj'n mogelijke jeugd kan hij
niet meer laten gelden.
Dit is het wonderlijke tegenstrijdige
in de moderne constellatie van onze
maatschappij, dat in dezen tijd, die
liefst geen „kinderen" wil, het meeste,
en "bijna uitsluitend 'vraag is naar
„jeugd
En dat aan den man, van veertig,
vijftig, die fich aan dezen geest van
den tijd heeft gehouden, en zich ten
opzfchte van den „kinderlast" heeft
ontzien, in zijn te vroeg gemerkten
ouderdom de straf wordt voltrokken,
dat als zijn werkkracht niet meer ge
waardeerd wordt, hij ook de kinderen
mist, die als graag aanvaarde plaats
vervangers, hem door hun arbeid op
hun beurt het levensbestaan kunnen
verlichten.
In den strijd om het bestaan wor
den de mensciien van veertig al 't liefst
afgevoerd om plaats te maken voor de
jongeren.
Wij hebben ons economisch en so
ciaal zoo met wetten, die ons ten ze
gen heetten te zijn, omringd, en om
heind, dat naar onze werkkracht met
meer wordt verlangd, als recht op pen
sioen zich tien jaar eerder kan laten
gelden.
Wij hebben er zelfs sociaal een
nieuw woord yoor uitgevonden om hun
die ouder worden te beteekenen, dat
zij ecoijomisch hebben afgedaan, wij
noemen dat euphemistisch „afvloeien".
De „Haagsche Post" moge er- m
triumfeeren dat zij, die ouder wor
den, ziekten en dood weten te weer
staan, wat baat 'tons als ons op een
andere manier beteekend wórdt dat
wij gerust kunnen „afvloeien", als wij
meenen de rijpe vruchten van onze
jeugd eindelijk met succes aan de
markt te kunnen brengen.
GEMENGD'NIEUWS..
Geheime branderij ontdekt.
Te Elberfeld is door de Keulsche en
Frankfurter belastingambtenaren een
feheime branderij ontdekt, waarin on-
rinkbaar gemaakte spiritus tot drink
baren brandewijn verwerkt werd.
Er werden ongeveer 20.Ü0U liter spi
ritus verzonden.
De branderij werd door een zekeren
Sohaefer, die vroeger scheepsmarco-
nist was, bestuurd.
Ontploffing. Bij het ontste
ken van een PaasdhvUur had een ont
ploffing plaats, waarbij een 10-jarige
jongen gedood werd, terwijl 2 vrou
wen zwaar en verschillende personen
licht gewond werden.
Noodlottige instorting.
Een telegram uit Guadalajara (Mexico
meldt:
Eenige jongelui speelden hier op
een terrein, waar vroeger een school
der genie had gestaan, welk gebouw
op gewelven rustte.
Een dier gewelven stortte in, ten
gevolge waarvan één der spelenden
gedood en 7 gewond werden.
Motorongeluk. Op den weg
tusschen Bocnelt en Caulille (België;
kwam een 18-jarige motorrijder uit
Neerharen, die met een razende vaart
reed, te vallen.
Hevig bloedend uit neus en mond,
werd hij opgenomen en per auto naar
Bree vervoerd, waar hij inmiddels
bleek te zijn overleden, zonder tot be
wustzijn te zijn gekomen.
Hulzen verpletterd. Op
Paaschmaandag zijn in de gemeente
Torre in de provincie Bergano (Italië;
zes huizen door het vallen van een
rotsblok vernield. Zes personen zijn
daarbij omgekomen.
Van een pyramide gevallen.
Dr. Karl Musil uit Praag heeft den
top van de groote pyramide van Che
ops te Gizen, zeven mijl ten Zuid-
Westen van Cairo beklommen. Bij het
dalen slipte hij en viel naar beneden.
Hij was onmiddellijk dood.
Een heidebrand. Tijdens de
Paaschdagen heeft te Kinkempis bij
Luik een felle bosch- en heidebrand
gewoed. De brand strekte zich uit over
een opper vlakte van circa 50 H.A.
Een vreemd geval. De vo
rige week Dinsdag is van .Middel-
harnis vertrokken naar Gouda een
zekere de W.4 zadelmaker alhier, Hij
moest daar zaken doen en zou 's
avonds weer bij vrouw en kinderen
thuis zijn. Hij is echter niet terugge
keerd en tot op dit oogenblik spoor
loos verdwenen. Woensdag kreeg zijn
vrouw een telegram, dat hij 'de tram
m de Rosenstraat te Rotterdam gemist
had. En iin een brief welke hij 'haar
Donderdags van uit Utrecht zond (hij;
was althans aldaar gestempeld) schreef
hij, dat hij van zijn fiets gevallen was,
zijn hoofd erg bezeerd had en nu het
huis niet meer kon terug vinden. Zijn
schrijven was eenigszins zonderling ge
steld en wekte bij de familieleden het
vermoeden, dat zijn geestvermogens in
de war zijn.
De Rotterdamsche recherche werd
met de zaak in kennis gesteld en deze
wist reeds spoedig, dat hij gelogeerd
had in het geheelonthoudershoteT aan
de Oppert.
Toen bleek, dat hij in Utrecht een
brief verzonden had, was men ook
daar spoedig ingelicht van het feit,
dat hij ook daar in een' geheelont
houderslogement, had vertoefd. Iets bij
zonders had de hotelier niet aan hem
ontdekt.
Zaterdagmorgen kreeg de familie
weer een eenigszins verward schrijven
van den verdwenene, thans gestem
peld te Apeldoorn, waarin hij mede
deelde, dat hij nog steeds zijin huis
zoekt. De geheeïe reis schijnt hij ge
daan te hebben per rijwiel, dat nij
van huis had meegenomen.
Door den val van het rijwiel schijnt
de man een zékere verstandsverbijs
tering "bekomen te hebben en 'dwaalt
hij nu reeds dagen door het land.
Het is echter vreemd, dat men hem
nog niet op het spoor is kunnen ko
men. De groote angst waarin vrouw
en kinderen nu alle dagen wachten op
nadere berichten laat zich moeilijk be--
schrijven. De verdwenene is gemakke
lijk te herkennen aan een licLeeken in
het gelaat, hij heeft donker krullend
haar en een bleek gezicht. Een zijner
beenen is stijf.
Onder den trein. In den
nacht van Zondag op Maandag is een
21-jarige marinier tweede'klasse van
het wachtschip „Emma" te Den Hel
der, toen hij in Alkmaar zijn ver
loofde bezocht had en met den laat-
sten trein naar Den Helder wilde te-
rugkeeren, onder den achtersten wa
gen van den trein geraakt. De wie
len gingen hem over het onderlichaam.
De jongeman was bijna oogenblikke-
lijk dood.
Een dorps-„ovatie". In de
provincie Drente was het oudtijds ge
woonte om wanneer een paartje in on
dertrouw was opgenomen, den jonge
ling of het meisje, waar een der in
ondertrouw staanden het laatst mee
was uitgeweest, de z.g.n. „zwaore pao-
len" of zwaor holt" te brengen. Dit
oude gebruik is nog niet uit de mode.
In het, plaatsje UfreUe ontving Zater
dagnacht een der ingezetenen zulk een
„ovatie". De geheele straatweg naar
zijn woning lag bezaaid met stroo en
vele dorpelingen moesten Zondagmor
gen reeas vroeg op stap, om hun wa
gens hekken, varkensbakken, kruiwa
gens enz. op te halen. Het huis van'
den jongeling, wiens liefje met een
ander in 't huwelijksbootje zou stap
pen, was als gebarricadeerd.
Doodelijke val. Te Harder
wijk had de 79-jarige H. F. het
ongeluk van een zolder te vallen. Hij
is aan de gevolgen overleden.
Verdronken. Onder Loon op
Zand is het lijk opgehaald van den
alleen wonenden landbouwer H. K. die
sinds eenige dagen vermist werd.
De 20 jarige veenarbeider J. Bi.
uit Hollandsche Veld, is, terugkeeren-
de van de kermis te Dalen, met zijn
rijwiel te water geraakt. Zijn lijk is
opgehaald.
Jongetje verbrand. Te Hen
gelo aan den Breeden Marschweg is
een vijfjarig jongetje bij een vuurtje
stoken in de vlammen gevallen en ver
brand.
Drama. Gistermorgen zijn in
een bosch in de buurt van Essen twee
lijken, een van een man en een van
een vrouw gevonden, beide met won
den aan het hoofd. Waarschijnlijk
heeft men hier met een dubbelen zelf
moord te doen.
Op het lijk van den man werd een
briefje gevonden waarin stond, dat bei
den uit nood tengevolge van werk
loosheid den dood hebben gezocht.
Een ommenschelijke wed
strijd. Den eersten' Paaschdag,
werd door een tweetal personen in
een café in de Kruisstraat te Wioen-
sel, een weddenschap aangegaan dat
een hunner, zekere C. uit Gestel, in
tien minuten tijds, 25 eieren met dop
en al, benevens vijf glazen bier om
door te spoelen, zou verorberen.
De weddenschap werd door C.
„glansrijk" gewonnen.
Persoonlijke ongelukken kwamen
althans tot heden niet voor.
Door een sneltrein gegrepen.
Gistermiddag om vier uur heeft de
sneltrein StavorenSneek tusschen
'Oudega en Ijlst op een onbewaakten
overweg den jongen landbouwer A.
overreden. De man die met paard en
wagen reed zag den trein, niet aan
komen en de machinist kon niet tijdig
stoppen. A. werd zeer zwaar gewond
naar het St. Antoiniusziekenhuis te
Sneek vervoerd. Het paard bleet on
gedeerd, doch de wagen werd totaal
vernield.
DE ZWIJGENDE ECHTGENOOT.
Het eerste v.a. d: .-.rouw die ee i
zwijgenden echlgenec; heeft, moet
doen, is daarvoor dankbaar te zijn.
Zij voelt zich bovenmate gelukkig,
want de diepste gevoelens uiten zich
niet
In de gedachtenwisseling met den
zwijgenden echtgenoot zal zij allicht
voortdurend gelijk hebben, zonder te
gengesproken ie worden, laadt zij alle
onrecht en alle onbillijkheden op hem.
„Ja maar, jij zegt ook niets.... je denkt
daten zij laat heïh alle moge
lijke ongerechtigheden in het geval
denken. Jij zegt naturrlijk(hij zegt
niets, maar het is alsof hij het ge
zegd heeft). De zegepraal van de
vrouw is volmaakt, daarom valt haar
de vergiffenis zoo licht, en in de wo
ning van den zwijgenden echtgennoot
zal harmonie zijn, dat is een uitge
maakte zaak.
Aan tafel hoor en de babbelende kin
deren, die zooveel te vertellen hebben,
nooit de strenge waarschuwing; „Kin
deren,' stil zijn, wanneer vader praat".
Vader praat niet, hij eet in stilte. En
de kleuters vertellen, lachen, storten
hun hartje uit en ze verklappen el
kander hun kwajongensstreken. En't
vaderlijk zwijgen wordt naar willekeur
uitgelegd. „Flink zoo, Piet, zie je wel,
vader is tevreden; wanneer hij mets
zegt, beduidt het, dat hij tevreden is.
Let eens op, Hendrik, je ziet, dat
vader niets zegt, dat beteekent, dat hij'
je gedrag afkeurt".
En zoo komt het dat het met een
zwijgenden echtgenoot wel gemakke
lijk is in vrede te leven, doch dat de
bewuste leiding in het gezin er door
ontbreekt.
RECHTZAKEN.
De waarn. kantonrechter te Delft,
mr. M. G. J. Bevers, heeft den student
H. J. R. S. te L e i d e n veroordeeld tot
f 100 boete subs. 10 dagen hechtenis
wegens het met een motorrijtuig te
snel rijden op den Haagweg, waar
door de veiligheid en vrijheid van het
verkeer voor dien weg ernstig in ge
vaar werden gebracht, en bovendien
tot 3 dagen hechtenis wegens het rij
den zonder rijbewijs (hetgeen vroeger
reeds voor 1 jaar was ingetrokken,
welke termijn nog niet was verstre
ken). Het besturen van motorrijtuigen
is hem wederom voor een jaar verbo
den.
„Tin" als geneesmiddel tegen
steenpuisten.
Naar aanleiding van rpededeelingen
in het Nederlandsch tijdschrift voor
geneeskunde met betrekking tot het
inwendig gebruik van tin in den vorm
van tinvijlsel of tinpoeder, als genees
middel tegen steenpuisten, bereikten
den Gezondheidsraad mededeelingen.
die aanleiding zijn, het publiek te
waarschuwen tegen onoordeelkundige
toepassing van dit middel.
Materiaal, waarvan „tinnen" ge-
bruiks- en versieringsvoorwerpen zijn
vervaardigd, bevat menigmaal een
hoog percentage lood. Personen, die
zich met behulp van zulke voorwer
pen zelf het aangeprezen middel „tin
poeder" wilen verschaffen en dat, zoo
als wordt voorgeschreven, op een bo
terham gestrooid, opeten, kunnen op
deze wijze zich een ernstige loodver-
giftiging bezorgen.
Indien gij van ziekten genezen wilt
worden, raadpleeg dan een dokter,
gebruik niet onoordeelkundig midde
len, die u kunnen schaden.
GEZONDHEIDSRAAD.
Scheepstij dingen.
HOLLAND-AMERIKA LIJN.
GAASTERLAND, v.-d. N.-Pacafltc-
kust ii. Rott. 5-4 te Hamburg.
LEERDAM, v. Rott. n. New-Orleans,
6-4 v. Tampico.
BINNENDIJK, Rott. n. New Orleans,
7-4 te Antwerpen.
DRECHTDIJK, Pacifickust n. Rot
terdam, 4-4 v. Cbristobal
GROOTENDIJK, Pacifickust n. Rott
6-4 te Liverpool.
STOOMV. MIJ. NEDERLAND.
BALI (thulsr.) 614 te Havre.
BENGKALIS (thulsr.) pass. 6-4 Pe-
•rim.
ENGGANO (uitr.) 5-4 v. Sabang.
GROTIUS (th.r.) pass. 6-4 Gibraltar.
KONINGIN DER NEDERLANDEN,
(uitr.) 6-4 v. Algiers.
SOEMBA (uitr.) 6-4 te Antwerpen.
RONDO (thulsr.) p. 6 Gibraltar.
PRINSES JULIANA (thuisr.) 7 van
Batavia.
BATJAN (thuisr.) 7 van Batavia.
ENGGANO (uitr.) 5 van Sabang.
KON. HOLLANDSCHE LLOYD.
AMSTELLAND (thuisr.) 6-4 v. Mon
tevideo.
ORANIA (thuisr.) 6-4 v. Lissabon.
SALLAND 6-4 v. B. Ayr es n. Rocarlc
MONTFERLAND (uitr.) 6 v. Tone-
riffe.
ZEELANDIA (uitr.) 7 van A'dam.
F.OTTERDAMSCHE LLOYD.
PATRIA (uitr.) 7 van Port Said.
TABANAN (uitr.) 7 van Sabang.
KERTOSONO (uitr.) pass. 6 Peniche.
DJAMBI (thuisr.) 7 te Marseille.
GORONTALO 6-4 v. Batavia n. Rott.
KAWI 7-4 v. Rott. n. Batavia en was
4 u 30 nam. in zee.
TAMBORA (thuisr.) wordt 9-4 7 u V.
m.i te Marseille verwacht.
HOLT, AND-AFRIK A-LIJN.
JAGERSFONTEIN (thuisr.) 7 v. Pt.
Natal.
RANDFONTEIN (uitr.) 7 v. A'dam.
NIJKERK (thuisr.) p. 7 Gibraltar.
HEEMSKERK 5-4 v. Rott. te Hamb.
JAGERSFONTEIN 7-4 v. Port Natal
n East London.
NIJKERK (th.r.) pass. 7-4 Gibraltar.
RANDFONTEIN 7-4 v. Amsterd. n.
O.-Afrika