NIEUWE LEIDSCHE COURANT VAN ZATERDAG 27 MAART 1920
naar mijn gevoel af. Het is, alsof deze
op en neer zou gaan met mijn wis
selende gemoedstoestanden.
Maar Gij hebt, in die bangste ver
latenheid, geloof geoefend en zijt niet
aan de wanhoop ten prooi geweest.
Gij hebt, zelfs al voeldet gij' u geheel
van Goid gescheiden, ja, al daalde Zijn
toom in zijn volle zwaarte op u neer,
nochtans gezegd, mijn God, mijn God.
Gij hebt u vastgehouden, als zaagt
mj den Onzienlijke. Och, dat ik u
aan ook eere als dien Oversten Leids
man en Voleinder des geloofs, die
mij niet alleen in het geloot zijt voor
gegaan, maar die ook alleen het ge
loof in mijn hart werken en mij tot
het geloof licht en kracht geven kunt.
En als ik dan nu wel bezie, dan zijn
er aan mijn geloot door dit uw lijden
en sterven ae sterkste steunséls ge
geven. Alle Gods 'beloften zijn nu in
u Ja en zijn in u Amen. Gode tot
heerlijkheid door ons.
Wat God in die belofte toezeide,
dat is door U in den weg eener vol-
komene genoegdoeninng vernomen en
aangebracht. Gij zijt van uw God ver
laten geweest, opdat ik nimmermeer
van .Hem verlaten worde.
Gij hebt u van uws Vaders gunst
willen laten schei-en, opdat gij, onder
en beneden mij gekomen en dragen
de, wat ik verdiend had, mij opheffen
zoudt uit den dood in het leven. In
dien ik buiten U zou blijven en geen
deel hebben aan u, eeuwig bleet voor
mij de scheiding tussohen een heilig
en rechtvaardig God en een onver
zoenden zondaar en uwe duisternis op
Golgotha zou mij een prediking en
voorspelling zijn van den nacht der
buitenste duisternis.
Maar heb ik u door het geloot lee-
ren kennen en erkennen en in uw lij
den het rantsoen mijner ziel leeren
vinden dat ik dan ook met twijteie
ot door uw dood is een volkomene
verzoening voor mij verworven.
En al is het, dat ik mi] 'nog wel
soms van God verlaten kan gevoe
len en Zijn gunst moet missen, dat ik,
er, ziende op uw kruis, liefde in zie,
liefde, die mij beproeft ten goéde, lief
de, die mij niet zal overgeven noch
loslaten, totdat zij mij gébracht zal
hebben in dat land, van iie.welk de
ziener heeft geproxeteerd: Zie de Ta
bernakel Gods is bij ae menseden, en
Hij zal bij hen wonen, en zij zullen
zijn volk zijn, en God zelf zal bij hen
en hun God zijn.
GELOOFD ZIJ JEZUS CHRISTUS.
Geloofd zij Jezus Christus
In tijd en eeuwigheid 1
Die uit den hemel daalde,
Ten offerdood bereid,
En met ons vleesch omkleed
Zoovele smarten leed.
Geloofd zij Jezus Christus
In tijd en eeuwigheid!
Geloofd zij Jezus Christus
In tijd en eeuwigheid 1
Die voor ons wilde dragen
De straf, ons opgeleid,
En door zijn hittren dood
Den hemel ons ontsloot.
Geloofd zij Jezus Christus
In tijd en eeuwigheid!
Geloofd zij Jezus Christus
In tijd en eeuwigheid!
Die steeds met open armen
Des zondaars komst verbeidt,
Hem immer vol geduld
Vergeving schenkt van schuld.
Geloofd zij Jezus Christus
In tijd en eeuwigheid!
Geloofd zij Jezus Christus
In tijd en eeuwigheid!
Die ons in 's hemels hoven
Een eeuwig heil bereidt.
Daar prijzen wij eens sa&m
Voor eeuwig Jezus' Naam.
Geloofd zij Jezus Christus
In tijd en eeuwigheid!
KERK EN SCHOOL.
ned. herv kerk.
Bedamkt: Voor Bleiswijk, A. M.
den Oudsten te Middeihamis.
geref. kerken.
Tweetal: Te Kamerik, G. Veenen-
daal te Amerongen en H. van der Zan
den te Wapenvelde.
Aangenomen: Naar Gouda, 2de
beroep, Herm. Knoop te Kooten.
Bevestiging, Intrede, Afscheid.
Ds. B. Gijzel te IJlst, die bet
beroep naar de Ned. Herv. Gemeente
te Amsterdam aannam is voornemens
Zondag 2 Mei afscheid te nemen van
fljjn Gemeente en Woensdag 12 Mei
zijn intrede te doen in de Nieuwe Kerk
te Amsterdam, na Zondag te voren in
hetzelfde Kerkgebouw bevestigd te zijn
door Ds. L. D. Poot.
Prof. H. H. Kuyper over de Synode.
Prof. H. H. Kuyper verdedigt in „De
Heraut" de Synode tegen het verwijt,
dat zij het meerendeel der kerkeraads-
ledem van Amsterdam-Zuid heeft afge
zet zonder hen te hooren.
„De Gen. Synode heeft met bijna on
uitputtelijk geduld aan de afgevaardig
den van den Kerkeraad gelegenheid ge
geven het standpunt vam den Kerkeraad
"uiteem te zetten. De afgevaardigden zijn
gehoord èn door de dogmatische èn
door de kerkrechtelijke commissie. Met
dit „hooren" zijn dagen lang zoek ge
bracht. De Synode heeft tot het uiterste
toe het hoor ein wederhoor toegepast.
Toen de Generale Synode tenslotte
over het dogmatisch geschil, dat het
kernpunt van deze procedure vormde,
uitspraak had gedaan eu de verklaring
had vastgesteld, die Dr. Geelkerken had
te onderteekenen, heeft de Synode zeer
wel begrepen, hoeveel 't hier afhing van
de houding, die de kerkeraad zou aan
nemen. Weigering vain de onderteeke-
ning moest op een conflict uitloopen,
niet alleen met Dr. Geelkerken zelf,
maar ook met den kerkeraad, die zich
aan zijn zijde stelde. Daarom heeft de
Synode dne afgevaardigden naar den
Kerkeraad gezonden om dezen te be
wegen met de Generale Synode mede
te werken en Dr. Geelkerken er toe
te brengen de gevraagde verklaring af
te leggen.
Deze afgevaardigden hebben in den
Kerkeraad op de hoogst ernstige gevol
gen gewezen, die uit dit conflict kon
den voortkomen. En elk dezer ouder
lingen heeft toen ten aanhoore van deze
deputatan zijn standpunt kunnen uit
eenzetten. Al de argumenten, die de Kar
keraadslelen meenden te moeten aan
voeren, om aan het verlangen der Sy
node niet te voldoen, maar integendeel
Dr. Geelkerken tot verzet tegen het
Synodaal besluit te prikkelen, zrjn „ge
hoord".
Daarop heeft de Kerkeraad nog een
maal, toen Dr. Geelkerken na lang wach
ten zijn antwoord aan de Synode zond
gelegenheid gekregen om zon standpunt
uiteen te zetten. Zelfs heeft de Synode
hoewel de termijn van vier dagen, aan
Dr. Geelkerken gesteld, verstreken was,
een gebeelen dag in afwachting gezeten,
om den kerkeraad in de gelegenheid te
stellen, dit nieuwe bezwaarschrift bij
baar in te dienen.
Hierop is de schorsing van Dr. Geel
kerken gevolgd, welke schorsing door
den kerkeraad niet werd erkend; de
gronden, waarop dit besluit van den
Kerkeraad berustte, werden publiek aan
de Gemeente medegedeebld, aan de pers
verstrekt, stonden in alle bladen te
lezen en waren de Generale Synode
dus volkomen bekend.
Is de voorstelling dan niet al te dwaas
alsof de Generale Synode zonder den
Kerkeraad te hooren, haar vonnis uit
gesproken heeft? Stond het feit zelf,
Hat de Kerkeraad geweigerd had het
schorsingsbesluit te erkennen, soms niet
vast en moest door verhoor nog wor
den uitgemaakt, of de daad geschied
was?
Uit het Sociale Leven.
De Arbeidstijd.
De Minister van Arbeid, H. en N.
heeft, onder eenige voorwaarden, aan
hoofden of bestuurders van onderne
mingen, waarin heerenkleeding als
maatwerk en detailconfectiê wordt
vervaardigd, in alle gemeenten Jes
Rijks vergund, dat in hun onderne
mingen van 29 Maart tot en met 5
Juni en van 11 October tot en met 27
Nov. door arbeiders van 16 jaar of
ouder, niet zijnde coupeurs, in afwij
king van het bepaalde bij d'e artt. 23
en 24 der Arbeidswet 1919, gedurende
9>£ uur per dag en 53 uren per week
arbeid wordt verricht.
Uit de Metaalindustrie.
Naar aanleiding van de door den
Directeur-Generaal gedane toezeggin-
i \VEEDE BLAD.
Uit de Schriften.
Van god verlaten.
En omtrent de negende ure
riep Jezus met een groote
stem, zeggende: EH, Eli, Lama
Sabachtani! Dat is: Mjjn God,
Mijn God, waarom hebt Gjj Mij
verlaten.
Matth. 27:46.
iTierbare Jems, getrouwe Zaligma:
ker; hoe zwaar e;i hoe bitter hebt Gij
toch geleden! Hoe is uwe liefde tot
den einde toe, die gij' voor uw volk,
voor uwe gemeente gehad hebt, toch
op de zwaarste proet gesteld. In wat
diepten, in wat jammerkolken, in wat
afgronden zijt gij nedergestooten ge-
worden
Als ik u daar zie hangen aan het
vloekhout des kruises, als ik denk aan
dien zwarten nacht van duisternis, die
u daar drie uren lang omgaf en ik
hoor van uit die donkerhe.d uw smart
en angstkreetEli, Eli, Lama, Sa
bachtani dan moet ik uitroepen:
mijn verstand staat hier stil, deze diep
te kan ik niet peilen.
Anderen hebben over hetzelfde ge
klaagd als Gij, over Godverlatenheid.
'Het oude Zion heeft reeds gezegd:
De Heere heeft mij verlaten, en de
'Heere heeft mij vergeten. Maar tot dat
zuchtende en klagende Zion is toen
de profeet der vertroosting gezonden,
om het hun toe te roepen: „Kan ook
een vrouw haren zuigeling vergeten,
dat zij zich niet ontferme over den
zoon haars sdhoots. Ofschoon deze ver-
gate, zoo zal Ik u toch niet vergeten".
Toen echter in uwe groote, ondoor
grondelijke ziele-duisternis is niet één
engel van vertroosting gezonden. Gij
hebt de pers alleen moeten treden en
daar was niemand van de volkeren
met u.
David, Heman, én anderen hebben
.ook gejammerd: „Heere, waarom ver
stoot Gij mijne zjel en verbergt uw
aanschijn voor my".
Maar dat was toch niet de verber
ging en verlating, die over u geko
men is. Bij u, toen gij daar aan het
knus hingt, is het de straffende en
vergeldende rechtvaardigheid Gods die
mijne en uws volks zooden m u be
zocht. Bij u is het de onverminderde
rechterlijke toorn Gods geweest, die in
al zijn verteren-Jen gloed tegen u ont
brandde en over u en in u is uitge
goten.
Bij u is het de helledood geweest
met al' zijn angst en pijn, die uw ziel
aangreep en verre wegvoerde, verre
weg van uw Vader, en zijn licht en
van de heerlijkheid zijner sterkte tot
in ongekende duisternis.
Hoeveel moest gij reeds lijden on
der het verlaten-zijn door menschen,
onder de .trouweloosheid uwer vrien
den en discipelen, bij een hunner zelts
tot verraad geklommen! Maar dit is
voor u het allerzwaarste geweest, dat
uw Vader in den hemel zich van u
terugtrok en zijn grimmigheid tegen
u deed rooken. Hoe zal ik dan uw lij
den tot in al zijn diepten doorgron
den!
Wanneer ik luister naar uw jam
merkreet: Eli, Eli, Lama Sabachtani,
dan weet ik niet, waarover ik mij ten
slotte meer moet verwonderen: over
de onpeilb're diepte van uw lijden,
of över de grootte en hoogte van uw
geloof, dat gij ook daarin nog hebt
getoond. 4
Gij Hebt toch nog geroepen: mijn
God, m ij n God. Dat tweevoudig
is getuigenis van uw geloof.
Ik weetook ddt was nog ernedering
voor u, dat gij' evenals een mensch
door het geloof u moest vasthouden.
Uwe Godheid, hoewel zij steeds met
uwe menschheid vereenigd bleef; trok
zich al meer en meer in zich zelve
terug en gij moest ook in uwe mensch
heid door "het geloof leven. Maar in
en door dat geloot hebt gij dan toch
geroepenmi]n God, mijn God!
Ga ik het een oogenblik bij mij
zeiven na, dan moet ik zeggen, dat
ik zoo spoedig, bij de geringste aan
vallen, bij de minste bewolking d u
„mijn" opgeef. Ik meet de verhou
ding van uw God en Vader tot mij
Leidsche Penkrassen.
Amice,
De opwekking, die ik de vorige week
schreef om de jaarvergadering van
onze Kiesvereeniging bij te wonen,
heeft niet geheel aan het doel beant
woord. De opkomst werd in het Don
derdag geplaatste verslagje bevredi
gend genoemd en dat was tot op ze
kere hoogte ook wel het geval, vooral
als men rekening houdt met de slapte
die er nu eenmaal is ook in het poli
tieke leven, maar in vergelijking met
het ledental was de opkomst toch ta
melijk slecht.
Ik weet niet waaraan dit is toe te
schrijven. Zooals ik reeds opmerkte is
er bij schier geen enkele partij van een
opgewekt leven sprake, wat voor een
'deel ook uit de omstandigheden te ver
klaren is, en zoo behoeft het dan ook
niet te verwonderen, dat wij daarvan
ook den nadeeligen invloed ondervin
den. Een bezwaar was ook, dat op den
zelfden avond de. ik mag haast wel zeg
gen: beroemde schrijver, de heer Pen
ning hier optrad, terwijl 'tme ook be
kend is, dat enkele vergaderingen van
kcrkelijken aard werden gehouden,
waardoor meerdere trouw meelevende
leden verhinderd waren. Hier valt dus
wel een en ander te verklaren, maar
we zouden 't toch wel wat al te gemak
kelijk opnemen indien we alleen aan
dergelijke factoren de mindere animo
■toeschreven. Ik vrees en nu hoop ik
van harte, dat ik de plank heelemaal
missla dat we hier te doen hebben
met een verschijnsel van geestelijke
inzinking, met een gevolg van het feit,
dat de band aan de beginselen minder
sterk word't gevoe«ld en dat niet vol
doende wordt beseft de groote betee-
kenis van den staatkundigen strijd en
de groote taak, die ook in dezen tijd
van verwarring onze A. R. partij heeft
te vervullen.
Overigens kan gelukkig worden ge
tuigd, dat we een heel goede, een ge
zellige en ook wel vruchtbare verga
dering hadden, waarop met genoegen
kan worden teruggezien. Ik ga van de
ze vergadering geen verslag geven,
maar het komt mij niét ongewenscht
voor een klacht, die daar geuit werd,
hier even ter sprake te brengen.
Door een van onze trouwe werkers
werd er de aandacht op gevestigd, dat
wij onze, ik zal nu maar zeggen: ver
trouwensmannen, op de vergaderingen
zoo weinig zien De juistheid van deze
opmerking moet worden toegegeven,
wat ik heel jammer vindt, omdat
daardoor ons partijileven veelmeer ge
schaad wordt dan menigeen vermoedt.
Inplaats van toenadering en hartelijk
meeleven komt er op die manier ver
wijdering. De geestdrift verslapt en er
wordt daardoor veelmeer misschien
dan men oppervlakkig wel denkt, een
zekere onverschilligheid gekweekt, die
op den duur noodlottige gevolgen heb
ben moet.
Regel is toch, dat naar verschillende
colleges worden afgevaardigd mannen
die niet ten onrechte als „voorman
nen" worden aangeduid. Maar als die
voormannen dan zelf geen blijk geven
mee te leven en zich op de gewone ver
gaderingen niet of zoo goed als nooit
laten zien, dan spreekt het vanzelf dat
de volgelingen maar al te gaarne ge
neigd zijn zich ook in dat opzicht naar
hunne voormannen te fichten, terwijl
er anderen zijn, geestdriftelingen, bij
wie op deze wijze de geestdrift gedoofd
wordt.
Ik zou hierover niet geschreven heb
ben amice, wanneer bij de bespreking
van dit punt een min-broederlijke toon
was aangeslagen en als daarbij dingen
gezegd waren, die men liever niet in
het openbaar herhaalt.
Maar dat was niet het geval. Sober
en met ernst is over deze dingen ge
sproken en ik meen daarom geen
kwaad te doen daarop hier even te
wijzen.
Dat lijkt me temeer noodig, omdat
het maar al teveel gewoonte is gewor
den, dat velen, die, al zijn ze niet naar
een of ander college afgevaardig .1,
maar die toch krachtens hunne ont
wikkeling en positie tot de voorman-
RECLAME.
LIJSTENMAKERIJ „DE CONCURRENT"
Groote Voorjaqrs-Ultverkoop
van spiegels, schilderijen. Het omlijsten
van platen, foto's enz.
Alleen HAARLEMMERSTRAAT 62
gen aan de R.-K. en Christ. Metaalbe
werkersbonden om ingaande 1 April
den werktijd met 1 uur te verkorten
en van 53 op 52 te brengen, en per 1
Juli wederom met 1 uur voor de groot
industrie te Rotterdam, hebben de
besturen van genoemde organisaties
zich direct tot de Rotterdamsche werk
gevers individueel, zoowel als hun or
ganisaties gewend om de minder te
werken uren vergoed te krijgen.
Het gevolg is geweest dat aan de
overwerkvergunninghouders, leden van
den Metaalbond, zal worden aanbe
volen, indien zij van 53 op 52 mochten
terugvallen, dat e e n e uur te betalen.
Uitgesloten zullen eventueel alleen die
firma's zijn, wier economische toe
stand van dien aard is, dat eenige
loonsverhooging totaal onmogelijk is.
Voor zoover thans na te gaan is, be
treft het slechts enkele bedrijven. Het
verkregen resultaat zal ten spoedigste
door de besturen van den R.-K. en den
Christ. Bond met de betrokken leden
worden besproken. Met welk resultaat
zal dan spoedig kunnen worden mede
gedeeld.
Uit de kleedingindustrie.
Woensdag hebben de hoofdbesturen
van de kleermakersorganisaties ge
zamenlijk vergaderd en daarna is na
mens den modernen boQd in de kle
dingindustrie, en R.-K., uen Christelij-
ken, den Federatieven en den Neutra
len Bond een brief aan het bestuur
der Belangengemeenschap verzonden,
waarin deze organisaties tot haar
leedwezen constateeren, dat de pa
troons vasthouden aan t&n standpunt
om de door hen onderling getroffen
regeling, betreffende de inieeling der
loonserie, gebaseerd op den verkoop
prijs niet aan de organisatlebesturen
mee te deelen. Zij wijzen er op, dat de
patroons kunnen weten, dat het de be
sturen daardoor onmogel-jK is de
-k'ecrmakers te adviseereu een loon-
overeenkomst af te sluiten. Aan het
sic 1 van den brief, verzoeken de orga-
nisdtiebesturen om een conferentie
ten einde nogmaals na te gaan oi tot
oveuenstemming kan wordec geko
men, ten aanzien van het «belangrijk
ste punt, n.l. de toepassing der tarie
ven
Op dezen brief is, naar do Vrwts.
me'dï, een antwoord van de werkge
vers binnen gekomen, waarbij ?ij liun
stanopunt ten volle haninaveri en
lotte schrijven: Wij raden u aan,
alsnr g vóór Maandag a.s. bh ons een
u i-ieren tie aan te vragen, waarin u
uw eischen om meedeeliag der k'asse-
indeeUng laat varen. Wij vreezen an-
v't.rs, dat op den a.s. Maandag door on-
e Belangengemeenschap te houden al-
gemeene vergadering ae onderlinge
k.asse indeeling zh.1 worden ingetrok-
1 eo.
Vandaag zulen de hoofdbesturen
dei arbeidersorganisaties bijeenkomen
oiu over d entoestand te beiaadsiagen.
Staking.
Te Nieuw Weerdinge zijn Je veen
arbeiders in staking gegaan wegens
een loongeschil. De arbeiders vragen
het loon 1924/1925, terwijl de verve-
ners loonsverlaging noodzakelijk ach
ten.
BINNENLAND.
Het communisme in Indlë.
De minister van koloniën heeft ten
vervolge op de beantwoording van vra
gen van het lid van de Tweede Kamer,
den heer L. L. H. de Visser, betreffen
de maatregelen der Indische regee
ring ten opzichte van communistische
propaganda en communistische pro
pagandisten, het volgende medege
deeld.
Het is den ondergeteekende bekend
dat de gouverneur-generaal van Ne-
derlandsch-Indië met verschillende
autoriteiten besprekingen heeft ge
houden ter beraming van maatrege
len tot beteugeling van de revolutio-
nen moeten worden gerekend, zich op
de vergaderingen niet laten zien.
Vroeger is dat wel anders geweest.
En ik wil wel op gezag van anderen
aannemen al kan ik het zelf niet
zien dat mentoen dergelijke mannen
meer noodig had dan nu. Maar dan
leg ik toch den nadruk op meer.
Want noodig zijn ze nu ook. Zij
hebben ook op djt gebied een taak te
vervullen.
Dat is niet het geval wanneer we
een kiesvereeniging als een soort aar
digheid van enkele liefhebbers kun
nen beschouwen. In dat geval staat
een ieder volkomen vrij.
Maar de zaak wordt een beetje an
ders, als we bedenken, dat het ook in
den politieken 9trijd gaat, althans
gaan moet, om groote beginselen,
om niets minder dan de verheerlijking
van Gods Naam. Zoo de zaak bezien
amice, is 't onmogelijk dat we ons, wie
we dan overigens ook mogen zijn, af
zijdig zouden kunnen houden
We gaan nu, wanneer zich geen bij
zonderheden voordoen, een vrij rusti-
gen tijd tegemoet, 't Vergaderseizoen
behoort weer zoo ongeveer tot het ver
leden.
"t Is echter te hopen, dat de rustige
zomermaanden gebruikt en beschouwd
zullen worden als een voorbereiding
tot nieuwe actie. Want het volgend
jaar zal er over gebrek aan werk ie-
AAN HET ZOEKLICHT.
Leiden, 27 Maart 1928.
Aan een der Kameroverzichtschrij
vers werd gevraagd, waarom de Twee
de Kamer deze week zooveel haast
maakte, terwijl de volgende week geen
vergadering wordt gehouden.
En het antwoord-luidde: „Men zegt,
dat de voorzitter in de meening ver
keerde, dat in de Stille Week comedie-
voorstellingen in Den Haag verboden
zijn."
Ik weet niet of ik dit antwoord als
spotternij of als zotternij moert opvat
ten. Erg veel waardeering voor het
parlement spreekt er in elk geval niet
uit.
En het ergste is nog, dat er in deze
grappenmakerij een groot element van
waarheid schuilt.
Wanneer men, zoo al 3 deze week, de
heeren L. de Visser en Duys hoort de-
batteeren, dan krijgt men veeleer den
indruk in een comedievoorstelüng ver
zeild te zijn. dan een ernstig par lemen
talr debat bij te wonen.
Het democratische parlement ge
raakt steeds meer in miscrediet.
Maar de heeren democraten zullen
nooit kunnen zeggen, dat ze het er
nieit naar gemaakt hebben.
OBSERVATOR.
naire actie door leiders van commu
nistische organisaties in toenemende
mate gevoerd ook onder de werkne
mers in verschillende bedrijven. Om
trent die besprekingen kunnen geen
mededeelingen worden gedaan.
Bij ordonnantie van 5 Augustus 1925
(Indisch Staatsblad no. 363) is ter
hoofdplaats Semarang de uitoefening
van het recht van vergadering tijde
lijk aan de daarbij omschreven bë-
perkingen onderworpen. Met de toe
passing van dezen wettelijken maat
regel is geenszins bedoeld eenige ecor
nomische actie van inlandsche arbei
ders onmogelijk te maken; beoogd
werd slechts den leiders van commu
nistische organisaties de gelegenheid
te benemen om gedurende de ten ge
volge van hun agitatorische actie ont
stane stakingsbewegingen ernstige ver
storing der openbare orde te weeg te
brengen. Een dergelijk oogmerk kan,
naar het gevoelen van den onderge
teekende, niet als reactionair worden
aangemerkt.
De redacteur Darsono, van het te
Semarang uitgegeven orgaan Api der
Communistische Partij werd in voor-
loopigè hechtenis gesteld wegens het
plaatsen van een artikel in genoemd
blad, waarin tot staking bij de poli ;io
werd epgeruid. Bij gouvernementsbe
sluit van 17 December 1925, no. 2x
(Javascbe Courant van 17 December
1925. no. 102) is deze communistische
propagandist in het belang der open
bare rust en orde geïnterneerd. Bij
gouvernementsbesluit van 15 Januori
1926, no. 21x, is hem vervolgens, op
zijn verzoek, vrijheid gelaten om ge
heel voor eigen rekenjng Nederlandsch
Indië te verlaten, van welke vrijheid
hij sedert gebruik gemakt. De propa
gandist Moeso werd, eveneens wegens
opruiing, in voorloopige hechtenis ge
steld. Deze opruiing werd echter ge
pleegd te Soerabaja en hield geen ver
band met de stakingen te Semarang.
De zaak is reeds berecht; Moeso wera
tot een maand gevangenisstraf veroor
deeld.
In geval van interneering worden de
gronden voor het nemen van dien
maatregel bekendgemaakt ln het des
betreffend besluit der Indische regee
ring. Uit de omschrijving dier gronden
blijkt tevens, welk materiaal in hoofd
zaak daarvoor is gebezigd en uit
welke bronnen dit is geput. Uiteraard
is het niet doenlijk, dit materiaal ter
kennis van de Kamer te brengen,
vóórdat het interneering9besluit ten
uitvoer wordt gebracht.
Met betrekking tot den, thans huiten
Nederlandsch-Indië vertoevenden, pro
pagandist Alimin kan geen ander
standpunt worden ingenomen.
Eerste Kamer.
De leden van de Eerste Kamer zijn
ter vergadering bijeengeroepen tegen
Woensdag 7 April, des avonds te half-
negen uur.
ker niet te klagen vallen. We hebben
dan eerst de Statenverkiezingen en
kort daarop de verkiezingen voor den
Gemeenteraad. En geloof maar, da't
het er dan spoken zal. Alles wijst er
toch op, dat tenzij een actie gevoerd
wordt zooals er misschien nog nooit
gevoerd is, de rechtsche meerderheid
in de Stalen verloren gaat,-dat het col
lege van Ged. Staten in meerderheid
linksch wordt en dat de osuie .and«
rechtsche partijen in de Eerste Kaïn r
wordt verzwakt. %i Spreekt wei vanzelf
amice, dat de linksche partijen' alle
zeilen zullen bijzetten om dat doei te
bereiken.
En met den Gemeenteraad staat het
niet anders. De partijverhouding Is op
dit oogenblik 17 rechts en 16 links.
Weet de linkerzijde dus 9lechts een
enkelen zetel te winnen, dan is het met
de rechtsche meerderheid gedaan.
Ik ga hierop nu niet verder in amice.
Daarvoor is 'tnu nog een beetje vroog
in den tijd. Maar 'tkan toch geen
kwaad, dat we er zoo nu en dan eens
aan herinnerd worden, dat onze posi
tie vrij hachelijk it en dat het daarom
noodzakelijk is dat we wakker blijven
en waakzaam en dat we ons betoenen
te zijn gewillige dienstknechten van
God onzen Vader, tegenover Wiens on
wankelbare trouw wij nooit iets an
ders kunnen plaatsen dan onze zon
digheid en ontrouw.
VERITAS.