NIEUWE LEIDSCHE COURANT VAN DINSDAG 16 MAART 1926
TWEEDE BLAD»
WAT DE ZE6SOL
Moreeie voldoening.
„De Tijd1' jR.K.) schrijft naar aan-
ïEiding van de mededeeling der Re
geering dat zij de Kamer in de gelegen
heid wil stell?£. zich opnieuw over liet
gezantschap bij het Vaticaan uit te
spreken o.m. het volgende:
Hiermede komt wel heel duidelijk
vast te staan, dat opheffing van dit
gezantschap geen- *isch is van protes-
tantsch of christ.-historisch beginsel
Handhaving van den gezantschaps-
post in 's lands belang wordt ook na
het gebeurde op 11 November, ook na
de heftige crisis-redevoeringen van «Ie
heeren Snoeck Henkemans, Krijger
c.s., ook na de bewering van tie „Ned
onze fractie kon niet anders, want het
prote9tantsch „beginsel" gebood haar
op deze wijze tegen Rome te getuigen
opnieuw voorgesteld door een Mi
nisterie, waarvan jhr. mr. De Geer
formateur en voorzitter is. en waarin
de waarnemend voorzitter der Christ.
Hist. Unie, prof. Slotemaker Öe Brui
ne, als Minister van Arbeid optreedt,
waardoor hij. evenals dr. De Visser en
Jhr. de Geer vroeger in het Kabinet-
Ruys, „een zekere verantwoordelijk
heid" voor de handhaving van den ge-
zantschapspost aanvaardt. Hiermede
Is een einde gemaakt aan de legende,
welke de „Necï." nu vier maanden lang
heeft gecolporteerd, n.l. dat de Katho
lieken op 11 November j.l. van den
Christ.-Historischen bondgenoot zou
den hebben geëisclit, iets tegen „het
geweten" ie doen. Want. al staan ook
de christ.-historische Ministers in dit
extra-parlementair kabinet -uit den
aard der zaak los van hun partij en
van hun fractie in de Tweöde Kamer,
dat jhr. de Geer en prof. Slotemaker
de Bruine iets zouden doen, wat in-
druischt tegen het protestantsch be
ginsel, tegen eigen overtuiging, tegen
hun geweten, is uitgesloten.
Het „beginsel" en het „geweten"
staan er buiten. Dat deze waarheid
op zóo duidelijke wijze voor een ieder
komt vast te staan,.is de eerste winst
post op de balans van de afgeloopen
crisis.
Voor ons. Katholieken, ligt' in deze
daad van jhr. De Geer een moreeie
voldoening, welke veel goed maakt
van hetgeen wij den laatsten tijd van
christ. hist, zijde hebben moeten er
varen.
Overigens, dat na een stagnatie van
vier maanden in den parlementairen
arbeid, het nieuwe Ministerie voor
zich den gezant schapspo,st niet wil ma
ken tot een quaestie „to be or net to
be van zijn of niet zijfti, is wel begrij
pelijk. Nederland moet geregeerd wor
den. Met het gezantschap als het kan.
zonder het gezantschap als het
moet.
KERK EN SCHOOL-
NED. HERV. KERK.
Beroepen: Te Vocrthuizen, J. H.
Koster te Montfoort.
A a n g, e m o m e nNaar Koudum, N
J. Cnpedo te Marken.
Bedankt: Voor Buiksloot, N. J.
Cnpedo te Marken. Voor Den Bommel,
.W, J va.n Lokhorst te Delf shaven.
GEREF. KERKEN.
Tweetal; Te Meiiskerke, J. C.
Haartsen, cand. te Souburg, en N. Wil-
lemse, cand .te Amsterdam
Beroepen: Te Zwolle, Dr. L Thijs
te Meppel. Te Krommenie, J. Hettinga
te Wyckel. Te Zwartsluis, A. "Vftingaar-
ïden te Baarland.
Aangenomen: Naar Graveland,
A. G. Wolf, te Antwerpen.
Bevestiging, Intrede, Afscheid,
i Cand. G. Ger brand y te N ij land
JFr.)» hoopt Zondag u April e.k. zijn
an trede te doen bij de Ned. Herv. Gem.
jje Nieuw Weeaxlinge, na bevestigd te
Jtyn door Dr. A. Troelstra van 's-Gra-
Jrankage.
-—De. intrede van Dr. J. Hoek van
jSoest by de Gerei Kerk van 's Gra-
jtvehhage-West is bepaald op Woensdag
JlO Juni
Zondagavond is Ds. F. A. den
Bo e f t, gekomen van Kruiningen, in de
üGeref. Kerk van Amersfoort bevestigd
door Ds. H. Teerjnk, met een predicatie
over 2 Tim. 4:1 en 2.
De intrede zal morgenavond plaats
hebben.
Na door Ds. T. J. Hagen van Delft
te zijn bevestigd met een predicatie
iover Joz. 3:10 en 17, deed Zondag
avond Ds. L. J. A11'aarit, •gekomen
van Rozenburg, intrede by de Geref.
Kerk van Terbrogge. Z. Eerw. had tot
tekst 2 Cor. 12:10, 1. ged.
Na den dienst werd hem door de Ge
meente Pa. 20: i toegezongen.
Herinneringen aan Dr. De Moor.
lii „Het Maandblad van de Gerei. Ver
eeniging voor Drankbestrijding" geeft
Ds. W. E. Gispen o.a. de volgende her
inneringen aan Dr. de Moor.
Nog zie ik "hem dijen Zondagmorgen
onder mijn gehoor zitten, nu een en
twintig jaar geleden, in het kerkgebouw
te Baarn, een jonge, bleeke main, nau
welijks hersteld van een zeer ernstige
ziekte.
Met meewarigheid zag ik hem aan en
meende, dat hij niet lang levem zou.
Den volgenden morgeia zag ik hem,
den mij nog onbekende, komen in de
pastorie om kennis te maken.
Het was De Moor, candidaat in de
Theologie, die met zijn oude moeder
eenigen tijd in Baarm kwam wonen voor
een volkomen genezing.
Op 't eigen oogemblik der eerste ont
moeting was er een overeenstemming,
en elkander verstaan een sinds was er
een band van vriemdsehap tusschen den
candidaat, die zijn studie zou voortzet
ten en den jo|ngen Baarnschen predi
kant.
Hij heeft zelf daarvan getuigenis_ ge
geven in zijn dissertatie, die hij inleidde
met een woord vooraf, waarin hij mij
als een zijner paranymfe|n bij zijn pro
motie dankt, en spreekt van de gees
telijke vrucht, die hij 'te Baarn heeft
ontvangen.
Nog zie ik hem mijn studeerkamer
verlaten met alles, wat ik over den
profeet Maiiachi bezat, over wiens boek
hij zijn proefschrift zou schrijven.
Met welk een sckalkschen blik zei
hij me later: „Wat je hebt aan boeken
is niet veel, maar wat je hebt i3 best,
eerste bronnen".
Hij had spoedig naam ais prediker.
Neg zie ik hem staan al3 candidaat
op den Baarnschen kansel, zoo een
voudig weg predikend, toen reeds' im
proviseerend. Welke rijke gedachten
sprak liy toen reeds uit, als hij de
Schriften „opende".
Want dat was het: een openen van het
Woord Gods zonder eenigen toeleg ef
fect te maken, sober in gebaren, sober
in uiterlijke vormen van welsprekend
heid.
Nog hoor ik hem spreken in dien
tijd van de goedertierendheid des Hee
ren, die beter is dan het leven (Ps. 63
vs. 4a). Het eerste wat de jonge De
Moor ons predikte was dat het leven
goed is;: het is een gave Gods en nooit
mocht een Christen het leven verach
ten, dat zijn God hembeschikt had.
Maatr beter dan 't leven in zrjin zoet
heid en zijn aangenaamheid is de goe
dertierenheid des Heeren, de gunst ein
de geuade Gods in Jezus Christus.
Hoe eenvoedig. was alles, als hij de
Sphrift uitlegde en hetgeen hij gevondein
had in het Woord Gods liet zien en op
ons toepaste.
Zoo was reeds zijn eerste optreden
en velen „genotenonder zijn woord.
Zoo ging hij naai' Breda
Maar de band tusschen ons bleef.
Kwam lirj te slaan voor een ernstige
beslissing in zijn leven, hy kwam even
lover om er met my over te spreken,
of hy wachtte, tot we een gelegenheid
hadden elkander te ontmoeten.
Dat was reeds in 1905.
Nog niet ten volle twee iaar was hij
predikant te Breda, of het beroep naar
Den Haag kwam. Lang hebben we sa
men daarover in myn pastorie te Baarn
gesproken.
Ik wees hem er op, dat hij nu op een
tweesprong stood. Óf hy moest zich
geheel aan de wetenschap wijden, ein
dan zag ik- hem over eenige jaren be
noemd tot Hoogleeraar, of hij moest
zich aan de practijk van het kerkelijk
leven geven, en dain het beroep naai'
Den Haag aannemen.
't Eerste zou mij het liefste zyn, als
ik zag op zijn gaven, zijn vlugheid van
geest, zijn gave tot de diepte der dingen.
,afte dalen.
Maar eenige dagen later telegrafeerde
hij, dat het bereep naar Den Haag door
hem was aangenomen.
Er was een ideaal ,dat ik voor zijn
levensloop had gekoesterd weg.
Gelijk het zoo dikwijls in ons korte
leven geschiedt.
En toen kwam er eerst nog ean te-
leurstellfhg bij.
't Was vooi* den jongen Haagscbejn
prediker niet: Ik kwam, ik zag, ik over
won.
't Gehoor was eerst niet zoo groot.
Ik hoorde er vanv maar sprak er met
hem niet over.
Maar na eenigen tijd werd 't adders
met De Moor in de Haagsche gemeente.
Men ging hem begrijpen.
Men leerde hem kennejn in den ryk-
dom van de Schriftuurlijke gedachten,
die hij uitsprak. Men ging thans gaarne
naar hem luisteren, en de kerken wer
den hoe langer hoe meer gevuld, zoodat
ze ten laatste altyd vol waren als De
Moor optrad
Hij had in Den Haag moeten blyveln.
Zoo spreken we als menschen.
Hij meende overtuigd te zyn naar
Amsterdam te moeten gaan, Amsterdam
destijds het hoogse punt, dat een Ge
reformeerde in zijn ambtelyke loopbaan
meende te kunnen bereiken.
In Amsterdam zou hij zyn arbeid nog
meer kunnen uitbreiden, de vleugels nog
breeder uitslaan dan in Dsjn Haag
Toch is het hem daar niet mee ge-
gevallen.
Hij klaagde wel eens, dat Groot-Am
sterdam zoo conservatief wasmaar
zeer veel sprak hij er niet over.
En tot ieders verbazing ging hy van
Amsterdam naar Utrecht
Nooit hebben we geweten, waarom
zijn besluit genomen werd naar de Bis
schopsstad te gaan.
Over deze beslissing sprak hy niet
met mij, noch voor ze viel, noch daar
na.
,.Een School met den Bijbel".
„De Unie „Een school met den Bij
bel" zal Dinsdag 6 April haar 48ste
jaarvergadering nouden in het restau
rant van het Jaarbeursgebouw te
Ut? echt.
Aan de orde zijn de rapporten om
trent de kas van de fondsen, bestemd
voor stichting van scholen met dein By-
bel en inzake de schoolfondsen, bene
vens het jaarverslag.
Uit een statistiek in het Jaarboekje
voor bet Christelyk onderwijs voor 1925
blijkt, dat er in 1879 in ons land geves
tigd waren 326 scholen met den Bijbel,
met 53.000 leerlingen en in 1904, 25
jaar later, 720 met 117.270 leerlingen,
in 1919, het jaar voor de invoering der
Onderwijswet, die de- onderwijsbevredi-
ging uitwerkte, 1199 scholen met 199069
leerlingen, in 1925: 1682 scholen met
245.689 leerlingen en begin van dit jaar
1732 scholen met 250.069 leerlingen.
Van deze 1732 scholen zyn er 531
aangesloten bij de vereen. C.N.S.; bij
het „Gereformeerd Schoolverband" 327
scholen; bij de Vereeniging voor Christe
lyk Volksonderwijs 392 scholen; bij den
Schoolraad 1398 scholen, waaronder 14
kweekscholen.
Het aantal hoofden, onderwijzers en
onderwijzeressen, op 1 Januari 1926
aan de scholen met den Bybel werk
zaam, bedraagt 7692 (tegen 7741 op 1
Januari 1925). In 1925 hebben 644 kwee
kelingen de akte van o|nderwijzer(es)
verkregen (tegen 573 in het vorige
jaar).
Op- den isten Januari 1926 bedroeg
het aantal kweekelingen 3384 tegen 3742
op 1 Januari 1925.
Jaarwedde onderwijzers.
Bij Kon. Besluit is bepaald, dat voor
het berekenen der jaarwedde voor on
derwijzers als diensttijd mede in aan
merking komt de diensttijd als onder
wijzer of onderwijzeres doorgebracht aan
openbare en bijzondeiV kweekscholen,
voor onder wyzers en onderwijzeressen
in Ned.-Indie, Suriname an Curacao.
Ex. lichamelijke oefening L. O en M. O.
In 192Ó zullen de examens L. 0. en
M. 0. in de lichamelijke oefening wor
den gehouden, voor wat het schriftelijk
gedeelte betreft in Juni en voor zooveel
het practisch en mondeling gedeelte
aangaat, in Juli en Augustus.
Zij, die zich aan deze examens wen
schen te onderwerpen, moeten zich voor
1 Mei aanmelden 'bij den heer M. F.
Graafland, inspecteur van de l'ichame-
.lijke opvoeding in de 2 de inspectie te
Deventer.
GEMENGD NIEUWS.
EEN MILITAIR VLIEGTUIG NEER-
GESTORT.
Twee vliegers gedood.
Gistermiddag omstreeks i- uur is een
militair vliegtuig, dat een noodlanding
wilde doen te Beuningem nabij Nymegen
van een hoogte van ongeveer 30 Metor
neergestort.
Van de beide inzittenden was één
op slag dood, terwyl de andere, na nog
enkeb- oogenblikken te hebben geleefd,
eveneens den «reest gaf.
De verongelukte sergeants-vlieger Jan
sen en v. a. Kamp behoorden thuis te
.Hjlversum en Herwen en Aerdt. Beidein
waren gebreveteerd en gehuwd.
Van der Kamp was Donderdag ge
trouwd en Zondag van verlof in het vlieg
Kamp teruggekeerd. Gisteren hebben ze
nog coven Herwen en Aerdt gevlogen.
Omtrent dit tragisch ongeval worden
nog de volgende bijzonderheden gemeld
ftet vliegtuig, de Fokker-verkenner
493, was uit de richting Nymegen eerst
laag over Weurt komen drijven. Men
leidt daaruit af, dat naar een landings
terrein werd gezocht, en dat de vlie
gers dit dan ook gevonden haddetn in
het z.g. „Veld". Juist toen de Fokker
over eenige hooge populieren, die aan
de grens van het „Veld" staan, was
heengekomen, en mem de daling in de
weide verwachtte, zagen de weinige
ooggetuigen tot hun ontzetting het toe
stel over den kop -slaan en omlaag stor
ten.
De zware motor drong diep in den
grond. Onder de overblijfselen vam het
toestel werden de beide inzittenden met
gebroken armen en beefaen en andere
zware verwondingen gehaald. Van der
Kamp overleed na eenige oogenblikkctn;
Jansen ütreed nog drie kwartier met
den dood, en overleed ook toen, zon
der tot bewustzijn te zyn gekomen.
In den laten namiddag arriveerde een
ziekenauto uit Soesterberg om de lijken,
•die in het R. R. Liefdegesticht te Beu
ningem waren ondergebracht, naar Soes
terberg te transporteeren.
De overblijfselen van het vliegtuig
zullen morgen door technisch personeel
van Soesterberg worden weggeiiaald.
Kapitein Versteeg bracht een bezoek
aan de plaats de3 onheils. De oorzaak
van het ongeluk is nog niet met zeker
heid vastgesteld.
Het heeft bevreemding gewekt, dat,
terwyl het vliegongeluk omstreeks 12
uur gebeurd was, dit omstreeks 2 uur
in Nymegen, dat zeer nabij Beulingen
ligt, bekend is geworden.
De oorzaak daarvan is gelegen in
het feit, dat de omwonenden, nadat het
vliegtuig was neergestort, zonder den
burgemeester of veldwachter van bet
gebeurde in kennis te stellen, de ster
vende slachtoffers 'onder de wrakstuk
ken vandaan hebben gehaald, hen heb
ben gehaald, hen hebben gefouilleerd,
kortom allerlei dingen hebben gedaan,
die zij op eigen gelegenheid niet had
den mogen doen.
UIT DE OMGEVING.
BO&AOQK
Gemeenteraad.
Vergadering van Maandagavond,
gehouden onder leiding van den bur
gemeester, den heer P. A. Coliju.
Met kennisgeving afwezig de heeren
Weth. v. Gelderen en Grootendorst.
Na opening en goedkeuring maakt
de voorzitter de ingekomen stukken
bekend w.o. verslagen van de comm.
tot wering van schoolverzuim en van
de Chr. bewaarschool.
liet bestuur van uen Vonrotschc-n
polder deelt mede, dat Ged. Staten do
demping van e engedeelte van de Al-
phei.S'.JK wetering hebben goedge
keurd
Ter gelegenheid van het Zilveren
huwelijksfeest van H. M. de Koningin
en Z. K. E. Prins Hendrik i» namens
de gemeente een fraaie bloemenhulde
gezonden, waarvan ter kennisneming
een foto in den raad werd ovegmegd.
Voorts doelen B. en W. mede dat het
in hun bedoeling iigt om zoo spoedig
'mogelijk, overeenkomstig dsn wensch
van den heer P. Loef over te gaan lot
bestrating van nog een klein gedeelte
van de overscheping in don Ham.
Mer hartelijken dank aanvaardt do
raad een door den* heer J. H. v Straa-
ten v. Nes aangeboden exemplaar van
het door hem in binnen- en buitenland
verspreide album over de Boskoop-
sche cultures.
5. Aanbieding door B. en W. ter vast
stelling van een concept-wijziging der
T'erordening op het beheer der Gmeen-
te-bedrijven.
Goedgekeurd.
6. Aanbieding door B. en W. ter vast
stelling van een Verordenng betref
fende de leverng van electriciteit door
het Electriciteitsbedrijf der gemeente
Boskoop.
Goedgekeurd.
7. Aanbieding door B. en W. ter vast
ing van het tarief als bedoeld in arti
kel 8 der Verordening, betreffende de
levering van electriciteit door het
Electriciteitsbedrijf dr gemeente Bos
koop.
De door B. en W. ontworpen prijsre
geling was gebaserd op den door den
raad vastgestelden prijs van 35 cent
van licht- en 22 cent voor krachtge-
bruik. Om het gebruik te bevorderen
wil het college eenige progressie toe
passen, terwijl het machtiging vraagt
om voor afnemers van meer dan 6000
K.W.U. een speciaal tarief toe te pas
sen.
De heer Mesman achtte den tijd
van voorbereiding wat kort voor de
raadsleden, en vroeg uitstel van be
handeling.
De heer Noest vroeg naai de mee
ning van B. en W. omtrent het door
de Gemeente leveren van huurkoop
installaties en toestellen. Deze spr.
vond voorts het bedrag van 60 cent dat
voor dubbele meters extra berekend
wordt, wel wat hoog.
De heer If o e f informeerde naar het
voornemen van B. en W. ten aanzien
van een eventueele invoring van het
z.g. vast-rechi.
De Voorzitter zei het met den
heer Mesman vooi een groot deel eens
te zijn. Maar er was weinig tijd meer.
De instructeurs vooral drongen aan
op spoed, en er zijn reeds „concepten"
in omloop. In voorkomende gevallen
zal spr. waar het gedrukte stukk.-n
betreft, gaarne aan den wek van den
heer Mesman tegemoet komen.
Tegelijk met de inschrijvingsformu
lieren kunnen prospecti worden ver
tui ekt.
Den heer Noest wijst spr. er op, dat
het concept den huurder de gelegen
heid geeft om eigenaar van de leiding
te worden.
Het verstrekken van toestellen heeft
groote bezwaren ten aanzien van het
z.g. afbetalings-systeem. Particulieren
kunnen dat beter doen dan de gemeen
te. Evenwel zijn B. en W. bereid deze
zaak nog eens onder de oogen te zien.
De dubbel-tariefmeter kan niet goed-
kooper worden verstrekt doordat de
klok zoo duur is. Naar verhouding is
de huur niet te hoog.
Wat het „vast-rechtaangaat, dit
is nog slechts kort ingevoerd, en nog
wel in de grootste gemeenten, als Am
sterdam en den Haag. Soms wordt er
nogal critiek op geoefend. In elk ge
val, al bevordert het in het algemeen
het gebruik, is het iets dat grondig
moet \torden voorbereid. B. en W. blij
ven ook in dit opzicht diligent.
De heer Boekraad vond ook de
meterhuur nogal hoog, waartegen Je
voorzitter echter opmerkte, das
de huur in alle andere gemeenten
hooger is.
Lager dan f 0.25 per maand voor den
gewonen meter kunnen we onmogelijk
gaan. Bij het Gasbedrijf vormt de me
terhuur een beduidende schadepost.
Goedgekeurd.
8. Mededeeling van B. en W. naar
leiding van een door den heer P. D.
Noest gestelde vraag, omtrent de toe
passing van de derde alinea van arti
kel 13 der Voorwaarden, waarop gas
wordt geleverd, (bijbetaling voor niet-
gebruikt gas beneden een zeker mini
mum ter vergoeding van de leiaiiig-
huur).
Daar de bewuste bepaling met het
oog op de groote afhame niet meer
zoo heel urgent is, stellen B. en YV.
voor, .aan het verlangen van den heer
Noest tegemoet te komen en geen bij
betaling te eischen, behoudenc in ge
vallen waarin de directeur reden heeft
om aan te nemen, dat van de onthef
fende bepaling misbruik wordt ge
maakt.
Aldus besloten.
FEUILLETON.
Uit nood en dood gered
19)
En ik heb u leeren achten; ik bewonder
deze jonge dames, en heb eerbied voor
de oude dame en de edele heeren. En
daarom, ziehier mijn hand, gij moogt
die afwijzen of niet; zij is ruw, maar
er kleeft geen bloed aan, en is rein van
allen diefstal. Nu zeg ik, dokter Ja-
maray is ziek geworden, en ik heb op
mij genomen zijn kleinen, waged met
het bekende teeken der bloedige kies
van bier naar Montauban te rijden
Tot zoover zal ik mijn jongenvriend
een gelegenheid tot vervoer bieden, en
dan kan hij lichtelijk te Montauban
een boot vinden, die hem langs de Ga
ronne naar Bordeaux brengt, of zoo hij
biertoe niet in staat is, wil ik mij ook
daarmede belasten."
Hoe dankbaar waren wij den braven
La Croissette!
Niemand koesterde eenige argwaan
tegen hem; ook de heer Bourdinave,
die aanvankelijk eenig wantrouwen
getoond had, werd spoedig door ons
gerustgesteld. Zoodra het donker werd
zouden wij been gaan; mijn vader en
de heer Bourdinave maakten zich den
1 overblijvenden tijd ten nutte om
ei zaken teregelen, en Madeleine
inmiddels de kinderen bezig om
hen niet te soren. Nooit had ik Ga-
brielle zoo vergenoegd gezien als nu
zij zich zoo kloekmoedig betoond had
en daarin scheen te willen volharden.
Maar niemand bezit wezenlijk sterkte
uit zich zjelf, het komt alles van God,
doch Hij schenkt het ons, als wij het
geloovig van Hem vragen. Madeleine
fluisterde mij toe: „Laat ons bidden,
dat haar de noodige. kracht geschon
ken worde om hare plichten te volbren
gen." En glimlachend knikte ik haar
goedkeurend toe.
Intusschen begaf mijn moeder zich
naar de afgesproken plaats, waar Ra-
oul, naar t' scheen, dagelijks een brood
haR nedergelegd^ Wij hadden ons
eerst steeds verwonderd, hoe wij altijd
van brood voorzien bleven.
Ditmaal was er tot onze verrassing
nog iets bijgevoegd, zoodat wij met
vreugde en dankbaarheid onzen maal
tijd genoten, terwijl La Croissette zijn
flesch, die hij steeds wist te vullen,
gul liet rondgaan.
Hoe licht had die man ons kunnen
verraden, indien dit zijn voornemen
geweest was! Terwijl hij onze plannen
wist, had hij door het opdringen zijner
flesch ons kunnen bedwelmen en zoo,
allen tegenstand verijdelend, ons in de
macht zijner makkers kunnen overle
veren, zonder zelf zich daarbij te laten
zien! Ook had hij de dragonders, met
toortsen en fakkels gewapend, naar
onzen schuilhoek kunnen zenden Geen
wonder, dat, nadat hij was heenge
gaan, de vraag bij mij opkwam: wat
zou ons te wachten staan, als hij ons
ging verraden? Ik deed zijn hart on
recht. Velen zijn slechter dan men zich
hen denkt, te meer heeft men dus re
den zich te verheugen over hen, die be
ter blijken te zijn dan zij beoordeeld
worden. Edelaardige La Croissette!
Nog zie ik uw lange, schrale gestalte
met uw hoekig gelaat voor mij.
Toen hij was weggegaan, zeide mijn
vader: „Vereenigen wij ons nog eens
in den gebede, alvorens wij ons een
weinig ter ruste begeven, om dan on
zen nachtelijken tocht te aanvaarden.'
De spanning, waarin de vrouwen
wegens de aanstaande ontvluchting
verkeerden, deed bij haar den slaap
wijken. Mijn moeder verzorgde mijne
gewónde voeten voor bet laatst; zij ge
nazen, maar ik moest ze nog ontzien.
Zij bleef, evenals Madeleine, bij mij
vertoeven, zonder dat bet noodig was
door woorden elkander onze gedach
ten mede „te deelen. Toen mijn vader
gesterkt ontwaakte, waarschuwde hij
weldra, dat het tijd was om te vertrek
ken. De beer Bourdinave verwijderde
zich, en na een korte afwezigheid, die
ons echter eindeloos lang toescheen,
kwam hij terug en berichtte, dat, vol
gens Raoul, de stad in groote opschud
ding verkeerde en dat alles nu voor
ons vertrek gfereed was. Wij namen
afscheid van elkander, bepaalden de
plaatsen onzer heieeniging en deden
een vurig gebed. Niet dan met weerzin
liet men mij mei La Croissette alleen
achter. Eindelijk verscheen hij en
richtte zich tot mijn vader:
„Ik raad u, buiten den omtrek van
uw hooggeroemde kerk La Calade te
blijven; zij is geheel verwoest en een
aantal lieden staren nu. alle gevaar
troseerend, hun geliefden tempel aan,
maar de krijgsmacht drijft Jien thans
uiteen."
„O. welk een ontheiliging!" riep m'n
moeder uit.
„Spaar uw mededoogen liever voor
de levenden, mijn goede dame" sprak
La Croissette; „steenen zijn gevoelloos
en niet op vergelding bedacht. Muren
hebben ooren, zegt het spreekwoord;
in elk geval heeft La Calade een tong,
want op den top barer puinhoopen ligt
een steen met het opschrift: „Zie, dit
is het huis Gods, dit is de poort des
hemels!".
Vervolgens zich tot mijn vader wen
dende: „Wijl de algemeene aandacht
daarheen gericht is, is het in de an
dere gedeelten der stad rustig, en
wordt hierdoor uw vlucht zeer begun
stigd. Verlies geen tijd, raad ik u, en
wees op uw hoede."
Met tranen omhelsden wij elkander,
en zij gingen heen, door hem gevolgd.
In mijn eenzaamheid gevoelde ik mij
diep neerslachtig
Toen ik mij over zijn uitblijven on
gerust begon te maken ey dacht: zou
hij wel ooit terugkomen?" verscheen
hij. „Zij zijn thans in veiligheid" be
richtte hij, „en vermoeden niet, in
welk gevaar zij hier verkeerd hebben.
Eerlang zoudt gij allen gevangen ge
nomen zijn. Laat ons nu eens samen
oveide-ggen, jongmensch. Men noemt u
Jacques, maar ik zal u, naar mijn jon
geren broeder, Jean noemen."
Door hem ondersteund, strompelde
ik met moeite voort. Hoe kil, maar
toch, hoe weldadig en frisch was het
in de open lucht! Het was, al^of de
adem des levens mij doorstroomde.
Een dof geruisch uit de stad drong tot
ons 'door, maar rondom was alles stil.
Boven ons flonkerde zonder maanlicht
de sterrenhemel.
Eindelijk waren wij een rij lage hui
zen genaderd, waarin eenig licht
brandde, en toen wij vervolgens een
donkere nauwe gang doorgingen vroeg
een stem boven ons schuw- YV!-» vaat
daar?"
„La Croissette."
„Wie meer?"
„Mijn broeder Jean.'
„Komt na'der, gebroeders La Crois
sette." Nu bestegen wij een smalle trap
en traden een vertrek binnen, waar
zich een man en een vrouw bevonden,
staande naast een groote mand.
Wordt vervolgd).