NIEUWE LEIDSCHE COURANT VAN DINSDAG 16 MAART 1926 TWEEDE BLAD» WAT DE ZE6SOL Moreeie voldoening. „De Tijd1' jR.K.) schrijft naar aan- ïEiding van de mededeeling der Re geering dat zij de Kamer in de gelegen heid wil stell?£. zich opnieuw over liet gezantschap bij het Vaticaan uit te spreken o.m. het volgende: Hiermede komt wel heel duidelijk vast te staan, dat opheffing van dit gezantschap geen- *isch is van protes- tantsch of christ.-historisch beginsel Handhaving van den gezantschaps- post in 's lands belang wordt ook na het gebeurde op 11 November, ook na de heftige crisis-redevoeringen van «Ie heeren Snoeck Henkemans, Krijger c.s., ook na de bewering van tie „Ned onze fractie kon niet anders, want het prote9tantsch „beginsel" gebood haar op deze wijze tegen Rome te getuigen opnieuw voorgesteld door een Mi nisterie, waarvan jhr. mr. De Geer formateur en voorzitter is. en waarin de waarnemend voorzitter der Christ. Hist. Unie, prof. Slotemaker Öe Brui ne, als Minister van Arbeid optreedt, waardoor hij. evenals dr. De Visser en Jhr. de Geer vroeger in het Kabinet- Ruys, „een zekere verantwoordelijk heid" voor de handhaving van den ge- zantschapspost aanvaardt. Hiermede Is een einde gemaakt aan de legende, welke de „Necï." nu vier maanden lang heeft gecolporteerd, n.l. dat de Katho lieken op 11 November j.l. van den Christ.-Historischen bondgenoot zou den hebben geëisclit, iets tegen „het geweten" ie doen. Want. al staan ook de christ.-historische Ministers in dit extra-parlementair kabinet -uit den aard der zaak los van hun partij en van hun fractie in de Tweöde Kamer, dat jhr. de Geer en prof. Slotemaker de Bruine iets zouden doen, wat in- druischt tegen het protestantsch be ginsel, tegen eigen overtuiging, tegen hun geweten, is uitgesloten. Het „beginsel" en het „geweten" staan er buiten. Dat deze waarheid op zóo duidelijke wijze voor een ieder komt vast te staan,.is de eerste winst post op de balans van de afgeloopen crisis. Voor ons. Katholieken, ligt' in deze daad van jhr. De Geer een moreeie voldoening, welke veel goed maakt van hetgeen wij den laatsten tijd van christ. hist, zijde hebben moeten er varen. Overigens, dat na een stagnatie van vier maanden in den parlementairen arbeid, het nieuwe Ministerie voor zich den gezant schapspo,st niet wil ma ken tot een quaestie „to be or net to be van zijn of niet zijfti, is wel begrij pelijk. Nederland moet geregeerd wor den. Met het gezantschap als het kan. zonder het gezantschap als het moet. KERK EN SCHOOL- NED. HERV. KERK. Beroepen: Te Vocrthuizen, J. H. Koster te Montfoort. A a n g, e m o m e nNaar Koudum, N J. Cnpedo te Marken. Bedankt: Voor Buiksloot, N. J. Cnpedo te Marken. Voor Den Bommel, .W, J va.n Lokhorst te Delf shaven. GEREF. KERKEN. Tweetal; Te Meiiskerke, J. C. Haartsen, cand. te Souburg, en N. Wil- lemse, cand .te Amsterdam Beroepen: Te Zwolle, Dr. L Thijs te Meppel. Te Krommenie, J. Hettinga te Wyckel. Te Zwartsluis, A. "Vftingaar- ïden te Baarland. Aangenomen: Naar Graveland, A. G. Wolf, te Antwerpen. Bevestiging, Intrede, Afscheid, i Cand. G. Ger brand y te N ij land JFr.)» hoopt Zondag u April e.k. zijn an trede te doen bij de Ned. Herv. Gem. jje Nieuw Weeaxlinge, na bevestigd te Jtyn door Dr. A. Troelstra van 's-Gra- Jrankage. -—De. intrede van Dr. J. Hoek van jSoest by de Gerei Kerk van 's Gra- jtvehhage-West is bepaald op Woensdag JlO Juni Zondagavond is Ds. F. A. den Bo e f t, gekomen van Kruiningen, in de üGeref. Kerk van Amersfoort bevestigd door Ds. H. Teerjnk, met een predicatie over 2 Tim. 4:1 en 2. De intrede zal morgenavond plaats hebben. Na door Ds. T. J. Hagen van Delft te zijn bevestigd met een predicatie iover Joz. 3:10 en 17, deed Zondag avond Ds. L. J. A11'aarit, •gekomen van Rozenburg, intrede by de Geref. Kerk van Terbrogge. Z. Eerw. had tot tekst 2 Cor. 12:10, 1. ged. Na den dienst werd hem door de Ge meente Pa. 20: i toegezongen. Herinneringen aan Dr. De Moor. lii „Het Maandblad van de Gerei. Ver eeniging voor Drankbestrijding" geeft Ds. W. E. Gispen o.a. de volgende her inneringen aan Dr. de Moor. Nog zie ik "hem dijen Zondagmorgen onder mijn gehoor zitten, nu een en twintig jaar geleden, in het kerkgebouw te Baarn, een jonge, bleeke main, nau welijks hersteld van een zeer ernstige ziekte. Met meewarigheid zag ik hem aan en meende, dat hij niet lang levem zou. Den volgenden morgeia zag ik hem, den mij nog onbekende, komen in de pastorie om kennis te maken. Het was De Moor, candidaat in de Theologie, die met zijn oude moeder eenigen tijd in Baarm kwam wonen voor een volkomen genezing. Op 't eigen oogemblik der eerste ont moeting was er een overeenstemming, en elkander verstaan een sinds was er een band van vriemdsehap tusschen den candidaat, die zijn studie zou voortzet ten en den jo|ngen Baarnschen predi kant. Hij heeft zelf daarvan getuigenis_ ge geven in zijn dissertatie, die hij inleidde met een woord vooraf, waarin hij mij als een zijner paranymfe|n bij zijn pro motie dankt, en spreekt van de gees telijke vrucht, die hij 'te Baarn heeft ontvangen. Nog zie ik hem mijn studeerkamer verlaten met alles, wat ik over den profeet Maiiachi bezat, over wiens boek hij zijn proefschrift zou schrijven. Met welk een sckalkschen blik zei hij me later: „Wat je hebt aan boeken is niet veel, maar wat je hebt i3 best, eerste bronnen". Hij had spoedig naam ais prediker. Neg zie ik hem staan al3 candidaat op den Baarnschen kansel, zoo een voudig weg predikend, toen reeds' im proviseerend. Welke rijke gedachten sprak liy toen reeds uit, als hij de Schriften „opende". Want dat was het: een openen van het Woord Gods zonder eenigen toeleg ef fect te maken, sober in gebaren, sober in uiterlijke vormen van welsprekend heid. Nog hoor ik hem spreken in dien tijd van de goedertierendheid des Hee ren, die beter is dan het leven (Ps. 63 vs. 4a). Het eerste wat de jonge De Moor ons predikte was dat het leven goed is;: het is een gave Gods en nooit mocht een Christen het leven verach ten, dat zijn God hembeschikt had. Maatr beter dan 't leven in zrjin zoet heid en zijn aangenaamheid is de goe dertierenheid des Heeren, de gunst ein de geuade Gods in Jezus Christus. Hoe eenvoedig. was alles, als hij de Sphrift uitlegde en hetgeen hij gevondein had in het Woord Gods liet zien en op ons toepaste. Zoo was reeds zijn eerste optreden en velen „genotenonder zijn woord. Zoo ging hij naai' Breda Maar de band tusschen ons bleef. Kwam lirj te slaan voor een ernstige beslissing in zijn leven, hy kwam even lover om er met my over te spreken, of hy wachtte, tot we een gelegenheid hadden elkander te ontmoeten. Dat was reeds in 1905. Nog niet ten volle twee iaar was hij predikant te Breda, of het beroep naar Den Haag kwam. Lang hebben we sa men daarover in myn pastorie te Baarn gesproken. Ik wees hem er op, dat hij nu op een tweesprong stood. Óf hy moest zich geheel aan de wetenschap wijden, ein dan zag ik- hem over eenige jaren be noemd tot Hoogleeraar, of hij moest zich aan de practijk van het kerkelijk leven geven, en dain het beroep naai' Den Haag aannemen. 't Eerste zou mij het liefste zyn, als ik zag op zijn gaven, zijn vlugheid van geest, zijn gave tot de diepte der dingen. ,afte dalen. Maar eenige dagen later telegrafeerde hij, dat het bereep naar Den Haag door hem was aangenomen. Er was een ideaal ,dat ik voor zijn levensloop had gekoesterd weg. Gelijk het zoo dikwijls in ons korte leven geschiedt. En toen kwam er eerst nog ean te- leurstellfhg bij. 't Was vooi* den jongen Haagscbejn prediker niet: Ik kwam, ik zag, ik over won. 't Gehoor was eerst niet zoo groot. Ik hoorde er vanv maar sprak er met hem niet over. Maar na eenigen tijd werd 't adders met De Moor in de Haagsche gemeente. Men ging hem begrijpen. Men leerde hem kennejn in den ryk- dom van de Schriftuurlijke gedachten, die hij uitsprak. Men ging thans gaarne naar hem luisteren, en de kerken wer den hoe langer hoe meer gevuld, zoodat ze ten laatste altyd vol waren als De Moor optrad Hij had in Den Haag moeten blyveln. Zoo spreken we als menschen. Hij meende overtuigd te zyn naar Amsterdam te moeten gaan, Amsterdam destijds het hoogse punt, dat een Ge reformeerde in zijn ambtelyke loopbaan meende te kunnen bereiken. In Amsterdam zou hij zyn arbeid nog meer kunnen uitbreiden, de vleugels nog breeder uitslaan dan in Dsjn Haag Toch is het hem daar niet mee ge- gevallen. Hij klaagde wel eens, dat Groot-Am sterdam zoo conservatief wasmaar zeer veel sprak hij er niet over. En tot ieders verbazing ging hy van Amsterdam naar Utrecht Nooit hebben we geweten, waarom zijn besluit genomen werd naar de Bis schopsstad te gaan. Over deze beslissing sprak hy niet met mij, noch voor ze viel, noch daar na. ,.Een School met den Bijbel". „De Unie „Een school met den Bij bel" zal Dinsdag 6 April haar 48ste jaarvergadering nouden in het restau rant van het Jaarbeursgebouw te Ut? echt. Aan de orde zijn de rapporten om trent de kas van de fondsen, bestemd voor stichting van scholen met dein By- bel en inzake de schoolfondsen, bene vens het jaarverslag. Uit een statistiek in het Jaarboekje voor bet Christelyk onderwijs voor 1925 blijkt, dat er in 1879 in ons land geves tigd waren 326 scholen met den Bijbel, met 53.000 leerlingen en in 1904, 25 jaar later, 720 met 117.270 leerlingen, in 1919, het jaar voor de invoering der Onderwijswet, die de- onderwijsbevredi- ging uitwerkte, 1199 scholen met 199069 leerlingen, in 1925: 1682 scholen met 245.689 leerlingen en begin van dit jaar 1732 scholen met 250.069 leerlingen. Van deze 1732 scholen zyn er 531 aangesloten bij de vereen. C.N.S.; bij het „Gereformeerd Schoolverband" 327 scholen; bij de Vereeniging voor Christe lyk Volksonderwijs 392 scholen; bij den Schoolraad 1398 scholen, waaronder 14 kweekscholen. Het aantal hoofden, onderwijzers en onderwijzeressen, op 1 Januari 1926 aan de scholen met den Bybel werk zaam, bedraagt 7692 (tegen 7741 op 1 Januari 1925). In 1925 hebben 644 kwee kelingen de akte van o|nderwijzer(es) verkregen (tegen 573 in het vorige jaar). Op- den isten Januari 1926 bedroeg het aantal kweekelingen 3384 tegen 3742 op 1 Januari 1925. Jaarwedde onderwijzers. Bij Kon. Besluit is bepaald, dat voor het berekenen der jaarwedde voor on derwijzers als diensttijd mede in aan merking komt de diensttijd als onder wijzer of onderwijzeres doorgebracht aan openbare en bijzondeiV kweekscholen, voor onder wyzers en onderwijzeressen in Ned.-Indie, Suriname an Curacao. Ex. lichamelijke oefening L. O en M. O. In 192Ó zullen de examens L. 0. en M. 0. in de lichamelijke oefening wor den gehouden, voor wat het schriftelijk gedeelte betreft in Juni en voor zooveel het practisch en mondeling gedeelte aangaat, in Juli en Augustus. Zij, die zich aan deze examens wen schen te onderwerpen, moeten zich voor 1 Mei aanmelden 'bij den heer M. F. Graafland, inspecteur van de l'ichame- .lijke opvoeding in de 2 de inspectie te Deventer. GEMENGD NIEUWS. EEN MILITAIR VLIEGTUIG NEER- GESTORT. Twee vliegers gedood. Gistermiddag omstreeks i- uur is een militair vliegtuig, dat een noodlanding wilde doen te Beuningem nabij Nymegen van een hoogte van ongeveer 30 Metor neergestort. Van de beide inzittenden was één op slag dood, terwyl de andere, na nog enkeb- oogenblikken te hebben geleefd, eveneens den «reest gaf. De verongelukte sergeants-vlieger Jan sen en v. a. Kamp behoorden thuis te .Hjlversum en Herwen en Aerdt. Beidein waren gebreveteerd en gehuwd. Van der Kamp was Donderdag ge trouwd en Zondag van verlof in het vlieg Kamp teruggekeerd. Gisteren hebben ze nog coven Herwen en Aerdt gevlogen. Omtrent dit tragisch ongeval worden nog de volgende bijzonderheden gemeld ftet vliegtuig, de Fokker-verkenner 493, was uit de richting Nymegen eerst laag over Weurt komen drijven. Men leidt daaruit af, dat naar een landings terrein werd gezocht, en dat de vlie gers dit dan ook gevonden haddetn in het z.g. „Veld". Juist toen de Fokker over eenige hooge populieren, die aan de grens van het „Veld" staan, was heengekomen, en mem de daling in de weide verwachtte, zagen de weinige ooggetuigen tot hun ontzetting het toe stel over den kop -slaan en omlaag stor ten. De zware motor drong diep in den grond. Onder de overblijfselen vam het toestel werden de beide inzittenden met gebroken armen en beefaen en andere zware verwondingen gehaald. Van der Kamp overleed na eenige oogenblikkctn; Jansen ütreed nog drie kwartier met den dood, en overleed ook toen, zon der tot bewustzijn te zyn gekomen. In den laten namiddag arriveerde een ziekenauto uit Soesterberg om de lijken, •die in het R. R. Liefdegesticht te Beu ningem waren ondergebracht, naar Soes terberg te transporteeren. De overblijfselen van het vliegtuig zullen morgen door technisch personeel van Soesterberg worden weggeiiaald. Kapitein Versteeg bracht een bezoek aan de plaats de3 onheils. De oorzaak van het ongeluk is nog niet met zeker heid vastgesteld. Het heeft bevreemding gewekt, dat, terwyl het vliegongeluk omstreeks 12 uur gebeurd was, dit omstreeks 2 uur in Nymegen, dat zeer nabij Beulingen ligt, bekend is geworden. De oorzaak daarvan is gelegen in het feit, dat de omwonenden, nadat het vliegtuig was neergestort, zonder den burgemeester of veldwachter van bet gebeurde in kennis te stellen, de ster vende slachtoffers 'onder de wrakstuk ken vandaan hebben gehaald, hen heb ben gehaald, hen hebben gefouilleerd, kortom allerlei dingen hebben gedaan, die zij op eigen gelegenheid niet had den mogen doen. UIT DE OMGEVING. BO&AOQK Gemeenteraad. Vergadering van Maandagavond, gehouden onder leiding van den bur gemeester, den heer P. A. Coliju. Met kennisgeving afwezig de heeren Weth. v. Gelderen en Grootendorst. Na opening en goedkeuring maakt de voorzitter de ingekomen stukken bekend w.o. verslagen van de comm. tot wering van schoolverzuim en van de Chr. bewaarschool. liet bestuur van uen Vonrotschc-n polder deelt mede, dat Ged. Staten do demping van e engedeelte van de Al- phei.S'.JK wetering hebben goedge keurd Ter gelegenheid van het Zilveren huwelijksfeest van H. M. de Koningin en Z. K. E. Prins Hendrik i» namens de gemeente een fraaie bloemenhulde gezonden, waarvan ter kennisneming een foto in den raad werd ovegmegd. Voorts doelen B. en W. mede dat het in hun bedoeling iigt om zoo spoedig 'mogelijk, overeenkomstig dsn wensch van den heer P. Loef over te gaan lot bestrating van nog een klein gedeelte van de overscheping in don Ham. Mer hartelijken dank aanvaardt do raad een door den* heer J. H. v Straa- ten v. Nes aangeboden exemplaar van het door hem in binnen- en buitenland verspreide album over de Boskoop- sche cultures. 5. Aanbieding door B. en W. ter vast stelling van een concept-wijziging der T'erordening op het beheer der Gmeen- te-bedrijven. Goedgekeurd. 6. Aanbieding door B. en W. ter vast stelling van een Verordenng betref fende de leverng van electriciteit door het Electriciteitsbedrijf der gemeente Boskoop. Goedgekeurd. 7. Aanbieding door B. en W. ter vast ing van het tarief als bedoeld in arti kel 8 der Verordening, betreffende de levering van electriciteit door het Electriciteitsbedrijf dr gemeente Bos koop. De door B. en W. ontworpen prijsre geling was gebaserd op den door den raad vastgestelden prijs van 35 cent van licht- en 22 cent voor krachtge- bruik. Om het gebruik te bevorderen wil het college eenige progressie toe passen, terwijl het machtiging vraagt om voor afnemers van meer dan 6000 K.W.U. een speciaal tarief toe te pas sen. De heer Mesman achtte den tijd van voorbereiding wat kort voor de raadsleden, en vroeg uitstel van be handeling. De heer Noest vroeg naai de mee ning van B. en W. omtrent het door de Gemeente leveren van huurkoop installaties en toestellen. Deze spr. vond voorts het bedrag van 60 cent dat voor dubbele meters extra berekend wordt, wel wat hoog. De heer If o e f informeerde naar het voornemen van B. en W. ten aanzien van een eventueele invoring van het z.g. vast-rechi. De Voorzitter zei het met den heer Mesman vooi een groot deel eens te zijn. Maar er was weinig tijd meer. De instructeurs vooral drongen aan op spoed, en er zijn reeds „concepten" in omloop. In voorkomende gevallen zal spr. waar het gedrukte stukk.-n betreft, gaarne aan den wek van den heer Mesman tegemoet komen. Tegelijk met de inschrijvingsformu lieren kunnen prospecti worden ver tui ekt. Den heer Noest wijst spr. er op, dat het concept den huurder de gelegen heid geeft om eigenaar van de leiding te worden. Het verstrekken van toestellen heeft groote bezwaren ten aanzien van het z.g. afbetalings-systeem. Particulieren kunnen dat beter doen dan de gemeen te. Evenwel zijn B. en W. bereid deze zaak nog eens onder de oogen te zien. De dubbel-tariefmeter kan niet goed- kooper worden verstrekt doordat de klok zoo duur is. Naar verhouding is de huur niet te hoog. Wat het „vast-rechtaangaat, dit is nog slechts kort ingevoerd, en nog wel in de grootste gemeenten, als Am sterdam en den Haag. Soms wordt er nogal critiek op geoefend. In elk ge val, al bevordert het in het algemeen het gebruik, is het iets dat grondig moet \torden voorbereid. B. en W. blij ven ook in dit opzicht diligent. De heer Boekraad vond ook de meterhuur nogal hoog, waartegen Je voorzitter echter opmerkte, das de huur in alle andere gemeenten hooger is. Lager dan f 0.25 per maand voor den gewonen meter kunnen we onmogelijk gaan. Bij het Gasbedrijf vormt de me terhuur een beduidende schadepost. Goedgekeurd. 8. Mededeeling van B. en W. naar leiding van een door den heer P. D. Noest gestelde vraag, omtrent de toe passing van de derde alinea van arti kel 13 der Voorwaarden, waarop gas wordt geleverd, (bijbetaling voor niet- gebruikt gas beneden een zeker mini mum ter vergoeding van de leiaiiig- huur). Daar de bewuste bepaling met het oog op de groote afhame niet meer zoo heel urgent is, stellen B. en YV. voor, .aan het verlangen van den heer Noest tegemoet te komen en geen bij betaling te eischen, behoudenc in ge vallen waarin de directeur reden heeft om aan te nemen, dat van de onthef fende bepaling misbruik wordt ge maakt. Aldus besloten. FEUILLETON. Uit nood en dood gered 19) En ik heb u leeren achten; ik bewonder deze jonge dames, en heb eerbied voor de oude dame en de edele heeren. En daarom, ziehier mijn hand, gij moogt die afwijzen of niet; zij is ruw, maar er kleeft geen bloed aan, en is rein van allen diefstal. Nu zeg ik, dokter Ja- maray is ziek geworden, en ik heb op mij genomen zijn kleinen, waged met het bekende teeken der bloedige kies van bier naar Montauban te rijden Tot zoover zal ik mijn jongenvriend een gelegenheid tot vervoer bieden, en dan kan hij lichtelijk te Montauban een boot vinden, die hem langs de Ga ronne naar Bordeaux brengt, of zoo hij biertoe niet in staat is, wil ik mij ook daarmede belasten." Hoe dankbaar waren wij den braven La Croissette! Niemand koesterde eenige argwaan tegen hem; ook de heer Bourdinave, die aanvankelijk eenig wantrouwen getoond had, werd spoedig door ons gerustgesteld. Zoodra het donker werd zouden wij been gaan; mijn vader en de heer Bourdinave maakten zich den 1 overblijvenden tijd ten nutte om ei zaken teregelen, en Madeleine inmiddels de kinderen bezig om hen niet te soren. Nooit had ik Ga- brielle zoo vergenoegd gezien als nu zij zich zoo kloekmoedig betoond had en daarin scheen te willen volharden. Maar niemand bezit wezenlijk sterkte uit zich zjelf, het komt alles van God, doch Hij schenkt het ons, als wij het geloovig van Hem vragen. Madeleine fluisterde mij toe: „Laat ons bidden, dat haar de noodige. kracht geschon ken worde om hare plichten te volbren gen." En glimlachend knikte ik haar goedkeurend toe. Intusschen begaf mijn moeder zich naar de afgesproken plaats, waar Ra- oul, naar t' scheen, dagelijks een brood haR nedergelegd^ Wij hadden ons eerst steeds verwonderd, hoe wij altijd van brood voorzien bleven. Ditmaal was er tot onze verrassing nog iets bijgevoegd, zoodat wij met vreugde en dankbaarheid onzen maal tijd genoten, terwijl La Croissette zijn flesch, die hij steeds wist te vullen, gul liet rondgaan. Hoe licht had die man ons kunnen verraden, indien dit zijn voornemen geweest was! Terwijl hij onze plannen wist, had hij door het opdringen zijner flesch ons kunnen bedwelmen en zoo, allen tegenstand verijdelend, ons in de macht zijner makkers kunnen overle veren, zonder zelf zich daarbij te laten zien! Ook had hij de dragonders, met toortsen en fakkels gewapend, naar onzen schuilhoek kunnen zenden Geen wonder, dat, nadat hij was heenge gaan, de vraag bij mij opkwam: wat zou ons te wachten staan, als hij ons ging verraden? Ik deed zijn hart on recht. Velen zijn slechter dan men zich hen denkt, te meer heeft men dus re den zich te verheugen over hen, die be ter blijken te zijn dan zij beoordeeld worden. Edelaardige La Croissette! Nog zie ik uw lange, schrale gestalte met uw hoekig gelaat voor mij. Toen hij was weggegaan, zeide mijn vader: „Vereenigen wij ons nog eens in den gebede, alvorens wij ons een weinig ter ruste begeven, om dan on zen nachtelijken tocht te aanvaarden.' De spanning, waarin de vrouwen wegens de aanstaande ontvluchting verkeerden, deed bij haar den slaap wijken. Mijn moeder verzorgde mijne gewónde voeten voor bet laatst; zij ge nazen, maar ik moest ze nog ontzien. Zij bleef, evenals Madeleine, bij mij vertoeven, zonder dat bet noodig was door woorden elkander onze gedach ten mede „te deelen. Toen mijn vader gesterkt ontwaakte, waarschuwde hij weldra, dat het tijd was om te vertrek ken. De beer Bourdinave verwijderde zich, en na een korte afwezigheid, die ons echter eindeloos lang toescheen, kwam hij terug en berichtte, dat, vol gens Raoul, de stad in groote opschud ding verkeerde en dat alles nu voor ons vertrek gfereed was. Wij namen afscheid van elkander, bepaalden de plaatsen onzer heieeniging en deden een vurig gebed. Niet dan met weerzin liet men mij mei La Croissette alleen achter. Eindelijk verscheen hij en richtte zich tot mijn vader: „Ik raad u, buiten den omtrek van uw hooggeroemde kerk La Calade te blijven; zij is geheel verwoest en een aantal lieden staren nu. alle gevaar troseerend, hun geliefden tempel aan, maar de krijgsmacht drijft Jien thans uiteen." „O. welk een ontheiliging!" riep m'n moeder uit. „Spaar uw mededoogen liever voor de levenden, mijn goede dame" sprak La Croissette; „steenen zijn gevoelloos en niet op vergelding bedacht. Muren hebben ooren, zegt het spreekwoord; in elk geval heeft La Calade een tong, want op den top barer puinhoopen ligt een steen met het opschrift: „Zie, dit is het huis Gods, dit is de poort des hemels!". Vervolgens zich tot mijn vader wen dende: „Wijl de algemeene aandacht daarheen gericht is, is het in de an dere gedeelten der stad rustig, en wordt hierdoor uw vlucht zeer begun stigd. Verlies geen tijd, raad ik u, en wees op uw hoede." Met tranen omhelsden wij elkander, en zij gingen heen, door hem gevolgd. In mijn eenzaamheid gevoelde ik mij diep neerslachtig Toen ik mij over zijn uitblijven on gerust begon te maken ey dacht: zou hij wel ooit terugkomen?" verscheen hij. „Zij zijn thans in veiligheid" be richtte hij, „en vermoeden niet, in welk gevaar zij hier verkeerd hebben. Eerlang zoudt gij allen gevangen ge nomen zijn. Laat ons nu eens samen oveide-ggen, jongmensch. Men noemt u Jacques, maar ik zal u, naar mijn jon geren broeder, Jean noemen." Door hem ondersteund, strompelde ik met moeite voort. Hoe kil, maar toch, hoe weldadig en frisch was het in de open lucht! Het was, al^of de adem des levens mij doorstroomde. Een dof geruisch uit de stad drong tot ons 'door, maar rondom was alles stil. Boven ons flonkerde zonder maanlicht de sterrenhemel. Eindelijk waren wij een rij lage hui zen genaderd, waarin eenig licht brandde, en toen wij vervolgens een donkere nauwe gang doorgingen vroeg een stem boven ons schuw- YV!-» vaat daar?" „La Croissette." „Wie meer?" „Mijn broeder Jean.' „Komt na'der, gebroeders La Crois sette." Nu bestegen wij een smalle trap en traden een vertrek binnen, waar zich een man en een vrouw bevonden, staande naast een groote mand. Wordt vervolgd).

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1926 | | pagina 5