NIEUWE LEIDSCHE COURANT VAN ZATERDAG 13 MAART 1926
dap ziin foj malie mislukt. Waarom?
Was er eon conflict tussenin ham •■n
oen der fceiëc chr.-hist. aspirant minis
ters?
De Geer, Md van het afgetreden kabi
net en no. J? op de chr.-hist. caadidaten
lijst, en pr.:l. ïSlotemaker de Biuine.
waarnemend voorzitter der Chr. Hist.
Unie, is dit kabinet niet fa parle
mentair? isü heeft minister De Geer
van den aanvang af met mr. Limburg
samengewerkt? Was das van den aan
vang hf de formatie minder zuiver ex
tra-parlementair? En waarom moest
het zoo gaan, dat mr. Liinburp over
boord cowo' pen werd
Is het ook waar, dat een opdracht aan
Mr. Kan is overwogen? En is dit afge
stuit or» de mcening van mr. Kan, dat
hij eerst in aanmerking kwam, als
geen politicus in staat zou blijken
tot vormii g van een kabioet? Indien
dit zoo is, zou het te betr.-uren zijn,
dat, de opdracht gegeven is aan don
heer De (.-eer, die juist nieals uoli-
tiek man cec opdracht moe,; krijg.-n.
Is Uüt juist, dat de opdra tt aan den
heer de Gtci reeds op 1 Maart is ver
leend? Spreker wist er niets van, en
voor zoover het hem betreft, heeft de
heer Alb: ida zich schromelijk vergist.
Zelfs is ^"-cker ervan oveituigd, dat
ook de heer Colijn (tegen de usance in)
tl* niets van wist.
Spr. hoort dr. Nolens zeggen: „Ik
wist het ook niet".
Was er nu inderdaad continuïteit
n de formatie-LimburgDe Geer en de
formatie de Geer? Limburg wordt in
den hoed gedaan en de Geer komt er
uit. (Gelach) Spr. meent, dat dezer
zijds een formatie-Kan meer welwil
lend tegemoet zou zijn getreden dan
een formatie-de Geer.
Niet geheel duidelijk is waarom een
?tal antirevolutionairen in het kabi-
.ict zitting moest nemen. Zij vertegen
woordigen daarin niet de Anti-RevoMi-
Jcnaire partij, en indien de lieer Al-
bar da sprak van een voorbereiding
can een partijgroepeering door dit ka-
jinet, dan was dat, wat men in de
ministerswerelid neemt een valsche
)OCf. TL
Wat de personen betreft, markt spr.
>p, dat het aanblijven van den hear
Van Karncbeek er op wijst, dat het
li drag met België verdedigd moet
worden. En wat zeggen de redders van
iet protestantisme er wel van, dat en
catholiek aan het hoofd is gekomen
van het dapartement van onderwijs?
Tegenover het kabinet staat de Anti
revolutionaire Partij geheel los Zij is
liet in de opposiüe, zij is niet ministe-
ieel. Van den p-'U-ht om voorzichtig
,e zijn is do Anti-Revolutionaire Partij
.ich bewust.
De heer Snoeck Henkemans heeft
.He schuld geworpen op de R.-K. Maar
lij aanvaardde bij het uitbrengen van
ijn stem alle gevolgen. En nu ontkent
v pr. niet de verantwoordelijkheid van
ie R.-K., die grvo.goti hebben verbon-
ien aan de stemming, welke spr. er
liet aan zou willen geven. Doch zij
?.ijn bereid geweest een cöinpromis te
lanvaarden, dat afgestuit is op de chr.-
ïistorischen.
Ten slotte is ieder verantwoordelijk
<70or zijn daden en dat is spr. s gr-md-
lezwaar tegen de houding van de
ihr.-historischen onder leiding van
len heer Snoeck Henkemans. Aah de
verantwoordelijkheid kan de lieer
Siiceck Henkemans nooit ontkomen.
De Chr-historischen hebben de ver
weking van de coalitie en den val van
iet kabinet-Colijn gewild, Spr. heeft
can zijn leermeester Modderman ge-
eerd, dat er onderst-lef»; gemaakt
moet worden tusschen wenschen en
willen.
Of de chr.-hist. nu altijd afkeerig zul-
en zijn van herstel van de samenwer
king rechts, weet spr. niet Er is een
:hr.-historisch spreker geweest, die er
7i°h op beroemd heeft, dat de thr.-
historisclien nog nooit een offer ge
bracht hebben aan de coalitie. Dat achi
=]>r veen oorzaak van roem, maar e.vi
?emis aim samenwerking Ezn smar
telijke herinnering daaraan heeft spr.
Ia het wanproduct, dat wij stemplicht
nceir en.
Evenwel spr. voelt z!ch toch aan hen
verwant; hij wacht den loop der ge
beurtenissen af. Met ;ier minister-pre
sident zegt spr., dat li niet kan blij
ven /ooais het is. Ietwat te fndividu-
alistiscn geformuleerd acht spr. de
woorden van den minister-president
dat ieder lid naar zijn persoonlijke
overtuiging kan stemmea.
Er woidt nu geroepen om een dicta
tor. De'heer Snoeck Henkemans zelf,
die ce verwarring heeft veroorzaakt,
heeft ?n 'net luchtledig gegrepen naar
een dictator. Maar het ftaliaansclie
fascisme is geen recept voor ens land
Wij leven op grond wettel ijken grond
slag en als iemand hier op den voor
grond treedt, roept men alras: die
nian moet weg.
Dn minister-president heeft gezegd:
geen poliitieke steun, geen politieke
oppositie. Maar dit moet overgelaten
worden aan het besef van de Kamer.
(Gelach).
Spr. gelooft niet aan een spoedige
combinatie: Rome—rood. Daarom is
het bij de soc.-dem. ook niet. to doen;
zij is zich wel bewust van de tegenstel
ling: Romerood, maar zij wii de
cenh. id rechts, de eenheid van iedere
partij rechts breken en een po'itieken
strijd scheppen op de basis van :»?n
klassenstrijd.
De A.-R. partij onderscheidt tusschen
staat, keik en maatschappij. De theo
logie m den staat gebracht ;'s zoo ge
dacht aannemelijk, maar Ui handen
van theologen, die de onderscheiding
aan dr. Kuyper gegeven, missen, is zij
gevaarlijk. (Gelach))
Bpr merkt op, dat de hv«r Al bar la
het regeeringsprogram heeft besproken
om het program aan te vallen van den
heer Cel ijn, die liier niet is. (Beweging)
Een discussie over het program van
een aigetreden kabinet zou echter het
mogelijk denkbare overschrijden
Spr. zal ieder voorstel en iedere
daad van de regeering afzonderlijk be-
oordeeien.
De iieer Snoeck Henkemans
(C.-H.) acht geen twijfel omtrent den
aard der afgeloopen crisis bestaan
baar. De Kamer heeft zich 11 Novem
ber onomwonden uitgesproken tegen
het gezantschap bij den Paus. Ook bij
dre regeering kan dienaangaande geen
twijfel bestaan. De vraag is gesteld of
de stem der chr.-hist. op 11 Nov. Wel
zuiver is geweest. Spr.( constateert
dat dit wel het geval was, en gaat dan
na hoe er van verschillende zijden ge
zegd is dat de chr.-hist. de verbreking
van de coalitie hebben gewild. Spr.
constateert dat geen enkel feit deze
bewering waar maakt. De chr.-hist.
hebben niet den val van het kabinet
Colijn begeerd; integendeel hebben ze
diens optreden met ingenomenheid be
groet. Het ware echter verkeerd ge
weest van principieel optreden af te
zien uit vrees van te worden misver
staan.
Wat de mededeeling van den heer
Heemskerk betreft, inderdaad heeft er
een conferentie plaats gehad, die een
#der moeilijkste oogenblikken in spr.'s
leven geweest is, want de andere chr.-
historische deelnemer daaraan was de
gene, wien de Koningin den volgenden
dag de formatie opdroeg. Op die con
ferentie heeft ieder voor zichzelf ge
sproken; het is niet juist wat de heer
Heemskerk zeide over een deel der
chr.-hist. fractie.
De heer Heemskerk: ,,Wat ik
heb gezegd, is van A tot Z juist."
De heer Snoeck Henkemans:
De conferentie is afgesprongen omdat
ik persoonlijk tegen het gezantschap
was. Ieder sprak voor zichzelf: de hee-
ren Heemskerk, Beumer. Aalberse,
Nolens, dr. De Visser en ik ook. En
aan Dr. De Visser is na de conferen
tie opdracht gegeven tot vorming van
een parlementair kabinet, daarna van
een kabinet. In een vergadering op
24 December van de cnristèlijk-his-
torische fractie wilden van de tien
leden vijf leden zich in geen geval
binden. Van aanvaarding 'van een com
promis is geen sprake geweest. En
het opstellen van een motie heeft niets
te maken met aanvaarding van ean
compromis.
De heer Heemskerk heeft gespro
ken over de kansen van zoo'n motie;
daarover is door de C.-H. met geen
woord gesproken. Na de verklaring
van de R.-K. heeft dr. De Visser zijn
pogingen gestaakt.
Spr. komt nu terug op het votum
van 11' Nov. De stem der C.-H. is
toegeschreven aan anti-papisme onder
.invloed van opdringenae kleine par
tijen. Wat is anti-papisme? Het is niet
alleen het streven om de R.-K. terug
te houden van de plaats, die hen rech
tens taekomt, maar ook om de R.-K.
te belemmeren te bereiken, wat an
dere groepen in vrijheid bereiken. Dat
is nimrher het standpunt van de C.-H.
geweest, die met klem altijd hebben
gestreden voor vrijheid van elk be
ginsel.
Op een punt is er verschil tusschen
de R.-K. en de C.-H., n.l. op het
punt van de verhouding tusschen Kerk
en Staat. Spr. zou zijn R.-K. en A.-
R. medeleden willen uitnoadigen uit
de geschriften van Groen en Lohman
een woord aan te wijzen, waaruit zou
kunnen blijken, dat de' houding der
C.-H. inzake het gezantschap onjuist
was. Het gaat hier niet om geschillen
van godsdienstigen of kerkelijken aard
maar om staatkundige geschillen. Men
zendt een gezant naar een vorst van.
een souvereinen staat; als zoodanig
kunnen wij den Paus niet erkennen.
De heer Heemskerk: „Oat heeft
er niets mee te maken".
De heer Snoeck Henkemans:
„Men zendt slechts een gezam naar
autoritejten, waarmee men verdragen
kan s]uiten. Door het zenden van een
gezant werkt men mee tot de er
kenning, misschien wel tot de verster
king van de wereldlijke macht van
den Paus en daartoe mede te wer
ken, weigeren de C.-H. Zij staan daar
tegenover onverzettelijk".
Sedert 1888 is het aan de R.-TK be
kend, dat cle C.-H. nooit ofte nimmer
willen medewerken aan een zoodanige
erkenning. Laat men voorzicht g zijn
aan R.-K. 'zijde om 10 Juni 191*5 a's
argument te gebruiken voor de wan
kelbaarheid van de C.-H. staatkunde,
men tast dan tevens de eerlijkheid
van andere partijen aan.
Van het ministerie Colijn kan spr.
geen afscheid nemen zender een woord
van dank.
Komende tot het kabinet-De Geer
meent spr. dat ook dit dank toekomt
omdat het misschien op het laatste
oogenblik gedaan heeft wat gedaan
moest worden: de teugels grijpen.
Inderdaad 'komen er in het regee-
ringsprogram mededeelingen voor, die
met ae grootste blijdschap door spr.
zijn ontvangen, zooals in de paragraaf
omtrent de belastingen, waarin zoo
wel cle hooge als de lage inkomens
ontlast worden; in de woorden, waar
in het streven naar vermindering der
bewapening wordt aangekondigd e a.
Wat de medezeggingschap bet eft.
is de eenig juiste weg de verbindend
verklaring van het Collectief Ar
beidscontract. Hetgeen hierom-rent is
gezegd, vervult de C.-H. met blijd
schap.
Er zijn ook dingen, die de C.-H.
hadden geweiischt, en d.e niet in he.
program staan. Zoo mist spr. de toe
zegging van meer diversiteit in he:
onderwijs. En ook betieuit spr. dc
samenvoeging der Departementen \a.i
Oorlog en Marine, omdat he: van
belang is, vooral voor de spl.tsing
der marine, dat ia 'ovei wegiig êic.;ü
men wordt, dat ccn deskundige aan
't hoofd van hcfDcpartemcnt van Ma
rine staat.
Spr. komt terug tot de kwestie van
het gezantschap bij den Paus en her
innert aan het veranderen van het tij
delijk in een vast gezantschap. Spr.
heeft daarover toen een artikel ge
schreven in een Chr. historisch week
blad waarover de heer Schokking hem
heeft voorgehouden, dat het niet prin
cipieel genoeg was. Daaruit o.m. blijkt
dat de C.-H. steeds het principe voor
op gesteld hebben.
Voor de heeren De Geer en Slote-
maker de Bruine is het jammer, dat
hun raadsman Lohman ontbreekt, een
geluk, dat in hem hun richter ont-
breekt.
Laatste spreker was de heer Ling-
beek (H.G.S.j'die zijn teleurstelling
uitsprak, dat het gezantschap weer op
nieuw aan de orde is gesteld en voorts
klaagde, dat nog teveel afgescheiden
burgemeester^ benoemd worden.
Den opkomenden revolutiestorm- wil
hij tegengaan met het eenige wapen,
dat werkelijk bescherming geeft, n.l.
.Gods Woord.
Dinsdagmiddag 1 uur wordt de ver
gadering voortgezet.
Het woord is dan aan den heer
Dresselhuys.
GEMENGD NIEUWS.
Lawine. Tengevolge van hevi-
gen sneeuwval is in de nabijheid van
Davos een door skiloopers en toe
risten veel bezochte Alpenhut door
een lawine getroffen en verwoest. Er
zijn 3 personen begraven; reddingsko-
ionnes zijn onderweg.
Een windhoos. Dinsdagmid
dag te ongeveer kwart voor zijf, trok
een windhoos over Loosduinen, die
belangrijke schade heeft aangericht bij
verschillende kweekers.
D e ve n b e nd C. Door toeval
lige omstandigheden heeft de crimi-
neele politie te Eberswalde i. M. (Dl.)
eindelijk ontdekt door wie tailooze win
keldiefstallen zijn bedreven. De schul
digen zijn 7 schooljongens die onder
voorwendsel hout te vericoopen, levens
middelen en textielwaren-zaken plun
derden.
De jongens, 11 a 14 jaar oud, had
den een werkelijke dievenbende geor
ganiseerd. Buiten textielwaren waren
vooral chocolade, sinaasappelen enco-
cosnoten van hun gading. Zelfs cog
nac weid buit gemaakt. Toen zij nu,
nadat zij van dezen drank te veel had
den gedronken, een aanval op een
etalage ondernamen, werden zif ge
knipt.
Fabrieksbrand nabij Brus
sel. Gistermorgen is er brand uit
gebroken in een meubelfabriek te An-
deriecht. De brandweer van Ander-
lecht slaagde er in het vuur te blus-
schen, waardoor een be'endende meu
belfabriek werd gespaard.
De schade aan vernielde machines
en meubelen wordt op anderhalf mil-
lioen francs geraamd.
Industrieele spionnage.
Naar de „Berl. .Lokalanzeiger" uit
Zeils Mehlis verneemt, heeft daar een
Italiaan door omkooping zich geheime
constructieteekeningen, behoorend aan
een groote metaalfabriek, weten te
verschaffen.
De Italiaan, die zijn spionnage ook
tot andere Thüringsche fabrieken wil
de uitbreiden, werd gister te Oberdorf
in hechtenis genomen.
In zijn bezit werden 3 teekeningen
gevonden.
De watersnood in H o n g a r ij e.
Volgens de thans in de Hongaarsche
bladen gepubliceerde rapporten om
trent de schade, aangericht door den
watersnood, in de streken van Körös
en Berettyo, blijkt, dat de overstroo
mingen, die ongeveer samenvielen met
het hoog water in Nederland, schade
aangericht hebben aan een gebied van
50.000 morgen. Op het oogenblik
staan hiervan nog ongeveer 1803 mor
gen onder water.
Vooral de schade aan den veesta
pel is zeer groot geweest. Menschen-
levens zijn bij de ramp niet verloren
gegaan.
Van de 670 huizen, en schuren die
in het water gestaan hebben, zijn er
503 ingestort, 2430 personen moes
ten uit hun woningen vluchten.
Het aantal door de ramp getroffen
grondbezitters bedroeg in to aal 29'0
Sensationeel avontuur.
In de Amerikaansche hoofdstad, heeft
zich weer eens een avontuur afge
speeld, waarvan Amerika wel het mo
nopolie schijnt te bezitten.
Er was een bevel tot inhechtenisse-
ming van den eigenaar van een auto
uitgevaardigd en het mocht inderdaad
eenige detectives gelukken den scnul-
dige in zijn auto te arresteeren. Met
revolvers dwongen zij de inzittenden
hen naar het op zes" mijl afstand ge
legen politie bureau te brengen.
Toen zij op de plaats van bes'.em-
ming waren aangekomen, trapte een
der misdadigers een detective omver,
stapte weer in den auto en reed» iu
gezelschap van zijn collega's pij'snel
weg. zich niet bekommerend om de
regels van het verkeer.
Bereden politie en vijftig detect ves
zetten op motorfietsen of particuliere
auto's die zij ijlings requireerden, den
auto na doch het mocht nog nie ge
lukken d? autoband'eten wee* ii te
ha'en.
E3&==3ëB3C3
I Ons Babbelhoekje. J
ik.st „o g iio tl i.i i
"tIs al weer tijd vo.r iL.i «.ijbelhoek,
dus ga ik ma r wed cO_s. met de br.ef-
jea oaginaen.
„Pionier". Verleden week was je de
laatste en nu boa j:> de eerste. Ja, ik
laatste en nu ben. je de eerste. Ja, wat
je. schreef is juist. Je moet maandag
«maar even aan het bureau gaan infor-
imeeren.
„Blondine". Daar had ik dan wel eeins
bij willen zijn, als ik zoo'n pret zou ge
had hebben. Zoo. vindt je het verhaal
zoo mooi? Dat aoet mij plezier. Waar
hadt je het zoo bijzonder druk mee?
„Vergeet mij nietje". Zoo druk met
de repetitie? Krijg is nog al goede cq-
fers? Houdt je veel van natuurkunde?
'k Wil graag volgende keer een lange
brief hebben hoor.
'„Junior". Zoo, vond je het aardig?
Je hebt het goed geraden hoor, dat is
van mij. De datum die je vraagt is 18
Januari. Pas geweest dus he? Oom Fe
lix heb ik in een' poosje niet gezien,
maar zoodra ik hem ontmoet, hoop ik
hem je groeten over te brengen.
„Grassprietje". Dat is aardig he, dat
het babbelhoekje net op je verjaardag
komt. Hartelijk gefeliciteerd,üiooi* meis
je en veel genoegen als je visite hebt
en Moe poffertjes bakt. Als ik kon,
kwam ik meesmuilen, maar ik kan
heusck niet weg.
Verte) mij volgende keer er maar
alles van.
„Roosje". Veel genoegen hoor, met
je zusjes verjaardag. 0 ja, ik vindt het
altijd gezellig, als er een jarige in huis
is. Ik heb^ nog heel lang de tijd hoor,
18 Januari verjaar ik pas. En van jou
'duurt het ook nog een poosje he?
„Moeders meisje'. Wat heb je een
gezellig briefje geschreven deze keér.
Ja, ik vind het babbelhoekje prettig
en ik ben erg blij, dat jij het ook leuk
vindt. Je vriendinnetje mag mee doen
iboor en je zusje ook. 'k Zou jullie wel
eens willen zien zitten aan je kleine
tafeltje.
„Lindebloesem". Hartelijk welkom in
ens clubje meisje, 'k Hoop dat je met
je vriendinnetje maar eejn heel trouw
raadselnichtje zult zijn. Ja, ik vind je
Echuilnaam heel aardig. Prettig he, zoo-
•veel broertjes en zusjes en wat gezel
lig, dat je gelijk met Moeder jarig bent.
Feliciteer Florientje maar van mij.
„Sneeuwklokje". Dat is een aardig
stukje, dat jullie nu ingestudeerd hebt.
Geef je ook wel eens uitvoering? Vindt
je het prettig, dat jullie Hongaartje
weer komt en verwacht je haar al gauw
„Reseda en Rozeknopje". Zoo, dus
jullie hebben een prettige middag ge
had? En wat is de jarige goed bedacht.
En jij thuis ook al feest gehad, Reseda,
om Moeders verjaardag? Wil je voort
aan raadsels op een apart stukje papier
«schrijven?
„Anemoon". Ja, dat is wel gezellig,
zoo'n Ouderavond. Jammer he, dat Va
der en Moeder nooit kunnen. Wat heb
je al zoo gemaakt op handwerken?
Mooie dingen of nuttige?
„Wilgenkatje". Wat jammer van dat
Hammetje. Toen jq uit was, heeft er
nog een heel groot stuk van het verhaal
ingestaan. Wist je dat niet? Heerlijk
he, dat het gauw Lente wordt. Is zusje
nu weer beter?
„Hessie". Zoo vond je het prettig?
Natuurlijk wil ik je graag een genoegen
doen. 'k Weet nog nie!' o'f ik daar ko
men mag en 'kan, maar ais ik or bam,
kom je dan even naar mij toe?
„Heidebloempje". Het is prettig, dat*
je de babbelhoek zoo gezellig vindt.
Dat kan een heel gezellige avonl wor
den he? Hoe heet lies stukje, waaraan
jij mee moet doen? Vertel me maar
eens hoe je dit raadsel vindt.
„Tommy". Zoo, ben je prettig uit ge
weest? Dat is gezellig. Aardig werkje
zal dat zqn bij die kleine lammetjes
hé? Dus je houdt wel van het buiten
werk?
„Waterlelie". Zoo, had je niet erg
veel nieuws? Ja, het is hier ook heel
guur, en ik vind juist omdat het zoo
guur is, gaan we nog harder naar de
Lente verlangen. Gezellig he, sametn
Bchrijven?
„Boschviooltje". Dat is e$n heel werk
hoor, ken je ze allé 37 uit je hoofd?
Prettig he, als je zoo'n mooi kerk
boekje krijgt. Dus jij weet het wel haast
van te voren, dat je overgaat he?
S. en C. W. Zoo, was je uitgeweest,
dat je zoo laat naar bed ging? Het eer-
Ete raadsel van je hoop ik te plaatsen,
het tweede niet, want dat had ik al,
en die lijkt mij ook niet zoo erg ge
schikt- dat is haast niet te raden, vindt
je wel?
De oplossingen van de vorige week
züjn:
r. Onze babbelhoek breidt zich steeds
meer uit.
Onderdeelen: Stoere helden, Hessie,
citroen, Zuiderzee, babbelen, markt, B.
2. Drie, want die niet uitgeblazen wor
dent branden op.
3. Februari, want dat is de kortste
maand.
4. Theo sprak de waarheid.
5. Schoolmeesters.
En nu de nieuwe raadsels:
1. Het geheel bestaat uit 43 letters
en is een mededeeling.
5. 20. 27 33. 26 7. 14. 32 8, 18, 35.
28 willen alle neefjes en mchties graas
hebben.
19. 23 2. 3. 34. 35. 20 2i. 25, 38, 15
is een plaatsje in Friesland.
IO- ,L 43- 3 2» 4. is ©en schuw dier.
41. 31. 12. 2. 32. 26. 17. 39 is een
militair.
40. 11. 6. 4s een meisjesnaam.
Van 9. 30. 13. 7. 21 bereidt men een
lekkere drank.
22. 42. 16 is een kleedingstuk voor
jongens.
Len 24. 17. 36. 37 gebruikt men om
te pakken.
.2. Ingez. door Pionier.
Verborgen plaatsnamen.
Hij mag oesters eten en ik niet.
Achter en voor 'Burgemeesters huis
staan bcomen.
In Duitschland zijn rivieren, wouden,
bergen en dalen.
„Het ruikt hier naar denneh", zei
riet.
3. Welke munt is niet van metaal?
4. Ingezonden door Boschviooltje»
Welk aardig vogeltje maakt ge uit
een vierde deel van een el?
5. Ingezonden door Breistertje,
o
000
00000
0000000
000000000
0000000
00000
000
O
1. een medeklinker.
2. Iets om mee te spele:
3. Een rivier in Italië.
4. Hangt aan den watid.
5. Een visch.
6. Een ander woord voor mijnheer.
7. Een muziekinstrument
8. Een kléin insect.
9. Een medeklinker.
Het middelste woord van boven naar
beneden en vain Jinks naar rechts is
hetzelfde en is de naam van eeti visch.
Ingez. door Bosch viooltje.
„Zeg Piet", fluistert Klaas zijn broer
,tje in het oor, „zeg nu gauw tegen
moeder, dat je een gat bent gevallen
in je nieuwe broek".
Ket: „Waarom?"
Klaas: „Wel, moeder zei daarnet, dat
ze zoo moe was, dat ze geen hand mSer
verroeren kon".
Motorrijder: „Hoe laat is het?"
Boer: „Twaalf uur".
Motorrijder: „He, nog niet later?"
„Boer: 't Is hier ,nog nooit later
geweest, dan beginnen we weer met
eén".
Ziezoo jongelui, nu kun|ne:i jullie weer
vooruit, 'k Hoop, dat je de M^dsel vin
den^ kunt hoor.
Nu eindig ik maar.
Vele groeten van je
tante FRANClEN.
TOCH VERZOEND.
door
FR ANGINA.
't Was stil in het lokaal. .L -dieer
ging bij Koos zitten.
„Koos", zei hij, „ik heb het je al ge
vraagd, en je hebt neen gezegd, maar
nu wij hier alleen z(jn overgebleven,
;ieen toch niet alleen, want God is hier
ook, nu wil ik het je nog eens vragen,
en dan moet je mij recht in de oogela
aankijkenKoos, weet gij iets van die
teekening af, van Annie?"
't Bleef stil tusschen hen beiden. Koos
stond met de oogen neergeslagen.
„Nu Koos?" vroeg mijnheer.
De jongen schudde van neen.
;,Neen Koos, dat is geen antwoord",
zei mijnheer.
Toen tilde hij Koos zijn hoofd op
en keek hem recht in de oogen.
„Koos", zei hij zachtjes, „j(j hebt
het gedaan niet waar? Beken het maar".
Met een ruk trok Koos zich los, gooi
de zijn hoofd op de bank en begon als
een kléin kind te huilen.
„Ja, jongen," zei mijnheer toen, „huil
jij maar, je hebt er alle reden voor.
Eerst aaij een ander zoo'n groot leed
te berokkenen, en dain herhaaldelijk te
liegen, 'k Hoop, dat bet tranen van
berouw zijn, die ie schreidt. Maar zeg
me eens Kcos, hoe heb je zoo iets
slecnis kunnen doem? 'k Had het nooit
van je gedacht".
Li. kwam het verhaal telkens
-mderfcroken door snikken. Hq had de
teekening en het rnmpje er bij niet zelf
gemaakt, maar een "buurjongen vam hem.
Die had het zoo mjaar eens gedaan, om
dat hij een meisje kende, dat een bo
cheltje had, maai* hij had de teekening
niet weggestuurd. Toen had Koos ge
vraagd, of hij hem hebben mocht en
toen nij eenmaal die teekening h&d, was
het plan bq hem opgekomen dit aaö
Annie te sturen on St. Nicolaas. Maar
hq had er niet Dq gedacht, dat zij
daar zoo'n verdriet over zou hebben,
want dan zou hij het vast niet ge.laato
hebben. 3
„En Koos", vroeg mijnheer, ,,waar-
om heb je niet dadelijk gezegd, dat jq
het gedaan had?" 3
„Dat durfde ik niet, mijnheer", ant
woordde Koos, „toen ik vanmorgen zag,
dat Annie niet op school was, begreep
ik pas, dat het wél erg was wat ik:
gedaan heb en toen durfde ik het niet
zeggen".
„Zoo zie je Koos", zeide mqnhear
nu, „dat uit het eene kwaad altqd het
andere voortkom);.
Het is me erg tegengevallen, dat jij
zoo iets hebt kunnen aoem, al ben ik
er ook blq om, dat je niet begrepen;
hebt, hoe ongevoelig het is, te spot
ten met iets, wat aan anderem zoo groot
leed berokkend.
Denk je eens in, dat ie zelf het.eeki
of ander lichaamsgebrek had, zou jq
het dan prettig vinden om er mee ge
plaagd te worden?"
Koos schudde het hoofd. Nog steeds
durfde hq mqnheer niet aanzien.
„Je begrqpt zeker wel, wat ik nu
van je verwacht, Koos?" vroeg mqn
heer nu.
„Ja, mqnheer", antwoordde Koos
zachtjes.
„Het komt heel goed uit, dat het
vandaag Woensdag is", ging mqhheea!
voort. „Nu kun je vanmiddag naai* Aïx,-
nie gaan en haar vergeving vragen, en
morgen zal ik je wel zeggen, welke straf
je verdient hebt".
Smeekend zag Koos zijn onderwijzer
aan.
„Moet ik naar Annie gaan?" vroeg
hq. „0, mqnheer, dat durf ik niet".
,,lk heb wel spjjt, mqnheer
heusch wel", stamelde Koos, „maar ik
durf niet naar Annie's huis. Mag ik het
niet tegen haar zeggen als zq weer op
school komt?"
Er kwam een zachtere uitdrukking
in de oogen van mqfciheer van Stain*
„Neen Koos", antwoordde hq, dat
mag niet uitgesteld worden. Maar weet
je, kom miq vanmiddag om drie uur
maar halen, dan ga ik met je mee. Je
weet toch wel, waar ik woont"
„Ja mqnheer", zei Koos, en hq i&z
er nu een beetje opgelucht uit.