NIEUWE LEIDSCHE COURANT VAN ZATERDAG 13 MAART 1926
Aan het einde der Week
De „geest van Locarno" is op de
Volkenbondsvergadering te Genève
ver te zoeken. Men schijnt het weer
verleerd te zijn „Europeesch" tc spre
ken; Spaansch, Poolsch, Fransch,
Duitsch enz. is al wat men hoort. Voor
al Poolsch want de diepgaande mee-
ningsverschillen wekken soms den in
druk of men met een Poolschen land
dag in ouden stijl te doen had in plaats
van met een groep verbonden mogend
heden die tezamen een hoogere een
heid vormen.
Polen, om met dit land dat het hardst
Van den toren geblazen heeft te begin
nen, is tot dusver niet erg gelukkig
met zijn aanspraken op een vasten
zetel in den Volkenbondsraad. Het is
vrijwel zeker, dat het zijn wensch^n
niet ingewilligd krijgt. Men spreekt er
in Polen van, hieruit de consequentie
te trekken door uit den Volkenbond
te treden, een dreigement, dat naar
het schijnt wel meer gebezigd wordt.
Doch wat moet er van een bond van
staten die zoo weinig gezind zijn on
derling iets voor elkaar op te offeren,
terecht komen?
Ook de andere staten blijven op hun
stuk staan en zijn niet van zins toe te
geven. Zoo beroept Spanje er zich op,
dat het indertijd toezegging van een
yastemzetel heeft gekregen, terwijl
Brazilië, indien het zijn zin ni,et krijgt,
voornemens is tegen de toekenning
Van een zetel aan Duitschland te stem
men. En aan de andere zijde is Unden,
'de vertegenwoordiger van Zweden,
even onverzettelijk; hij is er tegen, aan
een anderen staat dan Duitschland nu
dadelijk een vasten zetel toe te ken
nen.
Het is te Genève wel, wat men
noemt, een elastische positie, en in
zulk een positie voelt de Fransche
premier Briand zich altijd bijzonder
thuis.
Briand is een paar dagen uit Genè
ve weg geweest, want zijn kabinet was
gevallen. Hij heeft evenwei al weer
spoedig een nieuw gevormd. Daar had
hij maar 10 uur tijd voor noodig, want
hij heeft routine in dit werk; 't is al
de negende maal dat hij t doet.
Dat gaat bij ons in Holland zoo vlug
niet'. Behalve dan Jhr. De Gesr, die had
zijn kabinet al in elkaar nog vóói4 we
wisten, dat hij er een vormen zou.
Daar kan Briand nog een lesje bij
nemen.
Woensdag heeft de nieuwe premier
zijn regeeringsverklaring voorgelezen,
die weinig nieuws bevatte. Men kan
niet zeggen, dat Jhr. De Geer een an
deren koers inslaat dan zijn voorgan
ger.
Verwonderlijk is, dat het votum van
11 November met betrekking tot het
gezantschap bij het Vaticaan niet
W^fdt aanvaard, en dat nog wel door
een premier die een voorman is van
een der partijen die door dit votum
bet vorige kabinet ten val brachten.
Hoe is dit met elkaar te rijmen? Be
staat dan het eenheidsfront van Mos
kou tot Ierseke, waarover van „protes-
tantsche" zijde zoo gejuicht werd. niet
meer? Eén lichtpunt is er in deze re
geeringsverklaring: het kabinet be
schouwt den tijd dat het regeeren zal
als een kort intermezzo". Laat ons ho
pen, dat spoedig de drie partijen die
toch door beginselen en program bij
elkaar behooren elkaar weer vinden en
Weer een krachtige parlementaire
Christelijke regeering mogelijk is.
iXJit het grijs verleden.
HET JOODSCHE PAASCHFEEST.
Het Paaschfeest der Israëlieten was
oorspronkelijk een natuurfeest zooals
dat door de meeste volken in den len
tetijd, wanneer voor hen het nieuwe
jaar- begint, gevierd wordt. De betee-
Leidsche Penkrassen.
Amice,
De Leidsche Christelijke Besturen
bond viert dezer dagen zijn 15en ver
jaardag. Ik weet niet of de viering
precies op den verjaardag plaats heeft,
maar in elk geval zal het er wel niet
zoo heel ver van af wezen, waarom ik
deze gelegenheid wil aangrijpen om
(«lezen Bond mijne hartelijke geluk-
wenschen aan te bieden en de hoop
uit te spreken, dat hij nog lang moge
bestaan niet alléén, maar dat bij ook
11 og vele jaren op dezelfde principi.-
eele wijze als tot nu toe het geval was
mede leiding mag geven aan de Chris
telijke vakorganisaties hier ter plaat
se en de belangen van de aangesloten
leden behartigen.
Wat kan er in betrekkelijk korten
tijd toch veel veranderen in het leven.
tk herinner me nog heel goed hoe
b.v. op de Bouds7ei;gacleringen van
„t atrimonium" gehandeld werd over
de vraag of christelijke vakorganisa
ties eigenlijk wei gewenscht war^n.
llerlei bezwaren werden in die dagen
aangevoerd. Men vreesde, dat op die
manier aan „Patrimonium" het gras
voor de voeten zou worden wegge
maaid en als er Vakorganisaties kwa
men, zoo werd geoordeeld, dan behoor
den ze in elk geval van ..Patrimonium'
uit te gaan.
Daar is echter niets van gekomen en
dat is naar 't mij voorkomt maar goed
gweest ook. Want al was dat in 't be
gin niet heelemaal duidelijk, 't was
aanvankelijk een tasten en zoeken, la
ter is 't wel duidelijk géwordén dat
deze organisaties een sterk uitloopcn-
de taak hebben. En nu denkt niemand
er meer aan het bestaansrecht van
onze Christelijke vakorganisaties te
gaan betwisten.
•Onze Christelijke vakbeweging is
kenis daarvan is de Godheid te sinec-
ken om een zegen over het ingetreden
arbeidsjaar en afwending van natio
nale rampen.
Het is niet onmogelijk, dat een der
gelijk feest bedoeld is in Ex. 5 3, waar
Mozes en Aaron aan Farao verlof vra
gen het volk te laten henentrekken
den weg van drie dagen in de woestijn,
opdat het den Heere zijnen God offere,
„dat Hij ons niet overkome met pesti
lentie of met het zwaard".
Dit lentefeest werd gevierd in de
maand Ahib, die ongeveer 'overeen
komt met hij ons half Maart tot half
April en welke naam „arenmaanö" be-
teckent. Het was het feest van den
gersteoogst; de gerst was het eerst
rijp van alle granen.
Ook de Joodsche geschiedschrijver
Flavius Jozefus brengt het Paasch
feest met den oogst in verband. In zijn
Joodsche Oudheden" lezen wij, dat
men op den 16den van de eerste
maand, den tweeden dag der onge
zuurde hrooden, beginnen moet van de
nieuwe granen ,die nog niet aange
roerd zijn, te eteh. En aangezien het
billijk is, zoo gaat hij voort, Gbde zijn
erkentelijkheid te betuigen voor de
weldaden die men van Hem ontvangt,
zoo offert men Hem de eerstelingen
van de gerst op deze wijze: Men droogt
een schoof met aren bij het vuur en
slaat er het graan uit. Is dat gezui
verd, dan offert men er een gomer
van; een handvol daarvan laat men
op liet altaar blijven, het overige is
voor de priesters. Alsdan staat het
aan het volk vrij, den oogst te begin
nen. Ten tijde der eerstelingen offert
men Gode een lam ten brandoffer.
Naast die oorspronkelijke kwam de
latere, historische beteekenis van het
Paaschfeest als den gedenkdag van de
verlossing uit Egypte.
Dit dubbel karakter heeft het Faasch
feest steeds behouden. Als oogsfeest
droeg het den naam Massótlifeest, d.
w.z. feest der ongezuurde brooden en
als feest ter herinnering aan den uit
tocht uit Egypte heette het Pesach- of
Paaschfeest. Het laatste werd in den
familiekring gevierd (gelijk thans nog
bij de Joden de Seideravond het hoog
tepunt is van het familieleven;, het
eerste was een van de drie hoogtijden
van het nationale leven: feest der on
gezuurde brooden, feest der Weken
en feest der Loofhutten.
De instelling van het Pascha wordt
ons beschreven in Ex. 12; ook de naam
van dit feest wordt daar verklaard.
De Israëlieten moeten de beide
deurposten en den bovendorpel hun
ner huizen besprenkelen met het bloed
van het geslachte lam. Wanneer de
Heere dan door Egypte trekt om het
te slaan, en Hij het olo.ed ziet, zal hij
hun voorbijgaan en geen plaag zal on
der hen ten verderve zijn.
Naar dit voorbijgaan des Heeren
kreeg dit feest den naam Pesach (d.w.
z. voorbijgang, verschoonend voorbij
gaan). De Septuagint maakte daarvan
„Pascha", welk woord ook m onze Bij
belvertaling is overgegaan.
Men zal wellicht vragen, of het wel
noodig was, dat de Israëlieten door
de besprenging met bloei hun huizen
onderscheidden van die der Egyptena-
len, zij woonden immers afgezonderd
van de laatsten in het land Gosen?
Doch toen de Israëlieten om den
geijkten term te gebruiken uitbra
ken in menigte, was het land Gosen al
spcedig voor hen te- klein en kwamen
zij gedeeltelijk ook midden onder de
Egyptenaren te wonen. Dit blijkt b.v.
ook uit Ex. 2; de ouders van Mozes
wonen dicht in de nabijheid van de
plaats, waar de Egyptische prinses
zich waschte in de rivier, en wanaeer
Mozes het paleis verlaat, is hij al heel
spoedig in de nabijheid zijner broeders
de Hebreën.
De verlossing uit Egypte staat aan
betrekkelijk spoedig tot bloei geko
men en „Patrimonium", tot op zekere
hoogte de- moeder-organisatie, is er
niet slechter op geworden.
't Spreekt vanzelf, dat een plaats
als Leiden met zijn vele bedrijven en
beroepen tal van vakorganisaties
beeft. Deze organisaties staan geheel
zelfstandig naast elkaar en dat moet
ook wel omdat' de toestanden in de
verschillende bedrijven vaak sterk uit-
eenloopen en omdat het anders prac-
tisch vrijwel onmogelijk zou zijn iets
tot stand te brengen. Stel b.v. dat de
bakkers een actie willen voeren voor
loonsverhooging of wat dan ook en
dat de patroons daarvan met, laat ik
maar zeggen bouwvakarbeiders zou
den moeten onderhandelen. Dat gaat
natuurlijk niet. Daarom zijn verschil
lende organisaties noodig.
Maar de ervaring heeft ook geleerd,
dat er allerlei gemeenschappelijke be
langen zijn, die niet alleen evengoed
maao zelfs veel beter, gemeenschap
pelijk behandeld kunnen worden.
Door samen te werken kan niet al
leen veel gemakkelijker en goedkoo-
per worden gewerkt, maar men is ook
in staat veel meer invloed uit tc oefe
nen dan wanneer ieder op eigen gele
genheid opereert, 't Spreekt toch wel
vanzelf, dat b.v. een adres voel meer
beteekent wanneer het namens een
organisatie, clie 20C0 leden vertegen
woordigd, verzonden is, dan wanneer
het slechts de gedachte van een 50
personen weergeeft.
En zoo heeft men de besturen van de
verschillende vakvereenigingen weer
in een afzonderlijke organisatie onder
gebracht, den Besturenbond, wiens
taak het is de gemeenschappelijke be
langen van de verschillende organisa
ties te behartigen.
Ook Leiden heeft zijn Christel ijken
Besturenbond en uit wat onlangs ai;
het begin van Israels volksbestaan;
ook de wel der Tien geboden de grond
wet zoowel voor de kerk des Ouden
als des Nieuwen Verbonds, vangt aan
met de, herinnering aan dit feit.
Geen wonder daarom dat telken ja-
re het Paaschfeest werd gevierd als
de herdenking van het verbond, door
Jahweh met de vaderen gemaakt.
Gelijk de Doop in de plaats der be
snijdenis is gekomen, zoo het Avond
maal in de plaats van den Paasch-
maaltijd.
Christus is het ware Paaschlam; ook
ons pascha is voor ons geslacht, na
melijk Christus, zegt Paulus (1 Cor.
5:7.
Vondel, in zijn „Altaargeheimenis
sen" laat zien „hoe 't Paaschlam net
op t Heilig Kruislam sloeg":
Het voorbeeld liep ten eind, na 't lange
toeven,
Toen 't levend Lam zich liet van zielen
proeven,
Na 't offeren en heiligen, aan Gods
disch.
't Waarachtig Lam, gehoorzaam aan
den eisch
Der Wet en God, gaf zijn geheiligd
Vleisch
Den Twaal'ven tot een levend offer
eten,
Zoo ras 't gebruik des paascülams was
versleten.
Hij hechtte 1t 'nieuw aan t overoud
gebruik,
Opdat bet een voor 't ander wijkc en
duik!
SCHAAKRUBRIEK
Redacteur: J. VERSTOEB Jzn. Fred.
Hendrikstraat 37, Delft.
Zelfmats.
Dit woord. een letterlijke verta
ling van het Duitsche „Selbstma't"
geeft vrijwel aan, wat we onder zelf-
mat hebben te verstaan. Een zelfmat
is een probleem, welks oplossing hier
in bestaat da't, door het spel der witte
stukken, zwart gedrongen wordt, den
witten K. mat te zetten. Zelfmats heb
ben nooit zooveel beoefenaars en ver
eerders gevonden als de z.g. directe
problemen, waarin Wit den zwarten
K. mat zét.
Hieronder zullen 2 zelfmats in twee
zetten worden besproken en toegelicht.
Men moet hij de oplossing van zelf
mats niet angstvallig hechten aan de
regels, die gelden voor de opl. van
directe problemen. In een „zelfmat"
geschiedt menigmaal de sleutelzet met
een stuk, dat door Zwart kan genomen
worden en ook wel eens een enkele
keer op den len zet schaak gegeven
aan den zw. Koning. Wél geldt, ook
voor zelfmats, deze regel, dat er maar
één sleutelzet mag zijn, die leidt tot
het beoogde doel.
Zelfmat Probleem no 6.
van A. Ursic.
Oplossing:
1 Dal, Lb7: 2 Th7, Lc6:f
1 Ld7: 2 Thlf, Lc6:f
Nu heeft Wit zoo gespeeld, dat na
het jaarverslag van deze organisatie
werd medegedeeld is wel duidelijk ge
bleken van hoe groote beteek3iiis zij
is voor de Christelijke arbeiders in het
algemeen en voor de organisaties, die
daarbij zijn aangesloten in 't bijzonder.
En nu zal a.s. Maandag het 15-jarig
bestaan van dezen Bond feestelijk wor
den gevierd. Een mooi programma is
opgemaakt en zoo zal men dan nu en
kele oogenblikken bijeenkomen om te
gedenken en te danken om dan straks
weer met nieuwen moed en friaoche
kracht bet dagelijksch werk voort te
zetten.
Ik zou gaarne als dat noodig was
de lezers van ons blad willen opwek
ken deze vergadering bij te wonen,
maar naar ik hoorde is dit niet alleen
overbodig maar zelfs ongewenscht,
daar alle beschikbare kaarten al zijn
uitverkocht. Het staat dus nu reeds
vast amice, dat er a.s. Maandag geen
plaatsje onbezet zal blijven.
Wel een bewijs, dat er belangstelling
is voos deze zaak, een belangstelling
waarin ik mij van harte verbeug,
maar die toch ook een ietwat hitter
bijsmaakje heeft.
De zaak is n.l. deze dat onze Bestu
renbond zich in een zeer actief be
stuur mag verheugen dat geen mid
del onbeproefd laat om de Christelij
ke vakbeweging te versterken. Maar
zooals 't zoo vaak gaat, het beeft daar
bij veel te weinig den steun van de le
den. Als er gewerkt moet worden
en er is ook hier nog zoo heel veel te
doen op dat gebied, dan zijn er slechts
betrekkelijk weinigen die zich «laar-
voor geven. Met het gevolg natuurlijk
dai de resultaten meestal ook niet aan
de verwachtingen beantwoorden, dat
zoo heel veel ongedaan blijft ea dat de
z g. „moderne" maar in werkelijkheid
socialistische vakbeweging bloeit ten
ui%en koste.
den 2en zet van Zwart, de witte ko
ning mat staat.
Natuurlijk had Wit de matzetting
kunnen, beletten, maar Wit wil nu een
maal op den 2en zet van Zwart, mat
staan, en kiest derhalve zijn zetten
zoodanig, dat Wit togen de matvoe
ring niets kan doen. Bovenstaand
zelfmat is een zeer eenvoudig voor
beeld, geknipt voor oningewijden, om
het karakter van een zelfmat goed
te begrijpen. Waarom verlaat de W.
Dame de a-lijn niet? 't Antwoord ligt
voor de hand: om den zw. L. op a7
vast te houden. Waarom speelt Wit
juist als' sleu'telzet Dal, en waarom is
een ander veld van de a-lijn onge
schikt? De opl. geeft het antwoord.
Had Wit gespeeld 1 Da3 b.v. dan zou
Lc6:f den W. Koning niet mat geven
wegens Df3. De W. Dame moet dus op
een veld geplaatst worden, vanwaar
zij niet kan verzet worden op een veld
van de diagonaal a8hl, derhalve op
al. 't Wordt nu ook klaar, waarom na
1Lb7: de overblijvende toren juist
naar h7 moet, doch niet op een ander
veld kan staan.
Zelfma't-Probleem no. 7.
van W. A. Shinkman.
abcdefgh
Oplossing:
1 DdG, Ke3, 2 Tb3f, Lb3:f
2...., Kc3, 2 Tf3+, Lf3:+
Bovenstaand probleem is eveneens
zeer eenvoudig. De sleutelzet dient om
de beide torens te dekken, zoodat Zw.
als wit den 2en zet m. één der torens
schaak biedt aan den zw. K. deze geen
anderen zet beeft, dan het nemen van
den schaakgevenden toren, door welk
nemen tevens de W. K. wordt mat ge
zet. Als Wit b.v. als sleutelzet had ge
speeld lDd8, dan zou de zw. K. na
Tb3f den toren op f4 kunnen nemen on
zou dus Zwart niet genoodzaakt
zijn om te spelen 2 Lb3f Juist nu blijkt
helder, wat het karakter van een zelf
mat is. Zwart wordt bepaald gedwon
gen tot het matzetten van den W. K.
wijl natuurlijk het schaakgevende wit
te stuk moet genomen worden door
Zw. om eigen matstelling te pareeren.
Hier volgen 3 zelfmats in 2 zetten,
die we onzen lezers ter oplossing aan
bieden.
No. 3: (zelfmat van H. Rohr):
Wit: Kc3, Del, Ld5 en pi e3,
Zwart: Ka3, Tb2 en g4. Lal, pi a4,
a5 en e4.
no 9: (zelfmat van K. Milica).
Wit: Kh4, De7, Th3 en h5, Pg8 en pi d3
Zwart: Kf4, Th8, pi h7.
no. 10: (zelfmat v. W. A. Shinkman).
Wit: Kb3, Dg5, Tfl, Lh6, Pel, pi a2
en b2.
Zwart: Kdl, Lel en h7, pi b4, b5, b6,
f2 en gC.
Oplossing probleem no. 4 (tweezet):
1 Dd4. De sleutelzet is meer verras-
send dan mooi. 'tGaat hier om vier
torenzetten.
1...., Lb2; 2 Tc6f
1Kb2; 2 Tb5f
1...., Lc3; 2 Ta5f
1...., Pbd5f; 2 Tc7f.
Jammer, dat na 1Ta4: niet tot
2 Tc4+ gedwongen kan worden.
Oplossing probleem no. 6: (driezet):
1 Th4, Pf8: 2 Te4, c3, 3 Da8f of
De4:f of Db5f.
1Pf6, 2 Td4f, Ke5 of cb, 3 f4_t
of Dh5f.
1Keo, 2 Th5f, enz.
1...., Pfo, 2 Lfff, enz.
De inleidende torenzet is tamelijk
verborgen. De dame-kracht wordt in
dit probleem schitterend gedemon
streerd.
STATEN-GENERAAL.
TWEEDE KAMER.
De Regeeringsverklaring.
Vergadering van gisteren.
Aan de orde is de discussie over de
regeeringsverklaring. Do heer A1 -
b a r d a (S.-D.) ziet in het optreden van
dit kabinet geen verbetering der moei
lijke omstandigheden van ons parle
mentaire stelsel. Alleen nieuwe ver
kiezingen hadden zuivering kunnen
brengen. De Soc. Dem.-franie ziet in
hec gezantschap bij 'len Paus geen
overwegend beiang, dccF wi er wel
toe medewerken. Een vergelijking var-
het program dezer regcering met dat
van het kabinet-Colijn valt uit ten
voordeele van het eerstgenoemde, hoe
wei spr. er ook veel op mist.
De heer Heemskerk (A.-R.) be
gint met een eere-saluut aan het af
getreden kabinet, dat hét financieel
evenwicht herstelde. De strijd tegen
dat kabinet was een strijd tegen den
persoon van den leider. Nu is de sa-
rmnverking verbroken en pogingen
ora een andere samenwerking te for-
cee: cd zijn mislukt. Een extra-parle
mentair kabinet werd noodig en spr.
begroet dit kabinet raet waardeering,
maar tot zijn leedwezen heeft hij een
era; tig woord van critied te doen hoo-
ren en groote reserve dient te worden
in acht genomen, want aan 't kabinet
kleeft een vitium orginis in den
persoon v&n den formateur, of liever
in zijn positie, want hij heeft als voor
aanstaand leider zijner partij de for
matie van een extra-parlementair ka
binet op zich genomen.
Spr. herinnert er aan, dat men in
dertijd aangedrongen heeft op een ka-i
binet-D e Geer. Het kabinet-C o 1 ij n
kwam. Men bracht het ten val, en ziet,
het kabinet-D e G e e r kwam. De heer
De Geer is afgetreden als minister van
financiën en de heer Colijn nam de
portefeuille over om de financiën in
evenwicht te brengen. Thans neemt
de heer De Geer de portefeuille weer
over. Zal de geschiedschrijver dit
rechtvaardig oordeelen?
De crisis nagaande, merkt spr. op,
dat de poging van den heer Merchant
mislukt is. De R.-K. Staatspartij heeft
een optreden met de vrijzinnig-demo
craten en de sociaal-democraten afge
wezen. Na dit mislukken is gekomen
de poging van Dr. De Visser, die be
gon uit eigen beweging een compro
mis tusschen de partijen van rechts
tot stand te brengen aangaaDde het
gezantschap. In de mérites daarvan
treedt spr. thans niet. Dr. De Visser
heeft een conferentie uitgelokt tus
schen twee leden van ieder der coali
tie-partijen en daarbij is gebleken, dat
de katholieken zich hun oordeel wil
den voorbehouden, doch dat een deei
der chr-historischen, waartoe de heer
Snoeck Henkemans behoort, het com
promis niet wilde. Onmiddellijk daar
na is den heer De Visser opdracht ge
geven tot vorming van een extra-par
lementair kabinet. Daarna heeft hij
getracht een kabinet te formeeren,
waarbij hij gezocht heeft naar een her
stel van het kabinet-Coliju met mede
werking van den heer De Geer.
Die poging is mislukt, omdat de
Chr.historischen daartoe niet wilden
medewerken.
Daarna beeft dr. De Vfs^r moeten
vezoeken om ontheven te werden van
de opdracht, waarop mr. Llmfcug is
opgetreden. Op Vrijdag 26 Februari
was hij gereed en tevens was op dien
O, als eens alle aangesloten leden
profeten waren. Als ze er eens alle
maal op uit gingen om propaganda te
maken voor hunne beginselen en al-'
len die Christelijk georganiseerd be
hooren te zijn ook' in een Christelijke
organisatie onder te brengen. Wat zou
er dan ontzaglijk veel gedaan kunnen
worden en wat zou dan de moderne
vakbeweging sidderen.
Maar ze siddert niet. Integendeel ze
gaat rustig haar gang en zet overal
hare netten uit, om met name onze
jonge menschen te vangen.
En daarom amice, ik vmd het heel
mooi dat de groote Gehoorzaal geheel
uitverkocht is en dat er voor deze
feestviering zooveel belangstelling be
staat, maar ik zou het nog veel mooier
vinden indien van die belangstelling
ook in het gewone leven wat meer ge
zien werd.
Intusschen de mogelijkheid bestaat
dat het a.s. Maandag gelukt de belang
stelling te verlevendigen en de nu
slappe en weinig werkzame leden tot
grooter activiteit te prikken. Van harte
hoop ik dat dit het geval mag zijn. Bij
de vele wenschen die de Besturenbond
op oezen vierdag allicht zal ontvan
gen voeg ik gaarne de mijne en ik
spreek de hoop uit dat hij onder de
ki'öchtige en principieel o leiding van
ucn heer Grotenhuis nog veel mag
doen in 't beiang van onze Christelijke
arbeiaers en in t belang tevens van
heei ons maatschappelijk leven.
Ge herinnert u misschien amice,
dat ik onlangs een briefje kreeg van
eon belangstellend lezer, die de aan
dacht vestigde op het plantsoentje bij
liet tramhuisje in de Korevaarstraat en
.'ie het maken van een hooger hek aan
bevelenswaardig achtte.
Ik schreef toen daarvoor weinig te
gevoelen maar ik wil eerlijk bekennen
dat ik sinds tot andere gedachte hen
gekomen. Dezer dagen zag ik toeval
lig hoe bedoeld plantsoentje door een
-root aantal jongens tot speelplaats
rd gebruikt en het viel me op licc.
verwaarloosd alles er begint uit te
zien. 't Was op dat oogenblik althans
een bergplaats voor allerlei rommel
en de kans iijkt me niet gering dat er
over een poosje van dat aardige plek*
je niets anders dan een onsmakelijk
ontsierde plek is overgebleven
Een ietwat verhoogd hekje zou hier
allicht afdoende verbetering geven en
ik ben dan ook zoo vrij hierop de
aandacht aan de bevoegde autoritei
ten te vestigen.
En dan is er nog iets wat dunkf me
gebeuren moet. Onlangs hebben we
kunnen lezen van de wonderen die bij
de firma Gerzon werden verricht waar
de gevci door zandspuiting een geheel
nieuw aanzien kreeg.
Zou het nu niet mogelijk zijn, het in
1924 opgerichte standbeeld ter eere
van de mannen die bij het ontzet van
Leiden een groote rol speelden, ook
op een dergelijke manier te bewerken?
t Ding is naar mijn opvatting althans
al leelijk genoeg; men behoeft t heusch
niet erger te maken dan het al is. Als
we onze groote mannen willen eeren
dan moeten we ze niet langer in een
dergelijk verwaarloosd groen pakje
ten toon stellen.
Een flinke schoonmaak en wat meer
zorg voor genoemd plantsoentje lijkt
me temeer noodig, omdat het een
straat in wording is, die op den duur
gezien zal mogen worden.
Ge hebt zeker wel gelezen, dat nu
ook de verbreeding van het laatste
of wilt ge het eerste gedeelte van
den Rijnsbui^erweg is aanbesteed.
Dat belooft een prachtverbetering te
worden.
Werkelijk Leiden gaat vooruit 1
YERITAS.