Schoonmaak
NIEUWE LEIDSCHE
COURANT VAN ZATERDAG
27 FEBRUARI 1926
Aan het einde der Week
Wanneer wij overeenkomstig onze
gewoonte op dezen Zaterdag een blik
terug werpen op de afgeloopen week,
denken wij allereerst aan het verlies
tiat Nederland geleden heeft in het
overlijden van een zijner grootste man
nen op wetenschappelijk gebied. Prof.
Kamerlingh Onnes. Hij was een man
van groote verdiensten op het terrein
der natuurkunde; hij heeft^ontdekkin-
gen gedaan, waarvan de draagwijdte
door ons leeken ,wel niet geheel be
grepen wordt, doch welker beteekenis
ook practische beteekenis, er daarom
niet te minder om wordt. Evenals zijn
evenknie Prof. Lorentz was hijeen
man van Europeesche vermaardheid,
die zijn nationaliteit in den vreemde
eer aandeed.
Nog een ander groot man is van ons
weggenomen en werd in de afgeloopen
week ter aarde besteld, de bekende
em. predikant van Den Haag Ds. Js.
van der Linden. Hij was groot in an
deren zin dan wijlen Prof. Kamerlingh
Onnes; ja zonder in waardeering te
kort te schieten voor de wetenschap,
üie een gave is van Gods algemeene
genade, mogen we wel zeggen: inhoo-
geren zin. Hij heeft veel en lang ge
arbeid in het koninkrijk Gods, en zijn
persoonlijkheid heeft een stempel ge
drukt op de kerken, die hij gediend
heeft.
Het is een opmerkelijk' verschijnsel,
naar 'tons voorkomt, in 'tbijzonder
aan onzen tijd eigen, dat zoovele man
nen die in meer dan een opzicht lei
ding geven aan ons volk, van ons heen
gingen. En toch kunnen wij ze thans
i'minder dan ooit missen, onze groote
mannen.
Vele zijn nog de moeilijkheden, .zoo
wel nationaal als internationaal. Om
(bij ons eigen land te beginnen, nog
steeds zijn wij nog niet uit de impasse,
waarin het Kamervotum op den ge
denk waar digen 11 den November ons
land gebracht heeft. Na de wekenlan
ge pogingen van Dr. de Visser is thans
'Mr. Limburg al weer meer dan een
maand bezig geweest een kabinet te
vormen, zonder resultaat.
«Weinig dringt er van de door liern ge
voerde besprekingen tot de buitenwe
reld door, doch het groote struikelblok
schijnt nog steeds het gezantschap bij
'het Vaticaan geweest te zijn.
De S.D.A.P. heeft nu de „massa" op
geroepen „vóór Kamerontbinding" te
demonstreeren. Niet omdat op deze
wijze de crisis tot een oplossing ge
bracht zou kunnen worden, misschien
zelfs niet eens om Kamerontbinding
te krijgen, want 't zou wel eens kunnen
.zijn, dat zij daar weinig pleizier van
beleefde. Maar "t demonstreeren op
zichzelf is al iets, waaruit wellicht po
litieke munt te slaan is.
Buiten onze grenzen is 'tin dit op
zicht al niet veel beter; overal zit men
midden in wat Charles Benoist ge
noemd heeft de crisis van het parle
mentarisme.
Vooral in frankrijk. De Fransche
Kamer heeft de regeering-Briand de
middelen onthouden om de valuta te
saneeren; nu is het vertrouwen op den
Senaat gevestigd. Doch al zou deze de
door de Kamer verworpen voorstellen
aannemen, dan moeten deze toch weer
naar de Kamer terug. Zal er nu aan
dezen maandenlangen lijdensweg met
de financieele voor stellen een einde
komen? Het is' zeer de vraag, want de
socialisten zijn voornemens tegenover
h<et regeeringsvoorstel het hunne te
stellen en dan zal men weer naar een
Compromis gaan zoeken
In België is men beter geslaagd; de
stabilisatie van den Belgischen franc
schijnt hu wel verzekerd, en de regee
ring verwacht ook geen economische
crisis.
Groot zijn ook nog, ondanks de ver-
Lfcidsche Peukrassen.
Amice,
Ik hoorde onlangs de opmerking ma
ken, dat er van onze Kiesvereeniging
betrekkelijk weinig actie uitgaat den
taatsten tijd. Er wordt weinig verga
derd en verder wordt er toch ook wei
nig gedaan tot versterking van onze
organisatie en de verbreiding van on
ze beginselen. Welk een verschil, zoo
■werd er opgemerkt, b.v. met de S.D.
A.P. welker afdeeling geregeld verga
dert en waar men onafgebroken in de
weer is om nieuwe leden te werven,
propagandalectuur te verspreiden en
de menscben op hunne wijze voor te
lichten.
De juistheid van deze opmerkingen
kan en wil ik niet geheel ontkennen.
Er is inderdaad een zekere slapheid
in onze kringen, die zich mede open
baart in het weinig vergaderen en het
voeren van weinig actie, en al kan ik
dat niet precies controleeren, want de
ervaring heeft me geleerd om met de
/overwinningsbulletins van de S.D.A.P.
'een weinig voorzichtig te Zijn, ik wil
toch wel aannemen, dat het in het
roode kamp in dit opzicht beter is ge
steld dan bij ons.
Toch vraag ik mij af, amice, of het
billijk is en verstandig, bet bestuur
daar een verwijt van te maken. Als ik
terugdenk aan de vergaderingen, die
den vorigen winter gehouden zijn en
hoe slecht die bezocht waren, dan kan
ik me best begrijpen, dat met bet uit
schrijven van vergaderingen eenïge
voorzichtigheid wordt betracht, te
meer omdat de vergadering, die on
langs gehouden werd, ook al niet door
een druk bezoek uitmuntte. We heb
ben toen met den beer H. de Wilde een
mooien avond gehad, daar niet van,
maar de opkomst was toch eigenlijk
bedroevend. En met de propaganda-
iïlub gaat bet al niet veel beter. Be is
dragen en den geest van Locarno de
internationale moeilijkheden. De groo
te kwestie, waar het thans om gaat.
is de al dan niet uitbreiding van het
aantal vaste zetels in den Volkenbond»
raad ten gevolge van Dutschlands toe
treding tot den Bond. Er zal heel wat
staatsmanswijsheid noodig zijn om in
dezen alle klippen te ontzeilen en een
oplossing te vinden, die alle mogend
heden bevredigt.
Uit het grijs verleden.
DE ROMEINSCHE BESCHAVING.
Overal waar de Romeinen heersch-
ten over een bevolking, welker cul
tuur lager stond dan de hunne, werd
de oorspronkelijke beschaving \;er-
drongen. Dit was ook het geval in
Gallië met den volksstam de Pavisii
in de omgeving van Lute tja.
De sporen van die Romeinsche over-
heersching zijn al dadelijk zichtbaar
in de ruines der beide bouwwerken die
te Parijs opgegraven zijn: de Ther
men (een luxueuse publieke badin
richting) en de Arena.
Deze beide monumenten zijn opge
trokken in steen; voor het laatste
dienden groote steenblokken, liet eer
ste is gebouwd van kleinere steenen,
en cie steenen zijn samengevoegd door
cement. Op deze wijze ontstonden
bouwwerken, die den tand des tijds
konden trotseer en; zij waren zooals
de Romeinen zeiven het uitdrukten
bestemd voor de eeuwigheid.
Dit was een groote stap vooruit in
den ontwikkelingsgang der architec
tuur.
Want oorspronkelijk bestond Lute-
tia, naar GalJischen trant, slechts uic
wat bouten huisjes, eenvoudig van
bouw en weinig duurzaam. Doch dank
zij de Romeinsche overheersching
kreeg ook hier de bouwwijze ingang,
die reeds eeuwen te voren in de lan
den rondom de oude Wereldzee wou
deren van Architectuur in het aanzijn
bad geroepen.
En in onzen tijd zijn wij nog altijd
niet boven die bouwkuns t in steen uit.
Nog immer bouwen we onze kerken en
overheidsgebouwen, ja al onze buizen
voorzoover het geen noodwoningen
zijn van steen.
Hoe zouden we ons een wereldstad
als Parijs kunnen voorstellen zonder
steenen gebouwen?
In dien tijd werd alzoo de eerste
schrede gezet op den weg, die leidt
naar onze moderne steden. Toen werd
de grondslag gelegd voor bet huidige
Parijs.
Nog om een andere reden- dan om
de steenen waaruit zij opgetrokken
zijn, zijn de ruines uit den Romein-
schen tijd belangwekkend en wél om
de plaats, waar zij zich bevinden.
Zoowel de Thermen als de Arena
liggen aan den linkeroever van de
Seine, alzoo niet op het eilandje in de
rivier, l'ile de la Cité, 4at de wieg van
Parijs genoemd wordt.
Dit wijst op een aanmerkelijke uit
breiding van Lutetia want deze bouw
werken veronderstellen al een bevol
king van beteekenis. De stad was
reeds op weg, hoofdstad te worden.
In die zucht naar expansie trok de
rechteroever niet zoo erg aan omdat
het daar te moerassig was. Later,
toen de bevolking zich nog meer had
uitgebreid, moest naar middelen om
gezien worden om ook dien grond be
woonbaar te maken, doch thans was
dit nog niet noodig.
Men vond immers aan den linker
oever nog goeden, bewoonbaren grond
genoeg, vasten grond waarop gebouwd
kon worden. Dit was op den heuvel,
die later genoemd werd de Montagne
Sainte-Geneviève (de berg van de heili
ge Genoveva.
Hier ontstond een rijke stadswijk;
daar een klein greepje, dat den moed
er in houdt en dat ondanks alle te
leurstellingen rustig doorwerkt, maar
er is zoo weinig meeleven, dat het
waarlijk niet te verwonderen zou zijn
indien ze den moed opgaven en den
arbeid staakten.
Misschien echter, dat er nu eenige
verbetering komt. Zooals ge weet,
hoopt a.s. Maandag voor de Antirevo
lutionaire Kiesvereeniging op te tre
den de heer J. J. C. van Dijk, oud-mi
nister van Oorlog en lid van de Twee
de Kamer. De heer van Dijk is een
uitstékend redenaar, die altijd zijn
gehoor weet te boeien en daarenboven
'iemand die wat te zeggen heeft. Hij
is volkomen op de hoogte met de prac
tische vraagstukken van dezen tijd en
daarbij verstaat hij uitnemend de
kunst om onze beginselen, die de lief
de hebben van zijn hart, met warmte
en bezieling te verdedigen.
En nu hoop ik van harte amice, dat
de opkomst Maandagavond zoo zal
zijn, dat bet bestuur daarin een aan
sporing vindt om weer krachtig aan
het werk te gaan en met bezieling zijn
taak te vervullen. Laat daarom ieder,
die maai* eenigszins kan, zorgen Maan
dagavond in de „Graanbeurs" aanwe
zig te zijn, niet alleen, maar laat men
ook, een ieder in eigen omgeving, an
deren opwekken den heer van Dijk te
gaan hooren. 't Spreekt wel vanzelf,
dat ocV. onze vrouiwen meegaan.
De vraag ho^ de tegenwoordige cri
sis zal worden opgelost en hoe het in
de toekomst op politiek gebied zal
gaan, kan ook voor onze vrouwen niet
onverschillig zijn. Daarom is het ge-
wenscht, dat de vrouwen ditmaal eens
niet thuisblijven, maar dat ze meehel
pen de „Graanbeurs" te vullen en de
vergadering wel te doen slagen.
'tls uit alles duidelijk, dat, hoewel
deze crisis feitelijk geheel buiten ons
.omgaat, de Antirevolutionaire partij
ook kwamen hier de publieke gebou
wen te staan, ten nutte of tot ver
maak der geheele bevolking.
Van slechts twee daarvan zijn de
ruines nog over, doch er zijn natuur
lijk veel meer bouwwerken dan die en
kele geweest. Zoo hebben de geleerden
nog de sporen teruggevonden van ecu
theater, waar tooneelstukken opge
voerd werden, van een tweede paleis
der thermen, van tal van weelderige
villa's, versierd met rijk schilderwerk
en fraaie standbeelden.
Hieruit blijkt wel, dat op de Mon
tagne Sainte-Geneviève de aristocra
tische wijk van het toenmalige Parijs
heeft gelegen.
Het nieuwe Parijs, onder invloed
der Romeinen ontstaan, kan zonder
overdrijving beschouwd worden als
een belangrijke stap in de richting
van het tegenwoordige, en behalve om
de genoemde redenen nog om iets an
ders.
Bij een moderne stad behooren re
gelmatige straten, alsmede een riolen-
stelsel en waterleiding. Ook het Pa
rijs van de Montagne Sainte-Geneviè
ve was we weten dit uit de nauw
keurige onderzoekingen der archaeo-
logen doorsneden met een net van
straten, sommige breed, andere wat
smaller, doch alle op zoo natuurlijke
wijze geprojecteerd, dat men er thans
nog profijt van heeft.
Zoo was, om slechts dit eene voor
beeld te noemen, de Rue Saint-Jacques
vóór den aanleg van den boulevard
Saint-Michel onder keizer Napoleon
III de meest volkrijke en drukste
straat van bet stadsgedeelte aan den
linker Seine-oever, en het plaveisel de
zer straat rust geheel op de funda
menten uit den Romeinscben tijd.
Twintig eeuwen lang heeft deze straat
alzoo reeds dienst gedaan.
Dit betreft nog maar het Parijs van
de oppervlakte, doch daaronder was,
evenals in onzen tijd, een geheel net
van riolen en waterleidingbuizen.
Vooral die waterleiding was van veel
beteekenis. De Romeinen hechtten er
steeds veel aan, veel, zuiver en frisch
water te hebben om te drinken en te
baden, en deze gewoonte namen de
Galliërs van de Romeinen over.
Wel had men de Seine, welker wa
ter destijds nog niet door fabrieken
was verontreinigd en dat, zooals de
Ouden zeiden, uitstekend geschikt was
om te drinken.
Maar hoe zou men dat water de hel
lingen van den berg op moeten krij
gen naar de landhuizen en de ther
men?
Toen ging men op de hoogvlakte
van Wissous zoeken naar bronnen, en
van daaruit weM een waterleiding
aangelegd die in de Rue Saint-Jacques
eindigde, en die onderweg de villa's
en de thermen van water voorzag.
Dank zij de zegenrijke overheer
sching der Romeinen werden alzoo
reeds twintig eeuwen geleden de
grondslagen gejegd voor he stad, die
in later tijd zou schitteren als een
koningin onder de hoofdsteden van
Europa.
UIT DE OMGEVING.
iiEIMUIDEN.,
Woensdagavond hield de afd. van
het Groene Kruis alhier haar gewone,
jaarvergadering.
Door het afwezig zijn met kennisge
ving van den voorzitter, Dr. Bouthoorn,
wordt de vergadering geopend door den
burgemeester.
Deze heette de weinige aanwezige
leden (nog geen 10 pet. was present)
hartelijk welkom, den wensch uitspre
kende, dat het een goieldie avond moge
zqn. Spr. schetste als afgevaardigde
naar de Zuid-Hollandsche vereeniging
het vorige jaar, in korte trekken het
feestelijk samenzijn aldaar; vooral de
toch 't meest bestreden wordt. Als ge
de „Banier" leest, dan is het alsof er
maar één vijand in het land is, n.l. de
Anti-revolutionaire partij. Kolom na
kolom wordt gevuld, niet om de revo
lutiebeginselen te bestrijden en de
macht van bet ongeloof te bekampen,
maar om de Antirevolutionaire partij
aan te vallen en in een hatelijk dag
licht te plaatsen. En als ge „Het Volk"
leest, dan treft u hetzelfde verschijn
sel. Van de Christelijk-Historischen
wordt schier neit gerept, de R. Katho
lieken worden nu eens aangehaald,
en dan weer bestreden, maar het gaat
altijd en onveranderlijk tegen de An
tirevolutionairen. Dat zijn in de oogen
van de Soc. Dem. de mannen, die het
politieke Israël beroerd hebben en die
daarom te vuur en te zwaard bestre
den moeten worden.
Nu vind ik dat ndoit een kwaad toe
ken. 'tZijn niet de slechtste appels,
waaraan de wespen knagen en bet
feit, dat men ons overal den voet
dwars zet en ons van alle kanten fel
bestrijdt wijst er op, dat we in den
strijd der beginselen toch nog wel iets
beteekenen en dat het nog wel de moei
te waard is te pogen onzen invloed te
breken.
Maar daarom temeer is het noodig,
'dat we wakker worden en dat we ons
scharen achter onze leiders, wier taak
in deze dagen van spanning ver van
gemakkelijk is. En ik herbaal daarom
mijn aansporing om Maandagavond in
de Graanbeurs niet te ontbreken, en
ieder in zijn of haar omgeving tot het
welslagen van deze vergadering mee
te werken,
Is er op politiek gebied in den laat-
sten tijd een weinig opgewekt leven,
wat ook bleek toen onlangs de beer
Snoeck Henkemans voor een heel
slecht bezette zaal optrad, op sociaal
gebied valt, naar het schijnt, eanige
vooruitgang te bespeuren.
film over wijkverpleging slaagde schit
terend en was zeer leerzaam.
Hij sprak den wensch uit, dat ook
phze Vereeniging spoedig eten wijkzuster
mag hebben.
De benoeming naar de algemeie'ne ver
gadering wordt weer aan "het bestuur
overgelaten.
Hierna krijgt de secretaris, de heter
A. v. Loon, gelegenheid de notulen te
lezen van de vorige ledenvergadering
welke onveranderd' werdten vastgesteld
en geteekend.
Het jaarverslag, op humoristische wij
ze voorgedragen, werd met applaus door
de vergadering ontvangen. Hieruit bleek
dat het bestuur hard had gewerkt.
Ook waren twee cursussen gehouden
een voor eerste hulp bij ongelukken
en een Moedercursus. Het ligt in de
bedoeling deze cursussen nog etens te
herhalen.
Na dit jaarverslag speekt de voor
zitter een warm woord van dank tot
(den secretaris, die al van de oprichting
af deze functie vervult.
Hierna was aan de orde de rekening
en verantwoording van den penning
meester, den heelr P. de Jeu. Uit het
verslag bleek dat de inkomsten waren
f 565,50, de uitgaven f 550,95, batig
saMo f 13,55.
Op de spaarbankboekjes staat een be
drag van f 2375,16 ingeschreven.
Door een commissie van drie perso
nen werd de rekening nagezien en in
lórde bevonden.
Den penningmeester werd dank ge
zegd voor zijn gehouden beheer.
De begrooting voor 1926 wordt in
inkomsten eh uitgaven geraamd op
f 403,55.
Uit het verslag van de commissie van
controle over het materiaal bleek, dat
er, veel1 materiaal aanwezig is, en alles
in den besten staat verkeert.
Alsnu komt aan de orde het verkie
zen van drie bestuursleden. De aftre
dende bestuursleden, de hesren P. de
Jeu, A. v. Loon en D. L. Hakker,
worden met- bijna algemeene stemmen
herkozen; zij nemen allen hun herbe
noeming aan, waarmede de voorzitter
hen hartelijk feliciteert.
Bij den secretaris is nog ingekomen
een schrijven om gteun yoor de armen
in veenstreken van Drente'.
De voorzitter zegt, dat bij het ge
meentebestuur ook een aanvrage voor
een collecte gekomen is, maai" lip is
bevreesd om die te houden, omdac er
pas gecollecteerd is voor den waters
nood.
De heer De Puiter zegt: hier moet
de regeering helpen; geld is er genoeg,
anders moesten de ministers maai* geen
f 1000 meer aanvaarden.
De burgemeester dient den heer De
Ruiter van Antwoord.
De heer Rietdpk dringt aan 0111 te
helpen dien grooten nood in Drente
te lenigen. Spoedige hulp is dubbel hel
pen.
Besloten wordt om te doen wat ge
vraagd wordt. Het bestuur zal maat
regelen daartoe treffen.
Bij de rondvraag komt de heer.Brus
met de vraag, of de maandblaadjes van
het Groene Kruis ad verschenen zijn.
De voorzitter antwoordt, dat zij tegen
den kostend en prijs verkrijgbaar zijn
do secretaris zai er om schrijven.
Niels meer ter tafel komende sluit
de voorzitter de vergadering.
RECHTZAKEN.
HAAGSCHE RECHTBANK.
De relletjes te Katwijk.
Voor den politierechter zijn gister
behandeld zaken tegen vijf ingezete
nen van Katwijk aan Zee, tegen
wie proces-verbaal is opgemaakt we
gens verzet tegen de politie aldaar op
12 December, toen één hunner wegens
dronkenschap werd gearresteerd. De
agent van- politie C. Jonker, die toen
in burgerkleeding was, werd geschopt,
Onze Christelijke Besturenbond, die
den geheelen winter een flinke actie
voerde, hield in de afgeloopen week
zijn jaarvergadering, die al heel goed
geslaagd mag heeten.
Wat mij daar trof, was de degelijke
principieele toon, die daar werd beluis
terd en de stevige leiding, die daar in
meer dan één opzicht werd. gegeven.
Het gaat met onze Christelijke vakbe
weging al precies als met andere soort
gelijke organisaties, aan tegenwerking
en miskenning ontbreekt het niet.
Voor de tegenwerking zorgen wel de
socialistische vakorganisaties die geen
middel onbeproefd laten om de Chris
telijke vakbeweging en hare leiders
verdacht te maken. Nu eens worden
ze voorgesteld als amechtige lieden,
'die toch nooit in staat zijn om iets ten
gunste van de arbeiders te verkrijgen
en dan weer worden ze uitgeteekend
als „verrajers van de arbeiders", als
„kapitalistenknechten" als „waakhon
den voor de brandkast" en weet ik wat
voor moois meer.
En daarbij komt dan nog, dat
waardeering, waarop men toch aan
spraak zou mogen maken van de zijde
van ben, die ook de Christelijke be
ginselen belijden vaak ontbreekt. Er is
nog zoo heel veel misverstand tenge
volge van onverstand en het is mij be
kend, dat er zijn oprechte Christenen,
die liever vandaag dan morgen de
Christelijke vakbeweging zagen ver
dwijnen, omdat ze daarvan voor de
komst van Gods Koninkrijk en de ver
heerlijking van Gods Naam niets
goeds verwachten.
Ik zou wenschen, amice, dat zulke
menschen eens een poosje het leven
van onze Christelijke vakorganisaties
mee" konden leven en dat ze vergade
ringen als er deze week een gehouden
werd en waarin zulk een besliste en
kloeke toon werd beluisterd, eens kon
den meemaken. Daar was geen praten
RECLAME.
-
geeft ipenige huisvrouw en dienstbode ruwe
en roode werkhanden. Deze worden weder
om spoedig gaaf, zacht en blank door Purol
getrapt en geslagen, en volgens de
dagvaarding beijverden anderen zich,
aan den geardesteerde te rukken en
te trekken om hem weer vrij te maken
Uit de menigte werd de politie met
steenen gegooid.
Terecht stonden: C. G., visscher, 23
jaar; J. v. d. O., visscher, 23 jaar; J.
v. R., grondwerker, 23 jaar cn J. R.»
visscher, 23 jaar, allen te Katwijk aan
Zee De 22-jarige H. S., eveneens vis
scher aldaar, was niet verschenen; bij
vertoeft op zee.
Alle vier ontkenden iets met het
geval uitstaande te hebben. Getuige
Jonker verklaarde, dat het op den 12en
December 's avonds zeer rumoerig
was in Katwijk. Toen de veldwachter
den eersten verdachte arresteerde,
werd hij van alle kanten door Katwij
kers aangevallen, zoodat hij aanhan
kelijk den arrestant moest loslaten.
Later, toen politiehulp kwam opdagen
werd de verdachte opnieuw gearres
teerd.
De verdedigster, mej. A. La Bohm
uit Leiden, vroeg, of de agent Jonker
op den avond van de arrestatie Diet
kwam van ean bruiloft en of hij toen
geen snor droeg, zoodat de verdachten
hem niet herkenden.
Geuige Jonker verklaarde, dat hij
noch naar een bruiloft was geweest,
noch een snor droeg.
.De officier van justitie mr. Poldman
eischte tegen S. 1 maand, tegeD G. 14
dagen, tegen v. d. O. 2 maanden, tegen
v. R. 3 weken en tegen R. eveneens 3
weken gevangenisstraf.
Mr. La Bohm zeide, nader te willen
weten, of de agent Jonkers dien avond
niet naar een bruiloft was geweest.
Pleitster wil niet zeggen, dat bij aar-
geschoten was, doch hij verkeerde dan
toch wel in een eigenaardigen toe
stand. PI. zou door een getuige kun
nen laten verklaren, dat J. wel op de
bruiloft geweest was.
Tegen Kerstmis komen, zoo zeide
pleitster, in Katwijk ongeveer 1500
jongelui binnen van de vaart. De ge
meente vaardigt dan allerlei ver
bodbepalingen uit, waarvan de toe
pasing tot in bespottelijke finesses
wordt doorgedreven. Het is voor deze
jonge vischers op straat niet uit te
houden. Er is winkelsluiting, er mag
geen muziek gemaakt worden, enz.
Zoo worden de visschers de café's in
gedreven, waar zij dan elkaar ontmoe
ten, rondjes geven en veel hier drin
ken. De verdachte S. is op dien be-
wusten avond suf geworden. De ^poli
tie dient deze toestanden beter te ver
dragen en beter te begrijpen.
Wanneer de politie minder op den
loer lag en minder erop uit was, relle
tjes uit te lokken, zou de bevolking
rustiger blijven. Later op den avond
van 12 December, toen deze jongens
reeds thuis waren, is de heele Katwijk-
sche bevolking in opstand gekomen.
In het Waaigat brak een waar oproer
uit, er werd met steenen gegooid en
geschoten. Maar hier staan de ver
dachten buiten.
Het proces-verbaal vond pleitster te
zwak om daarop een veroordeeling te
kunnen doen volgen. Zij vroeg, alsnog
den agent R, te doen hooren, dien zij
als een betrouwbaar man kende. In
ieder geval zouden de vei dachten niet
dan een zeer clemente straf mogen
krijgen.
De politierechter schorste hierop de
behandeling van deze zaak tot gister
over één week, ten einde verdachte
S. gelegenheid te geven te verschijn vu
en den agent R. als getuige te hooren.
naar den mond van de volgelingen,
maar een kloek en beslist opkomen
voor de eischen van Gods Woord.
Als ik goed ben ingelicht, dan viert
onze Christelijke Besturenbond dezer
dagen zijn 15den verjaardag. Ik hoop
amice, dat die verjaardag een feestdag
mag zijn, vooral ook door de blijken
van waardeering, die dan ontvangen
worden en door het meeleven, dat niet
het minst van de zijde onzer Christe
lijke arbeiders openbaar wordt.
Van den Christelijken Besturenbond
naar de Christelijke Middenstan'dsver-
eeniging is maar een klein stapje. Met
blijdschap heb ik gezien, dat het con
gres van den Christelijken Midden
standsbond dit jaar te Leiden zal ge
houden worden.
Dat is een heele eer voor Leiden,
maar 'n eer, die ook verplichtingen op
legt. Want 't zou toch al te dwaas zijn
cils de middenstanders te Leiden ont
vangen werden door een lijdende ver
eeniging, die niet anders kan getuigen
dan dat het lijden is in Leiden en om
geving.
Er is voor onze Christelijke Middenjj
standsvereeniging nog wel. heel wat te
doen en daarom hoop ik van harte, dat
aï' onze middenstanders zullen mee
werken hunne organisatie zoo te ver
sterken, Üat de congressisten die dezen
zomer hier komen, den indruk krij
gen, dat de woorden Leiden en verblij
dden zoo ongeveer dezelfde beteekenis
hebben.
Als alle christelijke middenstanders
zich eens bij hunne organisatie aan
sloten, wat zou dan een kracht ontwik
keld kunnen worden.
Alsmaar dan denk ik aan het
versje van de Liefde, waarin achter
ieder „als" een „maar" vólgt en aan
de vele „maren" die ook 't Christelijk
middenstandsleven vergallen.
VERITAS.