ABONNEMENTSPRIJS
CHRISTELIJK DAGBLAD voor LEIDEN EN OMSTREKEN
ADVERTENTIE-PRIJS
Dil nummer beslaat ait TWEE Bladen.
EERSTE BLAD.
Belangrijkste nieuws in dit Numirer.
6a JAARGANG
WOENSDAG 17 FEBRUARI
NUMMER 1750
IDSCHE COURANT
In Leiden en buiten Leiden
waar agenten gevestigd zijn
Per kwartaali 2.50
Per week .1 0.19
Franco per post per kwartaal 1 2.90
BUREAUHooigracht 35
Leiden
Tel. 1278, Postgiro 58936
Postbox 20
Gewone advertentiën per regel 221/» cent
Ingezonden Mede deelingen, dubbel tariei
Bij contract, belangrijke reductie.
Kleine advertentiën bij vooruitbetaling
van ten hoogste 30 woorden, worden dage
lijks geplaatst ad 40 cent
V Een leerzaam debat.
Zondag heeft te Amsterdam een
openbaar debat plaats gehad tusschen
den heer Schaper (S.D.A.P.) en den
heer Hoving (Dageraadsman) over de
vraag: „Is Godsdienst privaatzaak?"
De eerste spreker verdedigde een
aantal stellingen, waarin eerbiediging
verlangd werd van elke en ieders ge
loofsovertuiging door de arbeiders
klasse in baar ec'onomiscben en poli-
tieken strijd.
De bang naar het geloof, zoo betoog
de hij, is nu eenmaal niet uit te roei
en. Zouden we daarop willen wachten,
dan komen we er nooit en waar nu
eenmaal een meerderheid noodig is
om iets te bereiken, moet vermeden
wordgn wat zou kunnen verdeelen.
Verder betoogde bij, dat de Bijbel
waarop velen bun geloof gronden, niet
een kapitalistisch boek is. Er zijn wel
teksten van kapitalistisch karakter,
maar naarmate de macht van bet pro
letariaat toeneemt zal de uitlegging
zich wijzigen ten gunste van het So
cialisme.
liet geloof is een gevoelszaak en zal
onuitroeibaar "blijken in elke maat
schappij (dqjik slechts aan Rusland)
maar het ontkomt niet aan de ontwik
keling en ook zonder bestrijding van
geloofszaken zal eenmaal het Socialis
me overwinnen. Alleen wanneer men
spreker kan aantoonen, dat het soci
alisme slechts bereikt kan worden
langs anti-godsdienstigen weg, zou hij
zijn« meening herzien.
Deze uitspraken van den heer Scha
per over den godsdienst klinken niet
onvriendelijk of vijandig. Hij heeft eer
bied voor eens ieders overtuiging, hij
erkent dat er in den Bijbel nog wel
wat goeds i9 en als de godsdienst de
komst van het socialisme niet belem
mert,dan ziet hij geen aanleiding daar
tegen op te treden.
De heer Hoving daarentegen sprak
zich veel scherper uit.
Van de leuze „godsdienst is privaat
zaak' zooals die in dezen tijd vaak
uitgelegd wordt wil hij niets weten.
Hij beschouwt den godsdienst als den
grootsten vijand van het socialisme
en derhalve is bestrijding van dan
.godsdienst, volgens hem niet alleen
een tactische, maar ook een principi-
eele eisch.
Hoewel de woorden van den laat-
sten spreker een veel minder sympa-
thieken klank hadden, moet toch toe
gegeven worden, dat hij de kwestie
veel zuiverder heeft gesteld.
De heer Hoving gaf blijk beter het
wezen van het socialisme te verstaan
en ook beter te begrijpen wat de kern
is van den godsdienst.
Van zijn standpunt terecht wilde hij
niet twisten over de uitlegging van
enkele meer of minder duidelijke tek
sten hij gaf toe dat menige Bijbel
uitspraak vriendelijk is ten opzichte
der arbeiders maar hij ging terug
op de kern der zaak, op het geloof
in Jezus Christus.
Het getuigt, zoo zeide hij, van ge
brek aan intellectueel inzicht, indien
men niet ziet 't verschil tusschen de
kerngedachten van den Bijbel, het ge
loof in een God-mensch en een eeuwig
leven hiernamaals en de strekking
van het moderne socialisme.
Het socialisme is uit het atheisme
ontstaan. Gerhard heeft het gezegd:
zonder het atheisme ware het socia
lisme nooit ontstaan. Laf en ondank-
haar is het van de huidige socialisten
om deze afkomst te verloochenen."
Dit is zeer juist opgemerkt.
Wanneer men teruggaat tot de kern
der dingen, dan blijkt dat er tusschen
het Christendom en het Socialisme
een niet te overbruggen klove bestaat.
De godsdienst is niet, zooals de heer
Schaper betoogde, een kwestie van go-
voel.
Het Christendom komt met hooge
ten zeer stellige eischen.
Het belijdt dat God de Heere de
Schepper en onderhouder is van he
mel en aarde, voor wiens gezag zich
alles en een ieder heeft te buigen.
Het belijdt dat Jezus Christus is de
eenige en waarachtige Zoon van God,
die in de wereld is gekomen om zon
daren zalig te maken, die geleden
heeft en gestorven is en begraven,
maar die ook opgewekt is uit de doo-
den, opgevaren ten hemel, zittende ter
rechterhand Gods, en aan Hem gege
ven is alle macht in den hemel en op
de aarde.
En nu komt het Socialisme en stelt
tegenover den dienst van God een an
deren, eveneens alles beheerschenden
dienst, den dienst van den mensch en
het menschelijke.
In het Socialisme is niet God de eer
ste en de laatste, maar de mensch en
het menschelijke.
Het weigert Jezus Chri9tU9 te erken
nen als Verlosser en Koning en het
stelt naast het geloof in den Drieëe-
nigen God en de leer van het Christen
dom, een ander geloof en een andere
leer, waarin het moderne proletariaat
in getal en macht groeiend, begroet
wordt als de Messias, die het mensch-
dom zal verlossen.
Bij het Socialisme komit God op ie
tweede plaats, kan de godsdienst hoog
stens worden geduld. Als gekozen
moet worden tusschen Socialisme en
godsdienst, dan wordt de godsdienst
verworpen. Wanneer, aldus de
heer Schaper, kan worden aangetoond,
dat het socialisme slechts bereikt kan
worden langs anti-godsdienstigen weg
dan zal ik mijn meening ten opzichte
van den godsdienst herzien.
Dat is duidelijke taal.
Opnieuw is' bevestigd, wat voor ie
der die zich niet met oppervlakkige
beschouwingen tevreden stelt reeds
duidelijk was, dat godsdienst en soci
alisme niet samen kunnen gaan.
STADSNIEUWS.
De crisis van het parlementarisme*
Gisteravond sprak in het Klein-Au
ditorium der Leidsche Universiteit
voor de Leidsche Vereeniging voor
;\Vetensch. Voordrachten de heer Char
les Benoist, lid van het Institut de
France en oud-gezanc van Frankrijk,
hier te lande, over „La crise du par
lementarisme".
Spr. begon mot op te merken, dat
de kwestie, waarover hij thans het
woord zal voeren, bijna gelijktijdig bij
alle volken aan de orde is, doch voor
namelijk bij de z.g. Latijnsche vol
ken. Ook is het geen vraagpunt van
vandaag of gisteren, want reeds meer
dan een kwart e£uw geleden, in den
zomer van 1900, het iaar der wereld
tentoonstelling, openae spr. de zittin
gen van het „Internationaal Congres
voor vergelijkend recht" met een uit
eenzetting die naderhand gepubliceerd
werd onder den titel „De parlemen
taire hervorming".
Spr. toonde daarin aan, dat het par
lementarisme niet, zooals men geneigd
is te meenen, eeuwig en algemeén
is; het is integendeel een verschijn
sel, dat beperkt is binnen zeer nauwe
grenzen van tijd en ruimte.
Wat den tija betreft, zelfs in Enge
land, waar het den meest eerbiedwaar-
digen ouderdom bereikt heeft, is het
parlementaire stelsel niet ouder dan
nauwelijks twee eeuwen. In de Ver-
eemgde Staten van Amerika bestaat
het ongeveer lVé eeuw en op het vas
teland van Europa tusschen een eeuw
en s/4 eeuw.
Wat de ruimte aangaat, kan men
zeggen, dat het ophoudt bij '25 ot
30 graden Oosterbreedte. In de landen
ten W. daarvan vigeert het parlemen
taire stelsel (mits men reTcening houdt
met de tegenwoodige reacties van het
fascisme in Italië en het Directoire ïn
Spanje. Ten O. van 25 gr. of 30 gr.
blijft nog slechts over Turkije en Rus
land, alsmede het Oosten, waar het
nooit is ingeburgerd (met uitzonde
ring in Azië van de nabootsing in
Japan).
Spr. onderscheidt vervolgens het
parlementarisme, daarin bestaande,
dat het parlement eigenlijk regeert,
van het parlementaire stelsel, waarvan
het een uitwas is. Oorspronkelijk en
naar zijn wezen is het parlementaire
stelsel een stelsel van regeering door
scheiding, door betrekking en door
evenwicht van de publieke machten,
de organen en de verrichtingen van
het openbare leven eener natie, waar
van geen der organen zijn functies
mag overschrijden. Het had derhalve
ten doel te verhinderen, dat er op eeni-
gerlei wijze in den Staat een sum
mum jus zou ontstaan dat een
summainjuria zou worden.
Het bestond in het voteeren der be
grootingen door de Kamers, in de
waakzaamheid over het gebruik der
toegestane gelden, in de controle van
de wetgevende macht ovc< de uitvoe
rende macht en .in de overeenstem
ming, met betrekking tot de wetge
ving, tusschen het staatshoofd en de
leden der volksvertegenwoordiging.
Dit was in oorsprong en wezen het
Britsche parlementaire stelsel. Op het
vasteland evenwel, en ook in Noord
en Zuid-Amerika, werd het slechts
met tal van wijzigingen toegepast, ja
men kan wel zeggen, dat er zooveel
vormen van dit stelsel bestaan als or
landen zijn, waar het is ingevoerd.
Spr. heeft bij zijn uiteenzettingen in
zonderheid op het oog den Franschen
vorm van het parlementaire stelsel en
geeft een uiteenzetting van de rechten
en de macht van den President der
Republiek volgens de grondwet van
1875. Zijn voorrechten zijn zeer groot,
zij zijn koninklijk, ja meer dan één
souverein bezit ze niet eens. Zoo is het
op papier, doch wat komt er in de
werkelijkheid van terecht? Het is, als
of lip geen enkele van die vele voor
rechten bezit, met uitzondering van
wat men met een technischen term
„majesteit" noemt, het decorum en de
representatie.
Op deze wijze is in Frankrijk het
parlementarisme wel heel ver verwij
derd van de echte parlementaire re
geering, want deze laatste was immers
volgens de straks gegeven definitie
een regering van evenwicht, en dit
evenwicht van machten houdt op te
bestaan wanneer een van de machten
is vernietigd.
Uit het parlementaire stelsel vloeit
ook voort de verantwoordelijkheid van
het staatshoofd en van het parlement.
Hiervoor is noodig, dat eenerzijd9
het staatshoofd vrij is in de keuze zij
ner ministers, anderzijds de Kamers
in hun onderzoek, hun critiek, hun
discussies en hun beslissingen.
Dit evenwel zal slechts mogelijk zijn,
indien elk van deze beide organen even
sterk is. Is het staatshoofd te sterk,
dan zijn de ministers slechts om
een uitdrukking van Bismarck te ge
bruiken „de dienaren van Zijne Ma
jesteit", en de Kamers zijn slechts
Kamers van registratie. Is het kabinet
te sterk, dan is het staatshoofd krach
teloos en de Kamers hebben slechts
een dienende rol te vervullen. Zijn
daarentegen de Kamers te sterk, dan
is het staatshoofd slechts een machi
ne om besluiten te onderteekenen, en
de ministers zijn slechts automatische
uitdeelers van ambtenaarsfuncties en
decoraties. En dezelfde onevenwichtig
heid ontstaat, wanneer een der orga
nen niet sterk genoeg is.
Spr. gaat de oorzaken na der ver
wording van het parlementaire stel
sel. Een Engelschman, vriend van de
sport zooals alle Engelschen, heeft het
vergeleken met „een cricketpartij tus
schen de gelen en de blauwen": het is
een spel, dat slechts gespeeld kan
worden tuschen partijen, en wel liefst
een zoo klein mogelijk aantal partijen,
het allerliefst twee. En hier raken el
kaar de inwendige of politieke en uit
wendige of sociale voorwaarden, waar
onder het bestaan kan. We komen tot
de vraag, in hoeverre het parlementai
re stelsel zich verdraagt met het alge
meen kiesrecht. Deze beide passen
niet bij elkaar; de groote massa's die
thans in beweging gebracht worden,
leenen zich slecht voor het bereiken
van de juiste maat, nuance en even
wicht. Tal van misbruiken komen
dan ook bij de verkiezingen voor, ver-
valsching en omkooping hebben daar
bij plaats. Dit kwaad bestaat in alle
landen, maar het allermeest in die,
waarin het stemrecht het meest alge
meen is en die het deh langsten tijd
hebben; er is dan ook geen reden om
iets te verwachten van de „opvoedende
waarde van het algemeen kiesrecht
Steeds verder daalt het parlement en
als gevolg daarvan ook de regeering, die-
er uit pleegt voort te komen, vervolg -ns
ook de ambtenaren die door de laatste
benoemd worden en ten slotte, lang
zaam maar zeker en onvermijdelijk.
faat het in een zoodanige richting, dat
et openbare leven niets anders wordt
dan een exploitatie van den staat door
private belangengemeenschappen ja ten
langen leste (het lijkt ongelooflijk maar
men zal het zien) daalt ook de natie
zelve van de plaats, die zij onder de
andere naties innam. Dit is geen nieuw
verschijnsel; hetzelfde geschiedde reeds
te Florence in de laatste jaren der ^5 de
eeuw.
De laatste phase van bet parlemen
taire stelsel is de parlementaritis. Als
wb de gematigde parlementaire .regee
ring den normalen gezondheidstoestand
noemen, dan is het parlementarisme
de overdrijving van het vorige, de
koorts en het laatste ziektestadium is
de parlementaritis, het delirium. De
parlementaritis woedt, wanneer d-' Ka
mers, samengesteld uit een groot aan
tal leden, het geheele jaar door zitting
houden, liefst 's morgens, 's middags en
's avonds, zittingen, welker lengte al
leen al voldoende zou zijn om een der-
gelijken ziektetoestand in het aanzijn
te roepen. En in de physiek en moreel
oiververwarmde atmosfeer van de zaal
wordt de parlementariër geboren als
toppunt van middelmatigheid. Wat zij
doen? Dit is in drie woorden te zeggen:
zij maken wetten. Wetten van allerlei
soort en ove.r allerlei onderwerpen.
Spr. merkte nog op, dat hij geen ge
boren tegenstander is van het pane;
mentaire stelsel.. Langen tijd heeft hij
er in geloofd, ja ook thans nog is hij
van meaning dat, theoretisch, bet een
van de edelste combinaties is, di - voor
de regeering der menschen zijn uitge
dacht, indien zij wijs en redelijk waren.
Maar dit is zuivere theorie, want waar
zijn in het algemeen kiesrecht de wijs
heid en het verstand? Ook de eveiuv Jige
vertegenwoordiging, al heeft zij voor-
deelen boven het huidige Fransjhe stel
sel, zal ons niet de oplossing van dien
crisis kunnen brengen.
Er zijn drie wijzen, waarop verbete
ring kan komen in den toestandde her
vorming langs parlementairen weg, de
dictatuur en de revolutie. I11 't voorbij
gaan karakteriseerde spr. het fascisme
als een reactie van den Latijnse hen
geest tegen het Anglo-Saksische parle
mentarisme.
Tegenover de democratie, die door
haar eigen gewicht ten gronde daalt,
behoort een tegenwicht gesteld te wor
den, dat haai' naai' omhoog heit, tegen
over de democratie dient een keur van
flinke, sterke mannen gesteld te wor
den. Doen wij dat niet, 'dan is liet met
de beschaving gedaan.
Prof. van nanie dankte den heer Ber
noist voor zij.i duidelijke uiteenzetting,
die, hoewel oedoelci te zijn een inter
nationaal overzicht, thans voor 011s land
een speciale beteekenis heeft, doornat
wij hier thans lrjden onder een kabi
netscrisis, die waarschijnlijk ook wel
als een crisis van het parlement kan
woredn aangemerkt. Wij zijn, zoo ging
spr. voort, ten wetenschappelijke, doch
geen politieke vereeniging. Reden waar
om spr. niet verder op dit onderwerp
wilde ingaan.
De goed bezochte vergadering werd
0.111. bijgewoond door den president-cu
rator Jhr. Mr. N. C. de Gijselaar, door
den rector-magnilicus, Prof. de Sitter
en door vele belangstellenden.
Lezing Ds. Scolder.
Morgenavond zal in het gebouw
„Prediker" Ds. K. Schilder van Oegst-
geest voor den Leidschen Chr. Bestu
renbond een lezing houden over het
onderwerp: „Wat is de Satan?"
Het zal wel niet noodig zijn, een uit
voerige opwekking tot onze lezers te
richten, deze samenkomst bij te wo
nen. Ds. Schilder is hier ter stede geen
onbekende en het is bekend, dat hij
van het onderwerp dat hij zal behan
delen een bijzondere studie gemaakt
heeft, denk slechts aan zijn geschrift:
„Wat is de hel?" en de verleden win
ter door hem gehouden winterlezing
over: „Mefisto of Satan."
We twijfelen dan ook niet of er zui
len plaatsen te kort zijn. Dit is nu
eens iets voor menschen van allerlei
le'eftijd, stand en ontwikkeling.
De toegang is vrij.
De nieuwe directeur van het Acad.
Ziekenhuis.
Het bestuur der Geneeskundige ver
eeniging tot Bevordering van het Zie
kenhuiswezen in Nederland en Kolo
niën, heeft, aldus ..Het Ziekenhuis"
zich naar aanleiding van de benoe
ming van Dr. H. Maas tot directeur
van het Acad. Ziekenhuis met een
adres tot den Min. van Onderwijs, ge
wend om te protesteeren tegen deze
benoeming.
Daarin wordt uitvoerig uiteengezet,
ihoe het tot op.het einde der 19e eeuw
gewoonte was aan het hoofd van zie-
keninrichtingen menschen te plaatsen
die in staat waren de administratie te
voeren.
Na veel strijd is het in ons land ge
lukt de autoriteiten van het feit te
doordringen, dat slechts een genees
kundige de eischen kan beoordeelen,
welke aan een ziekenhuis moeten wor
den gesteld, en van dien tijd dateert
dan ook de groote vooruitgang in het
ziekenhuiswezen in ons land.
Thans staat aan het hoofd van elk
algemeen ziekenhuis van eenige be
teekenis in ons land een geneeskun
dige.
De directeur van een ziekenhuis,
ook te Leiden, moet de leiding hebbon
van den verplegingsdienst; hoe zal dit
kunnen geschieden door iemand, die
daarvan minder afweet dan de eerste
de beste verpleegster?
Het bestuur der vereeniging be
treurt ten sterkste, dat voor het Leid
sche ziekenhuis een uitzondering op
dezen regel is gemaakt en daardoor
is gebleken, dat de hoogste autoriteit
in ons land niet doordrongen is van
de noodzakelijkheid aan het hoofd
van een ziekenhujs een geneeskundige
te plaatsen. Dit doet de vrees opko
men. dat nog wel eens andere autori
teiten zouden kunnen trachten het
rad der geschiedenis terug te draaien,
en het voorbeeld, door de Regeering
gegeven, zullen willen volgen. Door
deze benoeminig zal het ziekenhuis
der universiteit alhier, dat in de toe
komst aan de spits onzer ziekenhui
zen had kunnen staan, op een lager
peil gebracht worden en zij is een ge
vaar voor de ontwikkeling van het
ziekenhuiswezen van ons land.
Federatie van Vereenigingen voor
Ziekenhuisverpleging.
Maandagavond heeft bovengenoemde fe
deratie een vergadering gehouden in
„I11 den Vergulden Turk", die bezocht
was door afgevaardigden uit: Nieuwer-
kerk a. d. IJ sel, Warmond, Zwammer-
dara, Nieuwe Wetering, Leimuidcn, Bos
koop, Katwrjk-Binnen^ en Katwijk aan
Zee, Zevenhoven Leiderdoi^), Leiden,
Wassenaar ,(2 Bodegraven, Zevenhui
zen ,Zoetermeer, Aarlanderveen, Wou-
brugge, Benthuizen, Noordwijk, Gouda»
Binnenland. f
De opbrengst der Rijksmiddelen.
De S.D.A.P. wil Kamerontbinding.
De vroegere Fransche gezant Char
les Benoist over de crisis van het par
lementarisme.
Buitenland.
De financieele commissie nit d u
Franschen Senaat vangt heden het on
derzoek van het saneeringsontwerp
aan.
De arbeiderspartij heeft in het But-
sche Lagerhuis een motie ingcdisnd
tegen vermeerdering van het aantal
Volkenbondsraadszetels.
De boschbranden in Australië.
Sassenheim, Hill gom, Alphen aan den
Rgn, Zoeterwoude, Nieuwkoop, Nieuw-
veen, Lisse, Oegstgeest, en Noordwij-
kerhout (2).
1 Als voorzitter funge rde de heer G.
v. d. Beek, als secretaris de he r J. J.
Klaver.
Na een drukke, soms milder rustige
•bespreking w rd besloter. ;et o cept-
reglement, zooals het door de Couimiss ei
is aangebeden, voorloópig aanv r J u
De vereenigingen krijgen gel g n .eM
om eventueel wijzigingen 01 v ivulna
gen aanhangig t inoinn7 ui. welke ge
gevens latir een degelgk statuut kan
worden opgebouwd.
De definitieve verkiezing van een
voorzitter ging niet door. Het comité
zal als voorloopig bestuur voortoo ig
nog aanblijven, terwijl de heer Stolk
uit Wassenaar als adviseerend lid er
aan werd toegevoegd.
De heer Nieuwenhuyzen, lid van het
voorloopig comité* hield nog een pro
pagandistische roue, waarin ijj uitbrei
ding van de Federatie bepleitte, waar
na aan het slot Ds. Kater uit Boskoop
nog een uiteenzetting gaf van het werk
der federatie.
Tevens werd besloten aan de regea
ring een request te zenden, waarin be
zwaar wordt gemaakt tegen de \eriioo-
ging der er pleeg gelden in liet Aca/1.
Ziekenl^s alhier tot f 2,30 per dag.
Ouderavond Gerei. Scholen HoqqL
Kerkgracut.
Met betrekking tot den ouderavond
die a.s. Donderdag in de Geref. School
a. d. Hooglandsche kcrkgracht zal ge
houden worden, vernemen wij nog dat
op het programma o.m. een eau--wie
staat van den heer T. S. Gosiinga over:
„de verhouding der schoolbesturen tot
de gemeente, onder de huidige onder
wijswet."
Burgerlijk* itand.
Geboren: Antonius, zoon van C. J.'
L. Gottmer on A. L. v. d. Mee. Mana
Jannetje, dochter van C. A. Silvester
én M. v. Leeuwen. Alida Hendrika, d.
van G. J. v. d. Voort en T. v. d. Neut.
Daniel, zoon van D. v. Berkel en M.
den Os. Elisabeth Wilha., dochter van
T. A. v. d. Oord en C. A. E. Smit
Catha. Alida Maria, dochter van J. Oos
terveer en M. G. Brouwer. Elisabeth
Cornelia, dochter van W. van Oosten en
Verboom. Klazina, dochter van C.
F. Malgo en 0. van Iterson. Antonia
Henrietta, docht*-r van G. J. v. d. Ploeg
en M. C. A. Koster. Theodoras, zoon
van H. F. Simonie, en T. Diemei. Hen-
drikus, zoon van H. F. J. de Kruijs
en L. v. Oord. Wilhelmina Maria, doch
ter van W. Harland en E. v. d. Landen.
Cornelia, dochter van L. Duiker en
M. Endeveld. Hends. Mattheus, zoon v.
A. G. Silvester en M. j. Steenbergen.
Johanna Adriana, dochter van J. T.
Montanus en M. C. P. Verkerk. Franz,
zoon van J. .Bromgeest en A Lowitsch.
Antonius Marie, zoon van A. H. Wink 1-
1110leu en J. W. Schoenmaker. Jansie,
dochter van W. F. Mulder en C. M,
Vernet. Elisabeth Johanna, doe liter van
A. v. d. Berg en A. M. Tlaan. Jacobus
zoon van I. G. Barthen o;i M. de Koning
Maria Petra., d.v. K. S. Kwestroo en
J. Kramp. Johanna Catharina, docht r
van J. Verhoog en J. C. Brugman. Dirk,
zoon van W. F. Zwart en M. P. Glas
bergen. Andrics, zoon van A. Krom
hout en G. Cornelisse. Martha, dochter
van C. Freeke en C. C. W. Petit. M t*
theus, zoon vaii M. Meijers en L. Snik.
Petrus Johannes, zoon van D. S. Bick-
hof en C. I. M. Stikkelinan. Petrus Da
vid Corns., zoon van W. J. Knek en L.
H. M. Zonneveld. Maartje, dochter van
C. J. v. d. Burg en W. Hartiii ;sv. Id.
Maartem zoon van H. J. v. d. Laaket*
en H. Moraal.
Gehuwd: P. T. v. Os,, jpi. en EL C. A
Hoogeveen fd. J. G. A Veeren. ju
eii E. T. Gertonaar. ijj. H. S. Ens. ,Ln.
en J. A. H. v. Bloniaiestein, jd. J. v.
d. Mark. jm. en P. Kromhout jd. A
M. de Graaf, jm. en W. W. Zaalberg,
jd. M. C. Brokaar, jm. en Lezwiin,
jd.