CHRISTELIJK DAGBLAD voor LEIDEN EN OMSTREKEN Dit Nummer bestaat uit DRIE Bladen EERSTE BLAD. Belangrijkste nieuws in dit Hummer. 6e JAARGANG DONDERDAG 24 DECEMBER 1925 NUMMER 1705 COURANT ABONNEMENTSPRIJS BUREAU: Hooigracht 35 Tel. 1278, Postgiro 58936 bpidpn Postbox 20 ADVERTENTIE-PRIJS In Leiden en buiten Leiden waar agenten gevestigd zijn Per kwartaal f 2.50 Per week0.19 Gewone adrertentiên per regel 221/» cent Ingezonden Msdedeelingen, dobbel tariei. Bij contract, belangrijke reductie. Kleine adrertentiën bij vooruitbetaling van ten hoogste 30 woorden, worden dage lijks geplaatst ad 40 cent Franco per post per kwartaal 1 2.90 IN VSRBAND MET HET KERST FEEST ZAL DE NIEUWE LEIDSCHE COURANT VRIDAG 25 EN ZATERDAG 26 DECEMBER NIET VERSCHIJNEN. Gloria in excelsis! De Christelijke tradities zijn uit ons volksleven nog niet geheel verdwenen. Wij hebben nog onze algemeen er kende Christelijke feestdagen en al werden deze dagen niet altijd op een sven Christelijke wijze doorgebracht, 2n al wordt aan de heilsfeiten waarop ze betrekking hebben door velen geen i)f zoo goed als geen aandacht geschon ken, het feit, dat deze dagen nog offi cieer als feestdagen gestempeld zijn is :och niet geheel zonder beteekenis. Onder deze feestdagen is het Kerst feest niet het minst in eere. Niet alleen in godsdienstige krin gen waar men belijdt den Christus der Schriften ,maar ook bij andere volks groepen Waar zelfs veelal een vijandige stemming tegen den Christus en het Christendom openbaar wordt, stelt nen er prijs op, dit feest te vieren. Men ziet in deze dagen de kerstboo- nen, de kerstuitstallingen, de kerstver sieringen en men leest van kerstbijeen- tomsten en kersttooneeluitvoeringen. Zelfs in socialistische kringen geeft nen bij de bladen die men uitgeeft zijn Kerstnummers, de leiders houden kerst redevoeringen en men hoort daarbij neermaien bekende klanken die er op schijnen te duiden, dat men vari het christendom toch niet zoo heel ver ver wijderd is. Vooral het „Vrede op aarde'' is een notief, dat op allerlei wijze /wordt ge- nelddieerd, evenals het „onschuldige kind", dat 'daar lag in die kribbe mis bruikt wordt, om daarmede in den grond anti-Christe'lijke theorieënon- cler de massa te verbreiden. „Vrede op aarde" de 2de strofe van len heerlijken engelenzang vindt voor- il in de dagen van het Kerstfeest nog vel weerklank. Zelfs zij die den bitteren klassen strijd prediken en als een Lamech het led van den haat laten schallen fun deren bij tijd en wijle wel gaarne als vredesapostelen en pretendeeren daar bij te zijn de ware vereerders van het ïindeke Jezus. Ook liet derde gedeelte wan dezen mgelenzang, dat spreekt van het god- leUjk welbehagen in menschen vindt nen nog bruikbaar. Immers de mensch s het eerste, en het voornaamste en iet hoogste en al gelooft men dan niet n een God op de manier zooais de Bij bel dat leert, in dat welbehagen ii} nenschen zit toch wel iets dat het ge moed kan bekoren en dat de zinnen Kan stroelen en dat daarom ook wel va ar d-is bezongen te worden. Maar het teekenende, het kenmer kende hierbij is, dat van het voornaam ste van het „Gloria in excelsis", dat bij len zang der engelen het eerste was, gezwegen wordt. Men heeft de Engelen-boodschap ver minkt en veranderd in een zuiver men schel ijke leuze, waarbij niet de eere K. Is in het middelpunt staat, maar de ?ere der menschen, waarbij niet de Weere God als Schepper en Herschep- aer wordt verheerlijkt maar den nensch op den voorgrond wordt ge plaatst. Men heeft met het Engelenlied ge- laan wat men ook gedaan heeft met ie liefdewet, zooals die door Jezus werd gegeven; men heeft het eerste leel er afgekapt om alleen het tweede ieel te behouden. Den naaste liefheb ben als zichzelf, dat kan er nog mee loor en dat is nog wel een mooi'begin sel, maar van wat vooraf gaat: God iefhebben boven alles, daarvan wordt niet gerept. En zoo wordt het woord Gods, zoo vordt ook de engelen-boodschap krach tloos gemaakt en waardeloos. Immers, door zoo te handelen komt ie mensch in het heilswerk op de cen trale plaats te staan en wordt liet' ,'oddelijk heil tot menschelijk heil. Dan vordt de vrede Goda die ail* vocetan4 te boven gaat gemaakt tot een val- schen vrede. Dan wordt de vrede door de Enge len bezongen geen oorzaak van groo- te blijdschap, maar vanvbittere teleur stelling, geen vrucht der verlossing, maar van eigenwaan, die straks be drogen uitkomt. Want d'e waarachtige vrede is voor den mensch alleen te vinden door het geloof in den Christus, die in Beth- lehems kribbe vleesch is geworden; door zichzelf te verliezen om in God het leven te vinden; door het zoeken van de eere aan God in den hoogen, te stel len in de plaats van het zoekeni van zichzelf en van menschel ijken vrede. Nu moeten wij bij het overdenken van dit alles twee dingen niet uit het oog verliezen. In de eerste plaats, dat ook wij altijd weer neiging hebben, de volgorde in het Engelenlied om te keeren. Wanneer wij wat te Bethlehem ge beurde hadden moeten bezingen, dan zouden zooals is opgemerkt, allen eerst van dat kindeke en van dien zaalgen nacht en van die herders en van die kribbe zijn gaan spreken. Bij ons zou hét gevoel, het aandoenlijke van het*schoon tafereel op den voor grond hebben gestaan; en dan, ja, van achteren, liet allerlaatst als om een be sluit te vinden zouden we óók nog van een „eere zij God" hebben gezongen. En daarom moeten wij altijd weer op bedacht zijn, dat die engelen precies andersom handelen. Het eerste wat hun bij het openbaren van de blijde boodschap des heils over de lippen komt is een „Gloria in excelsis", een ,Eere zij God in tie hoogste hemelen". „Gloria in excelsis", dat moet onze levensleuze zijn, in de eerste plaats op liet Kerstfeest, ma'Sr ook, en dat moge mede worden bedacht, door heel ons leven. Dat „eere zij God" moet heel ons le ven beheerschen en bij al ons doen en laten moet dit liooge doel op den voor grond staan. Wij behoeven niet te vragen hoeveel daaraan in de practijk van het leven ontbreekt. Wanneer een ieder bij zich zelf begint dan is het gemakkelijk daar op een antwoord te geven. Van nature zijn wij geneigd God te haten. Liefhebbers van ons zelf zijn we en hoe vaak blijkt dat ook niet uit ons optreden. Maar nu komt dit Kerstfeest ons ueer spreken van de groote liefde Gods geopenbaard in de vleeschwor- ding van zijnen Zoon, die zichzelf ont ledigde, die de gestaltenis van een dienstknecht aannam om zondaren te Zij de vrucht van dit feest, dai wij geven het leven en den vrede, de Engelenboodschap meer leeren ver staan en dus het „Gloria in excelsis" niet alleen wordt onze levensleuze, maar ook beheerscht onze levensprac- tijk. 1855 A. MULDER. 1925 De heer A. Mulder, een bekende per soonlijkheid in Leiden en omgeving, heeft den leeftijd der sterken bereikt. Maandag 28 December a,s. hoopt hij zijn 70sten verjaardag te vieren En hij mag dit doen onder veels zins gelukkige omstandigheden. Im mers, ook van hem geldt dat ijn oog niet is verdonkerd, dat hij nog staat in volle kracht en dat hij nog dag aan dag zijne veelomvattende werkzaam heden mag verrichten. Dat is op zichzelf reeds een voor recht, maar het mag worden be schouwd als een zeer bijzondere ze gen wanneer het geldt een man, die zich gedurende een groot aantalj jaren aan de behartiging van de publieke zaak mocht wijden. De heer Mulder werd geboren, 28 December 1855 te Oegstgeest, in het zelfde huis of althans op hetzelfde ter rein waar het huis, thans door hem bewoond, staat. In 1880 werd hij lid van de fa. Gebr Mulder, waai* hij zich al spoedig deed kennen als een doortastend man, die zich wist aan te passen aan de wisse lende eischen van den nieuwen tijd. Het duurde niet lang. of hij werd in de gelegenheid gesteld zijne gaven en krachten ook op ander dan het zuiver zakelijk terrein te be steden,Toen iü Oegstgeest eene A-R. Kiesvereeni- ging werd opgericht was hij een der eerste bestuursleden in welke kwali teit hij jarenlang met wijlen Prof. Dr. H. W. Bakhuys—Roozeboom als voor zitter, op zeer vriendschappelijke wijze mocht samenwerken. Meermalen werd hij in die dagen candidaat gesteld voor den gemeenteraad en ook maakte hij deel uit van het Burgerlijk Arm bestuur. In 1898, toen Leiden gedeelten van de omliggende gemeenten an nexeerde, werd ook de heer Mulder ingezetene van Leiden en het duur de niet lang of door de A.R.Kiesver- eeniging werd op hem een beroep ge daan, met het gevolg, dat hij op 9 Juli 1901 in district III tegelijk met de heeren J. Bosch en G. P. Timp, met 437 stemmen tot Raadslid werd gekozen. Sinds dien heeft de heer Mulder on afgebroken in den gemeenteraad zit ting had, zoodat hij, indien God hem het leven spaart, het voljgende jaar zijn 25-jarig lidmaatschap van den Raad mag vieren. Dat er in die jaren zeer veel veran derd is in de Gemeente Leiden en dat tic heer Mulder heel wat wisselingen heeft meegemaakt, behoeft geen be toog, De bevolking van Leiden is sinds 1901 gestegen van ruim 54.000 tot plm. 70.000 zielen. Hij heeft niet minder dan drie burgemeesters de zittingen van 'den Raad zien presideeren en van de toenmalige raadsleden zijn thans nog alleen de heeren v. Hamel, Sytsma en Witmans, in functie. De heer Mulder behoorde niet tot de „sprekers" in den Raad, hij stelde zichzelf niet op den voorgrond, maar werd om zijn trouw over de door hem beleden beginselen en ^ijn deskundig heid op menig gebied, door zijne me deleden gewaardeerd, wat mede bleek uit zijne benoeming tot lid van de Comm. van Fabricage in welke com missie hij vele jaren zitting ha'd en daarna, in 1#23 na de ontslagname van, den heer J. de Lange tót wethou der, in welke kwaliteit hij tal van be langrijke werken hielp voorbereiden en uitvoeren en ook in niet geringe mate den woningbouw bevorderde. Maar niet alleen op dit gebied was de heer Mulder werkzaam. Gedurende, 23 jaren mochit hij de Geref. Kerk al hier als diaken dienen en ook maak te hij jarenlang deel uit van de Comm. van Administratie die hem tot haren voorzitter koos. Verder was hij gedurende een reeks van jaren bestuurslid van de A.-R. Kiesvereeniging, de Geref. Schoolver- eeniging (tweemaal) <de Chr. Kweek school en van het Militais Tehuis wel ke inrichting hij thans nog als voorzit ter dient. Ook de middenstandsbelangen von den in hem een behartiger; eerst als lid van de oude Kamer van Koophan del en nu als lid van de gereorgani seerde Kamer, waarin hij namens het kleinbedrijf en als vertegenwoordiger van de Chr. Middenstandsvereeniging zitting heeft. Uit deze korte opsomming blijkt wel dait 'dje heer Muldler een leven vari arbeid achter zich heeft, waarin hij zich op velerlei gebied verdienstelijk heeft mogen maken. Hij heeft dat alles nooit gezocht. Dat ligt niet in zijn karakter. Maar als hij geroepen werd zijne gaven en krachten beschikbaar te stellen, dan heeft hij ook nooit geaarzeld zich te geven en dat in getrouwheid aan zijn beginsel te doen. De heer Mulder viert zoo God wil, a.s. Maandag zijn 70sten verjaardag. Het is geen ambtsfeest dat hij viert Het is een gedenkdag van persoonlij ken en van huiselijken aard. Maar dat zal toch zijn velen vrienden niet beletten hem van hunne hartelijke belangstelling en waardeering blijk te geven. Spare God hem nog menig jaar, voor zijn gezin, zijne zaken, zijn arbeid op menigerlei gebied en moge het licht van Gods aangezicht zijn verder le venspad helder bestralen. STADSNIEUWS. Chr. Oratorium Vereaniging „Con Am ore" Donderdag 7 Januari hoopt bovenge noemde v&reéiüjtiafi een uitvoering ie geven in de Stadsgehoorzaal. Moeite, noch kosten zijn gespaard om van dit ^concert iets goeds te maken. De so listen zijn na veel overweging geko zen. om zooveel mogelijk overeenstem ming te brengen tusschen hun persoon lijkheid en de hoofdrol, waarin zij op treden. Het residentie-orkest zal bege leiden. De orgelpartij zal niet, als tot dusver, op een drukwind-harmonium maar op een kerkorgel worden gege ven. Een echt cembalo zal zijn mys tieke klanken door de zaal doen rui- schen. Ook een jongenskoor zal me dewerken. Maar, last not least, het te zingen werk, dat voor het eerst in Lel den zal worden uitgevoerd, is er ge heel op berekend, den muziekliefheb ber aan te trekken en te bevredigen. Dr. Chrysander, groot Handelkenner, uit den lateren tijd, zegt ervan: Alles is in het oratorium Saul met kunstige wijsheid geordend en zoo onbetwist baar. "cot een pakkend geheel geleid, dat dit werk behoort tot de meest af- geslotene, en om zijn muzikale waarde meest jeugdige, die Handel heeft ge schreven. De handeling begint met een glans rijke feestviering over de overwinning der Israëlieten op de Filistijnen, wier voorvechter Goliath door David was verslagen. De held van den dag wordt voor den koning geleid, maar terwijl 't onderhoud tusschen Saul en David nog voortduurt, nadert, begeleid door klokkenspel, een stoet van Israëlieti- sche vrouwen: „David sloeg tiendui zend. neer; tienduizend lied'ren hem ter eer". Dit doet in Sauls borst den naijver ontwaken, die ten slotte tot zijn val, en tot Davids verheffing zal voeren. Omdat door dteze jalouzie heel h,et volgend verloop van de handeling be heerscht wordt, heeft de componist hier als lyrisch intermezzo, een „ver vloeking van den nijd" ingelascht. Dit wondere koor is geheel gebouwd op len „basso ostinato". d.i een voortdu rend terugkeerend thema in de bas partij van het orkest, en men moet het genie bewonderen dat', het knagend ka rakter van den nijd uitbeeldend door zijn „basso ostinato" nochtans alle eentonigheid heeft weten te vermijden. 's Konings zoon. Jonathan, weet een oogenblik een vriendelijke gezindheid in Sauls gemoed ten opzichte van Da vid te doen ontwaken. Zelfs wil Saul David zijn dochter Michal ter vrouw geven, maar. hopend, dat David in dien strijd zal vallen. stelt hij als voorwaarde, dat deze honderd vijan den zal verslaan. Een omvangrijke symphonie voor orkest met orgelsolo schittert het gewoel van den strijd te gen de Filistijnen, Als overwinnaar keert David uit den slag terug, Maar Michals blijdschap wordt ten zeerste getemperd door het ophanden zijn van het feest der nieu we maan. Zij weet, dat nieuwe geva- jren dan haar geliefde bedreigen en roept raarom in e^n roerende Aria de tusschenkomst des Alle^h oogsten in. Het ieest breeki aan. Een pompeuze symphonie geeft een indruk van de al- gemeene feestvreugde. De hofstoet en feestgenooten, waaronder ook 's ko nings zoon, treden voor hun gebieder. Maai' Jonathan's schuchtere tusschen komst en Michals innig gebed schijnen vergeefsch. „Ha, eindelijk komt mijn tijd; op dezen dag neem ik wraak op Isaï's zoon". Een zeer schoon koor be jammert dieze „blinde razernij der haat, door wijsheid niet weerstaan". Het derde deel schildert Sauls vertwij feling en einde. De Filistijnen die wel beseffen, hoe het Israëïietische leger door Davids verbanning is" verzwakt, hebben nogmaals een strijdmacht te gen Israël uitgerust. Saul gevoelt, dat hij op Gods hulp niet heeft te rekenen. Maar wat noodh „Zoo de hemel mij niet helpt, zij het de hel'. Hij begeeft zich naar d'e heks te Endor. In een zeer karakteristiek geïnstrumenteerde aria bezweert de toovenares de geesten des afgronds. Samuël. de oude profeet, ver schijnt, maar heul heeft hij niet te bie den: „Gij en uw zoon, gij zult vandaag nog sterven.en Israël wordt door de Fi listijnen veroverd. Zoo sprak Jehova, en zoo zal 'tgeschien" De strijd ontbrandt: hartstochtelijke symphonie. De prinsen sneuvelen. Is raël wordt verstrooid, Saul valt in zijn eigen zwaard. Als een bode met de onheilsmare tot David komt, is hij verscheurd van Binnenland. Dr. N. J. Beversen heeft ontslag ge vraagd als rector van het Gymnasium alhier. Buitenland. Turkije en Rusland hebben een neu traliteitsverdrag gesloten. Tientsin is door de troepen van Feng ge/romen. Eet verluidt, dat Amerika zal deel nemen aan de voorbereidingen der ont- wapenings-conferentie. smart. Spreken kan hij niei: Een treur- marscli vertolkt de gevoelens van held volk. Eerst daarna vindt hij de woor '1 en om, begeleid en afgewisseld door het koor, een roerenden klaagzang aan te heffen. Deze Aria en de klaagkoren behooren tot het allerschoonste in dit werk. Als het volk zich dan beraadt over een nieuwen heerscher, wordt, op ini tiatief van den priester Abjathar Da vid daartoe gekozen. Een grootscn, tweedeelig slotkoor, waarin, zooa;s op andere hoogtepunten van het weru, het jongenskoor ingrijpt, vertolkt de blijdschap van het volk A.R. Kiesvereeniging. Wij vestigen de aandacht onzer le zers op de in dit nummer voorkomen de advertentie van de A.R. Kiesver eeniging waarin een zeer belangrijke vergadering wordaangekondig Deze vergadering wordt gehouden a.s. Dinsdag in het Nuisgrboirv en zal worden bijgewoond door den heer H. de Wilde, voorzitter van het Prov Comité van A.R. Kiesvereenigingen die een kort woord zal spreken en daarna eventueele vragen zooveel mo gelijk zal beantwoorden. Inschrijving dienstplicht. De aandacht van de mannelijke inge zetenen dezer gemeente, die geboren zijn in 1907, wordt gevestigd op een in dit blad voorkomende openbare ken nisgeving van den burgemeester, be treffende aangifte ter inschrijving voor den dienstplicht in de maand Januari a.s. De Melkprijs. Met ingang van morgen zal de melk prijs met 1 cent per liter worden ver laagd. Burgerlijke stand. Geboren. Aaltje, d. v. D. Hasenoot en D. Zwanenburg; Hermanus, z. v. H. Woltman en H. Leermt; Jacobus, z. v. J. van Es en C. Arbouw; Antonius Cor- nelus, z. v. A. C. Polane en M. Jahsen; Hendrica, d. v. J. P. Uljee en P. G. v. d. Hoeven; Johannes Cornelis, z. v. J. C. Pracht en M. v. d. Woerd; Jakob Israël, z. v. J. Gimberg en E. A. B. Pugge; Josephus Leons., z. v. M. J. A. Bronsgeest en J. J. Gunther; Wilhelmi- na Petra., d. v. J. Brokke en W. P. Swaak; Engelbertus Nies., z. v. P. D. A. v. d. Drift en J. M. Broeklioff; Johanna Maria Clasina, d. v. N. v. d. Hoed en. C. Tegelaar; Gerardus, z. v. G. Cramer en J. Truijers; Gerrit, z. v. G. Talens en A. Koorenhof; Petrus, z. v. H. v. d. Wes ten en W. v. Kempen; Hela. Josepha. Maria, d. v. A. Nater en A. A. K. Ger- rits; Maria Johanna, d. v. W. den Hee- ten en J. Passchier; Teunis, z. v. J. Ouwehand en J. C. Vavier; Johannes, z v. H. Vinkesteyn en A. Streefland; Lambts. Hermanus, z. v. G. Bregstraa- ten en D. Stikvoort; Agnita Helena, d. v. D. de Cler en C. S. Zwart; Alida Geertr. Maria Marga., d. v. J. Herner en J. de Roode; Jacoba Cornelia, d. v. J. J. Rozier en M. Mallmann; Jan Pieter, z. v. J. G. Wagemans en J. J. Brittijn; Nicolaas, z. v. N. Timmers en J. Labor dus; Jan Louis Maria, z. v. L. L. Guisenhoven en J. J. W. D. ter Haar: Antonius Matthijs, v. A. M. la Mail en M. v. d. Reijden. Gehuwd: L. Serdijn, jm. en M. J. v. Wijngaarden, jd.; W. J. de Bruyn, jm. en H. Strader, jd.; F. H. Teegelaar, Jm. en S. Boom jd.; W. Buwalda, wedr. en J Heyboer, jd.; A. Faber, jm. en M. C. Koppier; P. v. d. Burg, jm. en M. J. Ros, jd. Overleden: P. J. Ze veis tra, jd., 2 j.; H. v. d, YlekkacOA» A mnd.; S. Rente*-

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1925 | | pagina 1