NIEUWE LEIDSCHE COURANT VAN WOENSDAG 4 NOVEMBER 1925 TWEEDE BLAD. UIT ONZE INDIEN. komende landvoogd-vacature*. Een der medewerkers van de „Ind. Post" in Nederland heeft vernomen, dat jhr. mr. A. C. D. de Graeff, oL\i vice-president van den Raad van In- dië en thans Nederlandsch gezant te New-York, een der ernstige candida- ten is voor het ambt van gouverneur- generaal en dat zijn benoeming in de plaats van mr. Fock, vrij zeker ge noemd kan worden. Algemeen secretaris. Het „Soer. Hbld." verneemt, dat in Indische regeeringskringen gerekend wordt op een benoeming voor een al- gemen secretaris uit Holland, waar voor een jhr. Six in aanmerking zou komenn. Men neemt aan, dat dit is geschied in overeenstemming met den nieuwen gouverneur-generaal, wat er dus op zou wijzen, dat de keuze voor den nieuwen landvoogd reeds gedaan is. Spoorweg BataviaSoerabaja. Reeds geruimen tijd werd bij het S. S. bestuur een verbinding tusschen Batavia en Soerabaja voorbereid, wel ke slechts één dag in plaats van, zoo als thans, anderhalve dag zou duren. De ihvoering der snelverbinding op 1 Januari a.s. was reeds aangekondigd. De handelsverenigingen te Batavia en Soerabaja dienden hierover echter een weinig aanmoedigend advies in, zoodat thans, naar het A.I.D. verneemt door de S.S. leiding besloten is geheel wan het plan af te zien. Da bandjir in Bonkoelen. De correspondent van „Aneta" te Benkoelen geeft nadere bijzonderhe den omtrent den grooten banidjir, wel ke daar in den nacht van 22 op 23 Sep tember in het binnenland gewoed heeft en op de onderneming Pematang Da- nau elf slachtoffers heeft gemaakt. Aan een vrij diep ingesneden kali. waarin zelfs bij de zwaarste regens nooit een noemenswaardige hoeveel heid water stroomde, hacl een 16-tal vrije lieden, die voor het B.B. aan de wegverharding werkten, hun tenten in den vorm van een paar bambcehutjes. opgeslagen. In bovengencemden nacht nu heeft zich op de Boekiti „Kata" op welks hel ling de onderneming gelegen is, een zóó geweldige watermassa ontlast, dat zelfs de bedding van dit riviertje (ze ker een 10 meter diep) zich geheel met water vulde en de bamboehutjes mee sleurde, met de zich op dat moment daarin bevindende menschen, tw. 9 wegwerkers en 3 contractvrouwen der onderneming, die daar een uurtje door brachten en één kind. Twee der wegwerkers hebben kans gezien zich aan een dikken boomstam vast te grijpen, en, hoewel ernstig ge wond, het leven er af te brengen; de anderen zijn jammerlijk verdronken. Een zeehospitum. Het „A.I.D. de Pr. bode" vernam dat dank zij de mildheid van'een Chinees te Menado, den heer Tjae Kae Tae. daar het eerste en eenige zeehospitium in Ned.-Indië tot stand kwam. Behalve voor de gewone zieken, die nu een goede verpleging te Menado ge nieten kunnen, is er thans de moge lijkheid ,een kuur aan zee te kunnen doen, wat een groot voordeel is voor de vele longlijders en nerveuze per sonen. „Voor de maanden, dat er last van Westenwinden is, is er ook gezorgd. De patiënten kunnen dan bestraald worden door de ultra-violette stralen van de hoogtezon. „Wij vernemen, dat het plan nog in beraad is om ook een Röntgen-afdee- ling aan het ziekenhuis toe te voegen" schreef het blad. Kitts op Java. Vier maanden lang is er in de laag vlakten van Java bijna geen druppel regen meer gevallen: er heerscht dan ook zoo'n hitte, dat er tal van ziekte gevallen door ontstonden. De maand September, die een veeljarig gemiddel de van den neerslag heeft van% 85 m.M. baalde, dit jaar niet meer dan 3 mM. regenval in de gansche maand! We hebben dan ook 't voorrecht ge had, den warmsten dag der laatste vijftig jaren te mogen genieten. Met 96 26 graden Fahrenheit in de scha duw! We voelen ons dan ook als in 'n gloeienden oven en hebben in onze ver derde harten alleen nog maar illusies over den naderenden regentijd, zoo schreef men vanuit Java. De wederopbouw van Wonosobo. Uit Wonosobo vernam de Locomo tief, dat dezer dagen een aantal Euro- peesche woningen en kantoren na de aardbeving van November '24 opnieuw opgetrokken en in gebruik genomen zijn. Op de woning van den assistent- resident na, die van den controleur en het Diëng-Hotel, zal 12 November, den verjaardag van de aardbeving, welke het vorige jaar zoo'n groote schade aanrichtte, heel Wonosobo weer opge bouwd zijn. Men hoopt thans, dat iedereen in de stad en ook daarbuiten wederom ge huisvest zal zijn als vóór de ramp. Den 12en November zal een slamatan gege ven worden ter herdenking van de aardbeving. In het geheel is vooi* den. wederopbouw door particulieren bij! eengebracht een bedrag van rond f300 duizend. Hiervan zijn in de eerste plaats tien duizenden bestemd voor het wederom ter beschikking stellen aan de betrokken bevolking van onge veer 500 bouws sawah. Verder zijn opgetrokken vele honder den pest-vrije Inlandsche huizen, daar enboven zijn vergoedingen toegekend voor verloren gegaan huisraad aan ve len van de plattelandsbevolking, ter wijl ten slotte aan de bewoners van de stad vergoedingen werden toegekend voor geleden schade aan huizen en meubilair. Een geschil over 66 mille. Volgens het Soer. Hdbl. bestaat er tusschen de Regeering en de Pakket vaart Maatschappij een eigenaardig ge schil over een bedrag ad f 66.000, waar op de laatste aanspraak maakt. De schuld van het Land aan de Pa- ketvaart dateert uit het jaar1909. doch werd toentertijd door een ver zuim der K.P.M. geheel over 't hoofd gezien. Pas 10 jaren later, in 1919, werd het bestaan der onbetaalde schuld door de boekhouding ontdekt. Het oorspronkelijke bedrag was toen grooter, doch sedert werd reeds 15 mille door het Land betaald, omdat voor het bestaan dier schuld de be wijsstukken volledig aanwezig waren. Over de Vest ad 66 mille traineert de beslissing nu reeds, door het ontbre ken van de voorgeschreven bewijsstuk ken, zes jaren. Thans is door den Legercomman dant aan overste Dorrenboom en kapi tein Eldermans, beiden van de Mili taire administratie, opgedragen, zich in commissie naar Weltevreden te be geven, teneinde zich daar uit de boe ken van de K. P. M. te overtuigen van de rechtmatigheid van den gestelden eisch. Zes menschen levend verbrand. Eenige dagen geleden zoo meldde men aan het Soer. Hbld. van 3 Octo ber uit Magatan is aldaar afgebrand de kapokloods, toebenoorende aan den handelaar Tan Lim Sian. Bij dien brand zijn vijf vrouwen en één man in de vlammen omgekomen, terwijl vier personen werden gewond. T De Ijjkeu lagen voor een deur, welke was dichtgespijkerd, zoodat ontko ming langs die zijde onmogelijk was. Het blad,-herinnert er aan, dat in '24 in Penpyogo, een kapokloods afbrandde waarbij zesrpei^sonen omkwamen. Vrij\yel a)]e kapokloodsen zijn niet brandvrij en de herhaling der zeer ernstige ongelukken maakt het duide lijk, dal het noodig is maatregelen te nemen tegen dit gevaar. Voor biosco pen worden strenge maatregelen ge maakt, doch er is minstens evenveel aanleiding om voor kapokloodsen met haar uiterst brandbaren inhoud even eens scherpe voorschriften uit te vaar digen. Zoo behoort te worden verbo'den dat de deuren zijn gesloten als in de lood sen wordt gewerkt, en zeker nimmer dichtgespijkerd.' Andere maatregelen behooren te worden getroffen in over leg met de betrokken ambtenaren. Het blad dringt er op aan, dat aan het gqyaar van brand in kapokloodsen meer aandacht wordt geschonken. Een onderzoek behoort te worden ingesteld het is afschuwelijk, dat vrouwen, die wellicht voor 25 of 30 cent per dag wer ken, de kans loopen in zoo'n dichtge spijkerde loods te verbranden als mui zen in een val. KERK EN SCHOOL. NED. HERV. KERK. Beroepen: Ta Wapserveen, J. Aal tere te Veenhuizen. Aangenomen: Naar Zevenhoven (Z. HJ, J. R. Wolfensberger, eand. (te Noordelcos. Bedankt: Voor Bleiswijk, H. van Elven te Ooater-Niikerk. Voor Nieuw- ipoort, W. L. Mulder tei Enter. Voor Aalsmeer, J. A. Raams ta Rijswijk. GEREF. KERKEN. Zestal: Te Groningen, H. v. d. Elskamp te Kocg-Zaandijk, .J. G. Fean stra te Sclieveningen. T. J. Hagen ta D41ft, J. van Herksen ta Hillegom, Dr. J. Thjjs te Meppel en 11. Uytenhoudt ta Coevorden. CHR. GEREF. KERK. Beroepen: T© Werkendam, J. B. G. Croe3 te Bussum. Bevestiging, Intrede, Afscheid. Ds. H. M ooihui zen te Kromme nie, heeft Zondag j.l. in verband met zijn vertrek naar Aarlanderveen, af scheid genomen van de Garef. Kerk te Krommenie, piedikendei over Op. 2 vers io (slotwoorden). Het afscheid van Ds. L'. H. Bee- kamjj van de Ckr. Geref. Kerk van Bozencusg is bepaald op Zondag 29 November. De intreda te Haxlingen op Zondag 13 December. Bevestiger is docent P. J. M. de Bruin tei Apeldoorn. Zondagavond nam Ds. K. Groen afscheid van de Chr. Geref. Gemeente te Zwijndrecht met een predicatie over Psalm' eS:9. Na bevestigd te zijn door Dr. K. J. van den Berg, van Amersfoort deed Ds. Pop Zondag zijn intrede bü de Ned. Herv. Kerk te' Vaassen met een predicatie over Joh. 1 vers 29b. Ds. R. W. F. Kyftenbelt, be noemd tot predikant, bij de Indische Kerk, nam Zondag j.l. afscheid van de Ned. Herv. Gemeente te Veghel c.a., met een predicatie over Lucas 24:29. Ds. J. Men er, gekomen van Houwerzijl, deed Zondag j.l. zijn in- Tede bij de Geref. Kerk ta Niezrjl, na bevestigd te zijn door Ds. W. Weener van Munnekezini. De nieuwe leeraar had tot tekst 1 Cor. 3 Vers 9. Ds. .J. H. Kroeze, overgelfomen van Leidschendam, deed Zondag zijn intrede bij de Garef. Kerk te Reitsum met een predicatie over Col. 2:913. Bevestiger was Ds. A. J. Fannoy van van Ferwerd. Kerkelijke strijd. Eij de gisteravond gehouden stem ming voor acht gemachtigden in het kiescollege der Bed. Herv. Kerk te Sneek, werden de vrijzinnigen gekozen met een meerderheid van ruim .80 stem men. Het vorig jaar kwamen - d© ortho- FEUILLETON. Het geheim van CoMe Feil. 84) „Maar wat is het toch?" Terwijl de woorden nog op haar lip pen waren, werd een luide kreet ver nomen, een kreet als in uitersten ncod. „Hester Hester Blair." De graaf scheen het niet te hebben gehoord, maar in de ooren van de vrouw, die luisterde, klonken ze als 'n doodsknal. Zij scheen als in een steen veranderd, zij verstomde en verstijfde, haar hart scheen stil te staan. „De man is gek" riep Lord Arden uit. „Het is onverdragelijk om hier zulk een leven te maken." „Hester Hester Blair" riep dc stem weer en ditmaal boog dc graaf zijn hoofd om te luisteren. HOOFDSTUK XLVI. In de hal van Arden House. „Hester Hester Blair!" weerklonk het nogmaals. Zij bewoog zich niet. Als een kogel haar plotseling in het hart had getroffen, kon zij daar niet roerloozer hebben gezeten; zij wist wat het was; zij wist dat alles nu was ver loren. Zooals zij daar was gezeten met dat marmerwit gelaat, in al de pracht van haar vorsteliik avondtoilet, met het licht der sterren vallende op het flauwe fluweel en het hermelijnbont, op de diamanten kropn en op het glan zende donkere baar, zoo voelde zij al de ontzetting van het oogenblik. Zii wist, dat zij ondanks al dien uiterlij- ken schijn, een der rampzaligste vrou wen der wereld was. „De man is krankzinnig" riep de graaf uit. „Wat"is dat voor een naam. dien hij uitroept, Alice?" Maar zij gaf geen antwoord, zij wist. dat haar tijd was gekomen. „Kom 'binnen, lieveling" zei de graaf ik zal er spoedig genoeg een einde aan maken.". Doch zij kon zich niet bewegen, een koude huivering voer haar door de leden, in haar hoofd scheen een vuur te branden. Eindelijk was het gekomen het zwaard dat zoolang boven haar hoofd had gehangen, was nu gevallen! De graaf was te hoos om iets te mer ken. Hij vond het meer dan brutaal om zulk een rumoer te maken aan zijn deur en hij besloot er krachtdadig een eind aan te maken. „Kom, lieveling" zei hij tegen zijn vrouw en toen hij zag, dat zij daar bleek en bevend zat, niet in staat om op te staan, dacht hij, dat zij ziek was van angst. Het is onverdragelijk" riep hij uit Jï-Ïk zal dien man laten cevan- gen nemen." „Hester Hester Blair!" riep de stem weer en ditmaal herhaalde de graaf de woorden. „Hester Blair" zei hij, „de naara komt mij bekend voor. Kom, Alice, je behoeft niet bang te zijn. Kom maar binnen, lieveling." Met een wanhopige poging stond zü op om het huis binnen te gaan. Het ergste was gebeurd. Adam Ramsay was daar in beschonken toestand en haar geheim zou spoedig aan de ge- heele wereld bekend zijn. Het oogenblik, dat zij het rijtuig ver liet, deed hij een sprong in haar rich ting. „Hester!' riep hij uit, de gevouwen handen naar haar .uitgestrekt. „Hester Blair." Zij wendde het doodsbleeke gelaat naar haar man. „Is- hij gek?" vroeg zij. Ik zou zeggen van wel" was het verontwaardigde antwoord. „Hij zal zich hebben te Verantwoorden voor z'n gedrag." Zij had juist de haldeur bereikt, toen de wanhopige man nog een laatste poging deed haar te naderen; hij rukte zich los van de mannen die hem tracht ten vast te houden en greep den zoom van haar fluweefen sleep. „Hester Hester Blair" hij uit. ■doxen uit de bus met een Meerderheid van 8 stemmen. Leeraren naar Indië. Naar Aneta meldt, heeft de Indische, regeer in g den minister van koloniën vcrzjocht, voor het begin van het nieu we schooljaar 12 leeraren in de mo derne talen uit te zenden ten behoeve van het onderwijs op de hoogere* bur gerscholen in Indië. Uit het Sociale Leven. Chr. Overheidspersoneel. In de op Vrijdag 30 Oct. j.l. gehouden vergadering van het Permanent Comi té van Chr. organisaties van personeel in publieken dienst werden de door de Regeering ingediende voorstellen tot wijziging der salarisregeling bespro ken. Algemeen werd betreurd, dat deze voorstellen in hoofdzaak beoogen de salarissen der hoogere ambtenaren te verbeteren. Erkend werd, dat deze ambtenaren inderdaad te laag worden bezoldigd, doch groote groepen van la gere en middelbare ambtenaren ver- keeren in hetzelfde geval. Voorts werd naar aanleiding de» in terpellatie-Ter Laan inzake de nool- uitkeering opgemerkt, dat in de ver gaderingen der Centrale Commissie voor G.O. op 17 en 23 Sept. j.l. niet de besparing van 23 millioen in het mid delpunt der besprekingen stond, maar dat het er om ging e endoor de Regee ring beschikbaar gesteld bedrag van 3 millioen op billijke wijze aan het Rijkspersoneel ten goede te doen ko men. Ingevolge het door de Regeering in Mei j.l. ingenomen standpunt, en in verband met het feit dat de Regeering, hij "monde van haar delegatie, het denkbeeld ran een uitkeering-in-eens als één der oplossingen beschouwde, althans niet onaannemelijk verklaar de, waren alle organisatie-vertegen woordigers in de Centrale Commissie van oordeel, dat een uitkeering-in-eens diende te worden verleend. Aangezien deze kwestie bij de interpellatie-Ter Laan niet duidelijk was uiteengezet, meende het Permanent Comité zijn standpunt nader te moeten verduide lijken. Leiders of Avonturiers? Men geraakt in de kringen der mo derne vakbeweging niet gauw uitgepraat over eigen voortreffelijkheid en minder waardigheid tegenwoordig heet het zelfs „zedelijke" minderwaardigheid der Christelijke vakorganisatie. Nu hjeti conflict bij de metaalonder- sneming der firma Smit weer tot het verleden behoort, is het, zegt de Ned. de moeite waard eens na te gaan, hoe hier het arbeidersbelang door den mo dernen bond is behartigd. Het begin was al dadelijk hoogst zon derling. Wanneer een arbeidersorgani satie* bepaalde wenschen heeft, dan pleegt zij zich met den patroon in ver binding te stellen, om de zaak nader te bespreken. Ook in de kringen der moderne vak bonden is dit gebruikelijk. Maar de leiding van den modernen metaalbewer kersbond maakt het zich gemakkelijker Deze begint met een personeelsverga dering samen te roepen, waarin een ultimatum wordt opgesteld, dat zal wor den verzonden, indien de directie bij ieen nog aan te vragen onderhoud niet toegeeft. (Zie „Eet Volk" van ,10 Oct.) Een tactiek, die niet modern, maar zui ver syndicalistisch is, omdat zü elk overleg afsnijdt. Maar het wordt nog mooier.^De Chr. vakorganisatie zou op een Vrijdag een onderhoud hebben met den metaaibond terwijl de moderne leiders pas Dins dag fl.a.v. in conferentie zouden kun nen worden ontvangen. De moderne ar beiders veronderstellen, dat de Christelijke worden voorgetrokken en loepen de fabriek uit. Later blijkt, dat de conferentie, die de Christelijke vak organisatie met den me taalbond zou hebben, geheel geen verband hield met de arbeidsvoorwaarden b;j de fir ma Smit. Nu zou men dus verwachten, dat de leiders van den modernen vakbond Zij klemde zich met een angstigen. zachten kreet vast aan den arm van haar man. „Wees niet bang" zei hij. Ik zal dien ellendeling wel straffen! Kom mee naar binnen, liefste. Ik zal hem gevan gen laten nemen." En als hij dat deed, zou haar vreese- lijke geschiedenis worden uitgeroepen, in de straten o, alles liever dan dat. Zij keek op naar het gelaat van haar man. „Neen, neen" zei zij zwakjes, „dat niet." „Ja zeker wel dat wel" riep hij uit. Hij bracht zijn vrouw in de salon en deed haar op een sofa neerzitten. „Je bent geschrokken, Alice" zei hij, „ik zal om wat wijn bellen. Wees maar niet bang, ik zal dien man nu gauw ge noeg uit den weg hebben." Zij had zich echter wel aan hem wil len vastklemmen, zij had hem wel wil len smoeken, toch voorzichtig te zijn. want haar geheim stond op het spel; maar zij had geen kracht, geen sterk te, de bleekheid van den dood lag op haar gelaat. Hij begreep echter niet de stomme bede harer oogen. „Mijn lieveling" zei hij, „je moet niet zoo gauw schrikken, Adèle" want de kamenier was juist op het bellen binnengekomen krijg wat wijn voor ie meesteres", maar de ongelukkige AAN HET ZOEKLICHT. Leiden, 4 November 1925. Man meent wel eens dat de strijd voor een korten werkdag iets is van den nieuwen tijd. Dat deze opvatting niet juist is, blijkt echter wel uit het volgende rijmpje van 'tjaar 1618, dat ik op een kalen derblaadje vond: Vijf uren suldy in den dach Godt eeren Seven uren suldy u werek hanteeren. Seven uren meuch dy slapen Twee uren meuch dy locht rapen Drie uren meuch dy eeten. Aldus doende suldy den tijdt vergeten. Ook hier geldt dus dat er niets nieuws is onder de zon. De buitenlucht genieten. OBSERVATOR. deze wilde staking ten scherpste zou den veroordeelen en hun mannen, weer in het organisatorisch verband terug brengen. Maar niets van dat alles. De moderne leiders aanvaarden met een stalen gezicht de leiding der staking ende syndicalistische tactiek, door de modernen steeds met minachting be- besproken, wordt slaafs gevolgd. En nu de ernstige consekwenties. Er wordt eenige dagen gestaakt. Men kan vooruit begrijpen, dat het verkeerd^ moet uitlocpen. De stakers worden bij elkaar geroepen en er wordt in meer derheid besloten het conflict op te heffen als de firma Smit geen maat regelen neemt tegen hen, die werkwil ligen, waaronder ook Christelijke ar beiders, hebben gemolesteerd. De firma Smit weigert dit. Desniettemin besluit men het werk weer te hervatten. Evenals in het textielconflict, wordt de chaos nu volkomen. De stakera mel den zich groepsgewijze bij de fa'orieks poort aan. werden enkele arbeiders niet meer aangenomen, dan ging soms een heel groepje weer naar buiten. Elke organisatorische leiding ontbreekt. De syndicalistische beginselen hebben "het in dit conflict voor de der de maal gewonnen. „Het Volk" ziet in liet Rotterdam- sche conflict „een bevrijdende daad". Wij lezen in een hoofdartikel van 28 October. „Onze Metaalbewerkersbond heeft zich resoluut op eigen voeten gesteld, heeft de rechtsche organisatie van zich afgeschud en heeft daarmede oen. resultaat bereikt, dat het voor alle arbeiders duidelijk moet maken hoe alleen onze moderne vakbewe ging dei ware. strijdende organisatie* 'is, die door haar energiek doorzet ten, belangrijke voordeelen voor de arbeidersklassen weet te behalen". Wij zijn overtuigd, dat de Christelijke vakorganisatie zich door de hetze der modernen over haar „zedelijk verval" niet zal laten intimideeren. Zij is Sterk genoeg om krachtens eigen beginsel eigen lijn uit te stippelen. Wie het gebeurde bij Smit rustig aan zich laat voorbijgaan, zal zich met zorg moeten afvragen, of de bestuurders van den modernen metaalbewerkersbond in dit geval niet als avonturiers in plaats van als leiders hebben gehan deld. NAJAARSLIED. Ik ken jgeen schooner kleuren Dan die van 't Hollandsch bosch, In bruinen najaarsdos; Ik ken geen zoeter geuren, Dan die uit droge mos, Uit geelroods eikenbladeren En varenkruid dat bloeit, Mij op het koeltje naderen, Dat met mijn. lokken stoeit. Ik ken geen schooner luchten Dan waar de herfst mee praalt, Als 't zonlicht nederdaalt En dorpen en gehuchten In goud en kleuren maalt. Weer is een dag vervlogen; Wrelhaast een jaargetij; Een jaar gaat voor uw oogen Geljjk een damp voorbij. BEETS. gravin sprak niet, noch verroerde zich. „Mijnheer" zei de oude bottelier, die haastig de kamer binnenkwam, „zou u zoo goed willen zijn om in de hal te komen?" Het volgende oogenblik was hij weg en zij zat in stille wanhoop te wachten op wat zou volgen. Zij had in haar le ven reeds zware uren doorleefd, maar nooit had zij zulk een benauwden angst doorstaan als thans. Zij was als versteend. De slag was zoo plotseling gevallen, juist toen zij zich zoo veilig voelde, dat het dubbel vreeselijk was Adèle bracht wijn, maar haar meeste res kon niet drinken. Niets kon haar nu meer redden niets. De kamenier ging weer heen en een stilte, die erger was dan het rumoer van zoo even volgde. Lord Arden was in hooge mate ver toornd naar buiten gegaan. Hij zou den man laten opsluiten en straffen, hij zou geen medelijden met hem heb ben, want hij had zijn lieye vrouw schrik aangejaagd. Hij ging naar de hal, waar de wors teling zich had voortgezet; hij hoorde den vreemdeling roepen: „Ik wil Lady Arden zien. Ik zal het huis niet verlaten, voor ik Kaar gez»*1* heb. Ik wil haar zien. Het is voor m*, een zaak van leven of dood." Wordt vervolgd

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1925 | | pagina 5