NIEUWE LEIDSCHE COURANT VAN WOENSDAG
4 NOVEMBER 1925
TWEEDE BLAD.
UIT ONZE INDIEN.
komende landvoogd-vacature*.
Een der medewerkers van de „Ind.
Post" in Nederland heeft vernomen,
dat jhr. mr. A. C. D. de Graeff, oL\i
vice-president van den Raad van In-
dië en thans Nederlandsch gezant te
New-York, een der ernstige candida-
ten is voor het ambt van gouverneur-
generaal en dat zijn benoeming in de
plaats van mr. Fock, vrij zeker ge
noemd kan worden.
Algemeen secretaris.
Het „Soer. Hbld." verneemt, dat in
Indische regeeringskringen gerekend
wordt op een benoeming voor een al-
gemen secretaris uit Holland, waar
voor een jhr. Six in aanmerking zou
komenn.
Men neemt aan, dat dit is geschied
in overeenstemming met den nieuwen
gouverneur-generaal, wat er dus op
zou wijzen, dat de keuze voor den
nieuwen landvoogd reeds gedaan is.
Spoorweg BataviaSoerabaja.
Reeds geruimen tijd werd bij het S.
S. bestuur een verbinding tusschen
Batavia en Soerabaja voorbereid, wel
ke slechts één dag in plaats van, zoo
als thans, anderhalve dag zou duren.
De ihvoering der snelverbinding op 1
Januari a.s. was reeds aangekondigd.
De handelsverenigingen te Batavia
en Soerabaja dienden hierover echter
een weinig aanmoedigend advies in,
zoodat thans, naar het A.I.D. verneemt
door de S.S. leiding besloten is geheel
wan het plan af te zien.
Da bandjir in Bonkoelen.
De correspondent van „Aneta" te
Benkoelen geeft nadere bijzonderhe
den omtrent den grooten banidjir, wel
ke daar in den nacht van 22 op 23 Sep
tember in het binnenland gewoed heeft
en op de onderneming Pematang Da-
nau elf slachtoffers heeft gemaakt.
Aan een vrij diep ingesneden kali.
waarin zelfs bij de zwaarste regens
nooit een noemenswaardige hoeveel
heid water stroomde, hacl een 16-tal
vrije lieden, die voor het B.B. aan de
wegverharding werkten, hun tenten in
den vorm van een paar bambcehutjes.
opgeslagen.
In bovengencemden nacht nu heeft
zich op de Boekiti „Kata" op welks hel
ling de onderneming gelegen is, een
zóó geweldige watermassa ontlast, dat
zelfs de bedding van dit riviertje (ze
ker een 10 meter diep) zich geheel met
water vulde en de bamboehutjes mee
sleurde, met de zich op dat moment
daarin bevindende menschen, tw. 9
wegwerkers en 3 contractvrouwen der
onderneming, die daar een uurtje door
brachten en één kind.
Twee der wegwerkers hebben kans
gezien zich aan een dikken boomstam
vast te grijpen, en, hoewel ernstig ge
wond, het leven er af te brengen; de
anderen zijn jammerlijk verdronken.
Een zeehospitum.
Het „A.I.D. de Pr. bode" vernam dat
dank zij de mildheid van'een Chinees
te Menado, den heer Tjae Kae Tae.
daar het eerste en eenige zeehospitium
in Ned.-Indië tot stand kwam.
Behalve voor de gewone zieken, die
nu een goede verpleging te Menado ge
nieten kunnen, is er thans de moge
lijkheid ,een kuur aan zee te kunnen
doen, wat een groot voordeel is voor
de vele longlijders en nerveuze per
sonen.
„Voor de maanden, dat er last van
Westenwinden is, is er ook gezorgd.
De patiënten kunnen dan bestraald
worden door de ultra-violette stralen
van de hoogtezon.
„Wij vernemen, dat het plan nog in
beraad is om ook een Röntgen-afdee-
ling aan het ziekenhuis toe te voegen"
schreef het blad.
Kitts op Java.
Vier maanden lang is er in de laag
vlakten van Java bijna geen druppel
regen meer gevallen: er heerscht dan
ook zoo'n hitte, dat er tal van ziekte
gevallen door ontstonden. De maand
September, die een veeljarig gemiddel
de van den neerslag heeft van% 85 m.M.
baalde, dit jaar niet meer dan 3 mM.
regenval in de gansche maand!
We hebben dan ook 't voorrecht ge
had, den warmsten dag der laatste
vijftig jaren te mogen genieten. Met
96 26 graden Fahrenheit in de scha
duw! We voelen ons dan ook als in 'n
gloeienden oven en hebben in onze ver
derde harten alleen nog maar illusies
over den naderenden regentijd, zoo
schreef men vanuit Java.
De wederopbouw van Wonosobo.
Uit Wonosobo vernam de Locomo
tief, dat dezer dagen een aantal Euro-
peesche woningen en kantoren na de
aardbeving van November '24 opnieuw
opgetrokken en in gebruik genomen
zijn. Op de woning van den assistent-
resident na, die van den controleur en
het Diëng-Hotel, zal 12 November, den
verjaardag van de aardbeving, welke
het vorige jaar zoo'n groote schade
aanrichtte, heel Wonosobo weer opge
bouwd zijn.
Men hoopt thans, dat iedereen in de
stad en ook daarbuiten wederom ge
huisvest zal zijn als vóór de ramp. Den
12en November zal een slamatan gege
ven worden ter herdenking van de
aardbeving. In het geheel is vooi* den.
wederopbouw door particulieren bij!
eengebracht een bedrag van rond f300
duizend. Hiervan zijn in de eerste
plaats tien duizenden bestemd voor
het wederom ter beschikking stellen
aan de betrokken bevolking van onge
veer 500 bouws sawah.
Verder zijn opgetrokken vele honder
den pest-vrije Inlandsche huizen, daar
enboven zijn vergoedingen toegekend
voor verloren gegaan huisraad aan ve
len van de plattelandsbevolking, ter
wijl ten slotte aan de bewoners van de
stad vergoedingen werden toegekend
voor geleden schade aan huizen en
meubilair.
Een geschil over 66 mille.
Volgens het Soer. Hdbl. bestaat er
tusschen de Regeering en de Pakket
vaart Maatschappij een eigenaardig ge
schil over een bedrag ad f 66.000, waar
op de laatste aanspraak maakt.
De schuld van het Land aan de Pa-
ketvaart dateert uit het jaar1909.
doch werd toentertijd door een ver
zuim der K.P.M. geheel over 't hoofd
gezien. Pas 10 jaren later, in 1919,
werd het bestaan der onbetaalde
schuld door de boekhouding ontdekt.
Het oorspronkelijke bedrag was toen
grooter, doch sedert werd reeds 15
mille door het Land betaald, omdat
voor het bestaan dier schuld de be
wijsstukken volledig aanwezig waren.
Over de Vest ad 66 mille traineert de
beslissing nu reeds, door het ontbre
ken van de voorgeschreven bewijsstuk
ken, zes jaren.
Thans is door den Legercomman
dant aan overste Dorrenboom en kapi
tein Eldermans, beiden van de Mili
taire administratie, opgedragen, zich
in commissie naar Weltevreden te be
geven, teneinde zich daar uit de boe
ken van de K. P. M. te overtuigen van
de rechtmatigheid van den gestelden
eisch.
Zes menschen levend verbrand.
Eenige dagen geleden zoo meldde
men aan het Soer. Hbld. van 3 Octo
ber uit Magatan is aldaar afgebrand
de kapokloods, toebenoorende aan den
handelaar Tan Lim Sian.
Bij dien brand zijn vijf vrouwen en
één man in de vlammen omgekomen,
terwijl vier personen werden gewond.
T
De Ijjkeu lagen voor een deur, welke
was dichtgespijkerd, zoodat ontko
ming langs die zijde onmogelijk was.
Het blad,-herinnert er aan, dat in '24
in Penpyogo, een kapokloods afbrandde
waarbij zesrpei^sonen omkwamen.
Vrij\yel a)]e kapokloodsen zijn niet
brandvrij en de herhaling der zeer
ernstige ongelukken maakt het duide
lijk, dal het noodig is maatregelen te
nemen tegen dit gevaar. Voor biosco
pen worden strenge maatregelen ge
maakt, doch er is minstens evenveel
aanleiding om voor kapokloodsen met
haar uiterst brandbaren inhoud even
eens scherpe voorschriften uit te vaar
digen.
Zoo behoort te worden verbo'den dat
de deuren zijn gesloten als in de lood
sen wordt gewerkt, en zeker nimmer
dichtgespijkerd.' Andere maatregelen
behooren te worden getroffen in over
leg met de betrokken ambtenaren.
Het blad dringt er op aan, dat aan
het gqyaar van brand in kapokloodsen
meer aandacht wordt geschonken. Een
onderzoek behoort te worden ingesteld
het is afschuwelijk, dat vrouwen, die
wellicht voor 25 of 30 cent per dag wer
ken, de kans loopen in zoo'n dichtge
spijkerde loods te verbranden als mui
zen in een val.
KERK EN SCHOOL.
NED. HERV. KERK.
Beroepen: Ta Wapserveen, J. Aal
tere te Veenhuizen.
Aangenomen: Naar Zevenhoven
(Z. HJ, J. R. Wolfensberger, eand.
(te Noordelcos.
Bedankt: Voor Bleiswijk, H. van
Elven te Ooater-Niikerk. Voor Nieuw-
ipoort, W. L. Mulder tei Enter. Voor
Aalsmeer, J. A. Raams ta Rijswijk.
GEREF. KERKEN.
Zestal: Te Groningen, H. v. d.
Elskamp te Kocg-Zaandijk, .J. G. Fean
stra te Sclieveningen. T. J. Hagen ta
D41ft, J. van Herksen ta Hillegom, Dr.
J. Thjjs te Meppel en 11. Uytenhoudt ta
Coevorden.
CHR. GEREF. KERK.
Beroepen: T© Werkendam, J. B.
G. Croe3 te Bussum.
Bevestiging, Intrede, Afscheid.
Ds. H. M ooihui zen te Kromme
nie, heeft Zondag j.l. in verband met
zijn vertrek naar Aarlanderveen, af
scheid genomen van de Garef. Kerk
te Krommenie, piedikendei over Op. 2
vers io (slotwoorden).
Het afscheid van Ds. L'. H. Bee-
kamjj van de Ckr. Geref. Kerk van
Bozencusg is bepaald op Zondag 29
November. De intreda te Haxlingen op
Zondag 13 December.
Bevestiger is docent P. J. M. de
Bruin tei Apeldoorn.
Zondagavond nam Ds. K. Groen
afscheid van de Chr. Geref. Gemeente
te Zwijndrecht met een predicatie over
Psalm' eS:9.
Na bevestigd te zijn door Dr. K.
J. van den Berg, van Amersfoort deed
Ds. Pop Zondag zijn intrede bü de
Ned. Herv. Kerk te' Vaassen met een
predicatie over Joh. 1 vers 29b.
Ds. R. W. F. Kyftenbelt, be
noemd tot predikant, bij de Indische
Kerk, nam Zondag j.l. afscheid van de
Ned. Herv. Gemeente te Veghel c.a.,
met een predicatie over Lucas 24:29.
Ds. J. Men er, gekomen van
Houwerzijl, deed Zondag j.l. zijn in-
Tede bij de Geref. Kerk ta Niezrjl, na
bevestigd te zijn door Ds. W. Weener
van Munnekezini.
De nieuwe leeraar had tot tekst 1
Cor. 3 Vers 9.
Ds. .J. H. Kroeze, overgelfomen
van Leidschendam, deed Zondag zijn
intrede bij de Garef. Kerk te Reitsum
met een predicatie over Col. 2:913.
Bevestiger was Ds. A. J. Fannoy van
van Ferwerd.
Kerkelijke strijd.
Eij de gisteravond gehouden stem
ming voor acht gemachtigden in het
kiescollege der Bed. Herv. Kerk te
Sneek, werden de vrijzinnigen gekozen
met een meerderheid van ruim .80 stem
men.
Het vorig jaar kwamen - d© ortho-
FEUILLETON.
Het geheim van CoMe Feil.
84)
„Maar wat is het toch?"
Terwijl de woorden nog op haar lip
pen waren, werd een luide kreet ver
nomen, een kreet als in uitersten ncod.
„Hester Hester Blair."
De graaf scheen het niet te hebben
gehoord, maar in de ooren van de
vrouw, die luisterde, klonken ze als 'n
doodsknal. Zij scheen als in een steen
veranderd, zij verstomde en verstijfde,
haar hart scheen stil te staan.
„De man is gek" riep Lord Arden
uit. „Het is onverdragelijk om hier
zulk een leven te maken."
„Hester Hester Blair" riep dc stem
weer en ditmaal boog dc graaf zijn
hoofd om te luisteren.
HOOFDSTUK XLVI.
In de hal van Arden House.
„Hester Hester Blair!" weerklonk
het nogmaals. Zij bewoog zich niet.
Als een kogel haar plotseling in het
hart had getroffen, kon zij daar niet
roerloozer hebben gezeten; zij wist wat
het was; zij wist dat alles nu was ver
loren. Zooals zij daar was gezeten met
dat marmerwit gelaat, in al de pracht
van haar vorsteliik avondtoilet, met
het licht der sterren vallende op het
flauwe fluweel en het hermelijnbont,
op de diamanten kropn en op het glan
zende donkere baar, zoo voelde zij al
de ontzetting van het oogenblik. Zii
wist, dat zij ondanks al dien uiterlij-
ken schijn, een der rampzaligste vrou
wen der wereld was.
„De man is krankzinnig" riep de
graaf uit. „Wat"is dat voor een naam.
dien hij uitroept, Alice?"
Maar zij gaf geen antwoord, zij wist.
dat haar tijd was gekomen.
„Kom 'binnen, lieveling" zei de graaf
ik zal er spoedig genoeg een einde
aan maken.".
Doch zij kon zich niet bewegen, een
koude huivering voer haar door de
leden, in haar hoofd scheen een vuur
te branden.
Eindelijk was het gekomen het
zwaard dat zoolang boven haar hoofd
had gehangen, was nu gevallen!
De graaf was te hoos om iets te mer
ken. Hij vond het meer dan brutaal
om zulk een rumoer te maken aan zijn
deur en hij besloot er krachtdadig een
eind aan te maken.
„Kom, lieveling" zei hij tegen zijn
vrouw en toen hij zag, dat zij daar
bleek en bevend zat, niet in staat om
op te staan, dacht hij, dat zij ziek was
van angst. Het is onverdragelijk" riep
hij uit Jï-Ïk zal dien man laten cevan-
gen nemen."
„Hester Hester Blair!" riep de
stem weer en ditmaal herhaalde de
graaf de woorden.
„Hester Blair" zei hij, „de naara
komt mij bekend voor. Kom, Alice, je
behoeft niet bang te zijn. Kom maar
binnen, lieveling."
Met een wanhopige poging stond zü
op om het huis binnen te gaan. Het
ergste was gebeurd. Adam Ramsay
was daar in beschonken toestand en
haar geheim zou spoedig aan de ge-
heele wereld bekend zijn.
Het oogenblik, dat zij het rijtuig ver
liet, deed hij een sprong in haar rich
ting.
„Hester!' riep hij uit, de gevouwen
handen naar haar .uitgestrekt. „Hester
Blair."
Zij wendde het doodsbleeke gelaat
naar haar man.
„Is- hij gek?" vroeg zij.
Ik zou zeggen van wel" was het
verontwaardigde antwoord. „Hij zal
zich hebben te Verantwoorden voor z'n
gedrag."
Zij had juist de haldeur bereikt, toen
de wanhopige man nog een laatste
poging deed haar te naderen; hij rukte
zich los van de mannen die hem tracht
ten vast te houden en greep den zoom
van haar fluweefen sleep.
„Hester Hester Blair" hij uit.
■doxen uit de bus met een Meerderheid
van 8 stemmen.
Leeraren naar Indië.
Naar Aneta meldt, heeft de Indische,
regeer in g den minister van koloniën
vcrzjocht, voor het begin van het nieu
we schooljaar 12 leeraren in de mo
derne talen uit te zenden ten behoeve
van het onderwijs op de hoogere* bur
gerscholen in Indië.
Uit het Sociale Leven.
Chr. Overheidspersoneel.
In de op Vrijdag 30 Oct. j.l. gehouden
vergadering van het Permanent Comi
té van Chr. organisaties van personeel
in publieken dienst werden de door de
Regeering ingediende voorstellen tot
wijziging der salarisregeling bespro
ken. Algemeen werd betreurd, dat deze
voorstellen in hoofdzaak beoogen de
salarissen der hoogere ambtenaren te
verbeteren. Erkend werd, dat deze
ambtenaren inderdaad te laag worden
bezoldigd, doch groote groepen van la
gere en middelbare ambtenaren ver-
keeren in hetzelfde geval.
Voorts werd naar aanleiding de» in
terpellatie-Ter Laan inzake de nool-
uitkeering opgemerkt, dat in de ver
gaderingen der Centrale Commissie
voor G.O. op 17 en 23 Sept. j.l. niet de
besparing van 23 millioen in het mid
delpunt der besprekingen stond, maar
dat het er om ging e endoor de Regee
ring beschikbaar gesteld bedrag van
3 millioen op billijke wijze aan het
Rijkspersoneel ten goede te doen ko
men. Ingevolge het door de Regeering in
Mei j.l. ingenomen standpunt, en in
verband met het feit dat de Regeering,
hij "monde van haar delegatie, het
denkbeeld ran een uitkeering-in-eens
als één der oplossingen beschouwde,
althans niet onaannemelijk verklaar
de, waren alle organisatie-vertegen
woordigers in de Centrale Commissie
van oordeel, dat een uitkeering-in-eens
diende te worden verleend. Aangezien
deze kwestie bij de interpellatie-Ter
Laan niet duidelijk was uiteengezet,
meende het Permanent Comité zijn
standpunt nader te moeten verduide
lijken.
Leiders of Avonturiers?
Men geraakt in de kringen der mo
derne vakbeweging niet gauw uitgepraat
over eigen voortreffelijkheid en minder
waardigheid tegenwoordig heet het
zelfs „zedelijke" minderwaardigheid
der Christelijke vakorganisatie.
Nu hjeti conflict bij de metaalonder-
sneming der firma Smit weer tot het
verleden behoort, is het, zegt de Ned.
de moeite waard eens na te gaan, hoe
hier het arbeidersbelang door den mo
dernen bond is behartigd.
Het begin was al dadelijk hoogst zon
derling. Wanneer een arbeidersorgani
satie* bepaalde wenschen heeft, dan
pleegt zij zich met den patroon in ver
binding te stellen, om de zaak nader
te bespreken.
Ook in de kringen der moderne vak
bonden is dit gebruikelijk. Maar de
leiding van den modernen metaalbewer
kersbond maakt het zich gemakkelijker
Deze begint met een personeelsverga
dering samen te roepen, waarin een
ultimatum wordt opgesteld, dat zal wor
den verzonden, indien de directie bij
ieen nog aan te vragen onderhoud niet
toegeeft. (Zie „Eet Volk" van ,10 Oct.)
Een tactiek, die niet modern, maar zui
ver syndicalistisch is, omdat zü
elk overleg afsnijdt.
Maar het wordt nog mooier.^De Chr.
vakorganisatie zou op een Vrijdag een
onderhoud hebben met den metaaibond
terwijl de moderne leiders pas Dins
dag fl.a.v. in conferentie zouden kun
nen worden ontvangen. De moderne ar
beiders veronderstellen, dat de
Christelijke worden voorgetrokken en
loepen de fabriek uit. Later blijkt, dat
de conferentie, die de Christelijke vak
organisatie met den me taalbond zou
hebben, geheel geen verband hield
met de arbeidsvoorwaarden b;j de fir
ma Smit.
Nu zou men dus verwachten, dat
de leiders van den modernen vakbond
Zij klemde zich met een angstigen.
zachten kreet vast aan den arm van
haar man.
„Wees niet bang" zei hij. Ik zal dien
ellendeling wel straffen! Kom mee
naar binnen, liefste. Ik zal hem gevan
gen laten nemen."
En als hij dat deed, zou haar vreese-
lijke geschiedenis worden uitgeroepen,
in de straten o, alles liever dan dat.
Zij keek op naar het gelaat van haar
man.
„Neen, neen" zei zij zwakjes, „dat
niet."
„Ja zeker wel dat wel" riep hij uit.
Hij bracht zijn vrouw in de salon en
deed haar op een sofa neerzitten. „Je
bent geschrokken, Alice" zei hij, „ik
zal om wat wijn bellen. Wees maar
niet bang, ik zal dien man nu gauw ge
noeg uit den weg hebben."
Zij had zich echter wel aan hem wil
len vastklemmen, zij had hem wel wil
len smoeken, toch voorzichtig te zijn.
want haar geheim stond op het spel;
maar zij had geen kracht, geen sterk
te, de bleekheid van den dood lag op
haar gelaat. Hij begreep echter niet de
stomme bede harer oogen.
„Mijn lieveling" zei hij, „je moet niet
zoo gauw schrikken, Adèle" want
de kamenier was juist op het bellen
binnengekomen krijg wat wijn voor
ie meesteres", maar de ongelukkige
AAN HET ZOEKLICHT.
Leiden, 4 November 1925.
Man meent wel eens dat de strijd
voor een korten werkdag iets is van
den nieuwen tijd.
Dat deze opvatting niet juist is, blijkt
echter wel uit het volgende rijmpje
van 'tjaar 1618, dat ik op een kalen
derblaadje vond:
Vijf uren suldy in den dach Godt eeren
Seven uren suldy u werek hanteeren.
Seven uren meuch dy slapen
Twee uren meuch dy locht rapen
Drie uren meuch dy eeten.
Aldus doende suldy den tijdt vergeten.
Ook hier geldt dus dat er niets nieuws
is onder de zon.
De buitenlucht genieten.
OBSERVATOR.
deze wilde staking ten scherpste zou
den veroordeelen en hun mannen, weer
in het organisatorisch verband terug
brengen. Maar niets van dat alles. De
moderne leiders aanvaarden met een
stalen gezicht de leiding der staking
ende syndicalistische tactiek, door
de modernen steeds met minachting be-
besproken, wordt slaafs gevolgd.
En nu de ernstige consekwenties. Er
wordt eenige dagen gestaakt. Men kan
vooruit begrijpen, dat het verkeerd^
moet uitlocpen. De stakers worden bij
elkaar geroepen en er wordt in meer
derheid besloten het conflict op te
heffen als de firma Smit geen maat
regelen neemt tegen hen, die werkwil
ligen, waaronder ook Christelijke ar
beiders, hebben gemolesteerd. De firma
Smit weigert dit. Desniettemin besluit
men het werk weer te hervatten.
Evenals in het textielconflict, wordt
de chaos nu volkomen. De stakera mel
den zich groepsgewijze bij de fa'orieks
poort aan. werden enkele arbeiders
niet meer aangenomen, dan ging soms
een heel groepje weer naar buiten.
Elke organisatorische leiding ontbreekt.
De syndicalistische beginselen
hebben "het in dit conflict voor de der
de maal gewonnen.
„Het Volk" ziet in liet Rotterdam-
sche conflict „een bevrijdende daad".
Wij lezen in een hoofdartikel van
28 October.
„Onze Metaalbewerkersbond heeft
zich resoluut op eigen voeten gesteld,
heeft de rechtsche organisatie van
zich afgeschud en heeft daarmede
oen. resultaat bereikt, dat het voor
alle arbeiders duidelijk moet maken
hoe alleen onze moderne vakbewe
ging dei ware. strijdende organisatie*
'is, die door haar energiek doorzet
ten, belangrijke voordeelen voor de
arbeidersklassen weet te behalen".
Wij zijn overtuigd, dat de Christelijke
vakorganisatie zich door de hetze der
modernen over haar „zedelijk verval"
niet zal laten intimideeren. Zij is Sterk
genoeg om krachtens eigen beginsel
eigen lijn uit te stippelen.
Wie het gebeurde bij Smit rustig aan
zich laat voorbijgaan, zal zich met zorg
moeten afvragen, of de bestuurders van
den modernen metaalbewerkersbond in
dit geval niet als avonturiers in
plaats van als leiders hebben gehan
deld.
NAJAARSLIED.
Ik ken jgeen schooner kleuren
Dan die van 't Hollandsch bosch,
In bruinen najaarsdos;
Ik ken geen zoeter geuren,
Dan die uit droge mos,
Uit geelroods eikenbladeren
En varenkruid dat bloeit,
Mij op het koeltje naderen,
Dat met mijn. lokken stoeit.
Ik ken geen schooner luchten
Dan waar de herfst mee praalt,
Als 't zonlicht nederdaalt
En dorpen en gehuchten
In goud en kleuren maalt.
Weer is een dag vervlogen;
Wrelhaast een jaargetij;
Een jaar gaat voor uw oogen
Geljjk een damp voorbij.
BEETS.
gravin sprak niet, noch verroerde zich.
„Mijnheer" zei de oude bottelier, die
haastig de kamer binnenkwam, „zou
u zoo goed willen zijn om in de hal te
komen?"
Het volgende oogenblik was hij weg
en zij zat in stille wanhoop te wachten
op wat zou volgen. Zij had in haar le
ven reeds zware uren doorleefd, maar
nooit had zij zulk een benauwden
angst doorstaan als thans. Zij was als
versteend. De slag was zoo plotseling
gevallen, juist toen zij zich zoo veilig
voelde, dat het dubbel vreeselijk was
Adèle bracht wijn, maar haar meeste
res kon niet drinken. Niets kon haar
nu meer redden niets. De kamenier
ging weer heen en een stilte, die erger
was dan het rumoer van zoo even
volgde.
Lord Arden was in hooge mate ver
toornd naar buiten gegaan. Hij zou
den man laten opsluiten en straffen,
hij zou geen medelijden met hem heb
ben, want hij had zijn lieye vrouw
schrik aangejaagd.
Hij ging naar de hal, waar de wors
teling zich had voortgezet; hij hoorde
den vreemdeling roepen:
„Ik wil Lady Arden zien. Ik zal het
huis niet verlaten, voor ik Kaar gez»*1*
heb. Ik wil haar zien. Het is voor m*,
een zaak van leven of dood."
Wordt vervolgd