NIEUWE LEIDSCHE COURANT VAN ZATERDAG 10 OCTOBER 1925
Aan het einde der Week
De conferentie te Locarno héert,
alle pogingen tot sabotage ten spijt,
tot nog toe een zeer goed verloop.
Een groot gjedee^te van het door
de juristen en deskundigen te Lon
den opgestelde Rijniancipacc is reeds
aangenomen. Maar toen 't uitkwam,
dat de Itaiiahnsche pers in 't bezit
was van een afschrift van net pact,
leek 't wei even, alsof nu ue zaak vast
zou loopen. .Want vooral voor de
Duitsche delegatie, zou het zeer pijn
lijk zijn als de regelingen bekend
werden, vóór de definitieve tekst vast
gesteld is, daar 2ij tijdens de onder-
handelingen natuurlijk met graag door
de nationalistische oppositie aange
vallen wordt.
Het heet nu dat de inhoud van
het gestolen stuk gedeeltelijk gefan
taseerd is, en Mussolini heeft, nu zijn
hoop op een mislukken van de
.conferentie toch verijdeld was,de
publicatie ervan verboden.
De Russische Volkscommissaris vaa
Buitenlandsche Zaken Tschitcherin,
kreeg van de Zwitsersche regeering
geen verlof naar Locarno te gaan.
Jammer voor hem, maar voor 't wel
slagen der conferentie een goed ding,
daar neimand zoo graag de boel in
't honderd zou laten loopen als hij'.
Een nauwere aansluiting van Duitsch-
landaan Engeland ligt heelemaal niet
in 't politieke program der Sovjets. In
dertijd deden zij door 't sluiten van
het verdrag van Rapallo de confe
rentie te Genua mislukken, maar nu
verwachten de Duitschers meer van
de Britsche toenadering daar de vriend
schap met de Sovjets niet heel veel
opgeleverd heeft.
De Êoolsche en Tsjechische dele
gaties zijn nu ook in Locarno geko
men, in de hoop aan het Westelijk
Pact een tweede te kunnen verbin
den, en zien met verlangen pit naar
wat him g roti te bondgenoot Frankrijk
voorstellen zal.
Briand houdt, nu nog vast, dat het
Westelijk Pact onafscheidelijk is van
het Oostelijke. Want de i4 ranschen
hebben een zoo nauw ben genootschap
met Polen en Tsjecho-Slowakije, dat
in geval van oorlog het Westelijke
Pact hen toch niet helpen zal.
Immers belooft Engeland hulp als
Frankrijk aangevallen wordt, maar in
dien Frankrijk bij een oorlog tusschen
Polen en Duitschland er ook bij be
trokken wordt, is het niet zeker van
Engelsche hulp.
Dus willen zij zoo mogelijk Engeland
bewegen tot een Oostelijk Pact, maar
daar is, gezien "de openbare meening
in Engeland, heel weinig kans op. En
de Duitschers zullen zeker hun hoop
om een deel van Silezië terug te krij
gen, niet willen opgeven en 't Pact dus
alleen na g renswijziging willen aan
vaarden.
Mussolini, die zich blijkbaar weer
erg sterk voelt (of is 't een bewijs van
zwakte?) heeft zijn volgelingen weer
eens 'aan 'twerk gezet. Nu moesten
de vrijmetselaars *t ontgelden. In Flo
rence zijn op een avond de fascis
tische troepen binnen gevallen en heb
ben een groot aantal vrijmetselaars ge
dood en hun bezittingen vernield en
verbrand. Hauwkeurige berichten ko
men niet binnen, daar de censuur zeer
scherp is, maar een bewijs van de
frootè moraliteit der fascisten is 't ze
er. En nog zijn er menschen die een
Mussolin voor Holland wenschelijk
achten!
Het bericht van het over ij dep. van
Jhr. van Karnebeek brengt ons m ge
dachten wel in een andere sfeer dan
die dar Italiaaiïsche rechts verkrach
ters. .Deze voorvechter van de idee
van den Volkenbond heeft z\in uiterst
werkzaam leven besteed in dienst van
den wereldvrede.
Wat moet voor dezen man de we
reldoorlog een ontzettend iets geweest
zijn, daar hij toch vooral 'tweer te
rugvallen in de barbaarsche methoden
voelen moest.
Een eertijk politicus, zooals me.i nu
slechts met moeite vinden zal, een
die niet met zijn beginselen transi
geerde om 't baantje te houden, is
heengegaan.
Uit het grijs verleden.
PARTICULARISTISCHE RELIGIE.
Het lot der goden was zeer nauw
aan dat van hun stad verbonden. Was
een stad overwonnen, zoo geloofde
men, dan waren daarmee ook haar
goden overwonnen. Of wel, men was
overtuigd, dat de goden vóór den val
hunner stad deze verlaten hadden; im
mers een stad zou nooit genomen kun
nen worden, zoolang haar goden nog
binnen hare muren verblijf hielden*
Pas wanneer zij haar in den stéék
gelaten hadden, viel de stad.
Als Aeneas ziet, dat de Grieken
zich van Trio je hebben meester ge
maakt, roept bij uit, dat de goden uit
de stad zijn vertrokken, verlatend hun
tempels en hun altaren.
En bij Aeschylus, in zijn treurspel
„De tocht der zeven vorsten tegen
Thebe" geeft het koor der Thebanen
aan deze zelfde gedachte uitdrukking,
wanneer het, bij het naderen der vij
anden, de goden bezweert de stad niet
te verlaten.
Volgens deze opvatting was het dus,
om een stad te veroveren/ nöodig haar
goden uit haar te doen vertrekken. De
Romeinen hadden daarvoor een vaste
formule, die ons door Macrobius is
bewaard en die aldus luidt: „Gij, o
zeer groote, die deze stad onder uwe
bescherming hebt, ik smeek u, ik aan
bid u, ik vraag u genadig deze stad
en dit volk te verlaten, deze tempels,
deze heilige plaatsen te verlaten en,
verwijderd daarvan zijnde, naar Rome
te, kom en bij mij en de mijnen. Dat on
ze stad, onze tempels, onze heilige
plaatsen, u aangenamer en dierbaar
der zijn; neem ons onder uwe hoede.
Als gij zoo doet, zal ik te uwer eer
een tempel stichten."
De Ouden waren overtuigd, dat er
formules bestonden, die zulk 'n krach
tige uitwerking hadden, dat als men
ze nauwkeurig en zonder er ook maar
één woord in te veranderen uitsprak,
de god aan het verzoek der menschen
geen weerstand kon bieden De god, die
zoo aangeroepen werd, ging dan over
naar den vijand en de stad werd ge
nomen.
Men vond in Griekenland soortge
lijke opvattingen en gebruiken als in
Rome. Nog ten tijde van den geschied
schrijver Thucydides, die in de twee
de helft der vijfde eeuw v. Chr. leefde,
was het gebruikelijk, wanneer men 'n
stad belegerde, de goden aan te roepén
en de toestemming van deze te vragen
dat de stad zou genomen worden.
In plaats van een formule te gebrui
ken 6m den god te beïnvloeden, gaven
de Grieken er ook dikwijls de voor
keur aan, zijn standbeeld weg te ne
men.
Men kent de geschiedenis van bet
Palladium, het beeld van Pallas, aan
de bewaring waarvan het lot van Tro-
je verbonden was en hoe Odysseus en
Bicmedes er in slaagden het te rooven.
En Herodotus verhaalt, hoe de Aegi-
neten, toen zij oorlog wilden voeren
tegen Epidaurus, begonnen met twee
bschermende standbeelden van de
stad weg te nemen en naar hun eigen
stad over te brengen.
Bij denzelfden schrijver lezen we, dat
de Atlieners oorlog wilden gaan voe
ren tegen de Aegineten, maar zij be
grepen dat dit een hachelijke onderne
ming was omdat Aegina 'n machtigen
beschermer had in Aeacus. Na alles
rijpelijk overwogen te hebben, besloten
de Atheners de uitvoering van -huïi
plan dertig jaar uit te stellen. Terzelf
der tijd richtten zij in hun land een
kapel op voor dezen Aeacus en wijdden
hem een cultus. Zij waren overtuigd,
dat, indien deze cultus zonder onder
breking dertig jaar zou geduurd heb
ben, de god niet meer aan de Aegine
ten maar aan de Atheners zou toebe-
hooren. Het scheen hun onmogelijk
toe, dat een god gedurende zoo langen
tijd rijke offers zou in ontvangst ne
men zonder ten slotte de partij te kie
zen van hen, die ze hem aanboden.
Niet slechts trachtten in oorlogstijd
de belegeraars zich van de goden der
stad meester te maken, de belegerden
deden van hun kant al hun best om ze
bij zich te houden.
Soms hond men den god met sterke
ketenen om hem te verhinderen te ont
snappen. Of wel, men verborg hem op
dat de vijand hem niet zou kunnen
vinden.
Ook stelde men tegenover de formu
le" waardoor de vijand trachtte den god
weg te tronen een andere, die in staat
was hem vast te houden.
De Romeinen hadden een middel uit
gedacht, dat hun nog zekerder toe
scheen. Zij hielden den naam van hun
voornaamsten en machtigsten be
schermgod geheim: zij dachten, dat
wanneer de vijanden dezen god nooit
b ijzijn naam konden noemen, bij nooit
van hun zijde zou wijken en bun stad
dus nooit genomen zou kunnen wor
den.
De religie der Ouden was alzoodoor I
en door particularistisch en exclusivis-
tisch. Oorspronkelijk was zij beperkt
tot de vereering der huisgoden en had
iedere familie haar eigen godsdienst.
Later werd de kring groot er, de fa
milies vereenigden zich tot curiën, de
curiën, tot tribus, verschillende tribus
tot-een civitas of stad.
En pas in veel later tijd, onder in
vloed der Stoa, begon men zich cos-
mopoliet, wereldburger, te voelen.
Aldus werd, ook onder de heidenen,
de weg bereid voor den zegetocht van
bet Christendom, de absolute en uni-
verseele religie.
GEMENGD NIEUWS.
Een man verbrand. Om
streeks half elf gistermorgen was op
een terrein achter de Haarlemsch©
Stoomverffabriek aan de Veerpolder-
straat een man bezig met het uitbran
den van eenige leege verfbussen, zoo
als hij dat .reeds'jaren lang deed. Ver
moedelijk is zijn kleeding met het
vuur in aanraking gekomen, waardoor
hij in brand is geraakt. Niemand be
merkte het ongeluk. Eerst toen hij om
hulp riep, kwam fabriekspersoneel
aanrennen en doofde het vuur met
emmers water. Daarna is het slacht
offer in een laken gewikkeld, dat
vooraf met lijnolie gedrenkt was en
door éerste hulp by ongelukken naar
het St. Elizabeths Gasthuis vervoerd,
waar hij kort daarop is overleden.
Groote fruitlading. De ha
vendirectie te Londen deelt mede, dat
daar van de week de grootste lading
fruit is aangekomen, die ooit naar
Engeland is verzonden. De Roman
Star, van de Blue Star lijn brengt n.l.
honderdduizend kisten bevattende 19
RECLAME.
Zorg er altijd voor een
flesch Abdijsiroop in
huis te hebben zoodat
ge die 's avonds bij
de hand hebt als ge
een verkoudheid voelt
opkomen. Want als
het eenmaal zoover is
zijt ge wellicht te luste
loos om nog uit te gaan
en een flesch te halen.
Ge behoeft niet ver
kouden te worden als
ge niet wilt. Akker's
Abdijsiroop
ii een beroemd kruidenmiddel bij bronchitis
influenza, kinkhoest en verouderden hoest.
Pet n. Van 230 gr. (in koker) f 1.50; 550 gr. f*2.75
millioen sinaasappelen, mee, die ver
zonden zijn door een combinatie van
Z.-Afrikaansche vruchtenkweekers.
Ketelontploffi»g. Bij een
ketelontploffing aan boord van een
iGriekscn stoomschip in de haven van
Cardiff zijn een matroos gedood en
twee machinisten gewond. -
Zelfmoord. Prof. dr. Georg
Dorner, hoogleeraar in de geneeskun
de aan de universiteit te Leipzig, heeft
"zelfmoord gepleegd. Hij sprong ineen
aanval van zwaarmoedigheid uit den
trein Leipzig-Hannover en "kwam on
der de wielen terecht. Hij' werd ver
morzeld en was op slag dood. Hij was
nog geen 45 jaar oud.
Zoowel de vader als de grootvader
vasi prof. Dorner waren hekende the
ologen en hoogleeraren. Prof. Dor
ner, die o.a. als geneesheer aan het
Duitsche hospitaal te Londen was ver
bonden geweest, werd in 1913 assis
tent aan de kliniek van de universiteit
van Leipzig en is in 1923 tot hoog
leeraar benoemd.
Haar stiefvader vermoord
Yvonne Ray mal, een zestienjarig meis
je dat eenigen tijd geleden haar stief
vader een messteek toegebracht, die
zijn dood ten gevolge had, is door
de Fransche jury-reentbank vrijgespro
ken.
Op 19 Augustus had haar stiefvader
onder den invloed van sterken drank
haar moeder zoodanig mishandeld,
dat zij naar een ziekenhuis moest ver
voerd worden. Toen Yvonne later
naar huis terugkeerde, om zich ter
ruste te begeven, nam zij als voor
zorgsmaatregel een keukenmes mee,
daar zij vreesde, dat haar stiefvader
ook haar zou willen mishandelen. Et
gebeurde dien nacht evenwel niets.
Toen zij echter den volgenden mor-
fen door de kamer kwam, waarin
aar stiefvader nog bezig was, zijn
roes uit te slapen, werd zij' plotseling
door zulk een zinnelooze woede te
gen hem bevangen, dat zij zonder zich
verder te bedenken hem een mes
steek in de borst toebracht.
Naar zij voor de rechtbank ver
klaarde, had zij direct berouw, doch
toen was het te laat.
Op een vraag van den rechter, waar
zij haar stiefvader had getroffen, ant
woordde zij zonder aarzelen: „In het
hart". Ook opperde de rechter de
veronderstelling, dat zij met haar moe
der toch wel het huis had kunnen
uitgaan om zich op deze wijze aan
de wreedheden van haar stiefvader
te onttrekken.
Deze overwegingen gaven evenwel
bij het oordeel aer jury niet den door
slag. Door getuigen werd verklaard,
dat de man een ware schrik voor
zijn gezin en voor de buren was ge
weest, dat hfij de moeder van Yvonne
uitsluitend om haar geld had ge
trouwd, dat htij onophoudelijk had ge
poogd Yvonne's moeder te bewegen
naar te onterven, en dat men alge
meen er van overtuigd was, dat hij
beiden vroeg of laat nog eens zou ver
moorden.
De officier van justitie vroeg wel
iswaar veroordeeling, doch wilae niet
aandringen op het opleggen eener
zware straf.
Na een vlammend betoog van hare
verdediger sprak de jury echter het
onschuldig over haar uit, waarna het
meisje door de rechtbank werd vrij
gesproken.
Verbrand. Te Waalwijk heeft
'het 3-jarig zoontje van den neer M.
in een onbewaakt oogenblik een pot
kokende pap omgestooten en daarbij
zulke brandwonden opgeloopen, dat
het aan de gevolgen is overleden.
Ernstig ongeluk. Te Kaats
heuvel is de 30-jarige landbouwer W.
Z. onder een met pulp geladen kar
geraakt, doordat deze kantelde. Meer
dood dan levend werd hij er met in-
fedrukte borstkas onderuit gehaald,
ijn toestand is hopeloos.
Doodelijk ongeluk. Nabij!
Zutphen is een 17-jarig meisje, dat
tusschen een vrachtauto en een trot
toir wilde doorschieten, door het voet
spatbord der auto gegrepen en tegen
den grond geslagen, waardoor zij zoo
ernstig werd verwond, dat zij! kort
daarna overleed.
Arm afgezaagd. In de hout
zagerij en timmerfabriek van den heer
v. Kuijk te Tilburg is de arbeider
v. d. S.. tusschen een zaagmachine
geraakt, met het gevolg, dat een zij
ner armen nagenoeg geheel werd af
gezaagd. Onder hevige pijnen werd de(
ongelukkige naar het R. K. .Gast
huis overgebracht.
Land- en Tuinbouw.
Lijmbanden en vruchtboomen.
Bezitters van ooftboomen, die, of
schoon de rupsen van den kléinen1
wintervlinder in den afgeloopen zomer
schade aan hunne boomen hebben ge
daan, nog geen lijmbanden hebben1
aangelegd, worden er aan herinnerd
dat het thans het juiste tijdstip daar
voor is. Zoodra het n.l. licht gevro
ren heeft, bestaat er kans op het
uit den grond voor den dag komen!
der wintervlinders. die geen vleugels
bezitten en die dus loopende de tak
ken moeten bereiken en daar hare
eieren te leggen, het opkruipen tegen:
den stam tie beletten.
JJitdrukkelijk zij hier vermeld, dat
de lijmbanden uitsluitend dienst kun
nen doen als bestrijdingsmiddel tegen
de wintervlinders. De wormstekigheid
Van appels en peren wordt door een
andere rups veroorzaakt en kan niet
met lijmbanden bestreden worden. De
rupsen, die uit de winterylindereieareni
te voorschijn komen, zijn de z.gJOi.
trekmaden, die vooral aan kersen en
appelboomen maar ook aan andere
vruchtboomen zeer schadelijk kunnen
worden door het aanvreten der jonge
vruchten en door het vernielen der
bladeren. _T
In mededeeling No. 3 van hét PlaU
tenziektenkundigen Dienst is de wijze
van aanleggen der lijmbanden nauw
keurig beschreven.
Daar het resultaat, dat men berei
ken zal, zeer afhankelijk is van de
kwaliteit (langen duur van de kleef-
kracht) der gebruikte lijm, bepale men
zich tot de aanschaffing van een der
goede handelssoorten.
Inlichtingen hierover worden zeer
gaarne verstrekt door den Planten-
ziektenkundigen Dienst te Wagenin-
fen en door de op de verschilLen-
e plaatsen werkzame ambtenaren van
dezen Dienst.
Leidsche Penkrassen.
Amice,
Door de redactie zijn dezer dagen
enkele beschouwingen gewijd aan de
gehouden 3 Oktoberfeesten, waarhij ik
mij gaarne wil aansluiten. De vraag
of op deze wijze moet worden doorge
gaan of dat afzonderlijke feestviering
althans voor 'n deel van den dag nood
zakelijk moet worden geacht, is ze
ker wel waard eens onder de oogen
te worden gezien.
Er zijn, nog afgezien van het ker
misvermaak op het Schuttersveld, dat
naar 'tmij voorkomt, met een „nati
onale" feestviering niet in overeen
stemming is, dingen gebeurd die toch
waarlijk niet "door den beugel kunnen.
In ons blad is reeds op den gehouden
cabaret-avond critiek geoefend en het
deed mij genoegen ook in een ander
blad te zien, dat eqn der lezers uiting
gaf aan zijn verontwaardiging over
Iwat daar namens de 3 October-ver-
éeniging was te zien en te hooren ge
geven. 't Wordt toch zeker al te bar,
wanneer een deel van 't publiek op
zulk een avond in zijn heiligste gevoe
lens wordt gekwetst en als daar be
paalde personen in een bespottelijk
daglicht worden gesteld.
De vraag waarom 'tgaat, is, wat nu
gedaan kan en moet worden, om daar
in verandering te brengen. En dan wil
ik wel beginnen met te zeggen, dat
zoo lang mogelijk aan een gemeen
schappelijke viering van dezen dag
moet worden vastgehouden. Men kan
wel trachten op eigen terrein iets te
organiseeren, maar behalve dat men
opdie wajzeweinig bereikt,;omdat de
groote massa toch aan de meer alge-
meene feestviering zal willen deelne
men is er ook dit bezwaar, dat dan
het Christelijk volksdeel moedwillig
zijn invloed prijsgeeft.
De zaak is toch zoo, amice, dat wij
onszelf moeten beschuldigen, dat we,
enkele uitzonderingen misschien daar
gelaten, bitter weinig hebben gedaan
om op de samenstelling van het feest
programma invloed uit te oefenen. De
3-October-vereeniging telt duizenden
leden, maar de vergaderingen wor
den door zoo goed als niemand be
zocht. De leden trekken zich van de
geheele voorbereiding van de feesten
zoo goed als niets aan. Het bestuur
heeft daardoor een bijna onbeperkte
volmacht en daarom moet het ook
niet al te zeer verwonderen, als er ach
teraf reden tot critiek blijkt te zijn.
Naar het mij voorkomt, zouden we
daarom moeten beginnen met ons
voor de voorbereiding van de feeste
lijkheden te interesseeren. Wij moe
ten beginnen met de vergaderingen bij
-te wonen en daar onze stem te laten
hooren en ik twijfel niet of dan zal
ook met onze wensohen en verlangens
meer dan nu, rekening worden gej-
houden.
En als dan bovendien onze Chris
telijke Oranjevereeniging er toe kan
komen om zich ook op dit Oranjefeest
want dat is het toch ook! te la
ten gelden, dan zou al heel wat ge
wonnen zijn.
Mochttenslotte blijken, dat geen
verandering mogelijk is, en dat het
bestuur op den ouden voet wenscht
door te gaan, dan zou altijd nog de
vraag onder de oogen gezien kunnen
.worden of het niet noodig is nadere
maatregelen te nemen. Zooals gezegd,
vertrouw ik echter, dat het zoover niet
zal behoeven te komen.
Dat is ook, als ik althans goed ben
ingelicht te Sassenheim gebleken.
Daar hebben onze mannen zicb niet
onttrokken, maar ze hebben bet mo
gelijke gedaan ym verkeerde dingen
te weren en de feestelijkheden in goe
de banen te leiden. En met succes.
Met de wenschen onzerzijds geuit is
behoorlijk rekening gehouden.
En nu weet ik wel, dat ook daar
lang niet iedereen tevreden was en
dat ook daar min of meer ernstige
critiek geoefend werd/ maar kiat be
trof toch niet de officieele feestelijk
heden.
Wanneer daar menschen zijn die
zulk een dag misbruiken om zich eens
stevig te bedrinken of op een andere
wijze den beest uit te hangen, dan is
dat niet de schuld van hen die de
feestelijkheden organiseerden, maar
van degenen die daarvan misbruik
maakten en dan kan het gewenscht
zijn, in overleg met de plaatselijke
overheid maatregelen te nemen, om
dergelijke excessen den pas af te snij
den.
Daarom zou ik zeggen, amice, la
ten we onzecritiek voorloopig nog
.wat voor ons houden en eerst eens
afwachten of in den ge ordenden weg
iets ter verbetering gedaan kan wor
den. Gelukt het, blijkt dat met onze
verlangens gerekend wordt, dan is de
zaak in orde en blijkt dat niet het ge
val te zijn, dan kan altijd nog nader
overwogen worden wat ons te doen
staat.
Met genoegen heb ik' gezien, dat er
met goed gevolg, pogingen zijn aan
gewend om de woonwagenbewoners,
die hier gedurende de 3 Octoberfeès-
ten vertoeven, met {iet Evangelie in
aanraking te brengen.
'Wij zijn zoo geneigd om uit de hoog
te op die menschen neer te zien. De
woonwagenbewoners staan in het al
gemeen niet in een goed blaadje. Als
regel worden ze een beetje op een af
stand gehouden, een gevolg van de
neiging die wij nu eenmaal hebben
om te generaliseeren en de goeden
met de kwaden te doen lijdep. En als 't
dan betreft woonwagenbewoners, die
de kermissen afreizen om daar hun
voorstellingen ten beste te geven en
daar op een soms stuitende manier
een stuk brood te verdienen of ook
wel, geld te verzamelen teneinde het
in sterken drank te kunnep», omzeltS-
ten, dan luidt ons oordeel over derge
lijke menschen meestal .zeer ongun
stig.
Het stemt ons tot blijdschap, dat
er pogingen gedaan zijn en worden,
om geheel in den geest van het Evan
gelie,' die menschen op te zoeken, mee
leven te betoonen, vriendelijke woor
den te spreken niet alleen, maar ook
vriendelijke daden te doen, maar bo
venal om ook die vaak zoo ver afge-
dwaalden te verkondigen de blijde
boodschap, dat Jezus Christus in de
wereld gekomen is om zondaren za
lig te maken en aan wie in Hem ge-
looien, het eeuwige leven te schen
ken.
Het werk van de Commissie, die
zich daarvoor interesseert, zal, daar
aan twijfel ik niet, door velen worden
toegejuicht. Daarbij mag het echter
niet blijven. Als daar sommigen zijn
die hun persoon- kun tijd en hun
kracht geven, dan is het billijk dat
er anderen zijn, die, omdat ze mis
schien niets anders kunnen geven, een
klein gedeelte van hun bezit afstaan
om op die wijze dat mooie werk te
steunen.
Ook hierbij moet blijken dat het
Koninkrijk der hemelen niet gelegen,
is in woordèn, maar in kracht.
Dat is iets wat wij trouwens nooit
mogen vergeten. Als we ons keeren
tegen de Socialisten, die de massa
trachten te misleiden door haar maar
altijd te wijzen op de staatsruif, dan
is dat uitstekend. Maar daarbij mag
het niet blijven. We moeten niet al
leen weten hoe het niet moet, en
we moeten niet alleen weten te pra
ten, maar ook het doen mag ons
niet vreemd zijn.
Nu zeg ik dit niet amice, als een
verwijt. Want het is mij bekend, dat
er in Christelijke kringen zeer veel ge
daan wordt om den nood te lenigen.
In het openbaar soms, misschien nog
veel meer in het verborgen. De Chris
telijke, de broederlijke liefde, zonder
vrees voor. zelfverheffing mag het ge
zegd, komt vaak op heerlijke wijze
tot uiting.
Over de Christelijke barmhartigheid
valt naar het mij voorkomt, althans
in werkelijk -meelevende kringen niet
te klagen.
Meer dan de liefde is echter het
recht, het recht ook op maatschap
pelijk gebied. En meer dan eens kreeg
ik den indruk, dat dit in onze krin
gen nog te vaak uit het oog wordt
verloren.
Daaróïn blijft zelfherziening, refor
matie, ook op dit gebied eisch