CHRISTELIJK DAGBLAD voor LEIDEN EN OMSTREKEN
Se JAARGANG!
MAANDAG 14 SEPTEMBER 1925,
NUMMER 1617
ABONNEMENTSPRIJS
In Leiden en buiten Leiden
waar agenten gevestigd zijn
Per kwartaal I 2.50
Per week 0.19
Franco per post per kwartaal I 2.90
BUREAUHooigracht 35
Leiden
Tel. 1278, Postgiro 58936
Postbox 20
ADVERTENTIE-PRIJS
Gewone advertentiën per regel 22l/j cent
Ingezonden Mededeelingen, dnbbel tarlei.
Bij contract, belangrijke redactie.
Kleine advertentiën bij vooruitbetaling -
van ten hoogste 30 woorden, worden dage
lijks geplaatst ad 40 cent.
V De wapens neer?
De anti-militairisten hebben zich
druk geroerd, de laatste jaren.
Er is en wordt een intensieve propa
ganda gevoerd, niet alleen tegen het
militairisme in den verkeerden zin
zooals zich dat in Duitschland Frank
rijk heeft ontwikkeld, maar ook tegen
het hebben en onderhouden van een
weermacht die een louter defensief ka
rakter draagt en die niets anders be
doelt dan den vrede en de vrijheid te
bewaren.
„De wapens neer!" dat is niet alleen
de leuze van Communisten en socia
listen en andere „isten" en „aten" maar
ook van anderen als de volgelingen
van Kees Boeke, die z.g. op Bijbel^he
gronden alje geweld veroordeelen en
de weerloosheid prediken.
Eigenaardig is het echter op te mer
ken dat deze verschillende groepen zelf
ais dat in hun kraam tepas komt, van
het gebruik van geweldmiddelen aller
minst afkeerig zijn.
Communisten en Socialisten, de prac
tijk heeft het afdoende geleerd, dein
zen voor wapengeweld volstrekt niet
terug.
Niemand minder dan F. van der
Goes heeft het noodig geoordeeld er de
aandacht op te vestigen, dat in landen
waar de revolutie heeft plaats gehad,
de leuze „de wapens neer" behoort te
worden vervangen door „de wapens
hie r."
En welk gebruik er dan somwijlen
van die wapens wordt gemaakt, is
voldoende bekend.
Met de volgelingen van Kees Boeke,
de menschen van de „vreedzame anar
chie" staat het niet anders, zooals on
langs nog weer te Utrecht is gebleken.
Daar stonden een aantal vredesapos
telen terecht, omdat zij zich met den
uitroep „slaat ze dood" op de Biitho-
vensche politie -hadden geworpen, toen
deze een gemeentelijke verordening ter
voorkoming van brandgevaar trachtte
te -handhaven.
Bij de behandeling van deze zaak
was er veel belangstelling.
Al de jeugdige apostelen van de weer
loosheid waren opgekomen om van
hunne vredelievende gezindheid blijk
■te geven.
Op welke wijze zij dit deden blijkt
uit het volgende:
„Toen de Officier- van Justitie zijn
strafeisch formuleerde, ontstond in de
rechtzaal een onbeschrijfelijk tumult.
Op de publieke tribune brak een gebrul
uit, zoo vervaarlijk, dat men in het
eerste moment aan krankzinnigen
dacht.
De heele tribune deed aan dit tu
mult mede; het incident was blijkbaar
te voren in elkaar gezet.
Maar het bleef niet bij dit keel-pro-
test. Nauwelijks had de Officier zijn
eisch uitgesproken, of twee groote oude
schoenen vlogen van de tribune naar
de rechterstafel. Een dezer schoenen
trof een verslaggever met geweld tus-
schen de schouders, zoodat deze jour
nalist geen kans zag zijn werk voort te
zétten. Een tweede schoen plofte vlak
voor de rechterstafel neer.
Een derde projectiel, waarmee men I
naar de rechters gooide, bleek 'n groot
model Engelsche sleutel te zijn, die
eveneens voor in de zaal neerkwakte.
De toegeschoten rijksveldwachters
waren niet zoo talrijk, dat zij tegen de
bende opgewassen bleken en de pre
sident van de rechtbank zag zich ver
plicht de aanwezige Biltsche politie
agenten, die als getuigen hadden ge
fungeerd, te bevelen het rijkspolitie-
personeej te hulp te komen."
Wij willen gaarne aannemen dat er
onder deze vreedzame anarchisten zijn
bij wie het „ernstige vredeswillen"
waarop men prat gaat, meer is dan
woorden.
De practijk leert echter, dat zij die
alle gezag verwerpen en een toestand
van anarchie als het hoogste ideaal
aanprijzen, niet minder dan anderen
geneigd zijn geweld te gebruiken er.
dat zij voor den vrede hoogst gevaar
lijk zijn.
Hoe zou het ook anders kunnen.
Vrede, niet gebaseerd op recht is nu
eenmaal onbestaanbaar.
Het; deaal „de wapens neer" zal 1a-
leen vervuld worden indien de mensch-
heid leert zich te buigen voor Hem die
aan het heilig recht Gods, ten volle
heeft voldaan, indien het absoluut ge
zag van God over het leven, wordt er
kend en geëerbiedigd.
STADSNIEUWS.
DE NIEUWE SPOORBRUG OVER DE
HAARLEMMERTREKVAART.
Gelijk wij reeds mededeelden, zou he
dennacht de nieuwe Spoorbrug over de
Haarlemmertrekvaart in de plaats van
de oude gelegd, in gebruik genomen
worden, wanneer het verloop van de laat
ste voorbereidende werkzaamheden van
dien aard was, dat een slagen van de
proef eenigermate ve z ke.d was.
Dit laatste :s gelukkig hit geval geweest.
Wel rezen er in de laatste dagen, nog
eenige moeilijkheden maar ook die kon
den nog tijdig worden ondervangen. Op
't laatste oogenblik dreigde het nog on
mogelijk te zullen worden om de oude
brug van en de nieuwe op de hoofden
te krijgen, doordat het Waterschap Rijn
land te Katwijk ging spuien, met het
gevolg natuurlijk dat het water ging zak
ken en de schuiten waarop de bruggen
rustten, op den duur de vereischte hooge
niet zouden hebben kunnen halen. Maar
na telegrafische waarschuwing werd, het
spuien dadelijk gestaakt, en was daar
mede ook dit gevaar afgewend.
Het werk, dat zooals men weet in han
den is van de fa J. C. Goudriaan te Delft,
en onder directe leiding staat van den
heer Ir. van Genderen Stort, heeft een
■buitengewoon vlug verloop gehad. De be
rekeningen bleken gelukkig in geen enkel
•opzicht te falen. Een mooi succes voor
den ingenieur en zijn helpers.
Bij het verplaatsen van de bruggen
werd gebruik gemaakt van groote schui
ten, elk van So ton inhoud. De bestaande
brug die in den loop van den dag reeds
was losgemaakt rustte gisteravond toen
het groote karwei begon nog slechts op
de twee landhoofden en werd voor het
•overige geheel gedragen door de eronder
liggende zolderschuit óp eeh. nauwkeurig
gemaakte stellage van houten balken.
Het eerste werk was deze schuit die
men eerst geheel vol water had laten loo-
Ï>en met behulp van een benzinepomp
eeg te pompen. Hierdoor rees de schuit
.natuurlijk en hief zij de oude brug nage
noeg zonder verdere hulp uit de land
hoofden.
Het was een spannend en mooi moment
•toen de oude brug zoo werd opgehe
ven en langzaam wegdreef op de twee
naast elkaar liggende schuiten.
Toen de eerste schuiten met haar last
ver genoeg uit de richting waren om
geen hinder meer te veroorzaken aan de
volgende, werden deze in beweging ge
bracht dit was eigenlijk het groote
gebeuren, en verliep in één woord schit
terend.
Een half uur, nadat de oude brug
uit haar spanningen was geheven, had
reeds de nieuwe haar plaats ingenomen
en dank' zij de juiste voorbereiding", lag
zij dadelijk goed.
D,e benzinepompen werden nu op deze
twee schuiten overgebracht en begonnen
deze vaartuigen full speed vol te pompen
zoodat na eenige uren de nieuwe brug
niet meej" op de houten stellage, doch
alleen op de beide landhoofden rustte.
Van alle zijden werd de bedrijfsleider
met het welslagen van 2ijn werk gecom
plimenteerd de driekleur reeds op de
nieuwe brug, en bij de directiekeet werd
vuurwerk afgestoken.
Het werk dat nu volgde was iets een
voudiger, doch nog vry omvangrijk. Eerst
nu konden n.l. op de brug de nieuwe
raifs bevestigd en in aansluiting wor
den gebracht met de landsporen, die aan
de Warmondsche zijde tor aan den over
weg van den Broekpolder circa 50 cM.
moesten worden verlegd in verband met
de verzwaring en verbreeding van de
sporen op de nieuwe brug, die geheel
met de gesteldheid van den modernen
Spoorweg in overeenstemming gebracht
zijn.
Was vroeger de afstand tusschen de
sporen 3.66 M. hart-uit-hart, thans is die
vergroot tot 4.40 M.
In dit verband zij nog even opge
merkt, dat de nieuw gelegde rails, ook
op de spoorbrug bestaan uit lengten
van 18 M., tegen lengten van 12 ik 14
M., die de oude raij% vormden. Dit be
vordert een vermindering van het- aan
tal schokken en dies een rustiger gang
van den trein.
Dit laatste werk, het aansluiten van
de rails, werd gedaan vanwege de spoor
wegen zelf door een uitgebreide ploeg
wegwerkers die om half vijf arriveerde.
Pas te kwart voor zeven toen de eerste
personentrein uit Den Haag naderde, kon
deze zonder vertraging, zij het met veel
omzichtigheid, de brug passeeren. Ook
het andere spoor, dat om 7.15 het eerst
werd gebruikt door een Amsterdamschen
trein, bleek in orde te zijn.
Het was een interessant werk dat door
tal van belangstellenden en ook door
een aantal spoorwegautoriteiten sverd ga
degeslagen.
Onder de laatsten noemen wij den in-
geniéur v. d. weg te Amsterdam, den
heer Schutte, den hoofdwerktuigkundige
Zijlstra, den hoofdopzichter v. bruggen-
onderhoud Lijfering, den opzichter van
den weg te Leiden, den heer Varossieau,
en den Stationschef, den heer v. d. Born,
terwijl Gemeentewerken was vertegenwoor
digd door den opzichter over bruggen
en gebouwen, den heer de Goederen.
Zooals wij reeds meldden, weegt de
nieuwe brug 120 ton, terwijl de oude brug
80 ton woog.
Vandaag is de oude brug, nadat de
schuiten vanonder de nieuwe brug waren
•weggenomen, teruggevaren naar den
Spoorclijk, waar eenige looze hoofden in
het water zijn geplaast. Daarop is de
oude brug nu neergelegd om op dezelfde
plaats te worden gesloopt. Dit behoeft
slechts een kwestie van eenige dagen
te zijn, daar zij in de vorige week reeds
autogenisch doormidden gebrand is. Zij
(werd in de laatste dagen nog bijeen
gehouden door een opgelegde plaat die
.vlug kan worden weggenomen. De beide
helften kunnen nu ieder afzonderlijk op
de hoofden te rusten.
Frappante staaltjes van aftakeling kan
•men hoor en door de slechte gesteldheid
van den waterbodem ter plaatse, waar-
ionder de 'bestaande peiler, waarvan de
'vorige brug voor een groot deel afhan
kelijk was, uit den aard der zaak zeer
te lijden heeft gehad. Zoo kwamen ver
leden week bij het verhoogen van de oude
(bxugl, de z.g.n. jukken uitzichzelf mede
naar omhoog gerezen, waarschijnlijk als
•een reactie van den veerenden darry-
achtigen bodem.
De middenpijler, waarvan voor de oude
brug gebruik werd gemaakt verviel dan
(ook vooral in den laats en tijd van dag
tot dag. Nog verleden jaar moesten er
ijzeren cirkelbanden worden omgelegd,
daar het voegsel op verscheidene plaatsen
losgeraakt was.
Het is een verdienste van de nieuwe
brug, dat zij den middenpijler piet meer
noodig heeft, en uitsluitend rust op de
twee landhoofden.
Ten aanzien van den ouden pijler moet
nog volledige overeens^emmming worden
verkregen xusschen de Gemeente en de
Spoorwegen. Eerstgenoemde ziet dit be
letsel voor de scheepvaart natuurlijk heel
gaarne verdwijnen, terwijl de Spoorwegen
voorloopig nog eens willen afzien of de
twee landhoofden voldoende steunsel bie
den.
Volgens deskundigen echter is het na-
Igenoeg uitgesloten dat van den thans
bestaanden middenpijler voor deze brug
gebruik' zou worden gemaakt, daar de
brug is geconstrueerd op twee opleggin
gen, en een derde steunsel den evenwichts
stand in gevaar zou kunnen brengen.
Intusschen brengen ook wij het eere-
saluut aan den heer v. Genderen die
met voldoening op dit werk zal kunnen
•neerzien, en aan den heer Goudriaan
voor zijn degelijk fabricaat.
Wij merken nog op, dat het waterbouw
kundige gedeelte werd uitgevoerd door
iden aannemer Schuyt alhier, terwijl het
iophoogen van "den spoordijk geschiedde
door de aannemers Paauw en 'tHart.
Tijdens de verplaatsing van denieu
we brug heeft een tot heden onbekend
gebleven individu het rijwiel van den sein-
wachter van de Spoorbrug, dat hij even
tegen de directiekeet had gezet, gestolen.
Chr. Oranjevereniging.
Zooals ons wordt medegedeeld, zal de
Leidsche Chr. Oranjevereen. aanstaande
Donderdag 17 Sept. des .avonds te 8
uur in het gebouw Nathanaël (ingang
Moriaansteeg) een ledenvergadering hou
den. Belangrijke mededeelingen zullen
(door het Bestuur aan de leden worden
ggedaan.
Het nieuw huishoudelijk reglement zal
dan ook worden besproken; dus trouwe
►opkomst is dringend noodig.
Burgerlijke stand.
Ondertrouwd: C. de Geus jm. 22 j.
en S. H. M. Stafleu jd. 24 j.; J. van Ees
jm. 27 j. en A. Stafleu jd. 29 j.; C. A.
Thomas, j.m. 2S j. en C. J. 'Volkers jd.
22 j.; AW F. H. 'Somer 'jm. 39 j: en
A. E. Kruijt jd. 27 H. Jansen jm. 21 j.
en E. Nieuwenburg jd. 22 j.; H. Vos, jm.
28 j. en AJ. Ouweelen jd. 27 j.; M. P.
de Lange jm. en Th. B. Gerstel jd.A.
A. Korenhoff jm. 31 j. en G. J. Koning
jd. 27 j.; P. de Vroede jm. 27 j. en
W. Geurs jd. 22 j.; C. Smit, jm. 30 j. en
M. C. Loekenbach jd. 2'j j H. de Haan,
39 j. en P. de Bruijn jd. 25 j.; J. de
•Rijkl jm. eti H. G. Blote jd.; G. Tisseur
jm. 25 j. en J. S. Hueting jd. 24 j.; J. J.
.v. Dorst jm. 22 j. en J. N. v. Duuren jd.
21 j.; J. D. de Vroede jm. 21 j. en
A. A. v. Westhoek jd. 19 j.
Ds. H. Thomas.
Voor het eerst na zijn langdurige on
gesteldheid kon Ds. H. Thomas, pred.
bij de Geref. Kerk alhier gisteren weer
in den dienst des Woords voorgaan.
In een kort inleidend woord werd er
op gewezen, dat hij dit eerste ambte
lijk samentreffen van* leeraar en ge
meente het persoonlijk element niet
geheel op den achtergrond, kan worden
gedrongen. Spr. 9prak zijn blijdschap
uit dat hij thans weer het Woord be
dienen mocht en dnakte de Gemeente
voor de bewijzen van belangstelling en
aanhankelijkheid die hij de laatste
maanden mocht ontvangen.
Vervolgens werd het Woord bediend
met als tekst: Openbaring 7: 13 en 14.
De kerk aan de Oude Vest was over
vol.
J. N. van der Reijden f
Gisteren is in het Diaconessenhuis
waar hij verpleegd werd, in den ouder
dom van 74 jaar overleden de heer J.
N. van der Reyden, voorheen Meel- en
Graanhandelaar alhier.
Met den heer van der Reyden daalt
een zeer bekende en geachte persoon
lijkheid op het gebied van het raken
leven ten grave. Opgeleid in den door
zijn vader reeds gestichten Meel- en
Graanhandel, heeft hij tientallen van
jaren aan het hoofd van een bedrijf
gestaan, dat hij dank zij zijn energie
en werkkracht tot grooten bloei wist
te brengen.
In Leiden en ver daarbuiten was de
heer van. der Reyden, vooral onder de
bakkers, een zeer bekende figuur, die
zich op zakengebied een hoogst 9oliden
naam verworven had.
De laatste jaren had hij zich uit den
actieven arbeid teruggetrokken en was
zijn zaak omgezet in een Naamlooze
Vennootschap, waarvan hij tot zijn
verscheiden President-Commissaris
was.
A.s. Woensdag 16 September zal de
ter aardebestelling op de begraafplaats
aan de Groenesteeg plaats hebben
Stedelijke Werkinrichting.
In de Stedelijke Werkinrichting wer
den de vorige week opgenomen 209
personen, n.l. 203 volwassenen en 6 kin
deren.
Instrumentmakers- en glasblazers-
examens.
Voor het alhier in het natuurkundig
laboratorium der rijksuniversiteit van
wege de Vereeniging tot bevordering
tot instrumentmaker gehouden exa
men zijn geslaagd:
Voor leerling-instrumentmaker de
heeren: H. Zirkzee, Leiden; J. J. van
Ulden, Leiden; W. F. van Weizen, Lei
den; J. E. Messinger, Den Haag; G.
'Peusken, Deventer; A. van Delden, Mep
pel; L. Verschragen, Leiden; G. Vis-
schers. Diepenveen;; P. D Groot, Doe-
tinchem; J. Richel, Den Haag, F. E. v.
FEUILLETON.
Het geheim van Colde Feil.
41)
Op zekeren dag ging zij met madame
de Saint Luce een bezoek brengen bij
een verre bloedvervvante Madame
de Lorney een dame, die misschien
het aardigste koppeltje kinderen van
Parijs had en die dit gaarne aan ande
ren .toonde.
„Mijn kinderen zijn juist bezig aan
hun Engelsche les" zei Madame de Lor
ney, ,„zou u ze graag willen zien?"
Een vroolijk antwoord vol verrukking
van Claire en eenige vriendelijke woor
den van Madame volgden en 't kleine
groepje begaf zich naar de kamer,
waar de kinderen hun Engelsche les
ontvingen. Voor zij de kamer binnen
gingen, zei Madame de Lomay:
„Ik ben heel gelukkig geweest in
het vinden van een uitstekende En
gelsche leerares."
„Wie is zij?" vroeg Madame de Saint
Luce.
Madame de Lornay lachte!
„Mijn kinderen zeggen, dat zij een
cr.gel is, die hier op aarde verdwaald
i-. Ik vind haar een mooi Engelsch
meisje, dat woont in de Rue Saint
J een."
Met deze woorden opende zij de deur
van een vierkante - kamer, waar aan
een ronde tafel het aardigste groepje
kinderen zat, dat men zich denken kon
Maar niet op hen waren de oogen van
de bezoekster gericht; de liefelijke ver
schijning van de vrouw, die in hun
midden zat, trok onmiddellijk aller
aandacht. Zelfs madame de Saint Luce
moest erkennen, dat zij nog nooit een
zoo bekoorlijke vrouw ontmoet had. Zij
zag er uit, alsof zij Ongeveer twintig
jaar was, het glanzende, donkere haar
omlijstte een lelieblank gezichtje met
groote blauwe oogen, vol oneindige
diepte. In die oogen waren baar ge
dachten niet te lezen, maar zij spra
ken hun eigen taal van een kalmen
zielevrede, van een innerlijke rust, die
niet te verstoren is. Het was niét haar
buitengewone schoonheid, die opval
lend was, veeleer was het een eigen
aardige uitdrukking op haar gelaat,
een mengsel van afwijzenden trots en
teedere zachtheid. Haar geheele ver
schijning kenmerkte de geboren dame,
de vrouw van beschaving en opvoe
ding.
Ziende hoe haar bezoekers de En
gelsche leerares bewonderden, ^telrie
Madame de Lornay haar met enkele
vriendelijke woorden voor.
„Zij zou een koningin kunnen zijn'
dacht Claire, die, met haar gewoon en
thousiasme idadelijk voor haar in vuur
en vlam was.
Zij ging naar haar toe en trachtte
een gesprek met haar aan te knoopen,
maar na een blik uit die diepe, blau
we oogen een vluchtige blik, doch
waarmee zij heel haar verschijning en
karakter scheen op te nemen ver
meed jufrouw Kent op bescheiden wij
ze om meer te zeggen.
Maar Claire liet zich niet afwijzen.
„Wat spreekt u prachtig Engelsch,
juffrouw Kent" zei zij. „De menschen
mogen zeggen wat zij willen over de
schoonheid van de Fransche en Itali-
aansche taal, maar ik vind, dat er
geen taal ter wereld zoo mooi en mu
zikaal klinkt als het Engelsch, wan
neer het goed wordt gesproken."
„Dat ben ik volkomen met u eens"
antwoordde juffrouw Kent.
Madame de Saint Luce glimlachte.
„Je bent nog te jong om er over te
ocrdeelen, Claire" zeide zij.
„Maar ik kan het toch heel goed hoo-
ren mama" antwoordde zij*. „Het is zoo
klankvol als juffrouw Kent 'tjspreekt.
Ik wilde" ging zij voort, zich tot juf
frouw Kent wendend, „dat u mij ook
les in het Engelsch zou willen geven."
„Lieve, je spreekt al zoo goed En
gelsch" zoi Madame de Saint Luce.
„Niet zoo goed, %als ik eigenlijk be
hoorde, mama. U weet, dat u dikwijls
zelf om mijn uitspraak lacht."
„De mijne is niet veel beter, vrees
ik" lachte Madame, „ofschoon ik nog
wel een halve Engelsche ben en het
dus beter moest kennen dan jij, Claire.
„Juffrouw Kent" ging het bedorven
kind voort, „wilt u mij les geven?"
Juffrouw Kent aarzelde even; zij had
er geen flauw vermoeden van, dat er
een groot keerpunt in haar leven was
aangebroken; dat zij een geheel nieu
we toekomst zou tegemoet gaan. Se
dert zij in Parijs was geweest, had zij
zorgvuldig elke ontmoeting met En-
gelschen vermeden. Als Engelsche ou
ders haar vroegen om hun kinderen
les te geven, had zij altijd geweigerd
zij wilde niet het minste gevaar loo
pen. Zij had nooit met één enkel woord
gesproken tot één harer landgenooten
man of vrouw, sedert zij in Parijs
woonde.
Zij aarzelde nu half, maar wie kon
de smeekende blikken van dit jonge,
lieve schepseltje weerstaan? Toen
dacht zij bij zichzelf: „Dit zijn tocli
eigenlijk Franschen, zij gaan nooit
naar Engeland; waarschijnlijk hebben
ze geen Engelsche familieleden meer,
1 en als zij dieTiebben, dan zal ik ze nog
niet zien." Zij zou er zeker van zijn een
schitterend salaris te krijgen en haav
geldmiddelen waren nu juist niet ruim
De lieve, vriendelijke oogen van Claire
de Saint Luce waren op haar gericht.
Haar moeder keek haar aan met een
weiwillenden glimlach en ook Mada
me de Lornay, wier genegenheid voor
haar zij kende, wachtte met belang
stelling op haar antwoord.
„Laat mij mijn dringend verzoek
voegen hij dat van mijn dochter" zei
Madame de Saint Lucè, die nooit wei
gerde om een enkelen wensch van
haar dochter te vervullen
„Ook ik dring er hij u op aan, dat u
het aanbod aanneemt" zei Madame dè
Lornay, met een vrien'delijken. glim
lach.
Hoe kon zij nu nog blijven weigeren?
Zij stemde dus toe en ging met Mada
me de Saint Luce in een andere ka
mer om verder over de lessen en bet
salaris af te spreken. De vergoeding,
die haar werd aangeboden voor een
uur Engelsche les per dag, verbaasde
haar ten hoogste Het wa9 zooveel, dat
liet haar bijna in staat 9telde er van
te leven zonder iets anders er bij te
doen.
„Ik heb nooit iemand ontmoet in
mijn leven, mama" riep Clair uit, „van
wie ik op het eerste gezicht zooveti
houd als van juffrouw Kent. Ik ba-'
grijp nu best, dat Madame de Lornay
zooveel van haar houdt. En wat it zij
rnooil"
(JSCorjit vervolgd).