'NIEUWE LETDSCHE"COURANT VAN DINSDAG 8 SEPTEMBER 192S' TWEEDE BLAD. Wat de bladen zeggen. Gedeputeerden-verkiezing. De Nederl. voegt aan een geluk- wensch tot de nieuw gekozen Gedepu teerden de volgende opmerkingen toe: Dit gezegd hebbende, mogen wij niet verzwijgen, dat ons juist lijkt de mee ning van die leden der Prov. Staten, die in de plaats van den heer Rutgers niet den heer Heukels maar den heer Schaper hadden willen kiezen. De Staten van Zuid-Holland tellen 82 leden, van welke 16 Roomsch, 16 A. R., 12 Chr. H., 20 S.D.A.P., 8 Vrijheids bond en 3 V.D. Een college van Gedeputeerden, sa mengesteld door 2 Roomschen, 1 A.R. 1 Chr. H., 1 V.B. enll S.D.A.P. ware zeker te verdedigen. Het uitsluiten van de S.D.A.P. en het verkiezen van 2 A. R. lijkt ons noch logisGh, noch ver- 1 standig. I Er zijn bezwaren tegen het verkiezen van een sociaal-democraat in een be- j stuurs-college. De revolutionaire draad I die door hunne politiek loopt, zou, on der bepaalde omstandigheden, ten ge vaar kunnen worden. Dit is niet te ontkennen. Maar juist, waar-het hier geldt een Jiestuurs-college, een college ook be last met rechtspraak in tallooze ge schillen, waarhij persoonlijke en gc- zinsbelangen van vele burgers zijn.be trokken daar zouden o.i. ernstiger feiten moeten bestaan, dan. than3 kun nen worden aangevoerd, om een partij, die 25 pet. der Statenzetels bezet, van dit bestuurscollege uit te sluiten Uitsluiting van zoo talrijke groep uit een college, dat rechtspreekt over be- langen, waarin ook deze groep daelt, geeft een gevoel van? rechteloosheid en onderdrukking, dat verbittering wekt terwijl erkenning en gelijkstelling 'jfuist tot bevrediging en vertrouwen zouden lelden. Wij achten de thans ge volgde -gedragslijn niet de juiste. Toch. dezeilfden? De sociaal-democratische fractie in de Staten van Zuid-Holland is zeer in haar wiek geschoten, omdat niet een uit haar midden tot Gedeputeerde ge mzen werd. Die er het naast bij be trokken was, gaf lucht aan zijn onte vredenheid op een wijze, die achteraf i tot rechtvaardiging van dit yoorbij- i gaan zou kunnen strekken. Wij wgllen, zegt de Standaard, over de zaak zelf niet spreken. Alleen wijzen op de bedreiging, die geuit werd Hoe men ook, over da stemming moge dienken, zij is en blijft een volkomen ^wettige daad. De meerderheid van i stemmen beslist nu eenmaal en inzon derheid de „democratie" behoorde dit feit te eerbiedigen, ook al zou zij den ..uitslag willen betreuren. Wat gebeurde echter? De „democra- >tte" vergat zich in haar teleurstelling dermate, dat zij tot, het beleedigen van de meerderheid de toevlucht nam. Ja, men kwam zelfs tot het dreigement, «dat men vooöaan ^wat pootiger" zou optaeden. DSt geschieddev.viak, na het wonder- thjk protest, dat na dealgemeene ver- fkiezmgen kwam» omdat de uitslag nu jeemmaal nfet-saar dten zm dezer de- hot beide gevallen een-toonen van de (Vtóat, aès, -wo&omen in den weg van da vrije tóoesfemng van het stem recht, de uitslag niet zoo wordt, als meti dien begeert. j De verzekering, ttai de Sociaal-De- Eaten wel revolutionairen zijn, r geen swxstaJkters van geweld, dit-a^es we4J wat vreemd aan. I' Het nog- steeds op het bekende Wd^ zet±eii><)nzEïi wiL-choca", liefst in vre- maar als -het moet, dan slaan wij er op los. 8Hf öocBett-tfe1 bcwdschap van ai die vredelievendheid gaarne. Maar men behoordewel wat beter zijn best doen, dat het geloof ons niet ontbreekt KERK EN SCHOOL. NED. HERV. KERK. Drietal: Te Amsterdam, (vac. Ds Wiersma) B. Gijzel te Ijlst, J. £ïauta te Katwijk aan Zee, en j. Stehouwer te Weesp. Te Joure, C. D. Israël Jr. te Koudekerk' a. d. Rijn; Tj. Jonker te IBiezelinge L. Moölhuizen te Minnertsga. Aangenomen: Naar Hattem (2de ipred.-pl., toez.) G. J. Koldewijn te Zetten- Andelst. Bedankt: Voor .Waarder (toez.) ,G. Alers te Nieuw-Lekk'erland. GEREF. KERKEN. Tweetal: Te Werkendam, E. A. .Groenewegen te 'Halfweg en J. van der Spek te Spijkernisse. Beroepen: Te De Lier, W. Moene te Oostburg. Aangenomen: Naar Zweeloo, G. Ubbink, canid. te Dieren. Bedankt: Voior Zegwaard en Velser- oord, Herm. Knoop, te Kpoten (Fr.). CHR. GEREF. KERK. Tweetal: Te Den Haag, S. van der 'Molen te Zierikzee en <G. Salomons te Amersfoprt. Beroepen: Te Leerdam, J. B. G. Croes te Bussum. Bedankt: Voor Haarlem (2de pred. plaats) Wl Vojs" te Dokkum. GEREF. GEMEENTEN. B e r oi-e pen: Te Nieuw- Beyerland, G. -rH. Kfersten te Ierseke. EVANG. LUTH. KERK. B.edanlc't: Voor Wildervank'Veesn- (dam (totez.), S. R. Hermanides, Nederl. Herv. pred. te Valkenburg ad. Rijn. Bevestiging, Intrede, Afscheid. Na dopr Ds. G. Meyer, van Marum, ttnet een predicatie over Jer. 1:7 te zijn (bevestigd, heeft Zondag Ds. J. Meyer, gekomen van Fijnaart, intrede gedaan bij de Geref. Kerld van Hoogeveen. Ds. Meyer hadi tot tekst vojor zijn in- tlreepredicatie geko'zeai Lucas '6: 1216. Na db predicatie volgden verschillen de toespraken, .waarna de gemeente, die vooral in den avonddienst in grooten. ge tale was opgekomen, den nieuwen pre dikant Ps. 121:4 toezong. Ds. A. M. v. d. Berg heeft Zondag avond met een leerrede over Hab'. 3:2b afscheid genomen van de .Geref. Kerld van Nieuwerkerk a'. dl. IJssel. Ds. v. 'dl. Berg werd, nadat hij zich na de predicatie persoonlijk tot de ver tegenwoordigers der burgerlijke gemeente ■jkerk, school en classis had gewend, toe gesproken namens den kerkeraad, de ge meente, den 'classis en de genabuurde Ik'erk'en, waarna de Gemeente het toe zang Ps. 121:4. Zondag 13 Sept. a.s. ho'opt cand. J. O. «Houtzagers te De Bilt zijn jjntrede te doen bij de Geref. Kerld van iReeuwijk'Sluipwijk, na bevestigd1 te zijn (dojor Ds. Jpih. Dam van Bodegraven. Ds. P. Zandt. Ds. P. Zandt, pred. der Ned. Herv. ^Gemeente te Delft, die de beno&ming tot vaste voorganger der Herv. Evangeli satie Ce Zwolle aanvankelijk had; aange nomen, heeft thans aan het b'estuur er van bericht, dat hij de benoeming niet "aanneemt. Ds. Zandt heeft tegen .15 Sept. a-s. eme ritaat aangevraagd, en hoo'pt 13 Sept. te Delft afscheid te nemen. Ds. M. Schuurman. Na! een ongesteldheid vain enkele maan. den trad Ds M. Schuurman, Geref. pre dikant van 's Gravenhage-West, Zondag Weer voor zijn gemeente op met een- predikatie over Psalm 116 Ü2, ï3_en 14. De gemeente zong haar leeraar aan het einde toe Psalm' 134:3* Prof. Mr. W. Zevenbergen. Het overlijden van Prof. Mr. .W. Ze- Ivenbergen, aldus schrijft Prof. H. H. Kuyper in de „Heraut", is voOr de ju ridische faculteit wel een zeer zware slag, want ze verliest ^daarmede een hooglee raar, wiens naam op wetenschappelijk gebied een uitnemenden klank1 had en die op bijzondere wijtze de liefde zijner studenten zich had weten te veroveren. Onverwacht «kwam deze slag niet. Reeds geruimen tijd wist men, dat Prof. Zeven bergen lijdende was aan een ernstige kwaal, die hem eerst dwong een tijd lang jn het buitenland te vertoeven en na zijn terugkeer zijn opneming in Eudo- 'kia noodzakelijk mankte. De stifle hoop, dat hij, in de volle kracht van zijn leven was, die ziekte nog zou te boven komen, werd niet vervuld. Nog pas een en veertig jaar oud, is hij van ons heengegaan En wat dit sterven nog tragischer maakt, is dat hij juist begonnen was de vruch ten van zijn onderwijs en studiën uit te. geven in handboeken over het Neder- ]andsche< strafrecht en over de Formeele Encyfclcpaedie, der Rechtswetenschap, waardoorgroote invloed op zijn denken werd uitgeoefend, een invloed, die zich zelf in zijn taal deed merken. Zoowel z'n kfcsoertatie als de artikelen die hij in rechtsgeleerde tijdschriften schreef, trok ken ook buiten onzen kring de aandacht en werden pan hun wetenschappelijk k'a- ■rakter zeergewaardeerd. En het was (dan ook' geen .wonder, dat de Vrije Uni versiteit in 1920 hem tot hoogleeraar in de juridische faculteit benoemde, waar hij het strafrecht, de Encyclopaedic en de Rechtsphilosophie doceerde. In het publieke leven trad Prof. Zeven bergen weinig op den voorgrond de stud eerkamer was zijn eigenlijk terrein en met alle kracht wijdde hij zich aan de studie zijner vakken. Hoe hij in de vijf tal jaren dat hij hoogleeraar \yas, zich Sn die vakken heeft ingewerkt, welk 'n verbazende litteratuurkërmis hij bezat en hoe hij alle vraagstukken do'ordacht had, toonden de door hem uitgegeven hand boeken. Dat de resultaten, waartoe hij kwam, ons op meer dan een punt niet zonder bedenking schenen, weten de le zers van de „Heraut". iZijn vpornemen om zijn standpunt inzake de doodstraf en andere vraagstukken nog nader toe te lichten, is door zijn ziekte verhinderd geworden. Vöor zichzelf stond hij in de overtuiging de Gereformeerde beginselen van harte te zijn toegedaan, pok al meende hij op enkele punten te (moeten afwijken van hetgeen door Ge reformeerde theologen en juristen tot dus ver was geleerd. Bij een pas gesloten graf zwijgt men echter G^et liefst over geschilpunten en ge denkt -aUleën met stillen weemoed hoeveel Ikpstelijke gaven naar hoofd en hart 'in (Prof. Zevenbergen pjns ontnomen- zijn. Het aantal ,onzer hoogjeeraren is reeds zop 'klein. Npg pas verloren we, zij het al niet door den dood, Prof. Buytendijk', die een sieraad was der medische faculteit. WOidt de juridische faculteit getroffen en [krimpt het getal harer hoogleeraren tot een tweetal in, haar lector niet meegerei- k'end. Moge de ledige plaats na niet te langen tijd vervuld worden en vojor nieuwe ver liezen ,onze Hojogeschool worden behoed. Nederlandsch Bijbelgenootschap. De jaarvergadering van het Ned. Bijbel genootschap, die dit jaar later dan anders gehouden Wojrdt, is thans uitgeschreven tegen Dinsdag 29 Sept. a.s. te Amsterdam in de Doopsgezinde Kerk. De beschrijvingsbrief welke de afge vaardigden der afdeelingen uit het geheele land tezamen roept, maakt melding van het reorganisatie-rappott, dat in ,behan- fdeling genomen zal Wolfden, alsmede van begroeting van den afgevaardigde uit Ce lebes met verlof in den lande, Dr. H. v. :d. Veen, uit Rante Pao-, benevens een voordracht door dezen te houden over zijn arbeid. Bp sprekende ezel. Naar aanleiding van wat in verband met de kwestie Geelkerken over bovenstaand •onderwerp geschreven .werd, wordt in de „;N. Pr. Gr. Crt" herinnert aan wat wijlen Ds. H. Hoekstra hieromtrent geschreven heeft. In zijnboekje, getiteld: „Bileam", staat pva. het navolgende te lezen„En toen ppende de Heere den mond der ezelin". (Niemand zal toch verwachten, dat wij dit wonder zallen gaan- verdedigen tegen de schimpscheuten van het plompplatte iongelojóf. Ze zijn ons het aanzien niet jwaard. Als de ezelin 200' knap geweest was, dan zouden we misschien moeite [doen om het te verdedigen, maar nul niet, nu.er staat: „De Heere opende de!n mond der ezelin". Dat was eenvoudig een werk van dien •God, zonder wiens macht er ook uit de slang in het Paradijs geen woorden kon den voortkomen. Dit viel den Heere niet moeilijker, dan dat we lezen in het eerste vers van den Bijbel: „In den beginne schiep God den hemel en de aarde". En wie op dit wonder van dien ezel zit te kauwen en het niet door de keel kan krijgen, rnoclu wel eens beginnen met te denken of hij het wonder begrijpen kan, dat liij zelf spreken kanmocht wel eens beginnen met te bedenken, wie den:- mensch den mond heeft gemaakt. Maar hebt ge wel eens opgemerkt de •wijsheid Gods,, die.er uitkomt in de wopr [den, welke uit den muil van dat beest voortkwamen Zoek maar geen verstand in de ezelin. Da.-beest bleef wat het was. Maar bewonder de wijsheid Gods, die in •die f/oorden uitkwam". Beperkte opleiding. In „De Chr. Onderwijzer" vraagt de redacteur, J. G. v. D.(itmarsch), om be perking van het aantal kweekelingen. Hij schrijft „Volgens matige berekening zullen in 1930 voor ruuim 30.000 onderwijzersplaat sen een 50.000 personal beschikbaar zijn," terwijl opheffing van het zevende leerjaar en de groot ere klassen al weer liet getal van onderwijzersbetrekkingen tot oen 25 [duizend in ons land kunnen doen dalen. Duizenden collega's (en pok 12-jarige leerlingen) dus. „op de keien", terwijl rijp en groen maar opgeleid wordt, om straks dat groote surplus van gediplomeer den alweer te vermeerderen. Dat is een misstand, die reeds wijlen joinze voorzitter Ipema heeft trachten weg te nemen ,door te pleiten voor een gere gelde jaarlijk'schen opneming van kwee kelingen, zoöals b.v. in het diamantbe- Nverkersbedrijf pbk zijn getal leerlingen ieder jaar vaststelt. Men hoeft daar na tuurlijk niet te angstvallig mee te zijn, een weinig „verschot" blijft voor onvoor ziene omstandigheden gewenscht, maar de „Overproductie" van leerkrachten is een sociale belemmering vöo-r eon pnafhanke- 1 ijken ontderwijzersstand, welkë dpor Con icurrentie en lage Iconen gedrukt Wordt, terwijl bovendien de Staat handenvol gei$l •wegsmijt aan diplomaverk'rijgenden, die nooit het onderwijs zullen dienen. Aan alle kanten dus verlies bij zulk een ongelimiteerde opleiding voor onder- (wijzers, waarom wij\ ten teerste bij den nieuwen onderwijsbewindsman aandringen pp wegneming van dit euvel, om te komen tot een wfettige beperking van het kwee kelingen ge lal, waarbij het laissez faire, laissez aller, het laat maar waaien" sy steem, op het gebied der opleiding voor Kinderwijzers vojor goed uit is". De Heilige Landstichting te Nipnegen. In het „Alg. W-bld. v. Christendom -pn Cultuur" schrijft Favonius een artikel over de Heilige Land-stichting te Nijmegen, [waarin hij het „heele gedoC' een niet mooie, weinig schoon e, en in. zekeren zin zeer onaantrekkelijke propaganda 4 acht acht voor het Roomsch Katholicisme. Prof. Dr. Th.-Obbink die, gelijk,ba (kend, zelf Palestina bezocht vp.egt aan dit vernietigend oordeel het.zijme toe: „Dezen zomer doen ik', ppjtó op,.de-; Hei lige Landstichting., geweest. Ookheb' i ik het Heilige Land ..zelf gezien. En ik ben niet alleen ontnuchterd, maar p>k geër gerd over het .boerenbedrog, dat daar bij Nijmegen wordt gepleegd. Er is zelfs niet getracht - om -het Heilige Land na te bootsen. ^Het lijkit*er eenvoudig niets - op. Al .was dOj imitatie npg zop zwak, als er maar een ppging* tolt imitaties whs. Geen! sprake van .De duizenden, die zich' daar als schapen laten rondleiden in de naïve meening, dat de ook maar een zweem van schijn van schaduw van een -Snrirukrkfijgen van het Heüige Band, worden wel heel erg bij den neus.genomen. Golgotha, de Cenakelkerk, het heilige, graf, [die „berg" der hemelvaart, de „vallei" ÏCedron, oiok de afstanden en verhoudingen, kortom al les is glaid mis. Als men dat vopr een, zij1 et nog. zoo zwakke imitatie van het 'Heilige Land uitgeeft, dan is dat volko men onkunde of iets anders". Op heele en halve noten. Vorige week is,te Utrecht in een nieu- W'e G'èref. Kerk het orgel in gebruik' ge nomen, waarbij de-aanwezigen de psal men zongen pp heele en halve noten, naar de bewerking van Dr. J. O. de Moor. Het is, merkt Ds. Schilder in „De Bazuin" pp, nog wiel geen godsdienst .oefening, maar het-is dan tp'ch een sa menkomst der gemeente, en als wje pjns .niet vergissen, dan is het eerste voor beeld van de aanwending van'deze zang methode der vaderen in een openbare samen k'ojmst der gemeente uiit' den laatsten tijd na'? de bepleiting ervan, in onzen kring hier gegeven. Wij hopen dat de proef zal voldaan hebben. En dat hier een begin zal zijn gemaakt van de ver betering van den gemeentezangeen maat regel, waarnaar .velen met verlangen:: uit zien ,"p maardie vel vat voeten aarde"..-zop^l niet Hebben, daa^töchyséei ïknj^eh.zaï.' HET GEBRUIK VAN GENOTMID DELEN. :vu-h I11 het H d b 1. werd cm langs de-vraag behandeld' of een mensch werkelijk behoefte heeft aan genotmiddelen-als koffie, thee enz. waarhij om het voe gende werd opgemerkt: Zonder eenigen twijfel-is het veriaa gen der menschen naar opwekkende, stimuleerende middelen zeer algesneea verspreid. Niet alleen bij beschaafde volken, ook allerlei onbeschaafde ras sen hebben de - stimuleeren de werking der coffeine ontdekt. Onze aarde is rijk aan allerlei eetbare planten; inde verschillende landstreken wcrdamzeen verschillende plantensoorten- als voed sel r gebruikt. Maar planten, die de\chemische stoft coffeïne bevatten, zijn Ier maar wei nige op aarde; hoe menook gezocht heeft, men heeft er-maar teen v ijltaf gevonden. En juist-deze wanen aan do inboorlingen van de landen, waar ie inheemsoli voorkomen bekend als plant ten, waaruit opwekkende dranken of1 spijzen konden worden vervaardigd. Al deze vijf planten zijn aartodithoon.' gevonden; ze behooren tot geheel ver schillende families en men moet-wéi' aannemen dat de inwoners dier land den systematisch allerlei pianbrnaf- treksel geprobeerd.J^bben,tot- ze op deze voor hen zoo kostbaare^plaKt w&i ren gekomen. J' Welke zijn die planten? Coffeïne komt in belangrijke (hoeveel beden voor in de boonen van «de Cot- fea Arabica; deze boonen zijn te? ver< gelijken met de pitten van perzik pruim; bet vruchtvteesch. van .-de?kof fieboon wordt voor «de bereidingNjdW koffie niet, gebruikt. Een tweede co££eïnehdudendn;ipfant' is de ,Thea Sinensis, uit weffier bia^p- ren de thee wordt getrokken. h Een andere plant, walker btóderea coffeine bevatten, is de Heve paxagn^"/ ensis; de uit deze hiaderen getrokkm.' drank, de Mate, dient den heteroDC*» van Paraguay tot opwekkend midd^i. Dan komt in Afrika defheda acmniB-;, -nata .voor, welker vademde (kola. leve-t •ren der Afrikanegers, een uiterst öeP' langrijk genotmiddel voor hen, het hen in staat steltvlri} tte tropfeaS)»' temperatuur zeer groote tocütwt' te on» -tiernezuen i\ Eindelijkkomt .tte cotteiue voor -alt' werkzaam bestaackieei van dB Goa- ranapasta, een soort chocolade, die aès genotmiddel door de bewoners van"; Brazilië op hoogen prijs wordt gesteètii en vervaardigd wordt uit detzadem«ait de in Brazilië groeiende Pauiluim {or- bilis. dt Wat is nu coiietne2 i Coffeïne is een orgaaiscSe ding, een zoogenaamde purine, tko- vaat, dat men ook synttretiseh hee^t kunnen bereiden. Het geeft heel medcwaaBdige ver-' schijnselen, ais men het Mj een warm bloedig dier inbrengt. Deze zelfde ver-! schijnselen doen zich vOor, indien een mensch koffie, thee, guaranapasta,.ko-. la of mate nuttigt. Vandaar dat tiet1 wensch'eiijk is allereerst de wei van de coffeïne op tiet dierlijk en. schelijk lictiaam na te gaan. Na dan een en ander omtrent üe opwekkende werking van coffeïne op de skeletspieren, het hart, den btoeds- omloop enz. te hebben nagegaan, ver- j volgt de schrijver: En nu de vraag: wat is een matig, gebruik van koffie en thee? Geroos terde koffie bevat 1—2 pet. coffeüne. handelsthee 2l pet. coffeïne. VanïlO gram thee zet men ongeveer tien kop jes, van 10 gram koffie kan men onge veer vijf kopjes schenken; het'- getal FEUILLETON. ■rmtiiifti- -I. i-i.- Het geheim van Colde Feil. iss* fiar?was--b^ri«öheete iioi, -dat over- jStrocirHl was- -geweest met nieuwsgic- jiageai, -weer teeg cc verladen. Ook de menigte, die de straten had. gevuld, lihad zich veaspreid. De gewone kalmte tea lust was- weergekeerd in 'Ardrossa?i (De groote opwinding was voorbij en ofschoon meai öog over niets anders jepcak, kan menansa^al merken, dat de beèangsteHlng in deze zaak spoedig toon zijn uitgestorven f Toen de schemering over de stad teas neergedaald, reed er een rijtuig in snelle vaart van het gerechtshof baar het station. Daarbinnen zaten een dame, wier bteek gelaat nauwe- bps achter de dichte, zwarte voile te onderscheiden was. en. een heer die er bedroefd en afgemat uitzag. Niemand herkende hen. Niemand vermoedde, jdat het de heldin van de beruchte zaak was, die zoo snel door de straten reed. wU heeft een lange reis voor u" zei Dudley Ross, toen zij stonden te wach ten- op den trein, „u- zult vermoeid zijn als n in Liverpool aankomt. U denkt wsl aan de verschillende wijzigingen Js^ujwtkaartje." „Ik heb een gevoel" zei ze zacht, „alsof nu ik u verlaat, mijn laatste -hoop in het leven wegzinkt en ik mijn laatsten vriend verlies." Zij keek hem aan met oogen vol "vtranen. „Ik wilde graag" zeide zij, „dat u mij, vóór wij scheiden, beloofde, dat u 'nooit aan iemand iets van mij zult vertellen of zeggen waar ik ben. U zou ckunnen zeggen, naar waarheid, dat Hester Blair niet meer bestaat." „Ik kan zeggen, dat ik niets weet van Hester Blair, waar zij is, of wat 5dan ook" zei hij, „en dat zal geheel naar waarheid zijn. Met Hes ter Blair "hebben we voor goed afgerekend. Uw geheim is volkomen veilig bij mij. Daar is de trein! Vaarwel I en God zij met u." Hij hielp haar in den trein en ver gat nooit de uitdrukking op haar ge laat, toen hij haar vaarwel zei. „Ik ga naar een land van duisternis en koude" zei zij. „Zult u niet vergeten te schrijven, met welke stoomboot u zult afvaren?" vroeg hij. „Ik zal het niet vergeten" antwoord de zij. „Hoe zou ik ook kunnen? Wie anders zal zich er om bekommeren of ik afvaar of dat het schip vergaat of wat er mij anders overkomt? In de toekomst mogen er misschien betere dagen voor mij aanbreken, maar nu bent u' de eenige schakel, die mij verr bindt met de wereld der menschen. Vaarwel!" En die woorden weerklonken nog in zijn oorèn, toen hij op het perron alleen stond. Eenige minuten lang kon hij zijn ontroering nauwelijks meester worden; liij voelde zich duizelig en ont daan. In de laatste weken was heel zijn denken geconcentreerd geweest op de ze geheimzinnige zaak. Hij had bij dag noch nacht aan iets anders ge dacht. Zijne belangstelling, zijn tijd, zijn heele leven was gewijd aan dit geval. En nu zij weg was en alles voor bij was, had hij een gevoel van leegte, alsof hij niet wist, wat nu aan te van gen. Hij had vele gevallen in behande ling: de eenige zoon van een bekende oude familie, die beschuldigd was van het zetten van een valsche handteeke- ning; een jong meisje, beschuldigd van kindermoord; een jonge man, haast nog een jongen, beschuldigd van het bestelen van zijn patroon. Er wachtte hem overvloed van werk. maar hij kon zijn gedachten niet losmaken van de tragedie bekend onder den lifai" van het Geheim van Colde Feil 1 on niet vergeten het jonge, en n C1-'-- "l3 je, wier leven in zoo groot 3ovi-r- geweest en voor wie hij zoo met vollen ijver had gestreden. Zij was uit zijn. leven gegaan en een nieuw, eigen le ven begonnen. Hij kon haar niet ver geten, noch de droevige woorden over haar eenzaamheid en verlatenheid, die zij bij hun afscheid had gesproken. „Zij is nog maar een kind" zuchtte hij bij zichzelf en dien avond kon hij aan niets anders denken dan aan het meisje, aan wie hij den naam van An nie Malcolm had gegeven. „Zij heeft die misdaad nooit begaan" zei hij bij zichzelf. „Ik geloof niet, dat zij zich zou verdedigen, als iemand haar aanviel, veel minder zou zij het leven van een ander kunnen nemen Op den dag nadat juffrouw Malcolm Ardrossan had verlaten, reed kapitein Douglas naar Colde Fell in de vaste overtuiging, dat hij de meesteres c^.ar zou aantreffen; de bedienden wisten niets van haar, zij hadden gehoord, dat de plaats zou worden geslotm. Van haar konden zij niets zeggen, zij hadden niets van haar gehoord. Vandaar ging hij naar het kantoor van Mr. Ross in Ardrossan, maar met hetzelfde resultaat. Mr. Ross zei hein, dat Hester Blair Ardrossan had ver laten, kort na afloop van de terccht- sriiting en dat hij niets meer van haar iv1st. Met dit antwoord, ofschoon vi^eese- «lijk teleurgesteld, was hij genood zaakt tevreden te zijn. HOOFDSTUK XX. „The City of Pearl'P De Royal Arms was een van die'rus tige, eenvoudige hotels, dat altijd aan bevolen werd aan dames of kinderen; een hotel waar alles goed was gere geld, waar nooit eenige stoornis was. Er kwamen nooit menschen, die veel uit gingen en van amusementen hiel den, maar zij, die rust zochten en een kalme, vriendelijke omgeving, voelden, zich tehuis. Op dezen prachtigenjuni dag den achtentwintigsten \was de Royal Arms bijna vol. Het had al eenige moeite gekost om een faireiiie, die juist uit het verre Canada was aangekomen te kunnen opnemen.Woer hield een rijtuig voor de deur stil en een dame vroeg of zij voor drie dagen kamers kon krijgen. H-:t was een ele gante verschijning, gekleed in grijze zijde met een lief gelaat, mooi zacht- bruin haar, dat ki'ulde over het voor hoofd en in kleine lokjes over de ,ooren lag. Zij zag er ziek uit en vroeg om rustige kamers- haar stem was zacht en zwak, alsof zij veel had geleden. Zij had geen bagage bij zich, maar zei, dat het onderweg was. (W.ordt vervolgd/

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1925 | | pagina 5