|f.. TWEEDE BLAD, i
Op de Raadstribnne.
ItïfEÜWE LEIDSCHE COURANT VAN DONDERDAG 3 SEPTEMBER 1925
't Waa^alT'naa^^ëwoOTite op dec
eersten Dinsdag in September, als de
f leden van de meeste Commissies af
streden, een lange en taaie zitting.
I Toch ging het ditmaal vlugger clan
gewoonlijk, daar nu niet over elk lid
■afzonderlijk, maar óver alle leden
(van een Commissie tegelijk werd ge-
Jstemd, wat een niet onbelangrijke
•tijdsbesparing gaf.
Belangrijke veranderingen in de sa-
Jmenstelling der Commi99ies werden
(niet aangebracht. Alle aftredende le
iden werden herkozen, met uitzonde
ring van de heeren .Wilbrink voor de
fMarktcommissie en Wilmer voor be
waarschriften Vergunningsrecht, die
geen herkiezing wenschten en die res-
ipect. vervangen werden door de hee-
jren v. d. Reijden en Zuidema.
I In vele gevallen werden de aftreden
den met zoo goed als algemeene stem-
[men herbenoemd. Alleen de heer Oost-
\dam zag zich een paar maal bestookt
|Üoor een combinatie van 8 links-„de-
/mocratische" leden. Bij de verkiezing
van de Comm. voor de. Lichtfabrieken
\werd mede een poging gedadn om den
[beer Huurman te wippen. Hierbij deed
jzich echter het verschijnsel voor, dat
ide afwijkende stemmen op den heer
;v. Rosmalen (C.H.) werden uitgebracht
(wat op het eerste gezicht een ietwat
•bevreemdenden indruk maakte.
Na afloop van de stemmingen vroe
gen nog enkele voorstellen de aan
dacht, die echter weinig bespreking
uitlokten.
Wel werd nog een tamelijk" breedvoe
rig debat gevoerd over een mededee-
ling door B. en W. gedaan, n.l. dat het
in de bedoeling ligt om, ter vervanging
van krotwoningen, nog een aantal ge
meentelijke woningen te bouwen.
Dit plan vond van verschillende kan
ten bestrijding. Den Sociaal-democra
ten ging het niet ver genoeg; zij wen-
schen gemeentelijke woningen op
groote schaal Van A.R. zijde daaren
tegen werd gewaarschuwd om niet
dan bij uiterste noodzakelijkheid tot
den bouw van gemeentewoningen over
te gaan. Hieraan werd echter toege
voegd de wensch, dat indien het tot
gemeentelijken bouw komt, dan ook
,met de belangen der grootere gezin
nen zal worden gerekend,
i Daar het hier slechts een .voorloopi-
ge bespreking gold die straks bij de
[behandeling van de begrooting, of bij
de indiening van eventueele voorstel
den zal worden voortgezet, is het niet
noodig op dit punt thans breedvoerig
in te gaan.
Door den heer van Eek werd nog
genige oppositie gevoerd tegen een
voorstel van B. en W.. om hen te
iunachtigen de voor verhuring in aan
merking komende eigendommen der
gemeente tenzij onderhandsche ver
huring de voorkeur verdient in het
openbaar te verhuren enz.
De Soc. Dem. woordvoerder meende
idat door aanneming van dit voorstel
Jde Raad een,deel zijner rechten uit
[handen gaf, waartegenover echter de
[Voorzitter zeer terecht opmerkte, dat
ihier niets anders gedaan wordt, dan
ieen sinds, ongeveer 70 jaren bestaande
ipractijk te sanctionneeren, terwijl het
[bovendien practisch onmogelijk is, dat
|de Raad zich over alle verhuringen
uitspreekt.
i Wil de Raad zijn recht van controle
handhaven waarop door den heer
jv. Eek werd aangedrongen dan zal
hij juist de bestaande practijk hebben
te bevestigen. Waartoe dan ook met
groote mèerderheid besloten werd.
Medegedeeld werd nog, dat nog in
den loop van deze maand de 'ontwerp-
begrooting in de afdeelingen zal wor
den behandeld.
FEUILLETON.
Het geheim van Cólde Feil.
32)
„En dan", zei Mr. Ross, „dit is het
sterkste bewijs voor haar onschuld.
Als de beklaagde dit vergif gekocht
had om er haar man mee van het le
ven te berooven en zij het voor dit
doel had gebruikt, dan zou zeker, toen
de dokters spraken van arsenicum,
haar eerste gedachte geweest zijn, om
naar haar kamer te snellen en -het weg
te werpen. Het feit, dat zij volkomen
.vergeten had, dat er een pakje arseni
cum in haar kapdoos aanwezig was,
bewijst helder en klaar haar onschuld.
Mevrouw Blair werd niet onmiddellijk
in hechtenis genomen, zij had volop
den tijd naar haar kapdoos te gaan en
het pakje te vernietigen. Een schul
dige zou dat dadelijk hebben gedaan."
Er ontstond een gemompel in de
zaal, dat weer onmiddellijk werd on
derdrukt. Het was vreemd, dat het
vinden van arsenicum in het bezit van
beklaagde, dat de~ sterkste grond
voor de aanklacht was geweest, ook
het sterkste bewijs vormde voor de
verdediging. Het scheen, dat dit be
roep op het gezonde verstand invloed
bad. Als zij schuldig was geweest, zou
KERK EN SCHOOL.
NED. HERV. KERK.
A a n g e iub men: Naax 'Moordrecht,
B. Nieuwb'urg, em. pred. te Boskoop.
GEREF. KERKEN.
Beroepen: Te Heienpord, H. R.
Nieborg te Heerjansdam. Te Oldeboorn,
Wons, St. Jacobipairochie, Gaast en Fer-
woude, cand. H. A. Piersma te Leeu
warden.
CHR. GEREF. KERK.
Be-róepen: Te Arnhem, A. M. Berk
hoff te Amsterdam.
Ds. B. Hagenaar te Warffum hoopt
Zondag 11 October afscheid te nemen
van de Geref. Kerk aldaar en Zondag
S October zijn intrede te doen bij de
Geref. Kerk te Meppel.
Ds. H. C. Ruysf
Te Rosendaal is overleden Ds. H. C.
Ruys, Hearv. em. pred. Ds.- R. werd ge
boren in 1878, en stond sinds 1905 als
vicar te Bielefeld, en van 1896 tot 1898
als predikant te Wanneperveen.
Bevestiging, Intrede, Al scheld.
Ds. J. H enge veld nam Zondag we
gens vertrek! naar Jutphaas afscheid van
de Ned. Herv. Gem. te Schiplieden met
een predicatie Over Rom. 10:8 en 9.
De scheidende leeraar werd do,or ver
schillende afgevaardigden hartelijk1 toe
gesproken.
Ds. H. Boswijk', gektimen van
Gaast, (Fr.), deed Zondag zijn intrede
bij de Geref. Kerk van Uithoorn, na) door
Ds. H. Veldkamp van Kralingscheveer
te zijn bevestigd, sprekende naar aanlei
ding van 1 Petr. 315
De nieuwe leeraar werd toegesproken
namens den Kerkera'ad van Uithoorn, die
van Mijdrecht door den afgevaardigde
der classis, Ds. Oosterveen van LWilnis
en door het hoofd der Chr. school.
Ook! B. en LW. waren tegenwoordig.
F. G. van Bins bergen, cand.
tot den H. Dienst te Doornspijk, hoopt
Zondag den v 18den October 1925 zijn in
trede te doen te Haamstede (Z.), na be
vestigd te zijn door Ds. Bax, van Haar
lemmermeer.
Ds. A. Blanson Henkemans,
•die de benoeming tot predikant bij de Prot
Kerken in Ned. Oost-Indië heeft aan
genomen, is voornemens 27 Sept., 'snam.
uur afscheid te nemen van de Ned. Herv.
Gem. te Hoogersmilde. - -
Ds. F. Bruins ma hoopt Zondag
27 September afscheid te nemen van de
Geref. kerk' van Genemuiden en Zondag
4 October intrede te doen te Meerkerk.
Als bevestiger zal Ds. A. Jamsens, van
Langeraik, consulent, optreden.
Beroepbaar.
Het provinciaal kerkbestuur van Gro
ningen heeft tot de Evangeliebediening
toegelaten den heer H. Dekker, .cand.
aan de Universiteit te' Utrecht.
Het provinciaal kerkbestuur v. Zuid-
Holland heeft, na afgelegd examen, den
heer C. B. Boe r, wonende te Capelle
a. d. Ysel, cand. in cjp? theologie aan
dè Universiteit te Leiden, toegelaten .tot
de Evangeliebediening in de Ned. Herv.
Kerk'.
Ds. E. C. B. van Herwerden.
Naar wij vernemen, is Ds. E. C. 'B.
van Herwerden, pred. bij de .Geref. Kerk'
van Rhoon, voornemens binnenkort eme
ritaat aan te vragen. Ds. van Herwerden
heeft reeds dikwijls door ongesteldheid
zijn ambtsarbeid moeten onderbreken.
Wijlen Ds. C. B. Oorthuys.
„In de ,,'s Gravenh. Kerkbode" ver
volgt Dr. van Gheel Gildemeester zijn
mededeelingen over het leven van wijlen
Ds. C. B. Oorthtiys.
„Er ging" zoo lezen we, „nadat Ds.
Oorthuys tot de „persoonlijke ervaring
van Gods genade in Christus" was ge
komen, al dadelijk een groote kracht van
zijn prediking uit. De vreugde op zijn
dorpje was groot; .want hoewel de Ker-
këraad. hem als een vrijzinnig predikant
had beroepen, waren ze toch echt blij,
dat hun beste dbmifié nu zulk een rijk'
Evangelie bracht. In den geheelen om
trek' werd veel gesproken Over deze zaak.
Huet verheugde zich met zeer groote
blijdschap en dé „schure"ja, daar
ra'oet ik' ook nog een woordje van ver
tellen.
„De schure" was de plaats der sa
menkomst van dien origin'eelsten aller
predikanten, Ds. Buddingh, den man, van
wien tallooze verhalen op Zuid-Beveland
de ronde deden en die daar toen nog
leefde in vele harten.
haar eerste gedachte geweest zijn, om
dit zwaarste bewijs van haar schuld
te vernietigen; het kwam niet in haar
op, zij dacht er niet aan, dat het ge
vaarlijke goed in haar bezit was. En
toen sprak Mr. Ross de jury toe met
een ernst, die hen ontroerde. Hij waar
schuwde hen om zich niet te laten
misleiden door den schijn en om niet
lichtvaardig een oordeel uit te spre
ken, dat een einde zou maken aan zulk
een jong leven.
Er was een korte pauze en ieder der
aanwezigen scheen dïep adem te halen
Zij, die met ernstige gezichten en
somber gestemde harten hadden ge
luisterd naar de zware aanklacht, die
toen bij zichzelf hadden gezegd, dat,
ondanks alles, zij wel schuldig moest
zijn, deze voelden zich nu verlicht en
keken vroolijker. Zijzelf verkeerde nog
in een droom; het was of zij twijfelde
tusschen twee personen. Was de be
klaagde; de wreede, slechte vrouw, die
ten onrechte was beschuldigd. Zij had
nog altijd het gevoel, dat de zaak haar
persoonlijk niet aanging. Dat hier be
slist moest worden over het lot van
een ander. En te midden van al deze
verwarring en twijfel trof haar de
uitdrukking van angstige spanning op
het gelaat van kapitein Douglas.
„Deze pleitrede moet haar redden",
Toen ik eens op de catechisatie met
groote jongens aan de vraag was geko
men: „Wordt een Christen hier op aarde
poit volmaakt?" toen antwoordde een lieve
groote rakker van een jongen: „Me dunkt
vqn wel, dophP.é". En op mijn lichtelijk
verwonderde vraag: „Heb' jij wel eens
iemand ontmoet, die op jou den indruk!
maakte van volmaakt te zijn?" behoefde
hij niet lang naar het antwoord te zoe
ken, maar zei dadelijk: „Jawel, dominé
Buddingh".
Welnu, in de „Schure", waar men psal
men van Datheen zong enliederen
\an Sankëy, had men heel geen afgeschei
den allures.
Jaren lang heeft Ds. Buddingh, met de
zijnen gebeden, „dat toch het Evangelie
nog eens weer op den kansel in de groote
kerk mocht komen."
En toen Ds. Drost in Goes kwam', toen
was dat gauw een innige vriendschap
en broederlijke gemeenschap.
Buddingh is gestorven een jaar pf ze
ven of acht vóór Ds. Huet in Goes
kwam; Ds. Loggers volgde hem op.
En ze hielden daar in „de Schure"
driemaal des Zondags samenkomst. Maar
als Huet de avondbeurt had, dan stond
de beurt daar stil; en kwam de heele
„Schure" naar de Groote Kerk; en al
heel gauw deden ze cTat ook, als ik des
avonds eens in Goes preekte, en nu ook
met Ds. Oorthuys.
Zo'p' was liet een gezegende tijd en een
gezegende kring daar in het poësöhe
land.
Het duurde niet lang, of de beroepen
kwamen los, en Oorthuys „k'reeg het
door dit alles zeer benauwd", .want het
was hem', of men reclajme met zijn over
gang wilde maken.
Hij nam Woudrichem- aan, waar hij
18 Mei 1879 door Ds. Huet bevestigd
werd en er een ontvankelijke gemeente
vond, uitgezonderd eenige sectariërs, die
steeds trouw hun best gedaan hebben hem
het leven zop onaangenaam' mogelijk te
maken.
Wpudrïchëm' was een eigenaardige
plaats. Steile menschen, mystieke men-
schen; ook nog al vrijzinnigen. En ook
dezen ontbraken onder de prediking van
Oorthuys niet, „omdat hij geen woorden
maar levenszaken verhandelde".
Er rusttg groote zegen op den arbeid
in het Evangelie. De liederen van Moody
en Sankëy vervingen de straatliederen, er
hadden treffende bekëeringen plaats. „De
Heere wrocht mede".
Ook in Gorkum, in Loevestein en in
den omtrek zegend ede Heere den arbeid
van dezen dienstknecht.
Wanneer de tarwe rijpt, dan rijpt ook
het onkrpid. Zoo was "het ook' in Wou
drichem.
Door den invloed van den dominé werd
het schenken van alcoholische dranken in
het veerhuis verboden. En toen had hij
het gedaan. Onder de joviale drinkebroers
scheen de duivel losgebroken; „Ds. Oort
huys zou er aan, dat zou'die". De baas
van het veerhuis wilde hem ta lijf, maar
werd door zijn rustige vriendelijkheid ont
wapend; eenlg schorem zou hem' van de
plank in de rivier gooien,wanneer hij
naar Gorkum wilde qvervaren, maar nie
mand stak een hand naar hem uit.
Van bijzondere uitreddingen spreken Ds
Oorthuys' herinneringen. Zoo is hij op
den tweeden Pinksterdag in 1881 in groot
levensgevaar geweest, in den storm' in
een zeilboot naar Dalem, maar is gena
dig gered.
„Tegen half vier was ik bij de schip
pers terug. De wind was nóg opgestoken
en er stonden stormkopjes op het water.
Is dominé niet bang?
Naar, je aanwijzing zal ik handelen,
mannen.
Stap dan maar in.
Ze heschen' het zeil en het ging er
op los. We vlogen over het water. Plot
seling kwam er een valwiiid. De mast
brak, het zeil ging ever boord en de
boot schepte water. Elk' oogenblik kon zij
kantelen.
Na was het de beurt aan de visschers
om bang tè zijn. Ze sidderden van vrees.
Van mijnentwege ging een gebed pp tot
God.
Weder een valwind. Die sloeg onder
het zeil, dat met mast en al werd opge
heven. We grepen het met zes handen
aan en stelden het vast. Zoo heeft God
ons gered'.'.
Wij meenen ons niet aan eenige onbe
scheidenheid schuldig te maken door hier
van deze uitredding te gewagen, die toch
geen particulier geheim van de familie
Oorthuys of van die beide schippers is,
maar in die dagen in Gorkum en Workum
zei hij hij zichzelf, „dat kan niet an
ders."
Op het gelaat van de jonge vrouw
zelf, "dat doodsbleek was, scheen geen
hoop of vrees te leven. Zij had zoo
veel gehoord te haren nadeele, en
zooveel dat vóór haar pleitte, dat zij
zichzelf niet meer scheen te kennen.
Toen somde de rechter nog eens alle
genoemde punten op, volkomen recht
vaardig en onpartijdig.
Niets ontging hem, alles wat in het
voordeel van de beklaagde gezegd was
werd nauwkeurig in het licht gesteld;
alles wat er op wees, dat zij de schul
dige kon zijn, werd eveneens naar vo
ren gebracht. Hij hield de schaal van
het recht iri volkomen evenwicht
niemand kon zeggen, dat hij de be
klaagde bevoorrechte, nóch, dat hij te
gen haar was ingenomen; hij was hel
der, rechtvaardig en eerlijk in zijn be
toog. Er waren oogenblikken, dat zijn
indrukwekkende woorden zijn toehoor
ders schenen te overtuigen van haar
schuld; er waren, andere oogenblik
ken, dat haar onschuld even klaar be
wezen scheen.
Toen «zweeg de machtige stem er.
het gewichtige uur was gekomen!
Haar hart sloeg met zulke zware
slagen, dat zij meende, dat de ander, n
het moesten hooren.
De iury trok zich terug om het von-
druk' werd besproken. En wij herinneren
het ons ook met zoo bijzondere vreugde.
Oorthuys verhief zich nooit op de veel
heid of de grootheid zijner openbaringen
of ervaringen. Hij bleef er klein bij
nederig.
Alles wat de zelfverheffing fnuikte en
den mensch tot zichzelven bracht, was
hem welkom'. v
Ik herinner mij een Goede Vrijdag
preek 's morgens hier in de Groote Kerk.
„Zal het voor u een Goede Vrijdag
zijn? dan hangt er van af, of gij wel eens
waarlijk een kwaden Vrijdag hebt be
leefd".
Vindt dit nu niet gezocht, want bij
Oorthuys was het heel natuurlijk. Maar,
als ik u een raad mag geven U ként im
mers Piet er Pompejus den pompeuze n.
Plechtige wel Laat die zoo iets nooit
probëeren, want dan is het gék
Zendingsactie.
De besturen van de in het Zendings
bureau te Oegstgeest samenwerkende zen
dingscorporaties, hebben besloten, in na
volging van de twee vorige jaren, ook
voor dit najaar een landelijke „Zendings
week" te houden.
Vastgesteld werd de week van 1 tot en
met 8 November.
Examens vrije en ortie-ceieningen.
De Minister van Onderwijs, Kunsten
en .Wetenschappen brengt ter algemeens
kennis
ie. dat, behoudens onvoorziene om
standigheden,. de examens ter verkrijging
van de akte van bekwaamheid1 in de
vrije en ordeoefeningen der gymnastiek
op de volgende plaatsen en tijden zullen
worden afgenomen:
Verilo: op 4, 5 en 7, September 1925;
Apeldoorn: van 4 tot 28 September
1925;
's Gravenhage: van 4 tot en met 21
September 1925;
Amsterdam: op 4, 7, 8, 10, li', 15, 17,
18, 21, 22, 24 en 25 September 1925;
Groningen: op 4, 7, 8, 10, Ti', .14, 15,
17, 18, 2i', 22, 24, en 25 September 1925
2e. dat de examens slechts toegankelijk
zijn voor personen, ouder dan 17 jaar.
Vereen, van Chr. Onderwijzers.
De najaarsvergadering van Chr. On
derwijzers in de provincie Zuid-Holland
zal Zaterdag 3 Oct. a.s.„ 's namiddags
half dj'ie, gehouden worden in De Een
dracht te Rotterdam.
Als sprekers hopen op te treden de
heeren H. Nieukerlce van 's Gravenhage
en J. Kruithof van Rotterdam.
Uit het Sociale Leven.
Kantoor- en handelsbedienden.
„Ons Beginsel" het orgaan der Ned.
Vereen, van Christelijke Kantoor- en
handelsbedienden geeft een beschou
wing over de vraag of minister Kooien
de Arbeidswet voor deze groepen zal
invoeren.
E'en goed teeken is ,dat de nieuwe
Excellentie aanstonds bereid was, ons
over de invoering der Arbeidswet in
gehoor te ontvangen. Door zijn positie
in de vorige Tweede Kamer nam hij
aan de beraadslagingen over de on
derwerpen van den dag niet direct
deel, zoodat zijn meening over som
mige punten van practische politiek
niet hekend is. Dit achten we een
voordeel. De Minister is nu immers
niet zoo zeer gebonden door of gehou
den aan vroegere uitspraken of toe
zeggingen.
Bekend is, dat we tezamen met
onze R.K. collega's een onderhoud
met Zijne Excellentie hadden. Uiter
aard kunnen we en mogen we over het
ter audiëntie gesprokene hier niet tre
den in details. De ontvangst was wel
willend. We hadden gelegenheid, al
les wat met de invoering der Arbeids
wet voor onze groepen verband houdt
te bespreken en toe te lichten. De Mi
nister begrijpt ons, behandelt de aan
gelegenheid serieus en overweegt onze
wenschen 8 welwillend.
Nu wachten we dus maar af. Bij de
behandeling der Staatsbegrooting in
de Tweede Kamer, op 'teind van dit
jaar, zullen we er wel meer van hoo
ren. Misschien zelfs is de gedachte
niet haast te stoutmoedig? brengt
nis op te maken. Toen zij hen nakeek,
terwijl zij het hof verlieten, wist zij,
dat van hun oordeel haar leven af
hing. „Schuldig of niet schuldig?" Z'.j
zou spoedig haar lot kennen vrij
heid of dood stonden voor haai*! Nog
slechts enkele oogenblikken van span
ning en dan zou alles beslist zijn Een
dichte mist kwam voor haar ooge'i,
een verward geruisch klonk haar in
de ooren. Een vreemde uit het publiek
zei tegen een ander: „Ik wou voor
geen geld van de wereld lid van de
jury zijn. Ik ben gedurende de gan-
sche zitting hier geweest en heb alles
gehoord. Maar voor niets ter wereld
zou ik willen uitmaken of deze vrouw
schuldig is of onschuldig. Ik heb
nooit gehoord van een zaak, waarin
het vóór en tegen zoo tegen elkaar op
wogen. Ik weet niet of zij een geslepen
doortrapte - misdadigster is of een
wreed mishandelde vrouw."
Hester Blair aat roerloos; de vrou
welijke gevangenbewaarster aan haar
zijde stelde voor, dat zij de zaal zou
verlaten, zoolang de jury over haar
vonnis beraadslaagde. Zij keek haar
met een vreemden glimlach aan.
„Ik zou geen stap kunnen gaan" zei
zij. „Als ik van mijn 9toel op zou staan
zou ik neervallen."
Een glas koud water werd haar ge
bracht. dat 2ij met graagte leegdyonk.
t
op den derden Dinsdag van September
de Troonrede reeds een verrassing.
Inmiddels tiert onder ons het over
werk maar welig voort. En de winkel-1
bedienden maken steeds dagen tot;
twaalf en dertien uur toe. Zomerva-J
cantie kennen ze nauwelijks. En een-
vrijen middag in de week heeft er,
schier niet één."
Uit de RJK. vakbeweging.
De Algemeene Bond van Christelij
ke Mijnwerkers en de R.K. Grafische
Bond hebben besloten zich per 1 Ja-!
nuari 1926 bij het' Reservefonds van]
het R.K. Verbond aan te sluiten. De.
aansluiting van deze bonden betee-
kent een belangrijke versterking van
het financieel weerstandsvermogen
der R.K. Vakbeweging.
Massa-ontslag.
Zaterdag is door de directie van De;
Wit en Co's Dekenf abri eken te Hel-j
mond, Deurne, Gemert en Geldrop aan
het kantoorpersoneel, den bedrijfslei
der en de bazen het werk voorloopig
opgezegd, terwijl de werklieden reeds!
vroeger ontslagen zijn.
Op het oogenblik zijn nog enkele
personen in de fabriek bezig, om de^
loopende werkzaamheden af te wer-
ken. Het kantoorpersoneel isnog tij-!
delijk in dienst.
Een groot aantal werklieden is liier-j
döor buiten betrekking geraakt. Overj
de mogelijkheid, dat het bedrijf gere
organiseerd zal worden doorgezet, kan
nog niets definitiefs gemeld worden,1,
aangezien de onderhandelingen hier
omtrent nog loopende zijn. Het aantal
ontslagenen kan geschat worden op!
600 a 700 man, meldt het persbureau!
Vaz Dias. .1
Actie van cacao-bew erkers.
De gezamenlijke Bonden in het Bak-?
kers- Cacao- Chocolade- en Suikerbe-;
werkingsbedrijf hebben eenige weken,
geleden een arbeidsregeling aangebo-j
den aan de directie der Bensdorpfa-
brieken te Bussum.
In een begeleidend schrijven werdeni
tevens besprekingen hierover ge-1
vraagd, waarop de directie antwoord
de, dat zij niet kan, toezeggen de inge-:
diende arbeidsregeling binnenkort in
bespreking te brengen, aangezien ha
rerzijds andere plannen in voorberei-;
ding zijn. a
De besturen der vakbonden >bebbeni
in verband met dit antwoord gemeen
schappelijk besloten de arbeiders tot
een personeelvergadering op te roepenj
Groote bezittingen terug aan de 1
Hollenzollerns? Vj
De „New York Tribune" meldt uit
Berlijn. Bezittingen waarvan de waar
de in sommige kringen geschat wordt
op 50 millioen dollar, zullen terugge-,
geven worden aan den Ex-Keizer en
aan verscheidene leden van zijn fami
lie door den Pruisischen Staat.
Deze beslissing is het gevolg van i
een overeenkomst die geslotenis tus
schen Pruisen en de Hollenzollerns na
langdurige onderhandelingen, welke'
voorafgegaan zijn door een aantal ^.pro
cedures, waarhij steeds in het voordeel
der Keizerlijke familie heslist werd. n
De bezittingen omvatten groote lan-1
derijen, domeinen, kasteel en paleizen^
en waardevolle kunstcollecties,, welke;
bij het uitbreken der revolutie door,1
den Pruisischen Staat in beslag zijn|
genomen.
De Staat zou gedwongen zijn tot een 1
dergelijke daad over te gaan, aange-,
zien anders groote sommen gemoeid'
zouden zijn gegaan met het voeren
van processen.
Deze overeenkomst moet geratifi
ceerd worden door den Pruisischen
Landdag. Het Pruisische ministerie
van binnenlandsche zaken sprak wel
tegen dat een overeenkomst reeds ge-
teekend was, doch er werd aan toege-,
voegd dat deze eerlang tegemoet ge
zien wordt.
En toen keerde de jury terug. Nog
oogenblik van vreeselijke spanning en j
angst. Een vurig gebed om hulp steeg)
op van haar lippen.
Het vonnis! Het vonnis! De-menigte?
die de zaal vulde, was stil als bet graf,'
toen het werd uitgesproken: het wasj
noch schuldig noch onschuldig, maari
het oude Schotsche vonnis „onbewe
zen." v
HOOFDSTUK XVII.
„Onbewezen.'
Toen dit gewichtige woord was uit
gesproken ontstond er een beweging
in de opeengepakte menigte, zooals
een, stormwind de zware takken van
de eikenboomen doet bewegen. Som
migen waren er zeker van geweest,
dat tengevolge van den zwaren schijn
tegen haar, zij schuldig zou worden
bevonden; anderen, die gretig naar
de verdediging hadden geluisterd, voel
den dat het vonnis moest zijn „on
schuldig." Deze uitspraak verraste
hen.
Plotseling werden zij opnieuw opge
schrikt door de zwakke stem van de
gevangene, die riep:
„O dat niet! O, dat niet! Als ik
schuldig ben, laat mij dan sterven!
Als ik onschuldig ben, laat mij dan
vrijuit gaan! Maar dat niet!"
[Wordtvervolad).