NIEUWE LEIDSCHE COURANT VAN WOENSDAG 8 JULI 1925 TWEEDE BLAD. Wat de bladen zeggen. De leiding van den Vrijheidsbond. Over dit onderwerp schrijft de libe rale N. Arnhemsche Grt. o.m. Het is hard te zeggen, maar de lei ding van den Vrijheidsbond heeft zich de mindere getoond van de liberale kiezers. Zij waren beter dan hun ge neraals. Daar, waar zij het karakter en den moed hebben getoond, benoodigd om de leiding vóór de verkiezingen te ver slaan, daar, waar zij haar candidaten hebben afgewezen en zich zelf een weg hebben gebaand, daar heeft de liberale gedachte belangrijke successen be haald. Maar daar, waar de leiding haar zin heeft doorgedreven en den kies- kringén heeft opgedrongen candidaten, wier eenigste verdienste was, dat zij de liberalen in de Kamer hebben ver tegenwoordigd op een wijze, die geen genade heeft gevonden, daar is de Vrij heidsbond verslagen en deerlijk geha vend. De Vrijheidsbond is als een leger, dat zonder vertrouwen in zijn officie ren optrekt, een leger, dat nog slechts een kern is van getrouwen, die door dik en dun volgen, maar waarvan de manschappen zich morrend afvragen, hoe komen wij onze onbekwame lei ders, hoe geraken wij de Kamer-cama rilla in den Haag kwijt? Wij dienen. 2oo gelooven zij terecht, een goede zaak, wij kunnen de overwinning be halen, maar wij worden gecomman deerd door menschen, die wel met sjer pen, sabels en tressen pronken, maar- die niets afweten van de strategie. Maar de vondels, die tot muiten zijn geslagen en zich nieuwe officieren ko- zen, hebben met opgewektheid en moed den verkiezingsstrijd gevoerd en zii zijn krachtig on fier uit den strijd ge komen, terwijl de andere, ondanks den ondercommandanten, overal de neder laag hebben geleden. Deze verkiezing heeït, voor wat be treft de liberale partij een votum van wantrouwen opgeleverd voor de lei ding van de partij en wanneer men de uitslagen van de kieskringen Amster dam, Rotterdam en den Haag verge lijkt met de bedroevende resultaten, welke zijn verkregen in de andere kieskringen, dan kan men niet ontkeri- nen, dat de' uitspraak van de kiezers zeer nadrukkelijk is geweest. Harder had de slag moeilijk kunnen aanko men. Men zou zelfs zoover kunnen igaan en zeggen, dat de liberale gedacli te ditmaal voor de eerste maal, na vele jaren, eindelijk weer eens. heeft gezegevierd, maar dat de leiding van de partij en de Kamerleden zijn ver slagen. Het is nu slechts de vraag of de lei ders van den Vrijheidsbond de les van 1925 zullen begrijpen. Of zal men van de heeren als van de Bourbon's weldra moeten zeggen: „zij hebben niets ge leerd, niets vergeten." Wij betreuren de nederlaag van den Vrijheidsbond niet. Wij begrijpen dat de partij deze revolutie in eigen boe zem moet doormaken, zoo zij weder gezond wil worden en in eerste instan tie verzwakt een revolutie elke organi satie. Ons kwam dus een nederlaag in stemmen toe. Maar wij zijn dankbaar, dat Amsterdam, den Haag en Rotter- - dam er in geslaagd zijn, te toonen, hoe het kan en dat het deze afdeelingen is gelukt door de Kamerfractie een flin ken bezemstreek te halen, waardoor er plaats werd gemaakt voor frissche krachten. Wij achten het voor de liberalen op zich zelf een overwinning, dat men den heerên er onzacht aan heeft her innerd, dat het algemeen kiesrecht alle macht slechts in handen van de ver politiekte politici scheen te hebben ge legd, maar dat het toch nog altijd mo gelijk is, dat" de kiezers weigeren te marcheeren en dat zij hierin achteraf in het gelijk worden gesteld FEUILLETON. Een doornig pad W (Uit het Engelsch). 27) .A's Dotje moede was, droeg hij haar, totdat zijn armen pijn deden, ot ging onder een poort zitten, waar hij haar zorgvuldig op zijn schoot nam, opdat de kou van den steenen drempel haar niet zou hinderen. Elk woord, dat zij sprak, en elk glimlachje op haar ge zichtje was hem dierbaar. God had hem, zooals hij meende, opgedragen het kind van een verschrikkelijk lot te redden; en van ganscher harte wijd de hij zich aan de vervulling van ,dic taak. Laat in den avond kwamen zij in een armoedig steegje, niet ver van de dokken, en daar Don nog de helft van zijn geld over had, zocht hij weder een onderkomen in een slaapstee en gaf aan de vrouw des huizes éen van de weinige stuivers, om Dot's gezichtje en handjes te wasschen. Dsn volgenden morgen was het Zon dag. Vroegtijdig verliet hij het volle tuis, hoewel hij niet van plan was werk te zoeken, want men had hem in KERK EN SCHOOL. NED. HERV. KERK. Drietal: Te Joure, J. A. ten Bok- kel Huinink te Numansdorp. L. Mool- huizen te Minnertsga en W. J. de .Wilde te Koudum. Beroepen: Te Utrecht, Dr. G.W. Oberman te Leeuwarden. Bedankt: Voor Nes en Wierum, J. W. v, d. Dpes. te Brielle. Voor .Ouds hoorn, C. J. Leenmans, te Gameren. Voor Ouddorp, P. de Looze te Renk'um. GEREF. KERKEN. Bedankt: Voor Serooskerke (W.), E. J. Wientjes te Oudshoorn. CHR. GEREF. KERK. Twee ta 1Te Biezelinge, L. H. Bee- kamp. te Rozenburg en J. L. de Vries te Rijnsburg. Bedankt: Voor Haarlem, A. H. Hil- bers te Enschedé. Voor Arnhem, J. Jon- geleen te Hilversum. GEREF. GEMEENTEN. Tweetal: Te Rijssen, J. R. van Oordt te Opheusden en M. Hofman te Krab- bendijke. Beroepen: Te Rijssen, M. Hofman te Krabbendijke. BAPTISTENGEMEENTEN. Aangenomen: Naar Emmererfschei denveen, G. Visser, te Antwerpen. Beroepingswerk. Onlangs werd melding gemaakt van het veranderde drietal van Utrecht. Ds. C. Ferguson van Durgerdam, die eerst op dat drietal stond, was weggeval len en daarvoor kwam nu Dr. Oberman uit Leeuwarden. Het is niet onmogelijk, dat er zijn, die denken: hoe vreemd. Wat is dat met Ds. Ferguson. Heeft hij bedankt of zijn er oorzaken, dat men hem niet be roepen wil. i Daarom aldus schrijft men aan „De Nederl." wii ik even mededeelen hoe het is opdat niemand een verkeerde gevolgtrekking maakt. De Kerkeraad der Ned. Herv. Gem. te Utrecht heeft zich niet vergewist of ,Ds. C. Ferguson reeds volgens de geldende bepalingen 3 jaar predikant washij is 't in September pas. Zooals wellicht velen niet weten, moet een predikant, om be roepen te worden in een groote gemeente met 3 of meer predikanten, minstens drie jaren in de bediening zijn. Ds. Ferguson heeft wel veel meer dan 3 jart 11 de bediening, hij was zendeling op de Sangir en Talaut-eilanden, maar zooals men weet; rekent daar de kerk niet mede, dat is voor haar van minder be- teekenis. Ziedaar het geval: de Utrechtschs Ker keraad heeft zich niet voldoende op de hoogte gesteld. Een leerquaestie. In de Ned. Herv. Gem. te Gouda be- bestnar een leer-kwestie. Aan den vrijzinnigen pred., Ds. J. Borger aldaar, zijn twee vragen voorgelegd, en wel door den in meerderheid orthodoxen kerkeraad, welke vragen aldus luiden: 1. Gelooft gij, dat de vier Evangeliën onder leiding des Heiligen Geestes ge schreven 2ijn? 2. Gelooft gij, dat onze Heiland in het vleesch op deze aarde is geweest Beantwoordt Ds. B. de2e vragen in ontkennenden zin, dan kan hij volgens adressanten en de meerderheid van- den kerkeraad, niet langer predikant in de Ned. Herv. Kerk zijn. Prof. Mr. W. Zevenbergen. Naar we vernemen, is Prof. Mr. W. Zevenbergen, hoogleeraar aan de Vrije Universiteit te Amsterdam, die onder be handeling was van Dr. J. Hekman, door het zich voordoen van een ernstige com plicatie ter verpleging opgenomen in „Eu- dokia" te Rotterdam. Notaris-examen. Op zijn verzoek is ingetrokken de be noeming tot plaatsvervangend lid van de Staatscommissie, belast met het afnemen van het examen, bedoeld bij art. 11 der wet an 9 Juli 1842 op het notarisambt van Prof. Mr. J. C. van Oven, hoogleer aar te Leiden, en 2ijn in die Staatscom missie nader benoemd tot plaatsvervan gende leden: Prof. Mr. E. J. J. van der Heyden, hoogleeraar te Nijmegen; Mr. J. A. F. van Asperen, rechter te 's Gra- venhage. Nijverheidsonderwijs. In de commissie, in 1925 belast met het afnemen van het examen Nijverheids onderwijs, gemerkt N XIX, zijn benoemd: Tot lid en voorzitster: Mevr. M. E. Le- liman-Bosch; tot lid, vice-voorzitster en secretaresse, Mej. Th. Manshohtot le- het herstellingsoord geleerd, dat hij op Zondag niet werken moest; en hij was vast besloten, God's geboden, voor zoo ver hij ze kende, getrouw te onderhou den. Maar, hij had slechts zeven stui vers over, en als hij er den geheelen dag niets bij verdiende, had hij slechts de keus tusschen hongerlijden of den volgenden nacht in de open lucht door te brengen. Hij kon geen voedsel krij gen en genoeg overhouden voor een onderkomen tegen den nacht. Als hij alleen was geweest, zou niets hem verhinderd hebben zijn knagend ?r honger te stillen, maar nu moest hij ook om Dotje l Het was be paald onmogelijk, dat zij bestand zou zijn tegen de koude van een Maart- schen nacht, in de open lucht doorge bracht. Hij kocht een broodje van een stuiver en vraagde een dropje melk voor haar van een goedhartige vrouw, die een klein winkeltje hield op Üen hoek van een straat en hem nog een paar oude korsten gaf, die begonnen te beschimmelen. Don smulde er aan op de eerste leege stoep, waar zij aan kwamen. Hij gevoelde dat hij dien gan- schen dag geen eten meer noodig zou hebben, en als hij Dotje maar tevreden kon stellen, zou hij dien nacht nog het logies voor hen kunnen betalen. F.n nu zijn voornaamste bezorgdheid den: mej. A. W. Greeuw, mej. E. H. Hengeveld arts),. mej. J. Huizinga, mej. H. A. de Vries, mej. M. D. Wittop Koning, Dr. J. Botke.' Dr. W. Enklaar, J. H. Franken, J. M L Ölten, Dr. G. Oosterbaan en D. Stieltjes. Verminderde geboor^n Door de annexatie van Elzas-Lotha- ringen werd hec aantal Protestanten in Frankrijk verdubbeld en bedroeg het plm. één millioen. Niettegenstaande deze bijzondere toe neming wordt het Protestantisme in Frank' rijk in zijn toekomst zeer bedreigd door de sterke vermindering van het geboorte cijfer. Na de annexatie was het aantal Protestanten even groot als voor onge veer een halve eeuw. Dit feit werd ge durende de te Lyon gehouden „Protes- tantsche Week" door- verschillende spre kers belicht. „Evangeli et Liberté" schrijft daarover: „De aanwinst dekt ter nauwernood ops verlies. In verhouding tot het algemeen geboortecijfer is dat der Protestanten, te gering. De kerkelijke besturen schijnen zich van dat feit niets aan te trekken en niet te letten op de moreele en religieuse zijde daarvan. De gewetens moeten wakker geschud worden. Door geestelijke leiding te geven moet men den wil sterken om riiet alleen .te leven, maar ook zich te overleven. Deze kwestie is voor het Fransche Pro testantisme er een van leven of dood". Nederl. Zendelinggenootschap. Gisteren heeft het Nederlandsch Zende linggenootschap zijn 128ste jaarvergade ring aangevangen. Bij wijze van proef wordt de vergadering dit jaar gedeeltelijk te Rotterdam gehouden. Hét jaarverslag wordt uitgebracht door de Zendingsdirectoren Rauws en Rijnders. Bij den arbeid op Java is de actueele vraag welken koers de Zending uit moet. De veranderde omstandigheden maken het inslaan van een nieuwen koers nood zakelijk: het oplevend nationalisme, de stroomingen in de Mohammedaansche we reld, de vraag om onderwijs en cultuur, de vrouwenbeweging, enz. Ook is de vraag, hoe ^an de reeds bestaande Christengemeenten een groo- tere mate van zelfstandigheid kan wor den toevertrouwd. Teneinde tot een oplossing te komen, is het noodig, dat er meer zendelingen naar Oost-Ja va worden uitgezonden, daar de tegenwoordige te zwaar belast zijn. De kweekschool te Mpdjowarno ver heugt 2ich in een groeten toeloop van candidaten; de leerlingen der hoogste Idasse zijn alle op één na geslaagd. De HoHandsch-javaansche school te Modjowarno tel? 2Ó3 leerlingen; ook hier is een tekort aan leerkrachten; vooral ook tërwille van de leiding van het inter naat, waaraan reëds lang behoefte be staat. i Voor het ziekenhuis te Modjowarno is het een teleurstelling, dat Dr. G. Royer, thans geneesheer-directeur van het Am- sterdamsche diaconessenhpis daarheen niet terugkeert. De medische zending vraagt om uit breiding. Ook wordt d? noodzakelijkheid gevoeld. 0111 den arbeid onder de Java nen te Soerabaja meer intensief ter hand te nemen. In de Minahassa nam de invoering der algemeene subsidieregeling alle aandacht in beslag. Men verwachtte, dat zij 1 Jan. 1925 in werking zou treden, maar dit moest een half jaar worden uitgesteld. Binnen een paar jaren zal het eeuwfeest van den zendingsarbeid hier gevierd wor den; dan mag als eisch worden gesteld, dat de Minahassa tot financieele zelfstan digheid zal zijn gekomen. In Bolaang Mongondou is het werk rus tig voortgaande. Aangedrongen wordt op uitzending van een derden zendeling. De arbeid vertoont teekenen van uitbreiding. Er zijn thans 23 volksscholen, die alle onder leiding van de Zending staan. In Posso is na den terugkeer van Dr. Alb. C. Kruyt een belangrijke conferen tie gehouden. Besloten werd op verzoek van den resi- den het ziekenhuis te Tentana aan het Landschap over te dragen, waarbij dit de verplichting op zich neemt, aan enkele voorwaarden, door de Zending gesteld, te voldoen. De heer Ritsema kan zich nu geheel gaan wijden aan den pioniersarbeid in Ma lila, zoodat het werk in Zuidelijke rich ting gaat uitgroeien. Er is een langzame, maar gestadige vooruitgang. De zending in Deli is een uiterst moei- dus uit den weg geruimd was, kon hij eens ernstig aan juffrouw Clack den ken. Dotje sprong om hem heen, de stoepen op en af, in het straatje waar zij ontbeten hadden, en op het oogén- blik was er niets dringends waarover hij zijn gedachten behoefde te laten gaan. Hoe goed was juffrouw Clack voor hem geweest. Hij dacht aan zijn donkere slaapplaats en de oude harde matras waarop hij placht te rusten, met een krampachtig gevoel in zijn keel. En dan den vriendelijken haard van juffrouw Clack, waarbij hij zoo menigen rustigen avond had doorge bracht, dikwijls zonder een woord te spreken, maar waar hij met verbazing haar ernstig gelaat placht gade te slaan, terwijl zij zat te lezen, of hare rekening op te maken en haar geld te tellen. Wat een knappe, kundige, verstandige vrouw wa9 zij toch. En altoos zoo goed voor heml Was het waarlijk pas twee dagen ge leden. dat hij de menschen in het her stellingsoord had vaarwel gezegd en vol vroolijkheid en blijde hoop naar Londen was teruggespoord? Geduren de al den tijd, dien hij aan de zeekust, had doorgebracht, had hij allerlei vreemde dingen en belangrijke vragen trachten te onthouden om haar mede te deelen. Zijne onderwijzers daarhad- lijke, dis weinig zichtbaar resultaat op levert. De bevolking is er over het alge meen op godsdienstig gebied onverschil lig, zoowel tegenover het heidendom als tegenover het Christendom. Het aaptal Christenen bedraagt er 1363. Veel werk' wordt er gemaakt van de verspreiding van goede Christelijke lec tuur onder het Karovolk. Wat hier wel het meest de aandacht trekt, is het me- laatschen-asyl Lao si Momo,. waarin, thans 367 patiënten zijn ondergebracht, die daar een eigen dorp vormen. Vooral het werk op de Hoogvlakte opent perspectieven, terwijl het onderwijs, en vooral het werk onder de rijpere jeugd de aandacht van de zendelingen vraagt. Naar aanleiding van dit jaarverslag wor den verschillende vragen gesteld en op merkingen gemaakt. Het rapport bestreffende de Nederland- sche Zendingsschool wordt uitgebracht door Prof. H. M van Nes. BINNENLAND. STATEN VAN ZUID-HOLLAND. In de vergaderzaal der Tweede Ka mer is gisterochtend de zomerzitting der Prov. Staten van Zuid-Holland geopend door den commissaris der Koningin, den heer E. C. baron Sweerts de Landas Wyborg. Tot buitengewoon lid der Gedep. Staten, als bedoeld in art. 89 der Provinciale Wet, werd benoemd de heer mr. A. C. Crena de Jongh te 's-Gravenhage. Onderscheidene voorstellen werden in handen gesteld van commissies en weer vele andere verzonden naar de afdeelingen. Aan het slot der vergadering heeft het statenlid de heer ten Hope, na bekomen verlof van de vergade ring, tot Ged. Staten eenige vragen gericht omtrent den gevaarlijken en onvoldoenden toestand van den groo- ten verkeersweg Den HaagRotter dam en omtrent de door Ged. Staten te nemen maatregelen om in dien toestand verbetering te brengen. Hij wees er in het bijzonder op, dat door op het gedeelte van den weg tusschen de Hoornbrug en Delft, waar het ver keer het drukst is, de tramlijnen der (H.T.M. naar het midden van den weg te brengen en de bermen bij den weg te trekken en voor het ver keer geschikt te maken, daar ter plaat se een voor het verkeer bevredigëndë toestand in het leven kon worden ge roepen. Aangezien het, naar hem was medegedeeld, nog wel 10 jaar duren vóór de door den Rijkswaterstaat ont worpen Rijksweg Hoornbrug—Over- schie, met welks aanleg het Rijk niet veel haast schijnt te maken, zou zijn voltooid, was het van het grootste belang, dat de zoo belangrijke ver keersweg Den HaagRotterdam, in afwachting van het in gebruik nemen van den nieuwen weg, voor het tegen woordige verkeer geschikt wordt ge maakt, zulks zoo noodig door de pro vincie, die bij dezen weg groot be lang heeft. Mr. L i m b u r g lid van Ged. Staten verklaarde zich bereid terstond op de vragen van den heer Ten Hope te antwoorden. Hij deelde mede, dat in den weg Den HaagRotterdam zelfs niet het kleinste stukje provinciale weg begre pen is. De weg van de 'Hoornbrug tot Delft is in onderhoud bij Delft, terwijl de weg van Delft naar Over- schie voor het grootste deel rijksweg is. Ged. Staten hebben zich desniette min geenszins op het standpunt ge steld, dat zij, althans wat eerstge noemd gedeelte betreft, niet hunner zijds zouden kunnen medewerken om tot verbetering van dit wegwerk te komen. Zij zijn in onderhandeling ge treden met de directie der H.T. M. en het gemeentebestuur van Delft om trent de uitvoering van een plan, het welk beoogt de tramsporen van den weg te brengen, die dan over een grooter breedte kan worden gemaakt. Die onderhandelingen zijn nog niet afgeloopen. den hem zulke wondervolle verhalen gedaan, omtrent God en Jezus Chris tus, waarnaar hij gaarne placht te" luis teren, maar die hij toch niet ten volle kon gelooven, voordat hij gehoord had, wat juffrouw Clack daarvan zeide. Het was vreemd, dat zij hem nooit dat goede nieuws zou verteld hebben, ver vat in de woorden, die hij van buiten geleerd had: „Alzoo lief heeft God de wereld gehad, dat hij zijn eenig ge boren Zoon gegeven heeft, opdat een iegelijk, die in Hem gelooft, niet ver- derve, maar het eeuwige leven hebbe." Juffrouw Clack wist wel van Jezus Christus; zij had Zijn naam genoemd tegen den ouden Lister, toen die lag te sterven, en zij zou hem in geen en kel opzicht bedriegen. De woorden klonken wel heel plechtig en mooi; maar hoe kon hij te weten komen of ze waar waren, nu juffrouw Clack doo'd was? Don bedekte zijn gelaat met de han den, om de tranen te verbergen, die hem langs de wangen liepen. Maar dit was voor Dotje een teeken, dat hij kie keboe verlangde te spelen; zij klapte in haar kleine handjes, trok hem aan zijn goed, en lachte zoo vroolijk, dat hij wel genoodzaakt was, de vingers van voor zijn bedroefd gelaat te laten zakken eh met haar te spelen. Maar Aan het Zoeklicht. Leiden, 8 Juli 1925. De Socialisten hebben gejuicht de vorige week. En oppervakkig bezien was daar ook wel reden voor. Van 6600 stemmen in 1922 tot 8000 stemmen in 1925 is een mooie sprong. Minder mooi is echter de manier waarop die sprong gemaakt werd en ik heb een sterk vermoeden dat Mr. van Eek als hij weer eens de vraag overweegt: gelooven wij Socialisten eigenlijk nog wel in het Socialisme, wel ontkennend het hoofd zal schud den. Want van het Socialisme is bij deze verkiezing niet gesproken. Men durfde er niet van spreken, omdat men terecht begreep, dat men dan de kiezers zou afschrikken. Wat men wel deed, was gebruik ma ken van de onnadenkendheid van de massa. Zoo hoorde ik van een weduwe, Üie men op het dak viel met de vraag of ze haar drie jongens graag geslacht wou zien. Haar jongens geslacht? Neen, na tuurlijk niet! Welnu, zoo luidde het antwoord, denk er dan aan dat je niet Colijn stemt, maar ter Laan. Zóó werden de 8000 stemmen verza meld. En dat heet dan een overwin ning! OBSERVATOR. Het door den heer Ten Hope aan gegeven plan om de tramsporen op het midden van den weg te brengen, is door Gedep. Staten onderzocht, doch kon geen genade vinden, om dat het den toestand eerder zou ver slechteren dan verbeteren. Voor de •H.T.M. toch is het noodzakelijk, dat het tramverkeer tusschen Den Haag en Delft zoo frequent mogelijk zij en dit zou uitgesloten zijn, indien dit ver keer over het midden van den weg j zou moeten gaan. Wat het wegvak Delft—Overschie betreft, wees de heer Limburg er qp, dat het toch niet aangaat, dat, waar deze weg rijksweg is en de regeering besloten heeft met den aanleg van den nieuwen weg tusschen deze plaat sen het eerst te beginnen, de provin cie hier de taak van het rijk zou over nemen, omdat dit zelf achter dien aanleg niet dien spoed zet, die in het belang van het verkeer hoogst noo dig is. Nadat de heeren Ter Laan, De Bruyn en Ten Hope nog het woord hadden gevoerd en de heer Limburg daarop nad geantwoord, werden de beraadslagingen door den voorzitter gesioten. De vergadering werd verdaagd tot 21 dezer. Minister Aalberse. In de veronderstelling dat Z. Exc. mr. P. J. M. Aalberse als minister van Ar beid zal aftreden, is hem een belang rijke plaats in de hoofdredactie van het dagblad Het Centrum aangeboden. Mr. Aalberse heeft dit aanbod in zeer ernstige overweging genomen. De leiding van de S.D.A P. Naar „Het Volk" meldt, zal de nieuwe Kamerfractie van de Soc.Dem.Arb Partij e.s. Zatferdag bijeenkomen om haren voorzitter te benoemen. Echter heeft de fractie reeds besloten dat deze benoe- ming eerst zaL ingaan met den aan-! vang van de nieuwe parlementaire I periode, dus den derden Dinsdag in Sep j tember, aangezien tot dien tijd krach tens de wet, de oude Kamerfractie nog in functie is en dus ook het oude be stuur dier fractie, waarvan Troelstra voorzitter en Schaper vice voorzitter is. Aangezien Troelstra buitenslands ver toeft, is Schaper, zoo besluit het blad, dus de aangewezen man om bij beraad slagingen over de kabinetscrisis onze ^Kamerfractie te vertegenwoordigen. zijn hart was bezwaard, niettegenstaan i de het spel en de pret van Dotje. O hoe goed was juffrouw "Clack voor hem geweest; en nu was zij dood. „Wat scheelt er aan, jongen?" vraag de een politie-agent, die Voorbij dreu telde en staan bleef om naar Don s treurige pogingen tot spelen te kijken. „Niets, mijnheer!" riep hij uit, ver schrikt opspringend en Dotje op zijn arm nemend. „Je zusje, niet waar?" vraagde de agent, losweg. „Ze is mijn kleine meid", antwoord de hij snel. „Zij en ik hooren aan nie mand toe. Ik ben al wat zij heeft, en zii is al wat ik heb." „Best, mijn jongen", zeide de agent, langzaam voortwandelend, terwijl Don hem met een kloppend hart en van top tot teen bevend, nakeek. Hij was nog niet zoo sterk als een paard, hoewel hij veertien dagen aan het strand had doorgebracht. Zoodra de gevreesde agent uit het gezicht was. kroop hij weg in een nog armoediger straatje een een nog meer afgelegen hoekje. De kerkklokken begonnen nu van den eenen toren na den anderen te luiden en klonken hem welluidend in de o oren. Wordt vervolgd).

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1925 | | pagina 5