NIEUWE LEIDSCHÊ COURANT VAN WOENSDAG 3 JUNI 1925
TWEEDE BLAD.
Op 't Schip van Staat.
XVIII.
De Ministers.
Was dus bij de wet van 1855 de ml-
nisterieele verantwoordelijkheid, naar
het heette, geregeld, in werkelijkheid
regelt die wet niet veel meer dan de
wijze, waarop een minister ter verant
woording kan worden geroepen. En
dat ook eigenlijk nog niet geheel maar
alleen, hoe men tot een strafrechtelijke
vervolging van een minister kan ko
men. Gelukkig kennen we in onze par
lementaire geschiedenis geen toepas
sing van deze wet.
Wanneer wij hot dan ook hebben
over die 'verantwoordelijkheid, den
ken we meer aan wat genoemd wordt
de polifiek/3 verantwoordelijkheid, die
dan voor een minister of een minis
terie politieke gevolgen heeft. Dit ge
volg openbaart zich in aftreding van
den betrokken minister of van het ge-
lieele ministerie,, zooals dat o.rn. voor
komt bij een openbaring van wantrou
wen in de leiding van het landsbe
stuur, in het Parlement of bij het volk
door een stembusuitspraak.
Betreft zulk een geval één minister,
dan stelt men hem dus verantwoorde-
lijk voor een wet of besluit van zijn
departement afkomstig. Betreft het de
groote beginselen waardoor een geheel
ministerie bij zijn handelingen geleid
wordt, dan treedt het heele ministerie
J af. Dat is nog wel niet direct noodzake
lijk en ook in ons land zou de hou-
ding van het Engelsche Labourkabinet
van Mac Donald kunnen gevolgd wor
den, dat „aanbleef" ondanks den uit
slag der verkiezingen.
Dat heeft echter weinig zin, gelijk
ook bleek, toen dat ministerie bij zijn
eerste onimoeting met het veranderde
parlement reeds een motie van 'wan
trouwen te slikken kreeg en toen ïcch
aftrad.
Bij ons wordt die regel dan ook
steeds gevolgd. Daarom moeten we 1
Juli, voorzoover in ons vermogen is,
zorgen voor een flinke reehtsche meer
derheid., cvpdat, al blijft dan dit, minis
terie niet in zijn tegenwoordigen vorm
voortleven, <er toch in de komende
parlementaire periode het voortbou
wen op de Christelijke grondslagen
van ons volksleven mogelijk zij.
We hadden het daar al over een
ministerie Dat woord komt in onze
Grondwet niet voor. Wel lezen we in
art. 38 de uitdrukking ministers in
rade vereenigd" en hooren of lezen we
zoo nu en dan van den ministerraad.
Wanneer wij spreken van een mi-
.nisterie, denker, we aan de personen.
door 'n bepaalden z.g. Kabinetsforma
teur aangezocht om met hem als hoof
den der ministerieele departementen
te fungeeren en die daarin dan op
grond van gemeen1-chappelijk te vol
gen gedragslijnen met dien formateur
samenwerken. Dus dan ook in dit op
zicht een eenheid vormen, zoodat men
dat college dan cok met één wiord
kan aanduiden.
Zoo spreekt men dan van een Mi-
nisterie-Kuyper of het Kabinet Ruys-
Colijn enz
Wanneer meer dan 'een naam ge
noemd wordt, doet men dit, om daar
mee de meest op den voorgrond tre
dende personen te noemen en daar
door ook als vanzelf op een of meer
hoofdtakken van arbeid de aandacht
te vestigen.
Ook de ministerraad is geen grond
wettelijke instelling, al kan ook in art
38 der GrondweC waarin gesproken,
wordt van ,,de hoofden der ministeri
eele departementen in rade vereenigd"
eenige grond worden gevonden.
Daar wordt gedacht aan het oor-
déel van de vereenigde ministers over
cèn bepaald geval. Het ministerie uit
zich dan als een eenheid en zoo kwam
men er ook toe to spreken van den
ministerraad, als men aan de mee
ning van de gezamenlijke ministers
FEUILLETON.
GEBLEVEN.
2)
Vrouw Van Galen had de laatste
dagen op zoo'n feestelijken gang naar
't .,oofd" (zooals 't altijd heette), ge
hoopt als nooit te voren, er om gebe
den, gesmeekt. Ant, de stuurmans
vrouw, goedige ziel, die haar vaak be
zocht; was den vorigen avond nog
even aan komen loopen en ze was
geschrokken van dat wild- hartstoch
telijk huilen, waarin Mien, de schip
persvrouw, uitbarstte bij haar binnen
komen. Piet, haar oudste, ventje van
zeven jaar. had toen met tranen in de
oogen gevleid: „Wat scheelt moetje
toch? Ken ik moetje dan n;:-t ellepe?"
Ant was gaan zitten, stil voor zich
uitziend, 't kropte haar op in de keel.
O veel, veel had ze verloren haar
eerste man jaren geleden met een
Pinksterstorm later een kind met
'n stortzee over boord geslagen en
nu ze trachtte de jonge vrouw als
een moeder te troosten; wgnt ze hield
1 veel van Mien, waar ze zoo vrij was
i als bij haar eigen huis „'tls nege ws-
I lie vandaag, maar ze 'ebb« toch
dacht, zooals zij die in eeh zitting van
het ministerie- formuleeren.
De ministers vergaderen in den re
gel zonder den vorst. Is deze er als
voorzitter wel' bij, dan spreekt men
van 'n kabinetsraad. In den regel staat
de koning slechts in schriftelijk over
leg met de ministers.
Volgens art. 11 van het Reglement
van Orde van den Raad van Ministers
moet „een summier verbaal" van de
beraadslagingen binnen een maand
„door Voorzitter en Secretaris onder-
teekend" aan den koning „ter kennis
making worden aangeboden."
De lezer merkt al hieruit, dat al is
er van een ministerraad als grondwet
telijke instelling eigenlijk geen sprake,
daarom wordt toch zijn bestaan wel
verondersteld en is ook het bovenge
noemde Reglement van Orde bij Kon.
Besluit van 27 Sept. 1925 't laatst ge
wijzigd er voor ontworpen.
Reeds in 1823 sprak men van 'n minis
terraad, maar deze had toch een
eenigszins anderen vorm. doordat ook
andere personen daarvan konden deel
uit/maken. Deze hebben het veld moe
ten ruimen toen reeds de beperkte
ministerieele verantwoordelijkheid in
gevoerd werd in 1840.
Wel behielden toen nog toegang, in
dien zij daartoe geroepen werden de
z.g. Ministers van Staai, om hun ad
vies te geven.
Maar dat is nu ook voorbij. Minister
van Staat is thans een eere-titel, de
hoogste, -welke een Nederlander kan
worden verleend. Dit geschiedde dan
als erkenning van buitengewone dien
sten land en volk bewezen.
Uit onzen tijd kennen we Dr. Kuy-
per, Jhr. de Savornin Lohman, en de
nog levende Oud-ministers Cort v. d.
Linden, Jhr. Karnebeek Sr. en onzen
Idenburg. Wel een keur van namen,
welke doet zien, hoe hoog deze titel
geschat mag worden. Deze mannen
worden in moeilijke dagen nog wel
persoonlijk geraadpleegd door de Ko
ningin.
HET JONGSTE KAMERLID.
Naar aanleiding van het zitting -ne
men van den heer Warnaar als Ka
merlid schrijft dc „Rott.":
In de laatste week waarin de Ka
mer bijeen was, heeft nog een nieuw
lid zittmg genomen. Plet is de heer
\V> Warnaar uit Sassenheim, die op
de antirevolutionaire candidateniijst
plaatsvervanger was van wijlen den
heer de Monté verLoren.
De heer Warnaar zal in de nieuwe
Kamer, die in September bijeenkomt,
vermoedelijk niet terugkeeren. Zijn
Kamerlidmaatschap zal dus van kor
ten duur zijn en zijn aandeel in de
werkzaamheden der Kamer zal zich
bepalen tot het bijwonen van de drie
laatste vergaderingen van de vorige
week.
Het „Vaderland" vindt daarin aan
leiding om aan het adres van den
heer Warnaar een artikel te richten,
dat wij niet aarzelen onbehoorlijk te
vinden. Het „Vaderland" acht het na
melijk bedenkelijk, dat de heer War
naar voor zoo korten tijd nog heeft
zitting genomen, en legt daarbij allen
nadruk op de omstandigheid, dat de
schadeloosstelling der Kamerleden
ook gedurende het reces doorloopt.
Tot op een halve cent nauwkeurig
wordt uitgerekend, welk bedrag de
heer Warnaar voor den duur van zijn
Kamerlidmaatschap zal ontvangen,
overigens hetzelfde bedrag dat ook
aan andere Kamerleden gedurende
dien tijd toekomt.
Er zijn verschillende redenen waar
om dit geschrijf onbehoorlijk is. Tot
die redenen behoort niet het volgen
de feit dat aan het „Vaderland" onbe
kend was, doch dat wij bij dezen ter
kennis der redactie van dat blad
brengen. De heer Warnaar was voor
nemens om als lid der Kamer niet
meer zitting te nemen, doch heeft
zich daarvan laten afbrengen toen
hem door den voorzitter der antjre-
wel les meer zoo'n lange reis emaakt?
Ja. de „Trio" wel* niet, maar andere
schepe toch wel? 'Oe bè je nou zoo
overstuur opeens?" A.nt hoorde haar
anders zoo harde stem beverig en tril
lend en 't wou haar moeilijk af, troost-
woordjes te brengen waar 't eigen hart
zoo bang, zoo benauwd ineenkromp bij
de vreeselijke gedachte
„Ts zoon benauwd leve", zei vrtfUw
Van Galen huilend. „Je weet toch, dat
het veuls te lang duurt; voor nege
weke en dat midde in de teelt zelle
ze toch geen ete aan boord 'ebbe; iede-
ren dag, as je „Een bal op" 'oort roepe,
o, 'tis of ie deur de grond gaat, je
'ebt geen oogenblk rust of duur. Dan
ga je aan 't straatje staan, maar der
komt eer„ de begint er weer over.
'Adde we nou maar een klam berichie,
van dat ie ezien was of zoo na die
Zundagnacht, die sturm! M'n zwager,
de torenkaiker, loopt aile scïiepe of
om te vrage. maar altaid is van
vóór die taid! O, ik bid nacht en dag,
of de (H)eere nog oitkomst mog geve!"
„We motten 't overgeve, kind! Ik
weet wel, verleeë winter, toen ze ook
zoo lang oitbleve, was 'kveul onge
ruster dan nou. Ik kon toe soms zoo
in opstand leve, as ik docht, dat nou
i-olutionaire Kamerclub met nadruk
verzocht werd zijn geloofsbrief in te
zenden. Het „Vaderland" kon dit niet
weten, maar weet het nu.
Er .zijn echter andere omstandig
heden die het „Vaderland" zeer goed
bekend zijn. Vooreerst is van anti
revolutionaire zijde herhaaldelijk ver-
Ziet uitgegaan tegen het opvoeren van
de schadeloosstelling van de leden der
Tweede Kamer. Reeds daarin ligt een
grond om voorzichtig te zjjn met de
onkiesche aantijging, dat een antire
volutionair ^amerlid door het ontvan
gen van de schadeloosstelling voor
liet Kamerlidmaatschap, zich op onbe
hoorlijke wijze zou verrijken ten koste
der gemeenschap.
In de tweede plaats is in de drie
dagen gedurende welke de heer War
naar aan de werkzaamheden der Ka
mer deelnam, het nut van zijn aanwe
zigheid een en andermaal gebleken.
Dat nut bleek, toen de vergaderingen
met vertraging aanvingen, omdat het
vereischte aantal leden niet tegen
woordig was. De verkiezingscampag
ne legde de vorige week reeds op
verscheidene Kamerleden beslag, zoo
dat het niet onverschillig was of het
aantal afwezigen nog door een va
cature werd vermeerderd en daardoor
het uur van aanvang der vergaderin
gen uitgesteld.
Bijzonder duidelijk kwam dit ook
uit bij de stemming op 27 Mei, over
een amendement van den heer Ti-
lanus, bij de behandeling van de mi
litaire pensioenwetten. Het amende^
ment werd met 29 tegen 22 stem
men verworpen. Was de heer War
naar niet aanwezig geweest, dan had
de vergadering wegens onvóltalligheid
een einde moeten nemen.
Bijzonder groot was het aantal der
beslissingen, die in de laatste dagen
voor het reces genomen werden. Daar
onder waren er waarvan de uitslag
allerminst van te voren vaststond. Het
lot van de wijziging der militaire pen
sioenwetten hing aan een zijden draad
Hadden mej. Van Dorp en de heer
Van Rappard zich niet van hun fractie
afgescheiden iets wat niemand
voorzien kon dan hadden de slem-
men gestaakt.
Overigens is het toch eigenlijk over
bodig om te gaan. aantoonen, dat een
gekozen Kamerlid goed doet met zoo
dra mogelijk zitting te nemen. Hij is
daartoe verplicht, zoowel tegenover
het land als tegenover de kiezels,
door wier vertrouwen hij» benoemd is.
De heer Warnaar heeft eenvoudig
zijn plicht gedaan, niets meer en niets
minder.
Het „Vaderland" vergelijkt het ge
val van den heer Warnaar met dat
van den politiek onnoczelen kleer
maker, die door een verkiezingsgrap
eens voor een dag in de Tweedie
Kamer verzeilde. Voor die vergelij
king bestaat geen enkele grond. De
heer Warnaar, wiens bekwaamheid
en karakter door zijn werkzaamheid
in het plaatselijk en gewestelijk be
stuur, in tuinbouworganisaties, in den
Raad van Beroep, en in velerlei ande
ren werkkring in ruimen kring, ook
bij niet-geestvenvanten, worden ge
waardeerd is een ernstig man en een
ernstig kamerlid. Indien het „Vader
land" op den naam van ernstig blad
prrijs stelt, mag het niet nalaten, den
heer Warnaar zijn verontschuldiging
aan te bieden.
KERK EN SCHOOL.
NED. HERV. KERK.
Beroepen: Te Roswinkel, O. W. C.
d. Veen te Stadskanaal. Te Jutphaas, J.
Hengeveld te Schipluiden. Te Wadenov-
en, D. J. Vos.sers, cand. te Aalten.
Aangenomen: Naar Bakkeveen,
W. A. Noest, te Metslawier. Naar Bel-
lingwolde, J. N. Seulijn te Mensingeweer.
Naar Dordrecht, A. j. W. Ingen te Hat-
tem.
Bedankt: Voor Haskerhorne en Oude
haslce, A. C. H. Vollenweider te Cubaard.
Voor Rhenen, A. J. Wormgoor te Al-
blasserdam. Voor Enkhuizen, H. N. IJs
brandy te Heerenveen.
m'n tweede man oökAnt snikte
haar woorden in schreien smorend.
„Dat ik wel vioeke in m'n 'art 'ad.
Maar ik mot zegge: de (H)eere maakt
me nog al ondenvorpewe 'oeven
toch de moed nog niet op te géve
Dat spreekt: ik ben ouwer dan ja!, en
'eb al vaker dan jai die angst deure-
maakt, en dat 'et toch nog te goeie
keerdeKom kind ,je mot ook an
je zelf denke en an je klaintjes
Ant keek naar de wieg, waarbij Piet
zat: in zijn vraagoogen, waarmee hij
beurtelings de vrouwen aanstaarde,
lichtte vreemde angst.
.,0 Ant die nacht, van Zundag op
Maandag' Ik 'eb 'tje nooit verteld,
maar 'k 'eb op de grond elege want
ik kon liet in bed niet meer oit'ouwe
Die wind 'oiide zoo en de steegpoort,
de maakte zoo'n geweld: die slo.'t zoo
slecht Ik heb maar tot de (ll/ccre
eroepcr. in m'n angst, ik was bai Kees
in m'n j edachte en kon 't maar niet
van me afzette. 0( kleefde zoo mee
met die arme zce^oi. 'tWas nn n
orkaan c c* 'k '?b geen oog dichtge
daan van de 'ecle nacht...."
,Ja Mien, maar nou mot je niet
denke, dat, as 'thier zoo'n noodweer
is, dat zullie t dan net zoo erg ebben
GEREF. KERKEN.
Beroepen: Te De L\er, H. Boswijk
te Gaast. Te Oudega, H. Th. v. Munster
te Echten. Te Vreeswijk1. A. M. v. d.
Berg te Nieuwerkerk a. 'd. IJssel.
Bedankt: Voer Reitsum, H. Steen
te Zoutkamp. Voor Strijen, A. C. v. Nood
te Vorden. Voor Borger, R. Brouwer te
Her wijnen.
11 predikanten, 88 ouderlingen.
Het verslag van den Amsterdamschen
kerkeraad der Geref. Kerk op 2S Mei
j.l. gehouden en gepubliceerd in de „Am-
sterdamsche Kerkbode", vangt aldus aanf
„Aanwezig 11 predikanten en 88 ouder
lingen".
Een kerkeraadsvergadering van 99 per
sonen. Geen wonder, dat wij wel eens de
klacht vernemen, dat die vergaderingen
zoo lang duren. Geen wonder, dat ou
derling Kruithof van Rotterdam in zijn
brochure over de voorgenomen Kerk-
splitsing aldaar zegt, dat vele zaken, o.a.
censure zaken, in zulke groote vergade
ringen niet tot hun recht komen kunnen.
Afgedacht van alle andere geldige re
den, zegt één zoo'n zinnetje in het kerke-
raadsverslag eener groote stad ons, dat
splitsing, parochievorming of hoe men 'net
noemen wil, dringend geboden is.
Oudejaarsavondcollecte.
Het Hoofdbestuur van den Bond van Ned.
Predikanten heeft aan de kerkelijke ge
meenten een publieke verantwoording ge
zonden aangaande de Oudejaarsavond-col
lecte 19241925. Daaruit blijkt, dat deze
ruim f 51.586 heeft opgebracht. Met het
overschot van het vorige jaar was in
totaal f 54.902 voor uitkeering beschik
baar. Hiervan zijn 159 uitkeeringen toege
kend tot een bedrag van f 54.150, waar
van 134 tot een bedrag van f 44.875 voor
weduwen en 25 tot een bedrag van 9275
gulden voor emeriti.
Wat de collecten betreft staat Amster
dam bovenaan met een. bedrag van
f 2203. De collecte heeft het minst op
gebracht in de Ned. Herv. Gem. te
Niehove (Gr.) en wel 93 cent.
De vrouw gpweexd.
Dezer dagën, zoo meldt men aan het
II d b 1., is de constitueerende vergade
ring gehouden van de nieuwe Yereeni-
ging van Inspecteurs bij he: Lager Onder
wijs in Nederland, nadat hec corps on
geveer verdubbeld is, door opneming daar.
in van de vroegere schoolopzieners.
Deze heeren, die vroeger zoozeer voor
de gelijkstelling van hun functie met die
der Inspecteurs hebben gestreden, bleken
thans niet geneigd, gelijke tactiek voor
anderen toe te passen. Met enkrie stem
men voor werd een voorstel om in de
Vcreeniging alle leden van het Rijks-
schoolzicht op te nemen, verworpen.
Aangenomen werd dat behalve Inspec
teurs ook schoolopzieners lid zouden kun
nen wezen, maar uitgesloten werden de
dames die met het toezicht o-p de bewaar
scholen zijn belast. Deze beslissing werd
in een volgende vergadering gehand
haafd; een voorstel om anders te han
delen ging van een der vroegere Inspec
teurs uit, doch de vergadering meende
dat de zaak in de vorige principieel was
beslist.
Examens-hcofdakfe.
Het schriftelijk gedèelte van het in 1925
af te nemen examen ter verkrijging van
de akte van bekwaamheid, bedoeld in
art. 77b, van de Wet tot regeling van het
L.O. van 17 Augustus 1878, zal op Dins
dag 7 Juli worden gehouden.
De mondelinge examens zullen 21 Juli
aanvangen.
De Commissies, met het afnemen dezer
examens beiast, zullen zitting houden te
Breda, Roermond, Arnhem, Zwolle, 's-
Gravenhage, Rotterdam, Utrecht, Haar
lem, Groningen en Leeuwarden.
De voorzitters der ccmmissiën zijn:
Te Breda: J. J. Yerbeeten. Te Ro:r-
mond, Mr. P. W. H. Truijen. Te Arn
hem: Dr. A. H. J. V. M. Deserine. Te
Zwolle, D. W. Reinders. Te 's Graven-'
hage, J. Pas, Schiedam. Te Rotterdam,
J. H. van Westendorp J.Dzn, 's Gravcn-
hage. Te Utrecht, G. H. Weustink, Haar
lem. Te Haarlem, K. Brants. Te Gronin
gen: Th. Boekholt. Te Leeuwarden, L.
Welling, Leeuvvarderadeel (De Schrans).
Zij, die zich aan dit examen wenschen
te onderwerpen, gelieven zich voor 20
Juni aan te melden bij den voorzitter der
commissie, voor welke zij verlangen te
verschijnen.
Hoe durft men 3
Eenigen tijd geleden werd te New-York
een conferentie gehouden in het belang
van het Neo-Malthusianisme en de ge-
boorten-contróle. Daar werd ja, dat
is gebeurd, een resolutie aangenomen,
die een beroep doet op de Kerken om
als wai an de wal."
„Och, Ant, 'k weet 'et niet, maar toe
die nacht kon maar niet van me of-
zette, dat Kees op zee ook zoo ver
schrikkelijk te kampen 'adEn
weer huilde ze in heftig gesnik. Ant
stond op, ze kreeg 'thier benauwd
ze snakte naar lucht troostwoor
den vond ze niet dan dit ééne, toen
ze ging: „Kind, laten we 't toch over
geve"
Piet was ook naar den toren ge
hold, dien middag, 't Yentje ging altijd
maar, hopend, dat het toch zijn vader
eens een keer vrezen zou als de bal
was ingehaald en de „torenkaiker" op
komst was. En nu, dien middag, drong
hij zoover hij kon naar voren. O. als
't z'n vader was dan zou hij al de
jongens vooruit zien te hollen om
toch maar gauw hij, 't eerste, - moe
der te gaan blij maken, want die was
de laatste tijd toch zoo stil en soms
zoo naar aan 't huilen
„Zeg, 'oe lang is jou vader al weg?"
vroeg hem een groote jongen, die hij
hem op school ging. ,,'tWord. geloof
'k, taid voor 'em, niet? Is ie al geen
acht weke?"
„Nege", zei Piet kortaf en ging wat
achteruit. 0, hij zou ook wel kunnen
Aan het Zoeklicht.
LEIDEN. 3 Juni 1925
Dat men leider van een politieks
partij kan zijn en lid van de Tweede
Kamer, zonder van het functionneeren
van de Staatsmachine ook maar eenig
begrip te hebben, heeft Ds. Kersten mij
gisteravond geleerd.
Z.Eerw. stelde het n.l. voor alsof de
fondsen, noodig voor de uitvoering
van de sociale wetten, ergens renteloos
in een hoek liggen.
Groote kapitalen, zoo vertelde de spr.
zijn aan de circulatie onttrokken en
liggen opgestapeld in de Kantoren van
de Rijksverzekeringbank.
Ik mag natuurlijk niet aannemen, dat
Ds/. K. hier opzettelijk heeft gelogen.
Hij heeft gesproken naar dat hij wijs
was.
Maar dan is het met zijn politieke
wijsheid ook wel heel treurig gesteld.
Dan doet hij blijkbaar geen moeite om
zich met de meest eenvoudige dingen
op de hoogte te stellen.
Als men Ds. K. hoort spreken, dan
blijkt, dat hij nogal eens bedroefd is,
over anderen. Uit het bovenstaande
blijkt echter m.i., dat het tijd .wordt,
dat hij zich eens oprechtelijk gaat be
droeven over zoo bedroevende onkunde.
OBSERVATOR.
haar steun te willen geven aan de geboor
ten-controle-beweging, als een zedelijke en
religieuse beweging voor de verbete
ring van het menschelijk ras en de vesti
ging van het Koninkrijk Gods onder de
nienschen."
\Yaa.r, aldus de R o 11 e r d. haalt die
conferentie toch zulk een soort moed tan-
daan, om bij de Kerken te durven aan
kloppen? Dat de rasgenooten dergelijke
zulke zaakjes aan de hand hebben, is al
erg genoeg. Nu moeten ze niet de bru
taliteit hebben, daar de Kerken nog bij
te roepen als beschermvrouw, 't Eenigste
wat zij er mee bereiken zullen we mo
gen niets anders verwachten is dat de
Kerken eenparig optreden tegen d.t gru
welijk kwaad, dat al grooter afmetingen
aanneemt.
BINNENLAND.
De gasprijs te 's-Gravenhage.
Met ingang van 1 Juli is te 's-
.Gravenhage den gasprijs vastgesteld
voor levering over gewone meters op
10 cent per M3„ met de gebruikelijke
rabatten voor gebruik van boven 100
—1500 M3. per maand. Bij verbruik
van meer dan 1500 M3. in één maand
wordt het geheele verbruik berekend
tegen 6V2 cent, bij 10.000 M3. wordt
dit 6, bij 15.000 M3. 5Vb cent. Deze
verdere rabatten komen in de plaats
van de thans gebruikelijke special©
Ündustriie-contracten.
Voorts zal de gelegenheid worde^i
opengesteld „wintercontracten" teslui
ten, loopende van 1 October tot 1
April. Men moet zich daarbij verbin
den gedurende dien tijd een bepaalde
hoeveelheid gas af te nemen, welke
dan tot sterk verminderden prijs wordt
geleverd.
Bij minder verbruik gedurende den
contractduur wordt geen restitutie-
verleend, indien dit mindere verbruik
1 '6 gedeelte of minder van de ge
contracteerde hoeveelheid bedraagt.
Bij levering over penningmeters is
de prijs 11 cent; bij verbruik van
meer dan 180 M3. in 6 maanden wordt
1 cent per M3. terugbetaald voor het
meerdere verbruik. Bij verbruik van
ïpinder dan 20 M3. per maand over
gewone meters zal de prijs eveneens
11 cent zijn.
Mond- en Klauwzeer.
Het mond en klauwzeer neemt in de
gemeente VVormer kwaadaardig karak.
ter aan. Bij den veehouder A. de Ko
ning in de „Starnmeer" zijn binnen
enkele dagen zes volwassen runderen
gestorven. Wanneer het schijnt,, dat de
ziekte geweken is en de dieren begin
nen weer te grazen, vallen ze dood neer.
Bij een anderen veehouder in de
Starnmeer is vooral de sterfte onder de
kalveren groot.
huilen, als 'tnu weer mis was
..Jan van der Zwaan" en hij liet
de jongens gaan tot hij alleen stond
op 't marktplisin. Hij ging vooreerst
maar niet naar huis
Vrouw Yan Galen durfde niet op
den uitkijk staan den laatsten tijd.
Rust had ze niet van toogenblik af.
dat ze had hooren roepen: Een bal op.
O, als 't nog eens nocht wezen, dat
haar man kwam!
Al die angstgedachten, zoo met één
slag-van-blijdschap zouden ze verdwij
nen. Haar kindertjes speelden in
de huiskamer, klein vierkant, netjes
gemeubeld vertrekje; daar lag ook de
kiene Kees in de wieg. Nu zat ze met
den arm onder 't hoofd aan tafel,
vreemd stil voor zich uitstarend, de
glanzigbruine oogen in strakke sta
ing-van-angst, Dan rees ze op, nam
kleine Kees uit de wieg, sprak er te
gen in teer-klagelijke woordjes over
vadertje, die zoo lang wegbleef, zoo
lang, hé dat ie komen zou, \vou
haar niet van de lippen en Bram,
die al vijf ja'ar was, had geluisterd.
„Yaartien komme! Bal op! Vaartien
kommel"
(Wordt vervolgd.)