NIEUWE LEIDSCHE COURANT VAN DINSDAG 12 MEI 1925 Sinds geruïmen tijd al was deze pa tiënte blind en zij beschikte den laat- sten tijd ook niet meer ever Bet volle gebruik haper g'eestvermogenjs. KERK EN SCHOOL, NED. HERV, KERK. Be ro epen: Te Onstwedde, G. v.Mont frans te Sommqlsdijk'. Te Rhenen, A. J. Wormgoor te Alblasserdattï. GEREF. KERK. J3P Tweetal: Te Doetinchem, J. Kriï- ger, te Delden en P» v. d. Sluis te Dirk's- horn. B er oep en: Te WestmaaS, J. O. Hout zagers, cand. te Den Bildt. Te Oldeboorn B. Telder, cand. te Utrecht. Te Voorschoh ten, F. A. den Boeft te Kruiningen. GEREF. GEMEENTEN. Aangenomen: Naar .Gouda, R, Kok' te Aagtekerke. Ejperitaat. Dg. G. Th. Gerritzen, pred. van de Herv. Gem. te Beusinchem heeft tegen i Juli a.s. eervol emeritaat aangevraagd. Met de „Tromp" op reis. Ds.-W. S. van Leeuwen, predikant der Ned. Herv. Gemeénte te Velsen, zal dezen zomer als geestelijk verzorger een oefe- ningstocht meemaken met Hr. Ms. pantser schip „Tromp", naar Denemarken, Zwe den en Finland. Zending. De heer W. Naudit tenCate, thesau rier van het Ned, Zend.-Genootschap, en penningmeester der Utr. Zend.-vereen., het Sangir- en Talaud-Comité en. de Ned. Zen dingsschool, heeft, naar de „N. R. Crt" meldt, wegens gezondheidsredenen deze werkzaamheden n^dergelegd en is ver vangen door. Jhr H. M. de Koek, te 's Gravenhage. De practijk der bedeeHng. Op de jongste Prov. Geldersche Diaco nale conferentie van Diakenen in de Ge- ref. Kerken hield Dr. J. Waterink, van Amsterdam, over bovenstaand onderwerp een referaat, aan de hand van de volgen de stellingen: 1. Onder „de bedeeling" verstaat men gewoonlijk het uitdeelen van datgene, wat tot hun onderhoud van noode is, aan de ttrmen van de gemeente van Christus. 2. In de practijk dezer bedeeling is er voornamelijk van twee zijden gevaar voor een xichtige uitoefening van het ambthet eerste is gelegen in den persoon van den ambtsdrager, het .tweede in hen, die tot de armen moeten worden gerekend. 3. Het gevaar voor den persoon van den diaken is voornamelijk gelegen in de vol gende omstandigheden: a. hij loopt gevaar zijn werk te zien als ongeeskdijk, wanneer hij zich beperkt enkel tot het „bedeelen" der armen met stoffelijke goederen; b. er is een gevaar, dat zijn ambt als minder waardig wordt gezien, waardoor hij het geestelijk ideaal-zal gaan missen; c. voor enkelen zal er gevaar zijn, dat zij zich gaan beschouwen als voogden over' de gezinneft, welke worden bedeeld, waardoor bij de be deelden een onzuivere houding in het leven kan worden geroepen. 4. Tegenover deze gevaren houden wij staande: a. het geestelijk' karakter van den diakonalen arbeid, zoowel van de bedee ling als van het verdere bezoek aan ue ga zinnen blijve op .den voorgrond staan, b. de ambten zijn niet in meer- of minder waardige té onderscheidenook het dia kenambt heeft-ten volle het karakter van een „ambt";\e. dédiaken heeft te die nen; en ook in het gezin- dér „bédeelden" is degene, die" gezinshoofd heet, te allen tijde in de volle rechten, van het chris telijk' gezinshoofd. 5. De gevaren, voorkomend uit het ka rakter van hen, die tot de armen" be- hotiren, zijn in hoofdzaak de volgende a. er zijn zich ópdringenden, die de dia- konale hulp als een. recht inroepen, zon der dat andere middelen om in hun noo den te voorzien zijn aangewend; b. er zijn er, die door handige veinzerij de diakenen op een dwaalspoor weten te brengen; c. er zijn ér, „stillen in den lande", die uit bescheidenheid of valsch schaamtegevoel zich van diakonale hulp afzijdig houden; d. .er zijn „gedeelde" gezinnen, waar de diakonie practisch voor de moeilijkheid komt, dat zij ook niet-le- den der kerk moet onderhouden. 6. Tegenover deze gevallen heeft de diaken: aernstige studie te maken van de „boeëthiek", de kunst om te helpen; evenmin als de ouderling mag hij ver zuimen kennis te nemen van de gegevens, die de wetenschappelijke beoefening der „Ambtelijke vakken" hem kunnen bieden;. b'. ernstig onderzoek' naar „verdachte ge- wallen", zoowel die onder 5 a «1 £fc>' ah die onder 5c genoemd worden, mag niet achterwege blijven;, c. het hooren van ge tuigen is niet ongeoorloofd; d. in ge val van ernstige verdenking mag over leggen van bewijsstukken .worden ge vraagd (gevallen 5a en 5b); e. het kan roeping zijn ook daar te „bedeelen", waar die „bedeeling" wordt afgewezen 10'f althans niet wordt verlangd; f. in de gevallen onder 5d bedoeld is samenwer ken met andere diakonieën of steunor ganisaties roeping; g. in alle gevallen is- het beter oïn der consciëntie wel te veel te geven, dan te veel in te houden. BINNENLAND. DE RADIOVERBINDING HOLLAND— INDIë. Naar aanleiding van het bericht, dat aan de Nederlandsche Regeering gead viseerd is om Kootwijk (dat speciaal voor de radioverbinding tusschén Ne derland en Indië opgericht werd) over te geven in handen van eene particu liere onderneming, schrijft de Java bode o.m.: „We hebben reeds eerdér aangetee- kend, dat de Nederlandsche Regeering een gevaarlijke schrielheid aan den dag legde, toen zij verklaarde dat het uitseinen van officieele nieuwscommu- niqués naar Indië, via Kootwijk te kostbaar zou zijn. O.i. is h^t doel de directe Neder landsche informatie ook voor de over-" zeesche gewesten wel eenige uitga ven waard., en zeker zooveel als bij voorbeeld de Olympische Spelen te Am sterdam. Indien deze schrielheid echter tenge volge zou moeten hebben dat de Re geering practisch hare troeven uit handen geeft, en de radio-communica ties overgeleverd worden aan derden, dan zou het wel zeer te betreuren zijn, indien het advies der commissie werd opgevolgd. Dit is dan ook alleen te aanvaarden wanneer men het omkleeden kan met alle waarborgen die uit een nationaal oogpunt onontbeerlijk geacht kunnen worden. DeHn oorlogstijd met zooveel moeite verkregen Nederlandsche communica tie is iets dat voor geen bezuiniging mag worden prijsgegeven." Christelijke Boeren- en Tuindersbond. De Christelijke Boeren- en Tuin dersbond in Nederland houdt Woens dag 27 Mei te Zwolle in de buiten- societeit zijn jaarvergadering. In de morgenvergadering zal de voorzitter, prof. mr. P. A. Diepen horst, een openingsrede houden en zullen de jaarverslagen van den se cretaris en penningmeester worden uitgebracht. Voorts zullen mededee- lingen worden gedaan omtrent het Christelijk Landbouwonderwijs. In de namiddagvergadering zal dr. H. Lovink te Alphen a. d. Rijn spre ken over: Uitbreiding van Cultuur gronden, waarrTa prof. dr. Th. L. Haitjema te Groningen het slotwoord zal spreken. Den volgenden dag houdt de Bond een excursie naar Drente, waarbij o.a. te Ruinerwold een boerderij met elee trische watervoorziening zal worden ■bezocht, benevens te de Wijk de stallen van enkele beroemde vetefok kers aldaar. Voorts zal een bezoek worden gebracht aan Giethcorn. Arbeidswet en onderwijswet. De Hooge Raad van Arbeid heeft ad vies uitgebracht, omtrent de reorgani satie van den raad in het deen aan sluiten van de bepalingen van de Ar beidswet bij die van de onlangs ge wijzigde Onderwijswet. De Hooge Raad meent, dat bij een zooveel mogelijk zelfstandig karakter zal moeten dragen en ook uit eigen be weging adviezen moet doen uitbren gen. Het advies van den raad, omtrent het doen aansluiten van bepalingen der Arbeidswet bij die der onlangs ge wijzigde Onderwijswetten, komt nage noeg geheel overeen met het prae-ad- TWEEDE BLAD. Wat de bladen zeggen. De Olympiade. Met instemming nemen wij uit onze Rotterdammer het hier volgende arti keltje over: De discussies in de Tweede Kamer gevoeM bij de Olympiade-subsidie kunnen ons slechts matig bekoren. Het verzet werd gevoerd met een kracht, die aan het bedoelen der regee ring stellig onrecht deed. Niet gaarne zouden wo alle princi- pieele bezwaren die tegen hét steunen der sportdemonstratie zijn ingebracht, voor onze rekening durven nemen. Wij vreezen zelfs dat ;n de hitte van het gevecht woorden zijn gesproken, ook door tegenstanders van hat voorstel, die later zullen worden betreurd. Na de cordate houding der regeering in de Memorie van Antwoord, hadden uit onzen kring hier en daar wel andere tonen mogen worden verwacht. Wanneer ook naar ons oordeel' niettemin verwerping moest worden aangeraden, kon dit slechts geschieden Dp grond van de overweging, dat in dezen tijd zoo groot offer niet van de regeering mocht worden gevraagd, zonder dat de belanghebbenden van hun bereidwilligheid tot steun krachtig hadden blijk gegeven. Onjuiste aanwending van den Over heidssteun en onderdrukking van het -particulier initiatief daarop had zich het verzet hoofdzakelijk moeten richten Gelijk het nu liep, kwam dit bezwaar veel te weinig tot zijn recht. Uit onze Indiën. Da immigratie in Indië. In het afgeloopen jaar kwamen, naar de Loc. verneemt, in Indtë 3130 Neder landers, 1329 andere Europeanen, 586 Japanners, 27.171 Ghinëezen, 2897 Arabieren en andere vreemde Ooster lingen, totaal 35.113 imrmgranten tegen 36 370-in 1923. Hiervan waren bijna 16.000 voor Java en de rest voor de buitengewesten, in het bijzonder voor Sumatra's Oostkust bestemd. Onder deze immigranten zijn de Clii- neesche koelis onder poenale sancties niet medegerekend, wei vrije koelies. De netto opbrengst voor immigratie rechten bedroeg over 1924 ruim 1 mil- lioen, 390 duizend gulden, tegen ruim 1 millioen 207 duizend gulden een jaar te voren. Immigratie werd geweigerd aan 15 Europeanen, 3 Japanners, 329 Chinee-' zen en 55 Arabieren en andere vreemde Oosterlingen. Opleving in Sumatra. Van een ambtenaar die juist van een langdurige dienstreis door Midden en nUxd-Sumatra terugkeerde, hoorde de Oeli Ct. dat ook *in die gewesten een duidelijke opleving merkbaar is. Niet iiet - minst door het groote aantal .rij dende.en rossende automcb leien, waar van de bevolking blijkbaa in ruime mate kan profiteeren, nu de onderne- mingéproducten duur betaald worden en 'de Inlandsche rubbercultuur groote bedragen onder de mensehen brengt. Kanker-instituut. Onlangs had in de senaatskamer der technische hoogeschool te Bandoeng de jaarlijksche algemeene vergadering plaats van de vereeriiging het Neder- landsch-Indisch Kanker-Jnstituut, voor afgegaan door een hoofdbestuursverga dering. De heer K. A. R. Bosscha deed staan de de vergadering de zeer toegejuichte mededeeling,- dat hij, Ier bevordering van het streven van het Kanker-insti tuut en ter vermeerdering van de in Indië aanwezige klinische hulpmidde len in den strijd tegen de kanker, be sloten heeft een hoeveelheid van 125 milligram radium, die reeds in Europa besteld is, ter beschikking te stellen FEUILLETON. De Loods van Zwaankreek. Een verhaal uit het verre Westen. 41) „Luistert vrinden", zei de vreemde ling, „ik ben geen paardendief, en als ik dit paard niet eerlijk heb gekocht en met goed geld betaald dan is liet niet van mij. Dat is billijk, nietwaar?" Nu achtte Hi 't geraden een duit in 't zakje te leggen. Zoo goed en zoo zoo kwaad als tging verklaarde hij, dat de vreemdeling in zijn recht was, en dat hij wis en zeker den pony ge kocht had. „Hier .zijn de centen", voeg de hij er bij, Bill een rolletje aanbie dende. Maar met een vluggen greep pakte deze den vreemdeling bij een been, en voordat hij iets kon zeggen, lag deze languit op den grond. „Je blijft van dien pony af, totdat deze zaak in orde is", riep Bill. Er was iets zoo dreigends in zijn ma nier van doen, dat de ander zich ver genoegde met binnensmonds te vloe ken en zijn tegenstander te verwen- schen, terwijl Bill zich tot Hi wendde met de vraag: „Heb je dien pintn aan hr-ÜT VM'VAOH* i« ryf -inpn?" I voor de behandeling van kankerlijders; voorloopig is het zijn bedoeling hiervan liet grootste gedeelte in bruikleen te geven aan het militaire hosptaal te Tji- mahi (100), een kleiner gedeelte aan de CB.Z. te Soerabaja (25 gram). Ambtenaarssalarissen. De bezoldigingscommissie heeft be richt van de regeering ontvangen, dat> bij den opzet van 'de begrooting voor 1926 gebleken was, dat de post salaris sen voor de burgerlijke ambtenaren eenige millioenen is tegengevallen. De mogelijkheid is niet uitgesloten, dat ver laging van de vastgestelde nieuwe trac- tementen noodzakelijk is. De landvoogd acht het gewenscht, dat de commissie bij verdere voorstellen de grootste zui nigheid betracht en overwege over brenging van landsdienaren van groep B. naar A. B. is de middelgroep, A de laagstbezoldigde groep ambtenaren). De Communisten te Batavia. Naar het Alg. Ind. Dagbl. verneemt, houden de communisten zich ook te Batavia onggekend rustig. Ongetwij- feld is dit in hoofdzaak toe te schrijven aan de vrees voor de reactie onder de bevolking, zooals die zich in de Prean- ger nogal hardnekkig heeft gede monstreerd, maar daarbij komt nog dat de Poeasa-maand zich niet bijzonder eigent voor een propaganda van lieden, die zich atheist noemen. De leiders trachten althans hun gebrek aan activi teit daaraan toe te schrijven en bewe ren, dat zij na de Poeasa met frisschen moed weer zullen beginnen. Wel bestaat het vermoeden, dat er ira de kampohgs met huisbezoek en derge lijke nog propaganda wordt gemaakt, maar deze methode van proselieten ma ken wordt overgelaten aan de jeugdige heethoofden die feitelijk het A. B C. van de communistische leer nog moe ten leeren. Het resultaat kan dus ten hoogste zijn dat hier en 'daar wat lid maatschapskaarten van de P.K.I. wor den uitgedeeld, waarmee dan weer zoo vele leden voor die vereeniging zijn „gewonnen". Een eenigszins beteeke- nend succes kan echter aldus niet wor den bereikt. De beide Sarikat Rajat-scholen, één te Batavia en éen te Meester Cornelis, zijn gedurende de Poeasa gesloten. Het aantal leerlingen te Batavia is thans reeds tot 18 gedaald, terwijl ook de school te Meester Cornel's hard achter uitgaat. Daar zijn van de vroeger 160 leerlingen er nauwelijks 50 overge bleven. Openbare vergaderingen worden in den laatsten tijd niet meer door de com munisten gehouden, En de cursussen van „hoe word ik binnen drie weken communisten-leider?" zijn gesleten. Zoo op het oog zou meri zeggen, dat de beweging zoo goed ais dood is En oa men daar niet ver vandaio is, kan rj en ook cocludeereïi uit'de omstandig heid dat van de met zooveel ophef aan gekondigde contra-actie legen de com munisten, de zoogenaamde Sarikat-Hid jo niets meer vernomen wordt. Waar geen actie is, blijft uiteraard de re-actie van zelf achterwege. - Zeventig jaar melaaisch. Den 6den April overleed in de groote melaatschen-kolonie Plantoengan (Mid den Java) de oudste patiënt, een Euro- peesch vrouwtje, 't meest bekend als Tante Bet. Zij is daar 86 jaar oud geworden, meldt de Loc. Zeventig jaar geleden, als zestienjarig meisje is'ze uit het Protestantsche Wees huis te Semarang naar Plantoengan vertrokken, lang voordat L et gesticht in ,zijn tegenwoordigen vorm bestond. Zij vestigde zich daar om warme baden te gebruiken, waaraan genees krachtige werking werd toegeschreven, en die aan leprozen ook nu nog, zooal geen genezing, toch zekere verlichting brengen. Toen in 84 de inrichting werd ge opend was zij een der eerste patiënten en zij heeft er meer dan 40 jaren van haar leven en lijden doorgebracht. Hi was niet zoo dronken, of hij kon wel vertellen, dat hij, toen hem een - goed bod werd gedaan, den pinto aan den vreemdeling had verkocht voor vijf en negentig gulden. 'tWas immers de bedoeling om het beestje te vèrkoópen? Bill was wanhopig echt wanhopig. ,,'t Is niet om den pony, maar 0111 het zieke meisje", zei hij. Doch het woord van zijn vriend was zoo goed als zijn eigen woord, en hoe kv/aad hij ook was, hij zou geen moeite doen om te probeeren den koop te niet te doen. Op dit oogenblik kwam onze gast heer, jonker Frits, naderbij. Hij had gemerkt, dat er onraad was, en werd gevolgd door zijn vrouw en den Prins. „Mischfen kun je hem terugkoopen", opperde deze. „Neen", antwoordde Bill stuurscli, „hij is een gem eene lompert." „Ik ken hem wel", zei Ashely. „Laat ik eens met hem praten." De vreemdeling wóu er echter niet van hcoren. De pinto beviel hem uiter mate zeer, en hij dacht er niet over hem af te staan, al kreeg hij ook zijn geld met interest terug. „Welneen" zei hij, ,,'t is een buitengewoon paardje, en ginder, in Montana, kan ik er bij een dame wel driehonderdvijftig voor niaken." Tevergeefs uin» ''L-u? er kib belden zij; de man was onvermurw baar. Honderd vijf en negentig gulden? 't Was om fe lachen! Tweehonderd veertig? Neen, en nog eens neen! Toen zij zoover .waren, kwam mevrouw Ashley naar voren en vroeg aan haar man, waar het eigenlijk over was. Mei enkele woorden deelde hjj haar mede, wat de lui -zoo aan 't redekavelen bracht. Zij had reeds vernomen wat Bill verteld had van Gwens droevigen val en over haar aandeel in de bouw plannen. Onder eerbiedig zwijgen der aanwezigen bezag zij den fraalcnpony met een meewarig gelaat. ,,'t Is toch al te erg, dat het arme kind afstand moet deen van dat snoe zige beestjff", zeide zij zacht tot haar man. Toen wendde zij zich tot den vreemdeling en vroeg met een Inne- menden glimlach: „Wat vraagt ge er voor?" Hij aarzelde eersi, en antwoord de daarop, even zijn hoed lichtend: „Ik zei daarstraks, dat deze pinto in Mon tana gemakkelijk driehonderd vijftig zou opbrengen. Maar nu mevrouw er naar vraagt, zal ik hem laten gaan voor driehonderd." „Dat is nog te veel", viel zij dadelijk in, „veel te veel. Is het niet, Bill?" „Natuurlijk", bromde Bil], tweehon derd viif en zevqntig is al wel. En "Is 't een vent was die gewend was met dames om te gaan, zou hij u den pinto present geven; maar hij is zoo vreese- lijk kleinzielig, dat hij wel niet zal willen afkomen tot tweehonderd vijf en zeventig." Zoo iets liet de Yankee zich niet on gestraft zeggen. „Ei zoo! Als ik zoo drommelsch.. pardon, mevrouw, zoo goed gewend was met dames om te gaan, als sommige lui het van zichzelf willen doen voorkomen, dan zou ik dien pinto koopen en hem cadeau ge ven aan de dame, die hier voor mij staat." Bill stond onrustig op zijn hielen te draaien. „Maar", ging de vreemdeling voort, „ik ben niet van plan kleinzielig te zijn. Ik zal met dien pinto afkomen tot de genoemde ronde som ten pleiziere van de dame, als dan de een of an dere heer voor de duiten wil zorgen." „Wel, lieve vrouw", zei jonker Frits met een buiging, de handschoen wordt ons toegeworpen. Mij dunkt, wij kun nen hem niet laten liggen.,, Zij^koerde zich om en lachte l^em vriendelijk toe. Alzoo werd de pinto, tot Bills onverholen blijdschap, overge bracht naar de stallen van Ashley- Hoeve. Hii zou de "crJge eigenares r1 SCHEEPSPRAAT VAN HUTOENS. j 'J? (Vrij gevolgd), j (Kuyper, 'die de vrije schepen Der door Groen gestichte huurt,; (Veertig jaren onbegrepen, Onbekropen heeft gestuurd; Kuyper, die ze door de baren ïf i iVan zoo menig tegentij 7\ iVoor den wind heeft leeren varen, IA1 en was 't maar wind op zij; Kuyper, schipper zonder weerga, Die zijn onverwinlijkheid SVaar de zon op-, waar zij neerga, Te aller oorden heeft gepreit; Kuyper, die de zee te nauw hiel jVoor zijn zeilen en zijn want, L |Die de vogelen te gauw viel - fAl bezielde hij maar 't zand; Kuyper was te kooi 'ekropen, En de endelooze slaap !Had zijn wakker oog beslopen, 1 En hem, leeuw, gemaakt tot schaap; Reeërs en matrozen riepen, Och! de groote schipper, och, [Wat zou 'tschaan, of wij al sliepen, Waakte schipper Kuyper nog! Schipper Kuyper, maar je legt er, Maar je Utegt er plat 'eveld, Stout verweerder, trotsch bevechter,, Bei te zeewaart en te veld. Kijk, de takels en de touwen, En de vlaggen en het schut Staan en pruilen in den rouw, en 'Altemalen in den dut. 'Dutten"? sprak Colijn toen,„dutten" Stille, maats, een toontje min: Dutten? wacht, dat most ik schutten, Ben ik anders, die ik bin: 'k Heb te lang om Noord en Zuiec Bij den baas te roer 'estaan, 'k Heb te veel gesnor van buien 1 Over deuze muts zien gaan." ,,'kZel 'thun lichtelijk zoo klaren Dat ik vlaggen, schut en touw, En de maats, die met me varen, J iVrijen zei van dut en rouw, Reeërs jouwerliefde mien ik, Die van ver op 't kussen vicht Wil je er aan? kedaar, jou dien ik, Jou alleinig, bij dit «licht." „Weeran", riepen de matrozen, ,,'t Is weer, als toen Kuyper kwam, En de reeërs die hem kozen: „Weeran, 'tis de „Oude Bram". I 'Heintje" peurde strak aan 't stuur, en Haalde 't anke# uit den grond, 't Scheepje ging door 't zee-sop schuren Of ter Kuyper nog an stond. (Rijnl. Crt./ vies van de daartoe ingestelde bijzon dere commissie uit den raad. Beide ad- .viezen zullen eerlang worden gepubli ceerd. De vischvangst op de Noordzee. Naar de „Tel." meent te weten is een verbod van aanvoer en vervoer van ondermaatsche Noordzeevisch in voor bereiding. Waar ons land behoort tot de zever naties, die in den internationalen vis- scherljraad vertegenwoordigd 2ijn, kan eerlang ook een wetsontwerp worden tegemoet gezien betreffende medewer king aan het sluiten van een deel der Noordzee. Inmiddels zal nog geruimen tijd ver- loopen vóór het vischverbo(J in de voor gestelde zones in werking treedt, want een nieuwe internationale conferentie is noodig om tot overeenstemming te komen betreffende de uitvoering, de controle op de Noordzee etc. Volgens genoemd blad zou dan de bc waking der v.erboden zones opgedra gen worden aan torpedobooten etc. De voorgestelde sluiting betreft echter al leen schol. Bovendien wordt van ver schillende zijden sedert jaren aange drongen op een verbod van aan- en vervoer van ondermaatsche Noordzee- visch. De z.g.n nest werd vroeger over boord geworpen, later aan de aandeelhouders verkocht en thans gaat men er op uit, om die ondermaatsche visch te van gen. niet onder de oogen hebben durven ko men, verklaarde hij luide, als haar pinto over de grenzen was gegaan. Dat Hi er zoo gemakkelijk afkwam verbaasde mij echter wel, en dat werd er niet minder op, toen ik de beide vrienden met den vreemdeling later op den avond eendrachtiglijk en vroolijk uit dezelfde flesch zag drinken. „Je bent een eerste kurketrelcker, dat ben je! Ik mag hangen als-je niet een zeldzame vogel bent.een zangvogel. een witte kanarie", hoorde ik Hi tegen Bill zeggen. Diens eenig antwoord was een knip oogje, dat dadelijk overging in een 1 wenkbrauwfondsen, toen hij mijn blik ontmoette. Dit wekte mijn achterdocht, of die verkwanseling wel van nabij mocht bekeken worden, en ik werd ver strekt in mijn vermoeden, toen Gwen mij een paar dagen later opgetogen vertelde, hoe prachtig Bill pinto's ver koop had geleid en zij mij ten slotte driehonderd gulden in bankjes liet zien! In antwoord op mijn verbaasden blik zei Gwen: „U begrijpt, dat hij ze tegen elkander moet hebben laten opbieden; maar Bill zegt ook, dat pinto's duurder worden. (Wordt vervolgd-.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1925 | | pagina 5