Nieuwe Leidsche Courant. TWEEDE BLAD. BUITENLAND. Daputaten-vergadering. Het Bureau C. C. verzoekt ons het volgende mede te deelen: Om veler ongerustheid te stillen mo ge worden bekend gemaakt, dat nog niets anders is uitgegaan dan de op roep in de bladen. De beschrijvingsbrief is ter perse en zal D.V. einde dezer week de kiesvereenigingen bereiken. Er beginnen reeds weer kiesvereeni gingen uit te stellen. De namen der af gevaardigden behooren echter 1 April in ons bezit te zijn. Wie later komt, loopt gevaar achter het net te vis- schen. Onze partij gloeit. Gelukkig! Maar de zaal van Tivoli groeit niet. Noodwen dig gevolg, dat waar het aantal stem hebbende afgevaardigden vermeerdert, het getal plaatsen voor belangstellen den kleiner wordt. Men rekene daar alvast mee, opdat de teleurstelling straks draaglijk zij. Een plaatselijk weekblaadje vraagt maar liefst drts zetels voor haar redactie, terwijl de uitgever zich nog graag bovendien als geïntroduceerde toegelaten zag. Men kan van het goede ook te veel vra gen! Willen sommige kiesvereenigingen, wien dat aangaat, ook nog eens over wegen, of ze eigenlijk wel recht op toe gang hebben, als ze haar contributie aan het C.C. niet voldoen? In elk ge val zullen ze het wel billijken, als de andere, die haar verplichtingen trouw nakomen, in dezen voorgaan. Ba schoenenindustrie en de weelde belasting. In eene dezer dagen te Tilburg ge houden algemeene Vergadering van den Ned. R.-K. Bond van Schoenfabri kanten is o.a.- de „weeldebelasting" ter sprake gekomen. Alle aanwezigen bleken principeele voorstanders van de weeldebelasting, Bezwaren werden echter gemaakt te gen de in het ontwerp genoemde grens van f15. Unaniem was men van meening dat werkmanssclïoenen, orthopaediseh schoeisel en waterlaarzen vrijgesteld behporden te worden van belasting. Door de vertegenwoordigers van de schoenfabrikanten, die het betere-kwa- liteits-schoeise! vervaardigen, werd be toogd, dat de grens minstens op f 18 gesteld dient te worden. Na Ti uitvoerige bespreking werd ten slotte besloten, om den betroken Mi nister mede te deelen, dat de Bond van meening is, dat, althans voor heereri- schoeisel de grens moet worden ver hoogd tot f 17.50. De vertegenwoordi gers der betere fabrikaten behielden zich echter het recht voor om een en ander nader onder het oog te zien en met verder strekkende voorstellen te komen. Hat gebouw van „Bloembollencultuur" Naar de voorzitter van de Alg. Ver. voor Bloembollencultuur mededeelde, is officieel over de aanbieding van. het Brongebouw te Haarlem niets bekend. Het gebouw wordt, wat het inwendige betreft, niet gunstig voor verenigings gebouw beoordeeld. Het trampersoneel te Haarlem. Op de conferentie tusschen de direc ties van de Noord-Zuid-Hollandsche tram en de personeelbonden heeft de directie de volgende toezeggingen ge daan: een geheele of gedeeltelijke uit betaling van de jaarpremie bij een gun stige uitkomst van de exploitatie ge durende de tentoonstelling; geen loons verlaging of arbeidsverlenging voor 1926 en herziening van de minimum- lóonen. De door de Ned. Ver. van Spoor en Tramwegpersoneel gevraagde 10 loonsverhooging is van de hand gewe zen. FEUILLETON. De Loods van Zwaankreek. Een verhaal uit het verre Westen. 4) 't Verre Westen bracht hun waren aard aan 't licht, soms tot hun eer, dikwijls tot him schande. Hoofd der Club was Jonkheer Frederik Ashley, een groote goedige man, met een uitstekende ge zondheid,. een flink inkomen, en een mooie vrouw, de dochter uit een oud Engelsch geslacht. Op Ashley-Hoeve werden de voorvaderlijke tradities in eere gehouden voor zoover dat moge lijk was. Jonker Frits verscheen op de wolvenjachten in rijbroek en kaplaar zen, en ook binnenshuis was alles op Engelsche leest geschoeid. Kenschet send vóór het leven in 't Verre Westen was echter, dat zijn twee vee.drijvers, Hi Kendal en Bill B-rondo, zich maat schappelijk geheel zijn gelijken voel den, al gaven zij dadelijk toe, dat de tegenwoordigheid van zijn schoone sta tige vrouw lien verlegen makte. Ash ley was een door en door goed mensch, volkomen berekend voor het werk van een heereboer, en te veel edelman om zich iets te laten voorstaan op zijn hoo- Nederiand en België. De besprekingen, welke sedert eeni- gen tijd tusschen het Belgir.chc en het Nederïandsche departement van buiten landsche zaken zijn gevoerd met het oog op een wederopneming van het in 1920 ontworpen verdrag tot herziening- van eenige bepalingen van het tractaat van 1839, zijn thans zoover gevorderd, dat een definitieve regeling van het vraagstuk als grondslag voor de toe komstige betrekkingen tusschen beide landen kan worden tegemoet gezien. De Zomertijd. Naar de voorzitter van de Eerste Kamer mededeelde, zal het wetsont werp inzake afschaffing van den zo mertijd op Donderdag 2 April door die Kamer in openbare vergadering worden behandeld. Naar de Telegr. uit betrouwbare bron verneemt, kan verwacht worden, dat 28 k 29 Eerste-Kamerleden zich zullen verklaren tegen het wetsvoor stel tot afschaffing van den Zomer tijd. Mochten van hen bij: de stemming geen, of slechts zeer enkele leden ont breken, dan zou dus de handhaving van den Zomertijd verzekerd zijn. Oud-minister Jansen. Te 't-Gravenhage is, 84 jaar oud, overleden de heer J. C. Jansen, oud- Mnister van Marine, oud-lid van de Tweede Kamer en gewezen wethouder van de gemeente 't-Gravenhageu Bond van melkveehouders. In de Landbouwbeurs te Utrecht is gisteren een ledenvergadering gehou den van den Bond van Melkveehou ders. De voorzitter, de heer Jongerius, zette in zijn openingswoord uiteen, dat' de toestand van de melkveehou ders niet rooskleurig is. De inkoopor ganisaties drukken de melkveehouders terug. We zitten onder de fabrieken. Daarom, aldus spr., moeten wij niet plaatselijk, doch provinciaal en zelfs landelijk optreden. Besloten werd een verzoekschrift aan de Eerste Kamer te zenden om 'het wetsontwerp tot afschaffing van den Zomertijd aan te nemen. Na uit voerige besprekingen werd liet voor stel van den melkhandel aangenomen, dat d;e melk aan de slijters geleverd zal worden tegeri IOV2 óent per liter franco stad; 9V2 cent per liter van de boerderij af ten 9 cent voor de indus- triemelk. De prijs voor de consump- tiemelk aan het publiek bedraagt daar door 15 cent. Be Nationale Unie. Tot de Nationale .Uhie, waai van de heer v. d. Voort van Zijp ais de toe komstige leider wordt gedoodverfd, is o.a. toegetreden mevrouw Bakkinga v. d. Brink, geb. Ozinga, die naar Dr. van Ravesteijn in „De Tribune" vertelt kortgeleden nog lid en se cretaresse was van de afd. Haarlem der communistische partij in Neder land. Ook is er een bij, die pas ver klaard had dat liberalen en socialis ten elkanders candidaten best kunn_n steunen. Wij vermelden dit, schrijft „De Zeeuw", niet om iemand iets onbe hoorlijks te verwijten. Wij gelooven nog steeds aan mogelijkheid van op rechte overgangen na bekomen betere inzichten. Het is alleen maar wat op vallend. De weeldebelasting. De vereeniging van Indische Ver lofgangers heeft, naar het Haagsche Aneta-kantoo'r verneemt, aan den Mi nister van Financiën en aan de Twee de Kamer verzocht het daarheen te leiden, dat met betrekking tot de weel debelasting koloniale personen, met verlof, vrijgesteld worden van het be talen van belasting voor verblijfkos ten en pension of hotel voor zoover deze kosten een zeker minimum per dag niet overschrijden, en aan be doelde personen bij terugkeer naar Indië vóór afloop van het belasting jaar, evenredige ontheffing te verlee- nen van de Verdedigingsbe'asting II. geren stand. Hij bezat de grootste hoe ve in die streek, en was een der wei nige lieden, die er geld uit wisten te slaan. Ashley's beste vriend, of beter mis schien, degeen met wien hij het meest verkeerde, was een man, dien zij „de Prins" noemden. Niemand wist zijn familienaam, maar iedereen zei, dat hij uit een aanzienlijk geslacht stam de, en wat zijn voorkomen en manie ren betreft, kon men zijn afkomst wer kelijk .niet hoog genoeg stellen. Hij leefde hoofdzakelijk van een jaargeld, maar daar het hem werd uitbetaald door Ashley, wist niemand waar dat geld vandaan kwam, noch hoe groot het bedrag der som was. Hij was, naar het uitwendige te oordeelen, wat men zou kunnen noemen een modelman; nommer een in alles wat in 't Verre Westen tot aanbeveling strekt. Hij kon een stier hij de horens vatten, en ver stond de kunst 0111 de kudden in bloei te doen toenemen; was de beste kaart speler en kon zooveel whisky verdra gen, dat hij de bewondering opwekte van zijn vrienden en de afgunst van zijn vijanden. Wat het africhten van een pony betreft, iets waarin de bewo ners van het Verre Westen bijna drier niemand overtr offen worden: Bill VRIJDAG 27 MAART 1925 Conversies en kapitaalmarkt. Een merkwaardige toestand op de Nederïandsche kapitaalmarkt, merkt weekblad „In- en Uitvoer" op. Aan de eene zijde mislukken offi cieel achter elkander een drietal emis sies, aan de andere zijde is er een groot aanbod van geld, ook vóór be legging op langen termijn. Wat zal het gevolg zijn van deze onevenwich tige verhouding? LWe kunnen hier slechts de factoren aangeven, die in vloed zullen oefenen, temeer waar het ons onbekend is welk bedrag van deze leeningen in vaste handen is overge gaan. Het lijkt echter niet onwaarschijn lijk, dat een zeer groote post obli gaties ongeplaatst zal zijn. Wat nu; zou tegen de verwachting in, in den eersten tijd de kapitaalrente weder da len, dan zouden deze obligaties via de beurs en de bankbijkantoren hun weg vinden, maar anders zal het geheel van de politiek der betrokken emit- tenten afhangen. Het blijft voor de bankgroep, die bijv., gezien het groote aanbod op de Nederïandsche geld en kapitaalmarkt, een emissie zou wil len financieren, steeds een groot ge vaar, dat er nog een zekere hoeveel heid, qua soliditeit aan obligaties in portefeuille aanwezig 'is. Het is name lijk niet aan te nemen, dat wanneer er bijv. een goede stedelijke obliga- tieleening aan de markt komt die 5.25 pet. netto oplevert, dat dan bijv. de emittenten der niet geheel geplaatste 5 pet. Den Haag, die 5.08 pet. rende ment oplevert de uitgiftekoers op 98V2 pet. zullen handhaven. Zooals dus niet vlotweg rekening gehouden wordt met de gestegen ka pitaalrente zal, naar de meening van het blad, de Nederïandsche kapitaal markt uiterst labiel zijn en zal het voor hem, die bereid is obligaties met een iets hooger rendement *te emit- teeren nog moeilijk zijn, zijn leening onder te brengen, gezien de onzeker heid wat er met de niet geplaatste stukken der vorige emissies gedaan zal' worden. Uit onze Indiën. Tegenover piraten paraat. De Loc. schrijft, naar aanleiding van de nieuwe gevallen van zeeroof in de Riouwsche wateren: De zeeschuimers van Bengkalis dóen nog altijd van zich spreken Menige tongkang met rubber en an der product valt hun ten prooi en naar piratenaard schromen «ij niet voor een moord. Het gezag mocht er nog altijd niet in slagen dit kwaad bedrijf te bedwingen. Nie talleen bewees, too dusver het ge zag, dat het de middelen mist om de veiligheid in deze Sumatraansche wate ren rechtstreeks, te beschermen maar het bewees ook, dat het de middelen mist om door afdoende pas- en wapencon trole te lande het rooverst-edrijf te keer te gaan. Maar nu stoomde dan de Zeven Pro vinciën, het eenige groote schip, waar over Indië nog kan beschikken, er heen .voormachtsvertoon. De Zeven Provincincien, die een tour nee rond Sumatra maakte, zou dan eens even aan de vermetele roovers laten zien, over welke macht ons gouverne ment wel beschikt. Het ruwe zeevolk zal er niet bijster van schrikken. De ware angst zou er pas inkomen, wanneer ze door een aantal windsnelle motorbooten met kloeke mannen aan boord rusteloos tot in hun verste schu'l hoeken werden achtervolgd- wanneer 'n ongemakkelijke waterpolitie, door een even ongemakkelijke landpolitie ge steund, naar het door Christoffsl uitge werkte Van Heutz-systeem hun tot adem-scheppen geen tijd liet en hen Op de ratten jacht trekt men niet met van den laaLten onverlaat, achtervolgde tot en met de arrestatie een afgeriehten olifant, maar met fret ten. Brondo moest erkennen, dat de Prins het van hem won. Die, placht hij te zeggen, kan alles berijden wat pooten aan 'tlijf heeft, ren kikker incluis. Deze waardeërénde. woorden, komen de uit den mond van zoo iemand, moch ten wel de hoogste lofspraak heet sin. De Prins leidde een zeer eenzelvig leven. Alleen verwaardigde hij zich nu en dan een bezoek te brengen aan den eenen of anderen veefokker, die, al spoedig onder zijn bekoring geraakt er niet weinig trotsch op was hem tot gast té hebben, al was het ook ten koste van een paar inzetten bij liet kaartspel. Hij sloot met niemand vriendschap, ofschoon meer dan een kon vertellen van bange uren, waorin de Prins gestaan had tusschen hom en zijn laatsten dollar, en geen ande-*' ren dank verlangde dan de belofte, dal het een geheim zou blijven tusschen hen heiden. Hij had iets nonchelanls over zich en om zijn mond speelde ge woonlijk een cynisch glimlachje, dat seller por werd, naarmate de hartstocht in hem ontwaakte. Latcur, dc tokohou der aan de Halte, vertelde mij eens lice de Prins bij gelegenheid hardop ge lachen had. Een vrachtrijder, een Fran- ccho Mestiés, op reis naar het Noor- .'f-n. logde een'kaartje mot den Prins. Voor machtsvertoon zullen roovers niet zwichten. Wel voor doelmatig machtsgebruik. Tegenover piraten heeft men enkel pa raat te zijn. c De Tangeranzaak. Bij de behandeling'van de Tangerang- zaak door den landraad te Meester Cor nells, men herinnert zich het bloed bad, dat op 10 Februari 1924 heeft plaats gehad, hebben vijf beklaagden schuld Ijekend. De anderen bekenden gedeelte lijk en verklaarden meegesleept te zijn, doch niet uit vrijen wil aan het verzet te hebben deelgenomen. De eerste bekaagde Merin persisteer de, dat Bapa Kaiah hoofdaanvoerder 'Was. Deze had hem misleid, door hem uit te noodigen tot het bijwonen van een feest, had vervolgens de wapens gele verd en daarop verklaard, dat hij naar Tjisalak wenschte te gaan, om daar zijn ouders te bezoeken. Onderweg hadden ze politie en mili tairen ontmoet. Toen de botsing plaats had, meende oeklaagde niets beters te doen, dan zich te verdedigen. Merin verkaarde dat, indien hem tij dig verzocht was, de wapenen neer te- leggen, hij dit zeker gedaan zou hebben. Oostersche sabotage. Te Oebroeg (Ned. Indie) had een in- landsche arbeider een veete tegen den machine-drijver op de waterkracht-cen trale. Om zijn wraak te koelen wierp hij in de oliepotten van een der groote wa terturbines zand, waardoor de prachtige machinerieën geheel vernield werden. Verduistering. Een postcommies te Palembang heeft 20.000 verduisterd, door middel van gefingeerde telegrafische postwissels. De man is gearresteerd. Oude inscripties. De heer von Stein Callenfels ontdekte in het Parésche op de koffie-onderne- ming Soekaboemi een rotsblok, bevat tende de oudste Javaansche inscripties, dateerend van het jaar 687. Oudere inscripties zijn in het Sanskrit gesteld. Rijke koffieoogst. De resident van Besoeki, die op door reis te Bandoeng vertoefde, deelde, vol gens Aneta mee, dat dit jaar een bijzon der rijke koffieoogst in den Oosthoek verwacht kan worden. ERVARINGEN VAN EEN NATUUR ONDERZOEKER. Een Londensche natuuronderzoeker die langer dan twintig jaar in de wou den van Brazilië heeft doorgebracht, op zoek naar dieren te land en te wa ter, heeft in een lezing te Londen ge houden, merkwaardige mededeelini|?n gedaan over zijn ervaringen. Bij het waden door de Amazone en de zijriviertjes droeg de reiziger steeds laarzen van rubber, omdat er van alle kanten gevaar dreigde. Behalve de al ligator is er de electrische aal, die bij de geringste aanraking een man kan verlammen. Ook noemde Morris een kleinen visch, niet grooter dan de hand van een volwassene, en pirania geheeten, die met zijn sterke, kleine tanden ver schrikkelijke wonden kan toebrengen. De pirania's zwemmen gewoonlijk in groote scholen, en de reiziger had ge zien, dat ze een os, die in het water was gegaan om te drinken, in eenige minuten bijna verslonden. Maar het meest vreesde hij de men- schenetende Roodhuiden. Stammen als de Parantitijnen en de Hoendoe- roekoes zijn zeer gevaarlijk en verra derlijk. Zij gebruiken vergiftigde pij len, en de manier, waarop zij het ver gift voor die pijlen verkrijgen, is af grijselijk. Zij vangen een slang voor dat doel en plaatsen het hart van een of ander klein dier even buiten het bereik van het reptiel, gewoonlijk een jarak of een groene papaguy, de gevaarlijkste beesten van het land. Het duurde niet lang of zijn half- jaarsch loon was naar de overzijde van de tafel verhuisd. De vertoornde vrachtrijder beschuldigde zijn glimla chende tegenpartij van oneerlijke han delingen en wilde hem met een gewel digen slag neerslaan. Maar de Prins ving, zonder van zijn plaats te komen, de gebalde vuist op, duwde ze met kracht achterover, zoodat zij zich wel moest ontspannen, drukte den Fransch man nederneder, totdat hij op de knieën lag, en hield intusschen zijn hand als in een ijzeren schroef gevan gen. De man schreeuwde het eindelijk uit van pijn en smeekte om genade. Toen lachte de Prins hardop, tikte den overwonnene op den schouder en zei- de: Volg mijn raad, vriend, en kaart niet meer, voordat gij het spel volko men meester zijt en de kracht van uw tegenpartij kent. Daarop gaf hij hem het geld terug met de woorden: Ik heb geld nocdig, maar niet het uwe. En teen, terwijl hij zat te kijken naar der. cngclukkigcn sukkel, die z'n aandacht verdeelde tusschen zijn geld en zijn gekneusde hand, lachte hij nogmaals hardop, een lach, die niet aangenaam aandeed. Do Prins was ontegenzeggelijk de bo i&ngwckkondste figuur van de Club i De slang spuwt op liet hart, dat ge- leidelijk met giftig vocht wordt door drenkt. De Indianen laten dan het hart tot bederf overgaan en doopen er j hun pijlen in. Morris gewaagde ook van de ge- I heimzfinnige wijze, waarop sommige j Indianenstammen in Brazilië, die hon j derden kilometers van elkaar verwij- j derd wonen, met elkaar verbinding onderhouden. Hij had zelf een Indiaan in zijn dienst, die op een goeden dag te ken nen gaf, dat hij naai* zijn stam terug j moest keeren, omdat zijn vader was gestorven. De stam woonde honderden kilome ters stroomopwaarts van de plaats, waar de reiziger zich bevond. Maar later bleek, dat de bediende op den 1 dag, waarop inderdaad zijn vader ge storven was, van dit feit kennis had 1 gekregen; en het is den reiziger tot op den huidigen dag een diep geheim htfe de man aan de wetenschap kwam. I Land- en Tuinbouw, i Een gevaarlijke tijd. De veefokkers leven thans in een 1 gevaarlijken tijd, althans een deel hun- ner. „Waarin bestaat dan het gevaar van dezen tijd?" zult ge vragen. „Wordt soms bedoeld het gevaar dat zoo onr i dezen tijd van het jaar bestaat in het j geboren worden van veel jonge die- ren?" Niemand die eenige ervaring heeft f in het bedrijf zal ontkennen dat dit gevaren meebrengt. Behalve de moei lijkheden die zich bij de verlossing 1 kunnen voordoen, zijn daar nog de j gevaren van uierziekten, de storingen in het schoon worden, enz. enz. te I veel om op te sommen. Bovendien1 wordt het leven van het jonge dier bedreigd door veel ziekten, besmet telijk of niet besmettelijk. Op veebedrijven van eenigen om vang zijn zoo in 't voorjaar de teleur stellingen wel eens groot. Wanneer dan echter alles is gedaan wat gedaan kon worden, dan heeft men geen zelf verwijt. Anders wordt dit wanneer men de een of andere tegenslag kan wijten aan verzuim of slordigheid. Maar nu redeneer ik hierover door, alsof dat het gevaar was waarop ik (meende de fokkers te moeien attent maken. Het gevaar door mij bedoeld is van heel anderen aard, en bestaat om de zen tijd van het jaar niet op zijn minst. Het isi thans de tijd dat ieder die geen fokstier heeft, uitziet naar zoo'n exem plaar. En als men dan er een tegen 't lijf loopt die voor geschikten prijs kan worden gekocht, dan slaat men toe. Over een jaar of vier, als men de vaarzen door dezen stier verw ïkt, een jaar heeft gemolken, komt men tot de wetenschap in het voorjar.r 1925 een dom stuk te hebben uitgehaald door een stier te koopen waarvzm men niet eens wist wat vader en moeder i dat dier heeft gehad nog minde hoe veel melk met hoeveel percei it vet deze moeder heeft gegeven. „Di is een stier koopen met papieren" zult ge besluiten? Neen, ook dat niet. Alle „papieren" zijn niet goed, evenmin als alle getuigschriften. Als men een ge tuigschrift leest, moet men ook let len op wat er niet in staat. Laiit ik' voor den zooveelsten maal den vee fokkers aanraden, koop alleen een stier met goede getuigschrii "ten, nimmer een er zonder, nog mil ider een met slechte, voor zoover ge er in slaagt daarvan inzage te ver! crij den. Over vier jaar wreekt zich c ilke slordigheid op dit gebied. Dat a vaS het gevaar door mij bedoeld, en dat juist kenmerkend is voor de maa nd die komt. In April maar vooral in de eerste dagen van Mei gebeur en de meeste ongelukken op dit terrein. J. W. BAKKER. der Edele Zeven, enzijn woord had meer gezag dan dat van iemand an ders. Een Edinburgsch student, Bruce geheeten, volgde hem als zijn scha duw. Dit jonge mensch had iets ge daan aan philosophic, redeneerde graag, was koppig van aard en met hart en ziel verknocht aan den Prins. Zijn "grootste eerzucht was even hoog hartig en statig te kunnen optrederj, als hij. Maar daar hij wat vierkant en gedrongen was, een open goedhartig gelaat had en een luide doordringende stem. zoo vielen zijn pogingen, om zijn vriend na te bootsen, in 't water. 21ke mail bracht hem een blief van huis. In 't begin van onze kennismaking liet hij mij wel eens een brief lezen, maar toen de inhoud meer en moer blijken ging dragen van bezorgdheid om r.i- nentwil, kreeg ik ze niet meer :c y.i- n. Dat was maar goed, want ik vatte niet hoe het mogelijk was die brieven te lezen en een leven te leiden, ais liij deed. Arme Bruce! Hij had goede op wellingen en was edelmoedig van hnr; maar de Vergunningavonden, de jacht partijen, het kaarten, de buitenspel i,. righeden van de Club, waren meer dc n hij kon verdragen. (Wordt verv lgc!/

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1925 | | pagina 5