WOENSDAG 18 MAART 1925 het gevoelen van B. en W. inhield: een zelfde bedrag voor het Bizonder vervolgonderwijs en zij zullen daar mee tevreden geweest zijn, maar er Is niets van gekomen. De bizondere besturen hebben over 1923 alleen een luttele vergoeding gekregen voor vuur ,en licht, doch niet van de salarissen. Is dit aan de Christelijke Raadsle den ontgaan? Maar zij hebben toch" unaniem goed gekeurd het voorstel van B. en^ W. van 16 Januari 1925 no. 72, waaruit bij ver gelijking met het stuk van 27 Augus tus 1923 no. 267 toch duidelijk bleek, dat er hier een zeer groote rechtson gelijkheid werd bedreven. U zegt, dat u „navraag" gedaan heeft en dat het u van nabij bekend is, dat door B. en W. deze zaak met de meest mogelijke nauwgezetheid is behandeld Navraag? bij wie? Uit wat u schrijft maak ik" op dat dit is geschied óf bij ondeskundigen of bij iemand die de geste van het ge meentebestuur zoo gunstig mogelijk voorstelt. Immers wat zegt u hiervan? Op de geheele gemeentebegrooting virdt u geen cent b.v. voor drukwerk voor de scholen, hoewel deze toch wel een en ander noodig hebben (rappor tenboekjes, leesroosters, modellen en formulieren enz). Verder vindt men niets op de oïider- wijsbegrooting voor administratiekos- |ten, kosten van toezicht op en pensioe- ineering van 't gemeentepersoneel dat l'de scholen onderhoudt, schoonmaakt en verwarmt. Natuurlijk zijn deze uit- gaven er wel, maar zij staan op an- dere hoofdstukken. Toch vloeien zij I allemaal voort uit het hebben van openbare scholen. Over de schoolgeldkwestie zegt u J niets M. de R. En toch meen ik, dat uw' blad althans zeker pennekras- ser voor de eigen inning daarvan door de schoolbesturen veel voelde. Hij maakte er zelfs den schoolbestu ren indertijd een verwijt van, dat deze de inning niet zelf bleven doen. Ik kan u eerlijk verklaren daarvan een groot voorstander te zijn geweest, doch is de gemeente hier zelf niet de schuld, dat deze voor haar zoo gemakkelijke, goed koope en voordeeüge inning werd stop gezet? Voor alle moeite en zorg wordt men beloond met een flinke boete in den vorm van betaling der oninvor derbare posten. Getuigt deze houding van het gemeentebestuur welke in- druiscbt tegen alle officieele en of ficieuze wetsuitleggingen van heel veel tegemoetkoming? Ik wilde M. de R. dat u de zaken toch ook eens objectief bezag en alle personen er eens buiten liet en dan vraag ik nogmaals: Is dat recht? En waarom moeten de besturen naar den Haag om recht te krijgen? Weet u wel dat een beroep bij Gedeputeerde Sta ten circa anderhalf jaar kost voor er bescheid komt. Kan er in Leiden geen recht gedaan worden? Waarom kan niet hier als in den Haag door de ge meente worden ingesteld een Commis sie van contact tusschen gemeentebe stuur en schoolbesturen waar al der- gelijke zaken door deskundigen minu tieus worden bekaken. Waarom moe iten de schoolbesturen hier genoegen nemen met de door de gemeente- amb tenaren saamgestelde berekeningen zonder eenige contröle van zooda nige commissie of van een Raadscom- j missie of iets anders. Heeft dan de ge meente geen roeping van hooger orde tegenover de bizpndere school dan de uitkeering van wat centen. Weet u wel, dat er momenteel evenveel bizon dere scholen in de 9tad zijn, als open bare en dat diti groeiend bizonder on derwijs aanspraak heeft ook van gemeentewege/— op sympathie. Ik schrijf di/t niet omdat eenig wan trouwen in <Se gemeenteambtenaren bij mij gevonden wordt. Integendeel. Het zijn alleszins bekwame, eerlijke I en zeer voorkomende menscben, maar Ibun inzichten kunnen toch wel naar het gevoelen van de voorstanders der bizondere school absoluut ver keerd zijn. De besturen mogen toch niet de belangen hunner scholen offe ren aan het inzicht van ambtenaren, hoe bekwaam deze ook zijn. Dat doet toch niemand. Ik bezie de zaak zoo: De Grondwet heeft ons de gelijkstelling gebracht in principe en in de Lager-Onderwijswet is getracht dit principe in wette lijke voorschriften vast te leggen. Nu moeten de gemeentebesturen (recht- sche zoowel als link^che) de wet loy aal uitvoeren en als er twijfelachtige voorschriften zijn, deze in den geest van de gelijkstelling uitleggen en toe passen. Dan komen wij waar we we zen moeten. Want zeker, als het moet, dan zullen onze menschen wel weer offers voor hun scholen over heb ben, maar niet voor dat de rechten van het bizonder onderwijs geheel ver werkt zijn. Ik geloof niet, dat er ge noegen mee zal worden genomen met >een 2/3 gelijkstelling en de rest uit eigen zak. Daar hebben wij nu te lang voor gevochten en een te schoone overwinning voor behaald. En van de voormannen i.e. de schoolbesturen en de raadsleden die onze groep ten Stad- huize vertegenwoordigen mag niet ge vraagd, doch geëischt worden de financieele belangen der bizondere scholen tot het uiterste te verdedigen Komt er dan nog te kort, dan moeten wij in eigen zak tasten. U noemde mijn stuk op het eerste gezicht ietwat verbijsterend. Moge le zing van dit verweer u en anderen er toe gebracht hebben, dat het inzicht in deze hoogst belangrijke materie verhelderd is, dan zal men gaan in zien, dat er inderdaad wel reden is tot het luiden der alarmklok. Want dat de wetgeving zoo slecht is, dat heel gewone bizondere scholen die 70 jaar hebben bestaan nu óf ten onder moeten gaan óf ten koste van aan zienlijke offers moeten worden ge schraagd, dat gelooft niemand. Hier hapert iet9 aan de uitvoering. Met beleefden dank voor de plaat sing, G- Leiden, Maart 1925. Onze ruimte laat niet toe, op 'dit zeer breedvoerig schrijven een breed antwoord te geven. Trouwens, door de zeer onaange name en door niets gemotiveerde in sinuatie van den heer G:: „Ik wilde dat u de zaken eens objectief bezag en alle personen er buiten liet" ontbreekt ons daartoe alle lust. Hoewel de aan hef van het eerste schrijven een sterk persoonlijk karakter droeg en 't ver klaarbaar zou zijn geweest indien wij dit verkeerde voorbeeld hadden ge volgd, was on9 antwoord in geen en kel opzicht persoonlijk en was er niet de minste reden voor de veronderstel ling dat wij de zaken niet objectief zouden bezien. Op zulk is een wijze is verdere dis cussie niet mogelijk. Het onderwerp hier ter sprake ge bracht is intusschen n*et zonder be- teekenis en wij verw?/:hten dan ook dat hieraan in bevoe\ie kringen de noodige aandacht zal worden geschon ken. REDACTIE. MEER BOUWGROND! De Engelsche premier Baldwin riep in Engeland een groote landbouwconfe- rentie saam en gaf aan de vergaderden als parool het wachtwoord mee. een millioen acres bouwgrond meer. Zoo'n klinkend parool zegt de Rotter dammer, kan bij ons niet worden uit gegeven, maar toch is ook in Nederland in dit opzicht enorm veel te doen. Wij zijn niet blind voor het feit, dat hier overdreven voorstellingen zijn ver breid. Geen zin heeft de berekening, dat slechts 75.6 pet. van den Nederlandschen bodem in cultuur is en de rest op ont ginningen wacht. In die resteerende 25 pet. zijn wegen, dijken, kanalen inbegrepen naast woeste gronden en onder deze zijn vele zand gronden, te hoog en te droog om be bouwd te worden. Ook al wordt met dit alles rekening gehouden, ook al wordt zelfs de taxatie van 300.000 H.A. die voor rationeele cul tuur geschikt zijn te achten, niet voor zichtig genoeg geoordeeld, dan nog valt niet te loochenen, dat schatten aan den Nederlandschen bodem kunnen worden otworsteld. Honderden, duizenden bunders kun nen aan het betrouwbaar oppervlak wor den toegevoegd. De regering heeft zich tegenover dit belang niet afzijdig gehouden. De wet op ruilverkaveling moet dankbaar wor den gememoreerd; dat de drooglegging der Zuiderzee in versneld tempo zal worden doorgezet, stemt tot vreugde; ook de finanieele steun in de Peel is een creditpost. Maar dit alles is niet genoeg. Porscher aanpakken dan tot dusver mogelijk was is noodzakelijk. In 1920Ó werd op de begrooting een bedrag van 3 ton, in 1921 van 1 ton, in 1922 van 4 ton, in 1924 en 1925 50.000 gulden als voorschot uitgetrokken. Te gering is deze steun voor zoo groot een werk als hier valt te verrichten. Door de stichtingvan een cultuurfonds heeft de regeering dit werk systematisch met voorzichtigheid en met kracht door te zetten. BINNENLAND. Minister De Graaf. „De Indische Post" heeft een onder houd gehad met den Min. van Kolo niën, in welk onderhoud o.a. de vraag ter sprake kwam, of de minister wel dra zou heengaan. De journalist vroeg: „Deze begrooting zal misschien uw 'laatste begrooting zijn, Excellentie?" ,,'t Zou tijd worden, dunkt me!" zoo luidde het onmiddellijk gegeven lakonieke antwoord „Dus Uwe Excellentie zal zich geon herbenoeming als minister van Kolo niën laten welgevallen?" „Op zulk een absólute vraag kan ik geen antwoord- geven. Ik sprak zoo even van omstandigheden, waarmede wij rekening hebben te houden. En dat geldt ook hier. Ik heb nooit en te nim mer aspiraties gehad voor het minis terschap; maar de omstandigheden waren er die mij noodzaakten de por tefeuille te aanvaarden. Wie heeft ooit durven vermoeden, dat ik ruim vijf jaren achtereen dit ministerschap zou hebber» moeten bekleeden? De omstan digheden alweer hebben het noodig gemaakt. Ziet u nu wel, dat men moei lijk de toekomst absoluut kan voorspel len? Dit kan ik echter u wel verzeke ren: het ambt van minister van KolO' niën in Nederland brengt véél werk met zich. En het zou allerminst mijn wensch zijn, de laatste levensjaren te slijten onder een „drukke" porte feuille als die van „koloniën". Dit klonk als een „bekentenis" van meer of minder persoonlijken aard; maar zij kwam ons toch geloofwaar diger voor dan de verzekering van den heer Wijnkoop, geuit tijdens zijn interpellatie „dat deze minister een ge makkelijk baantje heeft Zeer onbehoorlijke dwang. Onder dit opschrift treft men de volgende advertentie aan in het N. v. Friesland: „De besturen der Chr. scholen te Oudehorne en Jubbega maken door dezen openbaar navolgende bij hen berustende onderteekende verklaring van 3 vaders van leerlingen, dié ook thans (ll-3-'25) nog deze scholen be zoeken: „Ondergeteekenden, A. W. Boonstra te Schurega en S. P. Jonker en F. G. Jonker, beiden te Jubbega, verklaren door dezen, dat eerstgenoemden op 21 Jan. 1925 kwamen in het door het rijk en gemeente gesubsidieerde werk van Gebrs. Kleistra te Oudehorne, en dat hun op 29 Jan. 1925 door den opzich ter van dat werk werd medegedeeld, dat zij dat werk Zaterdag 31 Jan. 1925 moesten verlaten, als ze hun kinderen voor 1 Febr. niet van de Chr. school namen. Die opzichter verklaarde toen tevens, en ook nog op 31 Jan. '25, aan hen, dat hij hen om hun werk gaarne wilde behouden, en niets op hun werk tegen had." Trajectonaandkaarten. Eenigen tijd geleden hebben een aan tal houders v. maandkaarten Utrecht- Amsterdam, die ontevreden waren over de uitsluiting van sommige trei nen, waarmede ze reizen wilden, een poging gedaan om ten behoeve van de spoorwegforenzen een autobusdienst naar Amsterdam te organiseeren, wel ke poging intusschen mislukte. Ook in andere streken klaagden de houders van maandkaarten, dat zij niet steeds gebruik konden maken van de treinen, welke voor de forenzen het geschiktst waren. Men kon wel trajectkaarten ne men, die voor alle treinen geldig zijn, maar voor deze kaarten was tot dus ver de prijsregeling veel ongunstiger dan voor de maandkaarten. Om aan deze bezwaren tegemoet te komen beeft, naar het „U. D." ver neemt, de directie van de Nederland- sclie Spoorwegen besloten met ingang van 1 Juni voor de trajectkaarten de zelfde regeling vast te stellen als voor de maandkaarten, met een prijsver schil van slechts 20 pet. voor de Ille klas. Hoe aanzienlijk de bestaande prijzen van de trajectkaarten, die voor alle treinen geldig blijven, door de in voering van het nieuwe tarief veblaagd worden, kan blijken uit de omstandig heid, dat van een trajectkaart Utrecht- Amsterdam voor één maand of voor twee maanden de nieuwe prijs lie kl. nog f 3 lager is dan de bestaande prijs Ille klasse. Voor een tijdvak van twaalf achter eenvolgende maanden zou een geringe t verhooging intreden, maar om hieraan tegemoet te komen gullen naast de maand-trajectkaarten ook jaartraject- kaarten verkrijgbaar worden tegen de bestaande prijzen. Vacaütiekaarten. De Nederlandsche Spoorwegen zul len van 10 tot en met 15 April en van 29 Mei tot en met 3 Juni vacantie- kaarten uitgeven. De Eerste Kamer en de Zomertijd. Naar de Telegr. verneemt is het wets ontwerp tot afschaffing van den Zo mertijd, dat gister in de afdeelingen der Eerste Kamer werd onderzocht over het algemeen vrij ongunstig ont vangen. Verwerping van het ontwerp moet onder deze omstandigheden niet uit gesloten geacht worden. Staking. Te Delfzijl is een staking uitgebro ken onder 60 arbeiders te werk gesteld bij 't sportterrein. Twee hunner waren ontslagen en uit solidariteit legden de anderen het werk nu ook neer. Uit de mijnindustrie. Zooals reeds i9 medegedeeld, heeft de Christelijke Mijnwerkersbond een Joonsverlaging aanvaard, onder voor waarde, dat het nieuwe contract voor negen maanden zou worden afgesloten In de Dinsdagmiddag gehouden ver gadering van de contact-commissie deelden de directies mede, dat zij in verband met den onzekeren toestand een termijn van negen maanden niet konden aanvaarden, maar bereid wa ren een contract op zes maanden aan te gaan en de deputaatkolen te ver lagen. De afgevaardigden van den Christe- 1 ijken Mijnwerkeisbond deelden mede, nader overleg te zullen plegen met het hoofdbestuur. De afgevaardigden van den Alg. Ned. Mijnwerkersbond deel den mede de loon-overeenkomst niet te kunnen aanvaarden en ba-achten nogmaals hun wenschen naar voren. In een vergadering welke Donder dagavond gehouden wordt, zal de Ned. Mijnwerkersbond z'n houding nader be palen. De directies hadden verklaard des noods alleen met den Chr. Mijnwer kersbond 't nieuwe contract aan te gaan. DE GRAFTOMBE VAN GIZA. De ontdekking van een graftombe in het gebied der pyramiden van Giza trekt weer de algemeene belangstelling der E- gyptQlogen zelfs van die uit de dagen van Tutankhamen's graf. Hoewel de geleerden het er nog niet over eens zijn, of de Boston Harvard expeditie werkelijk, zooals aanvankelijk beweerd werd, het graf van pharao Sene- feroe heeft ontdekt, staat het echter vast, dat de vondst in het algemeen belangrijk is en waarschijnlijk waardevoller dan die van koning Tutankhamen. Zou blijken, dat het gevonden graf wer kelijk de tombe van pharao Seneferoe is, dan is volgens de Egyptologen deze vondst een van de grootste gebeurtenissen uit de hedendaagsche ontdekkingen in Egypte. Dr. George Reisner, de leider der Bos ton Harvard expeditie, die momenteel te Boston vertoeft, verklaarde aldaar, dat de gevonden graftombe zeker niet het graf van Seneferoe was, maar misschien dat van een prinses en dochter van Sene feroe. Dr. Reisner voelt meer voor de theorie, dat de ietwat zuidelijker gelegen pyramide van Dahshoer het graf van Se neferoe zal zijn. In ieder geval blijft het een hoogst be langrijke vondst. Men houdt het er voor, dat er oorspronkelijk boven het gTaf een .pyramide heeft gestaan. Deze zou echter afgebroken zijn, toen Cheops oostwaarts van zijn eigen pyramide drie kleinere py- ramides vóór leden zijner, familie liet bou wen. Men kénde tot nog toe reeds twee py- ramides van Seneferoe. Het bouwen van een valsche pyramide, of juister gezegd van een pyramide, die niet tot graf dien de, was nj. een der middelen, waardoor men het lijk en de buitengewoon kost bare doodengeschenkén tegen de onder nemingen der roovers en grafschenders beschermde. Met hetzelfde doel graaf de men het eigenlijke graf ook zoo diep mogelijk. Het thans ontdekte graf is meer dan 30 meter diep. De archaeologen houden dit voor bij zonder gelukkig. Dr Hall, de directeur der Egyptische afdeeling, heeft daarover zijn bijzondere vreugde uitgesproken tegenover de Lon- densche journalisten: „Men zal nu ge lukkig geen herhaling krijgen van wat er bij het graf van Tutankhamen is gebeurd, waar nieuwsgirige touristen het werk der geleerden ten zeerste bemoeilijkt hebben. De nieuwsgierigen hebben thans veel kans hun armen of beenen, zoo niet hun nek te breken". Seneferoe was Chëops voorganger. Cheops is zelfs nog met Seneferoe's eerste haremvrouw de eigenlijke ko ningin getrouwd, die ook haar twee den man overleefde en nog heerschte aan het hof van koning Chephreai. Seneferoe heeft geleefd rond 2900 k 3000 jaar voor onze jaartelling. De pyra miden en de daarin ontdekte kunst- en gebruiksvoorwerpen getuigen van techni sche kimde en van een grootsch stijlge voel. Seneferoe leefde zoowat iq eeüwen vroeger dan Tutankhamen. Prof. H. Th. Obbink schrijft in het Alg. Wbld. v. Christendom en cultuur: Weer bevatten de bladen opzienbarende mededeel ingen omtrent de ontdekking van een koningsgraf in de onmiddellijke na bijheid van de pyramiden te Giza, bij Cairo. Daar zou het graf ontdekt zijn van pharao Seneferoe, die ongeveer 3000 jaar voor Chr. leefde. Dat bericht schijnt zooals^ we dat van Egyptische berich ten, die via Engeland tot ons komen ge woon zijn lichtelijk overdreven. De zaaik' is deze: In den afgeloopen winter werd het ruïnenveld vlak ten noor den van de Cheopspyramide door een Amerikaansche expeditie (de z.g. Boston Harvard-ex^editie) grondig onderzocht. Men vond toch, behalve andere dingen, op een paar honderd meter afstand van de Cheops-pyramide twee graven uit de 6e dynastie (plm. 2600 v. Chr.) van een Egyptischen ambtenaar en diens zoon. In deze beid^ graven werden vijf levens- groote beelden gevonden, die dien doode bedoelden voor te stellen. D$ze stand beelden vormen wel de belangrijkste eigen aardigheid van deze beide graven. Dus: van een koningsgraf geen spoor. RECHTZAKEN Gerechtshof te 's-Giavanhage. -Voor den Haarlemschöa pHtievecK ter stond terecht J. B., oud 25 jaar, wonende te Purmerend, die een lis tige manier had bedacht om aan geld te komen. Hij had aan H. M. de Koningin een request gezonden, waarin hij me dedeelde, voor de som van f150 een melkzaak met kar en twee bussen te kunnen overnemen. Mitsdien vroeg hij f 150. De melkzaak zou hij van zekere de J. kunnen overnemen. Dit request werd om advies naar den burgemeester van Purmerend ge zonden, die J. B. omtrent zijn verzoek ondervroeg. Het slot der onderhan delingen was, dat H. M. de Koningin f50 zou geven, terwijl het Burgerlijk Armbestuur van Purmerend flOO zou ter leen geven. De f 150 moesten ech ter door het Burgerlijk Armbestuur aan de J. worden uitbetaald. Daard. J echter niet toestemde vond J. B. een ander persoon, die zich te gen een belooning van f25 voor de, IJ. zou uitgeven. Aain dezen persoon werd dan ook het geld ter hand ge steld. Beklaagde bekende deze oplicr.t ng. De getuigen, burgemeester van Pui» merend en leden van het Burgerlijk Armbestuur bevestigden het verloop der zaak. Voor iedef van hen had beklaagde het geheele verhaal van de over te nemen zaak opgedischt. De politierechter merkt op. dat vol gens rapporten blijkt, dat beklaagde zich soms te buiten gaat aan sterken drank. Dit zal ook wel een der re denen zijn, waarom bekl. in geldver-i legenheid kwam. j Bekl. zegt, dat hij sinds eenige we ken lid ïs van een geheelonthouders-. vereeniging. De Officier van Justitie vindt de wijze van oplichting een zeer sluwe. Spr. qualificeert de oplichting als een ernstig feit en eischt daarom een ge vangenisstraf Van drie maanden. De politierechter wil ditmaal voor beklaagde nog dement zijn en ver oordeelt hem tot vier maanden voor waardelijke gevangenisstraf met een| proeftijd van twee jaren, binnen wel-j ken proeftijd de f150 moeten zijn te rugbetaald. Tevens moet hij lid blij- (Ven van da Geheelonthoudersvexeeni- ging. Lijst van vestiging en vertrek. Ingekomen. Mej. T. Verkerk, dienstbode, Pïeteis- kerkgracht 3 H. J. A. Sliedrecht,, reiziger. Noordeinde 8 Mej. J. E.j Diederik, winkeljuffrouw, Mare'd 1: 21 W. F. Einthoven, Morschweg 66 PT. Rijkhoek en gezin, Aloëlaan 25 H. W. Arendsen en gezin. Winkel bediende, Kemperstraat 1 I. Baart, metselaar, Sophiastraat 80 Me j W. Huikema, Rijnsburgerweg 10 Mej. A. Th. A. Prósell, Buffetjuffrouw, Breestraat 4850 Mej. M. F. E. -Nicolaï, Zoeterw.singel 8a L' Mo lenaar en gezin, timmerman, H. Rijn dijk 68a Mej. G. J. G. v. d. Was-j senberg, dienstbode, Witte Singel 4| A. de Graaf en gezin, zadelmaker,/ Ververstraat 59 Mej. A. G. Hoo- genduin, dienstbode, Hoogewoerd 43 W. Arnoldus, Decimastraat 8a - 'M. A. G. Kemperman, H. Rijndijk! 52 A. Zaalberg, kelner, Koren brug steeg 7 G. Klein, Tollenstraat 7, Mej. W. S. Wiardi Beekman, Noardeinde 52 J. E. F. Leeuwen- daal en gezin, winkelier, L'. Mare 32 Wed. N. BoersVermeulen en ge zin, Oude Vest 57 Mej. H. Scheul- derman—Spangier, Botermarkt 12 Mej. M. M. van Essen, dienstbode, 'Witte singel 34 Mej. M. M. Kolt- hoff, huishoudster, Lage Rijndijk 132 J. L. C. van Leeuwen en gezin, ladingmeester N. S., Meidoornstraat 53 Mej. W. Dekker, dienstbode, 'Morscbsingel 8 E. Raven, Haag- weg 50 P. J. Hoogerbrugge, Rijn en Schiekade 6 H. A. Rietveld, winkelbediende, Hooigracht 36 T. Wind en gezin, febriek'sarbeider, Oude Rijn 48 !A'. v. d. Haar, sigaren maker, .Waardstraat 32 J. Sinteur sigarenmaker, Volmolengracht 13 A. H. C. W. Koopman, horlogemaker (Lange Mare 68 A. Ruiter, schil der Levendaal 52. Vertrokken. Me].. K. St. van VoIIenhoven, Zwolle Veerdelee 51 P. Versteeg, Zierik- zee, Minnebroedersteeg B 334 Mej. H. van Veen, Warmond, Postkantoor P. Tefcamp, Haarlem, Schalkwij- kerweg 26 K. Bouwman, Den Haag kaapscheplein 21 Jobs. van Vene- tiën, Beemster, Middelerbeemster 76 G. M. Haak, Alphen a. d. Rijn, (Julianastraat 28 Johs. Noppen. Kou dekerk. villa „Vredelust" M. Hin- senSchwalm, Detmoed (DIJ, Pauli nas traat 67 Mej. M. C. .Veldhui- ven, Stompwijk Meer 17, bij1 de ouders R. DraeseRienstra, Amsterdam, Hoofdweg ,120 .J. w. van Rijn. Den Haag, Fluw, Burgwal 7 J. Duijndam, Amsterdam, Insulindeweg 701' Hi E. de Heiden, Hillegom K. Bechstraat 2 P. J. Riebeek, Oudewater, JVijdstraat 22 Mej. A. G. van den Wassenberg, Alphen a. d- Rijn, Raadhuisstraat 269 Mej. 'Elisab. van der Steen, Den Haag P, Heinstraat 127, Mej. ,W- J. Nphl',! Oen Haag, H. Swaarden-Croonstraat J- J- Colpa, Voorschoten, Val kenburgweg 30 Mej. H. .Weijl, Den Haag, Kon. Emmakade 194 D. j Topr, Voorschoten, Wijngaardlaan 5 Mej. J. M. Twaalfhoven, Amster dam Kerckerstraat 176 W. Chr. Visser, Oegstgeest, Emmalaan 57 Mej. J. Meijer, Den Haag, Parkstr. 36 Mej. v. Schie—.Van Steijn, Sas- senheim, Charbonlaan 83 M. van den Berg, Amsterdam, Riouwstraat 63 j Stdkhuijven, Den Haag, Engelen burgstraat 140 M. Kasteel, Den Haag, Drebbelstraat 314 Mej. A. J. Pagee, .Wassenaar, K. Persijnlaan 4 Mej. "G. Boontjes, Amsterdam Kattegat 611 D. J. Weeber, Schie dam, Nieuwstraat Z. Z. 40 Fr. H. Bentz, Voorschoten, Wijngaardlaan 5 X- Kikkert, Gouda, Groeneweg 87 J. Visser, Den Haag, Deimanstraat

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1925 | | pagina 8