OU «mer bestaat uit TWEE Bladen. CHRISTELIJK DAGBLAD voor LEIDEN EN OMSTREKEN "Stadsnieuws^"" Belangrijkste nieuws in dit Hummer 5e JAARGANG DONDERDAG 5 MAART 1925 NUMMER 1455 ABONNEMENTSPRIJS In Leiden en buiten Leiden waar agenten gevestigd zijn Per kwartaal i 2.50 Per week 0.19 Franco per post per kwartaal I 2.90 EERSTE BLAD. V Een veilig gevoel. Naar aanleiding van de rede waar mede Minister Colijn gisteren zijn be leid in de Eerste Kamer verdedigde, schrijft het liberale „Handelsblad": „Wie belang stelt in onzen financi- eelen toestand en eenigen invloed kan oefenen op de gezondmaking on zer geldelijke positie, zal. niet kun nen nalaten deze rede in extenso te bestuaeeren. Wij willen er dadelijk van zeggen, dat deze rede in het algemeen ons vertrouwen in het uiteindelijk wei slager dozen bewindsman heeft versterkt, maar ons tevens nog ster ker dan te voren heeft doordrongen van de noodzakelij'eid, dat hoe ook de verkiezingen afloop t, d°-e portefeuille zal moeten wor-en toe vertrouwd aan een man, die den moed heeft zijn (inzicht ondanks velerlei tegenwerking door te zetten. Natuurlijk zouden wij niet onvoor waardelijk alles, wat de minister gezegd heeft willen onderschrijven. Bij de kritiek op 's ministers jong ste vijftal wetsontwerpen hebben wij dat eerst voor zeer korten tijd nog opnieuw doen uikomen. Maar het is een veiMcj gevoel dat de navigatie van ons staatsschip is toevertrouwd aan een man, die weet wat hij wil." Met genoegen maken wij van deze uitspraak melding. Er is in deze dagen bijzondere scheep vaartkunst noodig om het schip van staat in het góede v9.arw.ater te hou den. En het geeft inderdaad een veilig gevoel, dat de navigatie is toever trouwd aan een man die weet wat hij wil, en die ondanks de stormen van bezwaren die telkens weer opsteken, koers weet te houden en in de gcr richting blijft sturen. Ned. Chr. Reisvereenigiag. Gisteravond had de afdeeling Leiden van bovengenoemde vereeniging haar eerste jaarvergadering in de Graan- beurs. De voorzitter, Dr. J. G. van E s. opende de vergadering met gebed, liet zingen Ps. 103:1, las Ps. 103: 1522 en heette de aanwezigen welkom. Spr. wees er op, hoe de afdeeling, die nu een jaar bestaat, in blceienden toestand verkeert en in het afgeloopen jaar een flinke activiteit ontplooid heeft. Vervolgens las de secretaris Mr. P. G. Knibbe de notulen der vorige ver gadering, die ongewijzigd werden goed gekeurd, en daarna het jaarverslag Dit" laatste begon met een uiteenzet ting van het bestaansrecht der ver eeniging en behandelde daartoe de tweeërlei vraag: waartoe een reisver- eeniging? en: waartoe een Christelijke reisvereeniging? Het criterium voor het bestaansrecht eener Christelijke valreeniging is ip het algemeen de vraag, of het doel der vereeniging (i.e. het bevorderen van reizen, vooral naar het buitenland) al leen beTeikt kan worden op een wijze, die zeer sterk beheerscht wordt door db levens- en wereldbeschouwing, die men aanhangt, terwijl zijj die de chris telijke beginselen niet aanhange~, daaraan niet op de door ons voorge stane wijze kunnen of willen meedoen. Spr. legde den nadruk op de moei lijkheden, verboaden aan het reizen met een z.g. neutraal gezelschap, die de oprichting eener eigen Christelijke organisatie noodzake?:jk maken. Hier werd het jaarverslag van den secretaris onderb-^kon, doordat we dank zij den heer J. W. Hart- m a n, die met eon radio-toestel en een loudspeaker in de zaal aanwezig was de propagr.:::larede van Gen. Pli. Weber konden beluisteren, uitgezon den van den Christel ijken Omroep to Hilversum. De stem van den generaal was vrij duidelijk te verstaan tot ach ter in de zaal. De secretaris, zijn jaarverslag ver volgende, vergeleek de vereeniging mot oen bijenkorf: des zomers vliegt men uit, tot zelfs ver buiten onze grenzen. Dank zij de activiteit van de kohin- BUREAUHooigracht 35 - Leiden ADVERTENTIE-PRIJS Gewone advertentien per regel 221/» cent Ingezonden Mededeelingen, dubbel tarief. T 1 iABf, Ti i" Bij contract, belangrijke reductie. 1 61» 1278, rostgïro 58936, rOStbOX 2D C Kleine advertentien bij vooruitbetaling van ten hoogste 30 woorden, worden dage» lijks geplaatst ad 40 cent. gin der bijen (Dr. van Es) telt de korf thans een 150-tal bewoners. Nadat de heer Risseeuw op 24 Maart de lantaarnplaatjes v. Venetië, de stad der verbeelding, had toegelicht, werd 3 April tot de oprichting eener afdee ling overgegaan, die al dadelijk 87 leden telde. Tot bestuursleden werden gekozen Dr. van Es, voorzitter, Mr. Knibbe secr; Mej. Doorneveld, penning m.e en Ds. Punselie, alg. adj. Op 16 Mei had in het Wijkgebouw Levendaal een lichtbeeldenavond over Zwitserland plaats, waarna in den zo mer de schoone reis naar Interlaken volgde onder leiding van Dr. van Es en Ds. Punselie. 17 Dec. werd een film van Noorwegen vertoond. Spr. eindigde met den wensch dat in het komende jaar evenals in het afgeloopen jaar Gods zegen op de af deeling in rijke mate moge blijven rusten. De voorzitter dankte den secretaris voor zijn uitvoerig verslag en gaf daar na het woord aan de penningmeeste- resse Mej. Doorneveld, tot het uit brengen van het financieel verslag. Dit laatste sloot met een batig saldo van ongeveer f 14. Bij acclamatie wercl door de verga dering besloten, dat het huidige be stuur voorloopig aan zou blijven, dat aan het bestuur zou worden toege voegd de heer de D,ie, alsmede dat een excursiecommissie zou gevormd .or den door de heeren Korenhoff en Pont. Als afgevaardigde naar de alge- meene vergadering te Utrecht op Za terdag a.s. werd- aangewezen Dr. v. Es. Nada.t we eerst van de draadlooze het Wilhelmus alsmede het Reislied, gezongen door Mej. Minke Ivooy (mez zosopraan, Amsterdam) hadden ge hoord, bracht bij wijze van tegenstel ling, Mej, Splinter een tweetal lie deren ten gehoore: „Vater unsér" und ..Jesus neigt sein Haupt- und stirbt" waarna haar door den voorzitter een bouquet hyacinthen werd aangeboden. Na de pauze zong eerst Mej. Splin ter: „Mein liebste ist ein Weber", een aardig nummertje, alsmede „Zo merliedje" van Arnold Spoel, daarna werd een serie plaatjes over de reis naar Zwitserland vertoond, meest op namen van Dr. van Es zei ven en die door dezen werden toegelicht. Wie de reis afgeloopen corner niet meegemaakt heeft, zal ongetwijfeld verlangend zijn, zoo zijn middelen het toelaten, in het a.s. reisseizcen een be zoek aan Zwit&rland te brengen. Zoo was het een avond van velerlei genie tingen, een feestelijke jaarverga dering in den vollen zin des .woords. Herdenking van Rev. Jc-h?. Robftason, Leiden. (Slót). Het zal u niet verwonderen, dat het Leidsche Pilgrim Fathers Genootschap, aldus Prof. v. Nes, dezen dag niet onop gemerkt heeft willen, laten voorbijgaan. Immers het is heden 300 jaar geleden, dat John Robinson, de predikant en leids man van de kleine gemeente, die, om aan de plagerijen en vervolgingen in zijn ge boorteland te ontkomen, in ons Vaderland een toevlucht had gezocht en gevonden, in deze Pieterskerk begraven werd. Geen Amerikaan bezoekt dez;e stad, of hij staat althans een cogenblik eerbiedig- stil voor de bronzen plaat, die i-n 1391 aan de buiten zijde dezer doopkapel te zijner herinnering is aangebracht met het opschrift: „In aeter na Memcria erit justus". En dan gaan de cogen van den bezoeker vanzelf naar het Jan Pesynshof" aan de overzijde, gelegen op de plaats van het „huis met de groene deur", waar Robinson heeft gewoond en waar zijn gemeente vergaderde, dat ook zijn sterfhuis is geworden. Want Robin son is zelf niet meegegaan naar de Nieuwe Werelder was afgesproken, dat hij doen zou wat de meerderheid deed, en de meer derheid bleef in Leiden. Toch bleef hij in correspondentie met de vertrokkenen, en liet het hun niet aan zijn geestelijken raad ontbreken. Wel heeft hij de begeerte ge voeld zelf ook 4© groote reis te maken, maar het is hem niet mogelijk geweest; misschien ook wel tengevolge van den staat zijner gezondheid: op den eersten Maart van het jaar 1625 werd hij opgeroe pen tot die andere veel ^rcotere reis, die geen sterveling gespaard blijft, nog slechts 49 jaren oud. Zijn kort leven is bij uitnemendheid vruchtbaar geveest. Het zaad. door hem in de harten zijner gemeenteleden ge strooid, heeft rijke vrucht gedragen in de Nieuwe Wereld, welke zooveel aan de Pilgrim Fathers te danken heeft, Om strijd zijn zijne verdiensten geroemd in 1920, toen wij het derde eeuwfeest van het vertrek der Pilgrim Fathers en de afvaart van de Mayflower gevierd hebben. Er is toen ook een oogenblik sprake geweest van een monument in deze kapel, om de nagedachtenis van dezen grooten man te eeren. Flet plan kon evenwel niet uitge voerd worden. Evenmin als dat der andere om zijn werken opnieuw uit te geven. Zoo bleef ons niets anders over dan de be scheiden hulde, waartoe wij u op dezen dag genoodi'gd hebben. Ik sprak' van een groot man, en meen daarmede niet te veel te hebben, gezegd. Ik bedoel daarmede niet; dat hij bijzonder bekwaam was. Hij was dat zeer zeker, naar het getuigenis zijner tijdgenooten. Hij was* thuis in de klassieken, wier woorden hij gaarne aanhaalde. Hij was bedreven in de theologische wetenschap zijner dagen, een gevreesd tegenstander in de acade mische disputen, die teen gehouden wer den. Niet zonder reden ïs hij op 3 Sep tember 1615 benoemd tot eerelid van de Leidsche Universiteit. Maar zoo zijn er velen geweest, bij wie wij er geen oogen blik aan denken, hen groot te noemen. De grootheid van Robinson bestaat veeleer hierin, dat hij met al zijn bekwaamheid van zichzelf klein dacht en groot van Zijn God, Die hem sterken zou tot het vervullen van zijn roeping. "Zoo heeft hij den moed gehad cm zich één te verklaren met de vervolg den, en al hun moeiten te deeltn. Zoo heeft hij een deel van zijn gemeente laten uittrekken na<r de vreemde landen als, gelijk zij g^icemd zijn, „venturers for the Kingdom"ondanks alles trouw aan zijn vaderland en zijn aardsche Souverein, ver loer :h ij nimmer de belangen van Gods Koninkrijk uit het 00g. Overtuigd Calvinist, leiper zelfs van een openbare disputatie in 1615 tegen het Ar- minianisme, was hij toch te diep doordrom gen van eigen beperktheid en feilbaarheid om eigen inzicht voor onverbeterlijk aan te zien. Niet zender reden zijn de woorden uit zijn afscheidsrede tot de heengaanden beroemd geworden, waarin hij hen ver maande hem niet verder te volgen dan hij zelf Christus volgde. Zco God hun iets qpenbaarde -door een ander Zijner instru menten, zij moesten het even willig aan nemen, als zij steeds hadden gedaan uit zijn mond. Hij betreurde het, dat Luthe ranen en Calvinisten niet verder widen gaan dan Luther en Calvijn. en bij hun Hervormers het verstand van Gods open baring wilden afsluiten. Zulke woorden in dien tijd vormen zekerden hoqge uitzon dering. Maar, pleitte hij al (Jus voor het progressief karakter van de openbaring Gods, of liever van haar echt verstand, wij mogen geen oogenblik twijfelen aan den positieven aard zijner geloofsovertuiging. Geen scepsis heeft hem verlamd. Doch hij was ervan overtuigd, dat God nog meer waarheid en licht had, Die Hij zou te voorschijn brengen uit Zijn VVoorci. Zoo bracht hij voor zichzelf de leuze van den Dooper in practijk; Hij moet wassen, ik moet minder werden. Dat is de weg tot ware grootheid. Hiêrna werden cp de plek, waar aan de buitenzijde de gedenkplaat van John Robinson zit, een krans van de Society en eenige bloemstukken aan den muur gehecht, boven de plaats waarvan vermoed wordt, dat Robinson ligt begra ven. Rev. M e r v y n sprak hierna in het En- gelsch een korte rede. Het is spr een groote eer, tegenwoordig te zijn bij de herdenking van zulk een groot man, die tevens spr.'s landgenoot was. Het is een groote merkwaardigheid, dat na ruim 300 jaar het besef van de betee- kenis van en herinnering aan dezen man mag voortleven in die mate, als waarvan deze bijeenkomst getuigt. Het doet spr goed, dat men de nage dachtenis van Robinson op zulk een wijze wil eeren, hier, waar hij, de balling, vrede en vrijheid heeft gevonden. Spr stond ten slotte stil bij- de groote beteekenis van de Nederlandsche vrijheid van overtuiging, die thans ook in Amerika en Engeland •wordt aangetroffen, maar waarop hier» alle instellingen zijn gebaseerd. Mr. v. d. Hoogt sprak als Hollandsch- Ameiikaan van de dankbare gevoelens die er in Amerika jegens de Pelgrim Fathers en hun leider worden gevonden, verzekerende, dat cok daar hun nagedach tenis in hooge eere is. Schriftelijke sympathiebetuigingen waren o.m. ingekomen van Prof. Adolf Deismann te Berlijn en van Prof. Randel Harris, die tevens een bloemstuk had gezonden. Het gezelschap begaf zich hierna naar het Jan Pese-ynshofje, waar de heer Rijst namens de regenten zijn gasten hartelijk welkom heette, waarop prof. v. Nes dankte voor de door de regenten betoonde wel willendheid, wanneer het een bezoek aan het hofje geldt. Prof. Eekhof stond in een korte rede Stil bij de beteekenis van deze historische plaats. Hier heeft een groot man gewoond en gewerkt, van wien niet alleen in Hól land, maar ook in Amerika nog steeds mer vuur wordt gesproken. Eenvoudige huisjes hebben op deze plek gestaaneen voudige menschen hebben er gewoond. Maar zij waren groot in hun volharding en geloof. Een dal van tranen, zco noemt het de schrijver van den origineelen brirt, waarin de naar Amerika vertrokken broe ders van het sters'en van Robinson wor den verwittigd, en die nog bewaard is. Drie groote helden stierven er in 1625. jacobus II van Ëngeland. Prins Mauri:s en Robinson, en onder l-.ea was de laatste de held des geestes. Den gasten wedden vervolgens de his torische portretten in het poortkamertje toegelicht, waarna Prof. v. Nes nog her innerde aan een door Dr. Plooy ontdekte bijzonderheid: de achterkamer in het huis van Dr. Schokking, waar Robinson's druk pers heeft gestaan. Een nieuwe aanwinst ras het Rijks museum vaa Oudheden. Mejuffrouw J. Brants, wetenschap pelijke assistente aan het Rijksmuse um van Oudheden te Leiden, sprak Dinsdag voor de deelnemers aan de reeks archaeologische lezingen, door deze instelling georganiseerd over ar- chaische beeldhouwkunst en meer in het bijzonder over een nieuwe aan winst van het Museum. Nadat zij, aan de hand van een aan tal lichtbeelden in het kort het ont staan en de ontwikkeling van deze archaïsche kunst, die sinds het eind van de 7e eeiv.v v. Chr. talrijke zeer karakteristieke werken heeft voortge bracht en tot omstreeks 480, wanneer de klassieke strijd begint heeft voort geleefd, had geschetst, behandelde spr. njeer in het bijzonder de nieuwe aan winst van het Museum. Deze bestaat uit twee meer dan le- vensgroote mannenkoppen met baard en getooid met een krans van blade ren; verder uit enkele kleinere koppen van hetzelfde kunst type. Het materiaal is van alle deze stuk ken hetzelfde: het is een soort zand steen zooals hij wel op het eiland Cy prus voorkomt Doch niet alleen het materiaal wijst ons naar deze streken, ock de stijl van dit beeldhouwwerk, de aanwezigheid vooral van den krans van bladeren, toonen dat de herkomst dezer stukken zeer waarschijnlijk Cyprus moet zijn. Immers daar alleen zijn dergelijke stukken gevonden. Zeer groote gelijkenis met de bespro ken stukken vertoonen de koppen van beelden die indertijd door Cesnola op Cyprus zijn opgegraven en thans in het Metropolitan Museum van New- York zijn ondergebracht. En deze beel den stellen priesters of mogelijk ook particulieren die een offer brengen, voor en te oordeelen naar de attribu ten waarmede zij zijn afgebeeld, n.l. met een duif en een wierookdoosje, is de wijding tot Apollo gericht. Spr. acht het dan ook zeer goed mo gelijk de groote archaïsche koppen die thans in het bezit van het Leidsche museum zijn gekomen, eens deel heb ben uitgemaakt van dergelijke staande beelden zoo als deze o.a. uit Golgoi bekend zijn. Spr. vond verder gelegenheid aan te toonen hoe de Cyprische beeldhouw kunst, uit omstreeks het eind der 6e eeuw (waartoe ook de Leidsche stuk ken mogen worden gerekend) allerlei buitenlaridsche invloeden vertoonen als Egyptische en Assyrische, maar hoe toch vooral het Grieksche element sterk domineert. Mej. Brants besloot haar interes sante lezing met een woord van dank uit te spreken voor den milden schen ker, die het mogelijk maakte dat deze belangrijke kunstwerken voor ons land zijn behouden gebleven. Een mooie Rente. Een gehuwde vrouw, aldus meldt ons de Raad van Arbeid, werkster, werd in Dec. '19 in de Inv. wei opgenomen. Nog slechts 3 weken werkte zij in loondienst gedurende welken tijd zegels van 50 cent voor haar werden geplakt. Daarna kon zij niet meer uit werken gaan, doch was zoo verstandig, haar rentekaart aan te houden en daarop naar vermogen te plakken. In het geheel plakte zij tot 29 Decem ber 1924 147 zegels van 25 cent. Zij had toen 150 zegels en vroeg invaliditeits- rent'e aan. Tengevolge van de op 3 De cember 1924 in werking getreden gun stige bepaling van artikel 76, 2e lid, kende de Bank haar dezer dagen een rente toe van 234.per jaar, of 4.50 per week. Het totaal betaalde premiebe drag was 38,25. Beteekent de Invaliditeitswet nu iets voor oude en invalide arbeiders, of niet? Op den Morschsingel werd gister middag de 85-jarige heer P v. P. aan gereden door een van den Stationsweg komenden auto, die naar links moest uitwijken voor een terzijde staanden auto. Het schijnt ook dat v. P. op het laatste moment nog de straat heeft willen oversteken, waardoor hij juist uit de nog het meest veilige zone ge raakte. De grijsaard bekwam 'n schaaf wond aan het linkerbeen en een bloe dende verwonding aan 't achterhoofd. Binnenland De Kamercandidaten van da Chr. Hist. Uaie. Het begrootingsdebat in de Eerstt Kamer. De Koninklijke familie ia Z\yitser- land. De begrafenis van Rijkspresident Ebert. De boodschap van president Coolidge. bij de aanvaarding van zijto ambt. Eagelands afwijzing van het proto col van Senève. Na in het politiehuis aan de Steen straat voorloopig te zijn verbonden, werd hij in het Acad. Ziekenhuis ver der behandeld. BINNENLAND. Het Koninklijk echtpaar in Zwitser land. De Koningin en Prins Hendrik zijn, naar de N.R.Ct. pieldt, gistermiddag te twaalf uur te Bazel aangekomen. De Zwitsersche Bondspresident, de heer Musy, en de leden van den Bondsraad, de heeren Haberlin, de vice-president en Motta waren naar Bazel gereisd en be groetten de hooge bezoekers in het salon rijtuig. Ook de Nederlandsche vice-con sul, de heer Hassig, was op het perron aanwezig. Daarna vertrok 't Koninklijk echtpaar naar Zurich, waar zij te 2 uur 24 aankwamen, en de consul, de heer Salomons, en de vice-consul, de heer Osieck, hun opwachting maakten. Ge durende het korte onderhoud, onder hield Prins Hendrik zich met beide hee ren. Van Zurich vertrokken H. M. en Z. K. H. naar Glarus, waar voor acht dagen appartementen besproken zijn in een hotel, waar Prins Hendrik reeds vroeger heeft vertoefd. Het koninklijk echtpaar reist onder den naam graaf en gravin van Buren. De Koningin naar Heemstede. De Koningin heeft het voornemen op 26 Maart a.s. de internationale voorjaars bloemententoonstelling in het wandel park „Groenendaal" te Heemstede te be zoeken. De Kamerverkiezingen. De candidatenlijst van de Christelijk Historische Unie is, naar de Nederl. meldt, vastgesteld als volgt: 1 mr. J. Schokking, 2 jhr. mr. D. J. de Geer, 3 J. R. Snoeck Henkemans, 4 dr. J. Th. de Visser, 5 J. A. Bakker, 6 J. Weit- kamp, 7 J. M. Krijger Jr., 8 mej. mr. C. F. Katz, 9 H. W. Tilanus, 10 dr. H. J. Lovink, 11 dr. C. W* Th. baron van Boetzelaer van Dubbeldam, 12 jhr. dr. J. W. H. Rutgers van Rozenburg, 13 ds. Joh. Langman, Groningen; 14 P. J. Nahuisen, Utrecht; 15 mr. A. A. v. Rhijn, Amsterdam; 16 J^ ter Haar Jr. Amsterdam; 17 J. Knoppers, Meppel; 18 H. van Boeyen, Voorburg; 19 jhr. mr. D. E. van Lennep, Heemstede; 20 W. F. C. van den Broek, Zwolle. Plaatsvervangers. 21 H Krol, Üit- huizermeeden; 22 jhr. W. Roëll, 's-Gra venhage; 23 A. N. Vaandrager, Rot terdam; 24 dr. J. van Bruggen, Dor drecht; 25 prof. dr. J. de Zwaan, .Gro ningen; 26 J. L. Oosterhoff, Ternaard; 27 C. Koetsveld, Vught; 28 H. C. J. te Loo, Apeldoorn; 29 mr. J. A. de Vis ser, Rotterdam; 30 A. A. Bajema, Warns. Invoer van vee in Italië. De directie van den Landbouw deelt mede, dat volgens nadere ter zake van den invoer van vee uit Nederlajid in Italië door Hr. Ms. gezant te Rome verstrekte inlichtingen voor elke zen ding vee uit Nederland een invoerver gunning moet worden aangevraagd bij' het Ministerie van Binnenlandsche Za ken (Directie-Generaal der Openbare Gezondheid). In de aanvrage moet Jiet aantal der in te voeren dieren worden vermeld en, in geval een zending bij gedeelten wordt ingevoerd, uit welk aantal elk gedeelte der zending zal bastaan. Voorts moet worden aangegeven, voor welke plaats de zending of de verschillende gedeelten eener zending bestemd zijn en over welk douane kantoor- het vee zal worden ingevoerd. Elke zending of elk gedeelte eener zending wordt gedurende 8 dagen in

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1925 | | pagina 1