Dagblad voor Leiden en Omstreken. NIEUWE LEIDSCHE COURANT ^ÜONNElftENTSPRIJS in Leiden en buiten Leiden waar agenten gevestigd zijn Per kwartaal f 2.50 Per week f 0.19 Franco per post per kwartaal f 2.90 5de JAARGANG. - ZATERDAG 22 NOVEMBER 1924 - [No. 1370 Bureau: Hooigracht 35 Leiden - Tel. Int. 1278 Postrekening 58936 ADVERTENTIE-PRIJS Gewone advertentiën per regel 225 cent. Ingezonden Mededeelingen, dubbel tarief. Bij contract, belangrijke reductie. Kleine advertentiën bij vooruitbetaling van ten hoogste 30 woorden, worden' dagelijks geplaatst ad 50 cent. $it nummer bestaat uit twee kiladen. Er is een antwoord. r Op de onlangs gehouden Algemeene Ne- 'derlandsche Zendingsconferentie deele Br. IjIarrerislGin een en ander mede uit zijne .persoonlijke ervaringen. Ivort voor zijn vertrek uit ïndië, bezocht hij in het binnenland van Tapanoeli de hoogvlakte van Sipiok, waar hij had ge preekt voor een kleinen kring van zenden lingen. Een van hen stelde de vraag hoe het met het Koningschap van Christus te rijmen as. da t Mol jammed, meer onderdanen heoft idan Jezus. Deze vraag was uit den nood geboren. De strijd der zending as daar zwaar. Met kleinen kracht moet weerstand worden ge boden aan het opdringend Mohammeda nisme. En behalve deze eene vraag, waren er tal van andere, niet minder nijpend en wel in staat om den arbeiders den moed te benemen. Men tobt, men zoekt een ant woord en komt niet klaar met de kwesties. De vraag die deze zendelingen bezig hield is een.vraag die ook op ander terrein in allerlei vorm, telkens weer herhaald .wordt. Hoe is het te rijmen, dat het den godde- loozen welgaat en dat zij die God lief heb ben geleid worden door een weg van tegen- ispoed en kruis? - 3-Ioe is hef te verklaren dat zoo velerlei .arbeid, to^li niet in eigen kracht begonnen en die toch bedoelt de eer en de verheer lijking van den naam des Heeren met on vruchtbaarheid schijnt geslagen? Hoe komt hel dat de invloed van de 'Christelijke beginselen, toch sinds jaar en dag gepropageerd, nog zoo gering schijnt, dat we altijd maar weer tegen den stroom op moeten roeien, en niet verder schijnen fe komen? Hoe is het te rijmen, dat zij die Jezus Christus als Koning eikennen ook in het •staatkundige leven en die voor de eere van Zijnen Naam wenschen te strijden, altijd weer te ven over zich vinden een veel ster ke',nn vijand? Hoe te verklaren, dat de invloed van de Christelijke school, de Christelijke orga nisaties, de Christelijke pers zoo gering schijnt en dat er van de vruchten van al cLen arbeid vaak zoo weinig gezien .wordt? ^ij tobben en zoeken voorzoover we althans over deze dingen nadenken én komen niet klaar, en het is zooal niet verschoonbaar, den toch verklaarbaar dat velen den moed verliezen en zich slrijdens- moede terug trekken. "Wij hadden gehoopt dat het de Christe lijke school zou zijn die ons vonk velossen zou, maar tot onze groote teleurstelling moeten we ervaren dat een groot percen tave van hen die de Christelijke sohool bezochten overloopt naar 'tkamp van den vijand en niet woord en daad te kennen geeft geen lust te hebben in de kennis rvart do wegen des Heeren. Het is zelfs geen zeldzaamheid dat de voormannen onder onze tegenstanders er Zich op beroemen de Christelijke school Ie hebben bezocht, en dat wat daar geleerd werd gebruikt wordt om den Christus en hef Christendom te bestrijden. Op dp Ghristehjke Jongelingsvereenivin gen en Jeugdorganisaties was veler hoop gevestigd. Daar zouden de jongelie den bekwaamd worden voor hunne taak op elk ferrein des levens en welgewapend en goed onderlegd zouden ze strides naar men hoopte, den kamp met den vijand aanvan gen, zouden ze staan om fe getuigen en te redden, om te bewaren en te bouwen. Maar hoe worden we vaak ontnuchterd. Hoe menigmaal komt het niet voor, dat de wapenen, daar ontvangen, gebruikt wor den om te strijden togen God en den Christus of dat men z\ine wapenrusting laat vervuilen en verroesten en geen moeite doet om met de talen ten daar verkregen en ontwikkeld, te woekeren. Wij hebben ons Christelijk vereenicings- Jeveu en niet te vergeten onze Christelij ke pers om ons volksleven in de goede ba- Den te leiden. Welk een geweldige kracht zou daardoor kunnen worden ontwikkeld. Wanneer alle Christenen zich in de voor hen bestemde organisaties bijeenvoegden, wanneer a^en die den Christus belijden ook steunden Je Christelijke pers, welk een macht zou dan kunnen worden gevormd, welk een Kracht dan onlwikkeld. Indien de Christenen zich" mobiliseer den, heeft eens een ongeloovig geleerde gezegd, de wereld zou schrikken. Maar de wereld schrikt niet. Want zij ziet hoe weinig do belijders Van de hun geschonken middelen gebruik Diaken. Zij ziet hoe de Christenen er vaak .oehagen in schijnen te scheppen in on- derhngen strijd hunne krachten te verte- .m. Zij ziet hoe vaak de Christelijke pers ■^ordt miskend en hoo zelfs zij van wie men in de eerste plaats steun mocht ver wachten den arbeid op dat .gebied met een medelijdend schouderophalen voorbijgaan. Neen, de wereld schrikt niet. En de vraag door die zendelingen op hun eenzamen post aan Dr. Harrenstein gesteld, komt naar vorgn: hoe is het te rij men met het Koningschap van Christus, dat wat in Zijnen Naam wordt onderno men zoo menigmaal schipbreuk lijdt, dat de vijand zoo sterk is, en dat er in eigen kring zooveel onverschilligheid is en lauw heid en 'lusteloosheid? Zoo wordt er getobt en gezocht en ge zucht. En toch, Dr. Harrenstein heeft er terecht aan herinnerd, er is een antwoord. Hebreen 11 geeft het, als het heel: „Door het geloof zijn de muren van Jericho ge vallen, als zij tot zeven malen toe omringd waren geweest." Wij staan met Christus' Zendingsheyel en met alle werk in Zijnen Naam en onder Zijne banier begonnen, voor sterke^ muren, voor muren die onwrikbaar schijnen en onwankelbaar. Maar die muren, ze zullen vallen, mits er bij ons is het geloof, een geloof, dat zich openbaart in de werken. STABS&1BE&BWS. ANTI-REV. KIESVEREENIGING. Mr. Rutgors over het ontwerp-program van actie. De anti-revolutionaire Kiesvereeniging liicld gisteravond in het „Nut" een verga dering waar Mr. V. H. Rutgers, lid van de Tweede Kamer, het woord voerde over het ontwerp-program van actie 1925 der anti-rev. partij. De voorzitter, de heer R. Z u i d e m a, opende de vergadering, liet zingen Ps. $0: 6, ging voor in gebed, las Ps. 19 en heette daarna de aanwezigen welkom, in het bij zonder Mr. V. H. Rutgers. Het doel dezer vergadering is onze ver kiezingscampagne in te zetten. Wij gaan een hevigen strijd tegemoet, doch er is voor ons geen reden ontmoedigd te zijn. Onze leider is tot een belangrijk werk ge roepen en heeft dat tot een goed e'nd ge bracht, en onze Kamerfractie heeft hem daarbij getrouw ter zijde gestaan. Er zijn wel minder aangename woorden gericht aan het adres van den heer Go- lijn en van onze Kamerleden, doch dit verandert niets aan het feit dat wat verle den jaar onmogelijk scheen, thans werke lijkheid is geworden: het tekort van 130 S, 140 m'llioen is weggewerkt en we hebben een sluitende begrooting. Spr. wees er ten slotte op, dat het in onzen poütieken strijd niet gaat om belan gen maar om beginse^n en gaf daarna het woord aan Mr. V. H. Rutgers tot het houden zijner rede. Spr. begon met er op te wijzen, hoe hier reeds lang vóór de verkiezingen de verkie zingsstrijd begint, in tegenstelling met b.v. •landen als Engeland; wellicht hangt dit samen met het bedachtzame in ons volks karakter. De strijd op politiek gebied, die gevoerd wordt om beginselen, is een onderdeel van den grooten strijd tusschen geloof en onge loof, dio op elk terrein van menschelijk le ven en werken wordt gevoerd. Wel komt d:e strijd op staatkundig ter rein hijzonder tot uiting, en dit is ook wel te begrijpen, omdat daar beslissingen moe ten vallen, die ailen hinden. Bovendien is de staat in den loop der eeuwen meermalen geworden een bolwerk der an li-christelijke machten. Het gaat bij de staatkundige worsteling niet enkel om de inrichting van het pu blieke leven, maar "ook om den invloed, die zijdelings door den staat wordt geoefend op het volksleven. Daarom is het van belang en noodzake lijk, dat wij ons bez'nnen op onze' verant woordelijkheid en roeping. Ook in de poli tiek komt een roeping lot ons, formeel in de stembuskaart die ons wordt toegezon den en materieel in zooverre we allen in vloed moeten oefenen op het staatsbestuur. Wij allen kunnen daar invloed op oefe nen, omdat wij allen onze plaats hebben in het ingewikkeld raderwerk der maat schappij. Ook in de geestelijke worsteling kan ieder invloed oefenen, elk heeft in ^jn le ven gelegenheid te toonen dat hij geeste lijke goederen stelt hoven stoffelijke goe deren of kan op andere wijze invloed oefe nen voor de goede zaak door uit te komen voor zijn overtuiging. De openbare meen:ng, .ook wanneer het betreft onderdee'en als de financiee'e kweslie en de defensie, wordt gevormd uit de opinies der afzonderlijke personen en zoo kan ieder die puh'ieko op'n'c beïnvloe den. De allereerste roeping in de anti-revolu- fiona-re partij is: het beginsel voorop te stellen, daarvan hangt de kracht af voor ons verder optreden. Aan dit opkomen voor 't beginsel dankt de anti-rev. partij haar bestaan. Zeker is de anti-rev. partij tot bewust heid gekomen door den schoo-lslrijd; de ouders, die vöor hun kind het onderwijs in 't eene noodige begeeren, konden dien wensch niet vervuld zijn. Had 't om andere dingen gegaan, wel licht waren de Geref. mannen en vrouwen dan wel met een boekske in een hoekske blijven zitten, doch de schoolstrijd heeft ze vercenigd. Nog altijd is er reden de beginselen voorop te stellen, want nog altijd wordt ontkend door onze tegenstanders, dat de chr. beginselen op het staatkundig gebied mogen gelden. Spr. herinnert in dit ver band aan de interpellatie van Mr. Boon over de weigering van de goedkeuring der statuten van de Ver. de „Dageraad" door den minister van Justitie. De subjectieve overtuiging aldus onze tegenstanders mag niet meespreken wanneer het gaat over de goedkeuring van statuten e.d. Nog altijd heerscht dezelfde geest, die Thor- becke tot Groen van Prinsterer deed zeg gen: „Waart gij maar een stille partij", en ontkent dat de Chr. beginselen ook op po litiek gelr'ed een woord mogen meespreken. Hierin ligt ook een miskenning de lieer Schouten heeft 't dezer dagen in de Kamer nog gezegd der democratie en van het Algemeen kiesrecht. Want anders moesten onze tegenstanders z:ch neerleg gen hij wat de meerderheid van 't volk te dezen opzichte wil. Doch de volstrekte religieuze neutraliteit staat nog altijd in het vaandel onzer te genstanders geschreven. Gaan we er 1oe over het op onze begin selen opgebouwde program te vergelijken met hetgeen tot stand is gekomen, dan achten velen het resultaat onbevredigend. En dit is niet te verwonderen, want de ant'-revolutionairen zijn geen meerder heid, doch slechts een kleine minderheid. Zij moeten samen gaan met chr. hist, en roomsch-kath., die wel van dezelfde begin selen uitgaan, doch ook hun eigen politieke denkbee'dcn hebben. Die onbevredigdheid heeft dan ook recht vau bestaan, mits men daaruit n;et afle;de, dat er niets tot stand i's gekomen en dat God den arbeid onzer partij niet heeft gezegend. Spr. wijst in dit verhand op een tweetal punlen: de strijd voor het vrij chr. on derwijs en de strijd tegen de reglementee ring der prostitutie, die e:nd'gde met het wettelijk verbod van bordelen. Wanneer twee zu'ke overwinningen, overwinning niet. door numerieke 'over macht doch door het zedelijk overwicht van argumenten worden behaagd dan mag men niet zeggen dat de strijd der anti-rev. partij vruchteloos is. Spr. noemt voorts nog do veranderde houding der regeering tegenover de Chris telijke zending, de strijd voor de eerbiedi ging van den Zondag, alsmede de doorwer king onzer beginselen in het strafrecht en de staatsleer; wat dit laatste betreft herin nert Spr. nan het hooghouden van het ge zag in 1918. i Een andere reden waarom velen onbe vredigd zijn met do resultaten onzer poli tieke actie is dat zij zeggen, dat er zooveel kwesties in de neutrale zone liggen, waar- bij het beginsel niet meespreekt. Toch is 't n'et volgens ons anti-rev. be ginselen, dien arbeid in de neutrale zone te miskennen. Zoo komt Spr. tot het speciale punt van onzen strijd: de zorg voor de financiën. Zou dit niet iets zijn voor onze Chr.* re geering? Maar hoe zoudt ge dan denken over een man, die altijd in de "weer was voor Gods koninkrijk, doch zijn eigen ge zin liet verwaarloozen? Volgt zoo iemand zijn roeping? Wij mogen er trotsch op zijn, dat het onze leider Oob'jn is geweest, die het werk van het herstel der f'nancië heeft ter hand genomen en ondanks de tegenwerking van alle partijen der linkerzijde en hij alle on derdeel en tot een goed eind gebracht. Toen dan eindelijk voor 1925 een slui tende begrooting werd aangeboden, werd op allerlei wnze afbreuk gedaan aan de be- teeken's en de verdienste- van dit werk. 't Vo'gendo stad'um zal nu waarschijn lijk-zijn. dat de heeren van den Vrijheids bond het land ingaan en zeggen: 't Herstel der friancion is eigenlijk ons werk geweest. Min'ster Colijn heeft (vooral bu:ien de Kamer) veel bewondering en waardeerng gevonden voor het tot uitvoering brengen van deze zware taak. Daar .staat evenwel tegenover, dat, ook in eigen kring, critiek is geoefend op de maatrege'en, die de re geering heeft moeten, nemen, b.v. de sala- rasvernrndering d.er ambtenaren. Moeten we ons bezorgd maken, dat velen om d e teleurstellingen aan de vanen der ant;-rev. partij den rug zullen toekeeren? Spr. ge'ooft dat daar geen reden voor is. De groep, die-sedert 1572 den grondtoon van ons volksleven heeft gevolgd, zal zich niet laten afbrengen van 't vaandel, dat zij tot nu toe hebben gevo'gd door het feil dat in Naderhand in 1024 evenals in allo andere landen bezuinigingsmaatregelen noodig waren. Doch, al :s onze begrooling sluitend gemaakt, daarom zijn do f'nar.eiën nog niet op een gezonde basis geste'd. Daarvoor zijn de lasten veel te hoog, wanneer me.n weet, dat ann de publieke kassen (Rijk, Provincie en Gemeente) f 139 per hoofd on per Jaar moet worden opge bracht. De belasting bedraagt 1/4 van het nationaal inkomen en dit houdt de vor ming van nieuw kapitaal tegen. Het voortdurend toenemend aantal men- schon. dat hier con Wonsonderhoud moet vindon, maakt uitbreiding der kunstmatige werkgelegenheid noodzakelijk. Hoeveel millioenen moeten er b.v. niet gestoken worden in een nieuwe haven te Rotterdam of een nieuwe mijn in Lim burg. Van het volksinkomen moet een voldoen de gedeelte worden weggelegd om nieuwe productiemiddelen in het leven te roepen. Wordt van het volksinkomen te veel ver teerd, zoowel' door de enkele personen, als door do publieke diensten, dan daalt de welvaart des volks. Daarom is noodig: vermindering van lasten. Het volgende punt, dat onze aandacht vraagt, is de defensievraag. Hier heeft de anti-rev. partij c-en roeping te vervullen tegenover de afwijkende mee ningen hieromtrent. Dan behoeven we ons er niets van aan te trekken, als we „niilairisten" worden ge scholden. Er is geen sprake van, dat onze partij het overwicht van de militaire autoriteiten zou voorstaan; doch wel kiest zij vierkant partij tegen de leuze van „ontwapening", zooals die aangeheven wordt door sociaaal en vrijzinnig-democraten. In geen enkel land, misschien het kleine afgelegen Denemarken uitgezonderd, wi! men in onzen tijd ontwapening. Doch niet daarom alleen weten we ons sterk, doch veelmeer om de volgende rede nen. Onze weermacht is er alleen, om op te komen tegen het plegen van onrecht en het recht te beschermen. Onze weermacht is in de eerste plaats bestemd, om bij 'n eventueele uitbrekenden oorlog onze neutraliteit te handhaven, en daarvoor is onze weermacht in den we reldoorlog gebleken voldoende te z'jn. Verklaringen in dat opzicht van Gene raal von Moltke, chef van den Duitschen generalen staf 'en den Engelsche minister Churchill laten geen twijfel over, of de Ned. weermacht was een factor, waarmee gerekend werd. Hier komt nog bij 't geen in Sept. '24 te Genève werd besproken. Er wordt door de bevolkingen uitgezien naar een beperking der offers voor de weermacht en het in 't leven roepen van een rechtsverhouding tusschen d.e volken. Hiertoe is in Genève een belangrijke stap gedaan. Het protocol van Genève is een werk van boteekenis geweest en ten volle do aan dacht waard. Er is daar een regeling ontworpen, dat de staten elkaar zullen bijstaan tegen eiken aanvalsoorlog, en als aanvaller wordt be schouwd de staat, die weigert zijn geschil aan 'arbitrage te onderwerpen. Dit protocol stelt de volken dan in staat, zijn bewapeningen zoo veel mogelijk te be perken. Nederland, als het toetreedt, zal dan ook moeten optreden tegen den staat-misdadi- ger. Zoo komt dan onze weermacht in een ander licht te staan; zij zal dan gebnrkt worden om het recht te handhaven, niet slechts in Nederland doch ook daarbuiten, wellicht in verre landen. Nederland kan dus niet ontwapenen, want dan zou het waarlijk niet meewer ken om de internationale zekerheid tegen aanvallen te vergrooten, doch de ontwa pening van anderen tegenhouden. Di't prolocol van Genève werpt zulk een helder licht op het eigenlijke karakter vau de ontwapening, dim eigenlijk neerkomt op het vrij spel laten aan het onrecht. Een dergelijke houding door meerdere staten toegepast zou maken dat de staten, die in het international verkeer de grootste roo- vers zijn, den baas zouden gaan spelen in ons werelddeel en daarbuiten. Ook argumenten voor ontwapening als de internationale soh'dariteit der arbei ders en het vertrouwen op de zegepraal van het gezond verstand beteekenen niet vyel en kunnen door ons gezien de prac- tijk niet worden aanvaard. In het besef van onze roeping en verant- wcorde!ijkhe:d moeten we dan den komèn- den stembusstrijd tegemoet gaan. Het gaat daarbij niet om het Kabinet; mocht de uit slag zoo zijn, dat we niet geroepen wor den regeeringsverantwoordelijkheid te aan vaarden. dan zul]en we daarover niet treu ren en mochten we wel daartoe geroepen worden, dan zullen we ons niet daaraan onttrekken. Zoo zullen we mede door onzen poHti-e- ken arbeid de komst van het Koninkrijk Gods zoeken te bevorderen. Op de rede van Mr. Rutgers vo'gde een warm applaus. Van de gcleg?nherd met den spreker van gedachten te ^wisselen, werd door een zes-tal heeren gebruik gemaakt De heer A 1 b e r s bracht do kwestie van de Zondagstrcinen ter sprake. De heer Nielsen sprak over de ver- houdiug tot onze bondgenooten in dc Ka mer en wees op het goede, dat er voor on ze partij in zou liggen, indien wo op ons zelf zouden staan. De lieer Stoelman achtte de mogelijk heid niet uitgesloten, dat velen door onte vredenheid over de daden der regeering op de kleinere Christelijke partijen zou den stemmen bij" de a.s. verkiezingen. Ook had hij bezwaren tegen aanslui ting bij den Volkenbond, aangezien deze zaak in handen is van menschen, die met Gok niet rekenen. Do heer W outers wees op de salaris- vermindering der ambtenaren. De heer Bcrgsma van Hazerswou- de vroeg een en ander over het con cept-program van actie, met name over dei staatsloterij en de va-ccinatie De heer Boekkooi deed de vraag, oB we met de gelijkstelling eigenlijk niet de vrijheid onzer christelijke school hadden opgeofferd. Mr Rutgers beantwoordde de gestel- de vragen Wat de Zondags treinen betreft, deelde hij mede, dat dienzelfden middag Minister Buys de Beerenbrouck in de Tweede Ka mer had gezegd dat de regeering zou 4 overwegen, maatregelen te nemen dat diti zich volgenden zomer niet zou herhalen'. Dit .overwegen" komt wel neer op een; toezegging. Dat onze partij weer op zichzelf zou staan is een heimwee, dat bij vele antire volutionairen bestaat. Do samenwerking met andere partijen heeft ongetwijfeld; moeilijkheden, maar we moeten van een christelijke meerderheid en een christelijk kabinet maken wat er van te maken valt, en dat is heel wat. Het is mogelijk, dat sommigen uit onte vredenheid over de bezuinigingsmaatrege len der regeering op andere partijen. o£ partijtjes zouden willen slemmen, doch dan is het onze plicht, hen juister in te lichten en van dat voornemen af te bren gen. Mot betrekking tot den Volkenbond wees spr. er op, dat in de leidinggevende kringen nog wel het verband met heb Christendom wordt vastgehouden, en ook al berust de leiding niet geheel bij man nen van onze overtuiging, toch moeten we niet vergeten dat God ook op dio wijze ons een zegen kan bereiden. De salarisvermindering voor do ambte naren bedraagt voor de gehuwden gedu rende het jaar 1925 slechts" ten hoogste 10 /o. Bij de ongehuwden komt 't voor, dat dit korting meer bedraagt, doch de opzet van 't nieuwe Bezoldigingsbesluit is do verhoudingen billijker te maken, Do hervaccinatie in het nieuwe wetsont werp is iets, wat spr. en met hem velen in den lande heeft verrast. Zelfs de vu rigste vaccinatie-aanbidder had daarop niet durven hopen. E.r is een wetsontwerp in de maak tot geleidelijke afschaffing van do staats loterij. Het is evenwel de vraag, of d;t er bij de Tweede Kamer door zou komen. SpT. zou echter minister Colijn niet dur ven adviseeren bij verwerping af te treden Het land zou er niet mee gebaat zijn en de tegenstanders der loterij evenmin! De heer Zuidema sprak een kort slotwoord, waarin hij wees op de groote beteekenis van den strijd voor de anti- rev. beginselen voor het wezen en welwe zen van ons land, dankte Mr. Rutgers en verzocht dezen de vergadering met dank gebed te sluiten. Hoewel do opkomst nog wel iets groo-ter had kunnen zijn, kunnen wij met tevreden heid op dezen avond terugzien. HET NATUURKUNDIG LABORATORIUM Een gift van 100.000 dollar. De Minisler van Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen deelt het volgendo mede: De Internationale Education Board van de Rockefeller Foundation heeft z:ch be reid verklaard eene som van 100.000 dollar ter beschikking van de Regeering te stel len, om daaruit, ten dienste van het on derzoek in het Natuurkundig Laboratorium te Leiden, bijzondere instrumenten en hulpmiddelen aan te schaffen. Dat aanbod heeft de regeering met groote ingenomen heid aanvaard. Als contraprestatie heeft de Rockefeller Foundation, ten e:nde den voortgang van het wetenschappelijk on derzoek met de nieuwo hulpurdde1 *r io verzekeren, gevraagd een jaarlijksch# bui tengewoon subs:die ter beschikking van het laboratorium te stel'en van f T0.000, waar van f7500 ten einde het aan wetenschap pelijke werkers mogelijk te maken hun lijd aan het onderzoek te wijlen en f 2500 voor materieele onkosten. De Minister meent 'deze voorwaarde te-1 genover oen aanbod, dat voor de Neder-) landsche wetenschap zoo eervol is, te moe-» ten aanvaarden. De genoemde bedragen zullen echter eerst hij jaarüjkschc opklim ming in 1928 benoodigd zijn. Voor 1925 kan worden vols'aan met f5000 aan perso-< neele hulp; in 1920 met f 5500 aan perso- neele hulp en f500 voor materieel en in 1927 met f 6000 voor personeel en f 1000 voor materieel. De heer J. M. Krijger over de H. G. S. Voor een stampvolle zaal eprak gister-» avond in „Prediker" het Kamerh'd J. M. K r ij g e r over de practijken van de Herv. (Ger.) Staatspartij. Zu-'ks op uitnoodiging van de C. H. Kiesvereeniging aRrer. De vergadering stond onder leid:ng van M r. D r. J. S c h o k k i n g, eere-Voorzit-i ter, die na de opening een gedeelte uit Ps. 119 las Ps. 25:2 liet zingen, en voorging in gebed. Het is geen gewoonte, aldus spr., van do C. H. partij, om protestvergaderingen als deze te houden. Eerder hot tegendeel. Maar waar het streven van de H. G S. den laatsten tijd blijkbaar nergens andera op gericht is, dan op bestrijding van do recbtsche groepen, achtte het bestuur van. da Leidsche af de el ing den tijd gekomen

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1924 | | pagina 1