Gemeenteraad Hiliegom. Vergadering van den raad dezer gemeen te op Vrijdag 31 October, 's namiddags 2 uur. Voorzitter: de heer Wentholt, burgemees ter. Aanwezig: alle leden, behalve de heer Hoogmoed (met kennisgeving) en de heer De Vreugd, weth. De Voorz. opent de vergadering met ambtsgebed en doel» daarna mededeeling van een wijziging van art. 10 van het ver drag met Noord wijkerhout, betreffende ar bitrage bij geschillen, aangezien de vorige redactie van dit artikel in strijd was met art. 624 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering. De beslissing zal nl. hiet komen bij Ged. Staten doch bij den Rech ter in het Arrondissement, waaronder Hil iegom ressorteert. De notulen worden met deze wijziging vastgesteld en de ingekomen stukken aan geboden. De gemeente.rekening, dienst 1923 wordt aangeboden en tot leden der commissie voor het nazien daarvan benoemd, de hee- xen Fijma. Vermeer en v. d. Loo. Vervolgens worden door B. en W. aan den Raad aangeboden de begrooting Gas bedrijf en de gemeentebegrooting dienst 1925, die in de volgende raadsvergadering zullen behandeld worden, alsmede de be grooting Burgerlijk Armbestuur, dienst 1925, sluitende in ontvangsten en uitgaven met een bedrag van f 18.000. Door Mevr. I. J. van WaverenKieken hagen, wordt aan den raad ten geschenke aangeboden een zilveren inktkoker en door den heer J. B. van Waveren een Spaansche tafel van Philippijnsch hard hout. Deze schenking wordt in dank door den Tffad aanvaard. De heer F ij m a vraagt, of er bezwaar te gen bestaat, deze voorwerpen voor het pu bliek ter bezichtiging te stellen, waartegen de Voorz. geen bezwaar heeft. De nadere overeenkomst met de ,.Nill Mij.", inzake verband schuldbekentenis ten behoeve van de Verzekeringskamer wordt goedgekeurd. De verordening op de heffing en invor dering van schoolgeld ge.woon en uitge breid lager onderwijs wordt hernieuwd. De heer Vermeer deelt mede. dat hij nog dezelfde bezwaren tegen deze verorde ning he,éft als verleden jaar, al zijn ze wel iets minder geworden. Aan de orde komt de verlenging van den termijn van ontruiming van onbewoonbaar woningnood. De heer Fijma zal niet tegen deze. ver lenging stemmen, omdat de bewoners geen ander huis kunnen krijgen. Alleen zou spr. in overweging willen geven een uitzonde ring te maken voor de woningen Beekkade 13. 15 en 37 en Hofstraat 9. die leegstaan. Spreker vraagt, welke maatregelen B. en W. overigens denken te nemen tegen de.n "woningwet. De heer Vermeer deelt mede, dat B. en W. op dit punt van woningbouw zeer diligent zijn. doch wijst op de financiëele moeilijkheden. Spreker vraagt of B. en W. niet in be sloten vergadering wat van hun plannen kunnen meedeelen. De Voorz. zegt, dat ér al een plan is ingekomen van „Patrimonium" en waar schijnlijk zal nog een plan inkomen van „Goed Wonen". Het eerste bevat 48 en het andere 51 woningen. De heer Klaver wijst op de moeilijk heid, dat de menschen niet. alle gelijk van de onbewoonbaar verklaarde woningen af gaan. zoodat dan het kapitaal van sommi ge huiseigenaren jarenlang renteloos blijft staan. Spreker oefent er eenige critiek op, dat menschen die pas in de gemeente wonen, soms al eeoi huis bij Patrimonium krijgen en zou liever oudere menschen daarvoor in aanmerking willen doen komen. De heer Vermeer zet de moeilijkheden uiteen, wanneer het betreft een dertigtal woningen, te verdeelen onder een groot aantal menschen. De heer Schrama wil ook iets over den woningbouw zeggen. Binnenkort zullen een 40-tal menschen op straat worden gezet omdat hun huis door de Gezondheidscom missie onbewoonbaar is verklaard, doch de huren, die die mensehen bij den nieuwbouw moeten betalen, zijn veel te hoog en kun nen door de arbeiders niet betaald worden. De gemeente heeft verschillende terreinen liggen die geschikt zijn voor bouwgrond. Kunnen we die terreinen niet in orde laten maken door de werkloozen, dat is een prac- tische werkverschaffing en kan dan de ge meente geen woningen gaan bouwen met een maximumhuur van f 4.per week, De Voorz. zegt, dat dit onderwerp pas aan de orde komt als de plannen ingeko men zijn en behandeld worden. Het voorstel van B. en W. wordt daar na goedgekeurd. Van J. B. Verhaar is een verzoek inge komen om vaste aanstelling als kantoor bediende ten kantore van gemeentewerken en om nadere regeling van zijn bezoldiging. B. en W. stellen voor de aanstelling van Verhaar te verlengen tot 1 Oct. 1925. De heer F ij m a vraagt, of het besluit van B. en W. berust op een onderzoek, in gesteld bij zijn leeraar in bouwkundig tee kenen. den heer de Vries. Voor de tweede maal is deze zaak al uitgesteld. Spr. heeft van den heer de Vries een gunstig rapport ontvangen betreffende de vorderingen van Verhaar. Welke eischen stellen B. en W. dan toch? De Voorzitter herinnert er aan, dat deze zaak indertijd in den breede in een geheime vergadering is behandeld, in welke vergadering de heer Fijma niet tegenwoordig was. Daarom trekt doae het geen hij gezegd heeft weer in. De heer Schrama heeft den indruk gekregen, dat hier een ondergrondtsche politiek wordt gespeeld in deze zaak. De Voorzitter* zegt. dat gebleken is, dat Verhaar zich nog niet voldoende be kwaamd heeft en daarom krijgt hij nog een jaar tijd om zich te bekwamen. De heer Selhorst zou de zaak af willen maken, desnoods in een geheime vergadering; hij krijgt den indruk, dat hier toch wel iets tusschen zi.t. Kan Verhaar b.v. geen vaste aanstelling kriigen met een proeftijd van een jaar? De heer Loerakker wijst er op. dat Verhaar behandeld is zooals niemand in een particuliere betrekkinzou behandeld worden. Hij krijgt den tijd om zich te be kwamen en men kan niet zeggen dat de raad lichtvaardig over zijn belangen heen stapt. Het voorstel van B. en W. wordt in stemming gebracht",en met alg. stemmen ae nomen. Te t'en over 3 gaat de raad over in ge heime vergadering ter bespreking van den zetel van het vereenigingsgehouw derVer- eeniging Bloembollencultuur." Te 5 voor 4 hernpent de Voorzitter de openbare vergadering. B. en W. stellen aan den raad voor B. en W. te machtigen tot voorkoop van een geschikt terrein in overleg met bclanvheb- Ivmdprt rm d't r»1"* hr-t dpgfijds aange vraagde bedrag f 50.000) aan fe bieden voor de stichting van-een beursgebouw c a., op te richten door de Alg. Vereen. Bloc mbo) 1 encu 1 tuur. Het voorstel wordt in stemming ge bracht en met alg. stemmen aangenomen. Bij de rondvraag zegt de heer F ij m a, da.t in de gemeente een soort van ruilhan del voorkomt, met het gevolg dat de kin deren kleeren enz. gaan inruilen voor speelgoed; zijn B. en W. bereid, daar maat regelen tegen te nemen? De Voorzitter zegt overweging toe, wat in dezen gedaan kan worden. De heer Vermeer vraagt m? tregclen te nemen tegen het rijden per fiets met 'n hond aan een touw; dit.kan tot ongelukken aanleiding geven. De heer v. Houten wijst op de nood- zakeliikhe:d van verbetering van de Hille- gommerhrug. De Voorzitter zegt behandeling dezer zaak hif de begrooting toe. Te even 4 uur sluit de V o o i z i 11 e r do vergadering. Een kijkje in New York. Kent u New York? Et wonen 5.600.000 menschen, waarvan 2.000.000 in heb buiten land geboren zijn. New York kan zich be roemen, dab het meer Italianen bergt dan Rome, meer Ieren dan Dublin, meer Duit- schers dan Bx*emen, en een tiende van alle Joden ter wereld. New York telt meer telefonische aan sluitingen dan Londen, Parijs, Berlijn. Leningrad en Rome te zamen. New York gaat prat op de 5 grootste bruggen ter wereld; de kleinste is nog langer dan een mijl. Dagelijks zijn 2000 theaters en bioscopen open en. vol. Er zijn 1500 kerken voor alle gezindten. Meer dan 300,000 bezoekers stroomen dagelijks de stad New York binnen. Elke 52ste seconde stroomt een passa giers sneltrein binnen. Elke 13de minuut huwt er een jong paar, en elke 6de minuut aanschouwt een nieuw New YorkeTtje bet levenslicht. Elke 10de minuut opent een nieuwe win kel of zaak en elke 51 minuten ontstaat ee nieuw gebouw. Ziet, dat is New York! (Politiegids.) Tragedie der mode. De „Maasbode" geeft er 'n carricatuur van. Maaa* een oarrioataur benadert de "werkelijkheid vaak zeer ver! Een dame komt in een kapperswinkel. Zij wil de blonde haarspelden koopen. Haar prachtig blonde haar is smaakvol opgemaakt. De kapper: „Mevrouw houdt nog altijd van lang haar, de mode is kort haar". De dame: Ik De kapper: „Chic is. tegenwoordig kort haar". De dame: „U meent, dat ik De kapper: „Ik meen niets, ik weet ze ker. Een beschaafde wrpuw van de wereld draagt het haar kcxrt. En 't is zoo gemak kelijk De dame: „Werkelijk De kapper: „Wilt u 't niet probeeren, *t zal u uitstekend staan!" De dame: „Zou u denken?" De kapper: „Bubikop is onze speciali teit." En hij leidt de dame in den kapsalon, en laat haar plaats nemen. De kapper: „Mevrouw zal zich zelf da delijk kunnen overtuigen. Twintig minu ten. f 1.50." En de dame laat hem begaan. En reeds rollen de prachtige blonde vlechten over den witten kapmantel. De schaaT tikkelt. De kapper: .,U prefereert dus kort haar boven lang De dame: Ja. maar... De kapper: „Vele dames en heereai ook zien toch liever lang haar." De dame: „U gelooft dus De kapper: „Ik geloof niet, ik weet zeker. Er zijn veel dames die het haar lang dra gen en daarbij blijven." De kapper: „Met lang haar kunt u zulk prachtig coiffure maken. En 'f is zoo practisch." De dame: „Is u daar zeker van?" De kapper: „Zoo zeker, dat over een maand geen enkele dame van de wereld meer een Bub'kop heeft. Lang haar zou u prachtig staan." De dame: „Maar waarom hebt u dan De kapper: „Wij maken de beste combi naties. Specialiteit van ons huis, In elke kleur Wenscht mevrouw soms een garni tuur in kleur?" En de kapper draait het prachtig blonde afgesneden haar van de dame tot een zeld zaam mooie vlecht. De kapper: „En billijk, kost slechts tach tig gulden. En zeldzaam blond. Zal ik 't voor u inpakken?" En hij reikt de dame het pakje met haar. Zij betaalt de rekening, een pakje spelden 75 ets., een Bubikop f 1.50. Een blonde haarvlecht tachtig gulden. En de dame verlaat blij den winkel met haar haarspelden, Bubikop en haar eigen inge pakte haar, gelukkig dat zij tra met de mode kan meedoen. INGEZONDEN (Duiten verantwoordelijkheid der Redactie) Rijnsburg, 29 Oct. 1924. Mijnheer de Redacteur. Mag ik voor onderstaande regelen een kleine plaatsruimte? Het is naar aanleiding over de debatten in onze Tweede Kamer over de Tariefwet. Daarbij is ook gesproken om den invoer der bloemen niet te belasten met 8 maar met 5 procent. Ik zal den persoon in kwestie niet noe men anders zou de gedachte post kunnen vatten dat er partij'kwesties in geding waren. Doch alleen wil ik even opmerken dat toch de b!o«?menkweekers zeker met zulke voorstellen niet gediend zijn. Ik zou tegen zulke Kamerleden willen zeggen: Kijk toch eens naar Duitschland. Daar heft men op 't oogenblik zestig cent per Kilo. Dit is zoo hoog dat het den invoer van -sommige soorten niet alleen hooger be last maar de invoer zelfs onmogelijk maakt. Dit is voor sommige artikelen geen 8 procent maar wel 300 procent. En als nu sommige Kamerleden medelijden hebben met de tuinders, welnu laat bet dan niet in verkeerde richting' werken, want vele bloemkweekers is bet lang niet naar den zin. dat b.v. de Fransche bloemen hier zoo gemakkelijk binnenstroomen. Ik zou dezen Kamerleden dezen raad wil len geven :doet de moeite eens, en gaat eeist eens op informatie uit. Misschien komen ze dan wel tot heel andere gedachten en vra gen dan aan onzen Minister Colijn: och leg op die bloemeninvoer s.v.p. nog wat op. Want die Fransche bloemen verzwelgen dikwiils onze arme tuinders. Geachte Red. ik wil hiermede niet zeg-»£ gen dat ik een helder oog heb inzake dè| Tariefwet. dat kan men van 't platteland f ook niet verwachten. ir Maar dit is ookwaar:dat door onze tuinders op echte tuindersmanier van sommige on^f zer Kamerleden wel eens gedacht word (Tv wat doet zoo iemand in de kou. Gelukkig dat wij nog een flinken Minister Colijnx hebben, die de tuinders anders bekijkt en t, hun belangen beter behartigt. Zouden wii_| dit misschien nog daarover te danken heb-'y ben dat 't platteland hem niet onbekend is? f Met dank voor de plaatsing T. KRALT Czn. i Geachte Redactie' 1 Vergun mij s.v.p. een klein plaats-je in l Uw veelgelezen blad. Bij voorbaat mijit} hartelijken dank. 'i Zooals een advertentie in Uw blad mel<V£ denkt ondergeteekende, gelijk als in meer i plaatsen ook te Sassenheim een inzama-1 ling te houden voor het blindeninstitnuï „Bartimeüs" te Zeist. Deze inrichting be-"5 oogt de Christelijke opvoeding van blinde] kinderen. Aangezien de inrichting voor 't meerendeel kinderen herbergt van min oi^ onvermogende ouders, die geen of weinig_.J schoolgeld kunnen betalen, doe ik met vrijmoedigheid een beroep op de mildda- i digheid van ingezetenen van Sassenheim, i teneinde door het offeren van hun gaven'X voor het blinde kind de inrichting boven'! genoemd in stand te kunnen houden enij daarin hun liefde te toonen voor hen, diol zooveel moeten missen. Het groot, gemis I van het gezichtsvermogen voel ik oolct zelf, aangezien ik ook zelf bijna blind hen s en mij dientengevolge door zienden, diet} mij bereidwillig bijstaan, moet laten gewi leiden. li Was voorheen veler medewerking tcrtl instandhouding van het werk dat „BaTlPl metis" aan blinden doet, zoozeer noodi^f thans nu de inrichting voor het grootstot deel een prooi der vlammen werd, is dit» dubbel noodig. Iedere gave klein engrootfy zal dankbaar worden aanvaard. 3 November en volgende dagen denk ik de ingezetenen van Sassenheim voor bovengenoemd doel te komen bezoeken. Met beleefde aanbeveling, Mej F. VAN DER WERF, Willem Barendsstr. 16. Meppel. I Voorschoten, Oct. 1924. Rondgang om oude goederen. De commissie voor den rondgang omf? oude goederen heeft haar taak neerge-> legd. De ingezetenen zullen geen circulaire j van haar ontvangen. De rondgang zal dus ook dit jaar niet) plaats vinden. De redenen die hiervan de oorzaak zijn, v zijn lichtelijk te bevroeden. Maar wat de oorzaak ook is de offer* vaardigheid der ingezetenen van Voor* schoten en Ringdijk zeker niet. Wij zijn u grooten dank schuldig, kens hebt ge ons met goederen en geld blijd. jy Wij kunnen dan ook niet nalaten u harJj telijk dank te zeggen voor de liefde en? toegenegenheid ons meer dan 30 jaar be*>. toond. Wil zelf nu uwe goederen uitdeelen en£ 5 neem nog den erkentelijken dank de. Namens de Commissie, P. J. H. PIER ON, ou d -V oor zi t terji Voor*f g. Te J eld ver missie aan. Ons Babbelhoekje. I Beste jongens en meisjes. De Herfst is aangekomen Hij delffc het wintergraf De storm schudt van de boomen De gele blaad'ren af. Zoo zongen we vroeger op school en mis schien doen jullie het nu nog wel. Het past nu wel beelemaal op den toe stand van de natuur. De boomen zijn kaal geworden en de bla deren geel. En nu komen de herststormen en schudden de boomen. zoodat de takken dreigen te breken en de verdorde bladeren naar alle kanten worden uitgestrooid. 't Wordt nu buiten alles even somber en donker en vochtig en vanzelf zoeken we du weer meer de gezelligheid in huis. Dat is een van de mooie kanten van den winter, 't Kan dan in huis zoo echt gezel lig zijn, als het licht ontstoken is en de kachel brandt. Dan waardeeren we, veel meer dan in den zomer, het groot© gelui dat we een huis hebben, een huis dat voor jullie alle maal naar ik hoop een vertrouwd, een echt tehuis zal zijn. Ja, de herfst en de winter zijn ook wel mooi. Maar voor heel veel menschen wordt het nu weer een kwade tijd. Want als de (kleeren niet te dik zijn en de schoenen zijn kapot, dan valt het niet mee. da-a-r buiten. En als er dan bovendien weinig brandstof is. en voedsel, dan wordt- het er binnen ook niet gezelliger op. Gelukkig als God ons daarvoor bewaard èn als Hij ons alles wil geven wat we noo dig hebben. Als dat zoo is en we denken er dan aan dat we toch niet beter zijn dan andere menschen. dan zullen we dankbaar zijn niet alleen, maar zullen we ook met anderen meeleven en als dat mogelijk is ook- graag meehelpen om hun nood te leni gen'. „Waterlelie" Lj3se. Wel bedankt hoor voor je hartelijke gelukwenschen. En omgekeerd hartelijk gefeliciteerd met Opa's verjaardag. „B o s c h v i o o 11 j e" Lisse.. Even- bens mijn dank voor je wenschen. Dat was mogeens prettig dat het ringetje zoo onver- Iwacht weer terecht kwam. V. en O. W., Woubrugge. Ja, ik kan best begrijpen dat het éiet altijd meevalt, jandaar dat ik al eens over een andere in richting van ons hoekje heb gedacht. Jullie hebt gelijk hoor! „Tip To p", Leiderdorp. Genesis 4 21. Ja, 't is nu echt herfst. De wegen zullen buiten ook wel ver van mooi zijn, denk ik. „Maurits", Leiden. Je bent een goede propagandist, dat moet ik zeggen. Maar er zijn zooveel van die zaken dat ik er nog niet toe kan besluiten. „De R u y t e r" Leiden. Dat zijn mooie boeken. Ik heb ze vroeger ook wel gelezen. Zoo. dat zijn mooie cijfers. Je was zeker wel in je schik. „De kleine generaa 1".Ja, ik heb ze ook gezien. Er waren heele mooie gedeejten in. Dappere mannen toch, vindt je niet, om dat alles te onderzoeken. „De Kleinste" Koudekerk. Je hebt 't goed onthouden hoor! Wel bedankt voor je vriendelijke wenschen. Ja, zeker, 'vijf in getal „B1 o n d i n e", Koudekerk. Ja. dat zou zeker jammer zijn. Maar de neefjes en nichtjes schijnen 't erg druk te hebben met huiswerk. „Jonge C o r r i e", Koudekerk. Nu, dat zal een leven geweest zijn. Ik hoor het liever op een afstand. Dat wa-s dus een goed rapport. Prettig! „A n j e 1 i e. r", Hazerswoude. Ik ge niet ook al weer eiken dag van den zwar ten Jan. Maar het is .toch nog wat vroeg om al over de schaatsen te denken vind ik. „Heidebloempje" Leiden. Je was erg laat; op 't kantje af. Nee 't- weer is nu niet erg mooi meer. We gaan nu weer van de kachel houden, „Junior". Wel bedankt voor je mooie fel i ei tatieka-art. „Vaders Jongste", Leiden. Nog wel gefeliciteerd hoor. met Moeders ver jaardag. Die had ditmaal wel bijzondere beteekenis. Wel bedankt voor je geluk wenschen. „Sneeuwwitje", Lisse. Je hebt gelijk dab je toch maar schrijft. Het raad sel is ditkeer niet" zoo moeilijk. „Breistertje", Lisse. 't Was wel jammer dat je het niet kon vinden, maar heel erg was het toch niet. Nee, je Moe heeft denk ik wel gelijk gehad. „De Germaan", Leiden. En heb je nog iets naders van je duiven gehoord? 't Zou wel prettig zijn als ze nog weer te rugkwamen. Dirk III, Leiden. Je bent ook al een liefhebber van de duivensport. Ik hoop voor je dat ze weer teruggekomen zijn. „M oeders m e rs j e", Noordwijk. Gelukkig dat je nu weer heelemaal beter bent. Ik denk dat met Sinterklaas de springtijd al weer voorbij zal zijn. I Jubal zoon van Lamech, was de vader van allen die har pen en orgelen handelen, Onderdeelen: harpen, snaren, diligeeren, doedelzak, bazuinen, harmonica, handel, pedaal, vleugel, David, Jubal, loven. ons II sol arm e g a doedelzak orgeltoon schotland h o 1 mof Hier volgen de nieuwe raadsels. I. Mijn geheel bestaat uit 38 letters. Wie niet voor is, is 30 6 36 21 25 26 24 12 13 23 kan gevaarlijk zijn. Een 12 7 36 32 8 22 5 heeft vaak een taai le^en. Een 9 1 19 4 33 36 is glad. 2 7 11 31 22 37 16 is werk voor den tuinman. Wie arbeidt ontvangt 10 15 24 38. Een 18 2 7 14 is een vaartuig. Een 3 28 29 is een deel van een stad. 34 20 17 30 35 25 is een werkwoord. IT. Miin geheel bestaat uit 29 letters. 17 14 20 9 3 26 24 4 zijn lastdieren. 12 18 27 15 11 21 29 zijn trekdieren. Een gebraden 1 28 22 25 is voor velen een lekkernij. Een 23 6 17 heeft horens. Een 16 7 2 25 is een hond. 8 13 5 i 19 1 is niet gemakkelijk te van gen. 10 is een n Vele groeten van Oom FELIX. OP VF.RKEEPHF PADEN. HOOFDSTUK II. 't Sloeg negen uur, toen Karei de kleine, maar nette woning ziiner ouders "binnen kwam. Hij had e«n kleur van het draven dat hij gedaan had. Zijn ouders zaten, ieder met een boek voor zich. aan de tafel. „Zoo, Karei," zei zijn Vader, „ben je daar weer? Het is laat geworden hè? Was het. een mooi feest? Kom maar gauw bij ons zitten en vertel er eens wat van." Even later zat Karei voor de tafel en beeon zijn verhaal. Van mijnheer Martijn die de Kerstge schiedenis zoo mooi had verteld en het verhaal van juffrouw Anema dat zoo prachtig was, van de geschenken en ver snaperingen die hij gekregen had. alles en alles vertelde hij. „Wat jammer dat de kleintjes al naar bed zijn", zei hij toen. „want ik heb voor hen ook nog wat bewaard." „O, dat ia niets" zei Moeder, dat kun je ze morgen even goed geven." „Laat niij je Bijbel eens zien" verzocht Vader. Even bladerde Vader er in, toen zei hij: „Karei, neem je Bijbel mee naar je slaap kamertje, laat hij een trouw vriend voor je worden, mijn jongen?" „Ja-, Va-der", antwoordde Karei. Hij vertelde niet dat mijnheer Martijn hem dat ook had lafen beloven. Van het geheele gesprek dat hij met hem gehad had, noch van het kaartje dat hij hem gegeven^ had repte hij een woord, 't Was hem als kon hij daar niet over spreken. Diep in zijn hart had hij het verborgen, en trouw wilde hij doen wat hij mijnheer Martijn beloofd had. ,,'t Was erg jammer, moeder", begon Karei weer, „dat u of vader niet bij het Kerstfeest kon zijn, 't was toch zoo prach tig." „Ja", zei juffrouw Huysman, ,,'t speet mij ook erg, maar heb kon niet anders, dit jaar. Vader kwam te laat thuis en ik kon de kleintjes niet alleen laten." 't Gezin Huysman bestond uit vader en moeder, dan kwam Karei die de oudste was, en dan kwamen twee meisjes en een jongen allen beneden- de zes jaar. Ge woonlijk werden zij gezamenlijk als ,,de .kleintjes" aangeduid. Vader Huysman was loopknecht voor een groot magazijn in de stad. Trouw en eerlijk vervulde hij zijn plicht, en, gaf het hem al geen weelde, hij verdiende toch zooveel, dat hij eenvoudig met zijn gezin kon leven. Daarenboven was Moeder een zuinige huisvrouw en, wat het beste van alles was, vader en moeder vreesden bei den den Heere en trachtten hun kinderen in die vreeze op te voeden. Zoo vormden zij een gelukkige familie. „Kom Karei", sprak juffrouw Huysman ,,'t wordt meer dan tijd voor je. om naar bed te gaan." ,,0, moeder", sprak Karei, ,,'k hoef nu toch niet zoo vroeg meer naar bed als toen ik nog op school ging? 'k Ga nu toch al werken? Hebt u nog aan mijn witte jas genaaid voegde hij er in één adem aan toe. ,,Ja hoor", antwoordde moeder lachend, „een is er al klaar morgen zullen wij eens zien, of het jasje goed zit." Toen ging Karei naar boven. Zijn bel nam hij mee. Hij legde hem in kastje -bij zijn schoolboeken. Met morge; te beginnen zou hij er iederen dag lezen. Nauwkeurig bekeek hij nog eens hefi adres van den heer Martijn, op het kaat^ tje. Toen legde hij óók dat weg. Het adres wist, hij nu wel uit zijn hoofd, maar hw kon zich niet voorstellen dat hij het ooi€ noodig zou hebben. Voor 't oogenblilc, dacht Ka-rel aan geen moeite of zorgenJ* 1 Alles leek hem even prettig. Dat was een vreemde dag voor Karei j Huysman, die eerste dag. bij zijn patroon 's Avonds te voren hadden vader en moe- der, nadat „de kleintjes" naar bed waren! j gebracht nog eens met hem gesproken, j „Karei", had vader gezegd, „denk eg 1 aan dat het leven dat je nu gaat begiiif nen geheel anders is als wat achter je, j ligt. Toen had je ook wel plichten, klein? plichten meest voor moeder of mij, maajj j nu wacht je een eigen taak. Wees vrien- I delijk en gehoorzaam voor je patroon en doe goed je best om het vak te leereit, En in die bakkerij zullen wel meer knecht? misschien ook jongens zijn. Van hen zaï je niet altijd hetzelfde hooren als je hier van moeder en mij en op school hebt ge leerd. Zij zullen niet altijd met. eerbied c vn» God spreken en je misschien ook wel trachten te overhalen tot dingen die niet i goed zijn. Maar luister nooit, naar slechte vricivl den Karei, en denk er aan dat God je al*i tijd ziet." Zoo had vader gesproken enfl Karei had zic-h ernstig voorgenomen naarj vader's woorden te doen. Dien eersten morgen was hij o zoo! vroeg wakker geweest. Om zeven uuty moest hij bij mijnheer van Leeuwen zijn; maar om vijf uur was hij al wakker en hoe hij zich ook keerde, hij kon den slaap j niet meer vatten. 'i Toen dacht, hij aan zijn Bijbel. O. daar zou hij maar in lezen voor hij weg-j ging. want hij wist niet hoe laat hij zoiij thuiskomen en dan werd het misschien to| laat. i Trouw aan- zijn belofte, den heer Mar-*! tijn gedaan, had hij iederen dag een deelti zijn Bijbel gelezen. (Wordt vervolgd.)}

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1924 | | pagina 7