Dagblad voor Lelden en Omstreken. j EDWE LEIDSCHE COURANT ABONNEMENTSPRIJS In Leiden en buiten Leiden waar agenten gevestigd zijn Per kwartaalf2.50 Per weekf 0.19 Franco per po^t per kwartaal, f2,90 5de JAARGANG. - DINSDAG 24 JUNI 1924 - No. 1242 Bureau: Hooigracht 35 - Leiden - Tel. Int. 1278 Postrekening 58936 V Artikel 123 R. R. Reeds sinds 1878 heeft de Antirevolu tionaire partij op intrekking van Art. 123 R. R. van Ned. Indië aangedrongen. Dit kan geen verwondering wekken. Bedoeld artikel zegt toch, dat Chri'sten- fic-eraars, priesters en zendelingen moeten voorzien zijn van een door of namens den Gouverneur-Generaal te veTlcenen b ij- zonder toelating om hun dienstwerk in eenig bepaald gedeelte van Neder- landsch Indië te mogen verrichten. Wan neer die toelating schadelijk wordt bevon den, of de voorwaarden daarvan niet wor den nageleefd, kan zij door den G. G. won den ingetrokken. Hier worden dus officieel de Christen- zendelingen in een uitzonderings positie geplaatst. Mohammedaanse he en andere zendelin gen kunnen vrijelijk hunne propaganda drijven. Hun wordt niets in den weg ge legd. Zij zijn vrij om te gaan en te arbei den, waar en wanneer zij dat wenscben. Maar wanneer daar zijn Christen-zende lingen, die getrouw aan het bevel van hun Zender aan alle creaturen het Evangelie wensche'n te prediken, dan moeten zij idaarvoor een bijzondere vergunning er langen en kunnen ze als gevaarlijk voor de rust en de orde op grond van ar tikel 123 worden geweerd. En dat dit artikel geen doode letter is beeft indertijd de bekende zendeling-arts l)r. J. G. Scheurer ondervonden, toen hem geweigerd werd zich te Solo te vestigen om daar de zieken te helpen en de arme verblinde Javanen, naar het bevel Gods, met het Evangelie bekend te diaken. Geen wonder dat de A. R. partij in haar program eischte, dat alle belemmering •roor de vrije prediking van het Evangelie moest worden opgeheven, dat tegenover het. Mohammedan'sme het Christelijk ka rakter der natie niet zou worden verloo chend en dat voortdurend op intrekking van dit artikel werd aangedrongen. En toen later bleek dat tegen intrek- i i n g zonder meer ook' in Protestantsch 'Christelijke kringen bezwaar werd ge- ïtoaakt, omdat men meende dat door dit Voorschrift de z g. „dubbele zending" kon worden voorkomen, werd toch op zulk een Wijziging van art-'kel 123 aangedrongen, Jat daaraan het smadelijk karakter voor tile Christelijke zending en voor haren Zen- tier zou worden ontnomen. Hot A. R. standpunt werd nog in 1922 Jolgenderwij'S omschreven: De blijde boodschap der Waarheid kan liun (den Indischen volkeren) niet ge bracht worden door de Overheid; zij moet liun toekomen aan de Westersehe volken ■telven, meer in' het bijzonder van Ker- l'ten en van vcreenigingen; en de Overheid heeft te dezen opzichte slechts de taak om de inwerking van dit Christelijk initiatief tfrij te laten en mogelijk, te maken. „Wij verlangen niet dat de Overheid in Indië den Christelijken godsdienst zal brengen, maar wel verwachten wij van liaar, dat zij, een volk vertegenwoordigend nis het Nederlandsche, dat alles aan het Christendom dankt, ook in Indië de groote on heilzame kracht der religie erkenne en dus de verkondiging des Evangelies als een «nok door haar nuttig geachte zaak be- schouwe." „In vroegere jaren, zoo hette het verder in de toelichting van ons Program van actie, werd onzerzijds krachtig gepleit *oor schrapping van art. 123 R. R. In later jaren werd ook in de kringen ian onze zendingsvrienden het getal niet .too klein van hen,, die wel oog hebben <foor den smaad, die in dat artikel ligt en «lie daarop wel wijziging wenschten, maar '.lie het een voordeel achten, dat dit arti kel z.g. „dubbele zending" kan voorko men en die het daarom veranderd wel willen behouden. Wij stellen geen prijs op dit artikel; ook jiet in verband met de dubbele zending, dergelijke zendingsconcurrentie, dio niet °ADWEÊI¥E»1TSE.PK§J» Gewone advertentiên per regel 2272 cent» Ingezonden Mededeelingen, dubbel tarief} Bij contract, belangrijke reductie. Kleine advertentiên bij vooruitbeta» ling van ten hoogste 30 woorden, worden dagelijks geplaatst ad 50 cent. alleen van R.-K. zijde is voorgekomen, be treuren wij diep, maar wij achten dit ar tikel tot beteugeling van dit kwaad ook blijkens de ervaring, niet afdoend; wij achten de nadeelen aan dergelijke be moeienis van Overheidswege verbonden, grooter dan de voordeden en wij durven het met de vrijheid, ook op dit gebied, wel aan al weten wij, dat die vrijheid ons ook strijd en moeite en verdriet zal bren gen. Echter afschaffing van art. 123 R.R. is voor ons niet de hoofdzaak. Hoofd zaak is voor ons een andere regeling, die het smadelijk karakter wegneemt en indien deze door samenwerking met an deren te verkrijgen is, dan willen wij ons daarmede voorloopig tevreden stellen. Daarom spreekt ons prograïn van Actie - evenals in 1918 van w ij z i g i n g van art, 123." Ziehier in duidelijke bewoordingen het A.-R. standpunt aangegeven. Wij vestigen hierop de aandacht omdat legen deze echt anti-revolutionairo ge dachte bezwaar wordt gemaakt van Staatkundige Gereformeerde zijde. Het is de heer Kersten van Rotterdam een broeder van den leider der S. G. P., die in, de „Banier" van 12 Juni j.l. alarm slaat, op handhaving van dit artikel, „tot heden een steun?? der zending" aandringt, en de pogingen tot wijziging van dit arti kel gebruikt om de afdwalingen der A. R. partij in het helderste licht te stellen. Het is een zonderlinge geschiedenis. Het program van de Staatk. Geref. Partij zegt, dat de Overheid de Kerk van Christus heeft te beschermen en op grond daarvan vraagt haar orgaan, dat een be paling die een smaad is voor de zending en aan den Christus moet blijven gehand haafd. Het pogen van de S. G. P. om de. Anti- Revoliifionaire partij hare feilen te toonen, kan tot op zekere hoogte worden gewaar deerd. Maar wanneer daarbij met dergelijke argumenten wordt gewerkt en wordt aan gedragen op handhaving van bepalingen die vruht zijn van een Christus-vijandi ge levensopvatting, dan is het duidelijk dat hij het toonen van de feilen niet meer aan het woord as een vriend, maar iemand dio ten koste van alles de A. R. partij wil bestrijden, en die boven dien toont van een eisch der A. R. beginselen niet het flauwste besef te heb ben. 8YA0SNSEÜWS. 3 OCT.-WINKELWEEK 1924. Naar aanleiding van de 35&sto herden king van Leiden's ontzet hebben de Ver- eeniging van den lndustrieelen en Handel drijvenden Middenstand te Leiden en Om streken, de Afdeeling Leiden der R. K. Middenstandsvereeniging „De Hanze", de Afdeeling Leiden der Christelijke Mid denstandsvereeniging cn de Vereeniging tot instandhouding der Leidsche Algemee- ne Winkel-Etalage-Tentoonstelling te Lei den, het initiatief genomen, te komen tot de organisatie van een zich aan de a.s. grootsche feesten aanpassende Leidsche Winkelweek. Waar geheel Leiden zich opmaakt de stad gedurende die feestdagen een fees te- lijken aanblik te geven door het doen aan brengen van schitterende straat- en gevel versieringen en -verlichtingen, en er dui zendtallen van vreemdelingen van heinde en verre zullen komen om Leiden in feest gewaad te aanschouwen, daar heeft de Leidsche Middenstand en in het bijzonder de Leidsche W ink el stand door mid del van de Winkelweek een prachtgele- genheid cm te toonen, dat Leiden voor een belangrijk gedeelte van de provincie Zuid-Holland de winkelstad bij uitnemend heid is en dat, wat keuze van artikelen betreft, op welk gebied ook, Leiden zelfs voor groot ere plaatsen niet onder doet, en men daarbij te Leiden veel goedkooper zal kunnen slagen. De Winkelweek-Commissie vertrouwt te recht, dat alle Xeidsohe Winkeliers een flinke propaganda, waarbij duidelijk naar voren komt, dat Leiden met hare thans prachtige eni snelle train- en autobusver bindingen met Den Haag, toch is en blijft de stad, waar men zijn inkoo pen het beste en voordeeligste doet, zullen toejuichen en daaraan hunne medewerking ten volle zullen geven. Het is de bedoeling der Winkelweek- Commissie binnenkort een voor alle Leid sche Winkeliers toegankelijke Propaganda vergadering te houden, waarin het nut en het voordeel, zoowel voor het publiek als voor den winkelier, van een degelijk ge organiseerde Winkelweek besproken zal worden. De Winkelweek zal gehouden worden van Vrijdag 26 Sptember tot en met Za terdag 4 October a.s. De Herdenkings feesten beginnen op Donderdagavond 2 October a.s. Er zal de noodige reclame ge maakt worden, opdat'duizenden uit Lei den's Om ge ring, ook rit Den Haag, reeds in de"eerste dagen der Winkelweek te Lei den zullen komen. Met- do verschillende Buurt-Conimissiën, in bet bijzonder deT Winkelbuurten, zal overleg gepleegd worden, opdat de straat- en gevelversiering- en -verlichting in die buurten reeds bij 't begin der Win kelweek gereed is en functionneert. Over de wijze, waaróp deze Winkelweek overigens georganiseerd zal worden, zullen de Leidsche Winkeliers, die zich voor deel neming doen inschrijven, zelf een beslis sing kunnen nemen. Daartoe zullen deze winkeliers tot een vergadering worden op geroepen, alwaar door de Commissie ver schillende voorstellen toegelicht zullen worden. Gaarne zal de Commissie desbetreffen de voorstellen van Winkeliers ontvangen, deze voorstellen dienen echtei', om in be doelde vergadering in behandeling to kun nen komen, uiterlijk 12 Juli a.s. bij het ►Secretariaat der Commissie te zijn inge komen. Een der leden dep Winkelweek-Commis sie zal hen na de propagandavergadering bezoeken, teneinde hun gelegenheid te ge ven zich voor deelneming aan de Winkel week te doen inschrijven. Zulks kan ook reeds thans geschieden bij elk der leden van de Commissie of bij heb Secretariaat, B'reestraat No. 79. De Winkelweek-Commissie bestaat thans uit de volgende heeren: H. Wk Ca- hen, Voorzitter; C. Th. Breebaart, Vice- Voorzitter; Joh. Geijtenbeek, Secretaris; J. J. M. Meyers, Penningmeester; W. Brouwer; Oor. A. Mulder; B. B. A. v. Noort; J. W. H,. Rotteveel Jr.; H. L. J, Tobé; A. N. Turksma; W. J. H. Warnecke en K. Wielinga. Chr. Kweekschool Leiden. Bij het Maandag gehouden eindexamen aan bovengenoemde inrichting werden ge ëxamineerd en slaagden 5 candidaten n.l. de dame* G. W. Beekenkamp, J. Ph. v. d. Born, A. G. Carton, A. H. v. d. Horn, allen te Leiden en A. P. M. Broers to Voorscho ten. Mr. Dr. J. Schokking. Zondag was het 30 jaar geleden, dat Mr. Dr. J. Schokking, lid van de Tweede Kamer der Staten-Generaal, pro moveerde in de faculteit der rechtsge leerdheid aan do Vrije Universiteit. Apothekers-examen. Tot deskundigen, niet tot de hoogleera ren of lectoren der Universiteit behooren- de, voor het afnemen van het apothekers examen alhier, gedurende het studiejaar 1924—1925 zijn benoemd Dr. J. J. van Eek, privaatdocent aan de Universiteit al hier, G. F. A. ten Bosch, oud-apotheker bij het Academisch Ziekenhuis alhier en A. H. Schirm, gem. apotheker te 's-Gra- Emstige treinbotsing. Hedennacht is op de spoorlijn Utrecht- Leiden de laatste trein, die te 12 uur uit Utrecht hier arriveert, bij den overweg van de electrische tram, achter „Tuinstadwijk" alhier, in volle vaart midden op een uit drie wagens bestaande, electrische tram geloopen, die uit Schevemingen kwam. De locomotief van den trein heeft den derden wagen, een nieuwen motorwagen, precies in het midden gegrepen. Terwijl het achterste gedeelte van den wagen op de rails bleef staan werd liet voorste door den locomotief als 'het ware meegenomen, van het onderstel afgedrongen en onher kenbaar vernield. De locomotief sprong door den hevigen schok uit de rails, en liep van den spoor dijk af, waar zij zich met den kop in de sloot vastwrong. Als door een wonder hadden hier in het geheel geen persoonlijke ongelukken plaats, waar zich juist in dien wagen geen passagiers bevonden, behalVe een conduc teur, die als passagier meereed. Hij her innerde zich eenige oogenblikken voor het ongeluk plaats greep, zijn courant in het achterste gedeelte van den wagen te hebben laten liggen, waarom hij zich daarheen begaf. Enkele seconden later was het voorstuk van den wagen dat hij juist bad verlaten, bijna ver morzeld, zoodat hij kennelijk bewaard i3. Ook de machinist en de stoker zijn ter nauwernood den dood ontkomen. Zij kon den de locomotief niet verlaten, doch moesten door anderen bevrijd worden uit den chaos van kolen! en andere brandstof fen, waarin zij met het onderlijf waren bekneld geraakt. Geen van beiden bleek eenige verwonding te hebben bekomen. Van den trein zijn door den schok de drie achterste wagens ontspoord. Een trein met personeel en hulpmater riaal is dadelijk naar de plek van het on heil gezonden, om hef verkeer vrij te ma ken en de verongelukte locomotief en tramwagen te vervoeren. Het ongeval moet voor een deel worden geweten aan den dikken mist, diio in den voornacht heerschte, en het uitzicht be moeilijkte; toch kan niet ontkend worden dat ook den seinwaohter eenige schuld treft. Deze moet n.l., wanneer do spoorbaan onveilig is, door een sein van rood licht de "tram tot staan brengen. Om te weten of do baan veilig is, moet hij telefoneeren aan den brugwachter van de spoorbrug over de Nieuwe Vaart. Hij had dit ook dein af geloopen nacht gedaan, doch kreeg geen antwoord, ver moedelijk wegens een defect aan de tele foon. Na op de spoorbaan gekeken te hebben, waar wegens den dikken mist geen vol doende uitzicht was, gaf hij aanvankelijk een veilig sein met groen licht. Dit was de fout: hij had den trein tot staan moeten brengen, omdat hij niet wist of de haan veilig was. Toen de trein op betrekkelijk korten af stand van de spoorbaan genaderd was, gaf hij een sein van rood licht, doch toen was het reeds te laat om de tram tot stil stand te brengen,. Gelukkig had de wagenbestuurder nog de tegenwoordigheid van geest, zoo snel mo gelijk te rijden, waardoor hij bewerkte, dat de motorwagen, waar het publiek in zat, heelhuids over de rails kwam, en al leen de laatste wagen, een reserve-wagen, die bij de brug over de Vliet was aange koppeld, vernield werd. Tegen den seinwachler is procesverbaal opgemaakt. Het (van uit de stad n-ezien) rechter spoor van de tram is weggeslagen; ook het linkerspoor was aanvankelijk vernield, zoodat de reizigers van uit beide richtnw gen moesten overstappen. Thans is dit linkerspoor hersteld, zoodat het verkeer hier weer doorgaat. Bij het herstellen van de lijn had heden-» morgen nog een ongeluk plaats, doordat» een kauwbeite', die uitgedreven werd, weg-» schoot en aankwam tegen het onderlijf vaii een der werklieden, J. J. S., alhier. Hij is naar het Ziekenhuis vervoerd. Autc-ongeluk met doodeiijk gevolg. Ongeveer een uur nadat dit tramongeval plaats greep, gebeurde er op den Haar-» lemmerweg dn de bocht tusschen do Kwaak en den Spoorwegoverweg een ern stig auto-ongeluk. Een ïuxe auto, waarin twee heeren m drie dames, kwam met buitengewone snelri heid uit de richting van de stad. "Waarschijnlijk door den mist, heeft de bestuurder niet tijdig gerekend op de vrij scherpe bocht, zoodaf de auto in volle vaart, rechtuit de trekvaart inreed, waar zij precies in het midden wegzonk. Vier van de inzittenden, de lieer Jansen, en eehtgenoote, alsmede de heer do Mooi en eehtgenoote alhier, konden zich uit de auto redden, en begaven zich ij'ings naar de stad. De spoorwegwachter waarschuwde het station, en vandaar werd naar de stad om hulp geseind. Middelerwijl had oen voor bijganger (de heer de G., uit Warmond, die juist uit den verongelukten trein kwam) eenige omwonenden gewaar schuwd, die onmiddellijk pogingen in het werk stelden om ook den vijfden passa gier. die aan het stuurrad had gezeten, te redden. Jammerlijk genoeg mocht dit niet meer baten. De heer H. Frijlink uit Sassen- heim, wdnt deze bleek het te zijn, werd levenloos uit de auto gehaald. Als een bewijs van de diepte van het water ter plaatse van het ongeval, kan die nen dat van de auto totaal niets te zien is. Sleohts oen houten stellage, waarop de ge bruikelijke waarschuwingsteekenen wer den vastgemaakt; wijzen de plek, waar het ongeluk gebeurde. De beer F. was 49 jaar oud en niet ge-» huwd. De directeur van bet telegraaf kan-» toor alhier, de heer J. P. Lambert, iheeft eervol ontslag uit den dienst ver zocht met ingang van 1 Augustus a s. De collecte voor het Fonds tot Aan-» moediging en Ondersteuning van de.i Ge* wapenden Dierst, de vorige week alhioj gehouden, heeft opgebracht f117.10. aiNNEBBLAiiiEs HET ONTSLAG BIJ HUWELIJK. De Gemeenteraden worden vrijgelaten. Ingediend is een wetsontwerp tot wijzi ging van de Lager Onderwijswet 1920. Aan de Memorie van Toelichting wordt ontleend, dat bij algeiueenen maatregel van bestuur, voor de vrouwelijke Rijks ambtenaren de regel is gesteld, dat op het sluiten van een huwelijk ontslag volgt. Hetzelfde motief, dat lot Kon. Besluit heeft geleid, n.l. «at het werkzaam zjn van een gehuwde vrouw in een ambtelijko betrekking in het algemeen niet gewenscht is, kan gelden voor een gemeenteraad ten. opzichte van de onderwijzeressen aan openbare lagere scholen. Naar de opvatting der administratieve jurisprudentie vormt echter de L. O.-wct 1920 een beletsel, om kracht ens algemee- nen regel aan deze onderwijzeressen bij huwelijk ontslag te verleenen. Wijziging dezer wet komt den minister gewenscht voor, maar hij meent bij zijn voorstel niet verder te moeten gaan cian het wegnemen van de bestaande belemme ring. Het voorstel strekt dus FEUlIuLEÏOgi llle Sterren hadden geloger?. Verhaal uit den dertigjarigen oorlog. 8) Neen, ook Praag vermoedde het niet,, en itlaarom gingen de zaken er haar gewonen gang. Toch was er reeds veel gebeurd na dien gedenkwaardigen dag, toen von Thurn en de zijnen in naam van de meerderheid van het Boheemsche volk aan den keizer •len handschoen toegeworpen hadden. Veel welende, dat een vreedzame oplos- wing van de zaak niet meer mogelijk was, hadden zij do rogeering in handen geno- laen, do staatskas bemachtigd, de Je- zuieten uit do stad verdreven en een leger op do been gebracht onder het bevel van von Thurn. Toon men aan Matthias* bevel om ter stond de nieuwe rogeering te ontbinden en hot leger af te danken, niet had voldaan, waren do keizerlijke Boherae binnenge rukt, maar Tb urn's zegevierende troepen, door die van den ridderlijken Ernst van Mansfeld ondersteund, hadden ze er even spoedig weder uilgedrevcn. De arme Matthias was van schrik ge storven, en eer Ferdinand, des keizers ceef, er aan dacht, stond Thurn met zijne troepen voor de poorten van Weenen. Ferdinand was radeloos. Weenen over geven stond gelijk met het prijsgeven van zijno Oostenrijksc'he erflanden aan den vijand; immers ook de stenden van Mora- vië, Silezië, en de La.usitz hadden zich reeds bij von Thurn aangesloten. Daarom was hij besloten te volharden; doch reeds drongen ook de afgevaardig den der Protestanten uit Oostenrijk in den keizersburcht en eischten gelijkstelling van alle-godsdiensten. Door de Jezuieten, aan wier leiband hij reeds nu liep, tot het uiterste gedreven, weigerde hij; maar 't zou hem weinig ge baat hebben, ja, wellicht bad zijn persoon gevaar geloopen, indien niet de bevelheb ber Dampierre met zijne soldaten plotse ling op het slotplein aangekomen was en hem ontzet had. Gebrek aan levensmiddelen cn het on gunstige weder dwongen von Thurn af te trekken, ntaar toen straks Ferdinand tot keizer gekroond werd, scheurden Boheme, Moravië cn Silezië zich van het Ooslcn- rijksche huis los en kozen zij Frederik V, keurvorst van de Paltz, tot hun koning. Ginds op den Witten Berg, in de nabij heid der oude hoofdstad, hadden de sten- don den jeugdigen keurvorst de kroon op het hoofd gezet en men had de beste ver wachtingen van hem gekoesterd. Doch deze bleken al spoedig in louter teleurstelling te zullen opgaan. Frederik leefde voor jacht en vermaak en bekommerde zich weinig om de belan gen zijner nieuwe onderdanen. Von Thurn en Mansfeld trachtten tever geefs eenigen invloed ten goede op hem uit te oefenen en keerden zich van hem af, evenals de geheele Boheemsche adel, toen zij zagen, dat hij slechts zijne Duitsche hovelingen tot zijne raadslieden en ver trouwden nam. Weldra verloor hij ook de liefdo van oen groot deel des volks door zijn dweepzieken ijver tegen Lutherscben en Roomschen. Door zijne gemalin, de trolsche dochter van koning Jacobus I van Engeland, cene heftige Purileinsche, en door den Galvi- nistischen hofprediker Scullotus aange vuurd, liet hij de beelden bestormen in de Domkerk der Katholieken, terwijl hij de Luthersche gemeenten van hare vrijheden dreigde te beroovon en alzoo*de oude ver deeldheden tusschen Calvinisten en Luther- schen, die bij het gemeenschappelijk ge vaar gestild waren, opnieuw ontbranden deed. Terwijl de nieuwe koning alzoo de har ten zijner Bohemers van zich venrijderde, had de keizer-zich een niet te versmaden bondgenoot verworven. Hij had namehjk aan Marimiliaan van Behren het gebied van den keurvorst van de Paltz beloofd en vele andere voorrech ten en giften daarenboven, indien hij hem met het leger der Ligue te hulp kwam. Maximiliaan rustte 'zich mot ernst tot den strijd toe eai wist zich machtige bond genoot en te verwerven. Ho el anger zoo meer bleek het, dat de kroon van Boheme een gevaarlijk goed was, dat zijn bezitter niet veel genot be loofde. De koning had zich, evenals de Bohe mers, gevleid, dat zijn rijke schoonvader hem krachtdadig ondersteunen zou, doch de Engelsche ponden waren reeds lang op gebruikt aan allerlei koningsfeesten, en een der grieven, welke de Bohemers tegen de Duitsche keizers inbrachten, was juist, dat zij hun te zware belastingen afpersten. Door Bethlen-Gabor, den vorst van Ze venbergen, ondersteund, die zich tot ko ning van de eveneens ontevreden Honga ren had laten verkiezen, trok von Thurn andermaal voor Weenen, doch de keizer had opnieuw die machtige bondgenooten, welko hem uit de schrikkelijke verlegen heid redden: de aanhoudende regenbuien en hot gebrek aan krijgsvoorraad en 'le vensmiddelen, waarmede de Bohemers en Hongaren te worstelen hadden en welke hen straks tot den aftocht dwongen. Doch laten we ons verhaal niet vooruit- loopen. Deze inleiding was echter noodig om het verhaal gced te kivwen begrijpen. We treden een der aanzienlijkste wo* ningen van Praag binnen, en wel het lui s van den ouden landrechter Werner,- een man, die door zijne vastberadenheid en kalmte in do moeilijke tijden, welke do stad en geheel het land doorleefd hadden, de achting zijner landgenooten in hooge mate verworven had. Reeds bij den aanvang bad hij ziju* waarschuwende stem verheven tegen het overhaast handelen van den graaf von Thurn tegenover de koizerlijko stadhou-» ders, doch toen eenmaal de zaak geschied was en Boheme in neod verkeerde, ver-» gat hij alles en von Thurn vond in hem een bedachtzaam raadsman. Het was den nieuwen koning niet onbe kend gebleven, dat Werner zijne landge^ nooten gewaarschuwd had, toen zij zich gereed maakten, don jongen en lichtzinni- gen Frederik van do Paltz tot hun vorst te verkiezen, en waarschijnlijk was het wel daaraan fo wijten, dat Frederik den ouden Werner, zooals men wel eens zegt,1 links liet liggen. (Word t vervolgdV.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1924 | | pagina 1