Tweede Blad Het onrecht gewroken. Zaterdag 8 Dec. 1923 >t Gegeven woorden. 5 De woorden, die Gij Mij ge- geven hebt, lieb Ik liun gegeven. Joh. 17: 8b. 1 Het christendom is do religie van het [Woord. Jn den beginne was liet "Woord. Ge kent de machtelooze pogingen, die doctor Faust in Goethe's diepzinnig gedicht aanwendt, om er iets anders voor in de plaats to zetten, h.v. in den beginne xvas •de daad. Maar hoe hij het ook wendt of keert, altijd weer blijkt, dat de Heilige 'Schrift het beter weet. Zeker, achter alle Woord Gods ligt als 'diepste grond Zijn raad, Zijne gedachten, Zijn wil. Maar voor. ons, als schepselen, hoeft dit alles eerst beteekenis als we het Woord weten, want daarin openbaart do Heëre zich. En omdat de rijke volheid der goddelijke denkwereld zich volkomen In den Zoon manifesteert, daarom mag Deze heeten de Logos, het Woord. Toen nu dat Woord vleesch werd, heeft het onder ons gewoond. Maar niet als een zwijgende is de Christus door ons menscheiijk leven ge gaan, maar a's een sprekende. Juist om dat Hij h'et Eeuwige Woord was, heeft Hij als profeet de woorden Gods verkon digd, en ons den raad en wil van God aangaande onze verlossing volkomen ge openbaard. Niemand heeft ooit God ge zien, de eeniggeboren Zoon, die in den schoot des Vaders is, die heeft Hem ons verklaard. De verklaring nu is niet geschied door ■oen mystieke mededeel! tg van het leven uit God, noch door Zijn verschijning als asoodanig, maar door g e t.u i g e n i s, door spreken van de woorden Gods. Dat noemt onze tekst zoo schoon een. geven van die woorden. De woorden, die Gij mij gegeven liebt, zoo verklaart de Heiland in Zijn laat ste gebed tot den Vader: de woorden, die Gij mij gegeven hebt, heb ik bim ■gegeven. Tegenwoordig zijn er vele christenen, <lie zeggen het beter te welen. Christus is niet gekomen zoo beweren zij om ons allerlei dingen te vertellen, waar- beden in te prenten, gedachten bij te brengen, woorden te zeggen. Zóo klein moet ge van Zijn werk niet denkea. Neen, Hij is gekomen om Z i c h z o 1 f mee to deelen. Woorden en leerstelsels waren er al genoeg. We moesten den Zoon hebben. Hemzel'f, God in Hem. Niet een leer of een stelsel van „waar- beden" of wat dogmatische formules, die men zou moeten aannemen om zalig te kunnen worden. Christus kwan geen nieuwe woorden brengen bij de oude, die er al waren en die toch nooit verlossen kondon. Integen deel waar H:j zichzelf en Ziine liefde kwam mededeelen, daar toonde Hij te verstaan de onmacht van het woord en de kracht van het woord en de kracht van het leven. En nu is zalig worden niet een onthou den en van buiten leereu wat Hij al zoo gezegd heeft, maar een blijven in Hem. Openbaring is niet mededeeling van leer. meer van leven, leven uit God. In deze voorstelling ligt als waarheids- kern, dat levenseenheid met Christus door het geloof absoluut noodzakel'jk is: We moeten'eerst Christus ingelijfd zijn om Zijne weldaden (dus ook Zijn woor den) te kunnen aannemen. Waar geen akker is, kan ook geen zaad rijpen. En geen mensch kan iets aannemen tenzij het hem uit den hemel gegeven zij, ook geen gegeven woorden. Gods. De vraag is echter: is dit al het werk Van Christus? Is die mededeeling van le ven door den H. Geest héél de verlos sing? Zegt Johannes de Dooper niet aan gaande Hem: „deze getuigt hetgeen hij gezien en g'hooid heeft". En geldt óok voor den Zaligmaker niet de groote wet: dien God gezonden heeft, die spreekt de woorden Gods. Dit is dus wel degelijk mededeeling van waarheid. Daaraan was voor ons mensc-lten dan bok alles ee'eeen: te weten de woorden Gods. Wij konden die niet uitdenken, noch ontdekken. Wij kondon ze niet le zen in de ervaring van ons hart, noch ontcijferen uit de geheimen van ons reli gieus bewustzijn. Een mensch kon ze niet uitzeggen. Neen, die woorden kunnen we alleen als Godsgeschenk ontvangen. Het zijn gegeven woorden. Zelfs zóo, dat ze eerst door den Vader aan den Middelaar Christus zijn gegeven Dien rijken schat van eeuwige verlos singsgedachten heeft do Vader aan den Christus geschonken, opdat Deze ze als Zijn eigen bezit mee zou nemen naar do arme, zondige wereld. De zalighe:dswoor- den Gods kon H,-j ontvangen, daar Hij vleesch werd om ze te vervullen. Die woorden spreken van der. heiligen eisch des Heeren, van wet eu gerech tigheid, van afval en schuld, maar ook van de barmhartigheid en genade des Va ders, van verlossing en zoen, van vrede en zaligheid in Christus. Want dit is het •eeuwige leven, dat zij U kennen den eeni- gen en waarachtiger) God en Jezus Christus, dien Gij* gezonden hebt. Die woorden waren Christus' grootste schat. Wat heeft Hij* er mee gedaan? Ze wa ren Hem gegeverf. Maar Hij heeft ze niét voor zich alleen behouden. Hij heeft ze gegeven aan de 'Zijnen. Dat betuigt Hij, nu Hij' het kruis tegengaat, in Zijn ge bed lot den Vader. En. die betuiging is Zijn Middelaarsroern. Niet alle tegelijk heeft Hij die woor den Zijn jongeren gegeven. Dat zouden ze niet hebben kunnen dragen. Langzaam aan zijn die woorden Gods ingedragen in hun bewustzijn. Maar Christus heeft er toch niets van achtergehouden. Al die ge geven woorden heeft Hij doorgegeven, uitgegeven, meegegeven. Trouwens, dat hebben op hun beurt de jongeren naar Zijn voorbeeld óok gedaan. Daarom kun nen ze zeggen: Hetgien van den beginne was, hetgeen w:j gehoord hebben, het geen wij gez*'en hebben met 'onze oogen, hetgeen wij aanschouwd hebben en onze handen gelast hebben van het woord des levens, hetgeen wij daii gezien cn ge hoord hebben, -dat verkondigen wij u, op dat ook gij net ons gemeenschap zoudt hebben, en deze onze gemeenschap ook zij met den Vader en met Zijnen Zoon Jeius Christus. Juist die gegeven woorden zijn on ze grootste schatten. Welk een vastheid bieden zij als we gsloovig bouwen op Gods beloften, en op de waarheid van liet evangelie. Nu weten wij, dat we geen kunst;g- verdichto fabe'en zijn nagevokl. Wat de H. Schrift ons zegt, zijn woorden, die van Gód komen. Aan Christus eerst gegeven, die ze ten volle doorzien en alle begrepen heeft, die ze ook zuiver on rein heeft be waard, en ze zóó gegeven heeft aan Zijne gemeente. Onbezoedeld, gaaf en goed. I Zalige gedachte: die woorden .komen rechtstreeks van. den Vader. Niet één .is. er gesehonden. Niet één is er verloren ge raakt. Zij bevatten ook -alles, wat we ,tot onze zah'gheid behoeven. Wij dwalen dus niet als wij biddend de Schriften openen. Die gegeven woorden zijn de tresoren •der gemeente. Daarom: Wij óok mogen van verre den Heiland nadanken: wij loven U, Vader aller genade, dat Gij Uwe woorden door Uwen Zoon ons hebt gegeven en wij het xv e t e n mogen, dat het Uwe woorden zijn. Gi; hebt ze ons geschonken, opdat wij het eeuwige leven zouden hebben. Mijn Heiland! blijf niet buiten staan, Verschijn aan Uw beminden, Maar dring mij toch om op te gaan, Waar Gij U liefst laat vinden. PIERSON. DER HEILIGEN GEMEENSCHAP. Waar twee of drie vergaderd zijn, Om in Zijn naam le bidden, Is Jezus zelf, hoe ver Hij schijn, Voorzeker in hun midden. Laat zwak geloof en mensch envrecs De deuren angstig sluiten, Hem, die in 't graf Zijn macht bewees, Houdt slot nog grendel buiten. Want harten, die rondom Zijn woord Verecnigd op Hem hopen, Zijn voor Zijn komst een wijde poort, Hun liefde houdt die open. Niet, waar de ziel, in 't bidden flauw. Schaars met haar God gemeenzaam, In 't zoeken traag, in 't ijv'ren lauw, Verscholen blijft en eenzaam. Daar komt Hij wel en klopt met klem, Doch zal niet binnen treden. Eer Hij in antwoord op Zijn stem Genood wordt en gebeden. KERK EW SCHOOL NED. HERV. KERK. Bedankt. Voof Capelle a. <1. IJssel (tcez.): G. Groot.jans Thzn., te De Meern. GEREF. KERKEN. Bedank fc. Voor Declemsvaart: J. Lug- tigheid te Uithuizermeeden. CHR. GFREF. KERK. Beroepen. Te Alphen a. d. Rijn: K. Groen le Zwijndrecht. GEREF. GEMEENTEN. Beroepen. Tc Kalamazoo (Mich., N.- Amerika): B. van Neerbos te Temeuzen. Bedankt. Voor Boskoop (2do maal): J. Fraanje te Barneveld. OUD-GEREF. GEM. Bedankt. Voot Enkhuiz-en-: D. Dries- s-en, 'Ghr. Geref. pre<l. te 's-Gravenzancle. REM. GEREF. GEM. Aangenomen. Naar Lochcm: W. NcOrdhoff, cand. te Leiden. Moderne Hervormde Gemeenten. De provincie Zuid-Holland, mel-d de „Rott.'l, telt £01 Hervormde Gemeenten. Daarvan zijn er 23 vrijzinnig. Op één na bezitten deze alle een eigen predikant. De oene <iie er geen heeft en krijgen kan, is Anunerstol. Inwendige Zending. Van 1117 Juli 1924 zal te Doetiuchem een conferentie voor Inwendige Zending worden gehouden. Zending. Ds. B. J. C. Rijnders, benoemd in <lo va cature ds. Lindenborn.-tob zendingsdirec- tor bij de Nederlandselie Zendingsvereeni- ging, heeft die benoeming aangenomen. Peremptoir examen. De classis Sneek heeft na peremptoir examen toegelaten tot do bediening des W-cords en der Sacramenten in de Geref. kerken de heer S. E. Wesbonk, beroepen predikant te Jutrijp—Hommerts. Praep. examen. Do heer IJ. K. Vellenga werd met goed gevolg praepaTatoir geëxamineerd door de classis Sneek d'er Geref. Kerken. Gaarne zal hij des Zondags de Kerken dienen. Over twee maanden hoopt hij zich beroep baar te stellen. Zijn adres is Scliarnegou- tum. De zaak Ds. Goudappel. Het gisteren door ons overgenomen be richt omtrent deze zaak blijkt niet geheel juist te zijn. 1 Deputaten dooi* de,[Génerale Synode be noemd in de zaak van 'Ds. J. E. Goudap pel, te weten Dr. H. Bouwman, Ds. W. Breukelaar, Ds. W. H. Gispen, Dr. H. H. Ruypcr en Ds. J. Wëssels, brengen ii.I. officieel ter keimisse der Geref. Kerken: „Ten eerste, dat zij volgens den last door de Generale Synode hun opgedra gen, de verschillende grieven te dezer zake ingebracht, nauwkeurig hebben on derzocht en over de al of niet gegrond heid dezer grieven in een breed gemoti veerd rapport hun oordeel hebben uilge sproken, waarvan mededeeling is geschied zoowel aan de beide Kerkeraden van van Utrecht en do Bildt, die in deze zaak gehandeld hadden, als aan Ds. Goudappel en de bezwaarde gemeenteleden te Utrecht en de Bildt, die in deze zaak zal aan de verschillende Classes xvorden toegezonden, opdat alle Kerken daarvan kennis kunnen nemen. Ten tweede, dat evenzeer volgens op dracht der Synode door hen is nagegaan, in lioevene bij de behandeling dezer zaak rechtskrenking heeft plaats gevonden, en in aangewezen op welke manier deze rechtskrenking, voorzoover dit mogelijk was, behoorde weggenomen le worden Ten derde, dat zoowel degenen, tegen wie deze grieven waren ingebracht, per sonen en kerkelijke colleges, als degenen, die ze hadden ingebracht, zich met dit oordeel van Deputaten hebben geconfor meerd en den weg tot rechtsherstel en wederzijdsclie verzoening, door hen aan gewezen, hebben gevolgd, waardoor do onderlinge vrede is hersteld geworden. Ten vierde, dat het diensvolgens niel noodig is, dat de Generale Synode op nieuw zal samen komen om haar oordeel ox'er deze zaak uit (e spreken, daar deze tuchtzaak, die tot een droeve verdeeld heid aanleiding had gegeven, door den arbeid der Deputaten en Gods goedheid tot een gelukkig einde is gebracht. Theologische School te Kampen. Prof. Dr. H. Bouwman heeft gisteren het rectoraat overgedragen aas zijn opvolger, Prof. Dr. A. G. Honig, en hield daarbij o?n rede over: „Het Neo Protestantisme. Kweekscholen. Tot <le voorstellen ter bezuiniging op het lager onderwijs welke aan het oordeel van den nieuwen minister van Onderwijs zullen, worden voorgelegd, behoort dat tot heb niet meer verleer.ien van beurzen ter opleiding voor onderwijzer. Dit geldt zoo wel de Rijks- als de particuliere kweek scholen. Cijfers geven. Vele jaren geleden is het op een middel bare school eens gebeurd, dat een leerling bedriegelijk het taalwerk van een klas genoot inleverde. Die klasgenoot had er een 8 xroor gekregen. De bedriegende leerling veegde die 8 weg en lex'erde lipt werk in, nadat hij om het schrift zijn eigen omslag had genaaid, alsof het z;jn ^eigen werk xvas. De leeraar merkte niets, maar gaf er het was een slechte leer ling, die hét nu inleverde een 4 x-oor. Ais twee hetzelfde doen, is het nog niet altijd hetzelfde naar het schijnt. Werkelijk goed waardeeren van school werk schijnt ook als er geen subjectieve factoren in aanmerking kunnen komen, moeilijk. Dat dit voor opstellen geldt, heb ben wo geruimen tijd geleden laten zien. Maar ook voor wiskunde schijnt het moeilijk-, een algemeenen maatstaf te vin den, Een artikel „Paedagogische duimstok ken" in „Het Onderwijs", neemt uit „D. Starch Educational Measurements (New York The Macmillan Company, 1918) over: „Starch en Ellioth lieten een facsimile maken van een oplossing van een xraa-g- stuk. opgegeven op een examen in vlakke meetkunde. Aan xrerschillende leeraren in de ^wiskunde werd een exemplaar van •deze reproductie gezonden met het ver zoek de oplossing te xv'llen xvaardeeren (in punten van 1—100). Van de 116 inge komen antxvoorden gaven 2 het cijfer 92, 20 waardeerden het werk op 80 en weer 20 op minder dan 60 en één zelfs op min der dan 30. We moeten natuurlijk aan nemen, dat de inzenders een ernstige waardeering hadden gegeven en er zich niet met een Jantje van Leiden hadden afgemaakt. Waaruit wo de conclusie moeten trek ken, zegt de schrijver in „Het Onder- xvijs", dat onze cijfers.... niet te ver trouwen zijn en dat het met ons oordeel niet geheel en al iq^den haak is. BINNENLAND Mr. Kooien ten Pa'eize. De Koningin heeft gisteren ten paleize tor conferent-'e ontvangen den voorzitter der Tweede Kamer, mr. D. A. P. N. Koo ien. Posterijen en Telegrafie. Blijkens een ingediend wetsontwerp tot wijziging van do WaterstaatsbegTooting voor 1922 is het verlies op de exploitatie van het Staatsbedrijf der Poster!jen, Te legrafie en Telefonie voor het dienstjaar 1922 te stellen op rond f7.300.000. In verband daarmede moet het bij hot desbetreffende begrootingsartikel toege staan bedrag tot dekking van het verlies verhoogd worden met f3.430.862. De Scheveningsche treilvisscherij. Do Reedersveroeniging „Schevcningen" heeft een vergadering gehouden, waarin de volgende motie is aangenomen: De Reedersvereeniging enz., gelezen het schrijven van B. en W. van 's-Gra- •venhage d.d. 27 Nov. 1923, houdende mededeeling, dat de gemeente in samen werking met het Rijk bereid is de Scheve- ïiingscho treilvisscherij met zeilloggers in het aanstaande seizoen wederom in aanmerking te brengen voor een tegemoe- koming, doch thans slechts tot een be drag -van ten hoogste f 1250 per schip, mits vóór 15 Januari 1924 ten minste 50 slchepen zullen zijn uitgevaren; betreurende, dat de Overheid, hoewel bekend zijndo met het verlies op de ex ploitatie, hetwelk in de laatste jaren mot do treilvisscherij is geleden, gemeend heeft to moeten afwijken van het advies der Commissie van beoordeeling, die een bedrag van f 1500 heeft voorgesteld, en blijkbaar geen voldoende rekening hou dende met het algemeen belang, hetwelk' gelegen is in een uitoefening der trcilvis- scherij op uitgebreide schaal; overwegende, dat de laatste reizen x'an de haringvisscherij zeer zijn tegengeval len door slechte vangst cn groot nctten-i verlies: besluit met algemeene stemmen der i aanwezige leden van voormelde Reeders-» vereeniging de treilvisscherij in het aan- staande seizoen niet uit te oefenen en I van dit besluit mededeeling te doen aan j B. en W. te 's-Gravonhage. Het Kamerlid W. Juten. Do toestand van het Tweede Kamerlid W. J. F. Juten, burgemeester van Wouw, is, na«T het „Dbl. v. N. Br." meldt, veel verbeterd. De toestand der oogen is reeds zoo goed als normaal. De nieraandoening is echter niet x'an lichten aard, zoodat al leen voldcende rust en dieet, den heer Ju ten, die dus zeker zijn werkzaamheden x'oorloopig niet zal hervatten, zullen kun nen doen herstellen. I Henri Ter Hall. Hefc Kamerlid de heer Henri Ter Hall mag do eersto twee maanden nog geen bezoek ontvangen en geen vergaderingen bijwonen. De wijziging van het Reisbesluit. Volgens dó „Rott." is thans het ont werpbesluit inzake de wijziging van heb Reisbesluit 1916 ter bekrachtiging aan de Koningin aangeboden. De splitsing van de derde en vierde klasse in A en B is ver- vallen; de verblijfsvergoedingen, zijn ver laagd. cn de toepassing van verschillende bepalingen, waarvoor vroeger de medewer king van de Koningin werd vereischt, zal voortaan bij beschikking van den betrok ken ministw kunnen geschieden. De RijvieSbelasting. Vanwege het. departement van Finan ciën wordt momenteel een onderzoek inge steld, of bij. invoering der rijwielbelasting de handelsondernemingen bereid zouden zijn, om tegen vergoeding do behulpzame hand te bieden bij de afgifte van de 'e verstrekken metaalplaatjes, welke na de voldoening der belasting aan de rijwielen moeten bevestigd worden. Deze médewer king van fabrikanten c.d. wordt gevraagd wijl do drukto aan do ontvangkantoren der belasting toch reces overgroot is. De ambtelijke weg. Uit Arnhem wordt de volgende verma kelijke geschiedenis meegedeeld: Het hoofd van oen school hier ter stede had xroor zijn leerlingen een aantal nieuwe banken, gekregen. Het waren mooie, dege lijke banken, waarover liet schoolmeester lijk hoofd z'n tevredenheid te kennen, gaf. Tocli ontbrak iets aan die banken, n.l. dc xroor dergelijlco meubelstukken zoo nood zakelijke inktpotten. ,Geen nood", oordeelde hot hoofd: „even een. briefje aan het edelachtbare college, dat met de dagelijksche leiding der ge meente is belast, cn.... de zaak is ge zond". - Maar B. en W. waren osn andere mea ning toegedaan. „We zullen eerst iemand sturen om die inktpotten tc begrooten", redeneerden zij, vermoedelijk uit zuinig- heidsox'erwegingen. Aldus geschiedde. Het bewuste hoofd kreeg bezoek van oen opzichter. Of deze opzichter nu in z n laak om deze inktpotjes, ter waarde van pl.m. f 50 te begrooben is te kort geschoten, is het betrokken hoofd onbekend gebleven. Een feit evenwel is het, dat na den eer sten. opzichter een tweede kwam en ver volgens een. inspecteur en daarna een sohoolopziener. Met dat al kreeg heb hoofd geen inktpotjes. Intusschen wa3 oen jaar verstreken cn had het schoolhoofd andeimaal heil en trocst gezocht bii vel letjes papier, pen cn veël inkt. Menig schrijven werd aan de vroede vaderr^ ver zonden, evenwel zonder resultaat. Dezer dagen echter werd het hoofd van school No. 17 alhier, die, met z'n leerl'ngen do dupo werd van deze smbtelijkc sleur, aan genaam verrast door de ontvangst van z'n lang verbeido inktpot:es. Plaatselijke Keuze. Naar wij vernemen, is dc groote natio nale meeting ten gunste van het wetsont werp Rutgers c.s. inzake dc Plaatsel jko Keuze, thans bepaald op Zaterdag 16 Fe bruari a.s. te Den Haag, nam. 3 uur. Als sprekers zullen optreden: Mej. L. S. van Hania van Wcidum, lid van den Ge meenteraad aldaar; Ds. G. Horreiis uo Haas, Ned. Herv. pred. te Zwollo en Dr. A. A. Cfinstiehl, -uit Amerika, terwijl naar eten R. K. spreker nog wordt gezocht. FSUILLETOM 24) En toen keek hij zoo dapper en onver schrokken en in zijn oogen scheen zulk een licht en kracht en zelfvertrouwen, dat ik Irotscher op hem xvas dan ooit. Dat i zei ik hem toen en dat ik oneindig liever j -had, dat mijn held in het strijdperk van het leven ging om te x-echten en to win nen, dan dat hij een nutteloos wezen, een •salonheld zou xvorden. En ik vertelde J ihem, met hoeveel trots en xTeugde ik op hem zou wachten en zou kijken naar zijn, strijd met al de reuzen, die in zijn weg zouden komen. O, mijn schat, xvat was j'e toen gelukkig en jo liet mij daar achter xrol hoop en yer trouwenl" Maar toen is zij gekomen, mevrouw Rarrison Todd, om mij in mijn zalig ge peins te verstoren. „Denk je, dat het goed is," zeide zij hoos en haTd, „om een jongen man, die je bijna heelemaal vreemd is, toe te staan, om je minnaar te xvorden? IJdel kind! j °?.lke.n 't maar niet!" ging zij voort, ter- .yij zij mijn blozend gelaat zag, „ik heb jo laatst wel gezien, toen je samen fc 'i Toen bedwong ik' mijn zenuwachtigheid en zag haar onbevreesd aan. „Ik heb niets te ontkennen," zei ik, „ex is niets in het gedrag van mijn aanstaan den man, xvaarover ik mij behoef te scha men." „Je aanstaande man!" riep ze uit. „Heeft de arme, verblinde jongen zijn woord dan toch aan jou gegeven, niette- „Niettegenstaande xvat?" vroeg ik ver- xvonderd, „wat bedoelt u?" „Wat? Dat zou jo zeker niet welen", zeide zij op hatelijken toon, „dat hij, als hij met jou trouwt, alles moet opgeven het groote fortuin van zijn oom, zijn vooruitzichten in zijn loopbaan en zijn eeryollo plaats in de maatshappij! Ja, nog meer," siste zij tusshen haar tanden, „ook den eerlijken naam van de kinderen, die hij zal krijgen!" Het was, alsof alles om mij heen draaide. „Wat," stamelde ik, „wat bedoelt u eigenlijk?" Toen haalde ze een brief uit haar zak en hield dien xroor mijn oogen: de lettors schenen xvel geschreven te zijn met bloed; het was alsof zo mijn hersens -brand den. Hij ïnidde: „Geachte mevrouw, Ik dank U zeer voor uw mededeeling en haast mij U te verzekeren, dat ik ern stige stappen gedaan heb, om den on dergang van mijn dwazen neef te voor komen. Een huwelijk met een dochter van Jakob Todd is onmogelijk, niet alleen om haar nederige plaats in de maatshappij, maar vooral om de schande, die zij op zijn kinderen zou overbrengen. De kinderen van Max Kendle mogen nooit iemand tot grootvader hebben, die misschien een schurk is. Hoogachtend, J. Kendle." Ik keek haar ontdaan aan. „Ik begrijp het niet," mompelde ik, „zeg mij dan xvat dat alles beteckent." „Hebben zij je dat dan nooit x'erteld?" vroeg zo op ongelooYigen toon. „Ik dacht, •rlat je hel wel wist en dat je je van den domme xvilde houden. Ga maar naar je vader en vraag het hem zelf. Dan kan hij het je vertollen, als hij wil." Toen holde ik weg, overal heen, als een "gejaagd xvild dier, al roepende: „Vader, vadert" Ik begreep, dat ik alleen maar in zijn •oogen zon hoeven te kijken - voor mij altijd zuivera bron non vm waarheid om te weten, dat deze xvreede beschuldi ging togen hem valscli was. Eindelijk vond ik hem, alleen staande tusschen de rotsen vlak bij zee. Ik vond hem, afgaande op zijn stem (hij heeft een mooie, zware bas), want hij stond daar een va nzijn geliefkocV; psalmen to zingen: „De God des lieils wil mij ten herder wezen." Er blonk een helder licht in zijn oogen; hij was geheel in zijn gedachten verzon ken on liet do woorden rondom weerklin ken. Een oogenblik stond ik verlegen, toen wierp ik mij in zijn armen. „Vader, vader! beste vader!" riep ik uit, „o zeg mij, dat het leugens zijn. Zeg, dat ze geen recht hebben te beweren, dat uxv naam bevlekt is!" Toen brak ik in mijn oxrerspaunen, op gewonden toestand in tranen uit; maar toch bleef ik hem aankijken, want ik wist, dat daarin mijn vonnis geschreven was, het vonnis, dat voor mij leven of dood zou zijn. Ik zag liem verbleeken en met ecu van schrik vertrokken gezicht hoorde ik hem mompelen, terxvijl hij over zijn gehcolo lichaam sidderde; „Is de slag eindelijk gekomen? God, help mij nu, om hem te dragen!" Ik gaf een schreeuw en stond harden- xvringend bij hem. „Vader, vadert het is toch niet waar, wat ze zeggen dat u een schurkcn- <1 aad hebt gedaan? Vader, spreek! want als ik u niet kan vertrouwen dan bestaat er geen eer meer, geen waarhe'd. geen godsdienst! Dan wil ik er niet meer in gelooven!" En moge God het mij vergeven, in Uit ééno xvilde oogenblik dacht ik, d?.t ik meende, wat ik zei. Toen trok hij mij naar zich toe en sloot mij in zijn armen - in m-jn verwarring had ik mij losgerukt en hij vroeg mi;, om hem flink in zijn oogen to zien. „Wijn dochter," zeide hij. en er was iets in zijn lief gezicht en in z jn droevi ge oogen, dat mij beschaamd maakte, dat mijn lippen zidk een vraag hadden durven uitsprc-ken; „God weei, dat ik vo'-* komen onschuldig ben aan wat ze m j tpn lasto gelegd hebben. Twijfel daar nooit aan. mijn kind, maar ik kan mijn on schuld niet bewijzen." En toon vertelde hij mij do daad. waar van zo hem x'erdachten cn d:e al die ja-« ren voor ons kinderen verborgen was ge houden; en ik begreep toen onze armoc .o en de reden van ons teruggetrokken le-» ven. (Wordfe vervolgd.).

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1923 | | pagina 5