Dagblad voor Leiden en Omstreken.
NIEUWE LEIDSCHE G0D8 ANT
AÜOÜNEiftENTSPIlIJS
In Leiden en buiten Leiden
waar agenten gevestigd zijn
Per kwartaal ,12.58
Per week f 0.19
'Franco per post per kwartaal f2.90
4de JAARGANG.
ZATERDAG 17 NOVEMBER 1923
No. I09I
BureauHooigracht 35 - Leiden - Tel. Int. I278 Postrekening 58936
i
ADVERTE3ITIE-PH1JS
Gewone advertentiè'n per regel 22J$ ceptij
Ingezonden Mededeelingen, dubbel t&rieL
Bij contract, belangrijke reductie.
Kleine advertentiëit bij vooruitbeta*
ting - van ten hoogste 30 woorden, worden
dagelijks geplaatst ad 50 een ft.
Uit nummer bestaat uit twee
bladen.
NAAR ONZE TENTEN?
Wanneer zooals thans het geval schijnt
te zijn, aan de samenwerking van de
anti-re volution air© paTtij met de andere
rechtsche, partijen een einde wordt ge
maakt, dan wordt daarmede aan een door
velen reeds lang geko ester den wensch
voldaan.
De coalitie zooals wij die eerst hebben
gekend, later gevolgd door de samenwer
king van de rechtsche partijen via het
Kabinet, is nooit ons ideaal geweest-
Voor de schaduwzijden hebben wij
nooit het oog gesloten.
Nog in 1909 werd daarop door Dr.
Kuypcr in zijne Deputalenrede de aan
dacht gevestigd toen hij verklaarde:
„Onze klemheid stelt ons twee moge
lijkheden: of dat we ons tevreden stellen
met protestpartij te zijn, of wel dat we
een bondgenootschap aangaan om met
onze bondgenooten een meerderheid te
halen tot regeeren bekwaam.
Nu is het eerste het fierst en het
lichtst.
Ge draagt dan voor het bewind geen
verantwoordelijkheid; ge komt op hoogen
toon uw lied uitzingen; ge schuift wat u
zeif het warmst maakt voorop en ais
kleine groep wijkt ge geen oogenblik noch
ter rechter, noch ter linkerzijde af van
het eens getrokken spoor.
Jn ei«ren kring blijft ge dan een krach
tige eenheid vormen. Critiek op broede-
Ten komt. n:et op. En al uw geestverwan
ten in bet land genieten er in, zoo kloek
en dapper als ge u in de Staten-Generaal
weert.
Dat was dan ook de glorieu.se positie
die Groen van Prinsterer eens in de Ka
mer innam; een positie die aan vankei :jk
ook door Dr. Kuyper werd gepleit."
Be vraag ook in het politieke leven is
©cMer niet wat wij zelf het liefst zouden
willen, en wat voor onze partij het meest
aanbevelenswaardig is. maar op we^ke
wijze de belangen van land en volk bet
best kunnen worden gediend en de bele
den bec-inselen tot ge'ding kunnen wor
den gebracht..
In 1874- kwam Groen van Prinsterer
tot de owvT-tirging, dat door het opzichzelf
blijven staan van de Antirevolutionairen,
het Liberalisme steeds in de macht be
stendigd werd, doordien bet volk niet uit
de omwoeling van het revolutiebeginsel
werd los gewikkeld.
Tn een ernst1 g gesprek drong hij er
daarom bij Dr. Kuyper op aan, om het
eerst te ver vooruit geschoren „kanon"
als venmgeh! te beschouwen en voortaan
sanmwerldng met de R. Katholieken te
zoeken, tonemde met vereerde kracht hét
liberalistisch overwicht te doen. zwenken.
Eerst wüde Dr. Kuyper daar niet aan.
..Tk voelde diep zoo zegt hij hoe
veel schoons door dit omwerpen van het
roer voor onz? vaart teloor ging en ook
voelde ik d!op hoeveel zwaarder taak
da endoor an cwm schouders gelegd werd.
Het offer dat jk brengen moest was
bard, maar toch voelde ik in *t e'nd, dat
ik voor bet brengen van dit offer niet
mocht terugdeinzen, en zoo ben ik ge
zwicht; gezwicht na ovcr'.u' 1 te zijn."
Het is dus alleen bet landsbelang en
bet belang van onze beginselen geweest
dat. er toa geleid heeft, de Coalitie in het
le^en .te roepen.
En wanneer we nu terugzien op de
jaren d'ê voorbij gingen en een .vergelij
king maken tirsschen de jaren vóór en
onder de samenwerking van de rechtsche
partiïcn. een vergelijking ook met de ver
houdingen in andere landen, dan kan
niet worden ontkend, dat. diio samenwer
king ondanks alle bezwaren, rijke vruch-
ten beeft afgeworpen.
Dit neemt echter niet weg, dat telkens
weer ook in ei "-en kring de vraag aan de
orde kwam of het toch voor onze Anti
revolutionaire partij niet beter zou zijn
ons terug te trekken in onze tenten en
ons meer te bepalen tot de propageering
van onze begmse'en!
Dat is zeer verklaarbaar;
Bij elke samenwerking moet. een deel
der eig°n speciale verlangens wórden
prijsgegeven, terwijl de actie voor de
omen be Pingelen daardoor meestal
schade h'idt. tengevolge waarvan verval
van krachten kan dreigen te ontstaan,
ju'st missch'en op oen tjidshp. dot aan
on^schokte kracht do meeste behoefte be
staat.
Bij samenwerking moet nu eenmaal
meer de aandacht gevestigd op wat ver
cent dan op wat verdeelt.
Er ontstaat daardoor een gevoel van
onlufl, terwijl zij. die zich tot taak stel
len de fouten en gebreken van een partij
in he'der licht Ie stellen teneinde daarvan
ze'f to profiieeren, een dankbare taak
hebben.
Geen wonder dan ook dat an 1921, na
j»e minder aangename ervaringen van de
laatste jaren een sterk verlangen opkwam
om naar de eigen tenten terug te keeren.
Het was met name ons Haagsche orgaan
dat "er op wees hoe wenschelijk het zou
zijn als we de verkiezingen konden in
gaan, niet om de daden van een gemengd
rechtsch Kabinet te verdedigen, maar om
de kleuren van het echte, onvervalschte
Anti-revolutionaire vaandel te ontplooien.
Het zou, meende dit orgaan,do voor
keur verdienen bij een volgende periode
pertinent alle samenwerking te vermij
den.
„Wij moeten terug naar de tenten. Wij
dorsten naar onafhankelijkheid. Wij heb
ben behoefte aan verdieping, bezinning,
concentratie.-'
En dat het Centraal Comité er niet an
ders over dacht, blijkt wel uit dat gedeel
te van het program van actie, waarin
over de saamwerking met andere partijen
werd gehandeld en waarin het heet:,
„De in de laatste jaTen nu en dan on
dervonden teleurstelling heeft onder ons
een gevoel van onlust gewekt, dat dreigt
schade te doen aan de liefde en belang
stelling voor onze eigen beginselen en
daardoor is het gevaar ontstaan, dat de
actie van dé A. R. partij aan kracht zal
gaan inboeten."
Tegelijkertijd echter werd er nadruk op
gelegd, dat de bestaande saamwerkmg
niet lichtvaardig mag worden verbroken.
Erkend werd, dat geen enkele ernstige
staatkundige partij in beginsel zich ont
trekken mag aan mede-voranl wc orde
lijkheid bij de vorming van een Kabinet,
indien de omstandigheden er toe leiden
dat zij bij zoodanige vorming wordt be
trokken.
Een partij als de onze heeft met al
leen schoone beginse'en, maar zij heeft
ook een groote verantwoordelijkheid.
Als h?t Vaderland roept, dan blijft
geen goed Anti-revolutionair onbewogen.
En zoo is dan ook in 1922 aan het Ka
binet Ruys op bepaalde voorwaarden
steun toegezegd en werden van onze
beste mannen voof dat Kabinet afgestaan.
En toen enkele maanden geleden H. M.
de Koningin onzen leider riep om de
portefeuille van Financiën voor zijne re-
ken'ng te nemen en te pogen hel {'nan-
cieel evenwicht te herstellen, teen heeft
hij zich niet door de moeilijkheden laten
weerhouden, maar heeft hij zich met volle
kracht en groote toewijding voor dat
werk gegeven.
En hij kon dat doen, omdat de perti
nente toezegging was gedaan, dat in rui
me mate met onze beginselen zou worden
gerekend.
'Aan goeden wil, om in samenwerking
met anderen het goede voor land en volk
te zoeken, heeft het dus onder ons niet
ontbroken.
En als thans, vrij plotseling, aan do
saamwerking een einde kwam en verder
voortgaan op den afgelegden weg onmo-
geh'jk werd gemaakt, dan is dat niet
onze schuld.
Wij hebben blijk gegeven onze verant
woordelijkheid te gevoelen.
Maar ju'sf. daarom trekken we dan ook
zonder te klagen en met een zekere op
gewektheid terug.
Wij beseffen volkomen de gevaren die
than3 dreigen. Het is niet met vreugde,
dat wij de verbreking der saamwerking
constateeren.
Maar in het feit zelf, dat we weer vrij
staan, dat we weer onszelf kunnen zijn,
ligt voor ons geen reden tot droefheid.
Met veerkrachtigen pas, en met ont
plooide banier keeren wij naar onze ten
ten terug.
Niet om daar te rusten en onze wape
nen weg te bergen, maar om to beter en
met meer kracht onze beginselen te kun
nen dienen, om vandaaruit op den gang
van zaken invloed te kunnen uitoefenen
en zij het dan in andere formatie met
niet minder ijver te strijden voor onzen
Koning.
V Een beetje inflatie.
Sprekende over het door de S. D. A. P.
gepubliceerde regeeringsprogram merkte
de heer Colijn te Amsterdam o.m. het
volgende op:
„Nu wil ik, hoeveel ik ook af te din
gen heb op Mr. Troelstra, hem van deze
plaats do eer niet onthöuden, dat hij
althans de tweede is geweest, die een
program heeft ontworpen, waarmede hij
voor het Nederlandsche volk is gekomen.
Een program evenwel, dat hinkt, omdat
een reeks van beloften wordt gedaan, die,
als zij vervuld werden, onvermijdelijk het
bankroet van ons volk tengevolge zouden
hebben en die, indien zij niet vervuld
worden, bewijs zijn van gemis aan dien
ernst, waarmede zulk een program be
hoort te worden opgesteld.
Het is een program van zoethouden,
ongeacht de gevaren voor de toekomst.
Het is een program in den geest van
wat de socialisten in het buitenland de
den, die de maatregelen tot redding altijd
nemen wilden op een tijdstip, dat het te
laat was.
Zoo is het gegaan in Duitschland. Zoo
is het gegaan in andere landen en zoo
zal het ook in Nederland gaan, wanneer
zij invloed kregen op den gang van za
ken.
Met hoe weinig ernst een man als
Trcelstra dit vraagstuk behandelt, moge
blijken uit de uitdrukking, die hij hier in
deze stad gebruikte, „Och oen beetje in
flatie is zoo erg niet".
Welnu, laat mij nu dit zeggen: Een
beetje inflatie vandaag, beteekent een
beetje meer inflatie morgen en nog een
beetje meer overmorgen.
En eenmaal op den weg naar beneden,
is het onmogelijk om halt te houden,
vooral voor een land, dat, zóoals Neder
land, veel van het buitenland befrekken
moet.
Er zijn hier ook huismoeders in ons
midden en hen kan met een enkel voor
beeld de zaak duidelijk gemaakt worden.
Gesteld men moet in Anaerika iets koo-
pen voor 100 Dollar. Wanneer de gulden
zijn volle koopkracht heeft behouden,
heeft men f 250.noodig, om daarmede
100 Dollar te voldoen, maar wanneer nu
die gulden in waarde verliest, in koop
kracht teruggaat, zoodat ge om die 100
Dollar te voldoen niet f 250 maar
f350.moet uitbetalen, dan begrijpt ge
toch wel, ieder voor zich, dat ge, als ge
hier thans iets koopt voor f2.50, ge
straks voor hetzelfde f 3.50 zoudt hebben
neer te tellen, en als dan het aantal gul
dens dat ge ontvangt niet is toegenomen,
dan beteekent dit een ernstige verlaging
van inkomen, al denkt ge dat dit inkomen
gelijk gebleven is.
En nu bedenke men, dat Nederland b.v.
zijn graan voornamelijk ontvangt uit
Amerika. Nog voor geen vollo 3 maanden
brengt Nederland zelf voort. Voor 9
maanden moeten we ons brood uit het
bu'tenland koopen. En al ware het alleen
daarom, dan zou de raad van Mr. Troel-
slra reeds verderfelijk zijn."
Nie* in eigen kracht.
Na te hebben aangetoond, dat het pro
gram van de S. D. A. P. een program
is voor het heden, vervolgde de heer Go-
lijn:
„Tk voor m?j wensch de toekomst van
ons va der1 and niet op-te offeren aan de
rust,-aan de valsche rust van het heden.
Dan. verkies ik den strijd.
Dan wensch Ik onder goed en onder
kwaad gerucht, voort te gaan op den weg,
dien wij hebben ingeslagen. Voor óns volk
het beste zoekend en daarbij, broeders en
zusters, -vooral niet bouwend op eigen
kracht.
Ook in deze dingen kan soms het Bij
belwoord zoo treffend tot ons spreken.
In één van onze huiselijke godsdienst
oefeningen lazen wij onlangs Jesaja 36 en
ge kent dat woord van Rabsake, onder de
muren Tan Jeruzalem gesproken, waarin
liij zegt: wat is dit vertrouwen, waarmede
gij vertrouwt? Is het soms die gebroken
rietstaf, Egypte, d>e de handen doorboort,
wanneer ge erop leunt?
En wanneer men dan zeggen kan: neen,
niet op ons kunnen, niet op eigen verstand
en inzicht bouwen wij, maar ons vertrou
wen is op den God van onze Sterkte "en
wij willen ons buigen voor het Woord, dat
eeuwig blijft, dan zijn we s'erk.
Wanneer zoo de stemming der ziel is
dan gaat de str'jd, dien wij te voeren
hebben, ook niet buiten God om en dan
weten wij, dat wat ook geschieden mag,
toch altijd weer van Boven komt de hulp,
die wij van Hem afsmeeken.
En dan kan de strijd wel bitter zijn en
persoonlijk kan dan soms in het hart wel
geleden worden, maar dan komt altijd
toch weer d?c bemoedigende gedachte bo
ven, dat het eindwoord, het laatste
woord, dat in deze bedeeling zal worden
gesproken, niet toekomt aan onze vijan
den, maar toekomt aan den Christus
Gods en de eindoverwinning zal zijn aan
hen, die Zijne verschijning hebben lief
gehad."
STADSNIEUWS.
Draagt Elkanders Lasten.
In het belang van het fonds dat boven-
staanden naam draagt en dat uitgaat van
het Ghr. Nat. Vakverbond, werd gister
avond in gebouw „Prediker" een openba
re samenkomst gehouden, waarin de heer
Dr. Putto, arts te 's-Gravenhage, optrad
met het onderwerp „De Tuberculose en
hare bestrijding", welke lezing werd toe
gelicht met lichtbeelden.
Na opening der vergadering door den
heer J. Slegfënhorst, g:ng Dr. Putto
aanstonds over tot het uitspreken van
zijn lezing, waarin hij achtereenvrAgens
schetste, a. de oorzaak van de Tubercu
lose, b. hoe zij kan worden voorkomen, c.
hoe zij kan worden bestreden.
Spr. ving aan met een beschrijving
van den oorzaak der vreeselijke ziekte: de
tuberculosebacil, welker verwoestende
werking hier'n bestaat, dat zij vergiften
afscheidt, welko het weefsel aantasten.
Zoodra de bacil haar intrede doet in
het lichaam, zegt spr., ontstaat er in
het lichaam een striid, waarvan het ver
loop afhangt van 2 factoren, n.l. ten eer-
sf3 de klacht van het betrokken l'chaam,
die stelselmatig tegengift moet.kunnen
bieden. Is een lichaam krachtig genoeg
om de voortdurende, met korte tusschen-
poozen plaats hebbend© aanvallen, te
weerstaan, en te overwinnen, dan kan het
lichaam eindelijk onvatbaar worden voor
aanvallen, evenals dit bij sommige andere
ziekten hét geval is.
Bij krachtige lichamen wordt de ziekte
veelal voorkomen, doordat zich bij de in
trede van de bacil direct do noodige te
gengiften vormen, die de bacil vernieti
gen.
De t. b. c. bëstaat feitelijk alleen uit al
lerlei knobbeltjes, die regelmatig uitbrei
den en anderen voortbrengen.
Tijdig optreden bij het zich voordoen
van de ziekte, en getrouw opvolgen van
de gegeven voorschriften zijn beslist
noodzakelijk.
In dit verband geeft spr. verschillende
practisehe wenken.
Verschillende ervaringen uit de prac-
tijk hebben de echte voorstanders van di
recte t. b. c.-bestrijding genoopt om te
trachten dn huisgezinnen waar t. b. c.-pa-
tiënten zijn, de kinderen aanstonds na de
geboorte uit het huis weg te nemen en
over te ln-engen naar sterkere gezinnen,
voornamelijk op het platteland.
Dit. stelsel, het Amerikaansche ge
noemd, is in Frankrijk eenigen t*jd toe
gepast, maar 't is niet geheel opgegaan,
cn spr. is overtuigd, dat het ook in Ne
derland zou mislukken, daar hij het een
buiitengewonen krassen en onmensehe-
lijken maatregel vindt.
Spr. -verwacht, dat alle gezinsleden, bij
het besef van wat jegens de gezondheid
der jonge kinderen op het spel staat, al
het mogelijke zullen doen, om uitbrei
ding van de ziekte te voorkomen.
Naast de directe, teekent spr. de indi
recte bestrijding der t. b. c., die bestaat
in liet zooveel mogelijk versterken van het
weerstandsvermogen van het lichaam,
vooral van het jonge lichaam. Het sterf
tecijfer van zuigelingen die benoden den
leeft-'jd van een jaar worden besmet en}'
als gevolg daarvan overlijden, is buiten
gewoon groot. Vooral, zegt spr., zal veel
propaganda moeten worden gemaakt
voor de borstvoeding, gezien het feit dat
het getal der kunstmatig gevoede kinde
ren die jong sterven dat der natuurlijk
gevoede ver overtreft.
Wat de bestrijding bij volwassenen be
treft, is vooral gcede voeding van groot
belang. In dit verband acht spr. het dan
ook noodzakelijk, dat naast het theore
tisch schoolonderwijs, aan de jonge
meisjes ook practisch hu'shoudondcrwijs
te geven, waar zij leeren een goede bur
gerpot te koken.
Een mooi practisch voorbeeld hiervan
zien we ia de nijverheidsdistricten, waar
de fabrikanten zelf dergelijke scholen
helpen in stand houden, terwijl ook
de animo onder de leerlingen niets te
wenchen overlaat.
Een andere voorname factor in de in
directe bestrijding, is de beroepskeuze
waarbij het advies van deskundigen
dient gevraagd, teneinde elk lichaam
d:e bestemming te geven, onder welke het
de meeste capaciteit kan ontwikkelen zon
der over zijn krachten heen te gaan. Het
laatste is helaas in de hedendaagsche
practijk dikwijls het geval -wat o.a. valt
waar te nemen bij patiënten die door de
Raden van Arbeid wenschen te worden
uitgezonden, doch in vele gevallen is het
reeds te ver om in te grijpen. Vandaar
dat men zich tegenwoordig meestal bij
het uitzenden van patiënten beperkt tot
gevallen waarin de geboden hulp neg
cenige kans op resultaat heeft.
In do pauze die nu volgde, gaven ver
schillende aanwezigen zich op als lid van
het fonds.
Aan de hand van een aantal mooie
scherpe lichtbeelden, liet Dr. Putto de
nuttigheid, de noodzakelijkheid en de rno»
gelijkheid van de indirecte bestrijding
zien, zooals die plaats beeft door verbete
ring van woonruimten, fabrieken en
werkplaatsen enz. Verder vacantiekolo-
r.ies, volks-schooltuinljes en buitenscho
len, waar de kinderen gelegenheid vinden
gedurende zekeren tijd wat aan te ster
ken, en regelmatig de dikwijls schadelijke
omgeving in eigen huis te ontvluchten.
De voorz'tter dankte Dr. Putto namens
do aanwezigen voor de boeiende en dui
delijke rede, die do gevolgen, maar ook' de
bestrijding der t. b. c. in een zoo bevatte-
lijken vorm had naar voren gebracht..
Spr. wekte krachtig on tot deelname aan
het fonds van het G. N. V., dat alle Ghr.
georganiseerd'en omvat, en tever.s de jon
gedames van aangeslotenen om op 1 Ja
nuari behulpzaam te zijn bij den ver
koop van de traditioneel© bloempjes.
Lichtbee'denavond Mr. J. P. A.-Stichting.
De lichtbeelden-avond vhn de Mt. Jan
Picter AdoTf-St:chting, hier gisteren
avond in de Geref. kerk aan de Oude Vost
gehouden, is een groot succes geweest.
Toen de kerkdeuren gopend werden,
stroomde het volk binnen, zoodat binnen
ecnige oogenblikken het kerkgebouw over
vol was. terwijl zéér velen teleurgesteld
moesten heengaan, daar zij er niet meer
in kon Ion.
Prec'es 8 uur, opende Ds. Bouwman de
bijeenkomst, met het doen zingen van Ps.
146:1. en gebed. In zlin kort openings
woord zeide Z.Eerw. zéér verrast te z/jn
door deze zóó talrijke opkomst. Sur.
wenschto dat de belangstelling voor den
arbeid der Stichting zou worden ver
hoogd en gezien, en dat ook daaTop Gods
zegen moge rusten en Zijn naam daar
door worde grcöt gemaakt.
De propagandist der Stichting, de heer
Aan het Zoeklicht
Leiden, 17 November 1923
Ik verheug me al bij voorbaat op a.s.
Woensdagavond.
Wat een rijk gezicht zal dat zijn, die
bonderde geestdriftige „bandieten", zoo
als, de heer Duys het Christelijk lolksdeel
betitelde, daar bijeen te zien.
Wat zal er gezongen worden. En
geluisterd niet minder.
De Socialisten en liberalisten hadden
den droeven moed om op het oogenbhk
dat de Vlootwet verworpen werd en mét
het Kabinet ook de heer Golijn naar huis
werd gestuurd, een waar vreugdegehuil
aan te heffen.
Als blijk van ridderlijkheid en bescha-
ving geloof ik.
Maar ik bemerk van dat gejuich niet
veel meer.
En ik heb een sterk vermoeden, dat ze,
als ze lezen van de geestdriftige verga
deringen te Amsterdam, 's-Gravenhago
enz., en straks, naar ik hoop cn ver
trouw. ook in Leiden, wat anders zullen
doeu dan juichen.
De schijnbare winst kon voor hen wel-
eens verlies beteekenen.
Maar bij ons zal het onder Gods zegen
worden: uit verlies winst.
Naar „Prediker" Woensdagavond.
OBSERVATOR.
Germans, begon nu met te vertoo^cn, de
pia'.en. voorstellende het we-,k der Mr.
Jan Pi eter Adolf-S lichting. Op boeion do
wijze vcrteMe hij van Mr. Jan P'e*er
Adolf Graaf van Limburg Stirum. d o
zich het lot heeft aangetrokken van land-
loopers, verwaarloosden, ontslagen ge
vangenen enz. waarin hij ook werd bijge
staan door verschillende vr'enden, waar
onder wijlen Ds. R. J. W. Rudolph.
Na den dood van^den Graaf, heeft men
zijn werk voortgezet, on de in 1915 ver
rezen Stichting, met zijn naam genoemd.
Dat de Stichting nu een beroep doet op
het Christelijk publ'ek. vindt zijn oorzaak
in de geMelijke moeilijkheden van onzen
tijd, en voornamelijk in het intrekken dor
staatssubsidie.
De gebouwen der stichting, de land- on
tuinbouw, enz. enz. werden vertoond, en
met aandacht luisterde het d;cht-opeen-
gedrongen publiek naar de gegeven ver
klaringen; men leefde eenige oogenblik
ken mee, in het leven der stichting.
Nadat vervolgens was gezongen Ps.
146:4, verkreeg Ds. Goedhard de gelegen
heid om te vertellen van het leven van
Luther, eveneens verduidelijkt met licht
beelden.
Spr. begon met er op te wijzen, hoe het
werk der Mr. J. P. A.-Stichting, mode
een deel is van de Protestantsohe barm
hartigheid, welke is, één van de zegen
rijke gevolgen van het optreden van den
grooten hervormer.
In woord en beeld trok nu het leven
van Lutber aan onze aandacht voorbij.
Ook Ds. Goedhard mocht zich verheugen
in aUer onverdeelde aandacht, en toen
Spr. eindigde met het Luptherlied: „Een
vaste Burcht is onze God" en Ds. Bouw
man verzocht dit met elkander te zingen,
werd dit schoone lied geestdriftig aange
heven, waarbij allen zich van hunne zit
plaatsen verh'even
Nadat de heer Germans nog een kort
woord van dank had gesproken tot alle
aanwezigen, sloot Ds. Bouwman deze bij
eenkomst met dankgebed.
De collecte, bij den uitgang gehouden,
bracht op f51.94/4, terwijl velen nog in-
teekenden voor een jaarlijksche contribu
tie.
Het was een heerlijke avond, en ook
het bestuur der Mr. J. P. A-.Stichting
mag deze bijeenkomst als welgeslaagd be
schouwen, terwijl in de vele nooden der
jfttichting een mooi bedrag werd Irjgc-
dragen.
Men verzocht ons nog mede to deelen,
dat het adres van den penningmeester is:
den heer J. W. Mekking, "WTUem-de-Zwij-
gerlaan 9, 's-Gravenhage; wie dus alsnog
een bijdrage wil zenden, of zich opgeven
als contribuant(e), weet het adres.
Christel. Hisl. Unie.
De Kamerkring Leiden der Chr. HjsL
Unie zal op Zaterdag 24 November in de
Nulszaal a'hier een buitengewone verga
dering houden.
Op de agenda komt o.m. voor: „Bespre-*
king van den politiekon toestand", inlei
der Mr. J. S c b ok ki n g.
Dc Koningin komt.
Naar ons gemeld wordt, blijkt er voor
de filmavonden, waarop de intocht van:
de Koninklijke Familie to 's-Gravcnhago
en te Amsterdam, de nationale huhlebo-
tooging op den Dam enz. zal worden
voorgestel, veel helangstell'ng te zijn.
Dat kan ook wel niet anders. Betrekke
lijk weinigen waren in de gelegenheid
deze gebeurtenissen bij te wonen en het
spreekt vanzelf dat er zeer velen zijn die
ze toch gaarne zullen zien. Dit geldt
trouwens niet alleen van hen die b j ae
intochten en de huügingen niet tegen-»
woordig waTen, maar ook van hen d:o
aan de feesten deelnamen en straks mis
schien hun eigen beeltenis op hol doek
zien verschijnen.