Tweede Blad Zaterdag 22 Sept. i923 Goddelijk geleide. J v „Zend Uw licht en Uwe waarheid, dat die mij leiden.Ps. 43:3. Wie hoorde niet van Jeanne d'Arc, de jonkvrouw van Orleans, en van hare hemelstemmen! Volgens haar getuigenis 3011 de aartsengel Michaël haar van Gods wege gezonden zijn, om haar op te dra- jen, 't vaderland uit 's vijands overmacht to verlossen, en den honing te Rheims te doen lcronen. Twee „heiligen" zouden haarvoortdu rend den weg, Gods aanwijzen, en gedurig luisterde zij dan ook angstvallig naar de stemmen dezer heide gidsen. Maar toen het groote doel eenmaal bereikt was, schenen do „hemelstemmen" haar te begeven, ze Mgon te weifelen, haar vleugelslag ver lamde, straks werd zij gevangen genomen, en de lelie van Frankrijk werd verteerd in den vuurgloed van den brandstapel. Wij onthouden ons hier van critiek op deze „heilieenstemmen", erkennen alleen dat deze jonkvrouw, met hare visionnaire dispositie, levend in Rome's nevelen, blijkbaar Gods Raad heeft moeten uitdie nen, en vernemen dankbaar, dat haar ge loof rustte op vaster grond, getuige haar slervensroep: „Jezus!" Maar wel zeggen we: gezegend de mensch, die alléén oor heeft voor de hemelstemmen van Gods Woord en Gods Geest, -V- dat zijn stemmen, die ons nooit begeven, maar ons trouw geleiden tot aan tot in, tot over dood en graf, tot aan, tot in, tot door Jeruzalems poorten, tot op den berg des He-eren, waar ons Zijn vol komen gemeenschap wacht. Hierom gaat het in onzen tekstpsalm, om het onbedriegelijk geleide van 's HeereD licht cn waarheid, d.i. van Zijn gunst en trouw. Als God, Die Zelf een licht is, Die Va der der lichten heet en woont in het on toegankelijk licht, Zich openbaart, is dit als het licht: denk maar aan het eerste iciie.ppiiigswooid, aan de vuurkoicm in de woestijn, aan Jezus' verheerlijking op den berg! Zóó openharen zich ook al Gods ge- nüdewerkoa: als het licht De rechtvaardi gen zullen bVnken als de zon, iichwordt uitgezaaid voor bun voet, zoodat de jicht- bloemen der genade opbloeien laags den weg naar het Vaderhuis, waar de vele wo ningen schitteren in 't onheneveld, eeuwig licht. En in het nieuw-Jeruzalem zijn zon en maan verdwenen, omdat God-Zélf daar bet licht zal zijn en het Lam do kaars. Het is Gods Heilige Geest, Die in den wog der wedergeboorte en des geloofs de harten levend maakt en 't zielsoog opënt, zoodat allen, die van nature zijn gezeten in zondenacht en doodsschaduw, in aan biddende verwondering dat goddelijk licht -:ien indalen in hun duisternis, Christus, dien Opgang uit de hoogte; o, dat licht beduidt Gods verlossing in hun nood, Zijn verzoening in hun schuld, Z'jn gerechtig heid in hun zonde, Zijn leven in'hun dood. Hier wordt, met Gods licht, ook afgebe- den Zijn waarheid, Zijn trouw. Der menschen licht is ijdel vuurwerk, 't eindigt in zwart-geblakerd stokwerk, 't is stukwerk, 't is als de vuurpijl, die al van onderen is verdoofd, aleer hij van ho ven een sterrenregen uitzendt, en de mas sa blijft verbaasd in de donkerheid ach ter. Maar Gods licht, Gods verlossingswerk is onvergankelijk 't is trouw, al wat Hij ooit beval. De heele bedeeling der schaduwen door heeft deze bewogen God licht na licht oïit- sloken, belofte na belofte geschonken, al klaarder, al heerlijker, todat eindelijk al le schaduwen vloden voor Christus Jezus, het Licht der .wereld, in Wien de vuur schijn van Gods eeuwige barmhartigheid doorbrak in den zwarten nacht van schuld en vloek en dood. Dit is een getrouw woord, en alle aan neming waardig, dat voor elk, die in het duister dwaalt, deez' Zon verstrekt een helder licht, dat hem in doodsschaduw bestraalt, op 't vredepad zijn voeten richt! Zooals de zegenende zonneschijn de dorre aarde kust en wekt tot vruchtbaar heid en leven, zoo straalt ook Gods gena delicht levenwekkend op den verstorven FEUILLETOW Van 's levens diepten. 10) HOOFDSTUK VI. Wat was er dien tusschentijd gebeurd met den eigenlijken graaf Frits? De arme, ongelukkige man wist niets van het onrecht, dat hem werd aange daan. Zooals de dokter voorspeld had, was hij zijn geheugen geheel kwijt. Hij was nu in huis bij den gids Lacroix. Daar was hij door de onvermoeide en zorgvuldige verpleging van zuster Clara lichamelijk weer geheel opgesterkt; maar geestelijk was hij als een kind. Wat 't verleden, 't tegenwoordige of de toekomst betrof, dat kon hem niets schelen. Even onverschililg was hij voor degenen, die hem omringden, behalve één zuster Clara. Die slanke, fiere vrouw had een macht over hem, die geen ander bezat. Zoo doof, stom en blind want hij kon •slechts een klein beetje hooren, zien en •spreken als hij voor anderen was, haar volgde en gehoorzaamde hij als een trouwe hond. In zijn zwakke hersens was er nog één indruk slechts één 1 en die was, dat haar een of ander onrecht 5T8S aangedaan en niet hem; dat zij akker des harten, en 't is 's Heeren aan biddelijke trouw, die dat leven doet in stand blijven, die doet volharden in het geloof en volharden in 't gebed en vol harden in de hope en volharden in de liefde, volharden tot den einde, tot op den bergtop der zaligheid. Alle room blijft uitgesloten, want alles is genade. Er komt geen sprankel heil uit onszelven voort vandaar dat hier ge- heden wordt: „Zend Uw licht en Uw waar heid. Is 't ons niet door genade van Boven gezonden, als wij een hart in ons omdra gen, dat (als Franciscus van Assisi het uitdrukte) sidderend Gods heerlijkheid mist en vurig hemelwaarts wil, naar Hem heen? „Niets, niets is 't mijn, maar alles Uw geschenken Gods licht en waarheid: wat is 't ons noodig eiken dag te vragen, „dat die on3 leiden". Die bede stoot ons in de diepte, wijl wij er in erkennen, dat wij eigener beweging geen stap op den weg des levens kunnen doen. Die bede heft ons in de hoogte, omdat het een weergaloos voorrecht is, den ver beurden ;zegen te mogen genieten van. te wandelen, met Gods licht en waarheid aan onze zij. „Dat die mij leiden"; dat is de nood kreet van een verdoolden pelgrim, „o, Heere, help mij, ik verga, ik zoo machte loos, zoo hulpeloos, zoo onwaardigi „Heere God van hemelrijken, Heere God, mijn Toeverlaat, ach, en laat geen ziel bezwijken, die met U ter bruiloft gaat!" „Dat die mij leiden": wie zal beschrij ven de zaligheid van 't leven, door Gods gunst en trouw geleid? Zulk een komt op den berg yan 's Hee ren heiligheid, den Sinaï, waar Gods hei lige Wet hem tegenvlamtach, wie kan daar bestaan? Maar hij ziet zich ook "©leid ten kruis berg op, waar Jezus, de Borg, de Midde laar bezweek onder dien vuurgloed, opdat Hij zoude behouden allen, die in Zijn vol maakte offerande leerden rusten met heel hun hart. Daar, aan Jezus' voeten mag hij genie ten, wat geen oog heeft gezien, geen oor heeft gehoord, wat in geen mensehenhart is opgeklommen. Zielsbruiloft! Is 't uw dagelijksche bede, mijn Le zer: „dat die» mij leiden"? O, hoeveel inzinking, achteruitgang, verwereldlijking is er juist hij de bede vaartgangers naar den here des Heeren! Wat een zondiee jacht naar 'n positie, naar kapitaal, naar weelde, die de ziel vermoordt, insteê van een heilig jagen door de genade, die in Christus is, naar don prijs der roeping Gods! Als. we 't niet eens wisten, dat daar Eén js, Die den ber^ des Heeren beklommen heeft, en met Zich tevens,al de Zijnen heeft doorleid medegezet in den he mel Als we 't niet wisten, dat du Heere Zijn licht cn waarheid telkens opnieuw in ver gevende goedheid gebieden wil, dat die ons leiden Maar nu, bang moee zijn onze persoon- li ;,-o strijd twijfel en verzoeking die mét ons zijn, (Gods gunst en trouw) zijn méérder, dan die tegen ons zijn, en daar zal niemand vergaan op den weg door de huilende wildernis, die, verzoend door 'Jezus' offer, op Hem ziet als op den over sten Leidsman en Voleinder des geloofs. Straks zhllen onze voeten staan, omdat zij. in Christus, nu reeds staan in Jeru zalems poorten. Dan zingen wij, door God geleid, aan Hem gewijd, in Hem verblijd, van 's Hee ren wegen. Het waren misschien harde wegen, zware wegen, bittere wegen, maar toch zalige wegen, want zij voerden ons uit een wereld vol weedom naar het Vaderhuis, en naar den maaltijd, door den Koning voor Zijn Zoon en al Diens vrienden be reid. TREED BINNEN, HEER 'k Ontsluit de deur mijn 'harten wijd, treed binnen, HeerI 'k Doe d'ouden mensch weg voor altijd, ik wil van hem niets weten meer, treed binnen, HeerI Uw bijzijn is 't wat ik begeer, Uw leven is 't waarnaar ik jaag Uw zegen is 't waarnaar ik vraag, treed binnen, HeerI de lijdende persoon was én dat het zijn plicht was om over haar te waken en haar te beschermen. Zij had hem geleerd haar naam nit te spreken en „Arme, arme Clara!" was het emiige, dat hij dagen lang zei. En deze woorden herhaalde hij als een papegaai en dan keek hij haar aan met een zee van roedelijden in zijn treurige oogen. De dokter bezocht hem niet meer. „Ik kan niets meer voor hem doen," had hij geantwoord op zuster Clara's dringend vragen. „Do rest moeten wij overlaten aan den tijd!" „Maar is er dan geen kans, dat hij weer zijn verstand terugkrijgt?" „Neen, ik geloof het niet. Zijn herinne ring is totaal weg. En bij zulke gevallen is genezing een groote, groote zeldzaam heid. Hij zal wel eens heldere oogenblik- ken hebben, maar niet vaak en van korten duur." „En zal hij lang leven?" „O, dat is iets anders! Hij is jong en krachtig en heeft zijn gezondheid niet ondermijnd, zooals zooveel andere jonge lui, anders zou die val op zijn hoofd hem zeker gedood hebben. De mogelijkheid bestaat, dat hij nog veel jaren zal leven ongelukkig genoeg. „Ongelukkig?" „Ja, zeker jammer. En dat zeg ik niet Kom binnen in mijns harten woon en 'k sluit de deur. Endoor bet schoon van Uw hoogheilig Wezen kniel ik neder met geheel mijn ziel, treed binnen, HeerI En daar is niemand in 't heelal die nevens U daar wonen zal. 't Mysterie dat geen wijze duidt, leef ik met U ten volle uit: Gij mijn, ik Dijn! ik Dijn, Gij mijn!... En zoo zal 't al-al-eeuwig zijn! Treed binnen, Heer! KEK& £14 SCHOOL KED. HERY. KERK. Beroepen. Te OmmenJ. C. Meijer te Harlingen. Aangenomen. Na-ar Oos terend op Texel (toez.): H. Janzen, cand. te Utrecht; naar Woubrugge: Joh. Kijne te Zevenhui zen (Z.-H.) GEREF. KERKEN. Aangenomen. Naar Koog-Zaandijk H. v. d. Elskamp, cand. té Kampen. Bodankt. Voor Rottevalle, Boornber- gum, Krabbendam, Kommerzijl, Suameer, Alteveer, Grauisbergen, Nieuw-Buineh, 2e Exloërinond en Zalk: H. v. d. Elskamp, cand. te Kampen. GËREF. GEMEENTEN. Beroepen. Te Rotterdam (Boezem- singel): J. Fraomje te Barneveld (vroeger te Rotterdam.) Derde predikantsplaats. Door de Vereeniging vcor Christelijke Belangen te Assen is nogmaals een ver zoek gericht tot den Kerke raad dor Ned. Herv. Gem. aldaar, om een derde predikant te beroepen en dan een van rechtzinnige richting. De drietallen te Amsterdam. Gemeld vordt, dat een groote groep ge meenteleden, die evenals de Vriendenkrin gen op den bodem der Gereformeerde belij denis staan, maar zich met het eenzijdig beleid dier Vriendenkringen niet kunnen vereenigen, voor de eerste vacature een afzonderlijk drietal zal stellen, namelijk de predikanten G. A. Pott te Oud-Bedjer- land, L. J. Lammerink te Delft en C. B. Holland te Kampen. Do ethische kiesvereeniging „Het Evan gelie" beveelt de volgende drietallen het Kiescollege aan: Eerste drietal: G. D. A. Oskamp (Prcd.- Evangelist) Winterswijk; M. van Empel, Middelburg; dr. J. C. Roose, Groningen. Tweede drietal: dr. S. F. H. J. Berkel- bach v. d. Sprenkel, Haarlem; B. ter Haar Ronneny, Ginneken; T. J. Jansen, Schoonhoven, Almen. Afscheid Zendeling Schelfhorst. Do Haagsche afdeeling. van het Java- Comité. heeft Woensdag in de Malakka- kapel afscheid genomen van zendeling Schelfhorst, die wedpr v naar Kangean hoopt te vertrekken. Het woord werd ge voerd door de heeren J. Lens, voorz. van de Haagsche afd., Dr. H. Schokking, Ds. J. Buenk, voorz. van het Java-Comité en J. van Mourik. Zendeling Schelfhorst dank te allen voor him hartelijkheid. Nadat hem staande was toegezongen Ps. 121: 4, ging Ds. Buenk voor hi dankgebed. Provinciale Universiteitsdag. Op Woensdag 26 September a.s. zal D.V. in de Groote Doelezaal, Coolsingel te Rotterdam een groote vergadering gehou den worden in het belang van de Vrije Universiteit. Als sprekers hopen op te treden in de morgen vergadering van 1012.30 uur Prof. dr. A. A. van Schelven met het onderwerp„Teleurstellingen; en idea len der Lit te ra-ris che Faculteit" en Prof. dr. F. J. J. Buytendijk met het on derwerp: „Biologie en Christendom." In de middagvergadering van 24.30 uur Prof. mr. A. Anerna met het on derwerp „Volk en Universiteit" en D s. N. Buffinga met 'fc onderwerp: „Juda's Jongelingen en de heidensche weten schap." Na ieder referaat zal er gelegenheid zijn tot discussie. Toegang hebben allen, die belang stellen in den bloei der Universiteit. Garne wekken, wij tot trouw bezoek op. Ned. Zondagschool-Vereeniging. De Nederland sche Zondagschool-Ver eeniging heeft ditmaal haar jaarvergade ring te Tiel gehouden. Dinsdagavond had de samenkomst met correspondenten der vereeniging plaats, waarin de heer Bredschneyder (Amster dam) een referaat hield over de werking zonder nadenken. De grootste vijand zou iemand zulk een leven immers niet toe- wenschen, waarin het verstand ontbreekt? Dat geeft toch eerst waarde aan ons Ie-; ven. Ja, het is 't leven zelf." En met deze ontmoedigende woorden had hij zuster Clara verlaten. Maar de moedige vrouw wanhoopte niet. De zieke wekte haar belangstelling de ongeluk kige man trok haar aan, en boven alles, zij geloofde, dat als alle aardsche mach ten vruchteloos bleken, er toch een he- melsche macht was, die alles kon. Op haar knieën bad zij tot Hem, dat Hij haar zou leiden en helpen. Zij smeek te Hem om den zieke, die haar was toe vertrouwd te beschermen en te bewaken; en dat Hij in Zijn groote wijsheid gene zing mocht aanbrengen. „Doch niet mijn wil, maar de Uwe ge schiede." Dit waren de laatste woorden van haar innig gebed. En daarna mompelde zij: „Steun Gij 't geknakte riet, o HeerI O Trooster, Godd'lijke, tot U kom ik: Geen ziel is ooit tot U vergeefs gevlucht: „Steun mij met Uwe liefde, opdat 'k niet sterf!" Toon zij zag, dat Frits of liever George, onder welken naam hij bij haar van cut nieuw© irstituut, dat bedoelt een traifc-d'union te vennen ttzssckcn' ac ver- cenigir 3 cn haar verspreide lo ten in do verschillende gewesten, en streken. Daarna werd een bidstond gehouden on der leiding van ds. H. N. Fruyb te Eri- chem. Des Woensdags werd de sai-jenkomst cler leden geopend door den voorzitter der N. Z. V., dr. G. P. Marang, van Utrecht, met een openingsrede naar aanleiding van Hand. 20 en Hebr. 10: „Heb acht op u zeiven en op de kudde en laat ons op el kander geven." De socvetaris-penningmester bracht ver slag uit van den toestand der vereeniging. De toon was opgewekt. De vereeniging groeit steeds in ledental en zag haar te kort van de oorlogsjaren met f 1000 slin ken. De buitenlandsche secretaris, de heer S. H. van Schaick (Den Haag)? wees op dc toestanden van het Z. S.-werk in de om ringende landen cn wekto op tot deelne ming aan de a.s. wereldconferentie te Glasgow. In de middagvergadering hield de heer A. van Andel, hoofd eener Chr. school te Utrecht, eeni referaat over tucht cn orde en de middelen, die der Zondagsschool in dezen ten dienste staan. Een levendige dis cussie volgde. Herkozen werden als leden van het be stuur: mej. Van Voorst Vader (Amersfoort) en, de heeren H. J. de Jong Schouwenburg (Amsterdam), S. H. v. Schaick (Dien Haag), cn dr. G. P. Marang (Utrecht.) In de avond samenkomst met de gemeen te werd het woord gevoerd door dr. J. Lammerts van Buercn (Zetten), en ds. M. Havemas (Tiel.) HONDERD MILLIOEN VOOR SOCIALE EPZFKERÏNG Aan een artikel vin Mr Groeneveld over do kosten der Sociale Verzekeringen, ontleent Patrimonium de volgende cijfers: „De Ongevallenwet 1921 legt op d\ Staat als zoodanig afgescheiden dus van de lasten, welke de Staat als werkge ver heeft te dragen geen geldelijke uit gaven. De kosten, verhonden aan de uit voering der verzekering, worden opge bracht door de verzekeringsplichtige on dernemingen. en dit hetzij door betaling aan de Rijksverzekeringsbank van pre- miën. hetzij door terugbetaling aan die instelling van hetgeen door haar aan schadeloosstelling wegens aan verzeker de arbeiders overkomen ongevallen is uit gekeerd. Over 1921 bet laatste jaar waarover verslag is uitgebracht was aan de Bank aan premiën verschuldigd een bedrag groot rond 7.100.000 gulden. Daarnevens werden over dat jaar aan de Bank door cigen-risico dragende werkge vers en risico-dragendé bijzondere instel lingen voor schadeloosstellingen, contan te waarden ,van toegekende renten en ad ministratiekosten betaald onderscheiden lijk 7.120.000, 2.485.000 en 2.100.000 gul den, in totaal 11.700.000 gulden. Over het jaar 1921 bedroegen derhalve de lasten, welke de verzekeringsplichtig onderne mingen voor de uitvoering der ongeval lenverzekering hadden pp te brengen, rond 18.800.000 gulden. Voor de invaliditeitsverzekering draagt de Staat krachtens art. 20 der invalidi teitswet jaarlijks bii een bedrag van 21.5 millioen gulden. Daarnevens is de op brengst der door de werkgevers verschul digde premiën te stellen op rond 32 mil lioen gulden per jaar. •Voor de Vrijwillige ouder doms verzeke ring draagt de Staat vooreerst krachtens art. 4, tweede lid, der Ouderdomswet 1919, hij met een bedrag van 15.3 millioen gul- don per jaar in de lasten der kostelooze ouderdomsrenten. Daarnevens draagt de Staat, ingevolge art. 4, eerste lid, dier wet, bij in het tekort op do vrijwillige ouderdomsverzekering dergenen, die op 3 December 1919 reeds den leeftijd van 34 jaren hadden overschreden, doch dien van 65 jaren nog niet hadden bereikt. De ze bijdrage zal vermoedelijk gedurende een reeks van jaren rond 12 millioen gul den 7">er jaar bedragen. Eindelijk draagt de Slaat bij in de administratiekosten dor tot 1 September j.l. gesloten verzekerin gen, welke bijdrage voor dit jaar ongeveer 1.5 millioen gulden bedraagt. Ten slotte komen voor rekening der Rijkrschatkist do bezoldigingen van de voorzitters en de secretarissen der Ra den van Arbeid en de kosten van den Ver zekeringsraad. Voor dit jaar zijn de kos ten in totaal geraamd op rond 420.000 gotfeü. Besumeerende bedragen derhalve de las ten, welke voor het bedrijfsleven uit de drie vorengenoemde verzekeringen voort- bokend was haar begon, te herkennen en haar naam zeide, hoopte zij, dat dit 't begin was van een nieuw ontwakend ge heugen, en dat hij langzamerhand ook anderen zou herkennen en toespreken. Maar hierin werd zij telkens teleurge steld. Het kleine vonkje verstgnd breid de zich niet verder uit. Op zekeren avond ging zij van het hos pitaal terug naaT het huis van den gids, toen er opeens iemand uit do schaduw van do boomen kwam en voor haar bleef staan. Clara!" „Mijnheer Ullathorn!" De man was groot en donker met een glad geschoren gezicht, waarop vaste wil en doorzettingskracht te lezen stond. Zijn haar was wat grijs op zij van zijn voor hoofd; maar al was hij over de 11 ftig, hij zag er veel jonger uit. „Eindelijk heb :k je dns gevonden," be gon hij. „Waar heb je dat Puriteinsch ja ponnetje opgedaan, Claia? Ik moet be kennen. dat het je heel goed staat." „Dat is uw zaak niet. Laat mij asjeblieft door!" „Goed. Maar je bent toch niet zoo on hartelijk dat je me een enkele vraag niet wilt beantwoorden, ra zoo'n lange afwe zigheid." „Wel ik kan op 't oogenblik niet an- Tioeioh, rond geccmen per jaar*: 13.800.00i) gulden -f 32.0C-0.000 gulden 50.800.000 gulden, cu de lasten voor don Staat: 21.500.000 gulden -f- 15.30O.GO(> gulden -f 12.000.000 gulden -4- 420.000 gulden 49.200.000 gulden. Alle lasten t* zamen. bereiken bijgevolg het respectabel cijfer van rond honderd millioen gulden per jaar.'"- list is meiterJ-iad, zeg; I:ririu\. c?a re-per. abel cijfer. Maar met deze 100 miiiloei por ;aar wordt dan ook ontzaggelijk veel goeis ve*r:f fc Ge. eel verteerd wordt Jez? som prr jaar net. Er wordt door de Verzol.erings- iuriellmgen allengs ook ?ej 1 kapitaal go* vc. md, dat weer voor nuttin "^cia-e doel einden kan worden aingew.iL - Uit hef Sociale Leven De Vakbeweging. Mefc_ de vakbeweging, gaat het over liecl de linie nog steeds achteruit. De hoop dat hot aanvankelijk snelle ver loop spoedig gestuit zou worden is niet verwezenlijkt, zooals blijkt uit het volgen de staatje: Verlies. Aantal leden in bet 1ste 1 Jan. 1 April 1 Juli halfjaar 1923 1923 1923 1923 N. V. V. 201.045 192.581 186.148 14.897 R.K. Vakb. 122.673 115.520 108.786 13.887 C. N. V. 62.521 58.960 56.163 6.358 A. N. V. 45.759 45.210 44.8S7 932 N. A. S. 21.758 22.111 Uit deze cijfers blijkt dus, dat, Let N. A'. -S. buiten rekening gelaten, de Nedcrland- sche vakbeweging in dë eerste helft van dit jaar in totaal 36.074 leden verloor. Het verlies is niet zoo sterk als iu do eerste helft van het vorige jaar. Maar het verschijnsel is er niet minder ernstig om. In den eersten tijd toch ging het meer om den zelfkant, om de leden dio uit al lerlei bijoogmerken toetraden en geheel aan den. buitenskant leefden. Dat na hot verdwijnen van dien zelfkant, het verloop toch blijft aanhouden, wijst er op, dat we hier met een verschijnsel van zeer ernstigen aard te deen hebben. Verontrustend i3 vooral, dat de Chri^e- lijke Vakbeweging zoo zwaar ge'ronen wordt. Timmerlieden In Friesland. In de te Heerenveen gehouden vergade-* ring van de Federatie van Timmerlieden-» patroons-vereenigingen in Friesland werd met het oog op de toestanden in het tim-» merbedrijf met bijna algemeen© stemmen besloten het collectief contract, zooals dit nu van kracht is, niet weer aan te gaan. De looncommissie zal met de gezellen- organisaties de besprekingen houden over ,een nieuw contract. Door de federatie zullen verder maatre gelen worden genomen om unfaire con currentie door onbevoegden tegen te gaan. Werklozenkas uitgeftuf. Naar de „Textielarbeider" meldt, is de financieele toestand van de vrerkloozen* kas van den Ned. Bond van Textielarbei* ders „De Eendracht" van dien aard, dat, na de reeds op 1 Mei ingevoerde bezuini gingsmaatregelen, thans opnieuw in de uitkeeringen zal moeten worden bezuri nigd. Zoo bedroegen de inkomsten tot en met Augustus 1923 f 54.250 en de uitga* ven in datzelfde tijdvak f78.500. Den laatsten tijd is het aantal werkloo- zen steeds grooter geworden. Het dagelijksch bestuur is van meening dat geen andeTe maatregelen kunnen wor-» den getroffen, dan het aantal dagen uiU keering belangrijk in te korten voor de nog restende maanden van dit jaar. Over dit voorstel zal het hoofdbestuu* in zijn eerstvolgende vergadering beslis* «en. Ut! 'de Textielindustrie In enkele textielfabrieken in Twenty valt een uitbreiding van werktijd te con* stateeren, o.a. in de fabrieken van de fir* ma Gelderman te Oldenzaal, te Haaksbet* gen en in enkele fabrieken te De staking in de Tapijtinuustr" Ten aanzien van deze staking sum, kan nog gemeld woTden, «fin* gevolge door de werkgevers genomen be* slissing Zaterdag gevolgd zal worden door de uitsluiting van alle arbeiders werk* zaam op de tapijtfabrieken, aangesloten bij de Vereeniging van Kath. Werkgeveri in de Textielnijverheid. Door dit besluit worden pl.m. 1000 arbeiders getroffen, werkzaam te Deventer, Dinxperloo en Amersfoort. Een groot gedeelte van hen is georganiseerd. ders. "Wat wou u graag weten?" „Mijn eerste vraag is al bijzonder na* tuurlijk. Waarom ben je zoo ondankbaar geweest om van mij weg to loopen?" „Dat heb ik u uitgelegd in den brief dien ik aan u geschreven heb. Omdat ik ontdekt had, dat u slecht was eert man, die spotte met godsdienst en die, daarmee nog niet tevreden, mijn jong Ie* ven, wilde vormen naar uw eigen slechte ideeën!" „Maar het heeft lang geduurd, voor je dat alles uitgevonden hadt. Ik zou wel graag willen weten, hoe je achter dat al* les bent gekomen." „Door de Voorzienigheid. God zelf moet mijn leidsman zijn geweest. Nooit ben ik als kind in een kerk geweest. U hebt mij een gouvernante gegeven en ik moet zeggen een zoogenaamd goede opvoeding. Een goede opvoeding! Ja, u hebt wel mijni geest willen ontwikkelen, maar niet nv.jti ziel.' „Zoo, zoo!" zeide mijnheer Ullathorn op minachtenden toon, „dat is een zeer eigenaardige biecht. Wat verder? (Wordt vervolgd).

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1923 | | pagina 5