Tweede Blad
Zaterdag 22 Sept. i923
Goddelijk geleide.
J v „Zend Uw licht en Uwe waarheid,
dat die mij leiden.Ps. 43:3.
Wie hoorde niet van Jeanne d'Arc, de
jonkvrouw van Orleans, en van hare
hemelstemmen! Volgens haar getuigenis
3011 de aartsengel Michaël haar van Gods
wege gezonden zijn, om haar op te dra-
jen, 't vaderland uit 's vijands overmacht
to verlossen, en den honing te Rheims te
doen lcronen.
Twee „heiligen" zouden haarvoortdu
rend den weg, Gods aanwijzen, en gedurig
luisterde zij dan ook angstvallig naar de
stemmen dezer heide gidsen. Maar toen het
groote doel eenmaal bereikt was, schenen
do „hemelstemmen" haar te begeven, ze
Mgon te weifelen, haar vleugelslag ver
lamde, straks werd zij gevangen genomen,
en de lelie van Frankrijk werd verteerd
in den vuurgloed van den brandstapel.
Wij onthouden ons hier van critiek op
deze „heilieenstemmen", erkennen alleen
dat deze jonkvrouw, met hare visionnaire
dispositie, levend in Rome's nevelen,
blijkbaar Gods Raad heeft moeten uitdie
nen, en vernemen dankbaar, dat haar ge
loof rustte op vaster grond, getuige haar
slervensroep: „Jezus!"
Maar wel zeggen we: gezegend de
mensch, die alléén oor heeft voor de
hemelstemmen van Gods Woord en Gods
Geest, -V- dat zijn stemmen, die ons nooit
begeven, maar ons trouw geleiden tot aan
tot in, tot over dood en graf, tot aan, tot
in, tot door Jeruzalems poorten, tot op
den berg des He-eren, waar ons Zijn vol
komen gemeenschap wacht.
Hierom gaat het in onzen tekstpsalm, om
het onbedriegelijk geleide van 's HeereD
licht cn waarheid, d.i. van Zijn gunst en
trouw.
Als God, Die Zelf een licht is, Die Va
der der lichten heet en woont in het on
toegankelijk licht, Zich openbaart, is dit
als het licht: denk maar aan het eerste
iciie.ppiiigswooid, aan de vuurkoicm in de
woestijn, aan Jezus' verheerlijking op
den berg!
Zóó openharen zich ook al Gods ge-
nüdewerkoa: als het licht De rechtvaardi
gen zullen bVnken als de zon, iichwordt
uitgezaaid voor bun voet, zoodat de jicht-
bloemen der genade opbloeien laags den
weg naar het Vaderhuis, waar de vele wo
ningen schitteren in 't onheneveld, eeuwig
licht. En in het nieuw-Jeruzalem zijn zon
en maan verdwenen, omdat God-Zélf daar
bet licht zal zijn en het Lam do kaars.
Het is Gods Heilige Geest, Die in den
wog der wedergeboorte en des geloofs de
harten levend maakt en 't zielsoog opënt,
zoodat allen, die van nature zijn gezeten
in zondenacht en doodsschaduw, in aan
biddende verwondering dat goddelijk licht
-:ien indalen in hun duisternis, Christus,
dien Opgang uit de hoogte; o, dat licht
beduidt Gods verlossing in hun nood, Zijn
verzoening in hun schuld, Z'jn gerechtig
heid in hun zonde, Zijn leven in'hun
dood.
Hier wordt, met Gods licht, ook afgebe-
den Zijn waarheid, Zijn trouw.
Der menschen licht is ijdel vuurwerk,
't eindigt in zwart-geblakerd stokwerk, 't
is stukwerk, 't is als de vuurpijl, die al
van onderen is verdoofd, aleer hij van ho
ven een sterrenregen uitzendt, en de mas
sa blijft verbaasd in de donkerheid ach
ter.
Maar Gods licht, Gods verlossingswerk
is onvergankelijk 't is trouw, al wat
Hij ooit beval.
De heele bedeeling der schaduwen door
heeft deze bewogen God licht na licht oïit-
sloken, belofte na belofte geschonken, al
klaarder, al heerlijker, todat eindelijk al
le schaduwen vloden voor Christus Jezus,
het Licht der .wereld, in Wien de vuur
schijn van Gods eeuwige barmhartigheid
doorbrak in den zwarten nacht van schuld
en vloek en dood.
Dit is een getrouw woord, en alle aan
neming waardig, dat voor elk, die in het
duister dwaalt, deez' Zon verstrekt een
helder licht, dat hem in doodsschaduw
bestraalt, op 't vredepad zijn voeten richt!
Zooals de zegenende zonneschijn de
dorre aarde kust en wekt tot vruchtbaar
heid en leven, zoo straalt ook Gods gena
delicht levenwekkend op den verstorven
FEUILLETOW
Van 's levens diepten.
10)
HOOFDSTUK VI.
Wat was er dien tusschentijd gebeurd
met den eigenlijken graaf Frits?
De arme, ongelukkige man wist niets
van het onrecht, dat hem werd aange
daan. Zooals de dokter voorspeld had,
was hij zijn geheugen geheel kwijt. Hij
was nu in huis bij den gids Lacroix.
Daar was hij door de onvermoeide en
zorgvuldige verpleging van zuster Clara
lichamelijk weer geheel opgesterkt; maar
geestelijk was hij als een kind. Wat 't
verleden, 't tegenwoordige of de toekomst
betrof, dat kon hem niets schelen. Even
onverschililg was hij voor degenen, die
hem omringden, behalve één zuster
Clara. Die slanke, fiere vrouw had een
macht over hem, die geen ander bezat.
Zoo doof, stom en blind want hij kon
•slechts een klein beetje hooren, zien en
•spreken als hij voor anderen was,
haar volgde en gehoorzaamde hij als een
trouwe hond. In zijn zwakke hersens was
er nog één indruk slechts één 1 en
die was, dat haar een of ander onrecht
5T8S aangedaan en niet hem; dat zij
akker des harten, en 't is 's Heeren aan
biddelijke trouw, die dat leven doet in
stand blijven, die doet volharden in het
geloof en volharden in 't gebed en vol
harden in de hope en volharden in de
liefde, volharden tot den einde, tot op den
bergtop der zaligheid.
Alle room blijft uitgesloten, want alles
is genade. Er komt geen sprankel heil uit
onszelven voort vandaar dat hier ge-
heden wordt: „Zend Uw licht en Uw waar
heid.
Is 't ons niet door genade van Boven
gezonden, als wij een hart in ons omdra
gen, dat (als Franciscus van Assisi het
uitdrukte) sidderend Gods heerlijkheid
mist en vurig hemelwaarts wil, naar Hem
heen?
„Niets, niets is 't mijn, maar alles Uw
geschenken
Gods licht en waarheid: wat is 't ons
noodig eiken dag te vragen, „dat die on3
leiden".
Die bede stoot ons in de diepte, wijl wij
er in erkennen, dat wij eigener beweging
geen stap op den weg des levens kunnen
doen.
Die bede heft ons in de hoogte, omdat
het een weergaloos voorrecht is, den ver
beurden ;zegen te mogen genieten van. te
wandelen, met Gods licht en waarheid aan
onze zij.
„Dat die mij leiden"; dat is de nood
kreet van een verdoolden pelgrim, „o,
Heere, help mij, ik verga, ik zoo machte
loos, zoo hulpeloos, zoo onwaardigi
„Heere God van hemelrijken,
Heere God, mijn Toeverlaat,
ach, en laat geen ziel bezwijken,
die met U ter bruiloft gaat!"
„Dat die mij leiden": wie zal beschrij
ven de zaligheid van 't leven, door Gods
gunst en trouw geleid?
Zulk een komt op den berg yan 's Hee
ren heiligheid, den Sinaï, waar Gods hei
lige Wet hem tegenvlamtach, wie kan
daar bestaan?
Maar hij ziet zich ook "©leid ten kruis
berg op, waar Jezus, de Borg, de Midde
laar bezweek onder dien vuurgloed, opdat
Hij zoude behouden allen, die in Zijn vol
maakte offerande leerden rusten met heel
hun hart.
Daar, aan Jezus' voeten mag hij genie
ten, wat geen oog heeft gezien, geen oor
heeft gehoord, wat in geen mensehenhart
is opgeklommen.
Zielsbruiloft!
Is 't uw dagelijksche bede, mijn Le
zer: „dat die» mij leiden"?
O, hoeveel inzinking, achteruitgang,
verwereldlijking is er juist hij de bede
vaartgangers naar den here des Heeren!
Wat een zondiee jacht naar 'n positie,
naar kapitaal, naar weelde, die de ziel
vermoordt, insteê van een heilig jagen
door de genade, die in Christus is, naar
don prijs der roeping Gods!
Als. we 't niet eens wisten, dat daar Eén
js, Die den ber^ des Heeren beklommen
heeft, en met Zich tevens,al de Zijnen
heeft doorleid medegezet in den he
mel
Als we 't niet wisten, dat du Heere Zijn
licht cn waarheid telkens opnieuw in ver
gevende goedheid gebieden wil, dat die ons
leiden
Maar nu, bang moee zijn onze persoon-
li ;,-o strijd twijfel en verzoeking die
mét ons zijn, (Gods gunst en trouw) zijn
méérder, dan die tegen ons zijn, en daar
zal niemand vergaan op den weg door de
huilende wildernis, die, verzoend door
'Jezus' offer, op Hem ziet als op den over
sten Leidsman en Voleinder des geloofs.
Straks zhllen onze voeten staan, omdat
zij. in Christus, nu reeds staan in Jeru
zalems poorten.
Dan zingen wij, door God geleid, aan
Hem gewijd, in Hem verblijd, van 's Hee
ren wegen.
Het waren misschien harde wegen,
zware wegen, bittere wegen, maar toch
zalige wegen, want zij voerden ons uit een
wereld vol weedom naar het Vaderhuis,
en naar den maaltijd, door den Koning
voor Zijn Zoon en al Diens vrienden be
reid.
TREED BINNEN, HEER
'k Ontsluit de deur mijn 'harten wijd,
treed binnen, HeerI
'k Doe d'ouden mensch weg voor altijd,
ik wil van hem niets weten meer,
treed binnen, HeerI
Uw bijzijn is 't wat ik begeer,
Uw leven is 't waarnaar ik jaag
Uw zegen is 't waarnaar ik vraag,
treed binnen, HeerI
de lijdende persoon was én dat het zijn
plicht was om over haar te waken en
haar te beschermen.
Zij had hem geleerd haar naam nit te
spreken en „Arme, arme Clara!" was het
emiige, dat hij dagen lang zei. En deze
woorden herhaalde hij als een papegaai
en dan keek hij haar aan met een zee van
roedelijden in zijn treurige oogen.
De dokter bezocht hem niet meer.
„Ik kan niets meer voor hem doen,"
had hij geantwoord op zuster Clara's
dringend vragen. „Do rest moeten wij
overlaten aan den tijd!"
„Maar is er dan geen kans, dat hij
weer zijn verstand terugkrijgt?"
„Neen, ik geloof het niet. Zijn herinne
ring is totaal weg. En bij zulke gevallen
is genezing een groote, groote zeldzaam
heid. Hij zal wel eens heldere oogenblik-
ken hebben, maar niet vaak en van korten
duur."
„En zal hij lang leven?"
„O, dat is iets anders! Hij is jong en
krachtig en heeft zijn gezondheid niet
ondermijnd, zooals zooveel andere jonge
lui, anders zou die val op zijn hoofd hem
zeker gedood hebben. De mogelijkheid
bestaat, dat hij nog veel jaren zal leven
ongelukkig genoeg.
„Ongelukkig?"
„Ja, zeker jammer. En dat zeg ik niet
Kom binnen in mijns harten woon
en 'k sluit de deur. Endoor bet schoon
van Uw hoogheilig Wezen kniel
ik neder met geheel mijn ziel,
treed binnen, HeerI
En daar is niemand in 't heelal
die nevens U daar wonen zal.
't Mysterie dat geen wijze duidt,
leef ik met U ten volle uit:
Gij mijn, ik Dijn! ik Dijn, Gij
mijn!...
En zoo zal 't al-al-eeuwig zijn!
Treed binnen, Heer!
KEK& £14 SCHOOL
KED. HERY. KERK.
Beroepen. Te OmmenJ. C. Meijer
te Harlingen.
Aangenomen. Na-ar Oos terend op
Texel (toez.): H. Janzen, cand. te Utrecht;
naar Woubrugge: Joh. Kijne te Zevenhui
zen (Z.-H.)
GEREF. KERKEN.
Aangenomen. Naar Koog-Zaandijk
H. v. d. Elskamp, cand. té Kampen.
Bodankt. Voor Rottevalle, Boornber-
gum, Krabbendam, Kommerzijl, Suameer,
Alteveer, Grauisbergen, Nieuw-Buineh, 2e
Exloërinond en Zalk: H. v. d. Elskamp,
cand. te Kampen.
GËREF. GEMEENTEN.
Beroepen. Te Rotterdam (Boezem-
singel): J. Fraomje te Barneveld (vroeger
te Rotterdam.)
Derde predikantsplaats.
Door de Vereeniging vcor Christelijke
Belangen te Assen is nogmaals een ver
zoek gericht tot den Kerke raad dor Ned.
Herv. Gem. aldaar, om een derde predikant
te beroepen en dan een van rechtzinnige
richting.
De drietallen te Amsterdam.
Gemeld vordt, dat een groote groep ge
meenteleden, die evenals de Vriendenkrin
gen op den bodem der Gereformeerde belij
denis staan, maar zich met het eenzijdig
beleid dier Vriendenkringen niet kunnen
vereenigen, voor de eerste vacature een
afzonderlijk drietal zal stellen, namelijk
de predikanten G. A. Pott te Oud-Bedjer-
land, L. J. Lammerink te Delft en C. B.
Holland te Kampen.
Do ethische kiesvereeniging „Het Evan
gelie" beveelt de volgende drietallen het
Kiescollege aan:
Eerste drietal: G. D. A. Oskamp (Prcd.-
Evangelist) Winterswijk; M. van Empel,
Middelburg; dr. J. C. Roose, Groningen.
Tweede drietal: dr. S. F. H. J. Berkel-
bach v. d. Sprenkel, Haarlem; B. ter
Haar Ronneny, Ginneken; T. J. Jansen,
Schoonhoven, Almen.
Afscheid Zendeling Schelfhorst.
Do Haagsche afdeeling. van het Java-
Comité. heeft Woensdag in de Malakka-
kapel afscheid genomen van zendeling
Schelfhorst, die wedpr v naar Kangean
hoopt te vertrekken. Het woord werd ge
voerd door de heeren J. Lens, voorz. van
de Haagsche afd., Dr. H. Schokking, Ds.
J. Buenk, voorz. van het Java-Comité en
J. van Mourik. Zendeling Schelfhorst dank
te allen voor him hartelijkheid. Nadat
hem staande was toegezongen Ps. 121: 4,
ging Ds. Buenk voor hi dankgebed.
Provinciale Universiteitsdag.
Op Woensdag 26 September a.s. zal
D.V. in de Groote Doelezaal, Coolsingel te
Rotterdam een groote vergadering gehou
den worden in het belang van de Vrije
Universiteit.
Als sprekers hopen op te treden in de
morgen vergadering van 1012.30 uur
Prof. dr. A. A. van Schelven met
het onderwerp„Teleurstellingen; en idea
len der Lit te ra-ris che Faculteit" en Prof.
dr. F. J. J. Buytendijk met het on
derwerp: „Biologie en Christendom."
In de middagvergadering van 24.30
uur Prof. mr. A. Anerna met het on
derwerp „Volk en Universiteit" en D s.
N. Buffinga met 'fc onderwerp: „Juda's
Jongelingen en de heidensche weten
schap."
Na ieder referaat zal er gelegenheid
zijn tot discussie.
Toegang hebben allen, die belang stellen
in den bloei der Universiteit.
Garne wekken, wij tot trouw bezoek op.
Ned. Zondagschool-Vereeniging.
De Nederland sche Zondagschool-Ver
eeniging heeft ditmaal haar jaarvergade
ring te Tiel gehouden.
Dinsdagavond had de samenkomst met
correspondenten der vereeniging plaats,
waarin de heer Bredschneyder (Amster
dam) een referaat hield over de werking
zonder nadenken. De grootste vijand zou
iemand zulk een leven immers niet toe-
wenschen, waarin het verstand ontbreekt?
Dat geeft toch eerst waarde aan ons Ie-;
ven. Ja, het is 't leven zelf."
En met deze ontmoedigende woorden
had hij zuster Clara verlaten. Maar de
moedige vrouw wanhoopte niet. De zieke
wekte haar belangstelling de ongeluk
kige man trok haar aan, en boven alles,
zij geloofde, dat als alle aardsche mach
ten vruchteloos bleken, er toch een he-
melsche macht was, die alles kon.
Op haar knieën bad zij tot Hem, dat
Hij haar zou leiden en helpen. Zij smeek
te Hem om den zieke, die haar was toe
vertrouwd te beschermen en te bewaken;
en dat Hij in Zijn groote wijsheid gene
zing mocht aanbrengen.
„Doch niet mijn wil, maar de Uwe ge
schiede."
Dit waren de laatste woorden van haar
innig gebed. En daarna mompelde zij:
„Steun Gij 't geknakte riet, o HeerI
O Trooster, Godd'lijke, tot U kom ik:
Geen ziel is ooit tot U vergeefs gevlucht:
„Steun mij met Uwe liefde, opdat 'k
niet sterf!"
Toon zij zag, dat Frits of liever
George, onder welken naam hij bij haar
van cut nieuw© irstituut, dat bedoelt een
traifc-d'union te vennen ttzssckcn' ac ver-
cenigir 3 cn haar verspreide lo ten in do
verschillende gewesten, en streken.
Daarna werd een bidstond gehouden on
der leiding van ds. H. N. Fruyb te Eri-
chem.
Des Woensdags werd de sai-jenkomst cler
leden geopend door den voorzitter der N.
Z. V., dr. G. P. Marang, van Utrecht, met
een openingsrede naar aanleiding van
Hand. 20 en Hebr. 10: „Heb acht op u
zeiven en op de kudde en laat ons op el
kander geven."
De socvetaris-penningmester bracht ver
slag uit van den toestand der vereeniging.
De toon was opgewekt. De vereeniging
groeit steeds in ledental en zag haar te
kort van de oorlogsjaren met f 1000 slin
ken.
De buitenlandsche secretaris, de heer S.
H. van Schaick (Den Haag)? wees op dc
toestanden van het Z. S.-werk in de om
ringende landen cn wekto op tot deelne
ming aan de a.s. wereldconferentie te
Glasgow.
In de middagvergadering hield de heer
A. van Andel, hoofd eener Chr. school te
Utrecht, eeni referaat over tucht cn orde
en de middelen, die der Zondagsschool in
dezen ten dienste staan. Een levendige dis
cussie volgde.
Herkozen werden als leden van het be
stuur: mej. Van Voorst Vader (Amersfoort)
en, de heeren H. J. de Jong Schouwenburg
(Amsterdam), S. H. v. Schaick (Dien Haag),
cn dr. G. P. Marang (Utrecht.)
In de avond samenkomst met de gemeen
te werd het woord gevoerd door dr. J.
Lammerts van Buercn (Zetten), en ds. M.
Havemas (Tiel.)
HONDERD MILLIOEN VOOR SOCIALE
EPZFKERÏNG
Aan een artikel vin Mr Groeneveld
over do kosten der Sociale Verzekeringen,
ontleent Patrimonium de volgende
cijfers:
„De Ongevallenwet 1921 legt op d\
Staat als zoodanig afgescheiden dus
van de lasten, welke de Staat als werkge
ver heeft te dragen geen geldelijke uit
gaven. De kosten, verhonden aan de uit
voering der verzekering, worden opge
bracht door de verzekeringsplichtige on
dernemingen. en dit hetzij door betaling
aan de Rijksverzekeringsbank van pre-
miën. hetzij door terugbetaling aan die
instelling van hetgeen door haar aan
schadeloosstelling wegens aan verzeker
de arbeiders overkomen ongevallen is uit
gekeerd. Over 1921 bet laatste jaar
waarover verslag is uitgebracht was
aan de Bank aan premiën verschuldigd
een bedrag groot rond 7.100.000 gulden.
Daarnevens werden over dat jaar aan de
Bank door cigen-risico dragende werkge
vers en risico-dragendé bijzondere instel
lingen voor schadeloosstellingen, contan
te waarden ,van toegekende renten en ad
ministratiekosten betaald onderscheiden
lijk 7.120.000, 2.485.000 en 2.100.000 gul
den, in totaal 11.700.000 gulden. Over het
jaar 1921 bedroegen derhalve de lasten,
welke de verzekeringsplichtig onderne
mingen voor de uitvoering der ongeval
lenverzekering hadden pp te brengen,
rond 18.800.000 gulden.
Voor de invaliditeitsverzekering draagt
de Staat krachtens art. 20 der invalidi
teitswet jaarlijks bii een bedrag van 21.5
millioen gulden. Daarnevens is de op
brengst der door de werkgevers verschul
digde premiën te stellen op rond 32 mil
lioen gulden per jaar.
•Voor de Vrijwillige ouder doms verzeke
ring draagt de Staat vooreerst krachtens
art. 4, tweede lid, der Ouderdomswet 1919,
hij met een bedrag van 15.3 millioen gul-
don per jaar in de lasten der kostelooze
ouderdomsrenten. Daarnevens draagt de
Staat, ingevolge art. 4, eerste lid, dier
wet, bij in het tekort op do vrijwillige
ouderdomsverzekering dergenen, die op 3
December 1919 reeds den leeftijd van 34
jaren hadden overschreden, doch dien
van 65 jaren nog niet hadden bereikt. De
ze bijdrage zal vermoedelijk gedurende
een reeks van jaren rond 12 millioen gul
den 7">er jaar bedragen. Eindelijk draagt
de Slaat bij in de administratiekosten dor
tot 1 September j.l. gesloten verzekerin
gen, welke bijdrage voor dit jaar ongeveer
1.5 millioen gulden bedraagt.
Ten slotte komen voor rekening der
Rijkrschatkist do bezoldigingen van de
voorzitters en de secretarissen der Ra
den van Arbeid en de kosten van den Ver
zekeringsraad. Voor dit jaar zijn de kos
ten in totaal geraamd op rond 420.000
gotfeü.
Besumeerende bedragen derhalve de las
ten, welke voor het bedrijfsleven uit de
drie vorengenoemde verzekeringen voort-
bokend was haar begon, te herkennen
en haar naam zeide, hoopte zij, dat dit 't
begin was van een nieuw ontwakend ge
heugen, en dat hij langzamerhand ook
anderen zou herkennen en toespreken.
Maar hierin werd zij telkens teleurge
steld. Het kleine vonkje verstgnd breid
de zich niet verder uit.
Op zekeren avond ging zij van het hos
pitaal terug naaT het huis van den gids,
toen er opeens iemand uit do schaduw
van do boomen kwam en voor haar bleef
staan.
Clara!"
„Mijnheer Ullathorn!"
De man was groot en donker met een
glad geschoren gezicht, waarop vaste wil
en doorzettingskracht te lezen stond. Zijn
haar was wat grijs op zij van zijn voor
hoofd; maar al was hij over de 11 ftig,
hij zag er veel jonger uit.
„Eindelijk heb :k je dns gevonden," be
gon hij. „Waar heb je dat Puriteinsch ja
ponnetje opgedaan, Claia? Ik moet be
kennen. dat het je heel goed staat."
„Dat is uw zaak niet. Laat mij asjeblieft
door!"
„Goed. Maar je bent toch niet zoo on
hartelijk dat je me een enkele vraag niet
wilt beantwoorden, ra zoo'n lange afwe
zigheid."
„Wel ik kan op 't oogenblik niet an-
Tioeioh, rond geccmen per jaar*: 13.800.00i)
gulden -f 32.0C-0.000 gulden 50.800.000
gulden, cu de lasten voor don Staat:
21.500.000 gulden -f- 15.30O.GO(> gulden
-f 12.000.000 gulden -4- 420.000 gulden
49.200.000 gulden. Alle lasten t* zamen.
bereiken bijgevolg het respectabel cijfer
van rond honderd millioen gulden per
jaar.'"-
list is meiterJ-iad, zeg; I:ririu\. c?a
re-per. abel cijfer.
Maar met deze 100 miiiloei por ;aar
wordt dan ook ontzaggelijk veel goeis
ve*r:f fc
Ge. eel verteerd wordt Jez? som prr
jaar net. Er wordt door de Verzol.erings-
iuriellmgen allengs ook ?ej 1 kapitaal go*
vc. md, dat weer voor nuttin "^cia-e doel
einden kan worden aingew.iL -
Uit hef Sociale Leven
De Vakbeweging.
Mefc_ de vakbeweging, gaat het over liecl
de linie nog steeds achteruit.
De hoop dat hot aanvankelijk snelle ver
loop spoedig gestuit zou worden is niet
verwezenlijkt, zooals blijkt uit het volgen
de staatje:
Verlies.
Aantal leden in bet 1ste
1 Jan. 1 April 1 Juli halfjaar
1923 1923 1923 1923
N. V. V. 201.045 192.581 186.148 14.897
R.K. Vakb. 122.673 115.520 108.786 13.887
C. N. V. 62.521 58.960 56.163 6.358
A. N. V. 45.759 45.210 44.8S7 932
N. A. S. 21.758 22.111
Uit deze cijfers blijkt dus, dat, Let N. A'.
-S. buiten rekening gelaten, de Nedcrland-
sche vakbeweging in dë eerste helft van
dit jaar in totaal 36.074 leden verloor.
Het verlies is niet zoo sterk als iu do
eerste helft van het vorige jaar.
Maar het verschijnsel is er niet minder
ernstig om.
In den eersten tijd toch ging het meer
om den zelfkant, om de leden dio uit al
lerlei bijoogmerken toetraden en geheel
aan den. buitenskant leefden.
Dat na hot verdwijnen van dien zelfkant,
het verloop toch blijft aanhouden, wijst er
op, dat we hier met een verschijnsel van
zeer ernstigen aard te deen hebben.
Verontrustend i3 vooral, dat de Chri^e-
lijke Vakbeweging zoo zwaar ge'ronen
wordt.
Timmerlieden In Friesland.
In de te Heerenveen gehouden vergade-*
ring van de Federatie van Timmerlieden-»
patroons-vereenigingen in Friesland werd
met het oog op de toestanden in het tim-»
merbedrijf met bijna algemeen© stemmen
besloten het collectief contract, zooals dit
nu van kracht is, niet weer aan te gaan.
De looncommissie zal met de gezellen-
organisaties de besprekingen houden over
,een nieuw contract.
Door de federatie zullen verder maatre
gelen worden genomen om unfaire con
currentie door onbevoegden tegen te gaan.
Werklozenkas uitgeftuf.
Naar de „Textielarbeider" meldt, is de
financieele toestand van de vrerkloozen*
kas van den Ned. Bond van Textielarbei*
ders „De Eendracht" van dien aard, dat,
na de reeds op 1 Mei ingevoerde bezuini
gingsmaatregelen, thans opnieuw in de
uitkeeringen zal moeten worden bezuri
nigd. Zoo bedroegen de inkomsten tot en
met Augustus 1923 f 54.250 en de uitga*
ven in datzelfde tijdvak f78.500.
Den laatsten tijd is het aantal werkloo-
zen steeds grooter geworden.
Het dagelijksch bestuur is van meening
dat geen andeTe maatregelen kunnen wor-»
den getroffen, dan het aantal dagen uiU
keering belangrijk in te korten voor de
nog restende maanden van dit jaar.
Over dit voorstel zal het hoofdbestuu*
in zijn eerstvolgende vergadering beslis*
«en.
Ut! 'de Textielindustrie
In enkele textielfabrieken in Twenty
valt een uitbreiding van werktijd te con*
stateeren, o.a. in de fabrieken van de fir*
ma Gelderman te Oldenzaal, te Haaksbet*
gen en in enkele fabrieken te
De staking in de Tapijtinuustr"
Ten aanzien van deze staking
sum, kan nog gemeld woTden, «fin*
gevolge door de werkgevers genomen be*
slissing Zaterdag gevolgd zal worden door
de uitsluiting van alle arbeiders werk*
zaam op de tapijtfabrieken, aangesloten
bij de Vereeniging van Kath. Werkgeveri
in de Textielnijverheid. Door dit besluit
worden pl.m. 1000 arbeiders getroffen,
werkzaam te Deventer, Dinxperloo en
Amersfoort. Een groot gedeelte van hen
is georganiseerd.
ders. "Wat wou u graag weten?"
„Mijn eerste vraag is al bijzonder na*
tuurlijk. Waarom ben je zoo ondankbaar
geweest om van mij weg to loopen?"
„Dat heb ik u uitgelegd in den brief
dien ik aan u geschreven heb. Omdat ik
ontdekt had, dat u slecht was eert
man, die spotte met godsdienst en die,
daarmee nog niet tevreden, mijn jong Ie*
ven, wilde vormen naar uw eigen slechte
ideeën!"
„Maar het heeft lang geduurd, voor je
dat alles uitgevonden hadt. Ik zou wel
graag willen weten, hoe je achter dat al*
les bent gekomen."
„Door de Voorzienigheid. God zelf moet
mijn leidsman zijn geweest. Nooit ben ik
als kind in een kerk geweest. U hebt mij
een gouvernante gegeven en ik moet
zeggen een zoogenaamd goede opvoeding.
Een goede opvoeding! Ja, u hebt wel mijni
geest willen ontwikkelen, maar niet nv.jti
ziel.'
„Zoo, zoo!" zeide mijnheer Ullathorn
op minachtenden toon, „dat is een zeer
eigenaardige biecht. Wat verder?
(Wordt vervolgd).