n a 1 Dagblad voor Leiden en Omstreken. COURANT ABOS9HEMENTSPRIJS In Leiden en buiten Lelden waar agonten gevestigd zijn Per kwartaal f2.50 Per v/eek f 0.19 Franco per post per kwartaal f 2.90 4*Je JAARGANG. - Diï'SSDAG 7 AUGUSTUS 1923 - No. 1005 Bureau: Hooigracht 35 Leiden Tel. Int. 1278 - Postrekening 58936 V Wat Minister van Karnebeek zegt, Wij hebben gisteren de aandacht geves tigd op een redevoering van Minister de Geer, waarin op financieele gron de n de invoering van de Vlootwet werd verdedigd. Naast Minister de Geer, plaatste zich toen onze Minister van Buitenlandsche Zaken, een man van erkende bekwaam heid, die op andere gronden de noodza kelijkheid van de totstandkoming der Vlootwet in het licht stelde. In de vrijzinnig-socialistische pers, wordt thans dag aan dag betoogd, primo, dat het vlootplan overbodig is, omdat voor een aanval of voor schending van onze neutraliteit in het verre Oosten geen gevaar bestaat, en secundo, omdat het ingaat tegen het streven van den Vólken hond en op de omliggende mogendheden prikkelend werkt. Hieromtrent werd door Minister van Karnebeek in April van het vorige jaar het volgende opgemerkt: „Het is bekend, dat door de Regeering aan de Conferentie van Washington posi tieve waarde wordt toegekend. Ons poli tiek statuut in het verre Oosten heeft door de verkregen verklaringen versterking ondergaan. En als de staat van vertrou wen van het viermogendhedenverdrag in werking gaat, zal dit ons ten goede ko men. „Toch kan spreker niet zien, waarom het vlootplan niet moet doorgaan. Het vlootverdrag bedoelde niet: een aanbouw ter verdediging tegen te gaan, maar den wedstrijd in bewapening tot stilstand te brengen, zooals die in den aanbouw der slagschepen tot uitdrukking kwam. Aan don aanbouw van and«* materiaal dan slagschepen werd quantitatief geen be perking ougelegd. Er is niets in ons plan gelegen, dat tegen het vlootverdrag in gaat. „En wat de politieke situatie betreft, nu wij deelnemen in den staat van ver trouwen van. de andere Mogendheden, is er reden om van het aanvankelijk plan eenigszïns af te wijken. Het werd daarom mogelijk, met het oog op de financiën, bet langzamer tempo voor het plan te aanvaarden. Dat op grond der resultaten van Washington, waarvan de duurzaam heid nog niet is bewezen, deze poging kan worden nagelaten, om de Nederlandsche marine in stand te houden, kan spreker niet toegeven. Washington vordert dat niet. ..Andere Mogendheden, die in Oost-Azië belangen hebben, zijn van ontwapening nog ver verwijderd. Had men zich niet willen verhinden tot de veiligheid van Indië. dan zou de vraag zijn, of wij met dit minimum zouden kunnen volstaan. „Men kan de vraag stellen of Neder land met zijn koloniën een marine kan ontberen, zoolang niet overal tot ontwa pening is overgegaan. „De vraag rijst, hoe we aan onze ver plichting zouden voldoen, als een oorlog of krijgstoestand uitbrak, welke de Vol kenbond niet kan voorkomen. Spreker zou alleen nog willen vragen, of wél door uitdrukkelijk Indië maritiem te abandon- neeren en het weerloos te laten, niet een toestand in het leven komt, die in het Oosten storend kan werken en waarvan de bedenkelijke gevolgen, ook voor ons, zich te eeniger tijd kunnen doen gelden. Het is niet ons belang om een strategisch gebied, zoo belangrijk als Indië, door een renunciatie te plaatsen in 't licht der po litieke berekeningen. Wij moeten geen twijfel wekken aan don wil om ons in In dië te handhaven. „De Mogendheden hebben verklaard el kanders eilandengebied te zullen eerbiedi gen. Zij hebben een verklaring afgelegd, 'die ook ons eilandenbezit eerbiedigt en spreker stelt er prijs op, dat niet van eenig beding de rede is geweest. „M aar als wij ons thans ont slagen rekenen van den plicht om Indië te verdedigen, dan zou het standpunt der Mogend heden, die ons in de sfeer van haar vertrouwen hebben op genomen, wel eens kunnen ■worden g e w i j z i g d in vormen, die met onzo zelfstandigheid 'en waardigheid niet vereenig- b a a r z ij n." Minister van Karnebeek achtte de tot standkoming van de Vlootwet dus in het belang van ons land noodzakelijk. En Minister De Geer voegde daaraan toe, dat niet-uitvoering geen oent meer in de schatkist brengt, cn de geldverspil ling in de hand werkt. Zou het niet verstandig zijn, met deze deskundige adviezen ernstig rekening te houden? STADSNIEUWS DE GEMEENTEREKENING. De gemeenterekening over 1922 waar van wij gisteren de eindcijfers publicerden andere gegevens zijn trouwens nog niet in ons bezit geeft van de gemeentefi- nanciën een niet ongunstig beeld. Evenals in andere groote gemeenten' geeft de dienst 1922 een zeer belangrijk saldo. Een overschot van f 940.386.22 is in dezen tijd van inzinking een niet te ver smaden bedrag. Toch past bij de beoordeeling van deze cijfse» cenige voorzichtigheid. In een van de groote bladen zagen we de saldi van 1921 en 1922 (het eerstgenoemde jaar gaf een batig saldo van f 266.566.78i) naast el kaar gesteld, waaruit dan de conclusie werd getrokken, dat de financieele toe stand zich voor de gemeente in gunstige richting ontwikkelt. Nu hebbeni we zeker niet te klagen. Maar vergeten mag niet worden, dat op aandringen van den beer de Lange, bij de verdediging van zijn voorstel tob verla ging van het verxnenigvuldiging3cijfer in Mei van heb vorige jaar, de Provinciale voorschriften werden toegepast, waardoor een bedrag van plan. f 500.000 door B. eni W. voor den dixst 1921 bestemd, waar do rekening over 1922 werd overgebracht. Was dit niet geschied, dan zou de dienst 1921 een batig saldo hebben opgeleverd van ongeveer f 800.000, terwijl het saldo voor 1922 dan met ongeveer een half mil- lioen zou zijn verlaagd. Verder mag niet uit het oog worden ver loren dat op de rekening 1922 een belang rijk bedrag voorkomt als opbrengst van het navorderingskohier 19201921. Ook als we rekening houden met het feit, dat sinds de belasting verlaagd wejrd, dan gaat het toch niet aan van een gun stige ontwikkeling van de gemeentefinan- ciën te spreken. Althans niet op grond van deze cijfers. De landarbeider K. J. alhier, werd door zijn oom met een z.g. stekeltrekker dusdanig gestoken dat- er een gapende wonde ontstond en een rib doorstoken werd. De toestand van den getroffene is zeer ernstig. Oorzaak was een woordenwisse ling tüsschen de vrouw van J. en den oom. Wij hebben dezer dagen reeds een en ander megedeeld omtrent do plannen voor het vormen van een schitterenden lichtstoet op den feestavond van 31 Augus tus. Nu is de propagandacommissie uit de Chr. Oranjevereeniging voornemens in de zen stoet ook een groep te vormen be staande uit leden van deze vereenaging. Een plan dat ongetwijfeld mot sjmpa- thie zal worden begroet. Onze Christelijke Oranjevereeniging mag hier niet achterblijven. Wij vestigen daarom de aandacht onzer lezers op een in dit niunmer voorkomende advertentie, waaruit blijkt dat zij die aan de vorming van een groep in den licht stoet wenschen deol te njiruen daarvan voor 11 Augustus mededeeling kunnen deen aan den secretaris der propaganda commissie, den heer C. J. van Cittert. 'Voor zoover dat nog noodig mocht zijn wekken wij gaarne de leden op, zich voor deelname aan te melden, Do persoon die hier vorige week werd aangehouden ter zake van liet uitgeven; van een valsch bankbiljet k f 1000 is ter beschikking van de Justitie gesteld. Tem nadeele van v. R., op de Geero- gracht, is gisteren op de Haarlemmer straat een met eieren geladen handwagen aangereden, door een met paard bespan nen wagen bestuurd door Z. uit Rijnsburg, tengevolge waarvan een 300-tal eieren! op de straat terecht kwamen en onbruikbaar werden. Gistermiddag geraakte do 14-jarige kruideniersbediende W., bij de Nieuwe Rijn met zijn fiets te water, doordat hij het beheer over zijn stuur miste. De heer D., die juist passeerde, sprong hem na, maargeraakte met zijn voe ten in het rijwiel verward, zoodat hij geen hulp kon bieden). Gelukkig werden beiden na eenigen tijd op het droge gebracht door den heer O., een goed zwemmer. Geen van de drenkelingen had uitwendig letsel beko men. W,, werd per auto van den E. H.D. naar huis gebracht. Op de Steenstraat, geraakte gisteren eert greentenwagen waarvoor een paard was gespannen bij het oprijden van de Blauwpoortsbrug met de wielen bekneld in de tramrails. Het paard bleef echter doortrekken, met het gevolg dat de wagen kantelde en de inhoud op de straat te recht kwam. Persoonlijke ongelukken hadden er niet bij plaats. De tram ondervond 10 minuten vertraging. =-s De heer d r. W. H. K e e s o m, nieuwbenoemd hoogleeraar om onderwijs te geven in de natuurkunde aan de Uni versiteit alhier, hoopt zijn ambt te aan vaarden met het uitspreken eener rede op Woensdag 26 September a.s., des na middags te 2 uur, in het groot auditorium van het Universiteitsgebouw. Mej. M. J. Feringa alhier slaagde te 's-Gravenhage voor het examen Engelsch L. O. In de Stedelijke Werkinrichting zijn in den week van 29 Juli tot 4 Aug. opgenomen: 164 volwassen personen en 11 kinderen; totaal 175. BlNBENLAaiD DE CRISIS AAN FINANCIEN. Naar het Gentrum verneemt zal in de vacature van minister de Geer tot minis ter van financiën benoemd worden de heer H. G o 1 ij n, de leider der anti-revo lutionaire partij en oud-minister van oorlog. Dit bericht schijnt ons vrij onwaar schijnlijk. Niet onmogelijk dat hier de wensch de vader der gedachte is geweest. Toestanden aan militaire werkplaatsen. De minster van Oorlog heeft op schrif telijke vragen van het Tweede Kamerlid Henri ter Hall, betreffende publicatie van het rapport der commissie tot onderzoek naar de toestanden bij de Artillerie-Inrich tingen aan de Hembrug en Instructiewerk plaats te Delft, geantwoord, De reden, waarom het rapport van de commissie tot onderzoek naar de toestan den bij de Artillerie-Inrichringen aan den Voorzitter der Tweede Kamer is- toegezon den, met verzoek het ter griffie te leggen, is gelegen in de omstandigheid, dat de mi- minster den inhoud daarvan zoo spoedig mogelijk ter kennis wenschte te brengen van de Tweede Kt„öèr, op wier wensch bedoelde commissie is ingesteld. Infcusschen wordt overwogen in hoeverre het nuttig en mogelijk is, den inhoud van het rapport ter openbare kennis te bren gen. Hcoge Raad van Arbeid. Op vragen van het Tweede Kamerlid Rutgers betreffende gedane mededelin gen omtrent het behandelde in een ver gadering van een commissie van den Hoogen Raad van Arbeid, heeft minister Aalbers geantwoord: Het doen van mededeelingen omtrent hetgeen zou zijn gesproken in een verga dering van een commissie van den Hoo gen Raad van Arbeid is ongetwijfeld in strijd met de verplichtingen der leden van zoodanige commissie. Het is den mi nister echter niet geheel duidelijk ge worden, welke mededeelingen bedoeld worden, die niet reeds voortvloeiende uit de openbaar gemaakte stukken in strijd met vorenbedoelde verplichtingen zijn gedaan. Overigens meent de minister, dat, ook al mochten dergelijke mededee lingen gedaan zijn, hem geenerlci rechts middel ten dienste staat om het doen van mededeelingen te voorkomen. De werktijdregeling bij Wiltcft. Gisteren is de 56-urige werkweek bij Wilton's Machine-Fabrieken en Scheeps werf ingevoerd. Deze overwerk-vergunning is, zoo men weet, voor zes maanden verleend. Gedu rende dien tijd zullen de arbeiders het- zelfdeloon ontvangen als bij de 48-urige arbeidsweek werd betaald. Aanvankelijk bestond er nog al verzet onder de metaalbewerkers tegen deze nieuwe werktijdregeling. Er was zelfs sprake van, dat er heden een staking bij Wilton zou uitbreken. Zoover is het ech ter niet gekomen. 1 1 Nadat gistermorgen voor de poort der werkplaats nog eenige besprekingen met de arbeiders waren gehouden, zijn zij op de gewone wijze aan het werk gegaan. Tegen de Vlootwet. In een vergadering te Arnhem van den Bond van niet-Onder wij zend Schoolperso- necl is een motie aangenomen, waarin dien Bond zich verklaart tegen de Vlootwet, omdat daardoor de tractementen van de ambtenaren en beambten zoo kort pas op peil gebracht, weder beneden het peil zul len geraken. De verbindingen met bezet Duitschland. Nadat sinds de overneming der Duitsche spoorwegen in het bezette gebied door de Belgische regie het spoorwegverkeer over de grensstations Simpelveld, Kerkrade R., Vlodorp en Venio geheel *tiI?tond(, zijn ©enigen tijd geleden tusschen de Neder landsche autoriteiten uit de bezette gebie den onderhandelingen gevoerd om 't ver keer in gang te brengen. Deze onderhandelingen hebben in zoo verre een gunstig resultaat gehad, dat se dert enkele dagen. Nederlandsche goede rentreinen van Kerkrade weer doorgaan tot Herzogenrath. Ziivcrbons. De Minister van Financiën brengt ter algemeene kennis, dat, ingevolge het ko- ADVERTENTIE-PHRJ9 Gewone advertentiën per regel 22^ cent* ^-Ingezonden Mededeelingen, dubbel tariefi 'Bij contract, belangrijke reductie. Kleine advertentiën bij vooruitbeta* ïing van ten hoogste 30 woorden, vordert dagelijks geplaatst ad 50 cent. ninklijk besluit van 13 Maart 1923 (StbL no. 70), de ingetrokken zilverbons van f 2.50 (model 1915), alsmede de ingetrok-i ken zilverbons van f 1 (model 1916), als nog tot en met 31 December 1923 ter in wisseling kunnen worden aangeboden ten kantore van het Agentschap van het Mi nisterie van Financiën te Amsterdam (Heerengracht 344/46). Desverlangd kunnen do bons per post aan bovenstaand adres worden toegezon-' den met duidelijke opgave van naam en adres van den afzender. Ter bevordering van eeno spoedige afdoenning zullen de in zenders goed doen, bij do bons te voegen een behoorlijk ggfrankeerd en aan hen zelf geadresseerd formulier van een post wissel of wel een behoorlijk gefrankeerd, stortingsformulier van den postcheque- en girodienst, ten beloope van het bedrag de? door hen ingezonden zilverbons. Uit het bovenstaande blijkt, dat de gele genheid tot inwisseling niet meer wordt opengesteld ten aanzien van de ingetrok ken zilverbons van f 1, f 2.50 en f5 van den ouden vorm (model 1914) en dat op het oogenblik nog alleen in omloop zijn de zilverbons van f 1 en f 2.50 van het nieuwste type. Van de laatstbedoelde zil verbons welke dus niet behoeven to wor den ingewisseld, dragen de bons van f fc de dagteekening van 1 Februari 1920, tei_ wijl de bons van f 2.50 zijn geda?teeken\* 1 Juli 1918 of later. De Haarlemsche Infanterie-Kazerne. Op vragen van het Tweede Kamerlid K. ter Laan betreffende de veibouwingswer- ken aan da Haailemsche infanteriekazerry? aan den Kcudenhcrn gedurende dit jaar e* oe bestrijding ce/ kosten var die werken, heeft de minister van Oorlog het volgen de geantwoord: In de voormalige infanterie-kazerne to Haarlem zijn in de eerste helft van dit jaar verschillende voorzieningen getroffen en wijzigingen aangebracht om het gebouw voor zoover niet noodig voor legering, in te richten voor onderbrenging van ver schillende bureelen, magazijnen en andere militaire inrichtingen, een en ander ten behoevo van het garnizoen. De werkzaamheden, die reeds zijn afge- loopen, hebben plaats gehad ingevolge irt het vorig jaar gehouden aanbesteding en verleendo machtigingen. Het uitvoeren van verders werkzaam^ lieden anders dan hetgeen strikt noodig is voor het in behoorlijken staat onderhou den van heb gebouw ligt niet in het voor nemen. De kosten worden bestreden uit art. 138 van de Oorlogsbegrooting 1922. Steun voor arbeiders naar Frankrijk. Uit de Drentsche veen- en lanbouwstre- ken zijn nu vier ploegen landarbeiders naar Frankrijk vertrokken en: er zullen wel meer volgen. Daar echter vele arbeiders, die van deze gelegenheid zouden willen gebruik maken, geldelijk onmachtig zijn om de reiskosten te betalen, heeft de Raad der gemeente Ernmen besloten, om zoodanige werklieden, die goed ter naam en faam bekend zijn, te steunen met de benoodigue gelden. Conflict in de steenindustrio. De staking te Dcest (Maas cn Waal) driegt langzamerhand to verloopcn, door dat de Deester directie werkwilligen uib Nijmegen en de Maasstreek wist aan te werven. Per auto en onder politie-gcleide komen die aan. Uitvoer van Aardappelen. Do minister van binnenlandsche zaken en landbouw brengt het volgende ter al gemeene kennis: De voorschriften in zake den invoer van aardappelen, tomaten en. eiorplanten in „Ik houd dat voor het leven," antwoord de de schaapherder. „Maakt je gereed." De luitenant wenkte en zes man laadden hun geweren „Wil-jo, of wil-je niet?" „Nee, ik wil niet. Als Jan Bartels daar nog één sprankje gevoel in zijn lijf heeft, laat hij dan de groeten doen aan ■mijn vrouw; ik laat haar zeggen, dat God een vader is voor weduwen cn wee-i zen. En nou ben ik klaar." „Leg aan!Wil-je den weg wijzen?" De schaapherder schudde het hoofd. „Als ik sterf, wil ik voor God als een eer-» lijk man staan Jullie hebt do macht!" „Zet af!Dat is ten minste een man Maar wat zullen we met hem doen? Laten we hem vrij, dan gaat hij er van door en waarschuwt do Brunswij-t kers Hier laten liggen? Dan vindt zijn familie hem Meenemen? We hebben al genoeg met ons zelf te doen." Besluiteloos zag de luitenant om zich;- zijn oog bleef rusten op Jan Bartels, dia doodsbleek geworden was, omdat hij aan. een zóo vreeselijk slot "nooit gedacht had. Haastig droDg deze naar voren. „Met uw verlof; daar in den ouden! burcht is een hok, daar kan hij wel inge stopt worden," zei hij met nadruk, „daan vindt geen mensch hem." i (Wordt vervolgd.) FEUILLETON! Den Vaderland ghetrouwe. Een vertelling uit den Franse hen tijd. - Eén reeg onder 't voorbijgaan den grom- menden waakhond aan zijn bajonet; een tweede hakte 'n gent, die hem 'aanvloog, den kop af en hing hem aan zijn koppel;'n derde greep met van veel oefening getuid «gende behendigheid een haan, die trotsch «op een muur te kraaien! stond, bond hem Ide pooten en hing hem zoo levend op den frug; in overmoed schoot een vierde 'zelfs op den ooievaar in zijn nest, en al 'Schoot hij ook mis, de brandende pa pierproppen vlogen uit den loop op 't 'dak, zoodat 't hier en daar al begon te 'smeulen en de boeren haastig aan 't blusschen moesten tijgen. Lachend keken kle Franschen toe, hoe zij zich haastten '«n water sleepten. „Wij maken feu sur toules les mai- isons; overal den boel in brand steken; 'dan komen van zelf de Brunswijkers er :uit," sloeg er een voor. Hij zsi 't lachend, •maar de boeren namen 't als ernst op, en Vergramd ging er meer dan een hooivor ken en zeisen opzoeken om in geval van hood huis en hof te verdedigen. Met groot getier drongen de overmoe- digon al de voor-laatste boerderij binnen, Imaar nadat Jan Bartels hen met buiten gewone hoffelijkheid begroet en in een kamer met den luitenant alléén een tijd lang had zitten praten, werd het plotse ling rustig in het dorp tot verbazing 'allerboeren waren de Franschen in eens '.weg; alle posten werden tegelijk ingetrok ken en in goede orde marcheerde de troep op het moeras aan. Wat moest Jan Bartels bij hen? 0. die zou ze zeker den Friezen aan den overkant op het dak sturen; hij had hun zeker 't een of ander op den mouw gespeld; ja, Jan Bartels was niet dom; in 't moeras ken de hij elk hoekje en gaatje en kon hij ontsnappen, waar en wanneer hij maar wou ei, wie weet, misschien lokte hij hen wel zoover in 't moeras, dat ze nooit den weg er uit vonden. Jan Bartels was plotseling een held en werd door allen als een redder beschouwd en geprezen. Brun Dierks lag bij zijn kar en zon en zon, en slechts nu en dan keek hij even naar de schapen, die Sultan in de verte "hoedde. Wat hij peinsde, baarde hem groote zorg. De schapen: mpesten nog wekenlang op deze wei blijven, en als ze goed gedijen zouden, zooals voor een loo- nenden verkoop noodig was, dan moch ten ze niet eiken avond den langen weg naar huis gedreven wordendan moest hij 's nachts hier bij ze blijven en toch vereischte de ziekte van zijn vrouw zijn tegenwoordigheid thuis. Van de opbrengst der kudde moest zijn gezin leven tobde hij stil in zich zelf voort. En daarplotseling stonden do Fran schen voor hem; en eer hij had kunnen opstaan, was elke uitweg hem al afge sneden. „Ben-jij de schaapherder? vroeg de lui tenant den onhutst opspringenden man. „Ja wel, dat ben ik," luidde het ant woord. „Jij hebt gisteren de Brunswijkers door het moeras gebracht; vandaag moet je ons er door heen brengen; maak je klaar." „Dat zal ik niét doen, voor zoover het van mij afhangt." 1 „Geen praatjes; we weten alles van je doen en laten. Maak je misdaad nu weer goed, doordien je ons bij hen brengt; en je kunt vrij uitgaan. Met snellen blik had de schaapherder achter de soldaten 't hoonendo gelaat be speurd van Jan Bartels, verheugd over de nieuwe poets, die hij zijn huurman bakte. „Als een buur 't vee van een ander verraden kan, waarom zou hij don ook niet den buur zelf verraden? Jullie zult zeker wel alles nauwkeurig van hem daarachter weten; maar oven zeker weet ik, dat ik niet zoo'n schoelje worden wil, als hij is." „Och ja, dat gaat, zooals 't gaat, hè," lachte Jan Bartels behagelijk, „de een maakt het bed op en de ander slaapt er in." „Wat jij bent en worden zult, is ons on verschillig; de Brunswijkers zijn geen buurlui." „Nee, maar broeders zijn het." Enkelen, die hem verstonden, lachten luid-op, cn riepen: „Fijne boertjes! Land- loopers, schooiers, hondsvotten; niet eens eerlijke soldaten." „Zijn dat eerlijke soldaten ganzen en hanen to stelen!" zei de schaapher der, die den geroofden buit ontdekt had. „Stop dien brutalen hond den bek!" werd dreigend terug gescholden. Eén sliet hem den geweerkolf tusschen de schouders; een tweede sloeg hem met de vuist in 't gelaat, dat het bloed er uit stroomde. „Laat hem," weerde de luitenant af, „wo hebben hem nog noodig. Vooruit man, en wijs ons den weg; de avond daalt en we hebben haast." „Ik niet! Zoo waar als God in mijn laatste uur me hclpe, zeg ik je: Duitsche broeders verraad ik niet." „Bezin, eer je begint," hoonde Bartels. „Ik laat je fusilleeren; je praat je in den dood," zei do luitenant.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1923 | | pagina 1