Aan het einde der Week Onmiddellijk op den verjaardag van ons Prinsesje, die in tal van plaatsen weer met groote opgewektheid en op waar dige wijze werd gevierd, volgde yoor de Soc. Democraten en hunne geestverwanten de Communisten, de 1 Mei-viering. Die feestdag gaat volgens de leiders de Christelijke feestdagen in beteekenis ver te boven. De Christenen vieren het feest van Christus' geboorte, zij hebben hun Paasch feest en het feest van de uitstorting des Heiligen Geestes, maar al die heilsfeiten zinken in het niet, bij het feest van den 1-Mei-dag. Die Christelijke feesten, zoo werd nog deze week betoogd, zijn maar s c h ij n, maar het feest van den 1 Mei-dag is werkelijkheid omdat het 't feest is van de saamhoorigheid en den vrede. We zien hieruit weer voor de zooveel- ste maal dat de Sociaal-democratie een echt-anti-Ghristelijk karakter draagt, maar tevens, hoe arm deze revolutionaire partijen zijn. Slechts in enkele plaatsen in ons land werd die vrede-feest gevierd en dan was de viering nog zóo mat en zóo slap, dat er van een feest niet gesproken kon worden. In het buitenland deed men het nog een beetje anders. Uit Italië werd gemeld dat in verschil- leide plaatsen dooden vielen en ook in an dere landen werd de lieflijke vrede door bloedige botsingen verstoord. Onbedoeld vormen die botsingen een eigenaardige illustratie van de werkelijke beteekenis van de roode feestdagen. Immers, men predikt den strijd en strooit het zaad van den haat en stelt tegelijker tijd den eisch van ontwapening. Als hier geen opzettelijke misleiding in het spel is, dan moeten de hoofden van de leiders wel heel erg beneveld zijn. Hoe dit echter ook zij, de massa wordt ook bij deze feesten op droeve wijze mis leid en met schijn en niets dan schijn ge paaid. In strijd met het vredefeest was ook wat ten opzichte van Roerkwestie en alles wat daarmee samenhangt gebeurde. Aanvankelijk was de stemming deze week nog eenigszins gunstig en waren er verschijnselen die een bevredigende op lossing deden verwachten. Sinds is echter de wind weer gekeerd, dank zij de onverzoenlijke houding van Frankrijk, dat slechts één doel kent: Duitschland te vernietigen en het Roer gebied vast te houden. Macht boven recht is en blijft voorals nog de leuze. Gelukkig dat ook op andere verschijnse len kan worden gewezen. Zoo werd door onzen Senaat de ar- beidsgeschillenwet aangenomen, welke ten doel heeft de vreedzame oplossing van arbeidsgeschillen mogelijk to maken. Dat er op Mit gebied nog wel een en an der te doen valt blijkt wel uit het feit, dat in 1920 door werkstakingen 1.720.000 arbeidsdagen, die een loonbedrag van millioenen gulden vertegenwoordigen, te loor gingen. Moge de thans aangenomen wet aan het doel beantwoorden en den socialen vrede bevorderen. Brieven uit Sassenheim. vin. Amice! Sinds ik mijn vorigen brief schreef is alweer heel wüfl lijd verloopen. Maar een mensch is niet altijd tot schrijven ge stemd, en bovendien moet er ook werke lijk iets te schrijven zijn. Onze gemeenteraadsverkiezing, die, zoo als je wel al gelezen zult hebben, Donder dag gehouden is, geeft mo aanleiding om je nog weer eens een briefje te schrijven. De uitslag zal je ook wel al bekend zijn Onze Raad zal bestaan uit 5 R.-K., 3 A.-R. 2 C.-H., 1 Lib. Deze samenstelling op zich zelf geeft geen bijzondere aanleiding tot beschouwingen. Het blijft zooals het voor de uitbreiding van den Raad was; de Pro- testantsch-Ghristelijken en de Katholieken even sterk, met den heer Speelman op de wip. En gezien de verhoudingen zooals zo tot nu toe geweest zijn, zal dit wel betee- kenen dat we in principieele kwesties een tamelijk eensgezind Roomsch-liberaal blok tegenover onze menschen vinden. Hoezeer 't ook te betreuren valt, de Sas- senheimsche Katholieken schijnen zich nu eenmaal nader verwant te gevoelen aan de Liberalen dan aan de A.-R. of C.-H. Zoo is 't tot nu toe in den Raad geweest, en ook de stemming van Donderdag, waar de heer Speelman gekozen werd met de hulp van pl.m. 57 Katholieke stemmen, doet voor de toekomst hetzelfde verwach ten. Het is natuurlijk nog mogelijk dat één of twee van de nieuwgekozen Roomsche raadsleden een andere opvatting van de Katholieke beginselen zullen hebben, wat ons Anti-Revolutionairen ten zeerste ver blijden zou. Voorloopig moeten we afwach ten. Ik veronderstel, amice, dat de Christe- lijk-Historische vrienden over den uitslag van deze verkiezing minder tevreden zijn Niet alleen werden op deze lijst minder stemmen uitgebracht dan men had ver wacht, maar no. 3 van de lijst, Baron van Heemstra, behaalde maar even 91 voor keurstemmen, en werd zoo gekozen in plaats van den tweeden candidaat, die ook nog 39 voorkeurstemmen had, terwijl op no. 1 in totaal maar 154 stemmen wa ren uitgebracht. Deze eigenaardige uitslag, die blijk geeft van een slechte organisatie, is m.i. medo het gevolg van de unfaire manier, waarop ditmaal door de C.-H. partij is gestreden. In de eerste plaats trachtte men politieken munt te slaan uit het feit, dat op de drie kansbiedende planden der A.- R. geen arbeiderscandidaat was geplaatst. Verschillende A.-R. arbeiders werden ge srozen op dit gebrek aan democratie, ter wijl hun tegelijkertijd werd duidelijk ge maakt wat een uitstekende arbeiderscan- didaat no. 2 van de C.-H.-lijst toch wel was. 't Is wel eigenaardig dat deze zoo bij uitstek democratische partij, die een ar- beiderscandidaat zoo graag een goede plaats geeft, dezen man bij de stemming in de kou laat staan. Erger vond ik echter nog de andere truc die gebruikt werd om A.-R. kiezers C.-H. te doen stemmen. Men heeft alle A.- R. kiezers opgezocht waarvan men wist dat zo tamelijk sterke anti-Roomsche ge voelens hadden. Vooral werd gewerkt on der de menschen, die bij de Statenverkie zingen op de Staatkundig Geref. lijst had den gestemd. Tegenover, deze menschen werd de vol gende redepeering gevolgd: De heer Speel man komt toch niet in den Raad, en de 3de zetelvoor de Anti-Revolutionairen is absoluut veilig. Nu komt het er maar op aan of de 11e raadszetel zal worden be zet door een zesden Katholiek of door een derden Ghristelijk-Historische. Het A.-R.- oversckot is zoo groot dat nw stem best gemist kan worden; stem dus C.H. en zorg zoo voor een Protestantsche meerderheid. En op een papiertje werd dan onze men schen voor gerekend dat er geen speld tusschen deze berekening was in te krij gen. liet heele verhaal rustte echter op leu gens of zeer gewaagde veronderstellingen. In de eerste plaats was 't heelemaal niet zeker dat de heer Speelman niet zou worden gekozen. In de tweede plaats toon de een eerlijke becijfering aan dat, indien de Katholieken allen de Katholieke lijst zouden stemmen, geen enkele Anti-Revo lutionaire stem kon worden gemist. In de derde plaats kon ook vrij goed uitgere kend worden dat een derde C.-H.-zetel alleen behaald zon kunnenn worden ten koste van de Anti-Revolutionairen. De uitslag van Donderdag heeft duide lijk aangetoond dat deze meening van onze Anti-Rev. voormannen juist was. Naar ik verneem hebben ongeveer 57 Katholieken op de liberale lijst gestemd. Ingeval slechts 5 of 6 Katholieken den heer Speelman hadden gestemd en de rest van deze 57 hadden hun stem uitge bracht op de Katholieke lijst, dan was d e heer Speelman gekozen geweest en bovendien de zesde Katholiek. En dit zou dan gebeurd zijn omdat door al deze onware propaganda een twintig tal A.-R. menschen waarop werd gere kend niet A.-R. hebben gestemd. We kunnen nog een ander geval stellen Indien no g een twintigtal menschen zich door deze praatjes om hadden laten pra ten was de kans groot geweest dat onze derde Anti.-Rev. candidaat was gevallen, en dat de derde C.-H. zijn intrede in den Raad had gedaan. Laten onze menschen, die zich door een mooi praatje zoo gauw van hun stuk la ten brengen eens ernstig over een en an der nadenken. Zooals ik reeds zei, amice, we misten een twintigtal stemmen, maar gezien de wijze waarop we van alle kanten zijn be stookt en bekampt, mogen we ons over den uitslag hartelijk verblijden. Op den laatsten avond voor de verkie zingen werd nog bij heel wat van onze arbeiders het volgende pamflet rondge stuurd: Anti-Rev. arbeiders van Sassenheim! Bij het samenstellen van de groslijst voor de Gemeenteraadsverkiezingen heeft men ons, op z'n zachtst gezegd misleid en bedrogen. Immers waar wij vroegen op no. 3 een arbeiderscandidaat, werd ons voorstel goedgekeurd en beloofde men onze can didaat op no. 3 te steunen. Toen het echter op stemmen aankwam, verdong men onze candidaat naar no. 4 en moest hij plaats maken voor iemand die niet eens Sassemer is, doch pas een blauwe Maandag hier woonach tig is. De kansen om een A.-R. arbeider naar den Raad af te vaardigen, zijn ons dus voor de eerstvolgende zittingsperiodo op bedriegelijke wijze ontnomen en verlangt men van ons een candidaat te steunen welke ons vrijwel vreemd is. Arbeiders laat U niet langer misleiden en bedriegen. Stemt op die lijsten, welke de arbeiders eenige zetels in den gemeenteraad verze keren of stemt bl a n c o Eenige A.-R. Arbeiders. Ik heb altijd al een hekel gehad aan anonyme strooibiljetten, maar dit ding vind ik zoo vuil en leugenachtig, dat ik geen woorden vinden kan om zoo iets te kwalificeer en. Ik kan me haast niet voor stellen dat er onder onze A.-R. Sassen- heimer-arbeiders menschen zijn, die tot zoo iets in staat zijn. De belangen werden trouwens bij deze verkiezingen van alle kanten naar voren geschoven. Van Roomsche zijde werd een strooibil jet verspreid waarin alle kiezers werden opgeroepen om lijst 2 te stemmen, want: Werkgevers, U vindt op deze lijst een waardig vertegenwoordiger. Arbeiders, deze lijst verzekert U een goede behartiging uwer belangen. Middenstanders, ook uw belan gen zijn vertegenwoordigd. Boeren, u brengt ook een landbou wer naar den Raad door op deze lijst te stemmen. Ik ben erg dankbaar, amice, dat onze A.-R. Kiesvereenigng op kalme en waar dige wijze in de allereerste plaats de aan dacht der kiezers gevestigd heeft op de beginselen, die onze mannen in den Raad voor zullen staan. En dat door onze partij gewerkt en gestreden is op een ma nier die het volle daglicht kan verdragen. En ook verheugt het me, dat de uitslag ons doet zien dat onze Anti-Revolutionaire menschen, of ze arbeider zijn of midden stander of patroon, zich niet door een praatje van streek laten brengen. We mogen een twintigtal stemmen mis sen, maar overigens is de uitslag geheel bevredigend. Onze derde man gaat naar den Raad, en bovendien behaalde no. 1 van onze lijst 289 van de 324 stemmen die op onze lijs ten zijn uitgebracht. Dit toont aan dat de Sassenheimer Anti-Rev. nog één zijn, en dat de kanker van den klassestrijd in onze gelederen nog niet is doorgevreten. God geve onze mannen weer kracht en wijsheid om ook in den Raad onzer ge meente Zijn Naam te belijden en voor de naleving van Zijn Wetten te strijden, en zoo door' hun voorbeeld ook onze liefde voor onze heerlijke beginselen steeds te verwarmen en to verlevendigen. SASSEMER. Het „verstand" van bijen. J. Meimans gaf in „De Levende Na tuur" over proefnemingen inzake bet ver stand van bijen, naar aanleiding van een daarover verschenen boekdeeltje, zeer merkwaardige mededeelingen over bet leven der bijen. Wat het gezichtsvermogen aangaat schreef hij o.m.: Honigbijen kunnen worden „gedres seerd op blauw of op geel" d.w.z. wan neer men ze lokt op voedsel (honig of liever suikerwater), kan men hun dit voedsel géven op een blauwe ondergrond, en dan kan. men gemakkelijk de bijen leeren, dat ze steeds op blauw moeten komen om voedsel te vinden. Om de bijen voor deze proeven naar de experimenteerplaats te lokken, kan men beginnen met een papier met honig te be smeren en dicht voor het vlieggat van de korf te leggen. Als de bijen dit gevonden hebben en geregeld heen en weer vliegen om die honing te verzamelen, kan men dit papier in heel kleine stapjes, eerst maar enkele centimeters tegelijk maar als ze zonder aarzelen af- en aanvliegen verder met groote stapjes wegvoeren, tot men ze op een tafel heeft gelokt op een honderd meter van de korf. Komen de bijen geregeld aanvliegen, dan kan men met de proeven beginnen. Liefst wordt dan in plaats van honing suikerwater aangeboden, dat ze evengoed nemen en dat niet door de geur gevonden wordt; het tafelblad, papier, voederglaasjes en alles wat met honing in aanraking is gw- weest wordt dan .vervangen door nieuwe reukelooze voorwerpen. Om te bewijzen dat de bijen blauwe kleur kunnen onderscheiden, worden ze op blauw gedresseerd. Een blauw papier ligt te midden van een reeks grijsgetinte evengroote papieren, in alle grijstinten tusschen wit en zwart. 15 tinten is ge noeg.. Deze kunnen van fotografisch ont- wikkelpapier zelf gemaakt worden. Mid den op elk der 16 papieren komt een hor logeglaasje, maar alleen het glaasje op het blauwe papier wordt met suikerwater gevuld. De bijen worden naar het suiker water stapsgewijs toegelokt en dan wordt het blauwe papier met het gevulde glaas je telkens op een andero plaats tusschen willekeurig gerangschikte-grijze papieren gelegd. Na een of twee dagen soms (bij gere geld bezoek) reeds na een uur, zijn de bijen '„op blauw gedresseerd", en kan men tot de exacte proefneming overgaan. Dan worden alle papieren door gelijke nieuwe vervangen (omdat de gebruikte misschien een bijengeur konde hebben gekregen), en op elk papier een nieuw leeg horlogeglaasje gezet; óók op het blauwe, dat nu weer op een andere plaats tusschen de grijzen komt te liggen. Komen de bijen nu toch op het blauwe papier zoeken, dan is bewezen, dat ze blauw kunnen onderscheiden en onthou den, dat op die kleur wat te halen is. Om de kans te ontgaan, dat het blau we papier anders ruikt of aanvoelt dan het grijze, kan men «een glasplaat over al les heen dekken. Als do bijen niet de kleur maar alleen de helderheid van het blauwe papier zouden onderscheiden, zou moeten blijken, dat ze het verwarden met één van alle grijstinten; daarvoor juist worden die grijze papieren erbij ge bruikt. Men kan ook inplaats van een serie grijslinten met één blauw, een serie van allerlei kleuren kiezen, waaronder één blauw. In plaats van blauw lukt het even goed met geel. Deze twee kleuren kunnen de bijen goed waarnemen en onderschei den en onthouden; andere kleuren min der goed. Men kan aantoonen, dat ze rood zien als zwart, en dat ze sommigo kleuren met elkaar verwarren, precies als bij een zeker percentage van de jnenschen voor komt." De strijd tegen den Godsdienst. Het te Berlijn verschijnende Russische blad „Dni" vermeldt enkele bijzonderhe den over de methodes der bolsjewiki bij hun strijd tegen den godsdienst in Ge orgië. Evenals elders is deze taak opgedragen aan de z.g. „Komsomol". De eerste daad van dit lichaam was de arrestatie van den catholicos van Georgië, Ambrigius. Hij werd gevangen gezet in een der cellen der ^buitengewone commissie" te Tiflis, en moest allerlei vernederingen en ontbe ringen verduren. Daarna begonnen, de arrestaties van de priesters in geheel Georgië. Op het oogenblik bevinden zich niet minder dan 80 90 percent van hen in de gevangenis. Te zelfder tijd werden speciale agenten van de „Komsomol", vergezeld door gewapende agenten der Tsjeka, uit gezonden om de kerken en kerkschatten te confiskeeren. Gewoonlijk worden do kerken veranderd in communistische clubs. Overal trachtte de bevolking zich te verzetten tegen de agenten der Komsomol. In de militaire kathedraal te Batoen arrangeerde de Komsomol een banket, maar dit ontketende de verontwaardiging der soldaten van het roode leger zelf eni het banket moest zeer spoedig eindigem Op een Zondagmorgen vertoonde zich een groote optocht in de straten van Tif lis, op touw gezet door de Komsomol en vergezeld door een detachement cavalerie en een muziekcorps. De stoet begaf zich naar de kathedraal. Verschillende leden der Komsomol dron gen. de kathedraal binnen en schoten op de ikonen en bewerkten de met de bajonet Daarna brachten zij de iRonen als tro feeën op hun bajonetten naar buiten en vervolgde de stoet zijn weg onder de oogen van een vijandige menigte naar de Kura-rivier, waarin de ikonen geworpen werden. Afrikaansche Psalmen. Onlangs is een psalmberijming van Tot- tius in het Afrikaansch verschenen met muziek van F. W. Jannasch. Van psalm 42 bestond er echter reeds een' dergelijke vertaling, opgenomen in den bundel van Langenhoven (Gesange in Afrikaans). „Die Burger" plaatst de beide berijmin gen ter vergelijking naast elkaar. Wij ont lenen er enkele strofen aan: - - Berijming van Totius: Soos 'n hert in dorre streke, skreeuend dors na die genot van die helder waterbeke, skreeu my siel na U, o God! Ja, my siel dors na die Heer; God wat lew8.' Ag wanneer sal ek nader voor u oë, in u Huis u naam verhoë? Trane stort ek in my ldagte, want die spotters vra vir my: „Waar's jou God?" My dae en nagte gaan in droefenis verby. 'k Kerm, ver van Gods Huis vandaan, en gedink hoe 't op mog gaan, om te juig by Gods altare met 'n jubelende skare. o My siel! waarom onrustig? En wat buig jy jou in myï Waarom in Gods lof onlustig as die vyand jou bestry? Siet, die blye mórestraal sal weer van sy aansig daal; Blaan die oog maar op na bove ek sal God, my God, nog lowe. Berijming van Langenhoven: Soos die dorstig bokkie smagtend Naar die waterstome skree, Hyg ek, op my Vader wagtend, Wat alleen voldoening gee; Dors my siel tot U, O Heer. Wanneer, lewend God! wanneer Sal ons same tot U nader, Voor TJ aangesig vergader? Uit my trane is my spyse, Deur die dag en deur die nag. As die lastraars spot: „O wyse, Waar's die God op wie gy wag? As ek dink hoe met die skaar, Tot die vreugdefees vergaar, Ek ge juig het en gesing het, In Gods huis Hom lof gebring het. .Waaroor, O my siel, onrustig? Waarvoor buig jy jou tog neer, Wyl jou hoop hom kan verlustig In vertroue op die Heer, Om Hom dankbaarheid te bring, Sy verlossing lof te sing? Wie ook tot Sy aanskyn nader, Vind verlossing by die Vader. LESDSCKE PENKRASSEN Amice. In mijn vorig briefje heb ik ook met en kele woorden gewezen op de actie van de Staatk. Geref. Partij, met het gevolg, dat het bestuur van de afdeeling Leiden aan de redactie een zeer uitvoerig schrijven zond, dat ik hier in hoofdzaak laat vol- gcn. Na een korte inleiding schrijft bedoeld bestuur bet volgende: „Volgens Veritas, breken onze sprekers in navolging van ons Partijorgaan „De Banier", de Anti-Rev. T^irtij steeds af, doch alleen het voorheen en thans wordt blootgelegd; is dat nu afbrekend voor de A n t i-R e v. P a r t ij van 1923, ligt de schuld niet aan de Staatk. Geref. Partij, maar ze constateert wel de feiten. Voorheen streden wij metU voor onze beginselen, docht daar de Politieke boot der Anti.-Rev. door gestadige koersveran deringen ons zou brengen waar wij niet wezen willen, zijn wij uitgestapt en naar de oude afvaarplaats teruggekeerd. Onze Partij en ook de Afd. Leiden bracht van de oprichting af feiten naar voren, zie Uw nummer waarin onze oprichting is ver meld. Onze afgevaardigde treedjt in 't krijt voor de beginselen, zonder aanziens des persoons en treft evengoed andere Par tijen als de Anti-Rev. Partij. Toch zal hij bij elk principieel punt zich laten hooren en aan de hand van Gods Woord en aan onze roemrijke Historie zijn standpunt verklaren, gedachtig aan Gods eigen Woord tegen een zijner Profeten, hetzij dat ze hooren of niet hooren, maar zeg het hun aan. „Veritas" verwacht dat het straks an ders zal worden met onze strijdwijze en dat wij het roer moeten keeren om po sitieve politiek te kunnen voeren, als grond daarvoor neemt hij de uitkomst der laatstgehouden Staten-verkiezingen. Voor Zuid-Holland hadden wij op drie of vier zetels gerekend, en Zeeland ging 1000 stemmen achteruit, zoodat Ds. Kersten nu al moest klagen over laksheid bij de beginselvaste Zeeuwen. Zoo schrijft hij De heer Vermeulen, in Dec. ld. voor onze Alfd. optredende, zeide te hopen in Zuid- Holland op drie zetels, doch wij rekenden daar niet op? Waar hij toen niet mee rekende, kunnen wij U, wel zeggen: hij wist niet dat er zulke giftige pijlen te gen onze Partij werden gesmeed, in de binnenkameren der Anti-Rev. Partij. Wij denken aan Uw speciaal verkiezingsnum mer, daar zou die A n t i-verzekerings- domine zijn Kamerzetel hebben willen verzekeren, en daartoe met. rl? Platt eland ersbond in onderbande- Ln: zi ti getreden; een nooit bewezen las- 1 et praatje, cm o n z o P a r t ij af. b i e u k té doen, doch alles i3 (ten spijt der zeer afkeui-enswaardigo strijdwijze), verijdeld, daar ons stemmencijfer vorig jaar pl.m. 27000, thans 31000 bedroeg, cn dat n a a d v i e s van onzesprekera en vandeBanie r, Vrouwen stam men niet: de Kamerzetel dus n i e t ver zekerd maar bevestigd in den wet- telijken weg, Gode alleen do eer. In Zee land was achteruitgang, docli dat zal ^pze jeugdige Partij niet ontmoedigen. We weten dat overal de Persoon, ils candidaat van veel invloed kan zijn op bet stemmingscijfer, bet vorige jaar Ds. Kersten een algemeen bekende en door velen een zeer beminden Leeraar, No. 1' der lijst was, en nu een eenvoudige Land bouwer van een zeer kleine plattelands gemeente." Ik ;heb hieraan niet veel toe te voegen, amice. Als het bestuur zegt dat men op den zelfden weg hoopt voort te gaan, welnu dan kan ik niet anders doen dan dat ernstig betreuren. Het is vrij gemakkelijk de menschen kopschuw te maken, door altijd maar weer de A. R. Partij aan te vallen, maar ik kan toch niet gelooven dat men op difc" manier zijn doel zal bereiken. Dat de persoon van den candiclaat vaR invloed is, ben ik heelemaal met de heeren eens. Maar zo zullen toch moeten toege ven, evenals de Banier dat trouwens deed, als men daardoor in een provincie, die nog wel als de meest beginselvaste genoemd wordt, ongeveer een zevende gedeelte van zijn stemmen verliest, dan is dat voor een beginnende partij, die nog geen last van haar verleden heeft, een zeer ernstig ver- scbijnnsel. De heeren wijzen verder, om aan te too- nen, van hoevleel invloed de naam van den candidaat kon zijn, op den voor ons te teleurstellen uitslag te Leiden. Tot op zekere hoogte is dit juist. Er waren ook andere duidelijk aanwijsbare oorzaken, maar van invloed is het zeker geweest. En hieruit volgt dat er dus heel wat kiezers geweest zijn, die om andere redenen van het beginsel onze candidaten stemden, zoodat bier voor ons nog een zeer breed arbeidsveld ligt. De inzenders betoogen aan het slot van hun schrijven dat hunne partij volstrekt geen kerkelijk cachet draagt, wat ik ook nooit beweerd heb, al was dit tot voor kort wel het geval, dat de Anti-Revolutio naire trompet in den Raad lang niet al tijd een zuiver geluid gaf en dan met deze woorden te eindigen: „We verzekeren U, „Veritas", gezien, dit alles, dat wij roeivast onez strijdwijze op eerlijke, geoorloofde wijze hopen voort te etten, opdat in de vergaderzalen van Land gewest en stad. en dorpje het aloude en beproefde Reformatorische beginsel wor de gehoord." Deze verzekering, amice, neem ik gaarne aan. Maar ik voeg er onmiddellijk aan to dat het me eenigszins moeilijk wordt gemaakt als ik b.v. zie de samenstelling van de candidatenlijst voor den gemeen teraad. Ik zou aan de heeren willen vragen, is het dan wel in den haak, waarschijnlijk, als „lokvogel" voor een zekere kerkelijke groep iemand als no. 3 op de candidaten lijst te plaatsen van wien men weet dat hij een eventuee- le "benoeming niet kan e Q niet mag aannemen? Vinden de heeren dat in orde? BehoorV dat tot de geoorloofde middelen cm stem-? men te winnen Met de slottirade van ben schrijven ben ik het, zooals vanzelf spreekt, heelemaal eens. Dat is ook mijn bedoelen en bet bedoe len van ieder die onze beginselen lief heeft. En juist daarom verheugt het mij dat er in onze gelederen weer ontwaking is gekomen en dat er weer tientallen man nen en vrouwen zijn die vrijwillig zich gaven voor den zoo boog noodigen ver- kiezingsarbeid, en voor de bevordering van de toepassing onzer beginselen. Dat is alvast een verblijdend verschijn sel en ik hoop van harte dat deze tien tallen door meerderen zullen worden ge volgd. We moeten niet-vergeten dat ons stem menverlies slechts voor een deel aan be vriende partijen, Staatlc. Geref. en Chr. Hist, ten goede is gekomen. Waar zijn de andereen, die voorbeen ons steunden, gebleven? Zijn ze naar den vij and overgeloopen of hebben ze het niet de moeite waard geacht hun stem uit te brengen? Ik durf op deze vragen geen antwoord te geven, amice, maar wel weet ik, dat bier voor onze propagandisten een rijk arbeidsveld ligt, en dat zij die dit weteu, en die toch rustig thuis durven blijven, een groote verantwoordelijkheid op zich laden. Zooals ge gezien zult hebben, amice, ben ik naar aanleiding van mijn laatste briefje ook van Soc. Democratische zijde, en nog wel in den Raad, aangevallen. Ik behoef daar niet veel van te zeggen De heer v. Stralen betoogde dat wat ik gezegd had althans voor hem niet gold. v v Ge zult u echter herinneren, amice, dat ik niet van een bepaald persoon heb ge sproken, maar van de Soc. Democraten in 't algemeen. En men heeft niet aangetoond en ook niet kunnen aantoonen dat ik daarin minder juist heb gehandeld, ofll de eenvoudige reden dat de plaatselijM[ leider, de heer van Eek, zelf heeft verj klaard, dat allerlei voorstellen worden gej daan met geen ander doel dan op dil wijze de kiezers te vangen. Dat kan, amice, van onze mannen nicj i worden gezegd. En als dat tengevolgo mocht hebbeij dat wij daardoor Btemmen verliezen, dsj heb ik daar volkomen vredo mee. J Want dan zal dc toekomst leerer., uaj uit verlies winst geboren wordt. VERITAS.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1923 | | pagina 6