Dagblad voor Leiden en Omstreken.
ABONNEMENTSPRIJS
In Leiden en buiten Leiden
waar agenten gevestigd zijn
Per kwartaal f 2.50
Per week i 0.1,0
Franco per post per kwartaal f 2.90
4üe JAARGANG. - ZATERDAG 5 MEI 1923 - No. 927
BureauHooigracht 35 - Leiden - Tel. Int. 1278 Postrekening 58936
ADVERTENTIE-PRIJS
Gewone advertentiën per regel 22& caqft1
Ingezonden Mededeelingen, dubfc_j) tariff
GBij contract, belangrijke reductie.
Kleine advertentiën bij voorurjbet»£
ling van ten hoogste 30 woorden, wordCf
dagelijks geplaatst ad 50 cent.
Dit nummer bestaat uit twee
bladen.
De practijk van het
Liberalisme.
Op bet wezen van bet liberalisme
hebben wij onlangs de aandacht geves
tigd.
En wij hebben toen aangetoond dat bet
evenals socialisme en communisme leeft
uit do revolutionaire beginselen, dat bet
hoewel meer gematigd in zijn optreden
in wezen toch niet minder revolutionair
is, omdat liet Gods Woord en wet als leid
draad voor. het publieke leven verwerpt.
Hot is noodig hierop telkens weer de
aandacht te vestigen, omdat we er zoo
licht toe komen ons in hoofdzaak tegen
de uitersten te keeren en liet liberalisme
als minder gevaarlijk uit bet oog te ver-:
liezen.
Dat dit gevaar niet geheel denkbeeldig
is, behoeft voor wie kennis neemt van
wat zich in het leven voordoet geen be
toog.
Er gaat door de wereld een roep om
vrijheid.
Van Overheidsdwang in welken zin dan
ook wil men niet weten.
Wij zijn een vrij.volk, zoo heet bet, we
zijn de nakomelingen van een volk dat
goed en bloed over had voor de vrijheid
en we laten ons ook nu niet knechten.
Laat de Overheid zich met name van
het maatschappelijk terrein terugtrekken
en het aan do vrije maatschappij over
laten die regelen te treffen, die voor baar
welzijn noodzakelijk zijn.
Daar "zit iets moois in die roep om
vrijheid.
Maar toch moeten we terdege oppas
sen dat we ons door den schoonen scuijn
niet laten verblinden on dat we niet ge
voerd worden op paden waar we niet
willen en niet mogen wezen.
En daarom kan het goed zijn ook met
oen enkel woord op de p r a c t ij k van
het liberalisme de aandacht te vestigen.
Wat was hij het liberalisme de leiden
de gedachte?
De vrijheid van den monsch.
Dat was het punt waarom bij den
echten liberaal alles draaide.
Op Staatkundig gebied werd de nadruk
gelegd op den van alle bovennatuurlijk
gezag ontslagen mensen, die wandelend
bij het licht der rede geluk en welvaart
"had te bevorderen.
En op economisch geb'ed predikte- bet
liberalisme de vrije ontplooiing van het
individueel eigenbelang als h e t middel
tot verheffing van de stoffelijke wel
vaart.
Het zocht op te bouwen „een stelsel
waarin de mensch, de met gezonde rede
begaafde mensch, niet belemmerd door
staatsbemoeiing, ongestoord door organi
satieband, vrijelijk zijn drift tot bevor
dering van het eigenbelang zou kunnen
bevredigen."
.Het vrije spel der maatschappelijke
krachten zou vanzelf tot een gezoiyien
toestand leiden, want immers: ieder
zoekt zijn eigen belang, ieder kent
zijn eigen belang cn ieder kan dus ook
zijn eigen belang, het best bevorderen.
Als slechts do vrijheidsgedachte kon
doorwerken, dan zou een heerlijke en
schoone harmonie tot openbaring komen.
Welnu, die vrijheidsgedachte heeft
doorgewerkt.
De organisatie die er was in het maat
schappelijk leven werd finaal-vernietigd
en alle vrijheidsbeperkende bepalingen
der Overheid weggenomen.
Het vrije spel der maatschappelijke
krachten kon beginnen.
Maar het was een droevig spel.
Een spel, dat eiken Bijbelschen grond
slag miste en waarin de brute macht den
boventoon voerde.
Wil men een paar staaltjes?
Een Engelsch schrijver moest klagen:
„Ofschoon Engeland verdoofd wordt door
het lawaai der spinraderen is zijn eigen
volk zonder Meeding; ofschoon Engeland
zwart ziet van steenkool, die uit de aarde
gedolven wordt, sterft zijn volk van kou
de; en ofschoon het zijn ziel om winst te
behalen, verkocht heeft, sterft zijn volk
van honger."
De vrouwen werden naar de fabrieken
gehaald en dan nog liefst, de gehuwde
vrouwen, omdat zij, door den nood van
hare gezinnen tot de uiterste krachtsin-/
spanning werden gedwongen.
Kinderen, zelfs van 7 en 8 jaar werden
niet gespaard, maar naar de fabrieken
gebracht waar ze soms tot 15 uur moei
ten arbeiden.
i In het Engelsche parlement werd voor
lezing gedaan van contracten tusschen
fabrikanten en Engelsghe armenhuizen
Iwaarbij de laatste zeer jeugdige kinderen
'afstonden, om zonder eenige beperking
In de fabrieken te arbeiden.
Dag- en nachtploegen van kleine stak
kerds, wisselden elkaar in dien trooste-
loozen fabrieksarbeid af.
Zoo was het in Engeland.
Maar laten we hu-niet meenen dat het
in ons land beter gesteld was.
In 1874 verklaarde Dr. Kuyper bij de
'behandeling van het wetje-van Houten
'o.a.:
„Waar uit de opgaven van industriee-
len zelf blijkt, dat in ons land kinde
ken van 7 jaren in den tijd van
'6 dagen 85 a 87 uur arbeiden,
'spreekt het feit zoo van zelf, dat het van
alle verder betoog ontslaat.
Het kwaad is zooernstig, dat ik weet,
hoe men kinderen van 5 en 6 jaar, om ze
"s morgens naar de fabriek te doen gaan,
maar niet meer wakker kan krijgen, ze
tiit het bed moest nemen, in letterlijken
zin wakker schudden en met water het
'hoofd bedruipen, om in dat geparaly
seerde lichaam weer eenige beweging te
doen komen."
En bij de parlementaire enquête van
'1886 verklaarde Pastoor *an Wijnen
omtrent den arbeid der ovenwerkers te
'Maastricht:
„Dat id een onmenscholijk werk. In den
■winter gaat het nog al goed bij het groo-
'te verschil van temperatuur, dan koelen
'de ovens tamelijk snel af, maar in den
'zomer, als. de thermometer 20 a 22 gra
den Réaumur aanwijst, clan gaat bij de
langzame lucktwisseling, het koelen veel
minder snel.
En wat is dan het geval? De fabrikant
zou gaarne zijn waren uit den oven
hebben; bij het verzenden is haast en
'van den anderen kant staan nieuwe wa-
ïen gereed om in de ovens gebracht te
worden. Nu wordt zulk een oven op een
vreeselijke, allerverschrikkelijkste hitte
opengebroken, en dan moet, na eenige
tijd van afkoeling, de werkman daar in
'dien oven gaan, waarin ik durf 't
rechtuit verklaren de fabrikant zijn
hond niet zou wagen en daar moet zoo
een mensch ingaan, zooals een zwemmer
in het water gaat, en ik zou haast zeg
gen, dat die nog fatsoenlijker gekleed is.
De arme drommels hebben doeken om
het hoofd om zich tegen de verschrikke
lijke hitte te dekken.
Het is mij door ooggetuigen verzekerd,
dat het gebeurd is, dat door de verschrik
kelijke overmaat van liitte, die doeken op
het hoofd verschroeiden. De man komt
gansch buiten adem uit den oven, na tien
minuten of hoogstens een kwartier daar-*
in gewerkt te hebben, hij valt dan op den
grond néder, drinkt daarna een liter wa
ter, rust een kwartier uit en moet dan
weder in den oven."
Dat was nu de schrikkelijke practijk
van het vrije spel der maatschappelijke
krachten.
Dat was de practijk van het liberalis
me, dat met zijn schoonklinkende vrij-
heidstheoriën de brute macht tot grond-:
slag maakte van alle sociale verhou
ding.
Neen, we moeten niet uit de hoogte
neerzien op de werkgevers van die dagen.
De ongebreidelde concurrentie zal ben
vaak hebben genoopt tot dingen die zij
in hunne ziel verfoeiden.
Gezien de verhoudingen-was bet aan
vaarden van die toestanden voor hen
vaak een kwestievan te zijn of niet te
zijn.
Het is vaïsclie vrijheidsbeginsel dat
deze droeve toestanden veroorzaakte en
die de komst van socialisme en commu
nisme voorbereidden.
Er wordt ook in onze dagen geroepen
om vrijheid.
En het is zeker noodzakelijk dat-wordt
toegezien, dat de Overheid niet gaat bui
ten hare bevoegdheid.
Maar laten we toezien, dat we met een
roepen om vrijheid niet vallen in de fout
van het Liberalisme en dat we strijdend
tegen de revolutie ons niet door in den
grond revolutionaire leuzen laten leiden.
Zij de goddrfooze practijk van het libe
ralisme ons tot een waarschuwend voor
beeld.
V Het Ziekenhuis-schandaal.
De beer de Waal Malefijt heeft een
goed werk gedaan door in de Eerste Ka
mer nog eens de aandacht te vestigen op
de tragedie die zich te Ledden met den
Ziekenhuisbouw afspeelt.
Er is voor dat ziekendorp reeds zeven
millioen guldjen uitgegeven en nog is het
einde niet. te zien.
Intusschen staan verschillende gebou
wen geheel doelloos.
Wind en regen spelen hun verwoes
tend spel en er is niemand die zich van
deze dingen ook maar iets aantrekt.
De minister 'vindt dit wel niet een ge-
wenschten toestand, maar in verband met
de hooge kosten kunnen de gebouwen
toch niet worden ingericht voor het doe!
waarvoor ze bestemd zijn.
En zoo staat daar het gebouwen-com
plex als een hecht of slecht monument =—5
de tijd zal het leerenvan de meer dan
schandelijke wijze waarop de met moeite
bijeengebrachte belastinggelden worden
kend welke sommen bij dezen "bouw ge
moeid zouden zijn.
In elk geval moet het aan de deskundi-.
gen reeds lang duidelijk zijn geweest dat
men bezig was een monum/at der schan-
moeid zouden zijn. Men wist toch vooruit
dat de inrichting een uitgaaf van mil-
lioenen zon eisch?
En nu, nadait jaren gebouwd is een 'n be
drag van zeven millioen gulden is weg
geworpen, wat een jaarlijksche rente
van dertig of veertig duizend gulden be-
teekent, zal wprden onderzocht ofde
gebouwen bijgeval ook voor iets anders
gebruikt kunnen worden.
V De Arbeidsgeschillenwet.
De aanneming van bovengenoemde wet
idoor de Eerste Kamer wordt door ons
Rotterdamse he orgaan een feit van heug
lijke beteekenis genoemd omdat thans
aan de vrijwillige arbitrage weer bree
der ontwikkeling wordt geschonken.
„Die beslissing reikt veel verder dan
over den inhoud van bet wetsontwerp.
De draagkracht is grooter. De oppositie
.had dit ontwerp gebracht in een sfeer,
die .voor ons, antirevolutionairen, de be
slissing niet moeilijk kon maken.
Met een reactionair cynisme, dat uit
gestorven scheen, werd het heer-in-eigen-
huis standpunt gehuldigd ;op de meest
drieste wijze.
„Alle arbitrage is uit den booze. De
productie zelve zal beslissen wat de ar
beidskrachten waard zijn" zoo decre
teerde mej. Mr. van Dorp in „De Econo-f
mist". De productie zal zelve beslissen,
dat wil zeggen, dat in hooghartige ver
watenheid productie en ondernemers als
gelijkwaardige begrippen werden aan
vaard.
Die leuze werd overgenomen dooT de
oppositie, welke zich allengs meer uitzet
te tot eene oppositie tegen Minister Aaï-
berse en zijn socialerigheid.
Welqu, die aanslag is afgekeerd
daarover zijn wij verheugd. Was de wet
.gevallen, dan zou daarmee aan de so
ciaal-democratie onwaardeerbaar strijd
materiaal zijn aamgc-'boden.. Dan zou
daarmee aan het optreden van onze
christelijke vakorganisatie, die zich weer
in een barer ontwikkelingsmogelijkheden
belemmerd zag, eep geduchte slag zijn
toegebracht Dan zou onze christelijke
arbeidersbeweging, die toch werkelijk be
ter lot verdiend beeft, daarmee in haar
hestaansstrijd ernstig zijn bemloeilijkt.
Om dit alles en zooveel meer achten wij
■de beslissing van onzen Senaat een wijze
en gelukkige."
STADSNIEUWS
Intusschen dringt zich de vraag op hoe
het mogelijk is geweest dat zulk een
treurspel vertoond kon worden.
JVant het was toch van te voren be-:
Maatschappij van Nederlandsche
Letterkunde.
i Voorgezeten door Dr. G. J. Boeken-*
oogen had Vrijdagavond in het Nutsge-
bouw de maandvergadering plaats van
de Maatschappij van Nederl. Letter-
kunde.
Als spreker trad op Prof. Dr. G. van
Antal, van Rotterdam, met het onder
werp: „Alexander Petöfi, (ter herdenking
van diens 100-jarigen geboortedag)".
Spr. begint met zijn dank uit te bren
gen voor de hem op de laatste algemeene
vergadering te beurt gevallen eer dat hij
als buitenlander, lot lid der Maatschap
pij verkozen werd, en tevens voor de be-,
reidwilligheid van het bestuur welkejiem
in de gelegenheid stelde om over den
grootsten lyrischen dichter van Honga
rije in het jaar van diens eeuwfeest te
spreken.
Spr. tracht de vraag: wait maakt Petöfi,
dien nog onlangs Hermann Grimm vook
een der weinige incarnaties van den wa-*
ren poëtischen geest verklaard heeft, ,tot
een bij uitnemenden lyrischeid dichter, te
beantwoorden met een schets der meest
karakteristieke trekken zijner individua
liteit.
Na den dichter in bet milieu van zijn
tijd te hebben geschetst, schildert spr. op
grond Van zijn gedichten het korte leven
van dezen gedehkwaardigen man, over
wiens geboorteplaats een tiental jaren
onzekerheid lieerschtè en van wien nie
mand met zekerheid weet, waar hij ge
storven is, ofschoon het als vaststaande
kan worden aangenomen, dat liij op 31
Juli 1849 op 'het slagveld gesneuveld is.
Na dezen schets van zijn leven, wendt
•zich spr. tot de beide hoofdthema's van
tPetöfi's lyriek, die. de dichter zelf in een
•motto voor de uitgave va.n zijn verza
melde gedichten met deze beide woorden
•aanduidde „Liefde en Vrijheid". Hierbij
•wijdt hij uit over zijne liefde tot Julia
(Szandrey, die hij tegen den wil van haren
»vader, tot vrouw heeft verkregen en met
:wie hij een bijzonder gelukkig, doch kort
[huwelijksleven leidde,
i Aangaande het woord „Vrijheid" laat
spr. uit citaten zien wat Petöfi hieronder
verstond en hoe hij deze als bet eenig
middel beschouwde dat tot algemeen ge-
iluk der menschheid leidt.
Ten slotte sprak Prof. Von Antal over
ide eigenaardige gave van Petöfi om zoo
,te zeggen de 'toekomst te kunne» voot-
jzien, zooals deze gave zich in twee
^prachtige gedichten, waarin hij zijn
ijdood op het slagveld en het spoedige
bertrouwen van zijn vrouw voorspelt, in
^treffende woorden tot uiting komt. De
gedichten van P. zijn door A. S. G. Wal
lis uit het Hongaarsch vertaald.
Na het eindigen -dezer belangrijke
Jvoordracht iwerd spr. door den Voorzit
ter, ook namens verdere aanwezigen,
dank betuigd.
Gisteren zijn te 's-Gravenhage ge-
voor het onderwijzers-examen de
W. H. Kouwenhove» en G. J.
Schreuder alhier en N. E. Wille Hazers-
woude, allen leerlingen van de Christel.
Kweekschool alhier.
Verder slaagden nog de dames N.
Brouwer en J. Hendriks van hier.
I De heer v. d. Wal, van wiens (sollici
tatie voor gemeente-ontvan'ger wij mel
ding makten, verzocht ons te melden dat
bij met is adjunct-kassier bij de Rijks
belastingen, maar le Kassier en dat bij
is geslaagd voor het examen voor Rijks
ontvanger.
Wij vestigen de aandacht onzer lo
zers en in 't bijzonder die onzer jeug
dige lezers,' op een in dit nummer on
der de advertentiën voorkomend prijs-
Een mooi tijdverdrijf en tegelijk ge
schikt het vernuft te scherpen.
't Is wel, naar 't ons voorkomt, geen ge
makkelijk raadsel, maar des te eervoller
is bet te bebooren tot de eerste honderd
goede oplossers, die een prijs ontvangen.
Wij mogen natuurlijk niet mededeelen
wie de inizender is, want tijdens het zoe
ken naar de oplossing komt die wel vopr
dén dag.
Aan hot werk dus!
i Gistermiddag geraakte hij de Kal-<
vermarkt een jongen te water. Een agent
van politie die het ongeval zag gebeuren,
liet zich, terWijl eenige voorbijgangers
bom bij. de beenen vasthielden, voorover
glijden en slaagde .er in het kind behou
den op den vrij hoogen wal te brengen.
De 16-jarige W. T., werd gister
avond .op den boek BreestraatKort
Rapenburg door een auto aangereden.
Gelukkig bekwam zij geen letsel.
BINNENLAND
De Kon. Familie op Het Loo.
De Kon. Familie arriveerde Donder
dagmiddag per trein van 5.11 uur, waar
aan de Kon. salonwagen verbonden was,
voor het tweede perron van bet station
Apeldoorn.
Na den salonw.agen te hebben verlaten,
begaven zich de Koningin, de Prins en
de Prinses wandelend door de Kon.
wachtkamer naar de gereedstaande auto,
die onder luiden jubel eener talrijke me
nigte naar het paleis Hét Loo reed. Ook
bier had zich een talrijk publiek opge
steld ter begroeting van het Vorstelijk
gezin. v
Prov. Stelen van Noord-Hollared.
In de vacaure van E. J. van Det (die
in de vacature-Jos. Loopuit gekozen was,
maar bedankt had) is gisteren gekozen
tot lid der Prov. Staten van Noord-Hol
land de heer R. Hoogland te Amsterdam,
die.dus zitting heeft tot Juli a.s.
Er deed zich een eigenaardig geval
voor. De lijst Wees als opvolger aan den
heer R. Hoogland te Amsterdam. Bij een
informatie bij den Burgerlijken Stand
was meegedeeld, dat indertijd candidaat,
was gesteld Hoogland, secretaris van de
Federatie Amsterdam der S. D. A. P.,
Wonende Da Costakade aldaar. Nader
was evenwel gebleken, dat Hoogland, se
cretaris van de Federatie Amsterdam der
S. D. A. P., wonende Da Costakade 13,
niet R. maar P. Hoogland heette.
Het stembureau dat zich aan de lijst
der candidature» heeft te houden, be
noemde echter tot lid der Provinciale
Staten R. Hoogland.
Uitvoering Rensioenwet 1922.
Gedep. Staten der provincie Zuid-Hol
land. hebben tot de gemeentebesturen in
die provincie een circulaire gericht, waar
in zij er op wijzen, dat zij bij de beoor
deeling van de verordeningen regelende
het verhaal van pensioenbijdragen en
voor pensioenimkoop, zich op het stand
punt hebben geplaatst, dat de rechten
ontleend aan een bestaande pensioenrege
ling, geëerbiedigd bebooren te worden.
Voor de op 1 Juli 1922 in dienst zijn
de gemeente-ambtenaren behoort dus de
premieheffing vergoleken bij de oude ré
geling in 't algemeen niet verzwaard te
worden, terwijl evenmin verhaal op bij
dragen v'oor inkoop van /diensttijd toe
gepast moet worden van het tijdstip af,
dat voor de gemeente-ambtenaren pre-
mievrij pensioen ingevoerd werd.
Deze maatstaf voor de beoordeeling
geldt alleen, wanneer de financieel© toe
stand van 't betrokken lichaam gunstig
is. Is deze minder gunstig, dan wordt
ieder geval op zichzelf beoordeeld en na
gegaan of {toegestaan kan worden 'hot
maximum of een gedeelte daarvaj. la
verhalen.
Met betrekking tot ambtenaren,
steld na het in werking treden der wet,
of wel tot ambtenaren, wien tot nu too
geen pensioen dn uitzicht gesteld was, btw
staan er hij Gedep. Stafen in het a'lgo-i
meen geen bedenkingen tegen, deagoe
wenscht het maximum toe te passet.
I Zondagsrust. 7
De Nederlandsche Vereeniging tot bcw
vordering van Zondagsrust zal 29 de2er
te Utreoht een algemeene vergadc-r'»®
houden, waarin o.m. aan de orde z*l k>i
men een voorstel van de afdeeling Utr^oLt
om de wenschelijkheid uit ie spreken tot
bestudeering van de uitbreiding vw do
bemoeiingen der vereeniging en de «osuïi,
tarten dier studie neer te leggen in co»
rapport.
De heer (dn- J- Quast, 'oud-vcorzilter
der afdeeling Utrecht, zal eeni'pj meuo-*
deelingen doen omtrent de opriefcting en
•de werkzaamheden van do ufdeeliag
'Utrecht, in rverband met baar 80-jarig
bestaan.
Werkloozenuitkecringer
De Minister van Arbeid li-rtft bij cir
culaire aan de gesubsiditerdo voreenigi»--
gen met werkloozenkas een circulaire ge
richt, waarin hij omtrent de uitkeeringen
aan gehuwden en ongehuwden het vol-:
gende in herinnering brengt:
a. Ongehuwd samenwonenden, die geen
kinderen hebben worden ook ten opzicli'<
van de uitkeeringen niet als gehuwd, be
schouwd;
b. Ongehuwd samenwonenden die kin
deren hebben en daarmede in gezin sa
menleven mogen ten opzichte van de uit
keeringen slechts dan als gehuwd worden
beschouwd, wanneer vaststaat, dat voor
hen om wettelijke redenen voorshands
geen huwelijk mogelijk is.
c. Een gehuwde, die zijn vrouw verlaten
heeft en niet voor het onderhoud yan zijn
kinderen zorgt, wordt ten opzichte van de
uitkeeringen met éon ongehuwde gelijk
gesteld.
Het Regereeringsjubileum.
Het is de wensch van H M. de Koningin
dat bij de* plechtige herdenking van den
dag, wa^-op H.M. 25 jaar geleden dé re
geering Aanvaardde, do grootst mogelijke
eenvoiid worde betracht en de kosten tot
de strikt noodige worden beperkt. In ver
band hiermede wenscht H.M. zich dan ook
te bepalen tot een bezoek aan de hoofdstad
en zal zij daar ter plaatse gelegenheid
jgeven ook aan ingezetenen van andere
gemeenten aan hun gevoelens uiting to
geven.
Onderzoek van verlofgangers.
De Minister van Oorlog heeft bij be
schikking van 26 April vastgesteld een
regeling voor het onderzoek van verlof
gangers.
In 1923 worden aan het onderzoek on-,
derworpen de groot-verlofgangers (1e*
lichtingen 1910, 1911 en 1912 (voormalige
landweerlichtingên 1017. JPtSa en 1918b}
Aan het onderzoek nemen ook deel da
dienstplichtigen van de lichtingen 1911 en
1912, die een vrijwillige verbintenis heb
ben aangegaan als verzorger bij den rijks-*
postduivendiens t.
Aan het onderzoek wordt niet deelge-*
nomen door hen:
a. die hun eerste oefening nog niet heb*
ben volbracht;
b. die in dit jaar voor den voor het on
derzoek bepaalden dag in werkelijke»
dienst zijn geweest uit anderen hoofde
dan bij wijze van straf;
c. die bestemd zijn om in dit jaar voor
herhalingsoefeningen in werk elij ken
dienst te komen;
d. die elders wonen dan in Nederland;
c. die zich buitenslands bevinden ter
uitoefening van de buitenlandsche zee
vaart (hieronder niet begrepen de zeevis-
scherij buitenslands).
Wanneer bij het onderzoek blijkt dat
verlofgangers ten onrechte nog in het be
zit zijn van wapens of toebehooren en
ledergoed, dan worden deze voorwerpen
ingenomen.
Naar aanleiding van deze beschikking
heeft de minister de volgende circulaire
aan de burgemeesters gezonden:
„Aangezien in de regeling bedoeld in
art. 72 vierde lid van het Dienstplichtbe
sluit, ook bebooren te worden vermeld de
lokaliteiten of gebouwen, vanwege do go-
meenten voor het onderzoek beschikbaar
gesteld, noodig ik de districtscommandan
ten uit zich te dien einde ten spoedigste
met u in verbinding te stellen.
Ter voorkoming van ongewenschle toe
standen verzoek ik u in geen geval her
bergen of vergunningslokalen voor het on
derzoek aan te wijzen.
Voorts noodig ik u uit het verlofsgan-»
gersregister of de benoodigde declen van^
dit register voor 10 Mei a.s. aan den dia-^
trictscommandant in te zenden. Deze be-»*
hoort het register, na daaruit de gegeven*^
te hebben overgenomen, die hij voor hei-
onderzoek noodig heeft, voor 1 Juni a.8:^
aan u terug te zenden. Het staat u vrij om»,
indien u daaraan do voorkeur geeft in
plaats van het register of van register-
deelen deif* districts-commandant eon uit-